list en liefde FEUILLETON MAANDAG 23 JULI 1928 VIERDE BLAD PAGINA 3 SCHOONHEID IN DE BERGEN. VAN ZWITSERLAND DE STAATSCRSSIS IN SERVIË CHINA EN JAPAN FRAUDES BIJ DEN POSTDIENST IN INDIë KRUISGESPREK TUSSCHEN JOURNALISTEN Wederom een feit van beteekenis ^erliaaj uit de dagen van Lodewij'k XI 8.) (Slot.) Het Huis boven «Ie Wolken. (Van onzen H-correspondent.) He Jungfrau is het doel van een tocht, op e'-n heel vroegen, ijlen morgen. Slechts even maar komt de zon boven de sneeuw uitkijken. Het is nog nevelachtig in de vlakte en de tin ten zijn ijl en teer als op een prachtigen voor jaarsmorgen in de lage landen aan de zee. Hie fijne nuances en kleuren en de krachtige contouren van Mönch, Eiger en Jungfrau bie den een wonderlijk aspect, een feeërieke men geling van lijnen tevens, waarin kracht en teederheid samengaan in een majestu-ense har monie. O, deze morgen-tafereelen aan het meer van Tbun. Zijn ze nog schooner dan wat de avond biedt, schooner ook dan die verheven-stille maannachten? Niet er over peinzen. Want dan moeten de oogen worden gesloten, om dit alles tegelijk voor den geest te halen en het moment flu te mooi is. Geen moment aanschouwens van ue^e schoonheid in de bergen mag verloren gaan. Daarom niet vergelijken, maar zren, men, de oogen open, de ziel open, het hart open, °m het te genieten, zoolang als het kan.'... In het dichtbije Interlaken staat de trein fll klaar. Het wordt een paar maal overstap pen, een verwijlen telkens in een andere we- leid. Nu eens van diep-groene wouden, ver bolgens van bonkige rotsen, daarna van sneeuw en ijs. Te Scheidegg, op 2064 meter, is het begin punt van de Jungfraubahn, Hier ligt ook de Srootsche Eigergletscher in een verblindend .ut® massa, waarvan cijfers geen voorstelling kunnen geven. Ho trein gaat 'n zeven K.M. langen tunnel, et hart van de bergen in, onder de eeuwige eeuw door. Een tocht door een uiterst kil jnnenste der aarde, gelukkig in mooie, goed- Verwarmde wagons. 0 maal krijgen we gelegenheid, een blik str t Werelcl te werpen, die zich daar uit lekt achter een hoogen, glazen muur. De ig-erwand. Dan weer den duisteren tunnel (langen, langen tijd. ideiijk stopt de trein op een onderaardsch utmn. Het Jungfraujoch, het zadel tusschen toppen van Mönch en Jungfrau. 1 0 komen eerst in een onderaardsch note], Pale' - ,"Bergbaus Jungfraujoch", dat een m eis ls> in z'n nieuwe gedaante. Ook hier ziet tei,n fereld, een verblindende wereld, ach- M 8 en 111511 denkt aan Jules Verne. gehifn1'-61'.18 cok een balcon «u van daar af, be- ias en 'Ifs kan men de grootschheid sch 0 erea ban den fameuzen Aietsohglet- H t mn grootste" van Europa, het t;te °°E wordt pijnlijk aangetast door blauw 1 jri>e Ii°ht. De hemel is van een intens de bia' vt s.neeKwmassa's zijn van een ongeken- te kuim Een zonnebriI is noodig, om iets öigheid U Z'en in dcze sterk-lichtende onein- herinnert dit alles aan Jules Ver- hart f1®11 heeft niet de minste moeite ge- feart ?m pracht te hereiken, de verbluf- lendste middelen der moderne techniek hebben «en schrikwekkende wereld voor een ieder he efbaar gemaakt, op een belachelijk simpele wlJze. Met een electrische lift stijgt de moderne ergbeklimmer naar het Jungfraujoch, 3457 «ter hoog gelegen, als middelpunt van een «i'bijsterend panorama. De Jungfrautop vlak- .1, 4.166 meter. Verderop de Mönch, 4105 meter, a afgelegen de Elger, 3075 meter. Ontzagge- j -o massa's optorenend uit de oneindige, eeinvige sneeuw. vja„enzaam> warm, wappert er de Zwitsersehe do T ?en *eekcn van menschelijken triomf over ue natuur. Eiger, Mönch en Jungfrau- Dit is dan de Jungfrau, de berg, waarvan elk rechtgeaard Zwitsersch toerist droo'mt. Een hoogtepunt in figuurlijken en letterlijken zin van een toer door het Berner Oberland en eigenlijk van heel Zwitserland. En zijn mooiere toppen: Mont Rosa, Matterhorn, Mont- Blanc. Maar de Jungfrau is zooiets als een stap naar het lioogtoerisme, als is het dan hoog-toerisme van den kouden grond Hoog-toerisme van den kouden grond. Ech ter buitengewoon prettig toerisme, dat door geen ontberingen verbitterd wordt. Bij den Jungfrau behoeft men geen ontberingen te vreezen. In het Berghaus kan men dinasren als waar ook, drie duizend meter lager. Dit huis boven de wolken is, zooals gezegd, een paleis, waar het goed is van eten en van drinken, alleen duur. Het uitzicht is hier onbegrensd. Een opeen volging van bergruggen. Tusschen de gewel dige aardplooien af en toe het wazige vlak van een meer. De hemel van het diepste blauw, de hellende aarde verblindend blank. Als een im mense rutschbaan loopt de Aietschgletscher van onder den Jungfrautop tot den horizon. Er bewegen zich wat menschen in de onbe grensde stilte, zwartevogels werpen sombere schaduwen op de sneeuw en een span honden voor een slede doet denken aan de verlatenheid van een Poollandschap. Machtig. Aangrijpend. Een andere wereld dan die beneden, met haar roodgedakte huisjes, wuivende boompjes en kabbelende beekjes. De mensoh staat op het Jungfraujoch boven de woiken, die in kudden beneden, tusschen de bergen drijven en soms een spansel vormen, dat de aarde voor het oog verbergt. Desondanks is hij niet tevreden. Hij moe,t hooger, naar den top, 4166 meter. Gidsen bren gen hem daarheen, door rulle sneeuw en over het gladde ijs. De ijdelheid viert ook in hoo ger sfeeren hoogtij. VLIEGONGELUK IN TSJECHO-SLOWAKIë Dieht hü het vliegterrein van Eger is bij een oefeningsvlucht een jachtvliegtuig, aan boord waarvan zich de luitenant van het eerste vlie- gerregement Georg Valeata bevond, van oen hoogte van 500 meter neergestort. De bestuur der verloor bij het maken van een spiraal de heerschappij over zijn vliegtuig. Hij werd op slag gedood. EEN AANTAL NEW YORKSUHE NACHTCLUBS GESLOTEN NEW YORK, 21 Juli. (R.O.) De politie heeft invallen gedaan in acht nachtclubs, die thans gesloten zijn en waarvan de deuren zijn dicht gespijkerd en van hangsloten voorzien. Het Kroatisch gevaar (Van een hijzonderen oorrestondent.) Het was te voorzien, dat de gevolgen van den moord in de skoaptsjtoa zich pas zouden doen gelden, wanneer de gewonde Stefan Radiitsj. wiens aanzien in de laatste jaren erg aan het verminderen was, doclh die door den moordaan slag tot de waardigheid van martelaar van het Kroatische volk verheven werd, naar Zagreb zou zijn teruggekeerd. Raddtej, op zich zelf niet bijzonder dapper, zooalis ik reeds herhaaldelijk met Herten heb bewezen, wiet in het ziekenhuis in Belgrado zelfs koning Alexander om den tuin te leiden; hij beloofde hem n.l., dat hij ook aan de oplossing van de crisis mee zou werken. De koning schonk Radiitej bijzondere eerbe wijzen; hij bezocht hem verschillende malen in het ziekenhuis en beloofde aan de weduwe van Paul Raditsj en zijn neef Stefan Radiitsj, dat hij twee van haar kinderen voor zijn kosten zoa laten opvoeden. De jonge koning deed dus wei z'n best om de Kroaten te verzoenen; hij be schouwde het ndiet als een verlaging van zijn koninklijke waardigheid, dat hij zi-ch tegenover Radiitsj vernederde. Het heeft echter niet mogen baten; de klove tusschen Belgrado en Zagreb is zoo diep, dat zelfs de persoonlijke tusschenkomt van den koning ze niet vermocht te overbruggen. Dat is niet de sdhuio van dan koning, die heel goed weet, welk gevaar zijn land bedreigt, ma,ar de schuld van zijn raadgevers, de lieden van de „Witte Hand", die de Kroatee maar ail te goed kennen en waarvan zij weten, diat zij machtiger is dan de koning; de koning heeft goed beloven, maar hij kan toch niet anders doen dan zooals de mannen van do „Witte Hand" willen. Radiitsj en de Kroateu weten maar ai te goed, dat de koning do gevangene van de „Witte Hand" en de speelbal van hun politiek is. De „Witte Hand" kent geen pardon; zij zal nooiit toestaan, dat de Serviërs in den staat op den achtergrond zullen worden gedrongen. Voor hen is een vergelijk iets onmogelijks. Zoolang de koning naar hen luistert, blijven ze bem onder danig, doch mocht hij probeeren anders te han delen dam volgens de plannen van de „Witte Hand", dan zou hij van zijn macht niet meer zeker zijn. Om slechts een idee te geven, welke macht de „Witte Hand" in dit land bezit, zij vermeld, dat de minister van oorlog, Hadjitsj, aan wien de koning op het oogemblik de samenstelling van een regeering heeft opgedragen, lid is van deze organisatie, evenals Iovanowitsj, minister van het koninklijk hof. Het laat zich beg,rijpenj jo welken critieken toestand het land zich bevindt, nu juist diegene met de vorming van bet kabinet belast is, wiens macht de Kroaten willen breken om den staat voor den ondergang te redden. Een oplossing van de crisis door Hadjitsj is dus uitgesloten, want de Kroaten zullen hun medewerking weigeren. Rad its j weid bij zijn terugkeer in zijn land als een verloste martelaar ontvangen. Het zon verkeerd zijn te meen©»,. <jat dlit 2yn persoon» gold. De Kroaten willen daarmee alleen tegen Belgrado mamifesteeren ep zjj dwongen d'en boerenleider de politieke richting op, zooals de Kroaten die wenschten. D© kussen van den koning hadden bem alles doom vergeten, maar nauwelijks was hij in Zagreb, of hij kwam weer onder don invloed van het wolft en nu ton hij weer niet anders dan de politiek van dat volk voeren. Hij weet het voIl£ uitstekend naar den mond te praten, hij js in staat vandaag te ontkennen, wat hij gisteren gezworen heeft, al naar omstandigheden. Onder, danigheid tegenover den koning zegt nog niets, want hij zal in Zagreb tegen den koning agee- ren, wanneer do stemming va,n dat eischt, en die stemming is er ongebwijfieM, alleen .wondt zo oan tactische redenen nog naet puhMeik. In Belgrado trachtte men den schijn to wek ken, dat het een politieke crisis gold, zoo als er zich wel twintig in de laatste negen Jaren heb ben voorgedaan, Niettegenstaande de duidelijke taal der Kroaten, Slovene®, Dalmatiërs en Ser viërs aan gene zijde van de Save, wil men in Belgrado niet inzien dat het hier gaat om een staatserfeis. Het Zagnebsche blad „Obzor" schreef open lijk, dot het niet voldoende is, een centralisatie tot stand te brengen om de crisis op te lossen, er moet een totale verandering van systeem komen, want noch de Kroaten, noch de overige bedrogen volksgroepen 'zullen de reeds tien jaar durende hegemonie van Servië, het rooven, bet bedrog en de dictatuur langer meer dulden. Het minste, wat er gebeuren moet, is een princi pieels verandering van de constitutie. Japansche Ministerraad Het Japansche kabinet beeft Vrijdag volgens een bericht uit Tokio uitsluitend over Chince- sche aangelegenheden beraadslaagd. Hoewel de verklaring der regeering van Nanking inzake de opheffing van het verdrag met Japan ciet officieel ter kennis van den ministerraad is gebracht, is daarover reeds be raadslaagd. Ofschoon Japan tot onderhande lingen over de herziening van het verdrag be reid is, houdt de regeering vast aan bet stand punt, dat China op grond van art. 26 van het verdrag niet het recht heeft het verdrag op te zeggen. Deze houding der regeering wordt door de geheele pers goedgekeurd. Voorts hield het kabinet zich bezig met de onderhandelingen tusschen de regeering van Nanking en die van Moekden om een politieke unie tuechen heide gebieden tot stand te bren gen. In politieke kringen te Tokio ontmeet dit streven der Chineezen ernstig veTzet, daar men vreest, dat de Japansche belangen in de drie kustprovincies hierdoor in het gedrang zul len komen. Ook het vraagstuk der terugtrekking der Japansche troepen uit China is ter sprake ge bracht, waarbij de opvatting bleek te bestaan, dat van een algeheele terugtrekking geen sprake kan zijn, zoolang het incident van Tsinanfoe niet geregeld is. TOKIO, 21 Juli. (R.O.) Japan heeft Tsjamg Hsee Liang, den zoon van Tsjang Tso Lin ge waarschuwd tegen aansluiting van Mantsjoerije bij de nationalistische regeering, daar hieruit zeker moeilijkheden zouden voortvloeien. Algemeen gelooft men evenwel, dat Japan niet kan optreden als de waarschuwing in den wind wordt geslagen. HOE SOMMIGE MENSCHEN BE DANKEN VOOR HET ABONNE MENT OP EEN TIJDSCHRIFT. 1. Wel el de Heer en, „Ondergeteekende wenschen (naam van tijd schrift) niet weer te sturen en zeggen ze nu op met Mei niet weer te sturen, dus niet weer sturen." 2. „Den heer N. N. verlangt niet meer het boekje indien U nog 25 cent verlangt voor het 1 boekjen moet U maar kome hale." 3. „Daar er verleden week iemand geweest is om je ln te schrijfen daar hij mijn overhaalt heeft maar daar hij mijn over een maandt de kwaintanzje zouw sturen daar ik er van af ziet daar ik het niet volbrengen kan en want toch niet kan dat kan niet wil u zoo goedt weezen om mijn te schrapen het adres is daar het mijn te bezwaarlijk is in hoogachten N. N." Het percentage zeer gering ER WORDT SCHERP GECONTROLEERD. BANDOENG, 21 Juli (Aneta.) Naar aan leiding van een in Mei j.L voorgevallen fraude met vijf aangeteekende brieven, waaruit in totaal 2596,30 verdwenen was, vestigt het hoofd van de Posterijen de aandacht op het feit, dat uit een terzake ingesteld onderzoek al dadelijk gebleken is, dat de brieveu in den- zelfden staat, waarin ze door den postdienst zijn aangenomen, aan geadresseerden zijn uit gereikt. De brieven zijn dan ook door ie ge adresseerden zonder reclame in ontvangst ge nomen, zoodat den postdienst geen blaam treft. Intusschen is het ondersoek der Justitie nog niet afgeloopen. Wat in het algemeen gevallen van fraude bij den postdienst betreft deelt het hoofd van dit bedrijf mede, dat in 1927 op de 571 post-, hij- post- en hulppostkantoren slechts 34 gevallen van onregelmatigheden zijn voorgekomen tot een totaal bedrag van ƒ17.664. Berekend over den totalen omzet ad 512 millioen gulden he iiep het bedrag aan fraudes dus slechte 0.0034 procent of ongeveer een derde cent per honderd gulden ever den omzet. In genoemd jaar be droeg het aantal door schuld of toedoen van het postpersoneel vermiste of beroofde gewone aangeteekende en geadviseerde zendingen veer tien of 0.0003 procent van het in totaal behan delde aantal gewone aangeteekende zendingen, dat 4.959.443 bedroeg, terwijl bet aantal be roofde of vermiste waardezemdingen drie op een totaal van 260.117 of 0.001 procent bedroeg. Voorts werden negen postpakketten vermist of beroofd op een aantal van 1.098.474, 'of 0.0008 procent van het totaal Zooals blijkt is het percentage fraudes zeer gering, hetgeen voor een goed deel het gevolg is van de scherpe control© die wordt uitgeoefend, waardoor eventueele fraudes, di© nimmer geheel te voorkomen zijn, meestal zeer spoedig ontdekt worden en tot geringe propor ties teruggebracht. CIVIELE LUCHTVAART IN INDIë Opening der diensten op 1 November BANDOENG, 21 Juli (Aneta.) Het A.I.D. dé Preangerbode verneemt, dat in verband met bet vertraagd vertrek der Fokkervliegtuigen uit Nederland de civiele luchtdiensten in Ned.« Indië pas op 1 November a.s. geopend worden. BATAVIA, 21 Juli (Aneta.) Gisteravond heeft voor de radiotelefonie een tweede histori sche gebeurtenis gebracht. Er is namelijk eem fcruisgesprek gehouden tuschen Hoilandsche, Engelsche en Duitsche Journalisten te Batavia met collega's in Holland. De verbinding werd tot stand gebracht via de stations voor draad» looze telefonie Bandoeng en Kootwijk. Het overbrengen van de stem was zeer zuiver en duidelijk. De oor-respondent te Batavia van de London Times, de heer Hunter had een onder houd van zes minuten met zijn Hollandschen collega van de Daily Mail den heer Anthcliffe en een Hollacdsch journalist had een onder houd met Madame de Gubernatis, de Holland- sohe correspondente van de Petit Parieten, Twee Duitsche journalisten te Batavia spraken tenslotte met Berlijnsche collega's. De hieele demonstratie duurde ongeveer anderhalf uur, °0l, ,Ik beb eehoord, mompelde bij haar in het WesL <le liefde zelfs wijze mannen weer gek g. zon(icn heeft. hejj!J"laakte zich met 'n handigen draai van. stan 7 °S' maar bleef toch op enkele passen af- staan. Wij,,, 'T'n moest dat toch zeker een nar wat alsof' Ieeren> rieP m nit, terwijl zij deed, ik i.i2! hevig verontwaardigd was. Ga weg, b .t veel te druk. sich h S''a' lk ook' anfW001'dde hij, terwijl hij te Bt ,v?stte 00 Plooien van den japon weer recht huilti ?n- Weer kwamen er een paar leuke ®s ifl haar rozige wangen. üiaar 10 een e°bte dwaze nar, riep ze, hij st °?<3ertusschen verzette zij zich niet, toen een kusje wegsnoepte. meer Q kent allerliefst lief, zei hij en er was Van ,.°I)1'echtheid dan dwaasheid in den klank 2^ ZIlu stem. Scb0t 7' Suzanne zuchtte, een diepe en tragi- ken die hem zou hebben doen sehrik- _L p u hij baar niet beter gekend bad. staat er herhaalde zij, ik.... mijn hoofd rneestr,? niet naar om grappen te maken. Mijn uteres is bedroefd. Vafl dr ZP^arte °°s«fl namen die uitdrukking sProkeaC le'^ over, die echter duidelijk weer baar n Werd. door de schalksche buiging van uppem Vriji lUMoe';(h antwoordde meester André, ter- de, 0 (ijj6®1. wi-i.3 ziifl zwaren uarrenkop schud- ylst vierentwintig uur geleden aJ. Ja n 'a°hfe ze. r)Qlllaar verdriet zat toen al te broeien. 2aai',we«'t J9 niks van. heeste,.11 t niet? Ik kwam juist eens naar je Sm zien" hu Wfu'!'1?. hield halfweg de kamer in en was Pff 1Jk verhaasd. Hep j, om mijn meesteres gezonden, ja zeker, kit natu 1®.t..€ea beelen mooien toorn. Nou, die Dat11» weer op d'r knieën te bidden, Su2£!b 1s vrel noodig, antwoordde André. half jj, e stond weer naast hem, half boos, .«horren gleriS. Toch probeerde ze nog te Jfe zal je ooren eens wasseken, akelige knul, om zoo met groote liefde te spotten! Spot ik met groote liefde? herbaalde hij in geveinsde boosheid, dat mogen de heiligen verhoeden. Zij keek hem onderzoekend in bet gezicht, maar de uitdrukking verklaarde baar niets. Het werd toen tijd voor haar, om te vleien. Zeg eens André, fluisterde ze, is het heusch waar, dat je weet waarom mijn meeste res bedroefd is? Hij krabde eens op zijn kop. Sleur Bertrand is weggegaan, hè? Jaja, maar er is nog iets. Waarom lag zij den heelen nacht in haar bed te zuchten en te snikken en heeft zij me twee keer uit mijn slaap opgeschrikt door het gegil van vlammen! vlammen! als iemand die door schrik over mand werd? Nu werd het gezicht van den nar ernstig. Arm meisje, mompelde hij en zijn blauwe oogen gloeiden van groote verontwaardiging. Dat zeg ik je, Suzanne, er zijn duivels, ook buiten de hel. Duivels? Suzanne bewoog zenuwachtig haar vingers door de kralen van haar hals snoer, terwijl zij bedeesd over haar schouder naar den nar keek. André maakte echter geen grapjes. Zelfs in dit veilige kasteel, waarschuw de bij. Maar d'r is ook een engel in, antwoordde zij, terwijl zij zijn tragische bewering weer op lichtte. Hij kuste haar en onmiddellijk haar veran derde stemming overnemend, zei hij ondeu gend en toch oprecht: Twee! Maar juist nu, wilde zij heelemaaJ geen com plimentjes van hem. Jij hebt een geheim, sprak zij nu, beschul digend bijna, terwijl zij haar handen ferm op zijn schouders legde en hem onderzoekend in de oogen keek. Een nar zit vol geheimen, antwoordde hij zeer handig. Het is een bewijs van zijn dwaas heid. En dat betreft mijn meesteres, ging zij door, daarom wil ik het weten. Hij trok zijn beweeglijk, lang gezicht in een spottenden ernst. Kleine Suzanne, zei hij plechtig, ik be min jou. Zij stampte ongeduldig met haar voetje. Pff, ik wil jouw geheim weten! Nou, dat was het! Het grootste en liefste geheim van mijn heele hart! Heb je nou ooit zoo'n nar gezien, klaagde ze, terwijl ze hem hoofdschuddend aankeek. Dat yrist ik al drie maanden geleden. Dait is alweer gen heele maand voordat |k het ?elf wist. Zij stond werkelijk op het punt, hem door den groeienden afkeer van zich af' te stooten, Ga weg. beval ze, ik wii niet naar al die dwaze taal luisteren, als mijn- meesteres in moeilijkheden zit. Ik kwam om haar te helpen, zei hij kalm. Jij haar helpen? Door j© grappenj zeker? Hij zuchtte eens zwaar. Ditmaal niet, Suzanne. Nee, ditmaal zal ik alle scherts terzijde leggen> zooajs jt 0ok spoedig kap en bellen af Zal doen> lndien ik goed in de sterren heb gelezen. Ik zou jouw meesteres om jouwentwil gediend hebben, zoo wel als in haar eigen belang; maar boven alles en ik ben nu heel oprecht kom ik vandaag hier naar toe. vanwege de liefde, die ik voor sieur Bertrand heb. Zij keek hem verward aan en vorsebte in zijn oogen, om te zien of er werkelijk geen grap achter zat. Maar zijn blik stelde haar gerust. Monsieur de Varelais? vroeg ze. Hij heeft mij eenmaal van de „provoost" gered, omdat ik een vet konijn achter de ooren tikte. Ik ben hem mijn leven schuldig en hij heeft tegelijkertijd mijn sympathie gewon nen. Daar is maar één si©ur Bertrand in de wereld, kleintje en maar één Suzanne. Die twee vullen het hart van een armen nar. Begrijp je dat? Niet het hart van een nar, maar dat van Haar lippen trilden, maar André glimlachte. Van? vroeg hij, terwjjl zijn vlugge arm haar weer omvatte. Mijn echten minnaar! Daarvoor kuste hij haar. Vanwege die dubbele liefde ben ik nu hier, zei hij. Wil je U11JU meesteres even roe pen, lief kind? En Iaat de rest maar over aag de heiligen en mij? Zij aarzelde. Wil je mij dan toch niks vertellen? Zwarte oogen waren welsprekend. Ik kan niet. Het zou Werkelijk te gevaar lijk zijn daar de duivel 0p Avines zal blij ven, als op zijn minst één engel wegvlucht. Dus, in je eigen belang weiger ik, Suzanne! Ik haat geheimen, antwoordde zij prui lend. Als je werkelijk van je meesteres houdt, zul je het mijne niet willen weten. Doch roep haar hier. Zij zit te bidden. Zij stuurt allerlei vragen naar alle heiligen die ze kent. Dan ben ik het antwoord. Zeg! enfin, op Jouw verantwoording» Zü ging naar het gordijn, dat de kleine bid kapel voor heit gezicht verborg. Ze was al hal verwege, terwijl André haar meit liefdevolle oogen volgde; toen, zich omkëerend, kwam ze tot hem terug, te nieuwsgierig voor een al te gewillige gehoorzaamheid. Kent mijn meesteres joiiw geheim? vroeg ze fluisterend. Blauwe oogen waren inderdaad raadselachtig. De helft is al van haar, kwam André's weerlegging. En de andere helft? Van den duivel. Ze sloeg van schrik een kruis. Moge de hemel ons beschermen. Wat kan dat zijn? Zeg me eens, beste André, dit alleen maar, als je van je kleine Suzanne houdt be treft het monsieur de Varelais? Ja. En gaat het over zijn vertrek? Ja. Isis het gevaarlijk? Dat zijn jouw vragen. En geloof me nou, lief kindje, je meesteres zal je elk uitstel niet spoedig vergeven! Arme Suzanne! Eva's erfenis heeft veel bit tere zijden, als de vervulling van haar wensch verboden is. Ik haat geheimen, riep ze, maar keerde onderwijl, hoewel onwillig, zich weer naar het gordijn, om haar boodschap te doen. André trok de schouders op. Ais ze niet van jou zijn, hè, mompelde hij sotto voce. Wil je mijn meesteres alleen spreken? vroeg het meisje, haar hand in de plooien van het gordijn. Hij knikte. Jaja. En je zult haar werkelijk een groo- ten dienst doen, als je buiten een oogje in het zeil houdt. Als iemand deze buurt uitkomt, zeg je maar, dat je meesteres ziek is en nie mand kan ontvangen. Suzanne verdween zonder een woord. Het was werkelijk een wonder van zelfbeheersching. HOOFDSTUK VI. EEN NAR WORDT RAADSHEER. Wenseh je mij zeer dringend te spreken. André? Dat is een vreemd verzoek. Eustacie de Prévaux sprak toonloos, terwijl haar vingers nog de kralen betastten van den rozenkrans, die om haar hals hing. De nar maakte een diepe buiging, wierp een vluggen blik van sympathie en Bewondering op de slanke gestalte, die er nu nog kinder lijker dan gewoonlijk uitzag, in baar nauw sluitend wit ochtendkleed, afgezet met zacht zwanendons, terwijl de sluier ook gedeeltelijk het gezicht van de spreekster bedekte een gelaat, dat nu even droef als lieflijk was, met!» donkere kringen rond de groote, klare oogen Waar zware leden op drukten. Een zeer vreeind verzoek, inderdaad, schoono meesteres, maar toch zoo dringend, dat ik geen seconde uitstel kan dulden. Ook zoudt gij me dat niet verleend hebben, indien ge wist het gevaar, waaTin verkeert sieur Bertrand. Eustacie schrok op, terwijl er plotseling een angst in haar oogen kwam staan. André's toon was vol sombere beduidenis. Het gevaar van.... van.... den sieur Bertrand? herhaalde ze met afschuw. Er waren tranen in de oogen van den nar. Mademoiselle, ik heb hem lief, zei hij eenvoudig. Dat is zoo vreemd niet, André, dat,..., dat.doe ik ook. Zij ging op een lage rustbank zitten, terwijl zij sprak en 1 iet haar heet voorhoofd in haar handen rusten. Dat geloof ik ook, mademoiselle, anders had ik het ook niet gewaagd, tot u te komen, sinds ik gezien heb, hoe en waarom u hem naar Bordeaux gestuurd hebt. De grappenmaker sprak nu in vollen ernst, Eustacie keek op, hun blikken kruisten el kaar. Die van de vrouw vielen het eerst en zij trilde, toen zij de vraag uitstamelde: Wat weet jij daarvan? Naar Bordeaux? Heilige Maria! Wie heeft je dat zulke din gen gezegd? Meesteres, antwoordde hij ernstig, het is geen oogenblik om met halve waaYheden den tijd vol te babbelen. In het belang van sieur Bertrand vraag ik u verlof, om zoo eerlijk mo gelijk te kunnen spreken. Kort en duidelijk, Gij zijt mijn vaders nar. Maar gisteren wilde hij me ranselen bij gebrek aan geest; hij kan wel gelijk hebben, maar toch dunkt me, dat ik, indien ik dat wensch, jonkvrouw, hem nog ver te knap af ben. Mijn rader te knap af zijn? Zij hield haar hand aan haar bonzende slo pen, terwijl zij ontsteld naar den man keek, did zoo'n vreemde taal sprak. En uw minnaar redden, meesteres. Mijn minnaar? Maar.... maarmon sieur de Varelais is niet in gevaar! Hij rijdt zijn dood tegemoet, jonkvrouw!. Zij sprong op en vergat in haar plotselingen schrik alle smart, die zij zich van zich stoottë, met uitgestrekte armen, als was bet een stof-» lijke gestalte. Zijn dood? gilde zij uit, zijn dood? Narij dwaas! Als dit jouw grap is, laat ik je met eën zweep uit het kasteel ranselen. André hield echter dapper stand. Er waq meer dan 'een booze vrouw noodig, om hem, van zijn plannen af tö brengen. (Wordt vervolgd.)] -J

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1928 | | pagina 15