FEUILLETON
Vrijdag 12 October 1928
Vierde Blad
mme
HET NIEUWE BEDRIJF.
Paginal
HET EERSTE LUSTRUM DER R. K. UNIVERSITEIT
EEN SCHRIJVEN VAN HET DOORLUCHTIG EPISCOPAAT
NAAR VOLTOOIING!
VOOR GEEN' GROOTE OFFERS
TERUGSCHRIKKEN
DE ACEDEMIEFEESTEN TE BREDA
BENCEMINGÈN
(Wordt vervolgd).
EEN WOORD VAN DANK EN OPWEKKING AAN COMITé'S EN WELDOENERS
.Too-.it dan, dat gij in liefde voor de
wetenschap bii niemand wilt
achterstaan"
In het Jaarboek 192S der St. Radboudstich-
ting, is het volgend schrijven van het Door-
luchT» Episcopaat aan de St. Radboud-comité S
en de weldoeners-der R. K. Universiteit opge-
nomen:
Aan de diocesane en parochiale^ Sint-
Radboud-comité's en aan allen, die hun
steun verleenen aan' de Katholieke
Universiteit.
Den 17en October wordt de vijfde verjaar
dag herdacht van de opening onzer Katholieke
Universiteit te Nijmegen. Het is academisch ge
bruik om bij een lustrum een meer plechtige
herdenking te vieren van het geboortefeest
en een oogenblik terug te zien op de volbrachte
taak Wij willen ons daarbij gaarne aanpassen
en van deze gelegenheid gebruik maken, om
in het Jaarboek der Sint Radboudstichting,
dat vooral beoogt het contact tussehen Univer
siteit en Volk levendig te houden en te bevor
deren, het woord te lichten tot hen, die door
gestadigen persoonlijken arbeid en financieelen
steun het voortbestaan onzer eigen Universi
teit mogelijk maken.
In de eeTSte plaats voelen Wij ons gedrongen
tol een woord van dank. Met vertrouwen, maar
toch niet zonder bezorgdheid, hebben Wij des-
ti :s besloten tot de stichting onzer Katholieke
Alma Mater. Wij beseften levendig, welke
hooge eischen aan onderwijskrachten en niet
minder welke voortdurende zware geldelijke
offers deze eigen inrichting van hooger onder
wijs zou meebrengen. Wij zijn immers, om
de uiterst geringe tegemoetkoming van rijks
wege, nagenoeg geheel aangewezen op de vrije
milddadigheid van ons Katholieke volk dat
met andere staatsburgers ook het onderhoud
der Staatsuniversiteiten heeft te dragen. ij
moesten U daarom in Ons schrijven van den
gen September 1921 meedeelen. dat Wij, om
tot oprichting der Universiteit te kunnen ovei-
gaan naast een Stichtingsfonds noodig oordeel
den een bepaald bedrag, dat door een jaarlijks
terugkeerende inzameling moest worden ver
kregen. Dit bedrag mocht niet blijven beneden
tien cent per Katholiek. Het gevraagde Stich
tingsfonds, Wij gedenken het dankbaar, kwam
bijeen. Maar de jaarlijkscbe som moest uiter-
aard blijven een zaak van vertrouwen op uw
blijvenden, volhardenden goeden wil. Gode zij
dank, Wij zijn tot nog toe niet teleurgesteld
in dit vertrouwen. Het jaarlijks verwachte be
drag is steeds ten naaste bij binnengekomen,
hoeveel er soms ook voor andere maatschap
pelijke en geestelijke nooden van U werd ge
vraagd. Wij mogen deze gelegenheid van het
eerste lustrum niet laten voorbijgaan zonder
daarvoor aan U allen onze innige dankbaarheid
te betuigen. Zeker, de Universiteit is niet al
leen het belang uwer Kerkelijke Overheid,
maar ook en evenzeer dat van de geheele Ka
tholieke gemeenschap, van hoog en laa.g, van
geleerd en ongeletterd; gij hebt dus in zoo
verre ook uw eigen geestelijk en cultureel be
lang begrepen en gediend, maar dit neemt
niet v/eg, dat op Ons de verantwoordelijkliei-I
en de behartiging in de eerste plaats drukt.
Daarvoor mogen Wij boven allen met dank
baarheid vervuld zijn. Namen kunnen Wij niet
noemen, er zijn er zoovelen, die zich verdien
sten verwierven, talrijks propagandisten en
ijveraars hebben jaar in jaar uit krachten en
tijd beschikbaar gesteld, talloozen offerden cn
bleven offeren hun ruime bijdrage of het nog
hooger te waardeeren penningske in hun nood
afgezonderd. „Uw Vader, die het verborgene
doorziet, zal het U vergelden", volgens het
onfeilbare Woord van den Goddelijken Mees
ter. Maar een enkele uitzondering mogen Wij
wel maken. Bijzonderen dank willen Wij uit
spreken ten opzichte van de dagelijksche be
sturen onzer diocesane comité's, die ieder jaar
zoo belangeloos op de bres staan om den strijd
te leiden, om hen, die dreigen te< verflauwen,
aan te vur'en en om een vriendëlijkén drang
uit ie oefenen op de enkelen, die in een te
langzaam tempo meewerken. Wij heseffen zeer
goed wat een arbeid het meebrengt de leiding
te hebben voor de 1250 parochiale comité's. Een
woord van afzonderlijken dank ook aan onze
Geestelijkheid. Reeds meermalen spraken Wij
het uit en Wij aarzelen niet nog eens te zeg
gen, wat Wij reeds herhaald hebben: het wel
slagen van de actie ligt voor een overgroot
deel in handen der Geestelijkheid. Beseft zij
levendig het belang, dat op het spel staat,
spreekt zij van den kansel een warm woord
van opwekking hij de aankondiging der jaar-
lijksche inzameling, geeft zij haar persoon en
belangstelling aan bet werk der parochiale
comité's, dan is een vruchtbare arbeid der
comité-leden verzekerd, dan slaagt de inzame
ling. Wij danken O. L. Heer, dat de Geeste
lijkheid blijk heeft gegeven haar gewichtige taak
in dezen te begrijpen; de overgroote meerder
heid bleef trouw ijveren voor het welslagen
der jaar-collecte.
Bij de lustrumviering past ook een bl ik in
de toekomst. Het is niemand onbekend, dat
de drie faculteiten, die der Godgeleerdheid,
die der Letteren en Wijsbegeerte, en die der
Rechten, zeker ten deeie gekozen zijn, omdat
zij de minst zware offers eischten. En allen
weten ook, dat er met verlangen wordt uitge
zien naar 'de verdere voltooiing der Universi
teit, niet het minst naar de afdeeling der Ge
neeskunde. Maar de kosten verbonden aan
de oprichting, meer nog de jaarlijks terugkee
rende kosten van onderhoud zijn zoo aanzien
lijk, dat Wij niet zonder bezorgdheid de toe
komst tegemoet zien. Toch moeten oolc die
faculteiten er komen. Eu zij zullen er komen,
daar staat het verleden ons borg voor. Mogen
Wij eenige hoop koesteren, dat in zoo'n alge
meen vaderlandsch belang, in een belang, dat
meer dan een derde der bevolking bijzonder
ter harte gaat, de steun van rijkswege ons
niet onthouden zal blijven, toch zullen wij ons
dezen steun des te waardiger maken, naarmate
wij hebben blijk gegeven, dat de beoefening van
eigen standpunt der wetenschappen van de
nog ontbrekende faculteiten ons tor harte gaat
en wij hebben getoond, dat wij ons belang daar
bij zoo groot achten, dat wij voor geen groote
offers terugschrikken. Wij kunnen nu jaarlijks
eenige gelden terugleggen voor de toekomst,
maar met het oog op de benoodigde bedragen,
is deze som gering. Wij moeten dus met den
meesten aandrang vragen om allereerst zorg
te dragen dat de jaarlijksche inzameling op
DISPENSATIE IN DE ONTHOUDINGSWEU
Z. D. H. de Bisschop van Breda, Mgr. P. Hops
man3, deelt in „Sancta Maria" het volgend^
mede:
„Wegens de groote Academiefeesten veriest
nen wij voor Vrijdag den 19en October, dispen
satie in de Onthoudingswet. Deze dispensatiai
geldt voor al de parochiën van kerkelijk Breda,
voor de parochiën Ginneken en Princenhage,
alsmede voor de vreemdelingen, die dien dag
in genoemde parochiën zullen vertoeven.
Hiervan worde Zondag a.s. in de l: !r«kken.
parochiën mededeeling gedaan.
DE A.S. TWEEDE KAMERVEER 1 EZNGEN!
EE'S DEi: DïiQEYJGlC GEVOLGEN i'A.Y DE.Y WJitE&DOOBLOG v,.vJt g-.H us.ieeiid
door de hierboven afgedrukte foto's. De persoon in het midden is een oud-soklaat a e
tengevolge van een. verwonding zijn geheugen verloor en tien jaar rn-d»-wereld rond
Na verschilUnde operaties te hebben ondergaan, kreeg hij ten slotte het geheugen t
en zocht hij zijn vrouw en kind weer op. Intusselien was de vrouw eenter voor de tweede
maal getrouwd. Op dfe' eerste foto (links) ziet men de vrouw met haar tweeden echtgen
óp de derde het meisje uit het eerste, en het jongetje uit het -tweede huwelij
peil blijft. Maar als allen eendrachtig samen
werken, dan kan de steun nog aanzienlijk op
gevoerd' worden. Waar een wil is, is een weg.
Gij weet hoe de Kerk de eeuwen door Uni
versiteiten heeft gesticht, gesteund en be
schermd, omdat op den duur geen inrichting
zoo'n overheerschende stelling in kerk en land
en volk inneemt. Dat besef leeft bij allen, welke
levens- en wereldbeschouwing zij ook mogen
huldigen. Toont dan, dat gij in liefde voor
een der edelste cultuurgoederen, de wetenschap,
hij niemand wilt achter staan en dat gij in ge
loofsijver allen wilt overtreffen.
Wij meenen ons woord van dank en opwek
king niet beter te kunnen besluiten dan met
U in herinnering te brengen wat Christus'
Plaatsbekleeder, Z. H. Paus Pius XI, tot Ons
en tot de met Ons om Zijn troon geschaarde
pelgrims sprak in zijn audiëntie den 20sten
Mei 1925 ter gelegenheid van de heiligverkla
ring van den Kerkleeraar en ij veraar voor
het universitaire onderwijs Sint Petrus Cani-
sius; „Gij hebt door do stichting der universi
teit een groot "werlc verricht, maar gedaan is
het werk nog niet. Rien n'est fait, a'il reste
quélque chose üt faire,'en aan uwe Universi
teit ontbreken nog twee Faculteiten, die der
Wiskunde en die der Medicijnen. Nu staan de
Nederlanders bekend als goede werkers, vast-
Dea lysten der Liberaje Staatspartij
in combinatie
Naar de „N. R. Crt." verneemt, sfaat het vrij
wel vast, dat ditmaal alte lijsten van de libe
rale, Staatpartij, de Vrijheidsbond, met'elkander
zullen worden verbonden, betgeen twee lijsteft
in eenzelfden kieskring zou uitsluiten. Rot
terdam komt met een eigen lijst uit, doch elders
zullen groepeeringen plaats hebben. Van de
drie noordelijke provinciën werd dit reeds
vroeger gemeld; haar samengaan is vrijwel be
klonken. Ook elders, b.v. ten opzichte van een
eventueele lijst-Postliuma, worden combinaties
overwogen.
houdend, volhardend en taai en zij zullen ook
dit werk der Katholieke Universiteit volein
den. Niettemin eisclit het al uw inspanning,
maar het is Mijn innige en vurige wensch, dat
gij dit groot werk, van zco'n vérstrekkend
belang voor uw lan4.fc>ii,uw geloof, tot een goed
einde zult brengen."
f HENR10US VAN DE WETERING.
Aartsbisschop van Utrecht
f LAURENTIÜS SCHRIJNEN,
Bisschop van Roermond.
f PETRUS HOPMANS,
Bisschop van Breda.
f ARNOLD FRANS DIEPEN.
Bisschop van 's-Hertogenbosch.
JOANNES DOMINICUS JOSEPH
aengenent,
Bisschop van Haarlem.
in het Bisdora Haarlem.
Z.D.H. de Bisschop van Haarlem heeft be
noemd: tot Rector van het R. K. Pensionaat te
Bodegraven den weleerw. heer W. van der
Voort; tot Kapelaan der a.s. nieuwe Parochie
van den H. Jeroen te 's Gravenhage (Spoov-
wijk) den weleerw. heer .1. de Wit; tot Assis
tent te Sassenheim den weleerw. heer A.
Rietveld.
(Si. Bavo).
PATER H. J. J. JANSSEN C.s.s.R.
De Zeereerw. Pater Herman J. J. Janssen
C.s.s.R., doctor in de Romaansehe taal en let
terkunde is benoemd tot professor aan het St.
Alphonsua Seminarie der Ü-H.P.P. Redempto
risten te Nijmegen.
(Gelderl.)
MI SS 10 CANONIC A.
Alsnog zijn goedgekeurd voor de Missio Cano
nic» de volgende E.E. Broeders der Congregatie
van O.L.V.O.O. allen te 's-Gravenhage: Bona-
ventura, G'anisio, Lctharius, Macarinfl, Otto en
Salvias. (St. Bavo).
PAUSELIJKE ONDERSCHEIDING.
Naar de „Grondwet" meldt, heeft bet Z.H,
den Paus behaagd, den heer S. IC. L. M. van,
Hasselt te Roosendaal te bevorderen tot com
mandeur iu de orde van den II. Gregorius den
Grooten, in welke orde de lieer van Hasselt in
1909, door Z.H. den Paus Pius X- tot ridder
was benoemd.
HET KAMERLID VAN RIJZEWIJK.
STUDENTENGEZELSCHAP FRISIA.
Het Leidache Studentengezelschap Frtsia,
een der oudste provinciale gezelschappen van
het Leidsch Studentencorps, welk gezelschap
uitsluitend uit Friesehe studenten bestaat. za.l
IS October 95 jaren bestaan.
Dit 19de lustrum zal o,a. worden gevierd met
een receptie door het bestuur op ds .it
Minerva op Zaterdag 20 dezer.
DE SITTARDSCHE BIOSCOOPKWESTIE.
Do bioscoop Luxor te Sittard, die langer
dan een jaar gesloten was, uit protest tegen
de 30 pet. stedelijke belastingwordt a.s. Za
terdag wederom geopend.
Een onjuist bericht
Ten aanzien van liet bericht als zou o.a. ooit
de heer J. van Rijzewijk te Tilburg zich voor do
volgende zittingsperiode niet meer beschikbaar
stellen voor een mandaat van de Tweede Ka
nier, verneemt „het Huisgezin" uit de meest
betrouwbare bron, dat het bericht voor wat
den heer Van Rijzewijk betreft, ten eèhenmaie
onjuist is.
HOLLANDERS IN DEN VREEMDE.
Van Mastenbroek in Brussel.
De Nederlandsehe kunstschilder van
Mastenbroek lioudt momenteel te Brussel een.
tentoonstelling, die veel belangstelling onder
vindt
MAURICE RAVEL.
De componist Maurice Ravel zal zich bin
nenkort naar Oxford begeven, waar hem door
da Universiteit de waardigheid van doctor
mus h. c. verleend zal worden, een eer, dia
tot op heden slechts aan Richard Strauss en
C izounow te beurt viel.
MEVROUW LELIMAN—BOSCH-
Een huldigingscomité gevormd.
Uit de kringen van het industrie- en huis
houd ouder wijs heeft zioh een comité gevormd
om mevrouw LelimanBosch bij het neerleg
gen van hare betrekking als inspretrtce bij het
Nijverheidsonderwijs te huldigen.
Een industrie- en boerenvertelling
uit Munsterland
i
door AUG. WIBBELT, Pr
(Uit 't Munsteriandsch dialekt vertaald)
23)
Herman? Vrouw Boom greep naar d r
hart, nee ik ben z'n buurvrouw, ik heb z'n
mo-eder bijgestaan, toen ze ziek was, ik weet
er van en ik zeg: Herman, dat is n engel tan
'n jongen!
Ik wil geen kwaad van hem zeggen, zeide
Engel, maar onlangs kwam ik hem tegen en
toen zong hij 'n wereldsch lied zoo'n toe
komstige priester moest zich maar met
geestelijke liederen bezig houden. En die stu
dent Wolbrink dien ken ik niet zoo goed;
maar 't kan me maar slecht bevallen, dat hij
zoo met z'n vioolkast rond loopt. Muzikanten
zijn allemaal niets waard.
Ja, de wereld is slecht, zei Agnes en kon
bijna haar lachen niet bedwingen.
Dat is 'n waar woord, zei Engel en vrouw
Boom zuchtte diep. Op één ding moet ik u
nog opmerkzaam maken. Houd geen omgang
met Mina Bulters, dat is 'n verloren schaap
én in het heele dorp spreekt men over haar,
omdat ze verkeert met 'n gemengde persoon,
die niet katholiek is.
Katholiek is hij, zei vrouw Boom, maar
bij' gaat niet naar de kerk. Vader Bulters zit
er al achterheen en heeft haar geducht onder
handen genomen en toen is Mina brutaal ge
worden en toen is de ouwe kwaad geworden en
heeft haar afgeranseld. En de pastoor is d'r
ook geweest.
Ziet u, juffrouw, zei Engel zoet, vriend
schap is goed, maar u moet met 'n oudere
vriendin verkeeren, die u mét stichtende ver
maningen en goede voorbeelden ter zijde staat.
Weer glimlachte Agnes schalks.
Ja, zei ze dan heel ernstig, ik heb al
Bedacht, dat ik me bij pastoors Jeanne moest
aansluiten.
Haar op Jeanne had Engel 't niet begrepen,
J- t die had haar vlak ia d'r gezicht gezegd,
.at ze Zaterdagsmiddags moe3t komen biech-
<a, net als de andere menschen, dan behoefde
de pastoor 's morgens niet extra voor haar in
den biechtstoel te gaan,
Jeanne, zei Engel, is toch wel wat te oud
en heeft toch eigenlijk ik wil geen kwaad
van d'r zeggen, maar 'n goed begrip van god
zaligheid heeft ze niet. Neen, u moet 'n vrien
din hebben, die veel ondervinding heef t en toch
nog tot de jongeren behoort.
Ik breek m'n hoofd te vergeefs met zoe
ken, zei Agnes met 'n quasi diepnadenkend ge
zicht, ik kan er geen vinden.
Engel kuchte even en toen begon vrouw
Boom:
Juffrouwtje, 'n betere vriendin dan Engel
kunt u niet vinden.
Ja, Engel, 't is zoo, en jij moet liaar leiden.
Je doet er 'n goed werk mee.
Voordat Engel kon antwoorden, zei Agnes
haastig.
Zeker, dat zou prachtig zijn! Maar juf
frouw Pumraeitje heeft 't zoo druk en bij
zonder, als ze met deii dokter gaat trouwen
zooals ze vertellen.
Dat was niet gelogen, want Maasman had
eens half schertsend gezegd! dat hét hem niét
verwonderen zou, als de gékke dokter nog een3
met Engel ging tróuwen.
Vrouw Boom sloeg de handen ineen en het
gezicht van Engel klaarde op; maar ze hoofd-
schuddo aanhoudend en zeide:
Ach, juffrouw, dat moet u niet verlangen.
Neen neen, niet trouwen is beter. Zeker,
men moet ook offers brengen en als -het mijn
roeping mocht zijn, dan ben ik bereid. Maar
't zou een zwaar offer zijn, neen, verlang
zoo iets niet van mij.
Ze verlangde het ook heelemaal niet, zei
Agnes, en had er al spijt van, dat ze 't gezegd
had. 't Was haar zoo maar door 't hoofd ge
schóten en ze had maar 'n beetje willen plagen.
Madr nü zag ze, dat Engel de zaak ernstig op
nam: 't Werd haar 'u beetje te benauwd en zé
trok af.
Engel, zei vrouw Boom plechtig, dat
meisje heeft daar iets gezegd, dat me door
merg en been gegaan is.
Engel glimlachte zalig. Heb:ik je al niet dik
wijls gezegd, vrouw Boom, dat ilc hem redden
wil? Als 't zijn moet, ben ik bereid. En dan
in vertrouwen. Ik heb hem in z'n ziekte ge
zegd, dat hij 'n vrouw moest hebben om hem
goed te verzorgen; bij zijn jaren en zijn stand
is dat noodig. En toen lachte hij en zeide, dat
hij er eens over denken zou. En toen maar
vertel 't geen mensoh, hoor!
Nooit! Vrouw Boom greep met beide han
den naar d'r maag, geen enkel woord, zoo waar
als hier mijn hart zit!
Van-morgen, vrouw Bcoia. toen ik hem
do koffie bracht, zei hij. dat hij lang. genoeg
nagedacht had en dat hij er nu direct werk
van maken zou. Deuk toch 'ns aan, vrouw
Boom, hij wil er werk van maken. Dat is toch
duidelijk genoeg. Ik liet haast het heele thee
blad met z'n ontbijt vallen!
Gelukkig dier, dat je bent! riep vrouw
Boom.
DE SERENADE.
Wat Engel tot vrouw Boom_gezegd had, na
melijk, dat dokter Kruis er werk van maken
wilde,'dat was waar; maar dat hij haar op het
oog had, dat had ze glad mis. De dokter wilde
alleen maar 'n gljntje uithalen.
Den volgenden dag stond in het „Loercmer
Kreitsblad" en in de „Windhoeker Bode" vet
gedrukt
„WIE WAAGT HET."
Ernstig gemeend huwelijksaanbod. Een jon
ge heer, vroolijk karakter, vaste levenspositie
en innemend uiterlijk, zoekt levensgezellin.
Naar vermogen wordt niet gevraagd, wel naar
goede afkomst en opvoeding, huiselijken zin
en beminnelijk wezen. Nadere inlichtingen bij
de administratie. Strengste geheimhouding
beiderzijds.
Dat veroorzaakte 'n geweldige beroering. Op
alle damesclubs werd over deze advertentie ge
sproken en allen waren van meening, dat het
afschuwelijk was, zulk een „aangelegenheid
des harten" openlijk in de krant te zetten en
dat de poesie er van af was. Verder werd het
raadsel besproken, wie die jonge man wel zijn
kon en; zonderling, eenparig werd de burge
meester van Holldorp er voor aangezien. Nog
zonderlinger was, dat juist die dames, die het
meest gescholden hadden, dienzelfden avond
nog naar de administratie togén, zoowel in
Windhoek als iu Loerem. Zoo druk was 't
nog nooit geweest op de beid-e bureaux; om
de tien minuten kwam er een dame om den
hoek loeren, keek 'n beetje schuchter en
schoof dan de expeditie binnen. Daar kreeg
iedereen een gesloten brief, die luidde als
volgt:
Zeer vereerde onbekende! In zake de be
wuste aangelegenheid stel ik voor: persoonlijk
met u kennis te maken en verzoek daarom,
aanstaanden Maandag, drie uur namiddag, in
de woning van mijn vriend dr. Kruis in Holl
dorp te willen verschijnen. Daar genoemde
heer een veel bezochte arts is, zal zulks niet
't minste in 't oog loopen. Ik verzoek u echter
beleefd maar dringend, persoonlijk te komen,
zonder begeleiding van moeder of tante. In af
wachting. van een gelukkig succes, verblijf ik,
Uw dw. N. N.
Alle dames, die dit schrijven op haar slaap
kamer minstens tien maal gelezen hadden, om
er dan den hevieu nacht van te droomen, wa
ren overtuigd, dat de jonge burgemeester die
N. N. was.
Gedurende de daarop volgende dagen waren
de dames met baar costuum bezig en stonden
bijna den heelen dag voor den spiegel, vooral
zij die al dertig lentes beleefd hadden. De
kappers hadden gouden dagen; eau de cologne
en viooltjeswater ging als sneeuw voor de zon.
Ondertusschen had de Bai'dophonie haar
leven gered.
Toen de barden weer in de kroeg zitting
hielden, en ae dikke eiken weer door 't open
venster ruischten, hield de opperbard de vol
gende redevoering;
Duitsche mannen! Na overwonnen gevaar
is de herinnering eraan zoet; de laatste verga
dering zal in <le annalen der Bardophonie en
in de herinnering van 't nageslacht een in het
oog loopende plaats innemen. Wij hebben ons
gedragen als mannen, die overleg met dapper
heid weten te paren. (Zeer waar!) Thans kan
ik de verblijdende mededeeling doen, dat
leeraar Huduppelonze.uiteenzettingen verstan
dig opgenomen heeft. (Bravo!) Ik wil slechts
even aanduiden, dat ik eenigszins diplomatiek
zonder maar iets te kort te doen aan de
Duitsche oprechtheid ben te werk gegaan
en nu zullen we er niet van buiten kunnen, den
beiden dochters van leeraar Huduppel ,die wel
niet meer jong, maar toch niet beroofd zijn van
vrouwelijke lieftalligheid, een bardophonische
ovatie te brengen. (Hoort, hoort)) Nu echter
moeten we het naaste doelwit eerst ouder 't oog
nemen, ik bedoel de serenade onder het venster
der Duitsche maagd, Agnes Maasman jam
mer genoeg in 'n Fransch pensionaat opgevoed,
wonende te Holldorp. Ik verzoek mijn barde
broeders hieromtrent hun meening te zeggen.
stel voor riep Louis» dirsct Tnorg-Brfk
avond de serenade te brengen. Van uitstel
komt afstel.
Dat vond bijval. Maar nu, welke liederen.'
't Moeten passende liederen zijn, riep het
klecrmakertje, dat weer achter zn suiker
water zat.
YJq moeten ze oolc kunnen zingen, zei
Alex, anders moeten we 't niet doen. Alex had
't niet op die serenade.
Ik stel voor: De dag des Hereen.
Ik stel voor: Hoort gij niet de lijsters
zingen.
En ik: Hoera, hoera, mijn liefje!
Ten laatste waren-ze 't eens over twee le
deren
Stil rust het meer en De Trompetter aan
de Katzbach.
Het éérste, zei de opperbard, fe meteen n
huldiging van het zachte, meisjesachtige ge
moed en het tweede de uitdrukking van onze
mannelijke gezindheid. Ik vind dit zeer pas-
send. Laten we nu direct beginnen te repe-
teeren. Ze zongen: Stil rust het meer en 't ging
zoo oont door elkaar, dat het wel 'n storm op
zee geleek en toen ze „De trompetter uitgalm
den zij schettert en tettert victoria! begon
de hond op 't erf te huilen, ofschoon hij aan
beide ooren doof was.
De opperbard Bet wanhopig z'n vleugels han
gen bij 't dirigeeren leek 't namelijk, of hij
in, de hoogte wilde vliegen. Hij veegde liet
zweet van z'n voorhoofd en zei: Moed houden!
Men moet ook bij de uitvoering rekening hou
den met de wijding van 't oogenblik, en dat zal
qt ons morgen wel door helpen.
Den volgenden avond, tegen 't donker wor
den, stonden de barden bij Maasman onder
venster. Zij hadden zich van te voren gesterkt
door 'n goede lading in de kroeg en waren nu
van plan er uit te haler, wat er maar inzat.
Broeders, fluisterde de opperbard, spant
in al uwe krachten want het gaat er om, roem
of schande in te oogsten. Daarom concentreert
uw geheele zijn in uw kelen!
Hij stelde zijn troepen op en wipte van de
eene partij naar de andere - Ia, la! Toon vast
houden! Je lantaarn in 't midden opge
past! Een, twee, drie!
Stil rust het meer - klonk 't nu en ze
spartelden met moeite door 't „meer' heen, af
en toe leek 't of ze zouden vergaan, 't "Was 'n
gespartel en 't gehaspel, nu eens zakte de eeue
stem, dan weer de andere, zoodat ze ten laat
ste allemaal aan 't gapen waren. Ze waren
blij toen ze den oever weer te pakken hadden.
Ondertusschen was boven hun hoofden het
venster opengemaakt; ze merkten niets, maar
1 .chten even en Beten den „Trompetter" schal
len.
Juist waren ze aan den gang, toen dokter
Kruis om den hoek kwam; verbaasd bleef hij
staan! Maar toen de barden begonnen te
„schetteren en tetteren Victoria!" toen kou bil
zich niet meer inhouden. Met z'u formidabele
basstem viel hij donderend in: icto oria!
Victo—oria! En telkens bonsde hij met z'n
vuisten op de huisdeur.
Dat maakte indruk.
'n Heele waschkom vol water kwam midden
tussehen al die „victoria's" naar beneden ge
spetterd, juist boven op 't hoofd van den op
perbard. En Maasman snauwde vanuit 't
venster
Maak, dat je wegkomt!
Halt, mannetjes! riep de politie, die om.
'n hoek had staan loeren en de barden wilden
er al van doorgaan met hun „victoria's" toen
op eens da. burgemeester z'n snetterende stem.
deed hoorea:
Stilte! Politie, vrrstoor deze loyale de
monstratie niet'. Mijt 5 lieeren, blijft kalm
staan!
it-