J P Zaterdag 25 Augustus 1928 Tweede Blad Pagina t I religieus-socialisme i t DE AMBTENARENWERELD Te Doetinchem. ADMINISTRATIE DER GEMEENTE DIENSTEN EN BEDRIJVEN. NED. TOONEELSTUKKEN BIJ HET SCHOUWTOONEEL. DE ONTVLUCHTING U T DE GEVANGENIS TE SCHEVENINGEN lÜ 1 HET CONGRES TE MANNHEIM f In liet begin dezer maand van 1 tot 5 Augustus is te Mannheim een congres gehouden van religieus-socialisten uit JDuitschland, Oostenrijk, Zwitserland en Nederland. Uit den beschrijvingsbrief viel op te maken, dat de Nederlandsche ds. Banning en de Oostenrijksche Katholiek Otto Bauer Wit Weenen er het woord zouden voeren. Merkwaardig is, dat het hoofdorgaan van 'de Duitsche sociaal-democraten aan dit tongres slechts een dertigtal regels wijdde; over Otto Bauer, die zuiver de ideeën van dr. Otto Bauer, den leider van de Oostenrijksche socialisten, verkondigde, hoorden wij alleen, dat hij een „arbeider" is. Hetzelfde schijnt ook te moeten worden opgemaakt uit een artikeltje, dat 18 Augustus j.L door ds. Ban ning in „Het Volle" werd geplaatst. Deze vertelt, dat op het congres aanwezig was „namens dén Bond van religieuze socialisten in Oostenrijk Onze' partijgenoot Otto Bauer, een metaalbewerker, die meedeelde overtuigd Katholiek te zijn". Er wordt bij verteld, dat deze heep; .Banen toij. den. Kardinaiihaarts- bisschojir-van Weenen ,!is geWee'Sf, die ztiti gezegd hebben: „de Kerk spreekt zich wél over gèlópfszaken, niet over economische stelsels uit; wilt gij het socialisme als econo misch stelsel aanhangen,.dan mag de Kerk u daarbij niets in den weg leggen". Jaren geleden is in Nederland ook de Vraag gesteld of een Katholiek het econo misch stelsel van het socialisme zou kunnen aanvaarden; het was de jonge leeraar Aengenent hu Bisschop van Haarlem die, onder blijkbare instemming van dr. Schaapman, deze vraag ontkennend beant woordde. Neemt men de gronden in acht waarop dit antwoord steunde, 1) dan komt het ons zeer onwaarschijnlijk voor, dat Z.Em. Kard. Piffl zich zóó zou hebben uitgesproken als in „Het Volk" wordt meegedeeld. Maar er is nog meer. De Weensche „Ileichspost." van 10 Augustus 1.1. schreef letterlijk: Ons Oostenrijkers interesseert ook de in wijden kring tot dusver onbekenden „arbei der" Otto Bauer uit Weenen, die als ver- tegenwoordiger van Oosten- r ij k bet bekende werkprogram .van den heer dr. Otto Bauer met fonografische trouw weergaf. Zou dezë „arbeider" misschien geen arbeider en deze redenaar, die over Christen- dom en Katholieke Kerk sprak, hèélemaal geen Christen geweest zijn? Opheldering ware gewenscht. Deze Otto Bauer, Waal-over ds. Banning fcich zoo-druk'maakt,, schijnt .dus in Weenen ook al ntóf erg békend t? zijn.. De heer Ban ning, die aan de „Volk'Mezers zóóveel merk waardigs' over het optreden van den Oosten rijker vertelt, verzuimt' melding te maken van het feit, dat er zich een aardige discussie ontspon tussehen Bauer en een oud-katholiek en dat de laatste (die over samengaan van katholicisme en socialisme heele merkwaar dige vragen stelde) Bauer zóó in het nauw bracht, dat de voorzitter de discussie beslist afsloot met de woorden, dat „de katholieken onder zich de verantwoording moesten uit maken", waarbij hij den tot dusver onbe kenden Bauer gemakshalve maar vast tot de Katholieken rekendè. Ds. Banning vertelt wel, hoe Bauer pleitte Voor „de eenheid van het strijdende prole tariaat, boven konfessionele verschillen Uit". Waarom Verzuimt hij mee te deelen, dat er op het Congres niet gestemd werd over het voorstel een „Katholieken bond van religieus socialisten" te stichten? Wel is, Volgens onze gegevens, door den voorzitter, ds. Eckert, verklaard, dat in den bond van religieus-socialisten een Katholieke en een Protestantsche afdeeling zou worden ge- Sticht. Dit laatste besluit (dat niet is uit gevoerd) is, volgens de mededeeling van ds. Banning, door het Congres genomen; hij meent, dat het „van betekenis" kan worden Voor „onze vrienden in Duitschland en Oostenrijk. Zij zuik zich wel niet over geven aan den naïven waan, dat nu de Kerk haar bestrijding van het socialisme op geeft". Die verwachting klopt niet met de boven beweerde verklaring van Z. F.. Kardinaal Piffl. Waarom herinnert ds. Banning er ook niet aan, hoe de bekende Duitsche marxist, dr. Dietz uit Karlsruhe, in navolging van onze Nederlandsche maixisten, op het Con gres eerlijk zei: „het is een moeilijk ding, indien men als katholiek socialist wil zijn?" Zou het inderdaad alleen aan de Kerk liggen of is er ook iets in het socialisme, dat Vernietigend werkt op het geloof van den Katholiek? Hoe verklaart ds. Banning toch het feit, dat alle ons bekende sociaal-democraten, die eens Katholiek waren, hun geloof heb ben verloren? De heeren Wibaut, Vliegen, Brautigam, v. d. Waerden, Lührs om fienige levenden te noemen zijn allen afvallig geworden van het geloof hunner jeugd. Kent ds. Banning één werkelijk-Iver- «eiijk sociaal-democraat? Want van het ge- Praat over „religie die ons in aanraking brengt met het absolute" de uitdrukking van ds. v. Wijhe en dergelijke duide- uitspraken worden wij niet wijzer. bjke 'Zeker hebben religieus-socialistische con- ffreseen vopr ons beteekenis. Zij zijn de rachtigste erkenning van het feit, dat het a'theïstisch-ma'terlalisme en. de klassen- strijdleer geen onschokbare dogmata meer zijn van allen, die zich aansluiten bij de socialistische beweging. Het is nog maar enkele jaren geleden, dat de Oostenrijksche sociaal-democraat dr. Max Adler de oude materialistische wijsbe geerte van het socialisme als een „Wahn" heeft afgebroken. Intusschen wij hebben dat verleden jaar hier ter plaatse aange toond uit het hoek van den Berlijnschen ds. Piechowski heeft de jarenlange stel selmatige godsdienstbestrijding der socialis- tisten vrucht gedragen: duizenden en dui zenden arbeiders zijn volkomen onttihriste- lijkt. Een deel is totaal afgestompt voor allen positieven godsdienst; een ander deel wordt de prooi van allerhande secten; onder de protestanten eindelijk, die zeer sterk te lij den hadden van de socialistische aanvallen, zijn een groot aantal dominee's opgestaan, die probeeren het op een accoord te gooien met het socialisme. Dat hun streven eenig merkbaar, succes heeft, mag veilig worden ontkend: de socialistische arbeiders zullen de leeggeloopen groote-stadskerken niet meer vullen; hun belangstelling voor de oude protestantsche kerkgenootschappen is vol gens getuigenis van vrijzinnig-protestanten en roiigieus-soci,'tlLsien zelf,., miniem. Wft is.'trouwens de -inhoud van -de religie der „roode" predikanten? Te Mannheim heeft ds. Eckert het ontwerp vaii een mani fest aangeboden, dat zooiets worden moest als de godsdiensfig-staatkundige grondwet van de religieus-socialistische beweging. Er is van aanneming daarvan niets gekomen; een Ba.belsche spraakverwarring van mee ningen brak los, toen het program moest worden toegelicht. Het ontwerp op zich is al een zeer curieus stuk; één merkwaardig heid ervan is o.a. dat Katholieke en protes tantsche vakvereenigingen uitdrukkelijk als tegenstanders van de religieus-socialisten worden bestempeld. Hoe groot de verwarring bij de „toelich ting" was of liever, hoe sterk de oude Marxistische deesem in de moderne socia listische beweging nawerkt, bleelc wel tij dens de debatten over de toelichting van het program-ontwerp. Onder stormachtige pro testen kwam men op tegen het voorstel aan leden van den bond den eisch te stellen, minstens God als bestaande werkelijkheid te erkennen. Men wilde zich op geen enlcel Godsbegrip vast legde n; de materialististen moesten óók recht van toetreding hebben; men moest geen „theologische! Haarkloverijen" (nota bene: hét bestaan van God, een haarklo verij!) in liet program zetten.; de. voorzitter van de Berlijnsche afdeeling zei, dat dat „eeuwige praten over God" gevaarlijk was; men moest de arbeiders op andere manier trachten te winnen. Ds< Banning heeft het wijs geoprdepld,over al deze dingen niet te'-schrijven in „Hét Volk". Hij heeft gelijk, maar hét is niet éér lijk. Eén spreker was er, die werkelijk "pro beerde Christendom en socialisme te verzoe nen; dat was dr. ünseh, hoogleeraap in de protestantsche theologie te Marburg. Zijn rede kan een katholieke verstaan, maar h ij vindt er geen nieuws in. Leo XIII, Manning, Ireland, de Mun, Ketteler, Schaepman, Pesch en hedendaagsche Ka tholieke sociologen, ook in Nederland, heb ben duidelijk genoeg verklaard, dat er wan toestanden zijn in onze moderne samenle ving. Indien de goede wil er is, leunnen die wantoestanden worden opgelost, want zij zijn niet natuur-noodzakelijk. Het congres te Mannheim heeft geen ze keren grond gegeven; het heeft ons niet verklaard, hoe werkelijke godsdienst te ver eenigen valt met theoretisch en practisch marxisme. Men kan evengoed probeeren vierkante cirkels te maken. Do heer Banning stelt in „Het Volk" op pathetischen toon de vraag, of de Katho lieke leiders meenen, het socialisme te kun nen keeren „met onwaarachtige bestrij ding?" Zij zullen het met volledige inlichting probeeren en met de toepassing van eigen beginselen bereiken! 1) ..Aangetoond, dat hét; recht van privaat eigendom onaantastbaar is,en wei om zuiver christelijke princiepen, dan is daarom reeds alleen het socialisme van christelijk standpunt niet te verdedigen, ook ai vat men het op als een louter oeconomisch s y s t e e m". .(De Katholiek, d. CXX, 1901, bl. 101). LUCHTPOST VOOR DENEMARKEN, ZWEDEN, NOORWEGEN EN FINLAND. Nachtvluchten StockholmLonden. Ook op 29 Augustus en 3 September a.s. zal een Zweedsch vliegtuig met een luchtpostkan toor aan boord, een tweetal nacht-poet-vlucbten StockholmLonden uitvoeren en op den te rugweg op resp. 31 Augustus en 5 September a.s., te 18.15 uur van Amsterdam, Schiphol, naar Bremen, Malmö en Stockholm vertrekken. Met deze vluchten kan gewone en aangetee- kende correspondentie worden verzonden voor Zweden, Denemarken, Noorwegen en Finland. Het verschuldigde luchtrecht, boven de gewo ne frankeerkosten bedraagt 5 cent voor elke 20 gram. Deze correspondentie wordt vaa afdrukken yan bijzondere stempels voorzien. Dé post vertrekt op die dagen van Amster dam G. S. te 17.15, uur. De secretaris geschorst. WAT DE COMMISSIE VAN ONDERZOEK RAPPORTEERT. In de Donderdag gehouden vergadering van den raad der gemeente Doetinchem werd liet eerste rapport behandeld van de raadscommis sie, die 8 Dec. 1927 was aangewezen een onder. zoek in te stellen naar eventueele corruptie bij de gemeentediensten en -bedrijven. Dit eerste rapport betreft bet onderzoek ter gemeente-secretarie en beslaat behalve 16 bij lagen 56 pagina's druks. Na een overzicht te hebben gegeven van de diverse verhooren komt de commissie, bestaan de uit de heeren S. Cohen, D. L. Massink en H, D. Muller tot de volgende conclusies: I. dat de rijks- en provinciale subsidies be treffende de torenrestauratic ten volle zijn ont vangen; wei eenigiszins vertraagd door de wijziging van de bedragen der. subsidies, doch de schuld der vertraging ligt niet ter gemeente secretarie; s II. dat er niet gedeclareerd is voor de Fran- sche vluchtelingen, tengevolge van het weg raken der vereischte bescheiden, waardoor de gemeente een schade heeft geleden van f 5055,15. Ook op de Belgische vluchtelingen is de gemeente nog 400 te kort gekomen. De Commissie heeft de overtuiging gekregen, dat tenminste de eerstgenoemde schadepost te wijten is aan verregaande slordigheid ter secretarie. Door het veel te laat ontvangen van bijdragen en subsidies en door- het niet-goedkeuren der rekening 1921 van de Ambachtsschool heeft de gemeente een schade gefoden aan renteverlies alleen van meer dan 5000. Mocht ook het pro vinciaal subsidie over 1921 uitblijven, waar alle kans op is, dan moet deze scihade nog met pl.m. 4000 vermeerderd worden, zoodat de gemeente dan voor meer dau 9000 benadeeld is. Het niet-goedkeuren der rekening i3 te wij ten aan het niet kunnen overleggen van kwitan ties en andere bescheiden, die onder berusting móeten geweest zijn van den toenmaligen secretaris-penningmeester der Ambachtsschool. IV. dat hét de Comimtseie niet gebleken is, dat de fa. Samisom te Alphen a. d. Rijn retour- oom/missie in den eenof anderen vorm h.eeft verstrekt; V. dat inderdaad gebleken ie, dat in de voor malige gemeente Ambt Doetinchem een geheim potje bestond, bekend bij de ingewijden onder den naam van „Houtkas", welke kas bij de vereen Iging van Stad- en Ambt-Doetinchem onder beheer is gekonjen van den gemeente secretaris. Deze toestand, duurde zoo voort tot in 1923, toen op uitdrukkelijk verlangen van burgemeester Duval Slothouwer de Houtkas werd overgebracht naa-sj gemeentewerken, wijl. deze tot regelmatige, ipnd, daIde;poetefl.,over I de gëitmenfeeicenihg Timpen. Het is dè*"commié- sis gebleken, dat deze-overbrenging slechts oen sahijnvertoonlng is ged'eest, want tot 1 Januari 1925 werden alle inkomsten, van ,de Houtkas bij den secretaris gebracht. Ontvangsten en uit gaven werdén niet geboekt en alle bescheiden, kwitanties e.d. zijn vernietigd en elke contróle van B. en \V. heeft ontbroken. Zooals uit het rapport blijkt, is van 1 Janiiari 1925 tot 1 Januari 1927 op welken laatsten datum de Houtkas feitelijk werd opgedoekt, daar van toen af> de,ontvangsten en uitgaven over de gemeenterekening loopen wèi aan- teakening gehouden van ontvangsten en uitga ven, in een particulier kasboek, door den boek houder van gemeentewerken. Bij het nazien van dit boekje viel het oog der commissie op de posten, door den secretaris in dat tijdsverloop opgevraagd en welke op zijn advies in ontvang sten en uitgaven zijn weggewerkt, zoodat aan den gemeente-ontvanger hij de afrekening val- sche cijfers zijn. vérstrekt. VI. dat wat de legeskas der 2e afdeeling betreft, waarin ook de ontvangsten voor de trouwboekjes worden gestort deze laatste op advies van den secretaris een tijdlang togen zeer verhoogden prijs aan het publiek werden afgegerven. Hierdoor ontstond een teveel in die kas en, nadat door den secretaris een bedrag van ongeveer 10 was opgevraagd, heeft het hoofd der 2e afdeeling er bij den secretaris op aangedrongen, het teveel ad f 270.11 zelf te beheeren. Het werd den secretaris afgedragen in den vorm van een spaarbankboekje. Ook van dit geld is geen administratie gehouden; het is successievelijk door den secretaris opge vraagd en naar eigen verklaring mocht hij dat geld evengoed hebben als ieder ander. De com missie kan dus niet anders aannemen, dan dat hij dit geld als privé-bezit heeft beschouwd en ten eigen bate heeft aangewend. De raad heeft den gemeente-secretaris gele genheid geschonken tot het schrijven van een verweer. Bij de debatten stelde de Commissie van Onderzoek voor de zaak hij de Justitie aanhan gig te maken en hangende het Justitieel onder zoek de secretaris in zijn functie te schorsen. Na een debat van eenige uren, waarbij de stemming werd versohoven naar het eind der vergadering, werd dit voorstel aangenomen met 8 tegen 7 stemmen. Met 8 tegen 5 stemmen werd voorts nog een motie aangenomen van den heer Muller, waar in wordt verklaard, dat de aanstelling van den opzichter Postma als waarnemend directeur van het gasbedrijf niet had mogen plaats hebben hangende de instructie tegen hem wegens dief stal van gas en electriciteit en dat door deze handeling van B. en W. het vertrouwen In het collage ernstig Is geschokt. Door de N.V. Het Sckouwtöoneel (Adr. van der Horst en Jan Musch) is ter vertolking aan. genomen. „De vrouw die verloor," een spel in 3 bedrijven door A. Jurriaan Zoetmulder, Schrijver van „Z.b.b.h.k." Voots zal in den aanvang van het nieuwe seizoen ter opvoering worden gebracht Eva Bonheur van Herman Heyermans NIEUW JAZZ-INSTRUMENT. Een nieuw insirument voor een jazz.baud, geconstrueerd uit een kachelpijp; een naam heeft men hiervoor nog niet gevonden. Geudens doet zijn verhaal. DE Z.—K WAS REEDS LANG VOORBEREID. HOE DE ONTSNAPPING GESCHIED IS De Belg Joh. Geudens. die, zooals gemeld, in een weiland nabij Voorschoten is ingepikt, heeft uitvoerig aan de Haagsche politie ver teld, hoe de ontsnapping uit de gevangenis in hoofdzaak door hemzelf was voorbereid en mogelijk gemaakt. Tevens is uit het hem afgenomen verhoor een en ander gebleken omtrent de rol, die de andere drie vluchtelingen hebben gespeeld in deze geschiedenis, waaraan het tragi-comische element niet ontbreekt. Toen Geudens in den hooiberg bemerkte, dat hij ontdekt was, heeft hij zich even slapende gehouden. De boer was intusschen terugge gaan, naar G. vermoedde om assistentie te halen, waarvan G. in de eerste plaats een pak slaag verwachtte. Hij 'is'dah ook uit vrees daar. voor weggelóop'eii én heeft getracht, elders 'n schuilplaats te vinden. De boer bleek den veldwachter te hebben ge haald en deze waarschuwde, toen de vogel ge vlogen was, de marechaussee, die den polder afzette en doorzocht, met het resultaat dat G. werd gevonden. "1 Op het telefonisch bericht van de Voorscho- tensc.he politie, dat men daar den Belg te pak-, kenJmd, Bet commissaris Kramer den arrestan tenauto van de Haagsche politie naar Voorscho ten rijden, waarmee Geudens tegen tien uur, Do nilerda ga voudop het Alexariderplèin arrl- vëërdë, doornat'Van "dén fégèri, en blijkbaar doodmoe van al het doorgestane. Nadat Geudens wat op z'n gemak was ge bracht,'gaf hij zijn relaas van het gebeurde. Terloops dient opgemerkt, dat Geudens des tijds wegens diefstal met braak tot 5 jaar ge vangenisstraf was veroordeeld en <lpt hij daar van reeds vier jaar in de gevangenis t© Breda had doorgebracht, toen hij, op 2 April jl. we gens tuberculose naar de Bijzondere Gevange nis te Scheveningen werd overgeplaatst, waar hij onlangs zijn logies verkreeg op de zieken kamer, van waaruit de ontvluchting geschiedde. De ontvluchting was dan ook, naar hij zeide, al weken geleden voorbereid. Het viertal had al meermalen de zaak overwogen, maar de drie anderen hadden geen kans gezien. Geef mij maar 'n zaag, had de Belg gezegd, dan zal ik die tralies wel kapot krijgen. Op zekeren avond lag er 'n zaag op z'n bed. Hoe die er gekomen was, wist G. niet, althans zeide hij niet te weten. Hij had die vraag ook aan zijn kamergenoöten gesteld en men had geantwoord: „Dat doet er niet toe, jij hebt 'm". Dus de zaag was er en G. toog aan het werk. Dat ging natuurlijk maar niet zóó; men wachtte daarvoor de gunstige momenten af. En die war.en er juist in den avond, zoo tussehen 9 en 10 uur, als 't wat rommelig is in de gevan- genisvertrekken en wanneer er nog wel eens 'n liedje gezongen wordt. G. nam plaats op de centrale verwarmingsin. stallatie en begon te zagen. Kerel, je maakt veel te veel lawaai, riepen de anderen: Dat erkennend, smeerde G. de door te zagen plek met zeep ln. Het geraas verminderde dien tengevolge al belangrijk. Later werd vet van de jus ervoor gebruikt en tenslotte vond men in een door 'n sehlldersknecht achtergelaten flesch nog wat druppels lijnolie, die het zagen hielpen vergemakkelijken. Gezaagd werd in telkens onderbroken oogen- blikken, zooals gezegd bij voorkeur In het rom- meiuurtje. Ik liet dan, om de kans op ontdek king te verminderen, de andere drie maar wat zingen zei G. oolijk. Dat heeft een paar weken tijd gevergd, eiken avond vorderde hij 'n klein stukje. Toen beide stangen doorgezaagd waren, was het ombuigen nog slechts een kwestie van eenige moeite, doch van weinig tijd. IDo Belg Geudens, zijn verhaal over de ont snapping vervolgend, verklaarde aan de Haag sche politie, dat de laatste „forsche streken", voor het doorzagen nog noodig, tot den storra- achtigen avond van j.l. Dinsdag bewaard waren. Toen was de gewenschte opening verkregen. De andere drie waren hem voorgegaan in de eigenlijke ontvluchting; nummer één was de thans gesnapte v. d. Brande, die daar buiten het terrein moest verkennen. G. ats laatste had de bedden nog opgemaakt, om den waker te misleiden. Tussehen 10 en half elf in den avond zijn allen erdoor gekropen, waarbij men natuurlijs wachtte, tot de bewaker om 't kwartier het gordijntje had verschoven. Men had elkaat daarbij zooveel mogelijk geholpen; eerst waren nummer, 1, 2 en 3 op de schouders genomen en tenslotte hadden de anderen den Belg naar bulten getrokken. In 't pikdonker en ln den stortregen zat het Viertal toen op het dak. Het was verzekerde G. noodweer. Een half uur lang hebben zij teen in spanning stilgezeten, ook .al om wat .aan de duisternis te gewennen,, daar. zb aan- vankelij k op het dak geen hand voor de oogen konden zien. Dat half uurtje werd gebruikt om te delibereeren hoe men verder zou handelen. En passant had het viertal eenige beddelakens meegenomen, die aaneengeknoopt werden om het afdalen langs den muur te vergemakke lijken. Veel nut heeft men echter van die lakens niet gehad. Enkelen hebben 'n deel van hun onderklee- ding uitgetrokken; deze was zóó nat geworden, dat ze er de voorkeur aan gaven zoo weinig mogelijk ondergoed aan te houden. Al glijdende zijn ze over den hoogen en ver volgens over den lageren muur getrokken, tot zij een geschikte plaats vonden om den sprong te wagen. Zij kwamen uit aan de zijde van da Doornikschestraat en zijn verder door de dui nen en langs de elecu ische spoorlijn geloopen, nu eens in 'n kuil vallend, dan weer over 'u hindernis springend. Op een dwalspoor. Tot op zeker ©ogenblik, dat G. in een kuil was neergekomen, de anderen hem in den steek bleken te hebben gelaten. G. zeide alles te heb ben afgezocht, doch geen spoor van de anderen te hebben ontdekt. Hij was daarover al heel slecht te spreken en vond het een wel zeer eigenaardige belooning voor de hulp, die hij het drietal bij de ontvluchting had verschaft. Op zijn eentje heeft hij toen getracht den weg naar Rotterdam en vandaar België te vinden. In de verte ontwaarde hij later, in den och. tendschemer, eep. handwijzer, die lmm deed blijken dat hij ln plaats van In de richting Rotterdam was geloopen, nog verder van Delft dan van Den Haag af was. De stad, die hij voor Rotterdam aanzag, bleek Leiden te zijn. Tenminste, dat werd hem verteld door iemand, dien hij om inlichtingen vroeg, doch die zich verder niet om hem bekommerde. Zwervend door bosch en heide, in hoofdzaak '3 nachts, doch als hij niemand in de huurt zag, ook wel bij daglicht, is Geudens tenslotte in den hooiberg hij Voorschoten aangeland, waar hij, die in twee dagen niets anders had gegeten dan z'n broodje, dat hij uit de gevan genis had meegenomen, werd ontdekt, om kort daarna genoodzaakt te zijn, zich over te geven. De politie heeft nog de vraag onder oogen gezien, of G. zijn verhaal ook aldus heeft in gekleed, om den bewaker te sparen; zij heeft evenwel weinig redenen om aan de waarheid van het relaas van Geudens te twijfelen. Wat de zaag betreft, dit ls, zooals gemeld, slechts een klein stuk gereedschap, dat gemak kelijk kon worden binnengesmokkeld; er heeft niet eens eenig handvat of een boog aan ge zeten, hetgeen het zangwerk trouwens zeer heeft vertraagd. Weer terug G. heeft gisterennacht in de politle-arrestan- tenverblijfplaats mogen doorbrengen, waar itJ, na 'n stevigen boterham en 'n kop koffie blijk baar rustig heeft geslapen. Gisterenmorgen is hij naar de Schevening- sche gevangenis teruggebracht. V. d. Brande in verhoor De tweede gearresteerde in- en uitbreker v. d. Brande, is onmiddellijk na zijn aankomst uit Dordrecht naar de Scheveningsche gevan genis teruggeleid. Hier heeft de inspecteur v. d. Heuvel den man aan een verhoor onder worpen doch vooralsnog weigert v. d. Brando inlichtingen te geven. Slechts dit ls de politie van den man zelf te weten gekomen: Te Dordrecht aangeland, wilde v. d. B. een kennis opzoeken, doch teen hij aan het adres kwam, waar hij meende zijn relatie te kunnen vinden, bleek deze daar niet meer wonen. Intusschen had v. d. B. een soldatenpak de uniform van stukrijder bij de veld weten te bemachtigen (hij beweert het gekocht te hebben, maar weigert te zeggen, wanneer en bil wlen) en toen is hij, ln dat pak gestoken, gis terenmorgen om 9 uur, zooals gemeld, naar den burgerlijken stand te Dordrecht geloopen volgens de regelen der kunst salueerend vo-n eenige meerderen, die hij op den weg ont moette en daar heeft hij geïnformeerd naar het tegenwoordige adres van den vriend, dien hij zocht. De ambtenaar aan het loket vond echter dat de militair wat vreemd deed en dacht: dat kon wel eens een van de gevluchte gevangenen zijn. Hij hield, zonder dat v. d. B. het ver moedde, dezen aan de praat en liet zijn collega inmiddels de politie waarschuwen. Toen kort daarop een paar agenten versche nen liet v. d. B. zich gewillig arresteeren, da te hebben bekend wie hij was. RIJKSTUINBOUWSCHOOL TE AALSMEER Bij beschikking van den Minister van Bln» nenlandscha Zaken en Landbouw van 24 Aug. 1928 zijn, voor het tijdvak van 1 September 1928 tot 1 September 1929, wederom benoemd tot leeraar aan de Rijkstuinbouwscbool te Aals meer J. Nijdnm, te Hoofddorp en J, Schaper, te Kudelstaart. f

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1928 | | pagina 5