kabouter HET REDDINGSWERK AAN DE POOL i AAN DAG 9 JULI 1928 EERSTE BLAD PAGINA 3 NE.). CONGRES VOOR OPENBARE GEZONDHEIDSREGELING DE UITERST GEVAARLIJKE POSITIE DER VTCLIERI-GROEP NOG EEN ITALIAAN OVERLEDEN? DE POSITIE DER VIGLIEIU-GXIOEP. AMUNDSEN'S LOT LUNDBORG. Naar uit Stockholm gemeld wordt, neemt kapitein Lundborg, ondanks alle vermoeie nissen, welke hij heeft doorgemaakt, weer met volle kracht deel aan de verdere voor bereiding der hulpmaatregelen voor de red ding van de bemanning van de „Italia". BURGERLIJKE STA.-'» BEZOEK OP WAALHAVEN VAN MAJOR HOLT WEERBERICHT HET DRAMA IN DE BOOMPJES F!JNE INCASSEERPRAKTiJKEN BRAND IN EEN KRUIDENIERS WINKEL. DE ONKOSTEN IIOOGER DAN DE GEÏNDE posten EEN GOEDë HOND STAAt VOOR GEEN SLOOT, MAAR EE»| KOMT ER OOK WEL QYERHKgfl ft- Drinkwatervoorziening in Nederland nu en straks. Z t jrdag is het 33e congres vooir Openbare gez»'1 lheidsregeling, onder voorzitterschap van dr. N. M. Josephus Jitita te Rotterdam voort gezet. Door den directeur van het Rijksbureau voor Drink water voorziening te 's Graven hage den lieer W. F. J. M. Krul, werd een praeadvies Uitgebracht over: De Drinkwatervoorziening ?fan Nederland au en straks. Historische schets. Do eerste centrale drinkwatervoorziening in ons land, de duinwaterleiding van Amsterdam, viert van 't jaar nog slechts haar 75en ver jaardag. In vergelijking met andere Europeesche landen zijn wij laat met den aanleg van water leidingen begonnen! De geschiedenis van de drinkwatervoorzie ning van Nederland aft 1860 kan men indeelen ïn twee perioden, aaneensluitende in 1910. De 'eerste periode vangt aan in 1851 met den eer sten spadesteek in de duinen ondier Vogelen- lang, de tweede periode in 1910 mot de toen bereikte samenwerking van de gemeenten op Zuid-Beveland tot den aanleg van een inter communale waterleiding. De waterleidingteehniek speelde bij de ont wikkeling van de drinkwatervoorziening van ons land in deze eerste periode natuurlijk een belangrijke rel. In de eerste plaats de techniek tier winning en zuivering. Aanvankelijk wiet men in het buitenland al leen heit zuivere water uit natuurlijke bronnen ta winnen, dat dan onder natuurlijk verval dik wijls over groote afstanden door middel van kostbare leidingen werd aangevoerd. Later ging teen ook water uit, rivieren en meren, dichter bij de steden gelegen, benutten, dat men machi naal oppompte en dat gezuiverd moest worden; den belangrijke schrede voorwaarts beteekende °I> dit gebied de toepassing in het groot van de kunstmatige filtratie door fijn zand, die in 1829 het eerst door Simpson te Londen in praktijk werd gebracht. Daarnaast kwamen rivierwatarleidingen tot stand, de eerste te Rotterdam (1874), waarhij naar Engelsch en D-uitsoh voorbeeld het water döor bezinking, gevolgd door zandfiltratie, werd gezuiverd. De tweede periode (1910 tot heden) kan men de periode der intercommunale drinkwater- Uoorziening, de periode der centralisatie, noe mer. In 1910 besloten 23 van de 24 gemeenten van Let eiland Zuid-Beveland tot samenwerking in een Naamlooze Vennootschap, die zich de stich ting en exploitatie van een g'roepswaterleiding ten doel stelde. De gemeenten durfden dit Srootech ondernemen echter alleen arn met Steun van Rijkswege. Problemen der doek-in... In dit licht der historie lijkt het mij niet «ermoedig, van de toekomst te verwachten gat in afzienbaren tijd vrijwel alle gemeenten ifftn ons land van waterleiding voorzien zullen 2ija: technisch en organisatorisch zijn daartoe itfle noodige hulpmiddelen uitgedacht; de prak tische verwezenlijking is alleen nog een kwestie Iran tijd en geld, van plaatselijke en tijdelijke «economische oplevingen en inzinkingen, van Versterking van het hygiënisch gevoel in het Volk. De techniek der waterzuivering zal zich be langrijk dienen te ontwikkelen, omdat men door de toeneming der bevolking steeds mandei- vrij in de keuze der waterwinplaats zal worden. De techniek der waterverdeeling zal verbe terd kunnen werden, zoowel wat het rende ment der voortstuwingsmiddelen als bet mate riaal der leidingen aangaat; hierdoor zal uit breiding van de voorziening oreT thans nog biet-rendabele gebieden mogelijk werden. De organisatie zal wellicht in nieuwe rich tingen kunnen groeien. Tot nu toe kende men bet particulier en het overheidsbedrijf en was duidelijk een tendens naar de zijde van het laatste merklbaar. In den laatsten tijd heeft op ander gebied het "gemengd bedrijf'' veler sympathie verworven; Vellicht is hiervoor ook op het gebied der drinkwatervoorziening een toekomst weggelegd. Er is echter ©en probleem, dat zeer waav- achijnljjk in de toekomst van de eerste orde zal blijken te zijn, en dit ligt merkwaardiger wijze wederom op technisch zij het ook vol strekt niet alleen waterleiding-technisch ëebied: ik bedoel het verschaffen van voldoende hoeveelheden drinkwater. Dit probleem vindt zijn oorzaak in het feit, dat de concentratie onzer bevolking voorname lijk plaats vindt in het "Westen d.i. uit hydro logisch oogpunt ongunstigste deel des lands, en bet zal steeds nijpender worden door twee oor zaken: de toeneming van de bevolking en de toeneming van het hoofdelijk waterverbruik. In liet gebied achter de duinen, van het Noord- zeekanaal tot den Nieuwe Waterweg, waar zich §pn sterke opeenhooping van de bevolking vol trekt, komen voor waterwinning in hoofdzaal: slechts in aanmerking, de duinen, de groote rivieren en voor era deel de daarlangs gelegen gronden. Ten Zuiden van Sclieveningen is dë ontwikke ling der duinstrook van weinig beteekenis voor ïe drinkwatervoorziening. Aanvankelijk be trok Delft zijn water uit dit gebied, doch de Capaciteit werd op den duur te gering. Delft is thans op de waterleiding van Rotterdam awn- fes-loten en de winplaats onder Monster wordt hu benut voor de Westlandsche Waterleiding (vijf gemeenten). Geen w-onder dat Rotterdam en omgeving nimmer tot stichting van een duinwaterwinplaats is kunnen overgaan. Eet drinkwater voor de bevolking van Hol land zal in de toekomst zeker voor een deel boven de duinen moeten worden gezocht. Daatjbij zullen de duinwaterwinplaatsen zeker Regelmatig voor een gedeelte van het benoo- glgde kunnen blijven zorgen, terwijl zij zich Speciaal leenen om de spitsbelastlngen te dek ken: voor korten tijd toch kan de normaal toe- laatbarè wateren-tt-rekking aan een duinwater- Winplaats in het algemeen belangrijk worden Overschreden zonder gevaaT voor blijvende ver- Zou ting. Waar zal het benoodigde water moeten wor- fleu gezoeht Het eerst voor de hand ligt de benutting Tan het water der groote rivieren, welker ca paciteit Jp verhouding tot dë benoodigde hoe- Zoelheden praktisch onbeperkt is. fhj de beöofdeeling van de toekomsttige behoefte al msn terdege rekening moeten houden met ren toeneming vah het hoofdelijk waterver bruik. „Het hoofdelijk waterverbruik in ons land is betrekkelijk laag te noemen. Hiervoor zijn Ver schillende oorzaken: le. Betrekkelijk gering verbruik door de industrie. 2e. Groote zuinigheid wordt meestal door waterleidingbedrijven in de band gewerkt, om dat de beschikbare waterhoeveelheid beperkt is. Ia Amsterdam wordt een zeer strenge con trole op lekkende binnenleidingen en daar op aangesloten toestellen uitgeoefend. Se Gering verbruik voor sanitaire doeleinden o.a. voor closets, maar vooral voor baden en vaste waschtafels. Voor de raming van in de naaste toekomst benoodigde capaciteit is het zeker voor «3e meeste onzer groote waterleidingen verant woord, met de tot nu toe bereikte betrekkelijke lage verbruikscijfers rekening te houden. Beziet men echter het vraagstuk over eeu verder verwijderde toekomst, dan zal men zich m.i. op veel hooger hoofdelijk verbruik moe ten baseeren. Immers, op den duur zal ook ons land niet achter kunnen blijven in de steeds toenemende toepassing van sanitaire installa ties. Het invoeren van watermeters het nauw keurig /controlèeren van binnenleidingen, enz. is zeker van het hoogste nut, maar de ervaring elders leert, dat men daarmede hoogstens een „deuk" In de stijgende lijn veroorzaakt, de stij ging zelve kan men daarmede op den langen duur niet tegengaan. Richtlijnen voor de toekomst. Verblijdend is het, dat steeds meer acade misch gevormde krachten bij de drinkwater voorziening een werkkring kunnen vinden, waartoe de vorming van grootere complexen natuurlijk in belangrijke mate bijdraagt. Ter bevordering van een rationeele voorzie ning van de nog zoo talrijke „droge" gemeen ten is bet werd hierboven reeds betoogd regelend optreden van booger overheid een ge biedende eisch. Dp praktijk heeft dit reeds zoo danig doen gevoelen, dat in tien dei' elf pro vincies een waterleidingverordening Is uit gevaardigd. Inderdaad heteekenen die provinciale ver ordeningen een stap voorwaarts, maar verschil lende gebreken zijn daaraan inkaerent. Met dit onderwerp hangt samen de water- ontbrekking aan den bodem. Voor een viertal soorten van ondernemingen kan water-onttrekking aan den bodem op groote schaal noodzakelijk zijn: waterleidingen, in dustrie, mijnbouw en bouwwerken. Waar de keuze van de waterwinplaatsen in do toekomst voor de snel toenemende bevol king gelijk ik reads betoogde al spoedig een „probleem wan de -eerste orde" zal worden, dient thans te worden overwogen, door welke maatregelen de oplossing in goede banen moet word-n geleid Stellingen. Koi. .iter gegeven betoog kan in de volgende stellingen worden samengevat. 1. D.e tijd is rijp om de drinkwatervoorzie ning van ons land synthetisch te beschouwen. 2. De voorziening van de meer dan 600 ge meenten, die nog niet aan een waterleiding zijn aangesloten, i-s nog slechts een kwestie van tijd en geld; technisch en organisatorisch zijn de daartoe noodige hulpmiddelen uitge dacht en in de praktijk doeltreffend gebleken. 3. De techniek der drinkwatervoorziening moet op hooger peil worden gebracht door coördinatie van ervaringen en wetenschappe lijk onderzoek hij de waterleidingen zelve met voor liet geheele land gecentraliseerde erva ring en studie. 4. Bij de verdere uitbreiding der drinkwa tervoorziening is leiding van provincie wego onmisbaar. 5. De provinciale bemoeiing behoort over het geheele land uniform te worden geregeld d-oor een waterleidingwet, die tevens aan het Staatstoezicht op de volksgezondheid invloed verschaft op de inrichting van waterleidingen. 6. De drinkwatervoorziening van het dicht bevolkte westelijk deel des lands zal al spoe dig een probleem van de eerste orde worden. 7. Da drinkwatervoorziening van het ge heels land behoort speciaal wat de keuze der voor de toekomst noodige waterwinplaat sen betreft door een centrale instantie te worden bezien in het kader deT gewestelijke uitbreidingsplannen. 8. De wegen «behooren te worden heschouyvd als communicatiemiddelen in den ruïmsten zin, dus ook voor transport van water, gas en electriciteit. 9. Het streven van Rijk en Provincie blijve gericht op do -totstandkoming van rendabele waterleidingbedrijven. In he't belang van de volksgezondheid zal echter voor gebieden, die in zeer ongunstige omstandigheden verke-eren, subsidieertng over weging verdienen, DOOR EEN FIETS AANGEREDEN. Zaterdagavond is op den Goudschesingel doo-r een fiets aangereden A. K. wonende aan den Goudscherijweg 101. Mot een linker onderheen- fractuur is de man in het St. Franciso«s-Gast- huis opgenomen. BERLIJN, 9 Juli. (H.N.) De laatste hier uit Spitsbergen via Oslo ontvangen berichten luiden zeer ongunstig. De ijsschots, waarop de Viglieri-groep zich bevindt, drijft in Oostelijke richting van het land af. Door den buitengewoon ongunstigen toe stand van het ijs en den toenemenden mist schijnt het nauwelijks mogelijk, dat de Zweedsche vliegers nog eens een landing zul len kunnen doen. De eenige mogelijkheid tot redding schijnt te zijn, dat de Russische ijsbreker „Ivrassin" er in slaagt om tot de schipbreukelingen door te dringen. De „Ivrassin" komt echter slechts zeer langzaam voorwaarts en is sedert Vrij dag slechts 2 Iv.M. in Oostelijke richting voor waarts gedrongen. Zij heeft thans een ijs schots bereikt, die ongeveer l'Iv.M. lang en 2 M. dik is. Daar deze schots een goede gele genheid voor het opstijgen van vliegtuigen biedt, worden de.vliegtuigen, die zich aan boord van den ijsbreker bevinden, in gereed heid gebracht. De Russische vlieger Baboesjlcin heeft op dracht ontvangen het opsporingswerk naar Amundsen te staken. Volgens mededeeling van twee opvarenden van het schip „Ingek I", dat zich op 18 en 19 Juli op weg naar Spitsbergen in de nabij heid van het Bereneiland bevond, kan men Amundsen's lot wel als bezegeld beschouwen. De heide vaargasten hebben meegedeeld, dat zij in de nabijheid van het Bereneiland gezien hebben, dat een groot vliegtuig in zee stortte. De conclusie moet hier getrokken worden, dat dit het vliegtuig was van Amundsen, dat zich op dat tijdstip daar ongeveer moest bevinden. Den beiden vaargasten was van de Amundsen-expeditie niets bekend, zoodat het ook niet mogelijk was, dnt rij door vorige be richten beïnvloed waren. NOG EEN SLACHTOFFER Naar de „Montag" uit Ivingsbay verneemt, is de scheepsingenieur van de „Italia" Cec- cioni tengevolge van de bekomen verwon dingen overleden. Twee andere deelnemers van de Italia-exgeditie zijn ernstig ziek. De vooruitzichten om de overige leden van de Viglierigroep te redden, zijn niet zeer gun stig, daar volgens de verklaring van Lund- borg het ijs in de huurt van het kamp steeds meer smelt en voor een landing por vT'fgtuig niet, meer geschikt is. DE „STRAATSBURG" NYAELESUND, 8 Juli- (Noorsch Tel. Bur.) De „Straatsburg" is hier om 11 uur aangeko men en wisselde saluutschoten met den krui ser „Tordenskjold". Ook de heide Italiaan- sche vliegtuigen zijn gearriveerd om van nieuwe motoren te worden voorzien. De „Citta de Milano" kwam om 18 uur aan Thans worden plannen voor verdere naspo ringen besproken tusschen het schip en de vliegers. CRITIEK OP NOBILE. Onze correspondent schrijft ons uit Tromsö d.d. 2 Juli: De Noorsche bladen OU;thouden zich over het algemeen nog steeds zorgvuldig van andere dan objectieve beschouwingen over de tragedie, die zich in het Poolgebied heeft afgespeeld en met welker afwikkeling zich nog de geheele wereld vol belangstelling bezig houdt. Het ligt niet in den Noorschen aard om hardop en onomwonden zijn meening te zeggen en dat komt ook in de journalistiek tot uiting. Verder dwingt blijkbaar een zekere schuchterheid tot reserve: men schijnt bang, dat buitenstaanders tot een; de pot verwijt den ketel zullen concludeeren. Want de grenzen tusschen sportiviteit en vlagver toon (men is er van overtuigd) zijn zoo uiterst moeilijk precies te trekken. Wie echter wat nauwkeurig de artikelen in de couranten leest, voelt het en proeft het als het ware in welken geest zij geschreven zijn en hoe een bittere critiek achter de nuch tere woorden verscholen ligt. Of alleen reeds de „koppen" en opschriften zeggen genoeg en laten heel eigenaardige conclusies toe. De indruk, welken het lezen van de Noor sche couranten nalaat, wordt nog versterkt door hetgeen men in allerlei gesprekken en uitlatingen hier hooren kan. De publieke opinie hier is zeer, zeer slecht te spreken over alles wat met de Nobile- exped-itie in verband staat. Vlagvertoon, heet het niet zonder bitterheid. Die wat dieper op de zaak ingaan, geven daarbij niet de schuld aan Nobile. Niet Nobile is, volgens hen, de hoofdaanlei ding tot het zich nog steeds ontwikkelende drama. De hoofdaanleiding is het jonge Italië, dat in zijn streven naar epische daden en zijn verlangen naar stoffelijke bewijzen van eigen heldenmoed een nieuw middel gevonden had om de wereld en zich zelve van de grootheid van het Raliaansche volk te overtuigen. Ook is men het er vrijwel over eens, dat er bij de vooi'bereiding en uitvoering van de expeditie fout op fout is gemaakt. Vooral de manier, waarop Nobile zich zelf in veiligheid liet brengen, neemt de weinige sympathie welke men hier nog voor deze herodiade over had, weg. Het varen zonder de noodige middelen om buiten het luchtschip iets te kunnen berei ken was verkeerd; noch vliegtuig, noch ijs- schip was dn de eerste weken beschikbaar; het plan om Alpenjagers aan den Pool neer te laten, zonder eigen hulpmiddelen was krankzinnig; de volslagen radeloosheid na de catastrofe toonde aan, dat met die moge lijk van een ongeluk niet eens rekening was gehouden Zoo ontstond tegen Nobile een groote antipathie. Trouwens degenen die hem van vorige expedities kennen, wisten met wat voor een soort man ze te doen hadden. Heftig en nog eens heftig wordt hem ver weten, dat hij zich thans gezond en frisch aan boord der „Citta di Milano" bevindt, als eenige die van de expeditie tot nog toe is kunnen gered worden. Overigens bevinden v. 'i dus nog negentien man, een Zweedsche vi„sger, (deze werd inmiddels gered), Amund sen en een Noor, plus 4 Fransehe" vliegers in nood, of zijn reeds dood. Gekscherend meent men, dat men den generaal maar weer per parachute op de plaats, waar men hem vandaan heeft ge haald, moest neerlaten, vooral nu gebleken is, dat de beenbreuk, waardoor hij voor de redding per sé in aanmerking kwam, ten slotte een gewone wond is, zoodat iiij nu reeds in staat zou zijn aan het onderzoek deel te nemen DE „HOBBY" Onze correspondent te Tromsö schrijft ons d.d. 2 Juli: De Amerikaansche millionnaire miss Boyd die de „Hobby" voor een Groenlandreis char terde zal heden naar Spitsbergen vertrekken, vergezeld van hare zuster, een mannelijken bloedverwant en onder geleide van den ouden poolkenner Mr. Gisbert. Haar aanbieding om ook in de onderzoekin gen naar Amundsen te deelen werd in Noor wegen met sympathie ontvangen. De ladies treden in energiek rauw Ameri- kaansch flink op en zullen ongetwijfeld niet makkelijk van haar stuk te brengen zijn in het pakijs. Wellicht zal haar- schip dienen als basis voor eenige vliegtuigen, een onaan gename afwisseling voor de eerst ontworpen vacantiereis naar Groenland. Aan boord heeft men ëen ontzaglijke hoe veelheid fijne Engelsche conservesgestuwd, de boot zelf is met een frisch nieuw licht grijs verfje voorzien en alles is zoodanig op gepoetst, dat dit oude vieze ijsschip een waar dig en habitabel uiterlijk heeft gekregen. Aangiften van 7 Juli 1928. BEVALLEN: P. J. SibbesPluijmert d. J. van Mastrigtvan Gelder z. E. M. van SoligeMuller d.- L. KoekkoekBuitelaar z- M- H. TroelemanMars ij la z. F, j.vnoop Holman d. M. C. van Jeveren Straatman z. j f. van MastrigtVermaas z. J. de Groot—Oomsen z. L. A. de Vries v. d. Ende z. M, G. Brusseevan Nieu- wenhuizen d. W. Rietveld—van Rookliuij- zen z. C. M. Hannotde Greef z. M. J. W. van DongenBavriel d. G. van Dam— Schmitt z, TV. C, J. v. d. MadeZumker z. A. Moelkea'v. d. Jagt z. s. van LeeuwenKleine z A. BriiknerHeld z. E. OordonSchram lvl, z. OVERLEDEN: N. Ulree vr. v. W. Kloos 49 j. P. A. J. Wuijsman vr. van I. Visser 70 j, E. J. v. d. Boogaard wede. van A. Blomsteel 84 j. H. Kurk jm. 17 j. J. van Midde m. van M. B. van Holten 53 .1, H. Huisman wedr. van P. H. J. Speë 70 j N. IT. Luigjes m. van A. M. C. Goutier 61 j. A. Klep Jul 1 d. J. Fliigel jm. 23 j. a. TV. v. d. Made vr. van A E den Adel 42 j E. G. van Santen vr. van IT. J. van Zwartsenburg 42 j. A. Flier m. van H, Jenner 62 j. Gistermiddag tegen vÜf uur is op het vliegveld Waalhaven aangekomen het drie- motorige Fokker vlies1-Li'S G.E.B.Z.J., het eigendom van den bekenden Engelschen zakenman major Holt, een zeer goed vriend van hankier Loewenstein, die dezer dagen zoo treurig om hef leven kwam. Major Holt maakte van Le TouQuet uit, waar hij logeerde, een pleziervhicht naar Holland. Op Waalhaven werden benzine en olie in genomen. Het toostel werA bestuurd door den ba kenden p-ll'oot Mac ïntoi'ih, -die Vroeger in dienst is geweest van „The Imperial Air ways" en later hekend is geworden door zijn pogen om den Atlantischen Oceaan over te vliegen. Gisterenavond Is het -toestel weer naar Bel gië vertrokken. Moeder, Iaat Uw kleintje niet over den grond kruipen Deze is vuil en stoffig en de kans, dat het vallen en zich bezeren zal, is groot Een looprek, kinderbox, ls #en geschikte verblijfplaats. Sss deze neer ©P «een zonnige plek legen tocht beschermd en leg op den grond een moltondeken, met een schoon laken hedekt. GEZONDHEIDSRAAD, Verwacht wordt: Matige, meest Zuidwestelijke wind, meest halfberwolkt, waarschijnlijk droog weer, wei nig verandering in temperlatuur, in het Oos ten aanvankelijk misschien nog eenige regen. De uitspraak van het Haagsch Gerechtshof- Het Gerechtshof te den Haag heeft Zaterdag uitspraak gedaan in de zaak tegen den 34-jari- gen koopman H. P. N. uit Rotterdam, thans gedetineerd, die in eerste instantie door de rechtbank aldaar wegens zware mishandeling met voorbedachten rade, den dood tem gevolge hebbende, gepleegd In den avond van den 13 Nov. van het vorig jaar, in de Boompjes te Rotterdam, o-p de Duitsohe dienstbode Frida Hansen, werkzaam in het Maas-hotel, is ver oordeeld tot 12 jaar gevangenisstraf. Het Hof, opnieuw rechtdoende, achtte niet bewezen, het aan verdachte ten laste gelegde dat hij het misdrijf met voorbedachten rade heeft gepleegd en het Hof veroordeelde daarna verdachte wegens zware mishandeling, den dood tengevolge hebbende, tot een gevangenis straf van 6 jaren. De procureur-generaal had bevestiging van het vonnis gevraagd. Gisterenavond te omstreeks kalf twaalf is door onbekende oorzaak brand uitigebrlqiken in den kruiedierswinkel met achtergelegen magazijn van H, Diepenhorst, Nieuwe Bin nenweg 111. Het vuur woedde voornamelijk in den berg plaats en heeft zich vandaar naar den win kel baan gebroken. De brandweer, die werd gealarmeerd, was spoedig ter plaatse en spuit 31 heeft met een slang op de waterleiding het vuur bestreden onder leiding van spuit- meester Vehhoeven, brandmeester Pontier en ihopfdman Bakker. Spuit 32 bleef afgepakt In reserve. De ep-ulten 27, 28 en 21, die mede waren uitgerukt, behoefden geen dienst te doen. Na korten tijd was men bet vuur geheel meester. "Winkel en pakhuis zijn gedeeltelijk uitgebrand. Huls en voorraden wtaren laag verzekerd. Do hoofdcommissaris van poliie alhier waar schuwt tegen de praktijken van de „Vereenigde Incaisso-Bureaux" (directeur J. L. H. Engelen) gevestigd Rauwenhoffstraat 50a alhier, vroe ger handeleindla onder den naam .Centraal Incasso Bureau". Genoemd bureau maakt voor namelijk zijn slachtoffers in de provincie, zoo dat overname van deze waarschuwing door de provinciale blade® gewenscht is Naar aanleiding van bovenstaande waar schuwing heibben wij ons tot de recherche ge wend om nadere inlichtingen en daar vernamen wij het volgende. Het incassobureau waartegen wordt gewaar, schuwd heeft zijn klanten voornamelijk onder de winkeliers in de provincie. De directeur maakt er zijn werk van zoo genaamde „kwade poisten" te innen, doch stelt daarbij zulke onredelijke voorwaarden, dat het verwondering mag baren, dat bij nog zooveel orders boekt. Voor elke post woirdt een provisie gevraagd van 1520 pCt. van het geheele bedrag dat moet worden geïnd, terwijl de minimum-bate 6 moet bedragen. Het incassobureau eischt daarbij volledige volmacht en trekt dan aan het werk. De wanbetaler wordt direct met grof ge schut bewerkt: danlc zij de volmacht die het incassobureau heeft gekregen, kan met een faillissement worden gedreigd en de betrok kenen hebben daar ln den regel wel eenig res pect voor en bieden een accoord aan. Niet altijd komt het geheele bedrag, dat verschuldigd is direct binnen, maar de schuld- elscbers moeten wel oogenblikkelijk de volle provisie over het geheele bedrag betalen, In vele gevallen ls bet voorgekomen, dat op deze Wijze niet alleen bet geheele te vorderen be drag „schoon op" ging, maar ook nog moest worden bijgepastdoor hen die de vorde ring op deirden hadden loopen' Het contract, dat het Incassobureau van te voren echter laat teekenen, is zoodanig opgesteld, dat men wel betalen moet. Er ls n.l. een bepaling in,- dat eerst na accoordbevinding remise volgt. Is er nu iets gestort, dan stuurt de incasso- bank daar bericht van en de cient zendt be richt van accoord. Bij da afrekening blijkt echter eerst, welko groote bedragen voor onkosten zijn berekend en dan kan men niet meer terug krabbelen. Zoo zond bijv. een inwoner van Steenbergen twee posten tieir inning: een van 115 en een van 335. Bij de afrekening bleek dat van de eerste kwade post 45 was binnengekomen maar. de lastgever moest niet minder dan 50 bij betalen. Van de tweede post kwam alles binnen, maar volgens den heer van Engelen waren er door verschillende reizen 144 kosten op ge komen. Toten, de lastgever reclame maakte te gen deze onbillijke berekening dreigde E. in het geheel niets te zullen betalen. De politie heeft gemeend, dat dit geen regel zakendoen te en daarom wordt tegen de „Ver eenigde Incassohureaux" gewaarschuwd. EEN AUTO-PED-DIEF. De politie vejsti&de er de aandacht pp, dat in het Westelijk stadsdeel gedurende de laatste weken een ongeveer 11 jarige knaap er zijn werk van schijnt te maken van daar spelende kinderen autopeds te stelen. De jongen gaat ln den regel op een troepje spelende kinderen ttfe en probeert met de klei en, die in het kostbaar bezit van een autoped zijn een overeenkomst te sluiten om voor een cent „maar heel eventjes" pp dit begeerens- waardige toestel te mogen rijden. Het huurcontract lokt vele kinderen aan. Zij gaan dan ook meestal op het voorstel in, de hurder vertrekt welgemoed, en..., komit niet meer terug. Zaterdag ward nog een zoontje van dea heer B. aan de Jachthuislaan de dupe. De ouders want die leggen natuurlijk het loodje wdorden gewaarschuwd. INBRAAK EN DIEFSTAL. poor den voerman M. L. uit de Zaagmolen straat is bij de politie aangifte gedaan van diefstal van een pak sigaren- De diefstal is vermoedelijk gepleegd ln den Henegouwerlaan, Git de Waalsche Kerk an den Bopchhoek zjjn twee offerbussen gestolen. Later zijn z9. ledig in de Herderinnestraat teruggevonden. De Inhoud is niet bekend.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1928 | | pagina 3