"u ÏSÏMf»''V' Vrijdag 11 Januari 1929 Derde Blad Pagina 1 GEMEENTERAAD VAN ROTTERDAM HET ANNEXATIEVOORSTEL IN BEHANDELING VAN BURINK WIL 006 EEN NIEUW J AARS SPEECH HOUDEN SNEEUWRUIMEN DOOR WERKLOOZEN fr(Ug\t7eSn8Spr!C^rnstereafenen' f» Voorzitter de BURGEMEESTER. 1 De VOORZITTER neemt liet woord en her denkt allereerst 't feest van H. M. de Koningin- 'Moeder. Dames en Hoeren Het fs heden juist 50 jaren geleden, dat onze iKoningin-Moeder voer het eerst, als Koningin (den Nederlandsohen grond betrad. Deze vrouw, hoog van geiboorte, maar vooral hoog van jïakter, heeft een taak gehad, zoo moeilijk, ais maar weinigen is opgelegd. Zij heeft die ver vuld met een plichtsbetrachting en een toewij- 1 ding, die haar voor altijd een plaats in de har ten van het overgroote deel van het Keder- landsche volk heeft verzekerd. Naast haar taak als Koningin en Moeder i heeft haar echt menschelijk hart haar onafge broken belangstelling doen uitgaan naar het Verzachten van mensohelijk leed en haai ree gegeven op de eerbiedige hoogachting van het Kansche Nederlandsche volk. Moge haar levensavond gezegend zijn. Tijdens deze woorden verhief de Raad zich fan zijn zetels uitgenomen de sociaal-demo craten Liihrs, Suze Groeneweg, ter Laan, v. d. Woerdt, Kooyman en Voet, terwijl wethouder de Zeeuw, alsmede de communist van Bur Ink stonden. Hierna opende de VOORZITTER de zitting' en hield zijn NIEUWJAARSREDE. waaraan we ontleeuen Het aantal inwoners der Gemeente vermeel- derde in 1928 met 5874 en bedroeg per 31 De- cember 577.716, waarvan 3524 in Hoek van Holland. Deze vermeerdering' is ruim 3000 beneden den vooruitgang in 1927 en bijna 1800 beneden het gemiddelde cijfer van de laatste 10 jaren, dat 7645 bedroeg. Het aantal geboorten 11S55 is hooger dan over 1927, het aantal sterfgevallen 4757 lager. Per 1000 inwoners van de gemiddelde bevol king stegen de geboorten van 20,03 tot en daalden de sterfgevallen van 8,54 tot- 8,2»- In de Gemeente kwamen zich vestigen 25.567 daaruit vertrokken 26.791 personen. Terwijl de vestiging op normaal peil bleef, steeg het ver trek van 41,2 per 1000 van de gemiddelde be volking over 1927 tot 46,61 over het afgeloopen jaar. Het 'aantal nieuwe woningen, dat tot 1 De cember 192S voor bewoning gereed kwam be droeg 4090, waarbij door herbouw 39 en door verbouw 147, in totaal dus 4276. Door slooping 'of verval werden aan de bewoning onttrokken 1807 woningen, zoodat de woningvoorraad ver- meerderde met 2469 woningen. Van' de 3237 jonggehuwden, die in de Ge meente bleven, vonden 2305 een eigen woning en ginge-n 932 bij anderen inwonen. In 1928 werd door de Gemeente 82407 c.A. grond verkocht, waarvan 39277 c.A. op den Rechter- en 43130 c.A. op den Linker-Maasoever.. De verkoop prijs bedroeg In totaal 1.883.1G3,50, zijnda aan den Rechter-Maasoever gemiddeld 48,07 en aan den Linker-Maasoever gemiddeld S 20.20 per c.A. In erfpacht werd uitgegeven 2282 c.A tegen oen canon van 504S,45 per jaar. Do gezondheidstoestand wordt door den Ge neeskundigen Dienst aangeduid als niet-onbe. vredigend. Het blijvend voorkomen van rood Vonkgevallen, zij het ook in lichten graad, gaf aanleiding tot uitbreiding van het aantal voor deze zieken beschikbare ziekenhuisbedden. De toestanden In het Rotterdamsche Bedrijfs leven waren verschillend: voor een deel wor den ze niet ongunstig genoemd, voor een deel onbevredigend. Voor do kleinere winkel- en grossierbedrijven bleef de toestand gedrukt. Het steeds meer toe passing vindend systeem van afbetaling of huur koop heeft op den omzet der kleinere, minder kapitaalkrachtige zaken een nadeeligen invloed. Van het Havenbedrijf, voor de geheele Ge meente zoo belangrijk, wordt gerapporteerd, dat bet jaar 1928. hoewel niet geheel onbevre digend, toch een minder gunstig aspect heeft geboden dan het vorige jaar. Hoewel de voorooriogsche cijfers overtreffen de geven zoowel scheepvaart- als goederen-gege- fens voor het afgeloopen jaar ten opzichte van 1327 een daling te zien. Voor den Nieuwe Waterweg bedroeg deze ver mindering pl.m. 0,3 millioeu N.R.T., voor Rot terdam pl.m. 0.8 millioen N.R.T. Eerst 23 October j.l., 3 weken later dan in 1927, werd het 10.000ste zeeschip, hetwelk de haven binnenliep, geregistreerd. Voor den Wa terweg werd 1 September j.l. bet 10.000ste fcchip ingeklaard, tegen 15 Augustus van het jaar 1927. Van de beide concurrenten van Rotterdam, Antwerpen en Hamburg, geeft Antwerpen een Serlnge, Hamburg daarentegen door bovenge noemd© bijzondero tarieven bevoorrecht een frij belangrijke vermeerdering In tonnenmaat t-o-v. 1927 te zien. Terwijl de Antwerpsche ton nenmaat pl.m. 0.7 millioen N. R- T. onder die fan Rotterdam blijft, heeft Hamburg Rotter dam met pl.m. 0.9 millioen N. R. T. overtrof - 1 fen. Het scheepvaartverkeer in de 3 havens be droeg in 1928: Rotterdam pl.m. 12.300 schepen bl-m. 20.600.000 netto registertonnen, Antwer- pen pl.m. 11.200 schepen pl.m. 19.900.000 netto reSist.ertonnen herleide cijfers, Hamburg pl.m. 17-700 schepen pl.m. 21.500.000 netto register- ftonnen, terwijl voor den Nieuwen Waterweg deze cijfers bedragen. pl.m. 15.00, pl.m. 24.600.000. Als bovenvermeld wijst ook de goederenbe weging in de haven, zoowel in den invoer als "itvoer ter zee een teruggang aan, vergeleken !to«t 1927. Er werden ter zee ingevoerd een to- i tule hoeveebeid goederen van 20 millioen ton tegen 23.8 millioen ton in 1927; de uitvoer be- droeg 15 millioen ton tegen 17.5 millioen ton n bet vorige jaar. B'j den invoer waren het voornamelijk fftsen, waarvan 3.4 millioen ton minder werd 'Ingevoerd. Ook granen en steenkolen gaven een Vermindering te zien; hout, minerale oliën en 'Overige goederen een vermeerdering. Bij den uitvoer werd het nadoelvers veroorzaakt door een verminderden afzet van Bt Het totale havenverkeer, 35 millioen ton be dragende, bleef 6.3 millioen ton bij 1927 ten achter, doch overtrof 1913 met 5.6 millioen ton. In 1928 zijn op Rotterdam ingeklaard 12.370 zeeschepen metende 20.666.533 N. R. T., tegen lfl30 met21.898.807 N. R. T. in 1927. Het aan tal ingeklaarde zeeschepen is derhalve met 760 verminderd en het aanital N. R. T. Is met 726.674 teruggeüoopen. Aan zeehavengeld is ontvangen een bedrag van 5.138.676.43. In 1927 5.302.994.81; een bedrag dat du» 164.<Jlö.<f3 h°Aan binnenhavengeld werd in 1928 ontvan gen 1.188.666.54 tegen 1.180.446.41 over het jaar 1927, alzoo een vermeerdering met 8.220.13. Omtrent bet werk van de Gemeentelijke Ar- beidsbeurs wordt medegedeeld, dat de aanvra gen van werkgevers in 1928 stegen tot 42.730 tegen 42.662 in het vorige jaar; dat de aan biedingen van werkzoekènden daalden van 117.338 'In 1927 tot 92.090 in 1928 en dat de plaatsingen bedroegen 30.046 tegen 31.9o4 in 1927. De verdeeling van de werkzoekenden per 31 December J.l. toont een daling In bijna alle groepen, in die der bouwbedrijven, het ver keerswezen en de zeelieden zelfs een zeer be langrijke, maar daarentegen een stijging v circa 15 pet. van de werkzoekende ongeschool de werkkrachten. Wat zal nu het nieuwe jaar voor Rotterdam brengen? Moge het zijn de vervulling van dezen wensch: dat door samenwerking van een hard werkende bevolking met een beleidvol stads bestuur de vooruitgang van Rotterdam op gees telijk, cultureel en materieel gebied bet jaar 1929 tot een goed jaar moge stempelen. Dames en Heeren, Ik ben overtuigd, «lat op uw volle medewerking In dit nieuwe arbeids jaar mag worden gerekend. Deze rede werd uamens den Raad beant woord door den beer VERHEUL (V. B.) oud ste, aanwezig© raadslid. ANTWOORD VAN DEN HEER VERHEUL. De beer Verheul zegt o.a.: Mijnheer de Voorzitter! Als oudste der raadslede» wil ik uw eerste nieuwjaarsrede beantwoorden, en ik meen, dat ik hierbij mag spreken namens den raad. Al zal ik die taak met opgewektheid ver vullen, zoo moet ik toch beginnen met er mijn epijt over uit te drukken, dat de afwezigheid van den heer Hoebe, ons oudste raadslid, die nog niet mag uitgaan, de oorzaak is, dat die taak aan mij te beurt valt. Ook betreur ik het. zeer, dat de raad al sedert geruimen tijd wet houder Heykoop niet in zijn midden mag zien. Dat beide leden spoedig hersteld in onze ver gadering mogen terugkeeren, is dan ook een welgemeende wensch, waaraan ik hier in de eerste plaats uiting wil geven. Wij van onze zijde, hebben waardeering voor de wijze waarop u de plaats gehad hebbende vergaderingen hebt geleid, leiding die er on getwijfeld toe beeft bijgedragen, dat de behan deling van de gemeentebegrooting een bijzon der vlug verloop had. Naast u, wil ik ook heel gaarne onze wet houders In mijn gelukwenschen betrekken. Zil hebben in het afgeloopen jaar, door de vrij langdurige ongesteldheid en den dood van uw voorganger, alsmede door de ernstige ziekte van een der wethouders, een veeleischende taak te vervullen gehad. Den gemeentesecretaris ben ik erkentelijk voor r jn rusteloozen arbeid. Mijnheer de voorzitter, u hebt zooeven in cij fers den gang van zaken In onze stad uitvoe rig uiteengezet en de raad zoowel als de bur gerij kunnen daaruit opmaken, dat bet afge loopen jaar voor Rotterdam, zooals ook bij d» behandeling van de gemeentebegrooting reeds ©enigszins bleek, niet ongunstig is geweest, al waren in de laatste maanden de ontvangsten der havengelden minder bevredigend. Ik zal mij In dit cijfermateriaal niet verder verdie pen, doch do hoop uitspreken, dat onder uwe krachtige leiding de ontwikkeling van onze groote haven en daardoor de bloei en vooruit gang van onze gemeente, zullen blijven toe nemen. Dat er onder onze burgers energieke mannen waren die in het afgeloopen Olympische jaar getoond hebben ondernemingsgeest te bezitten, heeft ons de Nenijto bewezen. Ze hebben ge toond voor onze stad veel over te [hebben. Met blijdschap memoreer ik tevens ,dat ook uit den Rotterdamschen handel blijken kwamen van burgerzin en tevens van voortvarendheid en vooral van goed vertrouwen in de toekomst onzer stad. Een daartoe uit den handel gevormd comité immers nam met prijzenswaardige geest drift en met groote geldelijke opofferingen het initiatief tot het verkrijgen van plannen en het doen van voorstellen aan het gemeentebestuur om spoediger tot nieuwen beursbouw te komen dan in het voornemen lag. Met groote belangstelling ziet Rotterdam nit naar de eventueele resultaten der Belgisch-Ne- dei'landsche onderhandelingen inzake den wa terweg AntwerpenRijn. waarbij de welvaart van onze etad zeer nauw is betrokken. In uw rede hebt u, mijnbeer de voorzitter, zeer hartelijke en waardeerende woorden ge wijd aan het jubileum van onze Koningin-Moe der, woorden die zeker door de meerderheid van den raad met warme sympathie en volledige instemming zijn vernomen. Tenslotte is mijn innigste wensch, die zeker door ons allen zal worden gedeeld, dat liet nieuwe jaar 1929 voor onze goede stad een in alle opzichten gunstig jaar moge zijn. Op deze woorden volgde applaus. De beer VAN BURINK vraagt het woord over deze woorden van den heer Verheul. De VOORZITTER kan ingevolge do beslis sing van 1912 dit niet toestaan. De heer VAN BURINK zegt, dat bt) toch ook een nieuwjaarsspeech mag houden. De VOORZITTER: Dat Is niet gebruikelijk. Doet u dan een voorstel om die gewoonte te wijzigen. De heer VAN BURINK wenficit dit voorstel niet te doen. De VOORZITTER: Dan heeft u het woord niet. De beer VAN BURINK wenscht toch het woord. Da VOORZITTER zal dit in stemming hren- gen. De heer DB ZEEUW zal stemmen voor het voorstel van den voorzitter, op grond, dat de voorzitter zich heroept op het hesluit van 1912 en de heer van Burink geen voorstel heeft ge daan dat besluit op te heffen. De heer BRAUTIGAM zal tegen stemmen, omdat de Raad er zich niet aan heeft gehou den en het tot eigenaardige consequenties kan leiden. Het voorstel van den voorzitter om geen debat over de Nieuwjaarsrede toe te laten wordt aangenomen met 29 tegen 7 stemmen. (Tegen stemden de heer van Burink en 0 sociaal-democraten). Hierna worden de notulen van de vorige ver gadering goedgekeurd en wordt overgegaan tot voorlezing van de ingekomen stukken. Benoemingen. Tot lid in de commissie voor de handelsinrich tingen wordt benoemd in de vacature-Lindsen de heer E. H. Kraayvanger. Tot lid uit den Raad in het bestuur van den Gemeentelijken Dienst voor Maatschappelijk Hulpbetoon (vacature-Lindsen) wordt benoemd de heer J. Hendriks. Tot lid uit den Raad in de commissie voor de Psychiatrische Inrichting „Maasoord" wordt benoemd de heer J. Voet (vacature-Dijk). Verder worden benoemd Tot leden uit de burgerij in de commissie voor de Psychiatrische Inrlching „Maasoord de heeren mr. H. J. Santman cn mr. dr. B. I. Zijlstra. Tot assistent-geneeskundigen bij de Gemeen te-Ziekenhuizen de heeren H. W- Prillevitz en A. M. Collet. Tot tijdelijk leeraar voor bepaalde uren m de staatsinrichting aan de le en 2e H.B.S. met 5-jarigen cursus de heer mr. M. B°oij. Aan de school voor g.l.o. A No. 148 tot onder wijzeres mej. P. H. Verhoef. Aan de school voor g.l.o. A voor schippers kinderen no. 3, tot onderwijzer tle heer K-ooyman. Aan do orde zijn hierna de aangehouden K'USfhêer LÜHRS (S.D.A.P.) vraagt praead- vies op het adres van den Centr. Ned. Am naarsbond over een vergunning aan een verp e- ger tot het drijven van een winkelnering. Dit voorstel wordt verworpen met 22 tegen 14 stemmen. De heer VAN BURINK (C.P.) bepleit het uitbreng-en van praeadvies op een adres i. z. het tweemaal daags stempelen. Spr. wordt ge hinderd door het praten van den Raad, hoewel spr. toch beschikt over eon voldoend s-emge- U"l)a VOORZITTER: IJ onderschat uw kracht. Wethouder NIVARD zegt dat bet uitbrengen van praeadvies niet goed mogelijk en ook niet wensch-elijk is. Het tweemaal stempelen is een kwestie van persoonlijke controle over be paalde groepen. Ook een voorstel tot ter visie legging van de Stukken acht spr. niet ge- WDeTeer VAN BURINK (C.P.) vindt het een- J,ofhonipn van de ondervoede werkioo Spangen naar het Achterklooster te laten ko- m Wethouder NIVARD merkt op, dat het twee- maal stempeien ook bij de werklozenkassen ëGttóevwrstel-vanBuriuk wordt niet voldoen de ondersteund en kan dus geen punt van stemming uitmaken. Hierna worden z.h.s. eemge voorstellen aangenomen: wil hij hier ook zooals in Amsterdam alle werkloozen tweemaal daags laten stempelen. Ook om geen praecedent te stellen, dient do vrijstelling van het sneeuwruimloon van den gebruikelijken aftrek niet te worden inge voerd. Het afwijzend praeadvies van B. en W. wordt aangenomen met 36 tegen 1 stemmen. Het voorstel tot wijzigen van de besteks bepalingen in zake borgstelling, beslechting van geschillen en verlenging van den opleve ringstermijn bij werkstaking. De heer VAN DER HOEVEN (C.H.) stelt voor dit punt nog aan te houden. Aldus wordt besloten. Interpellatie-van den Brule. Da heer VAN DEN BRULE (R.K.) licht zijn vragen i. z. de verandering van de tele foonnummers toe. Spr. hebben veel klachten bereikt over de verwarring, ontstaan dooa- de verandering der telefoonnummers op 20 Oc tober. Wethouder DE ZEEUW (S.D.) wijst er op, dat betrokkenen meer hebben ontvangen dan alleen het supplement. Bij een volgende alge- meene wijziging zal echter tegelijkertijd een nieuwe gids verschijnen. De heer VAN DEN BRULE, vertrouwt, dat in den vervolge zich niet zal herhalen, wat zich heeft voorgedaan. DE GRENSWIJZIGING. Het voorstel i. z. grenswijziging dér ge meente. De heer DE VISSER (C.H.) begint met te wijzen op de groote beteekenis van dit voor stel. Op grond daarvan moet deze zaak prin cipieel worden bekeken. De belangrijkheid blijkt ook uit de lange voorbereiding, n.l. van begin 1924 af. De voorbereiding is door den Raad ernstig geschied. En spr.'s meening is, dat men thans de zaak tot een practische oplossing moet bren gen. Het Christ.-Hist. standpunt ten aanzien van dit annexatie-voorstel is, dat zooveel mogelijk het plaatselijk en historisch karakter der ver schillende gemeenten moet bewaard blijven Alleen als geen andere oplossing mogelijk is, kan annexatie worden aanvaard. Ontkend kan niei. worden, dat bij de hand having der tegenwoordige grenzen de economi sche belangen van Rotterdam niet behoorlijk kunnen worden gediend. Zoo staat het met de industrieterreinen, de havens en de projectie der wegen. Maar annexatie is in dezen niet het geschikte middel. We leven niet meer in den tijd van voorheen, toen Delfshaven, Kralingen en Charlois bij Rotterdam werden gevoegd. We leven tegenwoordig in een andere sfeer van uitbreiding. Een groote stad breidt zich niet meer van uit het midden uit. Buiten het eigen lijke stadsgebied ontstaan nieuwe, centra. De tijd is al lang voorbij, dat uitbreidingsplannen binnen de gemeentegrenzen werden gehouden. Ook voor de havens bestaat een moeilijkheid. Het is een algemeen belang en niet een speci fiek Rotterdamsch belang, dat de havenstreek zoo economisch mogelijk wordt aangelegd en behosrd. Spr. erkent echter de moeilijkheid om de liaven los te maken van de economische belangen van Rotterdam. B. en W. verdedigen de annexatie o.m. op overwegingen van volkshuisvesting. Maar op grond van de bevolkingsaanwas kan men vol gens spr. de annexatie niet verdedigen. De vergadering wordt hierna geschorst tot des avonds acht uur. AVONDZITTING. Rotter.!. Vakantieschool. Het voorstel tot verhooging van het aan de iJtter^ho Vacantteschool V00r 1929 toe- 8T£JTwOUTB» (A-B.) acht verhoog lib? der subsidie ongemotiveewl- -Het doel moet niet in steeds sterker mate gaan leunen op de ge- daarom stemming. mWethouder NIVARD (H, K.) heeft indertijd z^stern niet gegeven aan de toekenning van subsidie aan <le R- men echter do verbooging der subsidie thans dan zal de B. V. S. de aanneming van kinderen moeten beperken, omdat men met weet, op hoeveel uit particuliere giften valt te rekenen. Nu eenmaal {.vi t .ui ,i« r V S. In een groote behoefte voorziet, daar vindt spr. het rede-lijk het voor uitzicht van 40 cent p«r «M over 2,3 van het aantal uit te zenden kinderen gestand te doen. So heer SCHOUTEN ziet deze verhooging niet als een consequentie van de eender geno- HeilvoórsUd'w-ordt aangenomen met 30 tegen 5 Hef voorstel tot wijziging van de Verorde- ZeïlSCrK op,, dat de Raad re- kening moet honden m«* <le moeilijkheden, die er voor de politie uit voortvloeien, speciaal in verband met den toestand aan het bureau Hol- Do VOORZITTER uat hier inderdaad beroep wordt gedaan f het onderscheidings vermogen der politie. Spr. meent op een ver- Scheel VAN BURINK (C.P.) en HEN- TiTJurQ /p l' i wili&en noodzak^lijkhfii^ den hinder van onbeheerd staande auto's spe- elDaJ heer VANGER'HOEVEN (C.H.) merkt on dat men in bet buitenland die moeiHjlc- hedén wel oplost door particuliere parkoerge legenheden. Loon sneeuwruimen. Het praeadvies. op het verzoek om volle uit- keering van het door ondersteunden met het ruimen van sneeuw verdiende loon gedurende de eerste drie dagen. De heer VAN BURINK (C.P.) acht het bil lijk, dat de Amsterdamsche regeling ook hier wordt toegepast. Wethouder NIVARD zegt, dat hem geen Ara- sterdamsch Raadsbesluit is bekend in den zin, zooals de heer van Burink aangeeft. De minis- tericele circulaire van Dec. 1921 is voor Maat schappelijk Hulpbetoon grondslag. De heer van Burink wil wel dc voordeelen van andere ge meenten, maar de nadoelen verwerpt hij. Of. De heer DE VISSER (C.H.) vervolgt zijn rede Spr. betoogt, dat de voorstanders van het annexatieplan zullen moeten gevoelen voor een gebied, dat alle havens omvat en dus dat deze annexatie te klein is. Men krijgt een te sterke bestuurseoncentraue op economisch en politiek terrein. Rotterdam is nu reed3 de stad van de onopgeloste vraag stukken. In het buitenland is men dan ook tot een dergc/.jke centralisatie gekomen. Ook de loonen worden onnoodig in de te annexeeren plattelandsgemeenten omhoog ge bracht. Ook vreest spr., dat alles duurder zal worden. Annexatie acht spr. dan ook onnoodig, on voldoende en in sommige opzichten schadelijk. Welk middel moet dan worden toegepast? Samenwerking met de omliggende gemeen ten. Do vrijwillige samenwerking krachtens art. 121 der gemeentewet kan ons niet helpen. De tweede oplossing welke aan de hand is gedaan, is het havenschap. Maar is Rotterdam daarmede geholpen? Bij de annexatie zijn ech ter niet alleen havenkwesties betrokken. Daar om kan het havenschap geen oplossing ge noemd worden. Evenzoo staat het met het Beneden-Maas gewest. Ook dit is te eenzijdig georiënteerd op de economische zijde van de havens. Als oplossing ziet spr. slechts samenwerking met de omliggende gemeenten in een harmo nisch geheel met behoud van het autonoom karakter der gemeenten. In samenwerking ziet spr. voor Rotterdam alleen voordeelen, niet nadeelen. De VOORZITTER: Wie draagt dan de na deelen? De heer DE VISSER: Niemand! Dr. REESER: Dat is een ideale oplossing. De heer DE VISSER: Aan de nadeelen komt uien niet toe. Het gewestelijk plan bekoort spr., maar daarin ontbreekt de dwingende hand. Om tot een practische oplossing te geraken, zou spr. den Raad wilen voorstellen een studie commissie te benoemen om een concreet ont werp van samenwerking op te stellen. Het initiatief moet van de gemeenten uitgaan. Echter al is de C.-H.-fractie tegen het an nexatie-voorstel, maar niet tegen elke annexa tie, zooals ten aanzien van Pernis en ten aan zien van de grenswijziging met OveTschie bij het Ververschingskanaal. Deze laatste annexa tie Is inderdaad urgent, en kan niet wachten op het uitstel van het groote annexatie-voorstel. Do heer SCHOUTEN (A.R.) begint met te wijzen op het belangrijke van dit voorstel. Tot zijn leedwezen is spr. het met het voor stel van B. en W. niet eens. Want het lijkt er op, dat men dan een uitbreiding, een opbloei in den weg wil treden, Maar de bezwaren zijn voor spr. overwegend, hoezeer hij een vooruit- zieuden blik ook apprecieeren kan. Voor een dergelijk groot territoir is het te genwoordig bestuursapparaat niet geschikt, zeker niet bij zoo intensieve overheidsbe moeiing. We hebben nu reeds onze handen vol! De heer BRAUTIGAM: Niet zoo somber! De heer SCHOUTEN: Wij hebben hier me nig vraagstuk, dat voov vraagstukken den aan- valligen Do heer DE JONGbouwvalligen De heer SCHOUTEN: ..leeftijd van twintig Jaar heeft bereikt. Tie vergroote stadsgemeente zal niet kunnen bevredigen de behoeften van de te annexeeren gemeenten, alwaar juist door de annexatie die behoeften zullen stijgen. En zoo komt het ge voel van achterstelling, terwijl men bij behoud van zelfstandigheid tevreden is met wat men op bescheiden wijze kan doen. De annexatie is geen bruikbaar middel meer aan de behoefte van de bevolkingsuitbreiding het hoofd te bieden. Het middel is verouderd en onbruikbaar geworden. Ouder uitbreidings plan verstaat men thans heel iets anders dan voorheen. De heer TER LAAN: Maar er is niets nieuws onder de zon. De heer SCHOUTEN: Van die nieuwe vor men, zegt men, is ook geen volledige oplos- sing te verwachten. Doch het gaat er oui of bij die vormen niet de excessieve bezwaren van de annexatie worden voorkomen. In alle kringen vindt men de vrees voor de reusachtig' groote gemeenten. Ook de sociaal-democraat Ankersmit verklaart zich geen voorstander van die groote concentratie van gemeenten. De gemeente heeft zelve naar een oplossing te zoeken en niet maar te grijpen, naar een middel, dat verouderd is. Maar dan dient men eerst te weten, wat men wil. Het valt niet to ontkennen, dat de gemeente Rotterdam den om- liggenden gemeenten vroeg niets te doen, omdat men zelf nog niet precies wist, wat men wilde. Van beide zijden had men zich niet voldoende geoutilleerd om de samenwerking tot de meest vruchtbare te maken. Dikwijls stond men reeds achter de feiten. Spr. is van gevoelen, dat de bloei van onze stad bevorderd wordt door bloeiende omlig» gende gemeenten en niet door zwakke gemeen» ten. Spr. heeft er daarom geen bezwaar tegen dat op niet-Rotterdamsch territoir belangrijke werken of bevolkinsgcentra ontstaan. Als 79 maar passen in een groot plan en de plaat sing dus goed is. Op het eigen territoir maakt Rotterdam zelf ook fouten. Zoo zou spr. de zaak willen zien en spr. dringt er te meer op aan, omdat de tijd dringt. Met dit te zeggen kon ik geen Rotterdamsch belang schaden. En daarom kan men niet al die urgente vraagstukken aan de annexatie ophangen. Want de annexatie is een zeer lang durige kwestie, welke veel Instanties moet doorloopen. Een groot aantal Nederlanders vraagt of het Rotterdam niet te doen is om iets anders dan de behartiging der algemeene vraagstukken, n.l. do machtsheerschappij over een gebied, dat Rotterdam niet noodig heeft. Overschie is bereid tot een strijd op leven en dood voor zelfstandigheid. Spr. laat daar of dit verstandig is, maar spr. heeft er achting voor. Echter met Overschie had reeds een overeen komst kunnen zijn tot stand gekomen over annexatie van het industrie-gebied waar Van Nelle en Van Stolk komen ten Zuiden van het Verbindingskanaal. Ook dit moet uit het an- nexatievoorstel gelicht worden met het oog op de groote urgentie, ook al houdt men het met het groote annexatievoorstel. Dan kunnen we voorloopig vooruit. De Waal haven hebben we nog niet in intensieve exploi tatie, zooals dit voor Rotterdam gewenscht is. Het Driehavenplan is ook nog uit te voeren en in Pernis de petroleumhavens. Heeft Rot terdam dan voorshands niet genoeg? Evenmin vragen de verkeersvraagstukken deze groote annexatie. Die vraagstukken dragen zoo'n intercommunaal, landelijk karakter, dat men ze met annexatie niet kan oplassen, tenzij voor eigen rekening. Blijft over de volkshuisvesting. Spr. moet ontkennen, dat ter voorziening van deze be hoefte annexatie noodig zou zijn. Voor industrie en volkshuisvesting heeft Rotterdam nog een kleine 2000 H.A. Zou hierop de vestiging van nog een 400.000 inwoners niet mogelijk zijn? In elk geval kan de volkshuisvesting door middel van laagbouw en ruimen aanleg niet mogelijk zijn. De heer DE JONG: Hoogbouw! Twee bed steden hoven elkaar! De heer SCHOUTEN: Men moet zijn tegen- stander niet rldiculiseeren! In elk geval kau volgens de deskundigen binnen de gemeente grenzen nog aan een half millioen inwoners huisvesting worden gegeven. Spr. concludeert dus dat uit het voorstel do twee genoemde punten moeten worden genomen en dat men verder met de omliggende gemeen ten over de groote lijnen van een algemeen uitbreidingsplan tot overeenstemming moet komen. De heer DUTILH (V.B.) vindt de grondge dachte van het voorstel voortreffelijk, wanneev deze is eenheid brengen in de belangenstreeli Groot-Rotterdam. Spr. haalt aan een citaat van prof. Buys, waarin deze zogt, dat, wanneet" een gemeente haar natuurlijke sfeer heeft uit gebreid buiten haar staatkundige grenzen, deze laatste met de eerste in overeenstemming moeten worden gebracht. B. en W. willen op de eerste plaats eenheid brengen in de exploitatie der oevers. Daarbij moet men niet achter de feiten aanloopen. Tot den belangenkring van Rotterdam behooren ook <le helde oevers van de Noord en van de Oude Maas. Nlsttomiu durven B. en W. niet voorstellen inlijving van Maassluis. Hoewel voor het oever- gebied van deze gemeente hetzelfde geldt, als voor Vlaardingen. Het college van B. en W. geeft de oplossing niet van het brengen van eenheid op dit ge bied. Het college zoekt zelfs de oplossing niet. De grondgedachte van B. en W. is behoud van eenheid van het havenbeheer. Doch dezo wordt door B. en W. losgelaten uit vrees voor het nieuwe, dat komen gaat. Deze annexatie bevordert die eenheid niet. Wat is de oplossing dan wel? Een haven schap, een gewestelijk en een beperkte annexa tie in de deflnitie-Buys. Het nieuwe wetsontwerp-Kan opent de ge legenheid tot vorming van publiekrechtelijke lichamen over gemeenten heen. Er moet samenwerking mogelijk zijn In tegenstelling met het College verwacht spr. wel iots van gedwongen samenwerking. Die "nieuwe publiekrechtelijke organisatie zal van de autonomie der gemeenten iets afnemen, maar i3 dit zoo erg. Zeker past die vrees niet bij Rotterdam, dat zooveel autonomie van de omliggende gemeenten wil verwoesten. Spr. dringt er op aan, dat de Raad in do gelegenheid zal zijn zich uit te spreken over do afzonderlijke deslen van het plan en vraagt van het college de vaste toezegging, dat het denkbeeld havenschap of iets anders niet al leen in studie worde genomen, maar ooit uit gewerkt in zooverre het belang van Rotterdam dit eischt en aandrang op wijziging der arti kelen 121 en 122 der gemeentewet bij de re geering worde uitgeoefend. De vergadering wordt hierna geschovst tot hedenmiddag twee uur.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1929 | | pagina 9