FEUILLETON WOENSDAG 28 NOVEMBER 1928 TWEEDE BLAD PAGINA 2 BEHANDELING VAN DE JUSTITIE r.T KOOPEN OP AFBETALINGEN DF. MOEILIJKHEDEN PROV. STATEN VAN ZUID-HOLLAND EDWARD, IK EN JUFFROUW HONINGZOET. TWEEDE KAMER HET VACCINATIE-WETJE VERLENGD De borgstelling bij aanbestedingen. De Provinciale Staten van Zuid-Holland kwa men Dinsdagmorgen onder voorzitterschap van den Commissaris der Koningin, Jbr. mr. dr. H. A. van Karnebeek, in tweede gewone zitting in bet gebouw der Eerste Kamer bijeen. Aan de orde was o.m. de behandeling van t adres van den Ned. Aannemersbond en den Ned. R. K. Bond van Bouwpatroons, waarin erop wordt aangedrongen, dat ook bij werken, die vanwege de provincie Zuid-Holland woi den aanbesteed, de borgstelling worde afgeschaft, arbitrage in alle geschillen verzekerd en de opleveringstermijn ingeval van werks.aking of uitsluiting verlengd. De heer Mandersloot (R.K.) dient een motie in, waarhij wordt voorgesteld, op het eerste deel van het adres (de afschaffing der borgstelling) gunstig te beschikken en de beide andere punten ter afdoening in handen van Ged. Staten te stellen. De heer Werker (V. D.) acht deze motie prea- matuur. De heer Schaper antwoordt namens Gedep. Staten. Spr. heeft met de betrokkenen hun wenschen behandeld en hij wijst erop, dat zij ten aan zien- van het 3e punt reeds teruggetrokken zijn. De motie-Mandersioot dient z. i. te worden in getrokken en anders verworpen, nu Ged. Sta ten nader praeadvies hebben toegezegd. Bij de behandeling van het voorstel van Ged. Staten om nog voor o'en tijd van een jaar de verpachting van de verenverbinding Maas sluisBrielle voort te zetten op den tegenwoor- digen voet, dringt de heer Trouw (lib.) op be spoediging aan van de plannen voor een be diening van de veren met booten van ruimere afmetingen. De heer Braat (Plattel.) sluit zich daarbij aan en wensoht, dat .de booten voor alle auto verkeer geschikt zijn. Na verdediging door den heer Van Boeyen (Ged. Staten) worden de voorgestelde tarieven z.h.s. goedgekeurd. Bij de behandeling van het voorstel om het tarief van het veerrecht GorinchemDe Wer ken dient de heer Gardenier (S.D.A.P.) een voorstel in om het tarief voor personen boven '2 jaar van 10 cent te brengen op 7% cent, ter tegemoetkoming In de kosten voor do in Je omgeving wonenden. De winst op dit veer laat z.i. deze verlaging wel toe. De*heer Jansen Manenschijn (a.r.) bestrijdt de motie-Gardenier, Het komt spr. niet wen- ichelijk voor, aan de inkomsten van de onder nemers der veren te tornen, omdat dan het gevaar bestaat, dat de bediening minder goed zal worden. Namens de meerderheid van de betreffende commissie uit de Staten advi seert spr. het voorstel van Ged. Staten onge wijzigd te aanvaarden. De heer Van Boeyen (Ged. Staten) wijst er op, dat het tarief van het bedoelde veer reeds even laag Is als, of lager dan bij vele over eenkomstige diensten. De heer Gardenier (S.D.A.P.) trekt zijn mo tie in, waarna het voorstel van Ged. Staten z. h. s. wordt aangenomen. Subsidie aan Rotterdam voor de schutsluis Parkhaven—Coolha ven. Aan de orde Is het voorstel om 14 van de kosten van uitvoering van den aanleg der dub bele schutsluis tusschen Park- en Coolhaven te Rotterdam aan die gemeente te betalen tot een maximum van ƒ870.000. Het vooi itel wordt z. h. s. aangenomen. Subsidie Volksuniversiteiten. Bij het voorstel tot verleening van provin ciaal subsidie aan de Volksuniversiteiten te s-Gravenhage en te Rotterdam (aan elk dezer ƒ1000) uit de heer Van Zadelhoff (S.D.A.P.l de hoop, dat de Staten deze subsidies, die een uitvloeisel zijn van de in de zomerzltting van dit jaar aangenomen motie van spreker en znlks ondanks de 'oppositie, die aan de aan neming van die motie is voorafgegaan, zullen aanvaarden. De heer De Brauw (A.R.) meent, dat Ged. Staten door de aanneming van de motie geens zins gebonden worden om de thans voorge stelde subsidies voor te dragen. De betrokke nen moeten ook niet afhankelijk zijn van wisselende politieke inzichten. De heer Hoffman (R.K.) sluit zich aan hij het betoog van den heer De Braun en zal tegen de subsidies stemmen. De heer Werker (V.D.) beschouwt de motie wel degelijk als een duidelijke uitspraak der Staten en verdedigt de subsidies. De heer Kersten (S.G.P.) gevoelt r.iets voor deze subsidies aan neutrale instellingen en zal onder alle omstandigheden tegen stemmen. Namens Gedep. Staten verdedigt de heer Crena de Jongh de voorgestelde subsidies. Er is over deze zaak reeds verscheidene malen gesproken en gestemd. Continuïteit is er nim mer geweest, of het zou moeten worden ge noemd. een -contlnuiteit van twijfel. Overigeais constateert spr. met genoegen, dat ook man nen van rechts zooals jlir. De Geer, dr. De Visser, dr. Schokking e.a. vóór de Volks universiteiten zijn. Het voorstel van. Ged. Sta.ten wordt met 37 tegen 35 stemmen aangenomen. Wegenverslag. Bij d» betond eliimg vain hot wegenverslag 1927-'2S uit die heer Trouw (lib.) eemige wen schen in toet bijizomdier voor Vooras en Putten. De heer Weirtar (V. B.) vraagt i:n welk tempo het door Ged. Staiben voorgestelde lijstje van wegen aal wordkan afgewerkt. Verder vraagt spr. hoe het gaat met de medewerking der belanghebbenden. De heer Ter Laan (S. D. A. P.) brengt de vraag tier sprnaik© of de uiittvoering vain de werken toit wegenverbetering moet geschieden in eigen beheer of hij openbare aanbesteding. Hii meent, dat het noodig is, dat in de bestek ken althans waarborgen worden opgenomen voor de duurzaamheid van het werk en hij is van oordeel, dat diit kan worden bereikt dtoor eisclhen van vakbekwaamheid te stellen. Zoo wel voor de arbeiders als voor de aannemers. Voorts zou hij willen weten of er duurzaam toezicht is en aan wie dit is toevertrouwd, terwijl hij verder o. m. zou willen vernemen boe de keuring van maiterituail is geregeld. Ten slotte bepleit spr. een beteren toestand van het veer GoeroeNumansdorp, weifee ver betering dringend noodig is. Rijk ein provincie moeten hier samengaan en men riekte zioh daarbij niet naar de behoeften vain het Zuiden, doch van het Noorden. De heer von Fisenne (Gedep. Staten) ant woordt, dat miet de belangen van Voorne en Putten waar mogelijk rekening wordt gehou den. Het is op het oageniblik niet doen 1 ijk te zeggen, in welk tempo de provinciale wegen- verbetering tot stand zal komen. Medewerking der belanghebbenden wondt steedis gezocht. Waar deze niet mocht worden verkregen, daar zullen andere middelen moeten worden toege past om het doel, dat Ged. Staten v-oor oogen hebben, te bereiken. De heer Van Boeyen (Ged. Staten) geeL't nog enkele Inlichtingen omtrent de voren bij Helle- voetsluiB en Willemstad, waarbij in de eerste plaats hot Rijk moet handelen. Het wegen verslag wordt voor kennisgeving aangenomen. De vergadering wordt te half zes verdaagd tot Woensdagochtend elf uur. NEDERLANDSCHE DIAMANTBEWERKERS NAAR ZUID-AFRÏKA. Naar wij vernemen zullen, na overleg rpet het bestuur van den A.N.D.B., twintig Amster- damsche diamantbewerkers naar Zuid-Afrika vertrekken, om aldaar in de Syndikaatsfabriek werkzaam te zijn. Ter onderzoek van de Nota van den Minister van Financiën naar aanleiding van- de door do Kamer aangenomen conclusies in de zaak van den oud-rijksbouwmeester, den heer Vrijman is weder een commissie benoemd, be staande uit dezelfde leden, die-destijds het ver zoek van den heer Vrijman onderzocht hebben. Het zal nu zeker einde Januari of Februari worden voor de kwestie aan de orde' komt en intusschen verandert er niets. Buiten verwachting gaf het eenvoudige wetje bot opschorting weder voor een jaar van de indirecte verplichting tot inenting tegen de pokkeu aanleiding tot een vrij uitvoerige discussie. Voor de Kamer is het van belang, dat daar tok eens de stem van een medicus gehoord wordt, maar als de heer Vos meent, dat dit insluit, dat men het ook maar dadelijk met hem eens moet zijn, en instemmen met het geen hij zegt, kent hij de Kamer niet. Plet gaat bij dit wetje om de opschorting van den indlrecten dwang, want een directen dwang kennen we hier te landen niet. De heer Vos pleitte nu kort en goed voor invoering van een directen dwang, als of dat vraagstuk hier al niet lang beslist ie. Het gevaar van encephalitis, een aandoening van het centraal zenuwgestel na inenting tegen pokken, bestaat en de encephalitie-commissie is bezig de oor zaken van dit gevaar op te sporen, teneinde het dan zoo mogelijk uit den weg te ruimen. Niet alleen hier te lande, maar ook in het buiten land is men er tot heden nog niet in geslaagd de oorzaken van de encephalitis, die zich voorJoet, te vinden. Volgens dr. Vos i. nu het gevaar voor encephalitis voor kinderen, die 't tweede levensjaar nog niet bereikt hebben, uitermate gering en daarom wil bij kort en goed, dat de wet de Nederlanders zou dwingen hun kinderen voor hun eersten verjaardag te laten inenten tegen de pokken. Of het, gegeven den stand van de wetenschap, neodlg is nog dwang op te leggen, wat door talrijke medici wordt betwijfeld, deert hem niet. Het is nuttig en daarom moet het maar. Natuurlijk moest hij zich tegen dit wetje verklaren na een zoo scherpe bestrijding, en een eenigszins belache lijk figuur maakte hij dan ook toen, na de verklaring van den minister, dat deze eerst na het verschijnen van het rapport van de com missie zijn houding zal bepalen, wat nota bene in de Memorie van Antwoord stond, de dokter met de mededeeling kwam, dat hij zich nu niet meer zou verzetten. Mevrouw de Vries-Bruins, de.andere medicus in de Kamer, was in haar uitspraken heel wat voorzichtiger geweest, al is en blijft zij ook voorstander van algemeene vaccinatie Bij den aanvang van de v-ergadering had zij bovendien een succesje, doordat haar motie, waarin zij verzocht, dat de organisatie en de uitvoe-ring van het geneeskundig schooltoezicht ter hand zou worden genomen, zonder hoofde lijke stemming werd aangenomen. Bij de daarna aan de orde zijnde begrooting van Justitie kwamen weder de jaarlijks te- rugkeerende onderwerpen over de rechtsposi tie van de vrouw in het huwelijk enz. ter sprake. Met andere algemeene beschouwingen over begrootingen maakte deze in zooverre een uitzondering, dat den minister algemeen hul de werd gebracht voor zijn werk. Dat gebeurt niet veel. Merkwaardig was het ook, dat tot heden de vooraanstaande juristen uit de kamer zich niet in het debat hebben gemengd. Alleen de heer van Sasse van Ysselt kon zich niet inhouden n moest rcageeren op de zeldzaam oppervlak kige rede van den heer Duys over de preven- I ieve hechtenis, en het optreden van het par ket en de rechters. Als president van sen ge rechtshof stond hij op de bres voor de eer van de rechterlijke macht. Een betoog van den heer Duys kau men toch moeilijk ernstig nemen. Parlementair was het in het geheel niet en alleen op een echte volksvergadering zou hij daarmee suc- c 3 kunnen hebben, maar in de Kamer hoort dergelijk lichtvaardig gepraat niet thuis. De justitie neemt hij alles kwalijk, waarbij hij zich geheel stelt op het standpunt van den verdachte. Over den verkoop op afbetaling, die steeds grooter omvang aanneemt en een gevaarlijke ft legenheid schept voor het plegen van het misdrijf van verduistering, omdat de koopers zich lichtzinnig verplichten tot uitgaven, die zij niet kunnen doen, heeft dr. Kortenhorst uitvoerig gesproken. Of de wetgever wel in staat is dit kwaad ge heel tegen te gaan, durven we niet te zeggen. Het is de geest van den tijd en daarom meenen we dat derden, vooral werkgevers, waartoe In de eerste plaats de staat behoort, er veel beter paal en perk aan kunnen stellen, door strenge bepalingen, indien zij last ondervinden ten gevolge van het niet betalen van de aangegane verplichting door de werknemers. DE SUIKERBIETENCULTUUR. De B. V. G., Bend van Vereenigingen van oud-leerlingen van de landbouwwintercursus- sen in Zeeland, heeft zich met een schrijven gericht tot de vereenigingen, waarin o.a. wordt gevraagd wat te doen met de bietencultuur in 1929 en volgende jaren. Ter toelichting van de verschillende vragen wordt erop gewez dat de suikerbietencultuur in den iaatsten tijd in de knel is geraakt, wat in 't bijzonder voor den Zeeuwschen landbouw van niet te onderschatten beteekenis is. Zoo lang de suikermarkt zie' niet hersteld heeft, zoolang geen regelingen In Nederland zijn ge troffen, waardoor met het buitenland kan ge concurreerd worden; zoolang geen internatio nale suikerconventie bepalingen heeft ge maakt die afdot: 'e helpen, is het wei eenige studie waard om te overleggen,' indien de uitvoer van onverwerkte bieten niet belangrijk toeneemt of sterke inkrimping van den uit zaai in 1929 moet aanbevolen worden door de organisaties, met al de misère daaraan verbon den voor de gemeenschap. EEN LANDBOUWTENTOONSTELLING. Men meldt ons uit Buitenveldert, dat het voornemen bestaat op de terreinen van het voormalige Lunapark in den Burtendijkschen Buitenveldertsehen polder een grootsoh opge zette landbouwtentoonstelling te organiseeren. PLUIMVEETENTOONSTELLING In de sociëteit Eensgezindheid te Delft wordt op 1 en 2 December a.s. een nationale pluim veetentoonstelling gehouden. DE ZWARTE MAN UIT SURINAME Doctor en ingenieur? REEDS VROEG ZOU HIJ TE DELFT ZIJN STUDIES ZIJN BEGONNEN. Zwart van huid en zwart van ziel is de man, aan wien het Amsterdamsehe Hof ^gisteren voor de zooveelste maal zijn bijzondere aan dacht besteedde. Een respectabel aantal jaren heeft hij uitsluitend „gewijd" aan.,., oplichten, stelen en verduisteren, ofschoon hij pas dertig lentes telt. In het onderhavige geval had verdachte lioo- ger beroep aangeteekend tegen een vonnis van de Vacantiekamer der Rechtbank, die hem wegens oplichting tot een jaar en zes maanden gevangenisstraf had veroordeeld. Begin Juli 1.1. had hij 'n juffrouw, die in een deftige wijk van de hoofdstad kamers verhuurde, medege deeld, dat hij ingenieur was bij een scheeps bouwmaatschappij aan den overkant van het IJ, om vervolgens op een stukje papier zijn naam te schrijven, voorzien van het veelzeg gende praedicaat „doctor". De juffrouw, die ervan overtuigd was, dat zij met een voornaam persoon te doen had, ver huurde V. een kamer, welke hij op de helft van de maand betrekken zou. „Kunt U me een bankbiljet van 300.- wisselen"? vroeg toen de adspirantkamerbewoner, zonder even wel het kostbare papier te vertoonen. Neen, dat kon de juffrouw niet. „Wees eten zoo goed om me een tientje te ieenen, of nee, wacht eens even; ik heb eigen lijk 15.- noodig", sprak de man uit Paramari bo. In goed vertrouwen gaf de juffrouw het gevraagde bedrag, om het nooit meeT terug te zien. V. heeft listige kunstgrepen aangewend om zich van die vijftien gulden meester te maken, zegt de dagvaarding. Want hij is geen doctor en geen ingenieur; hij heeft nooit hij een scheeps bouwmaatschappij gewerkt en hij bezat geen bankbiljet van 309. „Behalve ingenieur noemt U zich ook vlieg- officier, nietwaar verdachte?" aldus de presi dent van het Gerechtshof, mr. Jolles. Verd.: „Juist, Edelachtbare". Pres.: „Bent U niet hooger, generaal bijvoor beeld?" Verd. (njet waardigheid): „Neen, Edelacht bare!" Pres.: „u zegt. van 1913—1918 ia Delft te heb ben gestudeerd. Maar dan beeft u uw studie op 14-jarigen leeftijd aangevangen. Dat is nog nooit vertoond!'' Maar waarom laat u geen diploma zien, dat zou een prachtig bewijs zijn. Verd.: „Mijn diploma is in het bezit van een mijner vrienden en ik weet niet waar die zich momenteel hevindt!" Pres.: „Och kom. En hebt u zich terecht doc tor genoemd?'' Verd.: „Zeer zeker!" Pres.: „En u bezat ook een bankbiljet van 300?" Verd.: „Zeker, het was van een zekeren meneer van Wijk, wien ik het zou. terugbren gen!" Pres.: „Dan hadt u het in geen geval mogen wisselen. Trouwen er is naar een en ander geïnformeerd. Dat biljet hebt u nooit gehad en van den curator der Technische Hc geschool is in de stukken een verklaring, volgens welke u nooit in Delft hebt gestudeerd. Den dag voor u bij de juffrouw kwam, was u net uit de ge vangenis ontslagen. U doet niets anders dan het plegen van oplichting en verduistering, Ik weet heusch niet meer wat er met u gebeuren moet. Van uw verhalen gelooft niemand iets. De procureur-generaal, mr. baron van Ha- rinxma thoe Slooten, meende, dat het ten laste gelegde wettig en overtuigend was bewezen en vroeg bevestiging van het vonnis der Recht bank. Uitspraak 11 December a.s. 'ti Romance van een huwelijksleven, naar het Engelsch van KATE HORN 24.) Het telegram was aan mij persoonlijk gericht en het bleek een brief van mijn moeder te ïljn, dien ze in alle haast in de hut van haar woonschip had gekrabbeld en met den eerste den beste had meegegeven, die toevallig de te legrambesteller bleek te zijn. Toen ik hem met een fooi had weggestuurd, scheurde ik de en velop open: Lieveling. De Broads is een ellendig vervelend water en ik kom tot de ontdekking dat ik onmoge lijk langer kan blijven in een huls, waar ik constant gedwongen ben stijle ladders op en af te klauteren en waar ik niet eens een garde robe heb met losse hangers voor mijn japon nen. Matilde Jenkins is even onuitstaanbaar als de Broads en om het eens zacht te zeggen, haar gewoonte om elke rubber te winnen, is op zijn minst gesproken zeer merkwaardig. Je stiefvader en ik hebben daarom het plan opgevat naar Monte Carlo te trekken of in ieder geval naar het Zuiden en onze geldende rede Is wel, dat de wherry niet waterdicht is. Ik heb geen tijd om je nog te schrijven, maar vanuit Baden of Monte Carlo of Homburg zul Je nog wel meer hooren, als we ter.minste niet naar Parijs gaan. Je liefhebbende MOEDJjyt P.S. Ik heb een verschrikkelijke olievlek op Inijn paarse fluweelen japon en ik zie dat Ma- tflde Jenkins in het geniep mijn laatste tsid- ïerobe heeft nagemaakt die ik bij Doucet had besteld. Werkelijk kind, je ziet, hoe hard het veven voor me is. MOEDER. Ik reikte Edward den brief over en hij las tem zwijgend. Toen zei hij: Ik heb een zeer groote reden om erg iankbrcr t° zr'n fi'T-s T7*i wt da' -:ïj ronit «en reine vrouw v (ie t.v. lul t willen zijn in den waren verschrikkeüjken zin van het woord. Waar jij ook heenging, wat je ook deed, steeds wist ik dat jij je door je mooie hart en zuivere bedoelingen liet leiden. En ook was ik er steeds van overtuigd, dat je liefde voor mij geen enkel deukje had gekregen. Ik keek in den tuin, waar de volle Augus tuszon aan alles haar licht en kleur gaf. Heele rijen zonnebloemen hadden haar groote koppen naar de dagvorstin gewend, en daaronder geur den kleine partijtjes lavendel en jasmijn en /langs de heele rij gesnoeide taxisboomen sta ken viooltjes hun onschuldige kopjes naar boven. Werkelijk we leefden hier mooi en gelukkig en als ik soms naar ons huis in Park Lane ver zuchtte, zei ik het volgend oogenblik reeds, dat ik een dwaas kind was om weer in Lon den terug te willen keeren. Ik heb den tijd niet gehad om werelds to worden, Edward, zei ik bedeesd. Je weet dat ik midden in het platteland ben opgevoed en toen ik dat verliet, om eens een kijkje te gaan nemen in wat men de wereld noemde, heb jij me den mooisten kant ervan laten zien. Lieveling! Je zou toch nooit een dier hartelooze en gevoeilooze vrouwen geworden zijn, die een huwelijksleven ongenietbaar en die een rustig huishouden ondraaglijk maken omdat zij er nooit in komen, steeds met en bij anderen lunchen en dineeren of in restaurants en dus in haar eijon huis vreemden zijn. Jij zou nooit 's morgens, 's middags en 's avonds tot weer in den morgen hebben gekaart, tot al het vrouwelijke was weggevreten door dien hartstocht voor de dobbelsteenen of die ver vloekte passie voor een stel kaarten, waar al het mooie van het spel aan ontnomen is. Jij zou je man nooit in den steek gelaten hebben als er zeer ernstige moeilijkheden opdaagden of je kinderen verwaarloosd, omdat je nergens tijd voor had dan voor amusement en spel. Hij keek me aan en hield even op. toen hij den blos op zijn wangen bemerkte. Souris, wat heb ik mis gezegd? antwoord de hij langzaam. Niets Edward, niets lieve man maar kom eens heel dicht met je oor bij mijn mond; dan zal ik je iets vertellen, terwijl je ma niet kunt aanzien, want schat van een man ik geloof, dat we met Nieuwjaar een kindje zullen hebben, zoo'n klein trootelding, van jou en van mij. Zoo'n popje met vingertjes als zijden draadjes en oogjes als de kralen van mijn kinderarmba,ndjesO Edward, ben je bang? Doet je dit geen plezier? Want mijn man was met een kreet opge sprongen en had zijn gezicht van het mijne af gewend, terwijl hij als wanhopig uitriep: Kn ik fan r»**??* fUorfU?--» eens het noodige eten kan bieden. Souris, ik geloof dat ik nog gek wordt. Maar toen hij zag, dat bij me erg bang had gemaakt met zijn woesten uitval, werd hij kalmer en terwijl hij me in zijd armen nam, dankte hij God voor dien schoonen zegen, over ons huwelijk en ik was weer gelukkig. Toen zaten we een heelen tijd zoo maar naast elkaar te zwijgen, tot ik tenslotte de rimpels uit zijn voorhoofd wegwreef en hem vroeg waaraan hij op dat oogenblik dacht. Hoe we tegen Nieuwjaar wat geld over zullen sparen, zei hij.... Edward, heb toch geen zorgen voor den tijd. We kunnen toch onze Gerard Dou ver koop-tl. Laten we "samen derde klas naar Lon den gaan. Daar kunnen we wel in een of an der boarding house tegen billijken prijs over nachten. Ik weet nog zoo'n serie gelegenheden achter het Fritsch museum, uit mijn wilde ja ren, gromde Edward. Zie je wel, ging ik in de zelfde opgewekte stemming verder, ik heb altijd wel vermoed, dat er in Londen toch nog icts adders moest zijn dan Savoy en Bristol. Want we kunnen zoo'n waardevol stuk niet per P°st overzenden, Inderdaad riep Edward, dat zou dwaas heid zijn. We zullen er zoo spoedig mogelijk werk van maken en als jij er op staat mee te gaan, goed dan kruipen we samen in zoo n slaapgelegenheid. Misschien komen we je ka mermeisje wel tegen in de gang, of loop ik mijn vroegeren dansmeester wel tegen het lijf. Maar zeg eens Souris.... heb je.... daar met je moeder over gesproken. Maar Edward, riep ik uit, hoe kun je dat in je hoofd op laten komen? Ik strekte mijn armen naar hem uit, om nog eens al z-ju bewijzen van teedere liefde in ontvangst te kunnen nemen. Zn haar oogen zou zoo ie® ge lijk staan met een ramp. Zij heeft altijd maar een kind gehad en dat heeft ze van het begin af als een ongelukkig blok aan haar been be handeld. Ze was zeifs harteloos genoeg om me dat niet te verbergenen.-.-_ ik wil niet beschouwd worden als Iemand die een ramp over ons geluk zal afroepen. Ik voel me te zeer gelukkig.... te zeer gelukkig, Edward. En Edward kuste me, terwijl hij als maar herhaalde Mijn vrouwtje, mijn vrouwtje, mijn klei ne, dappere Souris. Toen Nancy Becvor thee kwam drinken deed hij zoo mal en verstrooid, dat ik later hoofd-, pijh had van al do verontschuldigingen, die ik telkens had moeten verzinnen voor zijn vreemd gedrag. Maar zoodra de bruine rij laarzen van Captain Spink onder een van onze stoelen werden geschoven werd ik van die tel- .-.ier be L' a'u.'.ü daar cy en Jack wel onze thee dronken, onze cake verorberden, maar verder zich geheel met el kander tevreden stélden. Jack Spink is beslist een zeer aardige man, maar toch niet in staat om een vrouw te doen blozen, geloof ik, want zijn manieren zijn juist sen tikje te druk en zijn gebrek aan opvoe ding manifesteert zich herhaaldelijk in het ge bruik van zijn handen. En ik ben heel streng op handen. Ik vind het verbazend aardig van u, lady Edward, zei hij, en wat ben jij er schit terend in geslaagd om de kinderen kwijt te raken, Naney. Waar zijn ze nu? Ik heb ze tenminste niet uitgenoodigd vandaag, viel ik hem in de rede. Ik had Nan ey verzocht om ze indien het slechts eenigs zins mogelijk was bij de bedienden achter te la ten in ieder geval om alleen te komen Ik ben wel erg bang, dat mrs. Spink me straks een uitbrander zal geven, bekende Nan ey heel eerlijk. Maar het derde meisje heeft ze meegenomen naar haar moeder, 'die een heel eind uit de buurt woont, zoodat ze den ganschen middag geborgen zullen zijn. Laat ons dan met volle teugen genieten van de heerlijkheden die de goden ons hebben toebedeeld, riep Spink enthousiast uit, want daar mijn moeder in haar „statiekoets" ver trokken is om bezoeken af te leggen, kunnen we met recht zeggen, da.t we een middagje vrijaf hebben. Het partijtje croquet had niet veel weg van een behoorlijk volgens de regels sluitende partij. Mijn man speelde met Nancy, terwijl Jack Spink en ik partners waren en geduren de den heelen middag deed mijn galante mede speler zijn uiterste best de hallen voor Nancy als het ware gereed te leggen, zoodat zij ze maar had aan te raken, om punten te maken. Ook waren er heel lange pauzes, waarin wij haar ijverig hielpen om den hal te zoeken, die hij met overdreven snelheid naar de richting van het struikgewas had gedreven. Zocdat Ed ward en ik ten slotte in een stoel neervielen en het wel geloofden, telkens als een der gelief den zijn beurt van spelen had. Wat 'n stel ganzen, zei ik, terwijl ik mijn parasol openvouwde om een laurierstruik aan onze blikken te onttrekken, waarachter een zenuwachtig beweeg van een witte jurk en de schaduw van een donker pak een romantische silhouette vormden. Heelemaal niet, zei Edward heel rustig, ik houd van verliefde menschen, en zonder vorm van proces werkte hij zich uit zijn luien stoel omhoog om mij te zoenen. Allergenadigste goedheid! Beste lady Ga- brielle heheik hen weer gerust gesteld dat het de lord maar is. r-l s. Spink's zware stem viel als een steen door onze parasol en tot mijn ontstelling be merkte ik dat we onze stoeien zoo laag hadden gesteld, dat men over de parasol heen een keu rig gezicht had op een intiem moment tus schen twee gelukkige getrouwde menschen. Ik sprong op en kleurde hevig, want mrs. Spink was onhoorbaar door het hek op het grasveld gekomen en toen ze eindelijk lachend in mijn stoel neerzakte, zonder dat het lin nen het begaf, schoot het me ineens te binnen dat Nancy en Jack voor heete vuren z 'en komen te staan. Ik kwam juist voorbij gereden, bet' ,udy Gabrielle, zei onze bezoekster, en ze zond een innemenden glimlach naar mijn man die ech ter dusdanig overstuur was geraakt, dat zijn woede hem verhinderde dit blijk van sympa thie te incasseeren. Toen dacht ik, dat ik toch eens aan moest loopen om te informeeren hoe jullie het wel maken, zulke onervaren jonge blagen, zei ik gisteren nog tegen mijn vriendin lady Smith. En zoo eenzaam in dat groote akelige huis. Die hebben wellicht wat verlan gend naar een blijk van moederlijke genegen heid uitgezien. Toen begon ik weer te biczen en ik ver- wenschte mezelf mijn overgevoeligheid, want mrs. Spink's scherpe oogjes verrieden, dat het haar niet ontgaan was. En daarom zei ik bij mezelf, ik loop maar eens aan. Op dit oogenblik stond Edward op met een geluid, dat ik niet ontcijferen kon, maar waarin ik verschillende klanken van een vroe* ger opgevangen verwenschiflg meende te her kennen en toen zond hij een bal met een keu rig gericht schot in de laurierstruiken, wat door een gilletje en een onrustige flankbewe ging der vrijende jongelui werd beantwoord, die nergens oogen voor hadden dan voor zich zelf en langzaam weer te voorschijn on, oog In oog, en hand in hand. Dus zei ik tegen me zelf. We! .ja j cans aan en zie eens of miss Beevor veel plezier heeft in haar spel ze is zoo graag hij u lady Gabrielle en ik mag dat wel zien, dut ze bij een edele dame wat aanvult wat haar ia haar betrekking zoo te pas kan komen. Och je geen mensch is onfeilbaar, maar miss Bee vor verraadt toch in vele kleinigheden een af komst, die het me moeilijk maakt haar als ge zelschapsdame te handhaven. Maar waar zijn de kinderen toch. O, misschien In den mes tuin. Leuk, gezellig. Mijn lieve Jack vertelde me dat hij vanmiddag golf ging spelen bij de freules Middlemas lord Middlemas is zoo gezegd zijn boezemvriend en zijn dochters.... (Wordt vervolgd.)

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1928 | | pagina 6