DINSDAG 6 NOVEMBER 1928 DERDE BLAD PAGINA 2 DR. PAUL KUBECK OVERLEDEN. DE „ZEPPELIN" TE BERLIJN TOONEELDAG DER ST. JOSEFSGEZELLEN HET ERFDEEL ON.7*3» VADEREN. HET PARLEMENT i De bezieler der Zwitsersche Katholieken f SLACHTOFFER VAN ZIJN ONVER- t MOEIDE ACTIE. (Van cnzen correspondent) G e n v e, 1 November 1928. Een droeve schaduw is op de vreugde der Zwitscrsohe Katholieken over hun overwin ning bij de verkiezingen gevallen doordat de man. die een heel groot aandeel in het succes heeft gehad, onmiddellijk na den slag over leden is: dr. Paul Kubiek, de algemeene se cretarie der Katholieke partij. Op zijn ziekbed kon men hem nog de over winning mededeelen; eenige uren nadat het officieels nieuws was bekend geworden, is Ku biek de-eeuwige rust ingegaan. Kubiek is het slachtoffer geworden van zijn buitengewone krachtsinspanning gedurende de verkiezingscampagne zelf em reeds lang daarvóór. Dinsdag van de vorige week was hij des avonds uit een kiezersvergadering terug gekeerd, waar hij natuurlijk wederom het •woord had gevoerd (het was zijn 88ste rede in dezen verkiezingsstrijd geweest:), toen hij plot seling voor een blindedarmontsteking naar het ziekenhuis moest worden vervoerd. Onder nor male omstandigheden zou de ziekte ein operatie waarschijnlijk overwonnen zijn, dooh het door den verkiezingsstrijd uitgeputte lichaam had geen voldoende weerstandskracht meer, en zoo trad de dood weldra in bij den nog slechts 33- jarigen groeten organisator en bezieler dier Katholieke verkiezingscampagme. Kubick's dood wordt algemeen betreurd, ook buiten de Katholieke kringen zelf. Men erkent algemeen, dat in hem een man is heengegaan, die voorbestemd schen, om tot de hoogste waar digheden op te klimmen, die de democratie een Staatsburger kan geven. C .-trouw dienaar der Katholieke Kerk was bij ook buiten zijn partij hooggewaardeerd om Sijn eerlijk karakter, om zijn buitengewone ga ven van het hoofd, om zijn steeds bereidwillige, minzame hulpvaardigheid. Van dat laatste mocht ik persoonlijk enkele dag ..-li vóór zijn ziekte nog een treffend staal tje ontvangen, toen hij, enkele uren te Bern tot zijn beschikking hebbend, om wat uit te rusten, dezen rusttijd onmiddellijk opofferde, oan eau bultenlandscb collega (Kulbick was ook journalist) op de hoogte te stellen van den Stand van den verkiezingsstrijd en van de ver moedelijke resultaten. Onvergetelijk zal mij blijven de warmte van overtuiging, waarmede flr. Kubiek toen mij beschreef het nieuwe ge meenschappelijke sociale programma der drie groots Katholieke organisaties in Zwitserland, de vereering die hij gevoelde voor Musy en abbé Ëavoy, die dit programma hadden ontworpen, en de geestdrift en het vertrouwen, waarmede hij de laatste w'eek van den verk.iezimigsst.rijd en ook de toekomstige Katholieke actie tege moet zag. De lezers weten reods, dat het opti misme waarmede hij over den vermoedelijken stembus-uitslag sprak, niet is beschaamd. De Katholieke partij heeft in alle kantons zonder onderscheid een belangrijke .stemmen-vermeer- dering ontvangen en het aantal hunner kamer zetels- is van 42 tot 46 gestegen. Heit is Kubick's .groote verdienste voor de Zwitseieohe Katholieke partij geweest, dat hij de partij uit de depressie van 1925, toen twee zetels verloren waren gegaan, weder -tot nieuwe geestdrift heeft weten te wekken. Hij was de stichter dei- jeugd-bewaging od der de jongere Katholieken, die zooveel voor de toekomst belooft. Eén staaltje wil ik nog vernielden van Ku bieks invloed onder zijn partijgenooten, van den stond ook zijner overtuiging. In 1925 had bet parlement met groote meerderheid het voor ste! van den steeds tot compromissen geneigde» Tadieaien minister Sehulthess (thane presi dent vain Zwitserland) aangenomen, om tot de invoering va.n liet door de socialisten en boeren" 2oo gcwenschte graan-monopolie voor den staat Oven- ie gaan. De groote meerderheid der Ka tholieke kamerfractie had ten slotte aarzelend haar stem ten gunste van dit voorstel uitge bracht. Doch Kubiek, de nauwelijks 30-jarige partij secretaris, waagde den strijd tegen dit gevaarlijke af glijd 011 op den w>eg van het staats- eorlslisme. Met het gevolg, dat het vooral juist de Katholieke kantons geweest rijn, die het meest hebben bijgedragen tot de verwerping Van Sehulthess' voorstel door het volksrefe rendum! Dit jaar i-s het aan Musy gelukt, een oplossing voor het graanvraagstuk te vinden overeenkomstig de lijnen, door Kubiek in 1925 reeds aanbevolen! Een man van zeldzame begaafdheid is uit het Zwitrersehe politieke en journalistieke leven weggenomen. Kubiek had de voordeeien van 'n Jeugdige geestdrift, die bij zjjn eerst 33 jaren behoorde; maar hij had daarnaast de buiten gewone bezonkenheid van oordeel, die men in Ben regei eerst bij veel ouderen aantreft. Daiir- bij had hij een warme liefde voor zijn geheeie Tolk. en bij alle onwankelbare trouw aan zijn beginselen den Christelijken wenech naar sa menwerking tassehen alle kringen dor maat schappij. Zijn söciaiisten-bestrijding ging uit van zijn hartgrondigen afkeer van de leer van den klas senstrijd en den klassenhaat. Zijn streven was gericht op een toenadering tusschen werkgevers en arbeiders. Onder Kubick's invloed was de Katholieke partij meer* naar rechts gegaan op het punt van teginselen, dooh meer naar links ten aan zien van het sociale programma van verwezen lijkingen. Tegenover de „politiek der vrees en der con cessies", die de radicalen onder Sehulthess wat te veel hadden gehuldigd en waartegenover pten ook van Katholieke zijde in het parlement wel eens wat al te meegaand was geweest, had Kubiek, met den steun van een Musy, den hieuwen part ij-pree kient Perrier en den geuia- len abbé Savoy, zijn partij weten te bewegen tot «enerzijds een beslist verzet tegen etaats- Bocialisme, anderzijds een positief sociaal pro gram In het teeken Tan den socialen vrede en Je samenwerking der klasoen. Het is deze politiek, die Zoudag den socia- dstischen stormloop heeft weten te weerstaan 7O de Katholieken tot de ware overwinnaars bij 'e verkiezingen beeft gemaakt. Diep tragisch doet het aan, dat de man, die laar alle Katholieke bladen dankbaar erken- |en, de groote bezielende kraefht in den strijd fi geweest, zelf het offer van zijn onvermoeide jotie is geworden. De kiezers der stad zijner ■pwoning, Bean, hebben onbewust oen laatste treffende hulde aan zijn nagedachten/is ge- ♦nacht, doordat heden bekend werd, dat van de Katholieke candidate® In het kanton Bern Geestdrift, in de hoofdstad. FRIEDRICHSHAFEN, 4 November. (W.B.) De ,,Graf Zeppelin" startte hedennacht, zoo als aangekondigd, voor zijn vlucht naar Ber lijn. BERLIJN, 5 November. (V.D.) Heel Berlijn was hedenmorgen in vlaggentooi gestoken. Even na 8.20 uur, terwijl zich duizenden Ber- lijners in de buitenwijken en de binnenstad op de straten bevonden, bereikte de „Graf Zeppe lin" het vliegveld Staaken. Te 8.50 hoorde men het ronken van de motore® hoven de hoofdstad. Op ongeveer 150 M. hoogte kruist de Zeppe lin boven Berlijn. De menschen pakken zich samen in de straten en het verkeer ligt geheel stil. BERLIJN, 5 November. (H.N.) De ,,Graf Zeppelin" is vanmorgen om 9 uur 46 te Staaken geland. Het luchtschip is vannacht om 2 uur 17 van Friedriehshafen vertrokken. Daar de weers gesteldheid in het midden van Duitschland on gunstig was, is de reis over Stuttgart, Darm stadt, Frankfort a/d M., Gipssen, Kassei, Goslar naar Berlijn gegaan. Om 8 uur 35 was het luchtschip boven N-auen, om 8 uur 45 voor de eerste maal boven Staaken en tegen 9 uur boven Beriijn, waar het onder het luiden van de kerkklokken eenige malen een ellips boven de stad be schreef, die feestelijk is versierd. Nader wordt nog uit Berlijn gemeld De stad Berlijn was reeds in de vroege ochtenduren in afwachting van de komst van het luchtschip. Een blauwgrijze hemel koepelde boven de millioenenstad, waar druk gevlagd werd. Te 8 uur hedenochtend bood het verkeer nog den ge wonen alledaagschen aanblik, doch in de bui tenwijken scholen reeds op de pleinen men- schenmassa's samen. Het verzoek van den eersten burgemeester om de vlag uit te steken is door tallooze Berlijners gevolgd. Maar thans is er geen vlaggestrijd. Broederlijk wapperen de republikeinsche en monarchale dundoeken naast elkander Dan komt er een bericht binnen „De „Graf Zeppelin" is te 8.20 uur boven Rathenow ge signaleerd". En even later „De „Graf Zeppe lin" heeft reeds het vliegveld Staaken be reikt." Bij zeer slecht weer kruist de Zeppelin ein delijk te 8.50 uur op ongeveer 150 Meter hoogte boven de Duitsehe hoofdstad. Het groote, viseh- vorniige gevaarte schijnt in den nevel te zwem men. De menschenmassa's pakken zich te zamen in de straten en het verkeer ligt geheel stil. Nauwelijks is men er in geslaagd het lucht schip te ontdekkenof het is alweer ach ter schoorsteenen of torens verdwenen De regen blijft vallen. Tegen 9 uur Is het lucht schip boven het centrum van de stad ziehtbaar en daarna zet het koers naar het Zuiden, om vervolgens in de richting van Tempelhof te verdwijnen. De vliegmachines, die ter begr-oetiug de „Zeppelin" tegemoet zouden viegen waren spoedig met haar taak gereed, want het zoemen van de motoren was reeds hoorbaar toen zij opstegen. BERLIJN, 5 November (W. B.). Na de lan ding werd het luchtschip „Graf Zeppelin" over het vliegveld Siaaken naar den ankermast ge sleept en daar om 10.33 uur vastgezet. BERLIJN, 5 November. (H.NJ De ontsche ping der passagiers van de Graf Zeppelin is toch niet zoo voorspoedig verloopen als aanvan kelijk werd gemeld. Het vastmaken van het luchtschip gelukte eerst 11a langdurige pogin gen zoodat de passagiers eerst tegen 11 uur konden worden ontscheept. Het was de eerste maai, dat een luchtschip in Duitschland aan een ankermast werd gemeerd. De groote menigte vormde een eere-escorte voor het luchtschip, toen dit zijn bewegingen boven het terrein maakte en holde telkens mee. Toen dr. Eckener uitstapte, ging er een ge weldig hoera uit de menigte op. Rijksminister von Guerard was de eerste, die dr. Eckener be groette, ook uit naam van de rijksregeering. Daarop namen dr. Eckener en de leden dor bemanning plaats in gereedstaande auto's, om zich naar Berlijn te begeven. Om kwart over 12 kwamen zij bij het paleis van den rijkspresident aan, onderweg door de bevolking voortdurend geestdriftig toegejuicht. Rijkspresident von Hindenburg begroette zijn gasten in hartelijke bewoordingen en wees daarbij op de beteeltenis van het transatlanti sche luchtvaartverkeer voor de toenadering tus schen het Duitscbe en het Amerikaansche volk. Dr. Eckener dankte den rijkspresident voor, de ontvangst en verklaarde bezield te zijn van den vasten wil, om het bronnen werk voort te zetten. Na deze toespraken werden de afzonderlijks leden der bemanning aan den rijkspresident •voorgesteld. BERLIJN, 5 November (H.N.). Op het vlieg terrein Staaken, waar het luchtschip „Graf Zeppelin" aan den ankermast bevestigd is, heerschte vanmiddag groote drukte. Men raam de het aantal bezoekers op 100.000.. Tegen den avond werd het terrein door schijnwerpers ver licht. DE CULTUREELE EMANCIPATIE VAN ONS KATHOLIEKE VOLKSDEEL BISSCHOP EN PRIESTERS MET BOEZELAARS VOOR. Een merkwaardig staaltje van Engelscli- Roomschon humor publiceeren de Engelsche weekbladen. De bisschop van Salford, een abt en een heele schaar pastoors en kapelaans, de den dezer dagen 'n schart voor en gingen aan tafel dienen in het oude-mannen- ein vrouwen huis, dat door de „zustertjes der armen" te Manchester bestuurd wordt en dait zijn gouden feest vierde. dr. Paul Kubiek in<le stad Bern de meeste stem men van allen verkregen had! Van den zomer was dr. Kubiek een der Zwitsersche gedelegeerden op heit internatio nale Kathol iekancongTos te te-Bentogenbosch geweest. Opgetogen sprak hij met mij tijdens ons laatste onderhoud over het prachtige Hol land, over de gastvrijheid, die hij in ons land ontvangen had, over den prettigen .geest van ons volk, over de schitterende organisatie der Katholieke staatspartij in Nederland. Ongetwijfeld zal het plotselinge overlijden van den schijnbaar zoo kerngezonde» jongen leider der Zwitsonsche partij ook bij allen in Nederland, die hem van den zomer persoonlyk mochten leeren kennen, een smartelü'kem in druk hebben verwekt! Dat de St. Jozefs,gezellen nog eens een too- neoldag zouden houden nu ja, dat was iets, wat nog niet zoo heel lang geleden erg vreemd zou hebben geklonken. Tooneel Immers was een lolletje-in-engendering en wanneer 't iets anders was, dan deugde 't niet. Basta! Maar diie tijd is althans voorbij, en de St. Jozefsge zellen hebben te Amsterdam een tooneeldag gehouden, en voor dien dag was zooveel belang stelling, en er heerschte zulk een geestdrift, dat 't ons deugd heeft gedaan. Want 't is, zoo als praeses Van Galen zelde: wanneer het too- neel in deze kringen wat in de h-o-ogte wordt gestuwd, dan is er weer iets bereikt voor de oultureele emancipatie van ons Katholieke volksdeel. Een stapje, een klein stapje mis schien op een langen en moeilijken weg, maar toch een stapje Naai' goede Roomsche zede, begon de too neeldag met een stille H. Mis in de St. Huber- tuska-pel aan de Stadhouderskade, welke door den centraal-praeses, dm zeereerw. heer Th. J. van Galen, werd opgedragen, waarna alle deel nemers aan den tooneeldag zich vereeuigden aan een gemeenschappelijk ontbijt. De eerste middagvergadering werd omstreeks half een door den centraal-praeses, den zeer eerw. heer Th. J. van Galen, geopend met een kort woord van welkom tot de talrijke aanwe zigen. In korte trekken schetste spr. de waar- do van het tooneel, in het hijzonder van het leeken-tooneel voor de St. Jozefsgezellen-bewe- ging en gaf daarop het woord aan den weleerw. hoer J. Schmidt, die spreken zou over „de Ge zellen en het tooneel". Spr. begon met te "zeggen, dat ongeveer 83 pet. van alle afdeelingen der St. Jozefsgezellen- vereeniglng thans een tooneelcluib bezitten. Hieruit blijkt wel hoeveel belangstelling er onder de leden der St. Jozefsgezellenvereeniging bestaat voor bet tooneel en dat hun bet too- neelspelen als 't ware in het bloed zit. Dit behoeft niet te verwonderen, want feitelijk is het tooneeispel van Katholieken oorsprong. Onze tegenwoordige drama's zijn voortgekomen uit do middoleeuwscke mysterie-spelen als b.v. „Die Sevenste bllscap van Maria" en zelfs de mkldeleeuwscke kluchten danken hun oor sprong aan de mysteriespelen. Hoeveel veranderingen het tooneel in den loop der tijden heeft ondergaan, hoeveel ver- koerde invloeden cr op hebben ingewerkt, dit geeft niemand bet recht om het tooneel te vot- ooixleelen. Het tooneel la nog altijd -een ea'fdeel van ons Katholiek verleden, dat wij in eere moeten houden. Juist in onzen tijd, nu er zooveel menschen zijn dio elk richtsnoer in hun leven ontberen, kan het tooneel, het Katholieke tooneel vooral ontzaglijk veel goeds stichten. Het is een be kend feit dat toon-eelsctoi'ijvers als Goethe, Shaw, Paul Claude! e.a. een zeer groote® in vloed hebben uitgeoefend op het geestesleven van hun tijdgenooten. EJenzelfden Invloed kan ook uitgaan van het Katholiek tooneel. Nu is ea- slechts een Katholiek leeken-tooneel bestaan baar, daar een Katholiek beroepstoonoel voor- looplg nog wel niet te verwezenlijken zal zijn. Al moet het Katholieke tooneel dus 't goede aan het publiek voorhouden, het ntag nooit preeklug worden, de tonden z ma.g er niet dui- mendik opliggen. want dan is de uitwerking in de meeste gevallen precies andersom dan men ervan verwacht. Spreker waarschuwde ook de aanwezigen tegen de neiging van leekenspelers. om hun kracht te zoeken in komiekerigheid. Wanneer men ai zijn krachten geeft, dan nég zal het resultaat bijna nooit kunnen halen bij het. resultaat, dat voor hot beroepstooneel bereikbaar is. Wanneer men een zoo goed mo gelijk geheel wil samenstellen, dient met do moeste zorg ook de rolverdreling ter hand ge nomen to worden. Het is z®er gemakkelijk, om aan ieder lid van een tooneelclub op z'n beurt een hoofdrol te geven, maat daarmede bewan delt men biet den julsten weg. De keuze van do personen mag slechts gelold worden door een juiste en onpartijdige beoordeeMng van de talenten en spelleiders mogen niet vergeten, dat elk succes ten eene male onmogelijk zal zijn. wanneer er niet minstens dezelfde zorg wordt geschonken aan de bil rollen als aan de hoofdrollen. Na nog enkele practiache wenken te hebben gegeven aan de leiders, besloot de eerw. spr. mot den wenoch, dat het tooneel lu de St. Jo zefsgezellenvereeniging tot hoogen hloei zou mogen komen. Paul Hut hield in den laten middag een in leiding over de vraag: „Hoe komt de opvoering van oan tooneelstuk tot stand?' Van alle kanten voelt men. aldus Huf, dat in Roomsoben kring gewerkt wordt aan het tooneel. Overal wordt gezocht naar samenwer king van organisaties, om Invloed uit te oefe nen op bet beroepstooneel' en opvoeringen Aan werken van Katholieke schrijvers mogelijk te maken. Dit is niet gemakkelijk te bereiken, en daarom des te prijzenswaardiger. Toch acht spr. het Katholieke publiek voor zulke plannen nog niet geheel rijp. Teveel wordt -eenerzijds tooneel beschouwd ais een lolletje, anderzijds wordt het tooneel in z'u goh0®1! verworpen als boos. Dikwijls hoeft het tooneel van zijne ge weldige suggestieve macht misbruik gemaakt, doch veie instellingen hébben dit gedaan, zon der dat. ze daarom in wezen verwerpelijk zijn. Het te&kentooneel kan veel goeds doen. mits onder deskundige leiding en door ernst.ig-wil- lenden beoefend, al was 't alleen maar om de ontvankelijkheid voor tooneel te verhooeen. Hoe ontstaat nu een tooneolopvoerittg? De eerste moeilijkheid betreft de keuze van het stuk. Daarbij moet rekening gehouden worden met de geestelijke draagkracht van het pu bliek, en met de bekende of veronderstelde ge schiktheid dor spelers. Men moet de draag kracht vau het publick niet overschatte», dpch zich ook niet te veel aanpassen bij het publieke peil. Er moet een opvoedende kracht zitten ia de opvoering, en dit is gemakkelijk te be reiken door een korte ®n pakkende inleiding vooraf. Bij de keuze van het stuk moet er ook op gelet worden, dat w-e gaen aanstoot geven aan of hinderlijk zijn voor andersdenkenden. Do tweede mooilijkhead hij de opvoering is de rolverdeling. De tedder of. lijfter moet het stuk door en-door kennen, ejf bij de keuze der personen moet hij zooveel mogelijk aanpassen aan bepaalde eigenschappen en eigenaardighe den bij de spelers. De macht van den leider moot zoo onbeperkt zijn, en de overgave en de trouw-van de spelers zoo groot, dat desnoods op 't nippertje nog rollen kunnen worden ver wisseld. Persoonlijke ijdelheld moet bij de lee- kentspelers worden uitgebannen, alleen het ge heel, alleen de uitvoering moet meetellen. Ook moet de leider zorgen voor heel de „misë-en-scènp", en ook voor de tooneelschik- king. Maakt die tooneeisehiklring zoo sober mogelijk. Alleen een aanduiden van de sfeer, nooit het tooneel overladen met meubels, die niet medespelen. Want ook tafels en stoelen moeten medespelen. Op een klein tooneel moet de eigenlijke speelruimte zoo groot mogelijk zijn. Wanneer directeuren van patronaten enz. een tooneel bouwen in hunne zaal, laten ze dan toch eens adviezen vragen aan een vak man! Met die adviezen wordt het tooneel he ter endikwijls ooi: goedkooper, omdat er niet zooveel aan veranderd belhoeft te worden. Hetzelfde geldt voor de décors. Geschilderde trappen en stoelen deugen niet. Beter is 't in gordijnen te speilen, wat de weg voor de fanta sie openlaat. Bij de „misé-en-seène" dient de leider te letten op een zoo natuurlijk mogelijk verloop, en op het vermijden van ieder onnoodig gedoe, terwijl uit een nauwkeurig bestudeeren van den dialoog tal van aanwijzingen voortvloeien. Een leider van leekentoon-eel moet een regie boek maken, met alle aanteekeningen op blan co vellen tusschen den tekst. Dit regieboek moet echter geen wet worde®, moet ruimte la ten voor wijzigingen. Van den spelleider zal zoodoende een groote zekerheid uitgaan. Eerst wanneer de leider volkomen beslagen ten ijs kan komen, kan hij beginnen met de lezing van het stuk, liefst door den spelleider. Daarna lezen de spelers hunne rollen. Dan volgt do eerste ineenzetting: de taaiste bezigheid voor spel,leiders en spelers. Is het eerste be drijf ineengezet, dan is 't gewensciht voorloo- pig alleen dit bedrijf te repeteeren, om niet te voel ineens te willen. Bij die inoenzetting mo gen nog geen eisoban worden gesteld aan het zeggen van den tekst. Eerst na de iaeenzetting wordt de tekst hoofdzaak; dan moet gelet worden op duidelijke uitspraak, zuivere taal, goed begrip voor wat gezegd wordt. Men moet ook leeren luisteren en dat is nog moeilijker da® sproken. De vak,kunde van het tooneel, sprek-en en plastiek, kunnen alleen door oefe ning worden verkregen. Iedere overdrijvingen ieder zoeken van een persoonlijk succesje moe ten worden geweerd. Kennen van de rol is noodzakelijk, maar de rollen moeten niet te vlug worden geleerd. Worden' de rollen te vlug geleerd, dan went de speler aaai 'een dreun, waarin no-oit moer modulatie te krijgen is. Worden de rellen geleerd, dan precies leeren wat er staat De eerste repetitie zonder de rol len in de hand is de moeilijkste, want dan moet met de hersens gewerkt werden, en wordt veel geduld gevraagd van den leider, en voel rust, want rust op bet tooneel is zeer belangrijk, stilte is soms veel welsprekender dan actie of woordenspel. Scherpe tegenstellingen iin kleur maken eon boeiende opvoering. Loopt de dra matische conflicten niiet vooruit, dikt het ko mieke niet aan, doch stemt spel en tegenspel juist af. De persoon op het tooneel is niets, kan niets, wanmeer er niet op gereageerd wordt. Een ko ning of dokter op bet tooneel moet als koning of dokter behandeld worden, anders kan hij 't niet zijn. De beste opvoeringen zijn die, waar bij de spelers op elkandier afgestemd zijn, en dio een gelijkmatig beloop hebben. Sterrenspe- lers moeten geweerd worden als een besmet telijke ziekte, behoed ze voor hum eigen „krachtpatserij"; tooneel is een ensemble, een gemeenschapskunst, en tooneeispel en is dienen. Achter het tooneel heersohe de meest ge disciplineerde stilte en ernst, 't Moet daar geen Jan Kla.assen zijn! De speler moet niet afge leid worden. Toetst alles wat ge doet aan bet werkelijke leven, alleen even vergroot, omdat 't 'ais 't ware door een vergrootglas moet worden ge zien. Paul Huf's uiteenzettingen werden met. de grootste belangstelling gevolgd en uit de ge stelde vrageu bleek wel, boe men meeleefde. Des avonds hebben we nog het tweede be drijf van Henri Ghéfln's „De Doode te Paard" gezien, gespeeld door „St. Paulus" van Am sterdam 1. Wat ons trof, was de groote ernst, de toewijding, waarmede allen speelden. Er was veel ernst en toewijding, en op merkelijk was 't hoe om stilte wérd gesist, wanneer sommigen even dreigden te lachen bij de fijne dingen; die Norbert in dit be drijf zegt. W. N. HELDEN DER ZEE. Aan de bemanning van de Wijk aan Zeeselie reddingboot, die op 17 Febr. 192S een poging deed t,ot bet redden der schipbreukelingen van bet benoorden de pi u gestrande Engelsche stoomschip „Shonga", w>rd de zilveren medaille der Engelsche regeering ui ,-ereikt. Zooals men zich zal her' 1 moest de boot wegens de hooge zee onv zake terug- keeren en geschiedde de red n volgenden morgen door de „Dorus Rijke samenwer king met de IJmuider redding.. Niettemin werd de moedige poging der Wijk- aan-Zceërs op hoogen prijs gesteld en werd door het hoofdbestuur der Noord-Zuid-Holland- sche Redding Mij. de eeremedaille namens de Engelsche regeering uitgereikt aanW. Gra- pendaal (schipper), Joh. Grapendaal, Jac. Gra- pendaal, J. P. v. d. Mey, S. Schelvis, P. Vries man Jr., L. v. d. K-olk, J. Snijders Vrocgop ea F. A. de Visser. MEJ. G. M HRING. f Te 's Hage is overleden, 78 jaar oud, m-ej. G. Möliring, vroeger leerares in de plant- ea dierkunde aan de Iloogere Burgerschool voor meisjes. WAAR HET MEEST GEPRAAT WORDT? Morgen 7 November zal er door de Tweede Kamer een aanvang worden gemaakt met de behandeling van de verschillende begrootings- noofdstuklcen, waarmede de voorzitter met Kerstmis gereed hoopt te komen. Voor dit werk ls dooT difn voorzitter voor- loopig gerekend op 27 dag- en 12 avondver gaderingen of ruim 200 uren mondelinge ge- dachtenwisseling. Op het eerste gezicht lijkt dit heel veel, maar wanneer men aan de hand van de sinds 18 jaar verschijnende boekjes „Parlement en Kiezer" nagaat het aantal zit tingen dat door de Kamers in andere jaren gehouden is en het werk dat in die zittingen werd afgedaan, dan is het betrekkelijk weinig. Als de taak, die de voorzitter zich in overleg met de loden heeft opgelegd in dien tijd tot een goed einde wordt gebracht, dan kan er gerust gezegd worden dat de Tweede Kamer blijk geeft van groote zelfbeperking. Uit de 18 jaarboekjes van „Parlement en Kiezer hebben we een staatje samengesteld van het aantal zittingen van Tweede- en Eer ste Kamer, benevens het aantal kolommen uit do handelingen in de Tweede Kamer volga- prae' Tweede Kamer Eerste K. Zittingsjaar 1910—1911 1911—1912 1912—1913 1913—1914 1914—1915 1915—1916 1916—1917 1917—1918 1918—1919 1919—1920 1920—1921 1921—1922 1922—1923 1923—1924 1924—1925 19251926 19261927 19271928 Openbare vergader. 94 109 110 100 78 100 118 106 122 106 105 93 101 91 90 51 SI 83 Kolommen Handelingen 3191 4019 4363 3462 2221 3469 3872 3738 3854 3758 3606 3446 3471 3374 2963 1T98 2941 3337 Openbare vergader, 33 32 40 38 46 41 48 41 43 46 51 52 54 48 53 35 50 56 Uit dit staatje blijkt, dat er in de Tweede Kamer met haar honderd leden en haar vele ldeme partijen, die in de Eerste Kamer heele- maai niet vertegenwoordigd zijn, naar even redigheid veel minder gepraat wordt dan in de Eerste Kamer met haar vijftig leden. Het is niet voor betwisting vatbaar en liet blijkt ook uit de opgave van bet aantal kolom men, dat het de kleine partijen zijn. die het aantal openbare vergaderingen opdrijven. Als d.eze eens niet met een of twee man in de Kamer zaten, dan zou het aantal openbare veigaderingen in de laatste jaren, ais de groote partijen ook niet meer gesproken zouden heb ben, wat gerust ondersteld mag worden, zeker met een vierde of een vijfde verminderd kun nen worden. Het aantal openbare vergaderingen van da Tweede Kamer, waaruit tocli wel de zelfbe perking der leden blijkt, neemt niettegenstaan de dit alles steeds af. De zittingsjaren 1914- 1915, waarin de mobilisatie viel en 19251626 met een crisis van 100 dagen kan men buiten beschouwing laten, want toen was er van nor- maten arbeid geen sprake. Dat de vergaderin gen langer zouden duren dan vroeger en er dus toch evenveel gepraat zou worden, is ook niet juist. Uit het aantal kolommen ln de hande lingen gevuld met redevoeringen van de afge vaardigden blijkt het tegendeel. Geheel anders is het bij de Eerste Kamer waar het aantal openbare vergaderingen steeds toeneemt. Vroeger jaren bedroeg dit gemid deld een derde van het aantal openbare verga deringen van de Tweede Kamer, maar thans is dit aantal naar evenredigheid verdubbe'd en bedraagt het twee derden. De oorzaak hiervan is niet gelegen in een minder accurate wijze van werken van de Tweede Kamer. Daar is geen sprake van. De regeering blijkt ook niet te begrijpen waarom er in de Eerste Kamer tegenwoordig zooveel gepraat en vergaderd wordt. Op 24 October j.l. is er zelfs een suppletoire begroe ting ingediend voor 1928 waarbij 50(00 wordt aangevraagd voor verblijfkosten voor de leden van de Eerste Kamer, als gevolg van de om standigheid, dat meer vergaderingen zijn ge houden, dan waarop door de regeering gere kend was. Het is, zoolang het parlement bestaat een gewoonte geworden er op af te geven, in het bijzonder op de Tweede Kamer. Vooral is dat het geval als deze lang achtereen vergadert of op reces is. Aan den vooravond van de ruim 200 uren openbare beraadslagingen hebben we daarom het aantal vergaderingen van Eerste en Tweede Kamer eens naast eikander gezet. Bij de Tweede Kamer is onmiskenbaar een streven om de werkwijze zoodanig te verbete ren, dat met steeds minder openbare zittingen kan worden volstaan. Als het dus dit jaar den voorzitter weder ge lukt den begrootingsarbeid voor Kerstmis klaar te krijgen, dan zal men niet mogen be weren dat er in de Tweede Kamer te veel ge praat wordt. DE WINKELSLUITING OP ZONDAG Bezwaren van Israëlitische zijde. De permanente commissie voor de algemeene zaken van het Nederlandsch Israëlietisch Kerk genootschap heeft zich met een adres gewend tot de Staten-Generaal, in welk adres zij ernstig bezwaar maakt tegen het wetsontwerp geling der winkelsluiting, dat in d- waarin liet is ingediend, nadeelige n voor leden van dit berkgenootschap zal imUben. De commissie spreekt als haar overtuiging uit, dat een beperking van bet aantal uren, ge durende welke des Zondags de winkels geopend mogen blijven, voor de godsdienstige Israëlie ten, althans voor de meesten hunner neer komt op '11 vermindering van hun inkomen, dat hen economisch zal drukken. In verband hiermede wordt er nog op gewe zen, dat ook den kleinen neringdoenden als markt- en straatventers, niet vallende onder de uitzonderingsbepaling van het tweede lid van art. 8, de strijd om het bestaan verzwaard wordt, door hun te verbieden hun waren t.e verknopen binnen de uren, dat de winkels op Zondag gesloten moeten zijn. De commissie dringt er op aan, dat het ont werp zoo worde gewijzigd, dat hun, die den we* kelijkschen. rustdag op Sabbath of den zevende dag vieren, vergund zal zijn hun winkel tot defl namiddags 8 uur open te houden c.q. te ven ten met andere dan geringe etenswaren.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1928 | | pagina 10