FEUILLETON
LIST EN LIEFDE
ZATERDAG 2i JULI 1923
DERDE BLAD
PAGiNA 2
VAN SPANJE AAAR FRANKRIJK
De doorboring der Pyreneeën
GEWELDIGE MOEILIJKHEDEN
MISSIEHELDEN IN JAPAN
Een merkwaardige bijeenkomst
na een kwart eeuw
'N NACHTELIJKE SCHRIK AANJAGER
IN BERLIJN
SCHOONHEID IN DE BERGEN
Het daverende gletsclierwater
in Zwitserland
DE TROONSBESTIJGING VAN DSN
MIKADO
Heictensche plechtigheden in Japan
AUSTRALIë EN RUSLAND
Besluiten van 't vakvereenigingseoHgr"3
REGEERINGSHULP AAN DEN
ENGELSCHEN MIJNBOUW
herhaal uit tie dagen van Lodewiik XI
Hij kust§ haar, terwijl hij sprak en Huister-
(Wordt vervolg" i
Onze Parijsoh© correspondent schrijft ons dd.
19 Juli:
Toen de Bourbon's den Spaanscheu troon be
klommen en PM lip po d'Anjou daarvoor de reis
naar het Iberisch schiereiland ondernam, veegde
Lodewijk XIV zijn kleinzoon toe: „Er zijn
geen Pureneeën meer."
Evenwel, tot gisteren toe was het Iberisch
schiereiland slechts aan weerskanten van het
weinig toegankelijk hooggebergte, langs de
smalle kuststrook bij Port-Bon en bij Irun, te
bereiken.
Het oponthoud in de werkzaamheden, die aan
do moderne techniek de gelegenheid moesten
geven om de bressen te slaan waardoor het
wereld verkeer zijn aders kon leggen dwars door
de Pyreneeën heen, is echter niet van Sjvoan-
schenkanjt gekomen. Reeds jaren geleden toch
waren we verrast aan gene zijde van den Plc
dn Midi d'Ossau in de rauwe bergketen van den
drogen Pyreneeënkant een soort paleis in een
prachtige omgeving te vinden, het thans inter
nationaal geworden reusachtige station van
Oamfraac, het eindpunt van de Spaansc.be lijn
SaragossaJaea. Ook de giroote tunnels zijn
reeds lang gereed, maar de oorlog en andere
moeilijkheden, hebben jaren lang de verbin
ding van het Fransohe en het Spa •macho
spoorwegnet tegengehouden.
De enorme omweg dien de beide kustlijnen
aan het reizigersverkeer moesten opleggen, had
reeds van stonde af als een bezwaar gegolden
voor bet Framsch-Spaamsohe snelverkeer. Reeds
één jaar, nadat d© verbinding BordieauMadrid
tot stand kwam door de lijn HendayeIron (in
1864; de verbinding Port-Bon Oeorbère werd in
1878 geopend) was de mogeHykheid overwogen,
een -ipoorweg aan te leggen, dwars door de
Pyreneeënkete® heen.
Twaalf verschillende mogelijkheden werden
onderzocht, maar langen tijd moest ontwerp na
ontwerp worden opgegeven wegens de enorme
moeilijkheden
Maar eindelijk vond men toeh drie mogelijk,
heden, die ten looste van enorme doorboringen,
dus lange tunnels, etu duizelingwekkende via
ducten, een oplossing boden.
In het begin der tachtiger jaren waren reeds
werkzaamheden in vollen gang en in 1882
opende Alpbons XII reeds de lijn van de Vallei
van Aspe, die thans met het Framsehe traject
PanCanfrane is verbonden. Eerst van 1907
af waren de wederzijdscbe overeenkomsten zoo
ver geregeld, dat met kracht kan worden voort-
gewerkt. Maar de oorlog belette de laatste ver-
btadirwgswerkendie thans de eerste verbinding
tussohen Spanje en Frankrijk, dwars door het
hooggebergte boen, hebben verwezenlijkt.
Het grootste werk is de doorbork g van het
Alpenland, dat daar tot meer dan 4090 meter
boven den zeespiegel stijgt, en de tunnel die
daar nood'ig is, meet nagenoeg acht K.M. De
grens bevindt zich bal verwegen van dien tannel.
die den naam kreeg van de tunnel t Somport
naar een k! in barggeibnoM. Tussohen Bedous
en den tunnel van Somport moet de lijn stijgen
van 460 tot 1211 meter. Daarvoor moet de gril
lige Aspe-bengrivier zesmaal gepasseerd worden
waarvoor drie enorme bruggen en drie groot»
Viaducten noodig waren. Maar vooral moest de
bergmassa dikwijls door tunnels worden door
sneden. Niet minder dan veertien tunnels wor
den gepasseerd alvorens men den grooten tunnel
van Somport kan bereiken. En daarbij zijn ar
van bijna een K.M. lengte, zooals dien van Por
talet (940 M.) en zedfs een tunnel in schroef
Vorm van 1750 M.
Het grappigst bij die tafelspeeches, ter ge
legenheid van het belangrijk verkieerseveue-
ment gehouden, was dat koning Alphons een
geduchte kritiek heeft uitgesproken over het
parlementaire stelsel, zoo eterk zelfs, dat aan de
Fransohe bladen „een veelverbeterde editie"
werd uitgereikt, zoodat sommige bladen zich
In October 1902 waren 9 Fransohe Jesuieteu
in Shanghai geland en hadden drie weken later
een gemeeizschappelij k© bedevaart gemaakt
naar het heiligdom van O. L. Vrouw van China
in Zo-Se, om den zegen a£ te smeeiken over hun
apostolaat. Na 25 jaar zijn zij weer alle negen
in dezelfde plaats bijeengekomen uit alle
hoeken van China.
Hun hoofdhaar en hun baard waren intus-
sehen grijs geworden; allen waren reede meer
dan eens den dood nabij geweest, maar ondanks
alle denkbare gevaren die zij te midden van vij
anden, te water of te land doorstaan hadden,
bevonden zij zich nu allen weer ongedeerd voor
het altaar van O. L. Vrouw. Een levendig,
negenvoudig bewijs, dat ook in de missie een
lang leven wel mogelijk ie, zelfs wanneer men
bij het begin reeds boven de veertig is, wat
bij meer dan een van de negen het geval was.
Het is wellicht de eerste maal geweest, dat
een groep missionarissen die tezamen uit
het vaderland vertrokken, een kwarteeuw
lang met elkander in contact bleef. Daar sedert
den tijd hunner komst iD Shanghai de maat
regelen tegen de tropische gevaTon aanmerke
lijk beter geworden zijn, zijn de eerbiedwaar
dige grijsaards ervan overtuigd, dat hun opvol
gers alle hoop mogen koesteren, om ook 25
jaar in de missie te leven.
Sinds vele maanden drong er In bijna alle
sitadedeelen van Berlijn herhaaldelijk een man
in de een of andere wening binnen, om daar
slapende bewoners, meest vrouwen en meisjes,
schrik aan te jagen.
De zonderlinge gast nam bijna nooit iets
mede. Zijn eigenaardig optreden bestond slechts
daarin, dat hij zachtjes naar de bedden sloop
en de slapend-en zoo lang met een zaklantaarn
belichtte, tot ze verschrikt ontwaakten. Begon
men dan luide om hulp te schreeuwen, dan nam
hij ten spoedigste de vlucht,
In de laatste weken hoorde men niets meer
van hem. Eerst dezer dagen dook hij plotse
ling weer op en wel In een woning aan de
Langbanest rasse in Weissensee.
De onaangename bezoeker zo-u wederom ont
komen zijn, wanneer bij zich niet hij zijn vlucht
de® voet zoo zeer verstuikt had, dat hij niet
verder meer kon loepen.
Hij werd naar het politiebureau gebracht,
waar bleek, dat men met den 27-jarigen huis
knecht Keuschc! te doen had.
Geneesbeeren zullen een onderzoek instellen
naar zijn geestestoestand.
genoodzaakt hebben gezien, de rede voor den
tweeden keer af te drukken om de lezers ook
de woerden van den Spaanscheu vorst voor te
z-etten, die president Dotrmergue trouwen® niet
heeft tegengesproken.
Na het banket van Canfrane had te Olerou
een Fransdbe tegenprestatie plaat®, waar de
Fransche wijnen voor de Spaansdhe niet onder
bleken te doen en waar de. ministers Barthou
en Tardiau er flink ep los gespeecht hebben.
De tijd, die door de nieuwe verbinding wordt
uitgewonnen voor het verkeer ParijsMadrid,
is niet zoo groot. Een haM uur ongeveer. Maar
de reis is er wal zoo Interessant op gewerden.
De nieuwe verbinding kan toch van enorm ver
strekkende gevolgen zijn, wamt niet alleen dat
voor Noord-S pan j e de uitgewonnen tijd meer
dan vier ure® bedraagt, de Zuidelijke kant van
de Pyreneeën wordt e door voor het toerisme
geopend en dat kan voor Noord-Spanje van
groeten invloed zijn. Vooral als ook de lijn
Touflou-se -Baroeicma door den tunnel van Ax-les-
Theroies na-ar RipoM in gebruik zal zijn geno
men, wat het volgend jaar kan geschieden en de
Pyreneeën dan gemakkelijk in alle richtingen
te doorkruisen zijn.
(Van onzen H-correapondent)
Van den rechteroever der Thuuersee kan
men via Thnn de® Niesen bereiken.
Tlhun is een aardig, echt Zwitsersch stadje
aam de Aar, óók een Schmuokkastchen. Et
staat, bijna op de wolken, een oud kasteel,
waar do menseben naar toe klimmen op filid-
deleeuwsebe Jaoohsladders. Thun ia mooi, lie
felijk, vriendelijk, rustig. Een heerlijk oord.
Goethe, von Kleist, von Scheffel en andere
groote mannen zeiden het reeds en al deze
bewonderenswaardige penvoerders hebben over
Thun geschreven. En velen nh hen spraken en
eruvrt-Tï er nvt w-t t-H s r-roTn T ev--
ti'j.r "V Big?!®.
't Is inderdaad voor iedereen prettig te kun
nen verhalen van „Toen ik in Thun was".....
De Niesen verheft zich als een voorpost van
de groote bergen aan -het meer. Er gaat een
baan steil naar den top, in een stijging van
meer dan zestig procent. Men zweeft luchtig
over Alpenweiden en dichte, duistere bosschen,
komt ongemerkt aan de boomgrens, raakt met
z'n voeten die eeuwige sneeuw en bevindt zich
op duizenden meters hoogte, tegenover een pa
norama, of li ©ver temidden van een panorama,
dat beter onbeschreven blijft. De werkelijk
heid stelt nu eenmaal zwaarder eisehen dan
de verbeelding!
Natuurlijk wordt er in het restaurant van
alles geschonken en de mensch, die van een
Mondse'heinsonafce in hooger sferen houdt, kan
er na schoon© uren onder warme wollen de
kens overnachten en droomen.
Ergens langs het Meer van Thun breekt een
bergbeek u-if dichtbegroeid© wanden.. Deze wa
terstroom davert door den schoot der aai'die
en z'n ondergrondsche bedding is in wijden
omtrek bekend als de Beatushöhlan.
De Beatushöhlen, althans de laatste der
grot-tan, die het dichtst bij de open lucht ligt,
werd vroeger bewoond door holmenschen. La
ter nam Sint. Batten er z'n intrek. Sint Bat
ten was een Christen-apostel die ©enige eeuwen
na Christus over de. Alpen trok en het heiden-
sake volk der Zwitsers de nieuwe heilsleer
predikte. Bij het meer van Thun deed hij een
wonder, om de bewoners van de streek aan
zijn zending te doen gelooven. Hij spreidde z'n
mantel op het smaragden watervlak, zette z'n
opperkleed wijd uit en. zóó, begunstigd door
een goeden wind, zeilde hij recht op Beatus
höhlen aan en hij vertoefde er, als ©en heilig
en vroom kluizenaar» die in de geschiedenis
als Sint Beatus bekend staat, tot aan zijn diep
betreurden dood.
Natuurlijk wend z'n graf in de volgende
yrom© tijden een pelgrimsoord, maar tijdens
de Hervorming werden klooster en kapel ge
sloten en het hol, waarin Sint Batten eens
leefde, met st&enen dichtgemetseld.
Thans, in deze tijden van modern toerisme,
vormen de Beatushöhlen een interessante be
zienswaardigheid.
Behalve dat we er Sint Batten in z'n kluis
zien, als buurman van een gezin van pré-his
torisch© holbewoners heb ik niet gezegd,
dat de Zwitsers gemoedelijk zijn? kunnen
we de eigenlijke Beatushöhlen betreden, de
meer dan een kilometer lange sspelonk, waar
door de beek dondert met eentonig gedreun.
Door bet water in de® berg gevreten, deze spe
lonk. Het almachtig» water schiep er wonde
re®. Stalagtieten, wier ouderdom schier niet
te sc.latten, valt, groepen er bijeen onder een
gewelf va® versmolten dmipgesteente. Glat-
erfhermolems bevinden zich in vele hoeken en
diepe spleten en grillige ravijnen zorgen voor
nóg meer afwisseling op dien tocht door hef
kille binnenste der aarde. Een wonder der
natuur, dat alleen al den rechteroever van de
Thunerse© op een wijde faam recht geeft.
Op een faam, even groot als die van het
dichtbij:© Interlaken, dat zich overigens een
prettig plekje in het aardscke tranemdial heeft
uitgekozen, zoo tussohen het Meer van Tliun
en dat van Brienz, bovendien nog aan de voe
ten van den Jungf rau.
Maar naar Interlaken gingen onze groot
ouders reeds en wanneer zoo vlakbij een vrij
onbekende wereld ligt als di-e tussohen Thun
en Beatushöhlen, met paradijsjes als Gunten,
Beatenberg, Hünibaeh, Oberhof-en etc., dan
wordt het tijd, deze heerlijkheid, zooals reeds
gezegd genaamd de Rechteroever van het
Meer van Thun, eens als oord van verpoozing
te kiezen. En van dhhr uit, via Interlaken
eventueel de schoonheden van het Beroer Ober
land te bewonderen.
Grindeiwald, Lautertbrunnen, Staubbach,
Trümmelbaeh, Jungfraujoch, Scbeiidegg, Eiger-
gletciber Bteusee, al deze pracht valt van den
ji rechteroever van de Thunersee heel gemakke
lijk te bereiken. Men zit er zoo in het hartje
van het onvolprezen Beroer Oberland, het
Schmuckkastehe®.
Er voeren mooie, schaduwrijke wegen naar
Grindeiwald en Lauterbrunnen, weigen, die he
laas wat smal ziju voor auto's doch de meest
verschillend© en schoonste vergezichten laten
genieten.
De streek van Lauterhrunnen en Grindeiwald
is vol van een eohte bergromantiok. Er zijn
tlalen en vlakten, glefccbers, watervallen en
speciale wonderen der natuur! Als uit den
hemel valt de Staubbach omlaag. Het water,
neerstortend van groote hoogte, verdeelt zich
In de lucht, verstuift, wordt als schuimende
champagne, een wolk van kristallen droppels.
En dan de TriimimeibaeliEen kloof in den
ontzaglijken bergwand. Een kloof, waarin
het dondert, bruist en sist. Uit de ingewanden
van dien berg suist met de kracht van
neen, met een niet te benaderen kracht een
massa gleitscherwater de diepte in, regensluiers
werpend naar alle kanten.
Het glinstert er op doffe, uitgesleten beddin
gen, die eens, wellicht duizenden jaren gele
den, door den stroom werden benut bij het
zoeken naar een uitweg op de dolle vaart in
de diepte. Dit is. een werkplaats, een kracht
centrale van de natuur, die dan toeschouwer
©ven het zwijgen oplegt, zoodat hij niet pro
beert, om tegen hot onderaardsch© gerommel
op te schreeuwen.
Alleen een stoet schooljongens doet het, met
succes. Ze wagen zich iu den regen van den
waterval, stuiven gillend achteruit, wanneer
een plotselinge vlaag de galerij wordt uitge-
zweept, ze roepen echo's, op uit verborgen
krachten, overstemmen het kabaal van het
woelende water en ze worden zelfs niet stil
hij het ontwaren van den dubbelen regenboog.
Ze genieten van de schoonheid van hun land
op eigen wijze en genieten er niet minder om.
Het bestuur der keizerlijke hofhouding
Tokio heeft eenige bijzonderheden bekend S;'
maakt over de feestelijkheden bij gelegenbc'5
van de aanstaande troonsbestijging van den j°3-
gen keizer.
De lengte van den keizerlijken feeststoet, V>*
als deze het slot in Tokio voor de reis naf
Kyoto verlaat, werd vastgesteld en de juisb
uren voor de vier hoofdeeremoniën, waarvat
er één in Tokio zal plaats hebben, werden mc!
pijnlijke nauwkeurigheid berekend en nu ree#
gepubliceerd. De lengte van den feestelijk3
stoet, die sleehts weinig minder is dan die va"
den overleden keizer Taisho, werd bepaald "f
550 M. Den 6den November zal hij in
vroegte het Nyabasbipaleis verlaten; vandaal
gaat hij naar het station, waar de keizerlijk
treiu precies om 8 uur naar Kyoto vertrek'-
De keizerlijke wagen met den keizer zelf 'a'
het begin van den trein vormen, dan volgt
wagen der keizerin, daarna komt het gevoté'
onder wie de hertog Nobuahi Makino, de groo'
zegelbewaarder, dr. Kitokuro, Ikhi, de leid#
der keizerlijke hofhouding en hertog Sutef'
Chinsa, de groot-kamerheer van het rijk.
Het keizerlijk echtpaar en het gevolg za!
een nacht te Nogoyo doorbrengen, zooals vriF
ger reeds bekend gemaakt werd. De keizerlijk
trein zal in den namiddag van den 6den N?
vember daar aankomen. Vandaar zal de stoe'
zich begeven naar de afgelegen zalen van ke'
keizerlijk palei3 in het Nagoya-slot, Den volgeI1'
dag dag zal de reis voortgezet worden en teg®"
den middag zal de salontrein in de oude ke''
zerstad Kyo-to aankomen.
Van belang zijn vooral de vijf groote eera"
moniën, waarbij de keizer persoonlijk zijn vet>*'
vaderen in kennis stelt van zijn formeele W"
stijging van den troon. Bij deze ceremonie?
moet een officieel bericht van de troonsbes'Ü'
ging van den keizer gezonden worden aan de®
zonnegod, den voorvader der keizerlijke fa®''
lie, aan keizer Jimmu, den eersten heerscb"3
van Japan, aan keizer Ninko, den overgroot1'5'
der van den tegenwoordigen keizer, aan zij'
overgrootvader keizer Meyi en aan keiz®3
Taisho, zijn vader.
Al deze berichten moeten gezonden word'-5
naar de heiligdommen en mausolea (graf!-6''
ders), waar zij vereerd worden, bijgezet of b?
graven zijn.
Deze feesten en ceremoniën zijn van god?
dienstig heidenschen aard en komen overee"
met de voorschriften van den Sjinto-godsdiens'1
van den Japanschen staatsgodsdienst en
het keizerlijk huis. Het Japansche volk houd|
met groote taaiheid aan deze godsdienstig
plechtigheden vast.
MELBOURNE, 20 Juli. (R. 0-> Na een verb*
debat slaagde® de extremisten, die het v®1
vereemigingsocmigres bijwonen, er door een ta^
tlschen zet in, de aanneming van een resold'';
te verzekeren, waarin de aansluiting van
Australische vakverbond het pan-pacifiati'9"
secretariaat en de roode internationale in ke
buitenland gehandhaafd wordt.
LONDEN, 20 Juli. (R.O.) Gemeld wordt,
de regeering besloten heeft, onmiddellijk b"1?
te verleenen aan de steenkolenindustrie e
vooral financieelen steun te verleenen v0°,,
den uitvoer van steenkolen, in verband met
vermeerdering van het aantal werkloozen, e
de stiehting van mijnen.
7.)
Deze Lodewijk is een tyran ging de an
der die haar gefluisterde woorden niet ge
hoord had verder die geen eerbied heeft voor
de rechten van den mensch. Aan eiken kant
heeft hij zijn edelen, die het merg en de rug-
gegraat van zijn koninkrijk zijn, verdelgd en
geruïneerd. Trouwens, men zegt reeds en ve
len verklaren het voor waarheid, dat zelfs
Charles van Gnienne, zijn eigen broer, minder
lijdt door de derdedaagsche koorts, zooals ver
ondersteld wordt, dan door het langzame ver
gif, dat verborgen zat in een perzik, die deze
Lodewijk die zichzelf zoo poenig betitelt als
,,De vader van zijn volk", hem met eigen
hand heeft aangeboden.
Eustaeie werd bleek van schrik.
Zijn eigen broer vergiftigd! herhaalde
2e, neen. neen, Bertram!, dat kan ik niet ge
looven
Toch zweren verschillenden er op, dat het
zoo waar is als het Evangelie, antwoordde hij,
terwijl hij ging zitten op den arm van den
zetel en den grooten, ruwbehaarden kop van
een der honden bekroelde, die hem in het ver
trek gevolgd waren; maar vast staat in ieder
geval, dat de hortog ernstig ziek is.
Zij rilde, knielde bij den open haard en
spreidde haar handen dichter bij de gloeiende
houtblokken.
En als hij zou sterven, Duisterde zij,
wat dan?
De heiligen mogen dien ramp voorkomen!
Daarbij heeft Charles van Bourgondië reeds zijn
.dochter aan den hertog van Guienne ten hu
welijk geboden. Als Guienne slechts één kind
achterlaat, zullen de edelen van Frankrijk
h.et opvoeden voor zijn troon.
Geve de hemel dan, dat hij niet moge
sterven, zuchtte zij.
Zo° ZÜ het En nu dia pakket? O meisje,
Ik mag er gewoonweg niet aan. denken, wat
er gebeurd zon zijn, als iemand anders dan
mijn dappere Eustaeie langs dit woudpad ge-
kamen was. En de koerier stierf dus vlak na
dat Je hem gevonden had?
Ja, hij ging dood.
Aarzelend, bijna onhoorbaar, ltwamen de
ffoord.eo, O, wat had het haar een lange leugen
geschenen! En hoe vreesde zij nog, ais zij al
les overdacht!
Vreemd, peinsde Bertrand, dat zijn moor
denaars hem daar achtergelaten hebben, zon
der hem eerst te berooven, ofschoon wellicht
zijn geld voor hun meer van belang was dan
een waardelooze brief. Toch, hadden zij 't
maar geweten, zou Lodewijk hen een rijker
belooning voor dit kleine perkamenten rolle
tje gegeven hebben. De Goddelijke Voorzie
nigheid heeft het in jouw handen gebracht,
wees daarvan overtuigd. Ik houd het voor eeu
zeer gunstig voorteeken.
Hij leunde even voorover terwijl hij sprak,
duwde den harden kop van Glairi opzij, terwijl
hij Eustacie's kleine hand weer vatte en die
even kuste.
Lieve handen, zei hij zacht, die zoo trouw
hun dienst volvoerden. Dappere voetjes, die
zoo snel deze boodschap overbrachten. Wat
vermoedde ik weinig van de voorname gebeur
tenis, die in dit bosch plaats greep, terwijl ik
zorgloos den beer vervolgde.
Het licht van den haard toonde haar de don
kere, krachtige trekken, van den man dien
zij beminde en die zich naar haar had gewend.
Er was liefde voor haar in die grijze, dappere
oogen liefde, sterk en diep als de natuur van
den man sterk en diep, onbevreesd en trouw.
O, heilige Maagd! wat een heerlijke minnaar!
Iemand om je aan vast te hechten, om te ver
trouwen, om te vereeren iemand die....
iemand die.dacht dat zij een meisje, even
zuiver, even trouw, even eerlijk als een heilige
in den hemel. En toch had zij bem belogen.
Belogen!
Zon het einde ooit deze donker© en eerl-ooze
middelen kunnen rechtvaardigen? Zij kromp
ineen, vreezend en terugdeinzend, voor de ge
dachte aan zijn mogelijken toorn. Toch was
het alles terwille van een zaak, die hem zeer
na aan het hart lag. Er zou zeker goed uit al
dit kwaad voortkomen. Ja, 't zou alles waer
goed worden en zij zouden gelukkig zijn.
En neem je du» het pakje mee naar Bor
deaux begon zij aarzelend.
Hij stond op, rechtte zich, als een man die
kracht zoekt voor een groote daad.
Ik zal maar even wachten om van kleeren
te verwisselen en dan onmiddellijk vertrekken.
Je moet maar tegen mijn oom zeggen, dat de
dringende nood van een vriend mij ergens an
ders heeft geroepen.
De dringende nood van een vriend?
Ht) lachte eens opgewekt, daar hij, ondanks
zijn dertig jaren, in zijn hart nog een echte
jongen was.
De nood van Frankrijk, riep liK, zijn
handen op haar schouders leggend, dat mag ik
wel zeggen. Maar Ihet zou monsieur la marquis
Plet «rff welkom zijn, gle nog altijd ffieiggrt
om den wolf in Lodewijk te zien, onder zijn
zelfs zoo havelooze schapen-pakje.
Mijn vader i® bereid, om trouw te zweren
aan den overwinnaar, voegde ze hem bitter
toe. Dat is ongetwijfeld ook de reden, die hem
weerhoudt om zijn plichten tegenover Amboise
na te komen. Dat weten wij jij en ik.
Laten wij hem niet te hard beoordéelen,
Eustaeie. Tenslotte heeft hij wellicht een glimp
van wolfsklauwen gezien, maar aarzelt hij nog,
voordat hij zich keert aan de zijde van den
schaapherder.
Zij schudde het hoofd en haastte zich om
van onderwerp te veranderen.
En je gaat dus weg? fluisterde zij, hem
even aanziend. O Bertrand, Bertrand, Bertrand!
Deze oogen zullen verlangend uitzien naar je
terugkomst; deze ooreln zullen wachten op
jouw liefdefluisteringen; deze lippen zullen
hongeren naar jouw liefltoozingen.
Zij nestelde zich nog Sens even aan zijn
zijde.
EeR man mo©t nu eenmaal hard loopen,
voordat hij zijn doel bereikt, antwoordde
Bertrand vriendelijk en vechten voordat hij
gekroond wordt. Mijn kroon en doel lieve
Eustaeie! Ik zal geen ander visioen, hebben
dan jouw gezicht, dat altijd voor me uit zal
gaan.
En de eer, antwoordde zij, zichzelf op-
nienw met deze woorden wondend.
Die is reeds aan mijn zijde, antwoordde
hij krachtig, ik zou zonder haar nooit kunnen
loopen en jij zou mij toch zonder haar niet
willen ontvangen, °e eer en mijn be
minde, zijn toch zeker de wachtwoorden van
eiken trouwen ridder.
Maar zij schudde rusteloos haar hoofd.
Esn vrouw heeft maar één woord, zei ze,
En dat is?
Liefde! Ja, bij mannen Is het wat anders.
Maar als een vrouw dat woord in haar leven
mist, is het voor de rest een bespotting. Lief
de mijn beminde.
Toch vatte hij de ontroering in haar stem
verkeerd op.
'Liefde voor elkander-, zei hij zacht, maar
daarnaast, voor ons en allen Frankrijk! Ik
rijd met een licht hart, daar dat van mijn be
minde op gelijke maat met het mijne slaat. Je
zendt me met de beste taak, die een man ver
vullen kan.
Zend ik je?
En God. Maar jij was toch de engelachti
ge boodschapper.
- Engel! Helaas, helaas! Ik ben geen engel.
Dank die zelfde hemel maar, dat je een
vrouw beat; het liefste en aardigste en eer
lijkste en zuiverste meisje, dat ooit het hart
,van een minnaar bekoord hoeft.
de haar nog wat lieve woordjes toe, toen hij
zag, hoe de scheiding haar bedroefde. Toch
wist hij zich tenslotte met een zacht doch
krachtig gebaar uit haar omarming los te
maken.
Zelfs Eustaeie mocht hem niet van deze
ernstige taak afhouden.
Zoo liet hij haar achter, bereid voor zijn taak
en als een man reeds half vergeten die zoet
heid van het laatste genblik, daar de ernst
van de zaak zijn gedac aen vlugger lieten gaan
dan zijn voeten.
De groote waarheid is zoo vaak reeds ver
kondigd, dat de liefde tenslotte onvoldoende
is om het leven van een man te vullen.
Maar bij een vrouw is deze liefde soms ver
groeid met liet leven.
Zoo was het nu ook met Eustaeie de Pré-
vaux, die in de donkere hall achterbleef
alleen.
Het liefste en aardigste en eerlijkste en zui
verste meisje fluisterde zij en hield haar
handen tegen haar hart, alsof zij het wilde
kloppen tot bedaren wilde brengen.
Toen, met een gesmoorden snik, zonk zij op
haar knieën bij den leegen zetel, haar gelaat
in haar handen verborgen, terwijl haar sluier
over haar schouders tot den grond reikte.
Lieve moeder, had zij, o lieve moeder,
geef toch dat ik in zijn oogen nooit minder
mag worden; en dat, als hij het te weten komt,
als hij het ooit te weten komt hij niet
mag vloeken op dit kleine vergrijp, waarmee ik
zooveel goeds wenschte te winnen, voor de zaak
die hij bemint en voor ons Frankrijk.
De woorden gingen in de stilte verloren,
maar het gesnik ging nog moeizaam door, ter
wijl Gloire, in de war en wat nieuwsgierig, te
vergeefs zijn best deed, om een kouden neus
tegen het weggedoken gezicht te drukken en
nu onrustig snuffelde rond de sleepende ver
sierselen van het groene kleed, die het doo-
vende haardvuur hem met bekoorlijke glan
zingen in het donker liet zien.
Maar Eustaeie bad verder nu in stilte,
maar toch nog even angstig tot den God,
die alleen haar kon redden van de groote vrees,
die diep in haar hart geworteld zat, terwijl zij
dacht aan dë bedreigingen van haar vader
en Lodewijk den koning.
HOOFDSTUK V.
SUZANNE WORDT NIEUWSGIERIG.
Suzanne had het druk, dat wil zeggen, ze
was rechts en link3 en overal in de kamer van.
haar meesteres bezig. Er was een klein rim
peltje van ergernis in het voorhoofd van de
ltamenleT, terwijl zij van tijd tot tijd haar
hoofd schudde, alsof zij het hc-olemaal niet eens
was met haar alleenspraken.
Tsja, dat is natuurlijk, omdat de joU^
sieur de Varelais vertrokken is, mompelde 1
op half-luiden toon, terwijl zij een rood
wealen japon, afgezet met bont, op haar a'
men hield, gereed om die netjes op te vouwe
Pff, denk je, dat ik het niet in de gaten b® j
Haar mooiste kleedjes zullen haar nog
doen lachen, als die minnaar niet terugkop
Maar ik hoop toch maar, dat ze asjeblief
al haar tijd door zal brengen met haar
beden, waarin zij al de heiligen van den hen1'
bezweert om hem te redden. j
Zij loerde eens even achter het gordijn, b®
achter in de kamer, terwijl zij sprak. Gi"
knielde haar meesteres op haar bidstoel.
Als ik een vrijer had en ik heb er natu?
lijk bij booohjes dacht het meisje, ter11'
zij op haar teenen ging staan, om haar ciS^
vrijpostig, knap gezichtje in den spiegel
bewonderen, zou ik toch altijd op nog wel a
mijn teint letten, als hij weg was. Tsja en FIJ.
mooiste bloesje aandoen, om al die ande^y
die tevergeefs om me gezucht hebben, eC^c
goed te laten zien, hoeveel schoonheid
missen, als ze mij niet hebben.
Ze liet het rijke fluweel van de japon °y
haar eenvoudig kleedje vallen en vleide b®
hoofd een beetje schuin opzij tegen de rU j
stof. Rood, mompelde zij nadenkend, zou
zeker best staan; 't zon me benieuwen,
André nou zou zeggen! J
Achter -haar ging lanzaam de deur ope'1
een kop niet een hanekam werd om den h°'
van de zware gordijnen gestoken. v
Meester André stond glimlachend dat r
naeltje een oogenblik aan te zien, stapte t0
ferm in het vertrek en riep fluisterend;
Suzanne!
De fluweelen japon gleed op den grond,
wijl Suzanne, nu zelf vuurrood, zich haaS
omdraaide. <y
Zo pruilde, op een zeer innemende
nier toen zij de slanke verschijning 1°
narrenpak zag, terwijl zij de japon van
meesteres weer opraapte en over een stoel b' ?£,j
Ik heb nu geen tijd voor dwaasheden.
ze met alle waardigheid. ier
André boog en stak zijn rinkelbel in zijn
ren gordel.
Dan zal ik die aan de deur laten,
woordde hij, op haar toetredend.
Daar heb je zelf ook maar te
kwam het antwoord, vergezeld door een be
van haar guitig kopje, maar Suzanna do"
een onweerstaanbaren glimlach, toen hi).
in het minst beschroomd, naar voor hw»
zijn arm rond haar legde,