FEUILLETON WOENSDAG 5 SEPTEMBER 1928 TWEEDE BLAD PAGSNA 2 t EEN BRUTALE KLANT „PETRUS CAN I SI US" BUITENGEWONE ACTIVITEIT IN HET AFGELOOPEN JAAR, ONDANK IS 'S WERELDS LOON BOSSCHE R.K. DIOC. CONGRES OVER HET HUWELIJK VERBLINDEND LICHT DE SCHULDIGE? DOOR BOKSERS BELEGERD De Nederl&ndsche sociaal-democraten zit ten natuurlijk bar in de knel door de hou ding van de Duitsche partijgenooten. De heeren in het Oosten rukten ter stem bus onder de leus: „geen man en geen cent" en net hadden ze de macht veroverd en za ten aan het laatje of de vier roodo ministers stemden bedaard en brutaal vóór den bouw van een respectabel pantserkruisertje. Rumor in casa: de heele partij liep te hoop en de rijkskanselier en zijn ministers werden voor het Sanhedrin va nde Partij gedaagd. Maar Caiphas-Müller, die nu in Genève zit, zei: „beter de kruiser gebouwd dan wij weer op straat" en dies bleven de roode ministers rustig in functie en wordt de kruiser gebouwd. De heele kwestie is deze, dat, zoöals de sociaal-dK,»ucraat Breitscheid in de „Voor waarts" geschreven heeft, de socialistische ministers vóór moesten stemmen, omdat, de democraten hadden gezegd: „jullie tegen, dan wij ook!" En dan was er een crisis ge weest en hadden de socialistische ministers er uit gelegen. Nu kunnen ze, zoo rede neerde Breitscheid, nog wat doen voor het proletariaat. Die man is ten minste eerlijk. Maar aan „Het Volk" zit een meneer buitenlandsche overzichten te schrijven, die blijkbaar niet tegen een leugentje opziet. En hij vertelde aan de „Volk"-lezerS, dat de Duitsche sociaal-democraten zulke draaiers waren doorhet Centrum! Het is de Katholieke partij, die vóór de verkiezingen óók den kruiserbouw bepleitte en daarom fel bestreden werd door de de magogische propaganda der socialisten. Het tijn de laatsten, die hun kiezers schandelijk 'bedriegen door vóór kruiserbouw te stem men, nu ze in le regeering zijn. En nu komt „Het Volk" de schuld geven aan de Katholie ke partij, die haar standpunt nooit gewijzigd heeft! De partijgenoot van de Duitsche draaiers durft aan het Katholieke Centrum „politieke karakterloosheid" te verwijten. Gelukkig zijn niet alle sociaal-democraten zóó doortrapt onbeschaamd. Het hoofdorgaan van de Duitsche sociaal democraten erkende zelf rondweg, dat de so cialisten, regeeringspartij geworden, in strijd gekomen zijn met hun vroegere hou ding. En het blad betoogde; „Er moet klaarheid komen over de positie van do partij inzake de landsverdediging". Moeten wij nog verdedigen of moeten wij ontwapenen? En zou wij het laatste willen, moeten wij dan daarmee wachten tot. wij alléén de baas zijn of mogen wij deelnemen aan een coalitie-regeering om de arbeiders belangen al vast te behartigen? Zoo staan de zaken in Duitschland. Het gaat om de vraag: met anderen regeeren of niet? Als de Nederlandsche Katholieken ooit voor de vraag komen of samenwerking met de socialisten noodig is, zullen zij zich wel herinneren, welk een leugen-tactiek el ders door de roode broeders werd gevolgd en hoe die weer leugenachtig werd recht gepraat in ons vaderlandsche „Volk". Onder leiding van Dr. W. G. J. van Koe verden, pastoor te Maarssen, had gisteren te Utrecht de jaarvergadering plaats van de Apologetische Vereeniging „Petrus Canisius" Het jaarverslag werd goedgekeurd. Hieraan ontleenen we het volgende: Het Jaarverslag. Vooral door de activiteit van Prof. Mets en Prof. Verhaar klom dit jaar het aantal wer kende leden van 809 tot 903, het aantal be schermers van 191 tot 194. Het propaganda secretariaat Het Schild te Schiedam heeft mooi Werk gepresteerd. Op 1 Juli 1927 bedroeg het aantal abonnementen 5015. Op 30 Juni 1928 was het aantal geste gen tot 6504, waaronder zich 822 gratis abon nementen bevinden. Afgeschreven moesten worden 532, de aan winst nieuwe abonné's bedroeg dus in het af- geloopen jaar 2031. Ook met de regeling van gratis abonnemen ten voor andersdenkenden werd het bureau te Schiedam belast. Het is wel bemoedigend dat meer dan 1600.voor gratis-abonnementen werd toegezonden. De geldelijke steun aan apol acties bedroeg dit jaar 1892.52. Aan gratis-lectuur werd besteed 3416.92. Nieuwe inlichtingenbureaux. Om niet-katho- iieken nog meer in de gelegenheid te stellen inlichtingen te winnen omtrent het Katholiek Geloof, stichtte het bestuur drie nieuwe bu reaux, n.l. in het Seminarie te Djokjakarta Java, in het Minderbroedersklooster, Sittarder- weg te Heerlen en in het Bissch. College te Roermond. De bureaux ontvingen voor zoover bekend 468 aanvragen, waaronder 337 algemeene en 131 bizondere. Onder de resultaten mogen we vermelden dat elf personen Kath. geworden zijn, 14 worden nog Kath., 3 keeren terug tot de Kerk, 26 ontvangen geregeld onderricht, met 46 wordt nog gecorrespondeerd. Veel aanvragen komen uit de onderwijs-we reld, een der gedoopten is een Dr. in de Klas sieke Letteren, onder hen, die leeren een Mr. in de Rechten en een med. student. De voorzitter deelde naar aanleiding van het jaarverslag nog mede, dat do commissie tot onderzoek naar do oorzaken van den geloofs afval gereed is met haar werk. In plaats van Dr. W. van Koeverden, die niet als zoodanig herkiesbaar was, werd gekozen Prof. Dr. J. Hoogveld, rector-magnificus der R. K. Universiteit te Nijmegen, die mot een dankwoord aan den af tredenden voorzitter, het presidium aanvaardde. Tot bestuurslid in de vacature.Corbière werd gekozen de Zeereerw. heer pastoor G. van Noort te Amsterdam. Deze wordt ter zijde ge staan door den WelEerw. Heer J. Prlin, leeraar te Culemborg als penningmeester. Vervolgens heeft prof. H. T. Heezemans uit Haaren een inleiding gehouden over „De pries ter en het socialisme". Daarna sprak de heer Piet Kasteel over „de leek en het socialisme". Aan de daarop volgende discussie werd o.a. deelgenomen door kapelaan Sicking (van Tilburg) en dr. Schmutzer (Indië). Op de kwesties die aan de orde kwamen, stellen wij ons voor, nog nader terug te ko men Een 16-jarig pleegkind van den landbouwer J. de W. te Herpt heeft bij afwezigheid der pleegouders uit een kast een bedrag van 50 en een doosje met gouden ketting, oorbellen, brocheren ringen gestolen. De politie heeft den jongen te Haarsteeg aangehouden. Het ge- stolene was nog in zijn bezit. „ER ZIJN ZELFS KATHOLIEKE GEZINNEN WAAR MEN LIEVER DE GELUKSFOP IN DE FAUTEUIL HEEFT DAN 'T GELUKSKIND IN DE WIEG." DE OPENINGSVERGADERING. Nadat 's morgens door Z.D.H. Mgr. A. F. Diepen, beschermheer van het congres, in de Kathedraal een plechtige H. Mis was opgedra gen, ving gisteren te 's Hertogenbosch de eerste vergadering aan van het Bossche R. K. Dioc. Congres over het huwelijk. De voorzitter Mr. Dr. L, Deckers deelde in het kort de voorgeschiedenis mede. Door dit congres wil men bereiken, dat krachtig de strijd wordt aangebonden tegen het neomalthusïanisme, dat ook hier slacht offers maakt. Vervolgens merkte hij op, dat het geboorte cijfer daalt, dat het aantal echtscheidingen stijgt. Er zijn zelfs katholieke gezinnen waar men liever de gelukspop in de fauteuil heeft dan het gelukskind in de wieg. Er is veel dat waakzaamheid gebiedt. Medegedeeld werd nog dat 500 lichamen of particulieren als begunstigers zijn toegetreden. Inleiding prof. P. van Grins ven. Het woord werd vervolgens verleend aan den zeereerw. hooggel. heer Prof. P. J. A. M. van Grinsven, hoogleeraar aan het Groot- Seminarie te Haaren. Deze hield een inleiding over: het gewicht van het Vraagstuk uit gods dienstig, zedelijk en maatschappelijk oogpunt. Hij merkte op, dat de misdadige geboorte beperking steeds meer toeneemt. In Frankrijk telt men meer doodkisten dan wiegen. In Duitschland zijn steden waar de coefficieënt der geboorten per duizend slechts 7.5 bedraagt. In Engeland en Wales is het geboortegetal de helft van wat het was voor 40 jaar. In België gaat de bevolking evenzeer achteruit, zooals hij nader met cijfers aantoonde. Al is in Nederland de toestand nog beter dan elders, we behoeven het hoofd niet mede lijdend te schudden over andere volkeren. Tenslotte betoogde spi. in schoone pe roratie, dat de menschen teruggebracht moe ten worden tot het Evangelie Van Christus, dat is het eenige middel tot verbetering. Bij de gedachtenwisseling vees pastoor Na- buurs nog op den invloed van het neo-malthu- siasme op het godsdienstig-Zedelijk leven, waar in de inleider hem bijviel. Hierna werd gepau zeerd. TWEEDE ZITTING. Inleiding mr. F. van de Ven. Te ruim twee uur werd de vergadering hervat. De voorzitter verleende direct het woord aan den heer Mr. F. J. J. B. van de Ven, kan tonrechter te Hulst, tot het houden zijner in leiding over „Positieve bestrijding van 't neo malthusïanisme door overheid, pers en indi vidu". Hij merkte op dat bij de bestrijding natuur lijk allereerst past het aanvallend optreden tegen het stelsel, ln welk verband hij naging den arbeid der geestelijke overheid. Hij wees er op dat Nederland ook malthu- sianeert en de overheid deed en doet daar tegen niets, zooals hij in zijn .inleiding ging toelichten. De zedelijkheidswetten van Regout zijn gebo ren in angst voor het neo-maltUusianiame. Maar tegen het stelsel doet de burgerlijke overheid niets. In verband met de strafbepalingen, die als uitvloeisel van de wet-Reg°ut er gekomen zijn ging hij de jurisprudentie dienaangaande na. Z.i. is met de wet wel iets te bereiken, al moet men er zich geen groote illusies van maken. Tenslotte weidde hij uit over de bestrijding door het individu. De geneesheer heeft hier mede een taak te vervullen. De ouders kunnen bij de opvoeding in de goede richting werk zaam zijn. Practisch kan ieder tan de bestrijding deel nemen. Spr. wees ook op de mogelijkheid van een boycot van winkels, die neo-malthuslaan- sohe artikelen in voorraad hebben. Zij die zich afzijdig houden van dien handel dienen ge steund te worden. In het bijzonder richtte hij zich nog tot de hoogere standen, die het goede voorbeeld moes ten geven maar integendeel voorgaan ln mon dain gedoe. Daarna volgde eenige gedachtenwisseling. Inleiding A. Engels- Daarna was het woord aan den heer A. H. J. Engels, lid van de Tweede Kamer der Staten-Generaal, die eene inleiding hield over woning en gezin. In den strijd tegen het Neo-Malthusianisme is de goede woning een belangrijke factor. Sinds de komst der Woningwet 1901, is er in ons land heel veel ten goéde veranderd. De w-oningen zijn grooter, de slaapgelegenheden veel verbeterd, het aantal kamers is vermeer derd. De volksgezondheid is belangrijk vooruit gegaan, de sterftecijfers zijn gedaald. De wereldoorlog, die het bouwbedrijf, ook hier te lande tijdelijk stop zette, heeft veel bedorven. Dank het kabinet-Ruys de Beeren- brouek, dank vooral het krachtig werken van den Minister van Arbeid, Mr. Aalberse, is in de jaren na den oorlog de volkswoningbouw weer met groote kracht ter hand genomen. De oplossing van het woningvraagstuk nadert hier te lande zijn voltooiing. Slechts op een zaak is niet, of te weinig gelet: n.l. op den bouw van een behoorlijk aantal woningen voor het grootere en groote gezin. In dit opzicht waren de Rijksvoorschrif ten dikwijls te beperkend. Thans moet hier meerdere, ja de volle aan dacht op gevestigd. HET MGR. MUTSAERSOORD Van den R. K. Bond van Spoor- en Tramwegpersoneel >,St. Raphael" HOE HET WORDEN ZAL. „Het Rechte Spoor", het orgaan van boven- genoemden bond, meldt: De plannen voor den bouw van ons mgr. Mutsaersoord en Kinderhuis zijn gereed en zijn door een gecombineerde vergadering van het bestuur van onze H.O.V. en het dag. bestuur van St. Raphael, definitief goedgekeurd! Wij zullen twee moderne, aan alle Tedelijk te stellen eiscken voldoende herstellingsoordefi krijgen, waarop elke Raphaëlman met recht tTOtsch zal mogen zijn! Het „Mgr. Mutsaertsoond" krijgt een front breedte van 65 M.. de grootste diepte is 52 M. en het achterfront is 36 M. Hef geheel krijgt ongeveer de vorm van een vliegmachine. Het bevat 41 kamers voor patiënten, woongelegen heid voor een rector, 13 kamers voor zusters en dienstpersoneel, afzonderlijke zit. en recrea tiezalen voor mannen en vrouwen en een kapel met 70 zitplaatsen. Aan het voorfront komt over de geheeJe lengte een circa 3% M. breede waranda. Het kinderhuis biedt plaats voor 60 kinderen met afzonderlijke speel- en slaapzalen voor jongens en meisjes. Alles wordt keurig en degelijk ingericht en in modernen stijl opgetrokken. Spoedig hopen wij met den bouw te begin nen! MGR.- AENGENENT GEFILMD Bij do huldiging door Katholiek Delft UITSTEKEND GESLAAGD In opdracht van den directeur van de Stads Doelen te Delft en de N. V. Filmafdeeling van het Centraal Bureau der K. S. A„ te Leiden, is door de N. V. Orion-filmfabriek een film vervaardigd van de grootsche kulde, op 21 en. 22 Augustus j.l. aan Z. D. H. Mgr. Aengenenit, door de Katholieken van Delft gebracht. Bij do eerste vertooning, die ten paled ze plaats had, gaf Mgr. zijn groote tevredenheid over deze zoo uitstekend geslaagde film te kennen GEZELSCHAP DER VROUWEN VAN BETHANIë. Officieel door Rome erkend. Naar uit Rome werd medegedeeld, beeft het instituut „Het Gezelschap der Vrouwen van Bethanië" (St. Reinilda Stichting, Moederhuis te Bloemendaal N.H.) sedert 19 Mei de Romein- sche goedkeuring bekomen. Het gezelschap heeft hiermee dus officieel een plaats verkregen onder de vele orden en congregaties in Gods' Kerk en is als zoodanig door Rome erkend. DE BESTUURSWISSELING IN CURASAO. Het vertrek van Gouverneur Brantjes. De Minister van Koloniën maakt bekend, dat luidens de desbetreffende telegrafische ambts berichten, de afgetreden gouverneur van Cu rasao, de heer' mr. N. J. L. Brantjes, den 30 Augustus, evengenoemd gewest heeft ver laten en dat diens tijdelijke vervanger, de waarnemend procureur-generaal bij het Hof van Justite, aldaar, mr. M. van Dijk, daarop het bestuur over Curasao heeft aanvaard. HET KASTEEL „DE BINCKHORST" Voortbestaan en restauratie verzekerd In de Raadsvergadering van 1.1. Maandag besloot de Haagsche gemeenteraad tot aan koop van het kasteel „De Binckhorst" voor de som van 19.600. Het ligt in de bedoeling het gebouw, dat danig in verval is, te restan» reeren. Naar schatting zal daarmee een be drag van ruim 30.000 zijn gemoeid. Daar het behoud van het kasteel van algemeen histo risch belang kan worden geacht, hebben B. en W. den minister van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen bereid gevonden te bevorderen, dat het Rijk 1/3 der kosten van herstel tot een maximum van 10.000 voor zijn rekening neemt, terwijl ook bij de Provincie om subsi die voor de restauratie is aangeklopt. PER FIETS ONDER EEN AUTO Gisterenavond om half tien is op den Amster- damschen straatweg te Haarlem een ernstige aanrijding gebeurd. Een 20-jarige chauffeur uit Bloemendaal reed per fiets in de richting Haarlem, toen hij door een hem achterop ko menden auto werd aangereden en tegen den grond geslingerd. Zwaar gewond is hij naar het gasthuis te Haarlem overgebracht. Zijn toestand is zorg wekkend. De automobilist verklaarde verblind te zijn geweest door de lichten van een naderende tram. 'n Vertelling van Heinrich Tiaden. 15. Het zal den belegraars wel zonder ling geleken hebben, dat plotseling de geweren, die van uit den hoofdingang tot dan toe dood en wenden onder hen gezaaid r hadden, geen schot meer afgaven. Onder het gedonder der kanonnen en het geknetter der geweren kniel den de verdedigers neer en bogen eerbiedig het hoofd voor het grootste Wonder der we reld. Toen de stervende de H. Teerspijze ont vangen had, teekende zich een diepe, zalige Vrede af op zijn aangezicht, dat reeds door de vleugelen des doods overschaduwd was. Hij glimlachte stil ln zich zelf, haalde nog eenmaal diep adem, alsof hij bevrijd was van allo In wendige boelen en wendde zijn hoofd ter zijde, hij was dood. Nadat de beide priesters knielend nog een gebed gesproken hadden bij het lijk van den dapperen jongeman, stonden zij op. Op het zelfde oogenblik gaf pater Ckavanne 'n gil en tuimelde. Do seminariet, die vlak hij hem 6tond, apreng op hem toe en ving den wanke lende in Wn armen op. Groote God! Pater Ckavanne, wat is er aan de hand?" riep de wijbisschop verschrok ken. U bent toch niet gewond? De missionaris had intusscken met gewel dige kraehtsinspanjaing zijn zwakte overwon nen. Hij glimlachte. Zeker, een kogel heeft me getroffen, sprak hij geruststellend,, maar de wonde schijnt niet van beteekenis te zijn. Lij stroopte zijn mouw ln de hoogte, en het bleek, dat. een kogel den bovenarm doorboord had, zender het been te raken. Het bloed liep met een straaltje langs zijn arm af. Kom gam, naar dr. Lfltticken, om de wonde te laten oóderzoeken en verbinden, zei bisschop Jarlin. Ik ben altijd bang, dat zoo'n kogel vergiftig is. Hij legde zijn arm om de schouders van den pater, die weer onder een plotselingen aanval van zwakte begon te wankelen en dé beide heeren gingen op de kerk toe. Maar nauwelijks hadden ze een paar stappen gedaan, of een kogel schoot den wijbisschop zijn hoed van zijn hoofd af. De kogel had het band om den hoed doorboord' en "t scheelde maar een paar centimeter, of de missie had op dien dag een ontzettend zwaar verlies geleden. Doodkalm streek de bisschop met zijn hand door zijn verschroeide haren; zijn hand was bebloed, toen hij ze terugtrok. Nu heb lk ook mijn vuurdoop gehad, sprak hij glimlachend. Wij moeten beiden in behandeling gaan van onzen onvermoeiden heelmeester en menschenvriend. De Duitsche geleerde bevond zich in de kerk te midden van een schaar groote en kleine jammerende patiënten. Bijna hulpeloos stond hij tegenover al deze menschen en kon niets anders doen dan troost geven en hun moed en godsvertrouwen toespreken. Het was hem helaas onmogelijk, al dien ontelbaren zieken, die hem om hulp smeekten, gezondheid en levenskracht terug te geven. Vooral de arme moeders, die haar kleine lievelingen hulpeloos zagen wegsterven, wa ren in een zeer gedrukte en troostlooze stemming. Liitticken onderzocht de wonden der beide geestelijken. Het schampschot, dat een stuk vel van het hoofd van den wijbisschop mee- gerukt had, was vau niet veel beteekenis. De wonde werd goed uitgewasschen en met een koelpleister belegd. Erger was de arm wonde van pater Chavanne. Het vleesch was door den kogel doorboord; maar die kogel moest zich wel sterk verwrongen hebben en had daardoor het spierweefsel uit elkaar genftt. De wonde veroorzaakte den missionaris zulke hevige pijnen, dat hij zich, nadat de wonde, zoo goed en zoo kwaad als het ging, behandeld was, te bed moest hegeven. Niemand vermoedde toen, dat het 't sterfbed van dezen ijverigen, onver schrokken en offer vaardigen pionier van het Christendom zou zijn. Bisschop Favier was intusschen naar de Jentse-tang gegaan. Daar heerschten Inder daad ontzettende toestanden. A.lle gebouwen hadden door de voortdurende beschieting zwaar geleden. Het waschhuis had zich nog het beste gehouden. Toen de bisschop langs dit gebouw kwam, hoorde hij daar binnen het ge dempte geluid van vele biddende, weenende klagende en jammerende stemmen. Hij ging naar binnen en een hartverscheurend schouw spel trof zijn oogen. In het enge waschhuis hadden de zusters met meer dan 500 haar toevertrouwde wees kinderen hun toevlucht genomen. Hier zaten die arme weezen dicht tegen elkaar aan ge hurkt, zieken en gezonden bij elkaar en allen bevangen door den schrik van den steeds drei genden dood. Zuster Jaurias gaf den bisschop een teeken en hij drong zich tusschen die weesjes door, die smeekend bun handjes naar hem uitstrekten als tot hun vader. Hier een dier handjes grijpend, daar een tot hem opgericht hoofdje streelend, blikken vol liefde en een opvroolijkenden glimlach toonend en daardoor menig treurig gezichtje opklarend, menig klagend geween stillend zoo bereikte hij eindelijk de deur naar een daar naastgelegen ruimte, waar zuster Jau rias hem wachtte. In die ruimte lagen op een leger van stroo, waarover eenige dekens gespreid waren, twee Chineesohe vrouwen aan wie men bij den eersten oogopslag zien kon, dat zij spoedig uit haar lijden verlost en uit haar jammervolle omgeving weggavoerd zouden worden. Vreugde straalde uit de oogen der zieken, toen ze den bisschop zagen binnenkomen. Onder het voort durend donderen der kanonnen ontvingen zij de H. Communie; en daarna teekenden zich op haar aangezicht inwendige vrede en vreug de af, alsof al het lijden, dat daar berghoog om hen heen opgestapeld lag, geen beteekenis meer voor hen had. De bisschop bleef nog even bij haar ziekbed en sprak met hen, toen plot seling de lucht daverde door een geweldige explosie. De grond beefde de gebouwen ston den te schudden, als bij een sterke aardbeving. Een akelig schrikgegü klonk door het missie kwartier. Een paar seconden lang stond de bisschop stijf van schrik, maar daarna ijlde hij naar buiten. In het Oosten van de Jentse-tang steeg een nachtelijke zuil 0p van rook en stof, wel 30 meter hoog. Wat is er gebeurd? vroeg de bisschop een voorbijrennenden, Italiaanschen marinier. Een mijn, monseigneur! stootte de man er buiten adem uit De Boksers hadden een mijn aangelegd en laten explodeeren. We heb ben den heelen dag aj ee» do£' ondergrondsch geluid gehoord, maar wisten niet, wat het was. Is er iemand verongelukt? Ja, er liggen menschen onder de puinhoo- pen begraven, maar meer bijzonderheden zijn nog niet bekend. Ik loop zoo snel lk kan naar de Petang, om menschen te halen, die ons helpen bij het uitgraven. Ja, loop zoo snel als ee kunt, vriend, en verzoek in mijn naam, dat er zeer velen mee helpen bij het reddingswerk. De soldaat rende weg en dë bisschop ging haastig naar de plaats van het ongeluk. Daar was reeds de door onvermoeibaren ijver be zielde commandant Paul Henry. Beste Henry, wat was dat? vroeg de bis schop, toen hij het gefronst voorhoofd van den Franschman zag. De Boksers hebben weer een nieuw mid del gebruikt, om ons schade toe te brengen, antwoordde Henry. En dezen keer, geloof ik, hebben ze een middel gebruikt, dat ons zeer veel zorg, onrust en arbeid zal bezorgen, om van de verliezen maar niet te spreken. Is iemand er bij om het leven gekomen? Helaas, ja! Een Chineesche Christen, die aan den Oostmuur op wacht stond. Een paar van zijn kameraden zijn gewond, doch geluk kig niet ernstig, naar 't schijnt. De mijn was niet ver genoeg geboord. Ze heeft slechts een deel van den ringmuur en een paar bijgebou wen verwoest. De schurken zullen echter zon der twijfel uit dit geval geleerd hebben, hoe ze het den volgenden keer moeten doen. En bestaat er geen middel tegen dit mijn- gevaar? Oppassen schijnt mij het eenige te zijn, merkte Henry nadenkend op. We zouden mid delen en wegen moeten vinden, om de mijnen bij het aanleggen reeds onschadelijk te maken, ^k moet met dr. Liitticken eens praten. De bisschop drukte de hand van den moedi gen kerel. Ik ben er zeker van, dat u, te zamen met onzen dr. Liitticken, een middel vinden zult, om ook dit gevaar het hoofd te bieden. Wan neer u mijn hulp, hoe dan ook, noodig mocht hebben, dan beschik over mij. Hij begaf zich op den terugweg. In de nabij heid der kerk ontmoette hij een groep zusters, bij wie zich ook de eerw. moeder bevond. De ze kwam op den bisschop toegeijld. Hare ge laatstrekken drukten hevige ontroering uit en ook in de trekken der andere zusters ontwaar de de bisschop groote opwinding. O, hoe zichtbaar is God met ons! riep de eerw. moeder ontroerd uit. Een uur geleden waren wij zusters in een schoollokaal, waar wij onzen toestand bespraken en beraadslaag den over middelen en wegen, om onze pleeg kinderen beter dan tot nu toe in veiligheid te kunnen brengen. Wij vonden helaas geen ander middel, dan ze aan Gods genade aan te bevelen. We gingen dus van uit de school naar e aPel der Mariakinderen, om daar tezamen te bidden. Nauwelijks hadden we het school lokaal verlaten, of een kanonskogel kwam aangevlogen en sloeg het in puin. Wij ijlden naar de kapel, dankten God voor onze wonder bare redding en smeekten om zijn bescherming voor de toekomst, vodral voor onze arme kleinen. Daarna wilden we weer aan 't werk gaan en naar onze arme kindertjes terugkee- ren en juist was de deur der kapel achter ons gesloten, daar slaat een granaat door het dak van de kapel, het plafond stortte naar be neden midden tusschen de banken in, waarop wij nog voor een halve minuut geknield lagen. Alles is verwoest en van ons zou wel niemand in t leven gebleven zijn, als we niet juist die plaats verlaten hadden. Bij deze laatste woorden, brak de eerw. moeder in snikken uit. Tranen liepen over de bleeke, verhongerde gezichten der zusters. De hand Gods! sprak de bisschop diep geroerd. Duidelijker kan God ons niet toonen, dat Zijn oog op ons gevestigd is. Hij vertelde, hoe hij zelf en de wijbisschop eveneens op dien dag als door een wonder aan een wissen dood ontsnapt waren en voegde er bjj: Zou het niet kleinmoedig van ons zijn te gelooven, dat God zulke wonderen voor ons doet en ons ten slotte toch nog ten gronde zal laten gaan? Zeker, wij moeten iedere mi nuut gereed zijn, daar God ons in zijn ondoor- vorschbare raadsbesluiten roepen kan, om de laatste groote reis te beginnen. De woorden van den manmoedigen, ver trouwens-vollen opperherder oefenden op de beangstigde zusters een zeldzaam bemoedigen de en kalmeerende werking uit. Vol moed en godsvertrouwen, vol hoop op een gelukkig einde van haar zware beproeving keerden ze terug op haar zware en gevaarlijke posten. Dien dag en den daarop volgenden nacht gebeurde verder niets bijzonders. Toen het donker geworden was, zocht Henry zijn Duit- schen vriend op en nam hem onder vier oogen. Hoor eens, dokter, ik heb een avontuur in mijn hoofd, dat veel moed en overleg vor dert, U zoudt me, als u zin hebt, bij de uitvoe ring een zeer gewichtigen dienst kunnen be wijzen. Zin voor avonturen heb ik altijd, sprak de dokter, die, dank zijn ijzeren gezondheid, zijn levensfrischheid en opgewektheid niet ver loren had, trots de ontberingen en onrust en den ontzettenden arbeid, die op hem rustten. Dus, wat bent u van plan? U zult toch wel gemerkt hebben, dat niet ver van de Jentse-tang een rij huizen staat, die den Boksers een uitstekende dekking be zorgt en van waaruit ze ons met een succes beschieten, dat mij reeds herhaaldelijk te den ken gegeven heeft: Ik ben nu van plan, die dekking op te ruimen. Zeer goed, maar hoe? Door ze in de lucht te laten springen? Neen, met vuur. Kruit is voor ons te kostbaar. Daar hebt u gelijk in. En hoe denkt u dat klaar te spelen? Ik heb drie van mijn Franschen en een 'half dozijn moedige en handige Chineezen uitgezocht en vooruitgestuurd naar de Jentse- tang. Ik ga aanstonds naar hen toe, en als alles stil is, sluipen we door een zijpoortje naar buiten op die huizen aan en steken ze in brand. (Wordt yervolgd). j

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1928 | | pagina 6