ZATERDAG 11 AUGUSTUS 1928
VIERDE BLAD
PAGINA 2
in ccrs caansche
ROGVc - SftAMDEN
HONGARIJE'S DANK
HET BEZOEK VAN EEN CHILEENSCH
OPLEIDINGSSCHIP AAN ONS LAND.
DE VLIEGTOCHT NAAR INDIë
De tarieven
DE ALDEBARAN AAN DEN
GROND GEVAREN.
UIT YLAARDINGEN
DE KRUIMELS VAN DE
TAFEL-
de OLYMPIADE
IETS BETERS
tt—
NOG IEMAND IN EEN ANDERE
OLYMPIADE
II—
AAN DEN ANDEREN KANT
„II. v. (i mijn redtiimg een voeder, dat Blij nog
steeds tot nadenken stemt."
HUT AVONTUUR VAN MIEK JANSEN-
Ge.i.ik reeds eerder gemeld werd, is de Neider.
laadsche schrijfster Miek Jansen onlangs op
Corsica in handen gevallen van een bandiet,
die baar tenslotte toch weer vrij liet.
to het ,Vad." vinden we thans een relaas van
dit avontuur, zooals het slachtoffer, dat dezer
daten te den Haag is teruggekeerd, het ver
te!'
■it Jansen reisde niet haar zuster en een
vi endin.
De schrijfster voelde niet veel voor een reis
n; r Corsica. Zij had ais het ware een voorge
voel. dat de reis niet prettig zou afloopen. Maar
toon het gezelschap op het bureau van de P. L.
hl. in Marseille informeerde en niets verdachts
hoorde, trok men naar Corsica, gelokt door de
schoonheid van de natuur op het eiland, dat
wereldberoemd geworden is door zijn grootsten
zoon, Napoleon.
Ook in Ajaeeio informeerde men nog eens
hij de L. M„ maar men zweeg en vertelde
niets 7an de gevaren, die de reizigers op Cor
sica bedreigen
Dus trok het gezelschap in een grooten
toeristenauto op weg. In den grooten auto nam
alleen nog een Fransehman plaats. Den eersten
dag kwam men tot Sonsa en genoot zeer van
het schoone eiland. Den volgenden dag trok
men er reeds om zeven uur op nit. Het begon
met pech. Even huiten de bewoonde wereld gaf
de motor het op. Nu kregen ook de andere
dames een onbehaaglijk gevoel, dat nog toe
nam, toen een eind verder plotseling de voor
ruit van den auto brak. Nu is dat geen won
der, want de wegen verkeeren op Corsica in
zulk een toestand, dat alles wel kapot moet
denderen. Maar de onaangename stemming
nam toe.
Miek Jansen zei nog tegen haar gezelschap:
Als het derde ongeluk nn maar niet het
ergste is.
Negen uur zal het geweest zijn, de auto reed
juist langs sen van de vele ravijnen, toen men
op een boschrijk plateau langs den weg een man
met een geweer ontwaarde.
Arrêt! schreeuwde de man. Snerpend
bracht de chauffeur den wagen tot stilstand.
Plet was een jonge mam, die daar dreigend met
het geweer op de helling van den heuvel stond.
Hij had sen groote ruitjespet op het hoofd,
zooale de apachendansers In de eabarets dra
gen, Het gitzwarte haar hing hem sluik in de
oogen. Onder een donker jasje droeg hij een
lichte broek. Acht en twintig jaar zal de jonge
roover geweest zijn. Hij had geen bandieten-
oogen. „Ik voelde dadelijk met een dépravé te
doen te hebben," vertelt de schrijfster.
Hij schreeuwde, dat wij al ons geld en al
onze sieraden op den weg moesten leggen. De
.chauffeur gooide het weinige, dat hij had,
spoedig neer. Wij grepen naar het Fraasche
geld, dat wij in onze portemonnaie droegen,
maar bedachten ons toch nog even, of wij ook
,al ons Hollandsch geld zonden geven. Dan zou
den wij niet hebben kunnen terugkeeren. Mijn
zuster had haar portefeuille reeds op den weg
geworpen, maar raapte haar nu weer op. De
handiet zei er niets van. Een voor een moesten
toen de mannen met de handen in de hoogte
weer in den grooten auto stappen. Een van de
dames moest blijven.
Ik begreep onmiddellijk, waar het den ban
diet om te doen was. Ik besefte het gevaar vol
komen. Ik voelde tegelijkertijd, dat ik liever
sterven zou dan die schande te ondergaan.
-Maar ik voelde cok, dat noch mijn vriendin,
noch mijn zuster in staat zou zijn om dit ver
schrikkelijke door te maken.
Ik trad een paar pas naar voren en beduidde
den anderen om in te stappen. Wat er intus-
schen allemaal in me omging, kan ik niet ver
tellen. Maar ik kreeg het gevoel, of een goed
vriend achter me stond en ik was merkwaardig
halm. Niet boos maken, niet vechten, dacht ik,
praten! Dat is het eenige. Terwijl de handiet
mij het struikgewas invoerde, vroeg ik hem, of
lij wel goed wist, wat hij van plan was.
Denk aan je moeder, zei ik hem.
0. antwoordde de jongen, ik, ik ben een
bandiet.
Toen heb ik den naam van de Maagd Maria
genoemd. En ik voelde, dat die hielp om indruk
op hem te maken.
Het merkwaardige is, dat ik niet bang voor
hem was, maar eigenlijk meelij met hem voelde
Hat gevoel heb ik gehouden. Want toen dé
gendarmes hem later gepakt hadden en hij In
den kelder van ons hotel opgesloten zat, zou ik
gaarne met hem hebben willen spreken en hem
sigaretten hebben willen brengen.
Toen wij in het struikgewas waren, bemerkte
ik plotseling, dat er een tweede handiet achter
me liep. Dat was een echte bandiet Zoo'n af
schuwelijk type, van wien men niets goeds te
verwachten heeft.
En toch zei deze schurk tegen den jongen
man: Ne fais pas sa, doe dat niet Waarom?
Ik weet het niet. Maar de jonge kerel greep
mij aan. Ik heb me verzet, maar niet hevig.
Allo verhalen, dat ik gevochten kou hebben,
zijn overdreven. Ik voelde, dat ik tegen hem
niets kon beginnen. Ik smeekte hem, mij liever
te dooden. Ik had mij met den dood verzoend.
Maar plotseling voelde ik, dat zijn kracht
ging verminderen. Hij liet me los en zei, dat
hij me vrij liet. Ik kon het niet gelooven.
Waarom liet de man mij vrij? Ik kende zijn
signalement, zou zeker naar de gendarmes
loopen.
Hij liet me gaan. De tweede bandiet was een
poosje weg geweest. Die kwam weer terug.
Toen ik, mij aan de boomen vastklampend, mij
tegen de helling optrok, verwachtte ik elk
oogenblik een schot in den rug te zullen krijgen.
Ik stond op het punt flauw te vallen. Maar ik
hield mij goed. Ik kwam op den weg aan en
hoopte daar spoedig den auto te zullen vinden.
Maar hoe ver ik ook liep, ik zag den wagen
niet.
Later hoorde ik, dat de chauffeur als een
- razende doorgereden was naar Ghisoni, dat
achttien K.M. van de piek ligt, waar wij over
vallen waren. Mijn zuster en mijn vriendin
hebben getracht den chauffeur te beduiden, dat
hij stoppen moest; zij hebben uit den wagen
willen springen, maar da dikke Fransehman,
die medereed, hield de heide vrouwen in be
dwang. Ik was aan mijn lot overgelaten. Ik
vreesde opnieuw roovers of bergwerkers te
ontmoeten. Alles gaat daar met het geweer de
bergen in. Die ruwe kerels staan voor niets.
Maar gelukkig kwam ik niemand tegen. Op de
groote keien gingen mijn schoenen stuk. Ik
dacht aan Klein Duimpje en rafelde mijn hand
schoenen uit om er een spoor mee te maken.
Ik passeerde een huisje. Voorzichtig naderde
ik het. Er liepen kippen huiten, maar het was
onbewoond.
Een heel eind verder stond weer een huisje.
Daar speelden kinderen. Daar hen ik naar
binnen gegaan. En daar hen ik ook allervrien
delijkst geholpen.
Mijn gezelschap bleek de gendarmerie reeds
gewaarschuwd te hebben. Een gendarme kwam
spoedig in het huisje aan. Op de holderdeibolder-
kar van den boer ben ik toen op weg gegaan.
Maar groote stukken heb ik achter de kar gc-
loopen. Het was niet uit te houden. Zóó stootte
de kar Verderop kwamen wij meer gendarmes
tegen. Zij waren zwaar gewapend.
In het dorp kreeg ik een ovatie. De menschen
waren allerhartelijkst voor me, maar de gen
darmes hielpen zij niet. Zij waren veel te bang,
dat de roovers dan wraak zouden nemen. Dat
is ook de reden dat er bijna nooit een roover
op Corsica gepakt wordt.
Men heeft mij toen verscheidene verhoorea
afgenomen, o.a. de sous-prefect van Oorsica,
René le Gentil, een litterator en een zeer fijn
man. In al mijn ellende trof het mij nog, hoe
correct en complimenteus hij optrad. Mijn klee-
reu hangen aan flarden. Het eerste wat hij
tegen mij zei, was een excuus, dat hij, die iu
een keurige uniform stak. geen gelegenheid
had om zich te verkleeden.
Maar mijn gezelschap was reeds doorgereisd,
naar een grootere plaats. Daar hen ik dien-
zelfden dag nog heengetrokken. De vreugde hij
het. terugzien was groot. Ook hier liep de be
volking uit.
De gendarmerie ging op onderzoek uit. Des
nachts hoorden wij schoten knallen, 's. Morgens
werd mijn bandiet aangebracht.
Hij droeg een brood onder den arm. Kij bleek
Joseph Marie Battisti te zijn, 2S jaar oud, voort
vluchtig uit Marseille, waar hij vijf dagen te
voren zijn besten vriend had vermoord. Op
20-jarigen leeftijd had hij een gendarme van
het leven beroofd.
De jongen was uitgeput. Hij bleek sinds zijn
vlucht niets meer gegeten te hebben. De moord
op zijn vriend zat hem dwars.
Wij zijn toen nogmaals verhoord en er zijn
mij ook portretten vertoond. Daarop heb ik den
tweeden bandiet herkend. Dat bleek een Corst-
kaan te zijn. Die is nog niet gevonden. Battisti
heeft zich bij zijn arrestatie niet verzet. Het
geweer dat geladen naast hem lag, heeft hij
niet aangeraakt.
De jongen zal ter dood veroordeeld worden,
dat staat vast.
Ik ben toen ziek geworden van de sensatie,
Ik vind mijn redding een wonder, dat mij
nog steeds tot nadenken stemt.
Maar hoe mooi Corsica ook is, ik raad ieder
een af, er heen te gaan. Het is te gevaarlijk.
Het bezoek van Aartshertog- Albreeht aan
Den Bosch.
In aansluiting aan ons verslag van gisteren
meldt men ons nog het volgende:
De plechtigheden bij het bezoek van Aarts
hertog Albreeht aan Den Bosch, hebben, door
veler medewerking, een werkelijk schitterend
verloop gehad en zoowel de Aartshertog als de
overige gasten waren buitengewoon voldaan
over de ontvangst, welke volgens hen alles
overtrof wat zij tot heden ondervonden had
den.
Bij de plechtigheid in de aula bracht de
Aartshertog in zijn rede allereerst hulde aan
het R. K. Huisvestings-Comltê. Wat men voor
de Hongaarsche kinderen heeft gedaan is ge
weest een ware daad van Christelijke naasten
liefde, waarvoor een gedenkteeken Is opgericht
in tweeërlei vorm.
Als een béwijs hoe deze actie een hand heeft
gebracht tusschen heide naties wilde spr.
de volgende anecdote vertellen:
Toen ik met mijn auto de Nederlandscbe
grens passeerde, nog onbekend met de politie-
voorschriften, werd mij bij het passeeren van
een brug door een politieman het bevel gege
ven om te stoppen. De politieagent haalde zijn
notitieboekje te voorschijn en ik moet beken
nen, dat ik mij toen niets op mijn gemak ge
voelde.
Do politieman vroeg mij: „Waar komt die
wagen vandaan?"
Ik antwoordde: „Uit Hongarije". „En komt
u ook uit Hongarije?", vroeg daarop weer do
politieagent.
„Ja, ik kom daar ook vandaan", haastte ik
hem te zeggen.
„Dan kunt ge gerust passeeren", zei daarop
de politieagent.
Nog een kleine anecdote, maar nu met een
geheel andere strekking.
In de Hongaarsche spraak bestaat een zeer
oud spreekwoord: „Rein als in Holland!"
Daar bedoelden ze mede: dat de Hollandsehe
huizen en hun intérieurs zoo schoon, zoo zin
delijk zijn.
In de laatste jaren is deze beteekenis ten
gevolge der kinderactie gewijzigd in rein als
de Hollandsehe harten, de Hollandsehe han
den.
U allen kunt u er geen begrip van vormen,
wat die Hongaarsche kinderen allemaal van
uw Hollandsch tehuis weten te vertellen en
hoe begeesterd zij zijn als zij spreken over den
tijd, dien zij bij u hier in Holland hebben
doorgebracht en vooral hoo buitengewoon dank
baar zij zijn.
Als de Hollandsehe pleegouders te Boedapest
waren, heb ik nog nooit die taxi-chauffeurs
zoo vriendelijk zien groeten, en de kellners
namen geen fooien van hen aan
Ik kan u niet geheel schetsen hoe dankbaar
al die kinderen zijn, maar nog minder de dank
baarheid hunner ouders.
Daarom hen ik hier gekomen om u uit naam
van die Hongaarsche ouders hunne dankbaar
heid tot uitdrukking te brengen.
Daarna dankte de Aartshertog in het Neder -
landsch de pleegouders op bijzonder hartelijke
wijze.
v Het dankwoord van Mgr. Diepen vermeldden
wij reeds.
De delegatie werd in den namiddag offi
cieel ten stadhuize ontvangen. Ia de met pal
men versierde raadzaal begroette burgemees
ter van Lanschot Aartshertog Albreeht en de
overige gasten, met een rede, waarin bij, op
merkend, dat, toen in Hongarije door de ellen
dige gevolgen van den oorlog voor zoovele kin
deren de toestand nijpend was geworden, Ne
derland, en Noord-Brabant niet het minst,
gaarne de hand tot hulp heeft uitgestoken,
vroeg of dit iets anders was dan onze plicht.
Het feit, dat aartshertog Albreeht persoonlijk
naar hier kwam om den dank van het Hon
gaarsche volk te uiten, verklaarde de burge
meester op hoogen prijs te stellen.
De treurige omstandigheden, i'.e de hulpver
leening noodzakelijk hebben gemaakt, hebben
dit goede gehad, dat er oprechte en hechte
vriendschapshanden zijn gesloten tusschen le
den uwer natie en leden van het Nederland-
&cli6 volk
Aartshertog Albreeht, daarna Uet woord voe
rend, verklaarde dat het voor de delegatie niet
alleen een plicht, maar ook een vreugde was
om hier te komen danken voor de actie van
het R. K. Huisvestingscomité.
Wat het programma vermeldt
Omtrent heit bezoek van het Ohileensche op
leidingsschip „Generaal Baquedano" aan ons
land wordt nog het volgende medegedeeld:
Het schip wordt Zondag 12 Augustus te
Rotterdam verwacht. De officieren, die hun
opleiding verleden jaar op de school hebben
beëindigd, voltooien aan boord van dit schip
hun studie en maJeen daartoe een reis van
tien maanden. Het schip bezoekt Engeland,
Nederland en de Noord-Europeeseihe landen.
De commandant en de officieren worden te
's Gravenhage op 15 Augustus ontvangen door
den Minister van Marine die een lunch aan
biedt in Huize Voorhout.
Denzelfden dag wordt in het Parkhotel te
Rotterdam een banket aangeboden door dein
consul van Chili aldaar
Woensdag 15 Augustus wordt een reoeptie
ten stadhuize te Rotterdam gehouden.
Donderdag 16 Augustus biedt de gezant van
Chili, de heer Ewing, aan den commandant
en de officieren een diner aan in het Kurhaus
te Scheveningen.
V an verschillende Nederlandsche fabrieken
en scheepsbouw werven zijn reeds uitnoodigin-
gen voor een bezoek gericht tot de officieren
van het opleidingsschip.
HET ONGELUK MET DEN
ITALÏAANSCHEN ONDERZEEëR F. 14-
De deelneming van de Nederlandsche regeering
Donderdag heeft de waarlnemend-.sou<s~chef
van den marinestaf, luit.-ter-zee le klasse O.
Th. Bollain namens den minister van marine
a.i, een bezoek gebracht bij den Italiaansehen
zaakgelastigde om hem de deelneming der
regeering te betuigen met het ongeluk aan de
Italiaansche onderzeeboot F 14 overkomen.
De directeur-generaal der posterijen en tele
grafie maakt hekend, dat In de maanden Sep
tember en October a.e. 5 vliegtochten van Ne
derland naar Nederlandseh-Indië zullen worden
uitgevoerd. De vliegtuigen zullen van Amster
dam (Schiphol) vertrekken op 13, 20, 27 Sep
tember, 4 en 11 October a.s. des morgens te
6 uur.
De gelegenheid wordt opengesteld om met
vorenbedoelde vliegtuigen gewone en aangetee-
kende luchtpostcorrespoudentie (met uitzonde
ring van stukken met aangegeven waarde) te
verzenden voor Brftsch-Indië, Birma, Siam,
Straits-Settlements. Nederlandsch-Indië en ver
der gelegen landen (China, Japan, Australië,
ena).
Het voor de onderwerpelijke luehtvaartoorres-
pondentie boven de gewone porten en rechten
verschuldigde luchtrecht bedraagt: voor brief
kaarten en postwissels 40 cent per stuk: voor
brieven en andere stukken 75 cent per 20 gram
of gedeelte van 20 gram.
Een Lloydstelegram uit Montreal meldt, dat
liet Nederlandsche stoomschip „Aldebaran" bij
Varennes aan den grond gevaren is.
(De „Aldebaran" is een stoomschip van
7698 bruto ton, in 1920 gebouwd, en behoort
aan van Nievelt Goudriaan en Co s Stoomvaart-
Maatschappij te Rotterdam. Het schip was 21
Juli van Rotterdam naar Montreal vertrok
ken).
LLOYD RAPIDE.
De Lloyd Rapide vertrok, in aansluiting op
het sa. Tsjerimai heden om 15.10 van Mar
seille, arriveert Zondag om 12.02 uur te Roo
sendaal, 13.35 uur te Rotterdam D. P. en te
Den Haag H.S.M. om 14.04 uur.
UITVOER FIJNE ZADEN.
Het Centraal Bureau voor de Statistiek deelt
mede, dat in de maand Juli 1928 aan fijne
zaden werd uitgevoerd:
Maanzaad (papaverzaad); 188.005 K.G., Kar-
wijzaad: 502.435 K.K., Kanariezaad: 248.369
K.G., Bruin mosterdzaad: 56.109 K.G., Geel
mosterdzaad: 365.491 K.G.
GEMEENTERAAD.
De raad dier gemeente Is in vergadering
bijeen- geroepen op Dinsdag 14 Augustus des1
avonds 7.30 uur.
AANKOOP VAN SCHOOLBANKEN.
B. en W. stellen den Raad voor In te willi
gen het verzoek van het Bestuur der vereent
gting voor Geiref schoolonderwijs, om beschik,
baarsteiling vian een bedrag, groot ongeveer
1200, voor het aanikaopem o.a. van 28 school
banken ten •ehoeve van de Koningin Emma-
school.
BESCHIKBAARSTELLING GELDEN
B. en W. stellen den Raad voor in te willi
gen het verzoek van het bestuur der ver. voor
Gereformeerd schoolonderwijs om een bedrag,
groot ongeveer 300 beschikbaar te stellen, be-
noodigd voor het aanbrengen in de centrale
v-erwarmingsanstlaillatie der dx. Kuyperscbool
van een Cevesapparaat.
DE VOOROEFENINGEN.
Het ligt iu het voornemen om o,p Maandag
20 Augustus alhier, een vergadering te houden,
waar gelegenheid zal worden gegeven zich voor
de vooroefeningen op te geven.
De inschrijving heeft alleen plaats voor hen,
die geboren zijn in 1910 en zich dus het vol
gend jaar voor de loting moeten aangeven.
COMMISSIE VAN TOEZICHT OP HET
NIJVERHEIDSONDERWIJS.
Aanbeveling van de Commissie van toezicht
op de scholen van Nijverheidsonderwijs ter
benoeming van drie leden der Commissie we
gens periodieke aftreding.
a. voor de vacature PI. v. d. Berg;; 1. PI.
v. d. Berg, aftr; 2 A. Maarlev-el-d Azn., architect
alhier.
b. voor de vacature J. Hoogendijk Azn., 1. J.
Hoogendij-k Azn., aftr.; 2. A. A. Krehar, ma
chinefabrikant, alhier.
c. voor de vacature J. P v. d. Landen: 1.
J. P. v. d Linden, aftr.; 2. A. Brouwer Pzn.,
wagenmaker, alhier.
WEIGERING BOUWVERGUNNING
BIOSCOOP.
Door J. Smalleg-ange, bioscoopexploitant te
Maasland, wordt bij advies van 26 Juli j.l,
hij den Raad in beroep gekomen van het be
stuit van B. en W. t. y„ waarbij de ingevolge
art. 5 le lid a. der woningwet, gevraagde ver
gunning wordt geweigerd tot het verhouwen
van het pakhuis Westhav-enkade 14, tot bios
coop. B. en W. stellen voor dit beroep onge
grond te verklaren.
GEMEENTE-REKENING VL.-AMBACHT,
De Gemeente-rekening van Vlaard.-Ambacht,
dient 1927, door B. e-n W. aan den Riaad aan
geboden, geeft de volgende getallen.:
Gewone dienst: Inkomsten 64.045.94, uit
gaven 59.453.11%, batig slot /4592.82%. Ka-
pi-taaldienst in ontvangst en uitgaaf ƒ21.169,95.
POSTDUIVENVER. „DE ADELAAR."
Uitslag wedvlucht Eindhoven, afstand pl.m.
85 K. M. In con corns 130 vogels. 1, 2, 3 en 6,
J. K. Houdijk; 4, 7, 9, 16, 19, 21 en 26 A. Heijn-
dijk; 5. A. Kentie 8, 23 en 24 A. Lens; 10. N.
Plezier, 11, 12, 17, 18 en 22 P. v. Rijn; 13 en 15
J. v. No-ort; 14 en 20 L. v. d. Lugt; 25 C. Om-
mering.
Aankomst le duif 15.28.58; laatste prijswin
nende duif 17.31.38.
VOETBAL.
Zondag wordt gespeeld Vlaardiingen—Ddtft
2.30 uur; V. F. C. IVSteeds Volharden III,
10 uur. Dinsdagavond 7 uur speelt V. F. C, aan
den Groenerweg tegen de Vlaard Tourclub „Wan
derers."
VISSCHERIJ.
Alier binnengekomen vian de h aging vissen e-
rij: VL78 H. Sfcruys met 29 last; VL145 J.
Tuinebreijer met 24 last;
Te IJmuiden binnengekomen van de trauwl-
visseherij VL9 A. Groen, besomming ƒ2125.
Betaaldwerd voor: voile haring Noord
28.40 a 29.10; volle maatjesharing Noord
27.5; Maatjesharing Noord 14.80 a 15.5;
lalle-s per kantje.
Vertrokken VL194 J. v. Noort; VL124 B.
Roeleveld.
Laten we 't maar stilletjes elkaar zeggen,
zcodat geen vreemde het hoort: heel de Olym
piade met al wat de kranten ervan schrijven,
/begint de meeste menschen knap te vervelen.
We zouden ook wel eens willen weten, hoeveel
menschen buiten Amsterdam meeleven met die
grootscbe gebeurtenis. Als het waar is, wat er
gezegd wordt, moeten er een boel vreemdelin-
len ginds zijn, die ofwel expres voor de Olym
piade kwamen, ofwel hun vacantia dien kant
pp verlegden. In ieder geval: het zal geld in de
lade brengen en dat maakt voor die meesten
het toppunt van beschaving uit.
Over die beschaving der Olympische spelen -
denken allen lang niet 't zelfde. Natuurlijk heb
ben we eerst dominee Kersten ihet de zijnen.
Zek r, op geen stukken na kunnen we heit eens
zijn met al datgene wat hij zoo üu en dan de-
biLeert. En toch moeten we Item wel eens be
wonderen. Als hij iets bezit, dan is het wel de
moed van zijn overtuiging. Hij rrfoet- toch we
ten, dat. hij in veel gevallen z feilt onsterfelijk
belachelijk maakt, 3n dan t&h maar steeds te
geriugen, moet kerelsw^rk grendtukl worden,
Naast dominéé Kersten hebben we nog
iemand anders uit dien hoek gekregen: dominee
/Wisse, die lang ni-ct malsch de antirevolutio
naire krant „De Standaard" aanpakt, omdat
het blad zooveel over de Olympische spelen
bericht.
Dat feit kunuen we laten voor 't geen het is.
Iedere krant heeft lezers, die een of andere
rubriek annoodig, nutteloos vd-nden en zelfs
dc-om b'-i epze-en. -;--r
spelen te keer te gaan met woorden als godde
loos en godtergend, om uit te maken, dat
degenen die den Heer vreezen en voor Hem
heven,, van dat Olympisch gedoe niets moeten
hebben, gaat toch tamelijk ver.
Wat een diep verschil er ligt tusschen de
katholieke opvatting en de protestantscbe, komt
bij zulke gelegenheden aan den dag. Dit wil
natuurlijk niet zeggen, dat ook van katholiek
standpunt de sporhbewegtng in al zijn onder-
deelen goedkeuring ondervindt.
Daar bestaat inderdaad heel wat beter3, dan
al die overdreven s-portverheerlijking.
Verheffend vinden wij het nu juist niet,
dat de m-annen en vrouwen van de sport de
groote helden worden der jeugd. Maar al te
zeer geven ze blijk geen kijk te .hebben op an
dere grootheden, op levenswaarden, die eigen
lijk een mensch toonen in de kracht van zijn
karakter.
Want met al die successen, met al die record s,
brengt men de beschaving, brengt men de maat
schappij van vandaag geen stap verder, doet
men niets aan de menschen.
Heel wait andiers verdienen de mensclhen der
techniek, die door hun kennis en kunde in de
praktijk toegepast van groot nut zijn voor de
samenleving. We hebben toch in Nederland nog
wel andere menschen, die het beter verdienen
gehuldigd te worden, dan de mannen en vrou
wen uit het stadion.
We lezen het zoo eenvoudig in onze krant
dat de Nederlandsche sleepers met hun dok
reeds Suez gepasseerd zijn: iets, wat een an
dere roem voor het vaderland is, een werk van
veal bekwaamheid, van vee-1 uithoudingsver
mogen: iets, dat natuurlijk langzaam aan ge-
Sr. j.'l fci '"3 ti e, wgarrp ru rlrnt;
een werk, d-at dloor velen tot stond gebracht
werd.
Daarnaast lezen we, hoe de Nederlandsche
techniek het zoo schitterend ver heeft geb-racht
op het gebied van de radio- bijvoorbeeld. Waar
spreekt men zo-o -gemoedelijk met Jndlë, dan
hier? Wie kent de na-men van de mannen, die
d-at hebben klaargespeeld? Ligt onze waardee-
riing v-an mannen en vrouwen niet erg aan
den op-pervlakklgen kant!
Nog een derde feit, do vliegenier Geys-en-
dorfer heeft in Parijs schitterende proeven af
gelegd van de alleszins deugdelijke Nederland
sche techniek, daar -hij vermocht te dail-en met
behulp van de eigen lamp van het vliegtuig,
iets nieuws en iets Nederlandsch! dat de be
wondering wekt van degenen, die op de hoogte
zijn! Juist dien kant moet 't °P- Sport bewon
deren we al-s sport: als vorming en ontwikke
ling van het lichaam, diat zijn volle rechten
heeft en zoo goed mogelijk bekwaam moet zijn
om den gee-s-t te dienen spart kan en moet
den wil van den mensch vooral sterken,
maar sport kan toch niet anders zijn dan spel.
En heel die heldenver eering is niet op zijn
plaats.
Een andere Olympiade? Ja! Het leven. Het
groote, geweldige leven van een mensch, dat
zoo groote eischen stelt aan kennis en karakter.
En wat een mislukkingen, op dat gebied!
Wat een slappelingen, wat een halven, wat
een futloozen! Des te meer verdien-t een goed
geslaagd leven de aandacht van alle anderen.
Wiarnt voorbeelden trekken!
Iemand, die den wedloop van het leven tot
het einde loopen heeft en de kroon verdient,
zc-'rr rel Or. ArTns. Zü-j kent hem minstens
ieder katholiek. Wat anderen van hem kennen
en in hem waardeeren, durven we -niet in eens
uitmaken. Als het gaat over een katholiek en
vooral over een katholiek priester, valt het
velen zoo moeilijk om dat te kunnen waardee
ren. En toch, dr. Ariëns is een groote geweest
onder de menschen, omdat hij zooveel was voor
de menschen .vooral voor degenen, die het wel
eens erg hard te verantwoorden hebben in het
leven
Wat een liefde voor den werkman bij hem.
G-een liefde in woorden, maar in diaden. Hij
heeft zich gegeven. Hij heeft alles gegeven,
wat bij had. Hij offerde het zijne en zich zelf,
en werd niet rijk in den dienst van zijn broe
ders. D-r. Ariëns heeft den eersten tijd van-
de arbeidersbeweging meegemaakt en hij heeft
dien eersten tijd -gemaakt! Mot eigen handen
en met eigen -h-art!
Zoolang als die mannen leven, kan rn n zoo
wenig zeggen, doch na hun dood moet dat naar
voren komen.
Dr. Ariëns gaf z,ich ook aan de drankbestrij
ding Voor velen ee-n ondankbaar en een nutte
loos werk, een verspilling van krachten. On
dankbaar werk wordt er meer getroffen. Moest
dat. een motief van werken of niet werken
worden, dan kan men bijna alles wel laten.
Was ihet nuttelioozs arbeid? Als er over iéts
een algemeene overeenstemming heersch-t dan
wel over het feit, dat er heel wat mtnd-er ge
dronken wordt don voor een dertig jaar terug;
dat de jongelui lang n-i-et zooveel meer drin
ken; en dat -het heelemaa! niet -te bejammeren
Valt.
Maar d-at alles zou thans niet—zoover zijn,
als de dranikbestrijdi-ng haar ondankbaar werk
niet had geel aan. En de drankbestrijding in
ons land heeft ontzaglijk veel te danken aan
de geestdrift, aan het liefdevol en opofferings-ge,
zi-nd hart van dr. Ariëns. Het moet h-etn menig
taucil.'jk oogenölifc bezorgd hebben.
Zoo'n man noemen we een held!..
Zoo'n Olymp-iade kunnen we van hatrie mee
vieren.
In Frankrijk gaat men ook zijn helden vieren.
Een land en een volk eert wat hem lief is, -
en geeft daardoor zijn eigen Idealen te kennen.
Daar komt Combes aan de beurt. Natuurlijk
doet niet heel Frankrijk aan zoo'n huldiging
moe! Daar bestaat nog te veel goeds in dat
land. om zoo'n vervolger e-n beleediger van zijn
landgenoote-u te huldigen.
Combes is de man van de geloofavervoiging.
Een vorige uitgaaf van den Mexicaan Calles.
Een afvallige: van het soort dat door haat
en spot gedreven worden; die zich wreken op
datgene, wat ze hebben verlaten. Oombes' naam
is voor eeuwig in schande verbonden mat da
laatste geloofsvervolging i.n Frankrijk; met de
-sluiting van kerken en seminaries, met het
verdrijven van kloosterlingen, want ze mochten,
volgens -dat heer, geen geloften afleggen, dat
was te gevaarlijk voor het land. Tot zelfs dë
kloosterzusters werden uit haar Fustige huizen
waar ze leefden om te bidden en anderen wel
te doen, verdreven.
De man van het laicisme, van het leekenge-
locf e-n de leekenmoraal, van deopvoeding en
het onderwijs zonder God e-n zonder godsdienst.
Van d-en man, die aan Frankrijk, aan de armen
he-t lökaias der millioeneu voorhield.
Welke geloofsvervolger, tot en met Galles,
heeft alles weggegeven aan armen en behoef-
tigen?
Of werden zij rijk in hun vak en betrekking?