list en liefde
FEUILLETON
MAANDAG 23 JULI 1928
VIERDE BLAD
PAGINA 3
SCHOONHEID IN DE BERGEN.
VAN ZWITSERLAND
DE STAATSCRSSIS IN SERVIË
CHINA EN JAPAN
FRAUDES BIJ DEN POSTDIENST
IN INDIë
KRUISGESPREK TUSSCHEN
JOURNALISTEN
Wederom een feit van beteekenis
^erliaaj
uit de dagen van Lodewij'k XI
8.)
(Slot.)
Het Huis boven «Ie Wolken.
(Van onzen H-correspondent.)
He Jungfrau is het doel van een tocht, op
e'-n heel vroegen, ijlen morgen. Slechts even
maar komt de zon boven de sneeuw uitkijken.
Het is nog nevelachtig in de vlakte en de tin
ten zijn ijl en teer als op een prachtigen voor
jaarsmorgen in de lage landen aan de zee.
Hie fijne nuances en kleuren en de krachtige
contouren van Mönch, Eiger en Jungfrau bie
den een wonderlijk aspect, een feeërieke men
geling van lijnen tevens, waarin kracht en
teederheid samengaan in een majestu-ense har
monie.
O, deze morgen-tafereelen aan het meer van
Tbun. Zijn ze nog schooner dan wat de avond
biedt, schooner ook dan die verheven-stille
maannachten? Niet er over peinzen. Want dan
moeten de oogen worden gesloten, om dit alles
tegelijk voor den geest te halen en het moment
flu te mooi is. Geen moment aanschouwens van
ue^e schoonheid in de bergen mag verloren
gaan. Daarom niet vergelijken, maar zren,
men, de oogen open, de ziel open, het hart open,
°m het te genieten, zoolang als het kan.'...
In het dichtbije Interlaken staat de trein
fll klaar. Het wordt een paar maal overstap
pen, een verwijlen telkens in een andere we-
leid. Nu eens van diep-groene wouden, ver
bolgens van bonkige rotsen, daarna van sneeuw
en ijs.
Te Scheidegg, op 2064 meter, is het begin
punt van de Jungfraubahn, Hier ligt ook de
Srootsche Eigergletscher in een verblindend
.ut® massa, waarvan cijfers geen voorstelling
kunnen geven.
Ho trein gaat 'n zeven K.M. langen tunnel,
et hart van de bergen in, onder de eeuwige
eeuw door. Een tocht door een uiterst kil
jnnenste der aarde, gelukkig in mooie, goed-
Verwarmde wagons.
0 maal krijgen we gelegenheid, een blik
str t Werelcl te werpen, die zich daar uit
lekt achter een hoogen, glazen muur. De
ig-erwand. Dan weer den duisteren tunnel
(langen, langen tijd.
ideiijk stopt de trein op een onderaardsch
utmn. Het Jungfraujoch, het zadel tusschen
toppen van Mönch en Jungfrau.
1 0 komen eerst in een onderaardsch note],
Pale' - ,"Bergbaus Jungfraujoch", dat een
m eis ls> in z'n nieuwe gedaante. Ook hier ziet
tei,n fereld, een verblindende wereld, ach-
M 8 en 111511 denkt aan Jules Verne.
gehifn1'-61'.18 cok een balcon «u van daar af,
be- ias en 'Ifs kan men de grootschheid
sch 0 erea ban den fameuzen Aietsohglet-
H t mn grootste" van Europa,
het t;te °°E wordt pijnlijk aangetast door
blauw 1 jri>e Ii°ht. De hemel is van een intens
de bia' vt s.neeKwmassa's zijn van een ongeken-
te kuim Een zonnebriI is noodig, om iets
öigheid U Z'en in dcze sterk-lichtende onein-
herinnert dit alles aan Jules Ver-
hart f1®11 heeft niet de minste moeite ge-
feart ?m pracht te hereiken, de verbluf-
lendste middelen der moderne techniek hebben
«en schrikwekkende wereld voor een ieder he
efbaar gemaakt, op een belachelijk simpele
wlJze.
Met een electrische lift stijgt de moderne
ergbeklimmer naar het Jungfraujoch, 3457
«ter hoog gelegen, als middelpunt van een
«i'bijsterend panorama. De Jungfrautop vlak-
.1, 4.166 meter. Verderop de Mönch, 4105 meter,
a afgelegen de Elger, 3075 meter. Ontzagge-
j -o massa's optorenend uit de oneindige,
eeinvige sneeuw.
vja„enzaam> warm, wappert er de Zwitsersehe
do T ?en *eekcn van menschelijken triomf over
ue natuur.
Eiger, Mönch en Jungfrau-
Dit is dan de Jungfrau, de berg, waarvan elk
rechtgeaard Zwitsersch toerist droo'mt. Een
hoogtepunt in figuurlijken en letterlijken zin
van een toer door het Berner Oberland en
eigenlijk van heel Zwitserland. En zijn mooiere
toppen: Mont Rosa, Matterhorn, Mont- Blanc.
Maar de Jungfrau is zooiets als een stap naar
het lioogtoerisme, als is het dan hoog-toerisme
van den kouden grond
Hoog-toerisme van den kouden grond. Ech
ter buitengewoon prettig toerisme, dat door
geen ontberingen verbitterd wordt. Bij den
Jungfrau behoeft men geen ontberingen te
vreezen. In het Berghaus kan men dinasren
als waar ook, drie duizend meter lager. Dit
huis boven de wolken is, zooals gezegd, een
paleis, waar het goed is van eten en van
drinken, alleen duur.
Het uitzicht is hier onbegrensd. Een opeen
volging van bergruggen. Tusschen de gewel
dige aardplooien af en toe het wazige vlak van
een meer. De hemel van het diepste blauw, de
hellende aarde verblindend blank. Als een im
mense rutschbaan loopt de Aietschgletscher
van onder den Jungfrautop tot den horizon.
Er bewegen zich wat menschen in de onbe
grensde stilte, zwartevogels werpen sombere
schaduwen op de sneeuw en een span honden
voor een slede doet denken aan de verlatenheid
van een Poollandschap. Machtig. Aangrijpend.
Een andere wereld dan die beneden, met haar
roodgedakte huisjes, wuivende boompjes en
kabbelende beekjes.
De mensoh staat op het Jungfraujoch boven
de woiken, die in kudden beneden, tusschen
de bergen drijven en soms een spansel vormen,
dat de aarde voor het oog verbergt.
Desondanks is hij niet tevreden. Hij moe,t
hooger, naar den top, 4166 meter. Gidsen bren
gen hem daarheen, door rulle sneeuw en over
het gladde ijs. De ijdelheid viert ook in hoo
ger sfeeren hoogtij.
VLIEGONGELUK IN
TSJECHO-SLOWAKIë
Dieht hü het vliegterrein van Eger is bij een
oefeningsvlucht een jachtvliegtuig, aan boord
waarvan zich de luitenant van het eerste vlie-
gerregement Georg Valeata bevond, van oen
hoogte van 500 meter neergestort. De bestuur
der verloor bij het maken van een spiraal de
heerschappij over zijn vliegtuig. Hij werd op
slag gedood.
EEN AANTAL NEW YORKSUHE
NACHTCLUBS GESLOTEN
NEW YORK, 21 Juli. (R.O.) De politie heeft
invallen gedaan in acht nachtclubs, die thans
gesloten zijn en waarvan de deuren zijn dicht
gespijkerd en van hangsloten voorzien.
Het Kroatisch gevaar
(Van een hijzonderen oorrestondent.)
Het was te voorzien, dat de gevolgen van den
moord in de skoaptsjtoa zich pas zouden doen
gelden, wanneer de gewonde Stefan Radiitsj.
wiens aanzien in de laatste jaren erg aan het
verminderen was, doclh die door den moordaan
slag tot de waardigheid van martelaar van het
Kroatische volk verheven werd, naar Zagreb
zou zijn teruggekeerd. Raddtej, op zich zelf niet
bijzonder dapper, zooalis ik reeds herhaaldelijk
met Herten heb bewezen, wiet in het ziekenhuis
in Belgrado zelfs koning Alexander om den tuin
te leiden; hij beloofde hem n.l., dat hij ook aan
de oplossing van de crisis mee zou werken.
De koning schonk Radiitej bijzondere eerbe
wijzen; hij bezocht hem verschillende malen in
het ziekenhuis en beloofde aan de weduwe van
Paul Raditsj en zijn neef Stefan Radiitsj, dat hij
twee van haar kinderen voor zijn kosten zoa
laten opvoeden. De jonge koning deed dus wei
z'n best om de Kroaten te verzoenen; hij be
schouwde het ndiet als een verlaging van zijn
koninklijke waardigheid, dat hij zi-ch tegenover
Radiitsj vernederde.
Het heeft echter niet mogen baten; de klove
tusschen Belgrado en Zagreb is zoo diep, dat
zelfs de persoonlijke tusschenkomt van den
koning ze niet vermocht te overbruggen. Dat is
niet de sdhuio van dan koning, die heel goed
weet, welk gevaar zijn land bedreigt, ma,ar de
schuld van zijn raadgevers, de lieden van de
„Witte Hand", die de Kroatee maar ail te goed
kennen en waarvan zij weten, diat zij machtiger
is dan de koning; de koning heeft goed beloven,
maar hij kan toch niet anders doen dan zooals
de mannen van do „Witte Hand" willen.
Radiitsj en de Kroateu weten maar ai te goed,
dat de koning do gevangene van de „Witte
Hand" en de speelbal van hun politiek is. De
„Witte Hand" kent geen pardon; zij zal nooiit
toestaan, dat de Serviërs in den staat op den
achtergrond zullen worden gedrongen. Voor hen
is een vergelijk iets onmogelijks. Zoolang de
koning naar hen luistert, blijven ze bem onder
danig, doch mocht hij probeeren anders te han
delen dam volgens de plannen van de „Witte
Hand", dan zou hij van zijn macht niet meer
zeker zijn.
Om slechts een idee te geven, welke macht de
„Witte Hand" in dit land bezit, zij vermeld, dat
de minister van oorlog, Hadjitsj, aan wien de
koning op het oogemblik de samenstelling van
een regeering heeft opgedragen, lid is van deze
organisatie, evenals Iovanowitsj, minister van
het koninklijk hof.
Het laat zich beg,rijpenj jo welken critieken
toestand het land zich bevindt, nu juist diegene
met de vorming van bet kabinet belast is, wiens
macht de Kroaten willen breken om den staat
voor den ondergang te redden. Een oplossing
van de crisis door Hadjitsj is dus uitgesloten,
want de Kroaten zullen hun medewerking
weigeren.
Rad its j weid bij zijn terugkeer in zijn land
als een verloste martelaar ontvangen. Het zon
verkeerd zijn te meen©»,. <jat dlit 2yn persoon»
gold. De Kroaten willen daarmee alleen tegen
Belgrado mamifesteeren ep zjj dwongen d'en
boerenleider de politieke richting op, zooals de
Kroaten die wenschten. D© kussen van den
koning hadden bem alles doom vergeten, maar
nauwelijks was hij in Zagreb, of hij kwam weer
onder don invloed van het wolft en nu ton hij
weer niet anders dan de politiek van dat volk
voeren.
Hij weet het voIl£ uitstekend naar
den mond te praten, hij js in staat
vandaag te ontkennen, wat hij gisteren
gezworen heeft, al naar omstandigheden. Onder,
danigheid tegenover den koning zegt nog niets,
want hij zal in Zagreb tegen den koning agee-
ren, wanneer do stemming va,n dat
eischt, en die stemming is er ongebwijfieM, alleen
.wondt zo oan tactische redenen nog naet puhMeik.
In Belgrado trachtte men den schijn to wek
ken, dat het een politieke crisis gold, zoo als er
zich wel twintig in de laatste negen Jaren heb
ben voorgedaan, Niettegenstaande de duidelijke
taal der Kroaten, Slovene®, Dalmatiërs en Ser
viërs aan gene zijde van de Save, wil men in
Belgrado niet inzien dat het hier gaat om een
staatserfeis.
Het Zagnebsche blad „Obzor" schreef open
lijk, dot het niet voldoende is, een centralisatie
tot stand te brengen om de crisis op te lossen,
er moet een totale verandering van systeem
komen, want noch de Kroaten, noch de overige
bedrogen volksgroepen 'zullen de reeds tien jaar
durende hegemonie van Servië, het rooven, bet
bedrog en de dictatuur langer meer dulden. Het
minste, wat er gebeuren moet, is een princi
pieels verandering van de constitutie.
Japansche Ministerraad
Het Japansche kabinet beeft Vrijdag volgens
een bericht uit Tokio uitsluitend over Chince-
sche aangelegenheden beraadslaagd.
Hoewel de verklaring der regeering van
Nanking inzake de opheffing van het verdrag
met Japan ciet officieel ter kennis van den
ministerraad is gebracht, is daarover reeds be
raadslaagd. Ofschoon Japan tot onderhande
lingen over de herziening van het verdrag be
reid is, houdt de regeering vast aan bet stand
punt, dat China op grond van art. 26 van het
verdrag niet het recht heeft het verdrag op te
zeggen.
Deze houding der regeering wordt door de
geheele pers goedgekeurd.
Voorts hield het kabinet zich bezig met de
onderhandelingen tusschen de regeering van
Nanking en die van Moekden om een politieke
unie tuechen heide gebieden tot stand te bren
gen. In politieke kringen te Tokio ontmeet dit
streven der Chineezen ernstig veTzet, daar men
vreest, dat de Japansche belangen in de drie
kustprovincies hierdoor in het gedrang zul
len komen.
Ook het vraagstuk der terugtrekking der
Japansche troepen uit China is ter sprake ge
bracht, waarbij de opvatting bleek te bestaan,
dat van een algeheele terugtrekking geen sprake
kan zijn, zoolang het incident van Tsinanfoe
niet geregeld is.
TOKIO, 21 Juli. (R.O.) Japan heeft Tsjamg
Hsee Liang, den zoon van Tsjang Tso Lin ge
waarschuwd tegen aansluiting van Mantsjoerije
bij de nationalistische regeering, daar hieruit
zeker moeilijkheden zouden voortvloeien.
Algemeen gelooft men evenwel, dat Japan
niet kan optreden als de waarschuwing in den
wind wordt geslagen.
HOE SOMMIGE MENSCHEN BE
DANKEN VOOR HET ABONNE
MENT OP EEN TIJDSCHRIFT.
1. Wel el de Heer en,
„Ondergeteekende wenschen (naam van tijd
schrift) niet weer te sturen en zeggen ze nu op
met Mei niet weer te sturen, dus niet weer
sturen."
2. „Den heer N. N. verlangt niet meer het
boekje indien U nog 25 cent verlangt voor het
1 boekjen moet U maar kome hale."
3. „Daar er verleden week iemand geweest
is om je ln te schrijfen daar hij mijn overhaalt
heeft maar daar hij mijn over een maandt de
kwaintanzje zouw sturen daar ik er van af
ziet daar ik het niet volbrengen kan en want
toch niet kan dat kan niet wil u zoo goedt
weezen om mijn te schrapen het adres is
daar het mijn te bezwaarlijk is in hoogachten
N. N."
Het percentage zeer gering
ER WORDT SCHERP GECONTROLEERD.
BANDOENG, 21 Juli (Aneta.) Naar aan
leiding van een in Mei j.L voorgevallen fraude
met vijf aangeteekende brieven, waaruit in
totaal 2596,30 verdwenen was, vestigt het
hoofd van de Posterijen de aandacht op het
feit, dat uit een terzake ingesteld onderzoek
al dadelijk gebleken is, dat de brieveu in den-
zelfden staat, waarin ze door den postdienst
zijn aangenomen, aan geadresseerden zijn uit
gereikt. De brieven zijn dan ook door ie ge
adresseerden zonder reclame in ontvangst ge
nomen, zoodat den postdienst geen blaam treft.
Intusschen is het ondersoek der Justitie nog
niet afgeloopen.
Wat in het algemeen gevallen van fraude bij
den postdienst betreft deelt het hoofd van dit
bedrijf mede, dat in 1927 op de 571 post-, hij-
post- en hulppostkantoren slechts 34 gevallen
van onregelmatigheden zijn voorgekomen tot
een totaal bedrag van ƒ17.664. Berekend over
den totalen omzet ad 512 millioen gulden he
iiep het bedrag aan fraudes dus slechte 0.0034
procent of ongeveer een derde cent per honderd
gulden ever den omzet. In genoemd jaar be
droeg het aantal door schuld of toedoen van
het postpersoneel vermiste of beroofde gewone
aangeteekende en geadviseerde zendingen veer
tien of 0.0003 procent van het in totaal behan
delde aantal gewone aangeteekende zendingen,
dat 4.959.443 bedroeg, terwijl bet aantal be
roofde of vermiste waardezemdingen drie op
een totaal van 260.117 of 0.001 procent bedroeg.
Voorts werden negen postpakketten vermist
of beroofd op een aantal van 1.098.474, 'of 0.0008
procent van het totaal
Zooals blijkt is het percentage fraudes
zeer gering, hetgeen voor een goed deel het
gevolg is van de scherpe control© die wordt
uitgeoefend, waardoor eventueele fraudes, di©
nimmer geheel te voorkomen zijn, meestal zeer
spoedig ontdekt worden en tot geringe propor
ties teruggebracht.
CIVIELE LUCHTVAART IN INDIë
Opening der diensten op 1 November
BANDOENG, 21 Juli (Aneta.) Het A.I.D. dé
Preangerbode verneemt, dat in verband met
bet vertraagd vertrek der Fokkervliegtuigen
uit Nederland de civiele luchtdiensten in Ned.«
Indië pas op 1 November a.s. geopend worden.
BATAVIA, 21 Juli (Aneta.) Gisteravond
heeft voor de radiotelefonie een tweede histori
sche gebeurtenis gebracht. Er is namelijk eem
fcruisgesprek gehouden tuschen Hoilandsche,
Engelsche en Duitsche Journalisten te Batavia
met collega's in Holland. De verbinding werd
tot stand gebracht via de stations voor draad»
looze telefonie Bandoeng en Kootwijk. Het
overbrengen van de stem was zeer zuiver en
duidelijk. De oor-respondent te Batavia van de
London Times, de heer Hunter had een onder
houd van zes minuten met zijn Hollandschen
collega van de Daily Mail den heer Anthcliffe
en een Hollacdsch journalist had een onder
houd met Madame de Gubernatis, de Holland-
sohe correspondente van de Petit Parieten,
Twee Duitsche journalisten te Batavia spraken
tenslotte met Berlijnsche collega's. De hieele
demonstratie duurde ongeveer anderhalf uur,
°0l, ,Ik beb eehoord, mompelde bij haar in het
WesL <le liefde zelfs wijze mannen weer gek
g. zon(icn heeft.
hejj!J"laakte zich met 'n handigen draai van.
stan 7 °S' maar bleef toch op enkele passen af-
staan.
Wij,,, 'T'n moest dat toch zeker een nar wat
alsof' Ieeren> rieP m nit, terwijl zij deed,
ik i.i2! hevig verontwaardigd was. Ga weg,
b .t veel te druk.
sich h S''a' lk ook' anfW001'dde hij, terwijl hij
te Bt ,v?stte 00 Plooien van den japon weer recht
huilti ?n- Weer kwamen er een paar leuke
®s ifl haar rozige wangen.
üiaar 10 een e°bte dwaze nar, riep ze,
hij st °?<3ertusschen verzette zij zich niet, toen
een kusje wegsnoepte.
meer Q kent allerliefst lief, zei hij en er was
Van ,.°I)1'echtheid dan dwaasheid in den klank
2^ ZIlu stem.
Scb0t 7' Suzanne zuchtte, een diepe en tragi-
ken die hem zou hebben doen sehrik-
_L p u hij baar niet beter gekend bad.
staat er herhaalde zij, ik.... mijn hoofd
rneestr,? niet naar om grappen te maken. Mijn
uteres is bedroefd.
Vafl dr ZP^arte °°s«fl namen die uitdrukking
sProkeaC le'^ over, die echter duidelijk weer
baar n Werd. door de schalksche buiging van
uppem
Vriji lUMoe';(h antwoordde meester André, ter-
de, 0 (ijj6®1. wi-i.3 ziifl zwaren uarrenkop schud-
ylst vierentwintig uur geleden aJ.
Ja n 'a°hfe ze.
r)Qlllaar verdriet zat toen al te broeien.
2aai',we«'t J9 niks van.
heeste,.11 t niet? Ik kwam juist eens naar je
Sm zien"
hu Wfu'!'1?. hield halfweg de kamer in en was
Pff 1Jk verhaasd.
Hep j, om mijn meesteres gezonden, ja zeker,
kit natu 1®.t..€ea beelen mooien toorn. Nou, die
Dat11» weer op d'r knieën te bidden,
Su2£!b 1s vrel noodig, antwoordde André.
half jj, e stond weer naast hem, half boos,
.«horren gleriS. Toch probeerde ze nog te
Jfe zal je ooren eens wasseken, akelige
knul, om zoo met groote liefde te spotten!
Spot ik met groote liefde? herbaalde hij
in geveinsde boosheid, dat mogen de heiligen
verhoeden.
Zij keek hem onderzoekend in bet gezicht,
maar de uitdrukking verklaarde baar niets.
Het werd toen tijd voor haar, om te vleien.
Zeg eens André, fluisterde ze, is het
heusch waar, dat je weet waarom mijn meeste
res bedroefd is?
Hij krabde eens op zijn kop.
Sleur Bertrand is weggegaan, hè?
Jaja, maar er is nog iets. Waarom lag
zij den heelen nacht in haar bed te zuchten en
te snikken en heeft zij me twee keer uit mijn
slaap opgeschrikt door het gegil van vlammen!
vlammen! als iemand die door schrik over
mand werd?
Nu werd het gezicht van den nar ernstig.
Arm meisje, mompelde hij en zijn blauwe
oogen gloeiden van groote verontwaardiging.
Dat zeg ik je, Suzanne, er zijn duivels, ook
buiten de hel.
Duivels? Suzanne bewoog zenuwachtig
haar vingers door de kralen van haar hals
snoer, terwijl zij bedeesd over haar schouder
naar den nar keek.
André maakte echter geen grapjes.
Zelfs in dit veilige kasteel, waarschuw
de bij.
Maar d'r is ook een engel in, antwoordde
zij, terwijl zij zijn tragische bewering weer op
lichtte.
Hij kuste haar en onmiddellijk haar veran
derde stemming overnemend, zei hij ondeu
gend en toch oprecht:
Twee!
Maar juist nu, wilde zij heelemaaJ geen com
plimentjes van hem.
Jij hebt een geheim, sprak zij nu, beschul
digend bijna, terwijl zij haar handen ferm op
zijn schouders legde en hem onderzoekend in
de oogen keek.
Een nar zit vol geheimen, antwoordde hij
zeer handig. Het is een bewijs van zijn dwaas
heid.
En dat betreft mijn meesteres, ging zij
door, daarom wil ik het weten.
Hij trok zijn beweeglijk, lang gezicht in een
spottenden ernst.
Kleine Suzanne, zei hij plechtig, ik be
min jou.
Zij stampte ongeduldig met haar voetje.
Pff, ik wil jouw geheim weten!
Nou, dat was het! Het grootste en liefste
geheim van mijn heele hart!
Heb je nou ooit zoo'n nar gezien, klaagde
ze, terwijl ze hem hoofdschuddend aankeek. Dat
yrist ik al drie maanden geleden.
Dait is alweer gen heele maand voordat
|k het ?elf wist.
Zij stond werkelijk op het punt, hem door
den groeienden afkeer van zich af' te stooten,
Ga weg. beval ze, ik wii niet naar al die
dwaze taal luisteren, als mijn- meesteres in
moeilijkheden zit.
Ik kwam om haar te helpen, zei hij kalm.
Jij haar helpen? Door j© grappenj zeker?
Hij zuchtte eens zwaar.
Ditmaal niet, Suzanne. Nee, ditmaal zal
ik alle scherts terzijde leggen> zooajs jt 0ok
spoedig kap en bellen af Zal doen> lndien ik
goed in de sterren heb gelezen. Ik zou jouw
meesteres om jouwentwil gediend hebben, zoo
wel als in haar eigen belang; maar boven
alles en ik ben nu heel oprecht kom ik
vandaag hier naar toe. vanwege de liefde, die
ik voor sieur Bertrand heb.
Zij keek hem verward aan en vorsebte in
zijn oogen, om te zien of er werkelijk geen
grap achter zat.
Maar zijn blik stelde haar gerust.
Monsieur de Varelais? vroeg ze.
Hij heeft mij eenmaal van de „provoost"
gered, omdat ik een vet konijn achter de ooren
tikte. Ik ben hem mijn leven schuldig en
hij heeft tegelijkertijd mijn sympathie gewon
nen. Daar is maar één si©ur Bertrand in de
wereld, kleintje en maar één Suzanne. Die twee
vullen het hart van een armen nar. Begrijp
je dat?
Niet het hart van een nar, maar dat
van
Haar lippen trilden, maar André glimlachte.
Van? vroeg hij, terwjjl zijn vlugge arm
haar weer omvatte.
Mijn echten minnaar!
Daarvoor kuste hij haar.
Vanwege die dubbele liefde ben ik nu
hier, zei hij. Wil je U11JU meesteres even roe
pen, lief kind? En Iaat de rest maar over aag
de heiligen en mij?
Zij aarzelde.
Wil je mij dan toch niks vertellen?
Zwarte oogen waren welsprekend.
Ik kan niet. Het zou Werkelijk te gevaar
lijk zijn daar de duivel 0p Avines zal blij
ven, als op zijn minst één engel wegvlucht.
Dus, in je eigen belang weiger ik, Suzanne!
Ik haat geheimen, antwoordde zij prui
lend.
Als je werkelijk van je meesteres houdt,
zul je het mijne niet willen weten. Doch roep
haar hier.
Zij zit te bidden. Zij stuurt allerlei vragen
naar alle heiligen die ze kent.
Dan ben ik het antwoord.
Zeg! enfin, op Jouw verantwoording»
Zü ging naar het gordijn, dat de kleine bid
kapel voor heit gezicht verborg. Ze was al hal
verwege, terwijl André haar meit liefdevolle
oogen volgde; toen, zich omkëerend, kwam ze
tot hem terug, te nieuwsgierig voor een al te
gewillige gehoorzaamheid.
Kent mijn meesteres joiiw geheim? vroeg
ze fluisterend.
Blauwe oogen waren inderdaad raadselachtig.
De helft is al van haar, kwam André's
weerlegging.
En de andere helft?
Van den duivel.
Ze sloeg van schrik een kruis.
Moge de hemel ons beschermen. Wat kan
dat zijn? Zeg me eens, beste André, dit alleen
maar, als je van je kleine Suzanne houdt be
treft het monsieur de Varelais?
Ja.
En gaat het over zijn vertrek?
Ja.
Isis het gevaarlijk?
Dat zijn jouw vragen. En geloof me nou,
lief kindje, je meesteres zal je elk uitstel niet
spoedig vergeven!
Arme Suzanne! Eva's erfenis heeft veel bit
tere zijden, als de vervulling van haar wensch
verboden is.
Ik haat geheimen, riep ze, maar keerde
onderwijl, hoewel onwillig, zich weer naar het
gordijn, om haar boodschap te doen.
André trok de schouders op.
Ais ze niet van jou zijn, hè, mompelde
hij sotto voce.
Wil je mijn meesteres alleen spreken?
vroeg het meisje, haar hand in de plooien van
het gordijn.
Hij knikte.
Jaja. En je zult haar werkelijk een groo-
ten dienst doen, als je buiten een oogje in het
zeil houdt. Als iemand deze buurt uitkomt,
zeg je maar, dat je meesteres ziek is en nie
mand kan ontvangen.
Suzanne verdween zonder een woord. Het
was werkelijk een wonder van zelfbeheersching.
HOOFDSTUK VI.
EEN NAR WORDT RAADSHEER.
Wenseh je mij zeer dringend te spreken.
André? Dat is een vreemd verzoek.
Eustacie de Prévaux sprak toonloos, terwijl
haar vingers nog de kralen betastten van den
rozenkrans, die om haar hals hing.
De nar maakte een diepe buiging, wierp een
vluggen blik van sympathie en Bewondering
op de slanke gestalte, die er nu nog kinder
lijker dan gewoonlijk uitzag, in baar nauw
sluitend wit ochtendkleed, afgezet met zacht
zwanendons, terwijl de sluier ook gedeeltelijk
het gezicht van de spreekster bedekte een
gelaat, dat nu even droef als lieflijk was, met!»
donkere kringen rond de groote, klare oogen
Waar zware leden op drukten.
Een zeer vreeind verzoek, inderdaad,
schoono meesteres, maar toch zoo dringend,
dat ik geen seconde uitstel kan dulden. Ook
zoudt gij me dat niet verleend hebben, indien
ge wist het gevaar, waaTin verkeert sieur
Bertrand.
Eustacie schrok op, terwijl er plotseling een
angst in haar oogen kwam staan. André's toon
was vol sombere beduidenis.
Het gevaar van.... van.... den sieur
Bertrand? herhaalde ze met afschuw.
Er waren tranen in de oogen van den nar.
Mademoiselle, ik heb hem lief, zei hij
eenvoudig.
Dat is zoo vreemd niet, André, dat,...,
dat.doe ik ook.
Zij ging op een lage rustbank zitten, terwijl
zij sprak en 1 iet haar heet voorhoofd in haar
handen rusten.
Dat geloof ik ook, mademoiselle, anders
had ik het ook niet gewaagd, tot u te komen,
sinds ik gezien heb, hoe en waarom u hem
naar Bordeaux gestuurd hebt.
De grappenmaker sprak nu in vollen ernst,
Eustacie keek op, hun blikken kruisten el
kaar. Die van de vrouw vielen het eerst en zij
trilde, toen zij de vraag uitstamelde:
Wat weet jij daarvan? Naar Bordeaux?
Heilige Maria! Wie heeft je dat zulke din
gen gezegd?
Meesteres, antwoordde hij ernstig, het
is geen oogenblik om met halve waaYheden den
tijd vol te babbelen. In het belang van sieur
Bertrand vraag ik u verlof, om zoo eerlijk mo
gelijk te kunnen spreken. Kort en duidelijk,
Gij zijt mijn vaders nar.
Maar gisteren wilde hij me ranselen bij
gebrek aan geest; hij kan wel gelijk hebben,
maar toch dunkt me, dat ik, indien ik dat
wensch, jonkvrouw, hem nog ver te knap
af ben.
Mijn rader te knap af zijn?
Zij hield haar hand aan haar bonzende slo
pen, terwijl zij ontsteld naar den man keek, did
zoo'n vreemde taal sprak.
En uw minnaar redden, meesteres.
Mijn minnaar? Maar.... maarmon
sieur de Varelais is niet in gevaar!
Hij rijdt zijn dood tegemoet, jonkvrouw!.
Zij sprong op en vergat in haar plotselingen
schrik alle smart, die zij zich van zich stoottë,
met uitgestrekte armen, als was bet een stof-»
lijke gestalte.
Zijn dood? gilde zij uit, zijn dood? Narij
dwaas! Als dit jouw grap is, laat ik je met
eën zweep uit het kasteel ranselen.
André hield echter dapper stand. Er waq
meer dan 'een booze vrouw noodig, om hem,
van zijn plannen af tö brengen.
(Wordt vervolgd.)] -J