ZATERDAG 11 AUGUSTUS 1928 VIERDE BLAD PAGINA 2 in ccrs caansche ROGVc - SftAMDEN HONGARIJE'S DANK HET BEZOEK VAN EEN CHILEENSCH OPLEIDINGSSCHIP AAN ONS LAND. DE VLIEGTOCHT NAAR INDIë De tarieven DE ALDEBARAN AAN DEN GROND GEVAREN. UIT YLAARDINGEN DE KRUIMELS VAN DE TAFEL- de OLYMPIADE IETS BETERS tt— NOG IEMAND IN EEN ANDERE OLYMPIADE II— AAN DEN ANDEREN KANT „II. v. (i mijn redtiimg een voeder, dat Blij nog steeds tot nadenken stemt." HUT AVONTUUR VAN MIEK JANSEN- Ge.i.ik reeds eerder gemeld werd, is de Neider. laadsche schrijfster Miek Jansen onlangs op Corsica in handen gevallen van een bandiet, die baar tenslotte toch weer vrij liet. to het ,Vad." vinden we thans een relaas van dit avontuur, zooals het slachtoffer, dat dezer daten te den Haag is teruggekeerd, het ver te!' ■it Jansen reisde niet haar zuster en een vi endin. De schrijfster voelde niet veel voor een reis n; r Corsica. Zij had ais het ware een voorge voel. dat de reis niet prettig zou afloopen. Maar toon het gezelschap op het bureau van de P. L. hl. in Marseille informeerde en niets verdachts hoorde, trok men naar Corsica, gelokt door de schoonheid van de natuur op het eiland, dat wereldberoemd geworden is door zijn grootsten zoon, Napoleon. Ook in Ajaeeio informeerde men nog eens hij de L. M„ maar men zweeg en vertelde niets 7an de gevaren, die de reizigers op Cor sica bedreigen Dus trok het gezelschap in een grooten toeristenauto op weg. In den grooten auto nam alleen nog een Fransehman plaats. Den eersten dag kwam men tot Sonsa en genoot zeer van het schoone eiland. Den volgenden dag trok men er reeds om zeven uur op nit. Het begon met pech. Even huiten de bewoonde wereld gaf de motor het op. Nu kregen ook de andere dames een onbehaaglijk gevoel, dat nog toe nam, toen een eind verder plotseling de voor ruit van den auto brak. Nu is dat geen won der, want de wegen verkeeren op Corsica in zulk een toestand, dat alles wel kapot moet denderen. Maar de onaangename stemming nam toe. Miek Jansen zei nog tegen haar gezelschap: Als het derde ongeluk nn maar niet het ergste is. Negen uur zal het geweest zijn, de auto reed juist langs sen van de vele ravijnen, toen men op een boschrijk plateau langs den weg een man met een geweer ontwaarde. Arrêt! schreeuwde de man. Snerpend bracht de chauffeur den wagen tot stilstand. Plet was een jonge mam, die daar dreigend met het geweer op de helling van den heuvel stond. Hij had sen groote ruitjespet op het hoofd, zooale de apachendansers In de eabarets dra gen, Het gitzwarte haar hing hem sluik in de oogen. Onder een donker jasje droeg hij een lichte broek. Acht en twintig jaar zal de jonge roover geweest zijn. Hij had geen bandieten- oogen. „Ik voelde dadelijk met een dépravé te doen te hebben," vertelt de schrijfster. Hij schreeuwde, dat wij al ons geld en al onze sieraden op den weg moesten leggen. De .chauffeur gooide het weinige, dat hij had, spoedig neer. Wij grepen naar het Fraasche geld, dat wij in onze portemonnaie droegen, maar bedachten ons toch nog even, of wij ook ,al ons Hollandsch geld zonden geven. Dan zou den wij niet hebben kunnen terugkeeren. Mijn zuster had haar portefeuille reeds op den weg geworpen, maar raapte haar nu weer op. De handiet zei er niets van. Een voor een moesten toen de mannen met de handen in de hoogte weer in den grooten auto stappen. Een van de dames moest blijven. Ik begreep onmiddellijk, waar het den ban diet om te doen was. Ik besefte het gevaar vol komen. Ik voelde tegelijkertijd, dat ik liever sterven zou dan die schande te ondergaan. -Maar ik voelde cok, dat noch mijn vriendin, noch mijn zuster in staat zou zijn om dit ver schrikkelijke door te maken. Ik trad een paar pas naar voren en beduidde den anderen om in te stappen. Wat er intus- schen allemaal in me omging, kan ik niet ver tellen. Maar ik kreeg het gevoel, of een goed vriend achter me stond en ik was merkwaardig halm. Niet boos maken, niet vechten, dacht ik, praten! Dat is het eenige. Terwijl de handiet mij het struikgewas invoerde, vroeg ik hem, of lij wel goed wist, wat hij van plan was. Denk aan je moeder, zei ik hem. 0. antwoordde de jongen, ik, ik ben een bandiet. Toen heb ik den naam van de Maagd Maria genoemd. En ik voelde, dat die hielp om indruk op hem te maken. Het merkwaardige is, dat ik niet bang voor hem was, maar eigenlijk meelij met hem voelde Hat gevoel heb ik gehouden. Want toen dé gendarmes hem later gepakt hadden en hij In den kelder van ons hotel opgesloten zat, zou ik gaarne met hem hebben willen spreken en hem sigaretten hebben willen brengen. Toen wij in het struikgewas waren, bemerkte ik plotseling, dat er een tweede handiet achter me liep. Dat was een echte bandiet Zoo'n af schuwelijk type, van wien men niets goeds te verwachten heeft. En toch zei deze schurk tegen den jongen man: Ne fais pas sa, doe dat niet Waarom? Ik weet het niet. Maar de jonge kerel greep mij aan. Ik heb me verzet, maar niet hevig. Allo verhalen, dat ik gevochten kou hebben, zijn overdreven. Ik voelde, dat ik tegen hem niets kon beginnen. Ik smeekte hem, mij liever te dooden. Ik had mij met den dood verzoend. Maar plotseling voelde ik, dat zijn kracht ging verminderen. Hij liet me los en zei, dat hij me vrij liet. Ik kon het niet gelooven. Waarom liet de man mij vrij? Ik kende zijn signalement, zou zeker naar de gendarmes loopen. Hij liet me gaan. De tweede bandiet was een poosje weg geweest. Die kwam weer terug. Toen ik, mij aan de boomen vastklampend, mij tegen de helling optrok, verwachtte ik elk oogenblik een schot in den rug te zullen krijgen. Ik stond op het punt flauw te vallen. Maar ik hield mij goed. Ik kwam op den weg aan en hoopte daar spoedig den auto te zullen vinden. Maar hoe ver ik ook liep, ik zag den wagen niet. Later hoorde ik, dat de chauffeur als een - razende doorgereden was naar Ghisoni, dat achttien K.M. van de piek ligt, waar wij over vallen waren. Mijn zuster en mijn vriendin hebben getracht den chauffeur te beduiden, dat hij stoppen moest; zij hebben uit den wagen willen springen, maar da dikke Fransehman, die medereed, hield de heide vrouwen in be dwang. Ik was aan mijn lot overgelaten. Ik vreesde opnieuw roovers of bergwerkers te ontmoeten. Alles gaat daar met het geweer de bergen in. Die ruwe kerels staan voor niets. Maar gelukkig kwam ik niemand tegen. Op de groote keien gingen mijn schoenen stuk. Ik dacht aan Klein Duimpje en rafelde mijn hand schoenen uit om er een spoor mee te maken. Ik passeerde een huisje. Voorzichtig naderde ik het. Er liepen kippen huiten, maar het was onbewoond. Een heel eind verder stond weer een huisje. Daar speelden kinderen. Daar hen ik naar binnen gegaan. En daar hen ik ook allervrien delijkst geholpen. Mijn gezelschap bleek de gendarmerie reeds gewaarschuwd te hebben. Een gendarme kwam spoedig in het huisje aan. Op de holderdeibolder- kar van den boer ben ik toen op weg gegaan. Maar groote stukken heb ik achter de kar gc- loopen. Het was niet uit te houden. Zóó stootte de kar Verderop kwamen wij meer gendarmes tegen. Zij waren zwaar gewapend. In het dorp kreeg ik een ovatie. De menschen waren allerhartelijkst voor me, maar de gen darmes hielpen zij niet. Zij waren veel te bang, dat de roovers dan wraak zouden nemen. Dat is ook de reden dat er bijna nooit een roover op Corsica gepakt wordt. Men heeft mij toen verscheidene verhoorea afgenomen, o.a. de sous-prefect van Oorsica, René le Gentil, een litterator en een zeer fijn man. In al mijn ellende trof het mij nog, hoe correct en complimenteus hij optrad. Mijn klee- reu hangen aan flarden. Het eerste wat hij tegen mij zei, was een excuus, dat hij, die iu een keurige uniform stak. geen gelegenheid had om zich te verkleeden. Maar mijn gezelschap was reeds doorgereisd, naar een grootere plaats. Daar hen ik dien- zelfden dag nog heengetrokken. De vreugde hij het. terugzien was groot. Ook hier liep de be volking uit. De gendarmerie ging op onderzoek uit. Des nachts hoorden wij schoten knallen, 's. Morgens werd mijn bandiet aangebracht. Hij droeg een brood onder den arm. Kij bleek Joseph Marie Battisti te zijn, 2S jaar oud, voort vluchtig uit Marseille, waar hij vijf dagen te voren zijn besten vriend had vermoord. Op 20-jarigen leeftijd had hij een gendarme van het leven beroofd. De jongen was uitgeput. Hij bleek sinds zijn vlucht niets meer gegeten te hebben. De moord op zijn vriend zat hem dwars. Wij zijn toen nogmaals verhoord en er zijn mij ook portretten vertoond. Daarop heb ik den tweeden bandiet herkend. Dat bleek een Corst- kaan te zijn. Die is nog niet gevonden. Battisti heeft zich bij zijn arrestatie niet verzet. Het geweer dat geladen naast hem lag, heeft hij niet aangeraakt. De jongen zal ter dood veroordeeld worden, dat staat vast. Ik ben toen ziek geworden van de sensatie, Ik vind mijn redding een wonder, dat mij nog steeds tot nadenken stemt. Maar hoe mooi Corsica ook is, ik raad ieder een af, er heen te gaan. Het is te gevaarlijk. Het bezoek van Aartshertog- Albreeht aan Den Bosch. In aansluiting aan ons verslag van gisteren meldt men ons nog het volgende: De plechtigheden bij het bezoek van Aarts hertog Albreeht aan Den Bosch, hebben, door veler medewerking, een werkelijk schitterend verloop gehad en zoowel de Aartshertog als de overige gasten waren buitengewoon voldaan over de ontvangst, welke volgens hen alles overtrof wat zij tot heden ondervonden had den. Bij de plechtigheid in de aula bracht de Aartshertog in zijn rede allereerst hulde aan het R. K. Huisvestings-Comltê. Wat men voor de Hongaarsche kinderen heeft gedaan is ge weest een ware daad van Christelijke naasten liefde, waarvoor een gedenkteeken Is opgericht in tweeërlei vorm. Als een béwijs hoe deze actie een hand heeft gebracht tusschen heide naties wilde spr. de volgende anecdote vertellen: Toen ik met mijn auto de Nederlandscbe grens passeerde, nog onbekend met de politie- voorschriften, werd mij bij het passeeren van een brug door een politieman het bevel gege ven om te stoppen. De politieagent haalde zijn notitieboekje te voorschijn en ik moet beken nen, dat ik mij toen niets op mijn gemak ge voelde. Do politieman vroeg mij: „Waar komt die wagen vandaan?" Ik antwoordde: „Uit Hongarije". „En komt u ook uit Hongarije?", vroeg daarop weer do politieagent. „Ja, ik kom daar ook vandaan", haastte ik hem te zeggen. „Dan kunt ge gerust passeeren", zei daarop de politieagent. Nog een kleine anecdote, maar nu met een geheel andere strekking. In de Hongaarsche spraak bestaat een zeer oud spreekwoord: „Rein als in Holland!" Daar bedoelden ze mede: dat de Hollandsehe huizen en hun intérieurs zoo schoon, zoo zin delijk zijn. In de laatste jaren is deze beteekenis ten gevolge der kinderactie gewijzigd in rein als de Hollandsehe harten, de Hollandsehe han den. U allen kunt u er geen begrip van vormen, wat die Hongaarsche kinderen allemaal van uw Hollandsch tehuis weten te vertellen en hoe begeesterd zij zijn als zij spreken over den tijd, dien zij bij u hier in Holland hebben doorgebracht en vooral hoo buitengewoon dank baar zij zijn. Als de Hollandsehe pleegouders te Boedapest waren, heb ik nog nooit die taxi-chauffeurs zoo vriendelijk zien groeten, en de kellners namen geen fooien van hen aan Ik kan u niet geheel schetsen hoe dankbaar al die kinderen zijn, maar nog minder de dank baarheid hunner ouders. Daarom hen ik hier gekomen om u uit naam van die Hongaarsche ouders hunne dankbaar heid tot uitdrukking te brengen. Daarna dankte de Aartshertog in het Neder - landsch de pleegouders op bijzonder hartelijke wijze. v Het dankwoord van Mgr. Diepen vermeldden wij reeds. De delegatie werd in den namiddag offi cieel ten stadhuize ontvangen. Ia de met pal men versierde raadzaal begroette burgemees ter van Lanschot Aartshertog Albreeht en de overige gasten, met een rede, waarin bij, op merkend, dat, toen in Hongarije door de ellen dige gevolgen van den oorlog voor zoovele kin deren de toestand nijpend was geworden, Ne derland, en Noord-Brabant niet het minst, gaarne de hand tot hulp heeft uitgestoken, vroeg of dit iets anders was dan onze plicht. Het feit, dat aartshertog Albreeht persoonlijk naar hier kwam om den dank van het Hon gaarsche volk te uiten, verklaarde de burge meester op hoogen prijs te stellen. De treurige omstandigheden, i'.e de hulpver leening noodzakelijk hebben gemaakt, hebben dit goede gehad, dat er oprechte en hechte vriendschapshanden zijn gesloten tusschen le den uwer natie en leden van het Nederland- &cli6 volk Aartshertog Albreeht, daarna Uet woord voe rend, verklaarde dat het voor de delegatie niet alleen een plicht, maar ook een vreugde was om hier te komen danken voor de actie van het R. K. Huisvestingscomité. Wat het programma vermeldt Omtrent heit bezoek van het Ohileensche op leidingsschip „Generaal Baquedano" aan ons land wordt nog het volgende medegedeeld: Het schip wordt Zondag 12 Augustus te Rotterdam verwacht. De officieren, die hun opleiding verleden jaar op de school hebben beëindigd, voltooien aan boord van dit schip hun studie en maJeen daartoe een reis van tien maanden. Het schip bezoekt Engeland, Nederland en de Noord-Europeeseihe landen. De commandant en de officieren worden te 's Gravenhage op 15 Augustus ontvangen door den Minister van Marine die een lunch aan biedt in Huize Voorhout. Denzelfden dag wordt in het Parkhotel te Rotterdam een banket aangeboden door dein consul van Chili aldaar Woensdag 15 Augustus wordt een reoeptie ten stadhuize te Rotterdam gehouden. Donderdag 16 Augustus biedt de gezant van Chili, de heer Ewing, aan den commandant en de officieren een diner aan in het Kurhaus te Scheveningen. V an verschillende Nederlandsche fabrieken en scheepsbouw werven zijn reeds uitnoodigin- gen voor een bezoek gericht tot de officieren van het opleidingsschip. HET ONGELUK MET DEN ITALÏAANSCHEN ONDERZEEëR F. 14- De deelneming van de Nederlandsche regeering Donderdag heeft de waarlnemend-.sou<s~chef van den marinestaf, luit.-ter-zee le klasse O. Th. Bollain namens den minister van marine a.i, een bezoek gebracht bij den Italiaansehen zaakgelastigde om hem de deelneming der regeering te betuigen met het ongeluk aan de Italiaansche onderzeeboot F 14 overkomen. De directeur-generaal der posterijen en tele grafie maakt hekend, dat In de maanden Sep tember en October a.e. 5 vliegtochten van Ne derland naar Nederlandseh-Indië zullen worden uitgevoerd. De vliegtuigen zullen van Amster dam (Schiphol) vertrekken op 13, 20, 27 Sep tember, 4 en 11 October a.s. des morgens te 6 uur. De gelegenheid wordt opengesteld om met vorenbedoelde vliegtuigen gewone en aangetee- kende luchtpostcorrespoudentie (met uitzonde ring van stukken met aangegeven waarde) te verzenden voor Brftsch-Indië, Birma, Siam, Straits-Settlements. Nederlandsch-Indië en ver der gelegen landen (China, Japan, Australië, ena). Het voor de onderwerpelijke luehtvaartoorres- pondentie boven de gewone porten en rechten verschuldigde luchtrecht bedraagt: voor brief kaarten en postwissels 40 cent per stuk: voor brieven en andere stukken 75 cent per 20 gram of gedeelte van 20 gram. Een Lloydstelegram uit Montreal meldt, dat liet Nederlandsche stoomschip „Aldebaran" bij Varennes aan den grond gevaren is. (De „Aldebaran" is een stoomschip van 7698 bruto ton, in 1920 gebouwd, en behoort aan van Nievelt Goudriaan en Co s Stoomvaart- Maatschappij te Rotterdam. Het schip was 21 Juli van Rotterdam naar Montreal vertrok ken). LLOYD RAPIDE. De Lloyd Rapide vertrok, in aansluiting op het sa. Tsjerimai heden om 15.10 van Mar seille, arriveert Zondag om 12.02 uur te Roo sendaal, 13.35 uur te Rotterdam D. P. en te Den Haag H.S.M. om 14.04 uur. UITVOER FIJNE ZADEN. Het Centraal Bureau voor de Statistiek deelt mede, dat in de maand Juli 1928 aan fijne zaden werd uitgevoerd: Maanzaad (papaverzaad); 188.005 K.G., Kar- wijzaad: 502.435 K.K., Kanariezaad: 248.369 K.G., Bruin mosterdzaad: 56.109 K.G., Geel mosterdzaad: 365.491 K.G. GEMEENTERAAD. De raad dier gemeente Is in vergadering bijeen- geroepen op Dinsdag 14 Augustus des1 avonds 7.30 uur. AANKOOP VAN SCHOOLBANKEN. B. en W. stellen den Raad voor In te willi gen het verzoek van het Bestuur der vereent gting voor Geiref schoolonderwijs, om beschik, baarsteiling vian een bedrag, groot ongeveer 1200, voor het aanikaopem o.a. van 28 school banken ten •ehoeve van de Koningin Emma- school. BESCHIKBAARSTELLING GELDEN B. en W. stellen den Raad voor in te willi gen het verzoek van het bestuur der ver. voor Gereformeerd schoolonderwijs om een bedrag, groot ongeveer 300 beschikbaar te stellen, be- noodigd voor het aanbrengen in de centrale v-erwarmingsanstlaillatie der dx. Kuyperscbool van een Cevesapparaat. DE VOOROEFENINGEN. Het ligt iu het voornemen om o,p Maandag 20 Augustus alhier, een vergadering te houden, waar gelegenheid zal worden gegeven zich voor de vooroefeningen op te geven. De inschrijving heeft alleen plaats voor hen, die geboren zijn in 1910 en zich dus het vol gend jaar voor de loting moeten aangeven. COMMISSIE VAN TOEZICHT OP HET NIJVERHEIDSONDERWIJS. Aanbeveling van de Commissie van toezicht op de scholen van Nijverheidsonderwijs ter benoeming van drie leden der Commissie we gens periodieke aftreding. a. voor de vacature PI. v. d. Berg;; 1. PI. v. d. Berg, aftr; 2 A. Maarlev-el-d Azn., architect alhier. b. voor de vacature J. Hoogendijk Azn., 1. J. Hoogendij-k Azn., aftr.; 2. A. A. Krehar, ma chinefabrikant, alhier. c. voor de vacature J. P v. d. Landen: 1. J. P. v. d Linden, aftr.; 2. A. Brouwer Pzn., wagenmaker, alhier. WEIGERING BOUWVERGUNNING BIOSCOOP. Door J. Smalleg-ange, bioscoopexploitant te Maasland, wordt bij advies van 26 Juli j.l, hij den Raad in beroep gekomen van het be stuit van B. en W. t. y„ waarbij de ingevolge art. 5 le lid a. der woningwet, gevraagde ver gunning wordt geweigerd tot het verhouwen van het pakhuis Westhav-enkade 14, tot bios coop. B. en W. stellen voor dit beroep onge grond te verklaren. GEMEENTE-REKENING VL.-AMBACHT, De Gemeente-rekening van Vlaard.-Ambacht, dient 1927, door B. e-n W. aan den Riaad aan geboden, geeft de volgende getallen.: Gewone dienst: Inkomsten 64.045.94, uit gaven 59.453.11%, batig slot /4592.82%. Ka- pi-taaldienst in ontvangst en uitgaaf ƒ21.169,95. POSTDUIVENVER. „DE ADELAAR." Uitslag wedvlucht Eindhoven, afstand pl.m. 85 K. M. In con corns 130 vogels. 1, 2, 3 en 6, J. K. Houdijk; 4, 7, 9, 16, 19, 21 en 26 A. Heijn- dijk; 5. A. Kentie 8, 23 en 24 A. Lens; 10. N. Plezier, 11, 12, 17, 18 en 22 P. v. Rijn; 13 en 15 J. v. No-ort; 14 en 20 L. v. d. Lugt; 25 C. Om- mering. Aankomst le duif 15.28.58; laatste prijswin nende duif 17.31.38. VOETBAL. Zondag wordt gespeeld Vlaardiingen—Ddtft 2.30 uur; V. F. C. IVSteeds Volharden III, 10 uur. Dinsdagavond 7 uur speelt V. F. C, aan den Groenerweg tegen de Vlaard Tourclub „Wan derers." VISSCHERIJ. Alier binnengekomen vian de h aging vissen e- rij: VL78 H. Sfcruys met 29 last; VL145 J. Tuinebreijer met 24 last; Te IJmuiden binnengekomen van de trauwl- visseherij VL9 A. Groen, besomming ƒ2125. Betaaldwerd voor: voile haring Noord 28.40 a 29.10; volle maatjesharing Noord 27.5; Maatjesharing Noord 14.80 a 15.5; lalle-s per kantje. Vertrokken VL194 J. v. Noort; VL124 B. Roeleveld. Laten we 't maar stilletjes elkaar zeggen, zcodat geen vreemde het hoort: heel de Olym piade met al wat de kranten ervan schrijven, /begint de meeste menschen knap te vervelen. We zouden ook wel eens willen weten, hoeveel menschen buiten Amsterdam meeleven met die grootscbe gebeurtenis. Als het waar is, wat er gezegd wordt, moeten er een boel vreemdelin- len ginds zijn, die ofwel expres voor de Olym piade kwamen, ofwel hun vacantia dien kant pp verlegden. In ieder geval: het zal geld in de lade brengen en dat maakt voor die meesten het toppunt van beschaving uit. Over die beschaving der Olympische spelen - denken allen lang niet 't zelfde. Natuurlijk heb ben we eerst dominee Kersten ihet de zijnen. Zek r, op geen stukken na kunnen we heit eens zijn met al datgene wat hij zoo üu en dan de- biLeert. En toch moeten we Item wel eens be wonderen. Als hij iets bezit, dan is het wel de moed van zijn overtuiging. Hij rrfoet- toch we ten, dat. hij in veel gevallen z feilt onsterfelijk belachelijk maakt, 3n dan t&h maar steeds te geriugen, moet kerelsw^rk grendtukl worden, Naast dominéé Kersten hebben we nog iemand anders uit dien hoek gekregen: dominee /Wisse, die lang ni-ct malsch de antirevolutio naire krant „De Standaard" aanpakt, omdat het blad zooveel over de Olympische spelen bericht. Dat feit kunuen we laten voor 't geen het is. Iedere krant heeft lezers, die een of andere rubriek annoodig, nutteloos vd-nden en zelfs dc-om b'-i epze-en. -;--r spelen te keer te gaan met woorden als godde loos en godtergend, om uit te maken, dat degenen die den Heer vreezen en voor Hem heven,, van dat Olympisch gedoe niets moeten hebben, gaat toch tamelijk ver. Wat een diep verschil er ligt tusschen de katholieke opvatting en de protestantscbe, komt bij zulke gelegenheden aan den dag. Dit wil natuurlijk niet zeggen, dat ook van katholiek standpunt de sporhbewegtng in al zijn onder- deelen goedkeuring ondervindt. Daar bestaat inderdaad heel wat beter3, dan al die overdreven s-portverheerlijking. Verheffend vinden wij het nu juist niet, dat de m-annen en vrouwen van de sport de groote helden worden der jeugd. Maar al te zeer geven ze blijk geen kijk te .hebben op an dere grootheden, op levenswaarden, die eigen lijk een mensch toonen in de kracht van zijn karakter. Want met al die successen, met al die record s, brengt men de beschaving, brengt men de maat schappij van vandaag geen stap verder, doet men niets aan de menschen. Heel wait andiers verdienen de mensclhen der techniek, die door hun kennis en kunde in de praktijk toegepast van groot nut zijn voor de samenleving. We hebben toch in Nederland nog wel andere menschen, die het beter verdienen gehuldigd te worden, dan de mannen en vrou wen uit het stadion. We lezen het zoo eenvoudig in onze krant dat de Nederlandsche sleepers met hun dok reeds Suez gepasseerd zijn: iets, wat een an dere roem voor het vaderland is, een werk van veal bekwaamheid, van vee-1 uithoudingsver mogen: iets, dat natuurlijk langzaam aan ge- Sr. j.'l fci '"3 ti e, wgarrp ru rlrnt; een werk, d-at dloor velen tot stond gebracht werd. Daarnaast lezen we, hoe de Nederlandsche techniek het zoo schitterend ver heeft geb-racht op het gebied van de radio- bijvoorbeeld. Waar spreekt men zo-o -gemoedelijk met Jndlë, dan hier? Wie kent de na-men van de mannen, die d-at hebben klaargespeeld? Ligt onze waardee- riing v-an mannen en vrouwen niet erg aan den op-pervlakklgen kant! Nog een derde feit, do vliegenier Geys-en- dorfer heeft in Parijs schitterende proeven af gelegd van de alleszins deugdelijke Nederland sche techniek, daar -hij vermocht te dail-en met behulp van de eigen lamp van het vliegtuig, iets nieuws en iets Nederlandsch! dat de be wondering wekt van degenen, die op de hoogte zijn! Juist dien kant moet 't °P- Sport bewon deren we al-s sport: als vorming en ontwikke ling van het lichaam, diat zijn volle rechten heeft en zoo goed mogelijk bekwaam moet zijn om den gee-s-t te dienen spart kan en moet den wil van den mensch vooral sterken, maar sport kan toch niet anders zijn dan spel. En heel die heldenver eering is niet op zijn plaats. Een andere Olympiade? Ja! Het leven. Het groote, geweldige leven van een mensch, dat zoo groote eischen stelt aan kennis en karakter. En wat een mislukkingen, op dat gebied! Wat een slappelingen, wat een halven, wat een futloozen! Des te meer verdien-t een goed geslaagd leven de aandacht van alle anderen. Wiarnt voorbeelden trekken! Iemand, die den wedloop van het leven tot het einde loopen heeft en de kroon verdient, zc-'rr rel Or. ArTns. Zü-j kent hem minstens ieder katholiek. Wat anderen van hem kennen en in hem waardeeren, durven we -niet in eens uitmaken. Als het gaat over een katholiek en vooral over een katholiek priester, valt het velen zoo moeilijk om dat te kunnen waardee ren. En toch, dr. Ariëns is een groote geweest onder de menschen, omdat hij zooveel was voor de menschen .vooral voor degenen, die het wel eens erg hard te verantwoorden hebben in het leven Wat een liefde voor den werkman bij hem. G-een liefde in woorden, maar in diaden. Hij heeft zich gegeven. Hij heeft alles gegeven, wat bij had. Hij offerde het zijne en zich zelf, en werd niet rijk in den dienst van zijn broe ders. D-r. Ariëns heeft den eersten tijd van- de arbeidersbeweging meegemaakt en hij heeft dien eersten tijd -gemaakt! Mot eigen handen en met eigen -h-art! Zoolang als die mannen leven, kan rn n zoo wenig zeggen, doch na hun dood moet dat naar voren komen. Dr. Ariëns gaf z,ich ook aan de drankbestrij ding Voor velen ee-n ondankbaar en een nutte loos werk, een verspilling van krachten. On dankbaar werk wordt er meer getroffen. Moest dat. een motief van werken of niet werken worden, dan kan men bijna alles wel laten. Was ihet nuttelioozs arbeid? Als er over iéts een algemeene overeenstemming heersch-t dan wel over het feit, dat er heel wat mtnd-er ge dronken wordt don voor een dertig jaar terug; dat de jongelui lang n-i-et zooveel meer drin ken; en dat -het heelemaa! niet -te bejammeren Valt. Maar d-at alles zou thans niet—zoover zijn, als de dranikbestrijdi-ng haar ondankbaar werk niet had geel aan. En de drankbestrijding in ons land heeft ontzaglijk veel te danken aan de geestdrift, aan het liefdevol en opofferings-ge, zi-nd hart van dr. Ariëns. Het moet h-etn menig taucil.'jk oogenölifc bezorgd hebben. Zoo'n man noemen we een held!.. Zoo'n Olymp-iade kunnen we van hatrie mee vieren. In Frankrijk gaat men ook zijn helden vieren. Een land en een volk eert wat hem lief is, - en geeft daardoor zijn eigen Idealen te kennen. Daar komt Combes aan de beurt. Natuurlijk doet niet heel Frankrijk aan zoo'n huldiging moe! Daar bestaat nog te veel goeds in dat land. om zoo'n vervolger e-n beleediger van zijn landgenoote-u te huldigen. Combes is de man van de geloofavervoiging. Een vorige uitgaaf van den Mexicaan Calles. Een afvallige: van het soort dat door haat en spot gedreven worden; die zich wreken op datgene, wat ze hebben verlaten. Oombes' naam is voor eeuwig in schande verbonden mat da laatste geloofsvervolging i.n Frankrijk; met de -sluiting van kerken en seminaries, met het verdrijven van kloosterlingen, want ze mochten, volgens -dat heer, geen geloften afleggen, dat was te gevaarlijk voor het land. Tot zelfs dë kloosterzusters werden uit haar Fustige huizen waar ze leefden om te bidden en anderen wel te doen, verdreven. De man van het laicisme, van het leekenge- locf e-n de leekenmoraal, van deopvoeding en het onderwijs zonder God e-n zonder godsdienst. Van d-en man, die aan Frankrijk, aan de armen he-t lökaias der millioeneu voorhield. Welke geloofsvervolger, tot en met Galles, heeft alles weggegeven aan armen en behoef- tigen? Of werden zij rijk in hun vak en betrekking?

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1928 | | pagina 14