BE SPORTIEVE KAMP DER NATIES
DE ZEILWEDSTRIJDEN
V3IJD<\G 27 J'J'J 1223
DERDE BLAD
- -
PARUS 1924
DE NEDERLANDSCHE ATHLETEN
- ------
H:
RESULTATEN VAN HET VERLEDEN
HOLLAND'S HOOF OF HET
WATER
DE RESULTATEN LN 1924
"Wat heeft Nederland bereikt op de OlJ®1'
'piade te Parijs
DE DEELNEMERS TE AMSTERDAM
A. U
t uurti
le opers resp. op de 800 en jOO meter.
De Olympische Spelen van Parijs la 1924,
waar de vorderingen der athletische training
tastbaar werden getoond doordat tal van Olym
pische records daar om hals gebracht werden
liggen nog zoo versch in het geheugen, dat het
onnoodig is daarvan vele bizonderheden te ver
tellen.
De Nederlandsche ploeg was ook te Parijs
vertegenwoordigd, heeft wei niet de nationale
driekleur aan den hoofdmast gebracht, maar
onze athleten behoefden niet meer in de loop
wedstrijden uitsluitend op de ruggen hunner
tegenstanders te tijken
Alle hoop op een Nederlanïlseie overwinning
was op Paulen gevestigd. Hij, die reeds een
Internationalen naam had verworven als 400 M.
looper, slaagde er in den Engelsohen theolog'.
schen student Liddell in den voorwedstrijd met
een tijd van 49 sec. te slaan; in de halve be
slissing overschatte de Haarlemmer zijn eigen
kunnen, zette daardoor zijn eindspurt te laat
in en werd voor de beslissing uitgeschakeld.
Het was voor de Nederlanders geen aangename
gewaarwording te moeten zien, dat dezelfde
Liddell, dien Paulen bad geklopt, In den eind
strijd Olympisch kampioen werd met een tijd
van 47.6 sec. Eigenaardig, dat dit in die twee
dagen de deTde recordverbetering op dien af
stand was.
De Ned. estafette-ploeg heeft zicfl op de Pa-
rij sche Spelen uitmuntend van haar taak ge
kweten, braoht zelfs, al was het maar voor
enkele minuten, het wereldrecord op haar naam.
Tenslotte echter verbeterde Amerika zijn record
yan Antwerpen, dat 42.2 sec was, tot 41 sec.
We willen niet van de Ned. ploeg afstappen
zonder onzen landgenoot Keyzer te noemen, den
eersten Nederlander, die op den tienkamp uit
kwam en eindigde met de tiende plaats van de
49 deelnemws.
De groote man der Parijsohe athletiekwed-
Strjjden was ongetwijfeld het mechanische won
der de Fin Nurmi. Deze taaie 34-jarige looper
„vel over been" zou men zeggen, als men
hem ziet liep automatisch, zich zelf op zijn
chronometer controleerend, ronde na ronde, won
de 1500 M. in 3 m. 53.6 sec., demzelfden dag
de 5000 M. In 14 m. 31.4 sec., een prestatie,
die voor zich zelf spreekt. Voorts legde hij
beslag op den 10.000 Meter veldloop In 32 in.
E4.8 sec. en had hij een actief aandeel in de
zege zijner landsploeg op den 3000 Meter ploe-
genwedstrijd.
Naast hem dient genoemd zijn landgenoot
Ritola, de winnaar op de 3000 Meter hindernis
en de 10.000 M. hardloopen, waarbij ook de
Zweed Wide zich als een uitstekend looper op
den langen afstand onderscheidde. Op de 10.000
M. veldloop had de laatste eerst de leiding
gehad, Nurmi en Ritola gingen hem echter voor
bij; de Zweed werd toen door de smoorhitte
bevangen en bewusteloos door de ambulance
binnen gebracht.
De vraag dringt zich van zelf aan ons op:
Welke verwachtingen koesteren de verschil
lende landen, die in Amsterdam op de Olympi
sche spelen uitkomen, van hunne athleten?
Dat het beantwoorden dier vraag ons nood
zaakt ons naar het rijk der gissingen te hege
yen, behoeft niet te worden gezegd. Wel hebben
we eenigen maatstaf In de onderlinge vergelij
king van de prestaties der aihleten van ver
schillende landen, doch geheel bettrouwbaai Is
die maatstaf niet. Zonder de technische juist
heid van de door de buitenlandsche pers gepu
bliceerde uitslagen maar esoigszins in twijfel
te trekken, is het toch algemeen hekend, dat
de officials in het eene land veel strenger zich
houden aan de internationale reglementen,
deze met meer nauwgezetheid en ervaring toe
passen dan in het andere.
Op de sprintnummers zijn ingeschreven: M.
y. d. Berge, J. Boot Jr en twee reserves Hen-
nings en Benz. Inderdaad v. d. Berge kan op
dien afstand voor onzen snelsten sprinter
gelden, die met 10.6 sec. het Nederlandsche
record houdt, dat is dus de tijd, dien Abrahams
(Engeland) te Parijs (1924) maakte. Wij
twijfelen niet, tenzij hij in een zware serie
terecht komt, of hij bereikt de naive beslis
sing, in de gunstigste omstandigheden komt
bij ook in den eindstrijd. Maar dan? Het is
een ieder opgevallen, dat de populaire Rienes,
die te Parijs zulke triomfen vierde, die Hou-
ben sloeg, maar in Dortmund een veer moest
laten, in den laatsten tijd wat over moe id
echec-n, niet meer die onhoudbare snelheid
ontwikkelt, die hij vroeger toonde. Wij durven
dan ook niet, al i3 het met het grootste opti
misme, voorspellen, dat hij de nationale kleu
ren aan den middelsten most zal doen rijzen
en we zouden het al heel mooi vinden, wan
neer hij zich in den eindstrijd plaatste. Wie de
100 M. zal winnen? Da strijd zal zeker gaan
tus.-3Ch.en Duitschland, Engeland en Amerika.
Duitschland, dat in Körnig over een uiterst
finel looper, in Houben over een atbleet be
schikt, wiens prestatiën na een Inzinking thans
.weer stijgende zijn; Engeland, dat In Ran-
gelejr een waardig leerling van Abrahams
heeft en die den kampioenstitel over 100 yards
ia 10 sec. voert Hoewel de Amerikanen uiterst
snelle sprinters hebben zeven maal achter
een was een Amerikaan Olympisch kampioen
zou een herhaling van 1924, toen Engelsche
wilskracht in Parijs de snelheid van den
Yankee sloeg, niet onmogelijk zijn.
Op de 200 M. hebben we Van den Berge en
Broos. Sommigen meenen, dat de Rotterdam
mer op dien afstand sneller is dan Broos. We
erkennen dit, toch geven we den Philipsman
bij even gunstige plaatsing, een betere kans op
succes, omdat de steviger gebouwde Broos,
met zijn breede passen in zijn lichaamskracht
meer waarborgen biedt voor het bijhouden van
de snelle „Olympischen pace". Kans op over
winning in den eindstrijd is er echter voor
Nederland niet. Zal de Union Jack aan den
middelmaat wapperen en Rangeley daar den
palm der overwinning wegdragen? Ongetwij
feld zal hij zijn Duitsche mededingers Körnig
en Corts slaan. Maar Amerika? Dio keur
bende zal wellicht voor verrassingen zorgen.
Op de 400 M. en de 800 M. is alle verwach
ting gevestigd op onzen looper van internatio
nale vermaardheid Adje Paulen. Inderdaad,
zijn snelheid, vooral zijn internationale wed
strijdroutine geven daartoe het recht. In Parijs
heeft hij te veel op zijn „kunnen" vertrouwd;
die les ligt nog te versch in zijn geheugen, om
hem niet tot waarschuwing te dienen, en hem
aan te zetten zün „spurt1' wat eerder te begln-
De A, u. ulhicet ld. boer,. AUs .a< uuAoja.cn
in het nummer vèrspringen.
nen. Wanneer zijn physieke toestand hem
maar in staat stelt over al zijn krachten te
beschikken 1
Duitschland heeft in den langbeenigen Dr.
P-eltzer, den man van den gemiddelden af
stand. een kranig vertegenwoordiger, die er wel
voor zorgen zal, dat Engeland en Amerika, tot
nu toe de eenige kampioenen op de 400 M. en
de 800 M., in hem een concurrent zullen vin
den, die hen tot de uiterste krachtsinspanning
zal dwingen. Ongetwijfeld zal de winnaar uit
de ploegen van een dezer drie naties komen.
Wat de groote afstanden betreft: 1500 M„
3000 M., 5000 M. en 10.000 M„ hierin kunnen
we Nederland met een gerust geweten uit
schakelen. Noch de beide Zeegers, noch P. du
Hen zullen hier bij de series aanblijven; hun
pace haalt niet bij die van het buitenland. Ook
Duitschland, België en Frankrijk komen daar
voor niet. in aanmerking. Nu Zweden met zijn
Y'Zj&iJ-'- :-i y
De Franschman 'Sera Ma, tin, wereldrecord,,
houder op de 800 nieter, clle ook te Amsterdam
van de partij zal zijl}.
looper Wide niet in het strijdperk treedt, zul
len de Finnen Nurmi of Ritola ia de 3000 M.
en hooger de overwinning wel wegdragen)
Ritola schijnt in beter vorm te zijn dan Nurmi.
De Fin Sternroos, de winnaar vaii Parijs, be
vindt zich weer onder de deelnemers voor den
Marathonloop en met hem nog een drietal
dier stoere loopers uit het hooge Noorden. We
weten, dat ook Amerika met een tweetal ge
duchte lange afstandsloopers op dat nummer
mededingt, maar zouden zij In dien klassie
ken loop den glans der Finsche zon kunnen
doen yerbleeken? Wij gelooven het niet. Onze
T. C. heeft ook enkele loopers, onder wis
Sprong en Landheer ingeschreven; we hadden
het verstandiger gevonden, als ons land zich
in dat nummer maar tot toekijken had be
paald.
Naar wij meenen, zullen de Amerikanen
onder hun athleten de Olympische kampioenen
op de springnummers mogen tellen; een blik
op de resultaten der voorafgaande Olympische
wedstrijden leert dit wel. Juist de springnum
mers worden in Amerika met de meeste voor
liefde beoefend en in den besten stijl aan
geleerd. Onze verspringer De Boer zal ongetwij
feld- bij de finale onder de mededingers zich
bevinden. Al ziet hij kans het In Stamford-
bridge gemaakte record te verbeteren, dan nog
blijft hij beneden het Olympisch record
(M 7.445) van Parijs. Wij hopen, dat hij onder
de eerste vier zal brhooren.
W. Peters en J. Blankers zijn onze manne
tjes op den hink-stap-sprong. De eerste zal
in den Fin Tulloos, die reeds in Antwerpen
den afstand sprong, dien Peters nu haalt, een
zwaren mededinger hebben. Met wat geluk
maakt Ni ,)and toch een goede kans.
De werpnummers zullen, wat kogelstoot
en discuswerpen betreft, Duitschland en
Amerika in feilen kamp tegenover elkaar bren
gen on Knol, v. d. Ley en Postma kunnen zich
gelukkig rekenen, wanneer zij niet reeds in
de series voor verdere deelname afvallen.
Speerwerpen zal door de Finnen worden
gewonnen, wanneer zij in Peutllla en Liettu
ten minste een waardig opvolger van Myrrha
hebben gevonden.
Zal de Eindhovensche Hercules Kamerbeek
met kans op slagen het in kogelstooten durven
opnemen tegen den Amerikaan? Wij betwijfe
len het.
Wat de hordenloopen betreft, Engeland heeft
in Lord Burleigh, indien deze aanwezig is,
een uitstekenden „looper-springer" op dat on
derdeel, tegen wien de andere landen, Amerika
uitgezonderd, niet veel kans zullen hebben.
Die exceptie zegt reeds, dat we den overwin
naar veronderstellen onder de ploeg der „Stars
and Stripes".
Wat de beste estafette-nummers betreft, op
de Hollandsclie ploeg, die de 4 X 400 M. loopt,
hebben we al onze hoop gevestigd. De loopers
Paulen, v. d. Berge, Broos en Hoogerwerf vor
men een kranige combinatie, die, wanneer bet
„overgeven van den sto-k" geen teleurstelling
brengt juist bij ons bet minst verzorgde
onderdeel een ernstige candidaat is voor
de eerste, zeker voor de tweede plaats.
Wie uit deze veronderstellingen, die beschei
den zijn geschreven, zijn gevolgtrekking maakt
zal hebben opgemerkt, dat de felste strijd zal
worden gestreden tusschen de athleten van
Amerika, Engeland en Duitschland, en dat
met uitzondering van de lange afstanden-
nummers, deze de meeste eerste prijzen op da
loop- en springnummers zullen behalen en dat
Nederland, onder normale omstandigheden,
kans heeft onder da 4 prijswinners te behooren
bij de 100 M., 400 M.. 800 M. en da 4 X 400 M.-
estafette.
Nu eerstdaags de interessante kampstrijden dor
sportlieden uit alle vijf de werelddeelen weer
gaan gestreden wordenwillen we een glo
baal overzicht geven van de prestaties, welke
de voornaamste landen bij de vorige Olympi
sche Spelen hebben geleverd, om daarbij te eon-
stateeren, in welken, tak van sport ze uitblon
ken en in welke richting de onderlinge concur
rentie zich toespitste.,, daar het niet onwaar
schijnlijk is, dat ze elkaar te Amsterdam op het
zelfde gebied de prijzen scherp zullen betwisten.
Een officieele klasseering van de landen naar
het aantal verworven onderscheidingen bestaat
er niet; wanneer we echter voor iederen be
haalden prijs 3 punten, voor lederen tweeden
prijs 2 en voor eiken derden 1 punt toekennen,
komen we tot de volgende rangschikking, wat
betreft de resultaten der laatste vier Olympi
sche Spelen, van de voornaamste deelnemers,
waarhij voorts Nederland is gevoegd.
Landen
Londen Stockh. Antw. Parijs
1908
1912
1920
1924
Ver. Staten
9S
129
201
211
Engeland
285
76
87
66
Zweden
45
133
121
43
Finlan#
9
52
74
78
Frankrijk
31
32
63
69
Noorwegen
15
16
66
22
Italië
10
13
54
33
België
12
11
40
28
Denemarken
5
19
28
16
Duitschland
20
47
Canada
21
13
18
7
Zwitserland
17
36
Hongarije
16
16
17
Nederland
1
3
18
19
DeVereenigdë Staten van Noord-
Amerika hebben bij de Olympische wedstrijden
steeds een voorname, zoo niet de eerste rol ge
speeld. Te Londen in 1908 streefde Engeland de
Yankees in puntentotaal voorbij en t© Stock
holm vier jaar later hield Zweden de overhand,
doch tevoren te Athene in 1596, te Parijs in
1900, te St. Louis in 1904 en ook daarna weer
te Antwerpen in 1920 en te Parijs in 1924 waren
de Amerikanen door geen der andere deelne
mende landen te genaken.
Neman we de athletiek. In 1896 te Athene
winnen de Vereenigde Staten 9 van de 12 num
mers, te Parijs in 190" vai1 de 23, te St.
Louis in 1904 21 van de 22, te Londen in 1908
staan zo met 14 eerste prijzen bovenaan; Stock
holm in 1912 ziet Amerika 14 eerste, 13 tweede
en 12 derde prijzen meenemen, tegen 5 van
elke klasse voor Zweden, dat toen bij dezen tak
van sport de tweede plaats innam. In 1920 te
Antwerpen is het al niet anders: de Ver. Sta
ten behalen 9 eerste, 19 tweede en 8 derde prij
zen, terwijl in 1924 te Parijs beslag wordt ge
legd op 12 eerste, 10 tweede en 10 derde bekro
ningen.
Engeland, de bakermat der sport, zoo
als het heet, kan eveneens groot gaan op mooie
successen, al begint bet er in sommig opzicht
op te lijken, dat deze natie haar beste dagen
beeft gehad. Groot Brittannië vierde zijn
grootste triomfen in 1908 op eigen bodem en
plaatste zich toen met fraaien puntenvoor-
sprong boven aan de prijzenlijst in de totaal-
klasseering.
Op athletiekgebied i3 Engeland in 1900 te
Parijs tweede en in 1908 te Londen weet het
zich onmiddellijk achter Amerika te plaatsen,
maar Stockholm geeft in 1912 een aanzienlijken
achteruitgang en te Antwerpen in 1920 blijken
andermaal Finland en Zweden sterker. Vier
jaar later te Parijs slagen de Britten er weer
in de derde positie in te nemén, zij het met
aanmerkelijlten achterstand bij Amerika en Fin
land. Vooral eenige keurige prestaties op de
loop-nummers hebben toen de Engelsohen In
de voorste gelederen gebracht
Zweden, dat onder de deelnemende lan
den aan de vorige Olympische Spelen een der
voornaamste plaatsen inneemt, heeft verreweg
de beste prestaties geleverd in de ruitersport
Op de drie laatste tornooien behaalt dit land
in totaal niet minder dan 14 eerste, 2 tweede
en 2 derde prijzen. Vooral in de dressuur too-
nen de Zweden zich superieur; zoowel te Stock
holm als in Antwerpen leggen ze bij de dres-
suurproeven beslag op alle drie de prljs-gevende
plaatsen en te Parijs bezetten ze de eerste en
tweede, terwijl Frankrijk de derde inneemt In
het springconcours worden ze te Antwerpen
derde om in Parijs het landenldassement te
winnen. Bij het ruiterkampioenschap zijn ze in
Stockholm en te Antwerpen de besten èn in
individueele prestaties ën in het landenklasse-
ment; te Parijs echter worden ze door Neder
land overtroffen.
Voorts is hot zwemmen voor de Zweden een
rijke bron geweest van „inkomsten" aan Olym
pische prijzen. In 1908 nemen ze de tweede
plaats in bij den totaal-uitslag, te Stockholm
eveneens en te Antwerpen weten ze zich weer
op dezelfde hoogte te handhaven. Vooral in de
springnummers zijn zij lang de matadoren ge
weest tot de Amerikanen hen in 1920 hier
weten te overtreffen. Te Parijs verdringen de
Yankees hen bijna geheel van dé eerste plaat
sen; de Zweden brengen het in 1924 nog tot 3
tweede en 3 derde prijzen.
In de athletiek heeft Zweden ook lang een
^voorname rol gespeeld. Het land toonde over
uitstekende all round-athleten te beschikken.
Frankrijk dankt het xneerendeel van
zijn puntenwinst aan zijn schermers, die mach
tig zijn op floret en degen. De ruiters zijn vroe
ger meer succesvol geweest dan in de latere ja
ren; de roeiers hebben in 1920 en 1924 eenige
resultaten ten beste gegeven die hen onder de
prijswinnaars brachten, doch nooit hebben ze
hierin beslag weten te leggen op een eerste
plaats; de zeilers winnen te Stockholm do 6 M.
klasse. De laatste Olympische Spelen zien de
Franschen in eigen land zegevieren in het wa-
terpolo-tornooi en eenige wielernummers.
Noorwegen heeft het steeds voorname
lijk van de wintersport moeten hebben, doch
blijkt, behalve op ijs en sneeuw, ook op het wa
ter best thuis te zijn. De zeilwedstrijden te
Stockholm brengen dit land den eersten prijs
met zijn 8- en 12-Meter, terwijl die van Parijs
den 6-Meter en den 8-Meter zien triomfeeren
en Noorwegen tweede klasseeren voor den lan-
denwedstrijd in de monotypes. Bij de landen-
wedstrijden in turnen neemt dit land te Lon
den de tweede en te Stockholm de eerste plaats
in.
Italië hoekt zijn successen vooral bij het
schermen; zoo wordt in 1920 te Antwerpen de
eerste prijs behaald op alle drie de wapens. De
ruiters doen zich voorts gelden bij het springen
speciaal te Antwerpen zijn ze daarin verre
superieur geweest en bij de evoluties om het
ruiterkampioenschap. Ook in gymnastiek heb
ben ze het ver gebracht; de winnaar van de
personeele turnwedstrijden in Londen is een
Italiaan; hetzelfde kan gezegd worden te Stock
holm, waar trouwens de 6 eerste plaatsen, met
uitzondering van de tweede, door Italianen be
zet worden. Te Antwerpen prijkt het land boven
aan de winnerslijst zoowel van de personeele
als de landen-turnwedstrijden en Parijs brengt
andermaal den landenprijs. Voorts noteert Ita
lië nog diverse punten o.m. uit de roeiwedstrij-
den van 1920 en 1924 en zorgt de athleet Fri-
gerio voor bekroningen in de wandelnummers
van Antwerpen en Parijs.
België heeft goede beurten gemaakt bij
wielrijden, waterpolo, schermen en zeilen, H o n-
g a r ij e speciaal in het schermen (sabel),
Zwitserland pleegt zich uitstekend op
roeigebied te weren.
Duitschland staat in het eindklasse
ment van het zwemmen te Londen op de derde
plaats, maar legt vier jaar later te Stockholm
beslag op de eerste. De Olympische Spelen van
1900 tot en mot 1912 leveren in totaal 12 eer
ste, 9 tweede en 5 derde zwemprijzen op. De
Duitsche ruiters leveren in 1912 ook uitsteken
de prestaties.
Uitgebreid is de Olympische Geschiedenis
van onze Oostelijke naburen intusschen niet; in
1920 te Antwerpen worden ze niet toegelaten en
voor 1924 te Parijs zijn ze O, Olympische be
doeling en gedachte niet uitgenoodigd
Met te meer belangstelling mag men daarom
hun aanstaande verschijning in het internatio
nale milieu weer tegemoet zien; we zijn er van
overtuigd, dat ze zich in meerdere takken van
sport zullen weten te onderscheiden.
Bijzonders aandacht onder de naties, welke
aan de vierjaarlijksche Olympische tornooien
deelnemen, verdient voorzeker Finland.
Dit staatje toch, dat vergeleken bij de meeste
der concurrenten zoo'n klein plekje op den
aardbol uitmaakt, onderscheidt zich door groot-
sche prestaties, welke het een der eerste plaat
sen doet Innemen onder de groot-mogendheden
op het gebied van sport.
Speciaal voor de athletiek heeft Finland uit
stekende krachten naar voren gebracht.
Voor ons land zijn. als afgevaardigden n®31
Havre gezonden, om in do 6 M.-klasse deel t®
nemen, de „Willem Six" met den heer L
Carp als stuurman cn de heeren J. Vresde
D. Guépin als bemanning. Helaas is onze -r
Meter niet met den Olympischen lauwertak
den strijd gekomen. Om echter uit esn derSe'
lijken wedstrijd, waarheen negen landen ku®
beste zeilers en schepen hadden gezonden,
derde uit den eindstrijd te komen, is reed3 ®e®
mooie prestatie geweest.
Eerst werden drie voorwedstrijden geli°u'
den, waarin Carp tweemaal als tweede eind®
de (in de tweede manche had hij opgegeven)'
Van deze negen landen kwamen er drie in d®
eind-wedstrijden, n.l. Noorwegen, Denemarke®'
Holland. 25 Juli had de eerste weds-trÖ
plaats. Regen en frissche bries. Alle drie
deelnemers verschenen aan den start.
„Willem Six" was het beste weg. maar me"5"'
na eenigen tijd de leiding afstaan aan
de"
al'
Noorschen vertegenwoordiger. Na een hevig®®
strijd, waarbij de „Willem Six" nu eens v®01
lag, dan weer tweede, behaalde Noorweg®®
tenslotte de overwinning. Holland was twerf®'
Denemarken derde.
De laatste dag, 26 Juli, bracht een m"1
overwinning voor Noorwegen. Na de beste
vaart te hebben gemaakt was en bleef 1101
Noorsehe schip voor. Denemarken was tweed®1
onmiddelijk gevolgd door onze „Willem S®'1
die niet onder het Deensche schip weg k®®
komen.
De totale uitslag was: 1. Noorwegen. 2. Den®
marken. 3. Nederland.
Ook in de 12-voetsjollen klasse is Nederla®1'
uitgekomen. Helaas is het een treurige heri®'
nering die nu opgehaald zou moeten worde®
De regeling was in één woord slecht te noeme®
Het was een jammerlijke vertooning, en da®*
deze wedstrijden geen maatstaf kunnen ®u®
om daarmee de prestaties van de afgevaardigde®
te meten, zal U eén verslag gespaard blijv®®
Daaruit is echter wel een goede les te hal®®
n.l. te zorgen, dat de regeling in de puntjes
afgewerkt. Gelukkig is voor Nederland de °r'
ganisatie in goede handen. Wij kunnen er va®
verzekerd zijn, dat daaraan niets zal ontW'
ken.
Niet minder dan 23 landen zullen aan d«
Olympische zeilwedstrijden deelnemen. Vo°*
alle drie de nummers, de 8-meterklasse, 6-meteP
klasse en 12-voetsjollen hebben ingeschreve®'
Nederland> Spanje, Zweden, Hongarije, Nooi'V3"
gen, Frankrijk, Finland, Engeland, Vereenigd®
Staten en Italië. Voor de 8-meter klasse ko®1'
nog Argentinië erbij, zoodat het aantal deel®®"
mers 11 zal zijn. Voor de 6-meterklasse scM®"
ven behalve bovengenoemde landen In: Pori®
gal, België, Denemarken, Duitschland en E3'
jj»
liet
land, dat maakt totaal vijftien 6-meters.
voor de 12-voetsjollenklasse vallen bulten
lijstje: Polen, Portugal, Oostenrijk, België, D6"
nemarken, Duitschland, Letland, Zuid-Afrik®*
Tsjecho-Slowakië, Zwitserland en Monaco;
het geheel dus 21 12-voetsjollen.
Nu reeds een beschouwing te geven
V.3®
de kansen van al deze mededingers is ®'e
mogelijk, daar niet bekend is of alle schep®®1
die op de Zuiderzee zuilen uitkomen, al i®*®
gepresteerd hebben in een of anderen w
strijd. Van een enkel land, b.v. Italië, dat
de 8-meterklasse zal uitkomen met het nie®flr®
schip „Bamba", weten wij dat het met
wind een zeer goed resultaat heeft bereikt,
tuige den uitslag in den wedstrijd om de „CopP®
del Mediterraneo" op 12 Februari jl.
Noorwegen komt ook uit met een ni®1'
schip in de 8-meterklasse „Noreg", een ni®u
ontwerp van den tekenden scheepsontwei'Pe
Anker.
Van de 6-meters, die hier in ons land zm*
uitkomenzijn de ^Norga", die Noorwegen 1
vertegenwoordigen met Kroonprins Olav aaa..
stuur, de „Merenneito II" uit Finland en
„Frieda", de Amerikaansche 6-meter, als lC
gevaarlijke concurrenten genoemd. Italië k°®r
in deze klasse uit met de „Twins II". 1°
wedstrijden om de „Coppa del Tirreno" ge®°
den 9, 11 en 12 Februari jl. kwam zij reSPe
tievelijk aan als tweede, derde en eerste.
waar een zeer mooi succes.
Wat de 12-voetsjollen betreft, daarvan is
jxot
weinig te zeggen. Hier worden de boeten
loting aan de deelnemers toegewezen en
hun capaciteiten als stuurman betreft, daa®°
is niet uit te weiden maar in een woord is
samen te vatten Afwachten
,11®»
De Ned. zesmeter „Kemphaan