DE VERLOSSING UIT HET PROLETARIAAT
FEUILLETON
VERDERFELIJKE
BANDEN.
DEMONSTRATIE DER KATHOLIEKE ARBEIDERS
ECONOMISCHE ONTWAPENING
DINSDAG 9 APRÏL 1929
TWEEDE BLAD
PAGINA 2
VOOR BEDRIJFSDEMOCRATIE, ONBEZORGDEN LEVENSAVOND EN
HET GROOTE GEZIN
AFSCHAFFING VAN IN- EN
UITVOERVERBODEN
EN -BEPERKINGEN
EEN WETSVOORSTEL TOT GOED
KEURING VAN HET VERDRAG VAN
GENèVE.
Zondag zijn, zooals wij reeds eerder hadden
medegedeeld, in een elftal steden van ons
land groote vergaderingen gehouden, waarop
de voormannen der Katholieke arbeidersbewe
ging de verlangens van het Katholieke Werklie
denverbond in Nederland hebben vertolkt.
IN DEN HAAG
Voor de prov. Zuid-Holland werd Zondag
middag in Den Haag een groote demonstra-
tieve-vergadering gehouden in de kerk van het
H. Hart aan de Hobbemastraat, omdat de an
dere groote vergaderzalen (Dierentuin en Ge
bouw voor K. en W.) dien middag niet beschik
baar waren en omdat zij ook het groote aantal
deelnemers niet zouden kunnen bevatten.
De berk, die 2400 zitplaatsen telt, was dan
ook geheel bezet.
De vergadering, die te half 4 aanving, stond
onder leiding van den heer J. A. Schutte, secre
taris van het R.K. Werkliedenverbond.
Omtrent bet karakter dezer vergadering
van zekere zijde genoemd een politieke manoeu
vre, erkende spreker dat dit inderdaad is
een politieke bijeenkomst, rbaar dan politiek
in den goeden zin. Het is de bedoeling hier uit
te spreken, wat de Katholieke arbeiders van
de politieke vertegenwoordigers verwachten.
Nadat door de aanwezigen staande het
„Strijdlied" was gezongen, heklom het Tweede
Kamerlid de heer Loerakker, voorzitter van
den R. K. Land- en Tuinarbeidersbond, den
kansel, om te spreken over:
De bed rij fsdemccratie
Onder bedrijfsdemocratie moet, aldus spreker,
verstaan worden een zoodanige organisatie van
het bedrijf, dat aan de arbeiders in de onder
neming, in het bedrijf, het noodige medezeg
genschap zal worden toegekend. Dit is een be
lang van de eerste orde niet alleen voor de ar
beiders, maar ook voor het bedrijf en voor de
geheele samenleving. Winst behalen Is ln het
tegenwoordige bedrijfsleven veelal de eenlge
drijfveer zonder dat er rekening wordt gehou
den met de belangen van de arbeiders en
wat de productie betreft, met de belangen
van de gemeenschap.
Om hierin verandering te brengen stellen wij,
aldus spreker, den eisch van het medezeggen
schap.
Wij Katholieken vooral hebben den plicht om
den arbeid op een hooger plan te plaatsen. On
ze belangen zijn niet in strijd met de belangen
van het bedrijf of met de orde en rust in de
samenleving. Als geweigerd wordt het bedrijfs
leven aan een grondige herziening te onder
werpen, zal het spoedig geheel in handen val
len van geld-magnaten en het gevolg daarvan
zal onafwendbaar zijn de anarchie.
De arbeider, die zijn leven geeft aan het be
drijf, heeft niets te zeggen in het productie
proces. Dat is een onbillijke verhouding.
In 1925 hebben wij allen werkgevers van
Nederland reeds de broederhand toegestoken,
wij wenschten geen strijd maar overleg en sa
menwerking. Dat willen wij nog. Maar voor
de werkelijkheid willen wij de oogen niet slui
ten. Als de wetgever niet helpt, komt geen be
vredigende oplossing. Ook bij een wettelijke re
geling zijn echter overleg en samenwerking noo-
dig en mogelijk; men zie maar eens naar de
Landarbeiderswet, de Ziektewet enz.
Ons katholiek Staatsprogram spreekt zich
uit voor publiekrechterlijke bedrijfsorganisa
tie en heeft de eerste stappen in die richting
reeds aangegeven. Wij katholieke arbeiders
wenschen, dat, welk kabinet er straks ook
komt, met dit programpunt ernstig rekening
za! worden gehouden.
Spr. eindigde met opwekking tot allen, zich
voor te bereiden teneinde straks die verant
woordelijke taak ook ten volle te kunnen dra
gen en vooTts om de organisatie te versterken
want hoe grooter ons leger wordt, hoe eerder
wij ons doel zullen hereiken. Voor een gezonde
bedrijfsdemocratie zullen wij, katholieken, den
stoot moeten geven, (applaus).
Nadat het koor der H. Hartkerk eenige
zangnummers had uitgevoerd, was het woord
aan den heer F. Nivard, wethouder voor sociale
zaken te Rotterdam, die sprak over;
s»
Een onbezorgde levensavond voor alle werkers
De moderne Industrie stelt zich op jiet stand
punt, dat men loon ontvangt, zoo lang men
werken kan. in de laatste jaren Is hierin eeni
ge verbetering gekomen. Voor personeel la
overheidsdienst wordt bij ouderdom en invali
diteit door een pensioenregling gezorgd; het
zelfde geldt voor de werknemers bij de spoor
wegen en in enkele particuliere bedrijven,
maar de overgroote meerderheid der werkne-
mens ziet haar ouden dag nog niet verzorgd.
F. NIVARD
De arbeiders hebben de afhankelijkheid ge
voeld voor het geval dat zij niet meer in staat
zouden zijn om te wei-ken. Voor ziekte hebben
zij ziekenvereenigingen opgericht, maar zij ge
voelden dat hun karig loon niet toeliet ln alle
toekomstige behoeften te voorzien. Zij zagen ln,
dat de vakvereenigingen door actie de noodige
verbeteringen moesten bereiken. Veel Is er
door die actie reeds verbeterd, maar de onze
kerheid voor den ouden dag is nog niet op
geheven. We hebben Iets, wat men noemt de
ouderdomsrente. Maar de prestaties van den
arbeider worden niet zeer hoog aangelMagen
blijkens een uitkeering op den ouden dag van
5 per week.
Spr. erkende de verdiensten van de Invalidi
teitswet-Talma en de verbeteringen die er in
1919 in zijn gebracht. Maar die regelingen zijn
toch nog absoluut onvoldoende.
Er moet verbetering komen en wel zoo spoe
dig mogelijk.
Het R. K. Werkliedenverbond heeft getoond
in deze actie voor te willen gaan en heeft een
commissie benoemd om deze moeilijke kwestie
te bestudeeren, maar als het verslag dier com
missie verschenen Is, dan begint de actie pas.
Het Is niet voldoende dat die eisch op een ver
kiezingsprogramma wordt geplaatst, hij moet
komen op een programma van zeer dringende
eischen.
De oplossing zal moeten komen door uitbrei
ding te geven aan de ouderdoms- en invalidi
teitsverzekering, uitbreiding ook voor degenen,
die reeds ouderdoms- of invaliditeitsrente
hebben.
Het enthousiasme voor verbetering moet
worden omgezet ln een stevige actie. Dan be
hoeven wij, aldus spr. er ons niet zoozeer om
te bekommeren, wat voor regeering wij in Juli
zullen krijgen, want dan zal door iedere regee
ring met onzen eisch rekening worden ge
houden. (applaus).
Nadat het zangkoor wederom eenige num
mers had ten gehooTe gebracht, sprak de heer
H. Vul ink over:
Het groote gezin uit de knel
De positie van het groote gezin moet verbe
terd worden.
Zedelijk, maatschappelijk en godsdienstig
vervult het groote gezin een functie van hooge
orde. En toch, wij moeten helaas zeggen, dat
het groote gezin in den knel zit. Worden de
groote gezinnen in onizen tijd niet vaak bespot?
Zelfs bij Katholieken kan men in onze dagen
een tegenzin tegen het groote gezin bespeuren.
Een tekort aan zedelijk weerstandsvermogen,
een gevolg van gemakzucht en van gemis aan
godsdienstig bewustzijn, Is van dezen afkeer
de oorzaak.
Er ls bij velen nog levensdurf en Godsver
trouwen genoeg om den spot van anderen te
verdragen, maar het materieele tekort waar
onder het groote gezin gebukt gaat, wordt maar
al te dikwijls schrijnend gevoeld.
De R.K. Werkliedenorganisatle zou in haar
taak tekort schieten, als zij niet baar aandacht
wijdde aan het groote gezin. Maar zij kan niet
alleen haar doel bereiken. Zij verwacht hulp
van de werkgevers „vooral van de katholieke
werkgevers."
Ook Rijk en Provincie moeten helpen en an
dere werkgevers en vooral de kerkelijk reken-
plichtige Instellingen. Het R.K. Werkliedenver
bond zal dag aan dag er voor moeten strijden
om het groote gezin meer het middelpunt van
de belangstelling te maken en het uit den knel
te helpen.
Spr. roept dan allen op solidair mede te wer
ken om het groote gezin te brengen in het
brandpunt der belangstelling. Met kindertoe
slagen komen wij er niet. Er zal moeten komen
een Rijkskindertoeslagfonds (applaus).
Een der aanwezigen vroeg, of het niet moge
lijk zou zijn bij de R.K, Artsenvereeniging en
bij de vroedvrouwen aan te dringen op goed-
kooper tarief bij bevallingen in groote gezinnen.
(Teekenen van instemming).
Na een zangnummer sprak de beer v. d. Ak
ker, penningmeester van het Centraal Bestuur
van den R. K. Volksbond, die tot onderwerp had
gekozen
„Door eigen kracht omhoog"
Iedere bladzijde van de geschiedenis der R.K.
Arbeidersbeweging, aldus spr., spreekt van
grooten en zwaren arbeid, door de arbeiders
zelf verricht. Onze pioniers in de arbeiders
kringen hebben ons geleerd dat we door eigen
kracht omboog moeten.
Men 'heeft getracht den arbeider dom te hou
den, maar door eigen kracht heeft hij aan zijn
ontwikkeling gearbeid en zich omhoog gewerkt.
Maar de arbeiders staan nog ver af van wat
zij bereiken willen en moeten.
Wat de arbeiders zelf kunnen, toonen de vele
Instellingen van de R. K. Arbeidersbeweging.
Willen wij de Maatschappij herstellen in
Christus, dan moeten wij op het oogenblik nog
op de eerste plaats in de stoffelijke nooden der
arbeiders voorzien, want juist de stoffelijke
nooden hebben duizenden in de armen der so
cialistische arbeidersbeweging gevoerd. Wij
moeten door eigen kracht omhoog naar een
betere maatschappij, waarin Christus de Ko
ning zij. (Applaus).
Resolutie
Tenslotte werd na een dankwoord van den
voorzitter tot de sprekers met algemeene stem
men de volgende resolutie, welke gelijkluidend
was voor alle vergaderingen, aangenomen:
De vergadering van arbeiders en bedienden,
georganiseerd in de R.K. arbeidersbeweging,
op 7 April 1929, bijeengeroepen door het be
stuur van hot R.K. Werkliedenverbond te
ter bespreking van de huidige positie van den
arbeider in liet bedrijfsleven, van den toestand
van den ouden, afgewerkten arbeider en tevens
om onder het oog te zien de moeilijke positie,
waarin het groote gezin steeds meer komt te
verkeeren.
constateerende
a. dat de ontwikkeling van vormen en denk
beelden in het bedrijfsleven den arbeider meer
en meer ondergeschikt maakt aan en afhanke
lijk van den in rangorde lager staanden pro
ductiefactor: het kapitaal;
b. dat de arbeider, die gedurende den bloei
van zijn leven onvoldoende inkomsten heeft om
daarvan een gedeelte te reserveeren voor den
tijd, wanneer hij wegens hoogen leeftijd niet
meer werken kan, over 't algemeen slechts ont
vangt de uiterst lage rente, welke de Invali
diteitswet hem verzekert en daarom als regel
is aangewezen op ondersteuning van anderen;
c. dat, tengevolge van de daling van het ge
boortecijfer en de mede daaruit voortvloeiende
stijging van het levenspeil, de positie van het
groote gezin voortdurend wordt verzwaard;
van oordeel:
1. dat de plaats, welke de arbeider thans in
het bedrijfsleven inneemt, den mensch onwaar
dig is en dringend verbetering eischt;
2. dat de arbeider, die gedurende den tijd
zijner werkzaamheid voor een zeer belangrijk
deel bijdraagt tot .instandhouding en vergroo-
ting van het maatschappelijk kapitaal, recht
heeft ook ln zijn ouderdom van de vruchten
van zijn arbeid te leven;
3. dat het groote gezin, als bron van maat
schappelijke energie uit het oogpunt van alge
meen welzijn en tot bevordering van de na
leving der door God gestelde natuurwetten, in
de huidige omstandigheden op bijzondere wijze
moet worden gesteund;
verwacht van degenen, die gedurende de ko
mende vierjarige Regeeringsperiode zullen wor
den geroepen tot medewerking aan de wet
geving in ons vaderland.
A. dat zij krachtig zullen bevorderen het
totstandkomen van de noodige wettelijke rege
len, welke den arbeid tn zijn breed© beteekenls
de verovering van een volwaardige positie ln
onderneming en bedrijf zullen vergemakke
lijken;
B. dat zij zoodanige wettelijke voorzienin
gen zullen helpen treffen, waardoor den arbei
der bij voorkeur door bedrijfsregelingen, een
onbezorgde oude dag gewaarborgd zij;
C. dat door het totstandbrengen van een
Rijkskindertoeslagfonds, waarvan de kosten te
dragen door het bedrijf, voorts door verlichting
van lasten (belasting, schoolgeld, enz.) en door
een ruimere toepassing van de woningwet, de
positie van het groote gezin worde verbeterd;
draagt het Bestuur van het R.K. Werklieden
verbond op de urgentie van de bovengenoemde
punten overal waar wenschelijk te bepleiten en
met alle geoorloofde middelen de verwezen
lijking ervan te bevorderen en doet een beroep
op alle katholieke arbeiders om ln de R.K.
Arbeidersbeweging; ook en vooral door eigen
kracht, te komen medewerken aan de verove
ring eener maatschappelijke positie, die in over
eenstemming is met de menschelijke waardig
heid en met de gewichtige diensten, welke de
arbeiders aan de samenleving bewijzen.
De bijeenkomst werd gesloten met een kort
lof, gecelebreerd door den Zeereerw. heer pas
toor L. J, J. Smeele, met assistentie van de
woleerw. heeren kapelaans B. Hosman en J.
Boon waarna de zegen met het Allerheiligste
werd gegeven.
IN AMSTERDAM
Te Amsterdam werd de drukbezochte bijeen
komst gehouden in „Bellevue", onder voorzit
terschap van den heer A. C. de Bruyn, die er
in zijn openingsrede op wees, dat deze actie
een gevolg, een voortzetting was van het con
gres in Nijmegen. Wanneer het doel van de
actievergaderingen wordt bereikt, dan zal dooi
de katholieke arbeiders een monument zijn op
gericht van -solidariteit, dan zullen de arbei
ders verkregen hebben volledige sociale en
staatkundige gelijkstelling met andere standen.
Na deze openingsrede kreeg de heer H. J.
Sprokop bet woord ter bespreking van het eer
ste onderwerp: Naar de bedrijfsdemocratie.
De heer L. F. Guit bepleitte vervolgens het
goed recht van een onbezorgden levensavond
voor alle werkers.
MOLEST VAN KATHOLIEKE ARBEIDERS.
Nadat anderhalf uur was gepauzeerd, werd
de vergadering door den voorzitter heropend
Spr. vestigde daarbij de aandacht op de kwes
tie die gerezen is tusschen de katholiek, pro
testant en modern georganiseerde steenzetters
en de syndicalisten. De syndicalisten weren een
ieder, die zich niet bij hen aansluit uit het be
drijf en hebben nog onlangs twaalf katholieke
arbeiders, die toch werk hadden aangenomen,-
op een meer dan. ergerlijke wijze mishandeld.
Deze twaalf arbeiders worden ook thans nog
achtervolgd door de syndicalisten. Zondagmor
gen zijn zij onder politiegeleide ter kerke ge
gaan en met politie geleide zijn zij naar deze
vergadering gekomen.
Spr. achtte het gewenscht dat het verbond
deze twaalf menscben financieel zou steunen
en besloot met den wensch, dat zij er in zou
den slagen de terreur die de communistische
organisaties in Amsterdam uitoefenen, te bre
ken.
De heer Hezelaar, vertelde daarop bet een
en ander van deze terreur. De communisten
hebben kruisbeelden op de muren geschilderd
en er schimpende verklaringen onder geschre
ven. Drie jaar lang hebben zij de katholiek ge
organiseerde steenzetters weten te weren uit
het bedrijf en thans, nu een twaalftal hunner
er eindelijk in geslaagd is zelf werk aan te
nemen, terroriseeren zij deze menschen op een
menschonwaardige wijze. Spr. riep ten slotte
een moreelen en financieelen steun in van de
katholieke arbeiders.
De heer Ch. v. d. Dries hield daarop een
pleidooi voor het groote gezin, waarna de heer
Nijkamp het laatste onderwerp behandelde.
Ten slotte werd de resolutie met algemeene
stemmen aangenomen.
Na afloop van de bijeenkomst ontstond voor
de deur van Bellevue een oploopje. De syndica
listische steenzetters deelden voor de deur
strooibiljetten uit, welke echter niet werden
aangenomen.
"Er werd door de communisten een oogenblik
een dreigende houding aangenomen. Door kalm
maar krachtig optreden van de politie werd
echter ieder onheil voorkomen.
De twaalf katholieke steenzetters, tegen wie
de communistische agitatie eigenlijk gericht
was hadden door den uitgang aan de Marnix-
straat het gebouw verlaten.
Zooals boven gezegd, werden in een negental
andere steden in den lande gelijksoortige ver
gaderingen gehouden, n.l. te Zwolle, Arnhem,
Ingediend is een wetsontwerp houdende goed
keuring van ïnet Verdrag met bijbelioorend
Protocol tot afschaffing van in- en uitvoer
verboden en -beperkingen van 8 November 1927,
benevens de Aanvullende Overeenkomst miet
bijbehoorend Protocol van 11 Juli 19?S.
Aan de Memorie van Toelichting wordt het
volgende ontleend
Het Verdrag van 8 November 1927 tot af-
sehaffing van in- en uitvoerverboden en -be
perkingen -em de Aanvullende Overeenkomst
van 11 Juli 1928, welke bij dit wetsontwerp
ter goedkeuring worden aangeboden, alsmede
de beide daarop aansluitende Overeenkomsten
van 11 Juli 1928 met betrekking tot den uit
voer van huiden en van beenderen, welke ter
goedkeuring werden aangeboden bij het gelijk
tijdig hiermede ingediende wetsontwerp zijn te
beschouwen als een eerste tastbaar resultaat
van de bemoeiingen van den volkenbond ge
richt op wat men pleegt te noemen de econo
mische ontwapening. Door dit Verdrag wordt
gebroken met het sinds den -wereldoorlog be
staande stelsel van in- en uitvoerverboden en
-beperkingen, waarvan het internationale ruil
verkeer in nlat geringe mate de nladaelige
gevolgen ondervindt en waardoor een terug
keer naar de vrijheid van den internationalen
handel wordt belet.
Het Verdrag sluit volkomen aan bij de door
ons land gevoerde handelspolitiek. Verboden
of beperkingen betreffende den in- of uitvoer
als waartegen het Verdrag gericht is bestaan
niet in het Rijk in Europa; alle momenteel
van kracht zijnde verboden of beperkingen val
len onder art. 4 van het Verdrag. Er zullen
dus in Nederland geen verboden behoeven te
worden afgeschaft.
De regeering is zich overigens bewust van
den nauwen samenhang, die bestaat tusschen
de opheffing van in- en uitvoerverboden en de
inwerkingtreding van hoogere douanetarieven.
Het verdrag gaat uit van het beginsel der
reciprociteit. Tusschen de Verdragstaten zullen
geen in- of uitvoerverboden of beperkingen
meer bestaan; zes maanden na de inwerking
treding zullen alle verboden en beperkingen
moeten zijn afgeschaft, terwijl nieuwe niet
zullen mogen worden ingesteld. Tegenover
staten, die geen partij zijn bij het verdrag,
blijft iedere verdragstaat vrij verboden of be
perkingen uit te vaardigen.
Er zijn echter zekere verboden en beper
kingen, welke mogelijk moeten blijven met het
oog op de openbare veiligheid of om redenen
van zedelijken, humanitairen of anderen aard.
Het algemeene resultaat i-s wel dat door
de beide conferenties ls toestaan de hand
having van esn aantal verboden of beper
kingen, dat zeer gering ls ln vergelijking met
het aantal der thans bestaande verboden of
beperkingen. Bovendien zijn onder die, waarvan
de handhaving werd toegestaan, vele te be
schouwen als slechts van tijdelijken aard, zoo
dat ook de-ze weldra zullen verdwijnen. Een
dergelijk resultaat mag verblijdend worden ge
noemd.
Mocht, vóór vijf jaren na de inwerkingtre
ding zijn verstreken een derde deel der Ver
dragstaten den wensch te kennen geven het
Verdrag te herzien, dan zal daartoe een nieuwe
conferentie worden gehouden.
NEDERLANDER TE BRUSSEL
BESTOLEN.
Onze Brussielsohe oorrespondent meldt ons:
De heer Van der Wilde Kors, wonende te
Driebergen, heeft bij de politie te Brussel aan
gifte gedaan dat op de tram, rijdende van de
Beurs naar het Noords-tat-lon, -een zakkenroller
uit sijn tasoh twee enveloppen, inhoudend©
10.000 en frs. 70.000, heeft gestolen.
Utrecht, Vlissingen, Tilburg, Maastricht, En
schede, Alkmaar, Eindhoven, terwijl in Arn
hem, Eindhoven, Enschede, Maastricht, Til
burg en Alkmaar parallelvergaderingen werden
gehouden.
Door verschillende sprekers werden door de
zelfde punten behandeld, terwijl ook daar de
resolutie ongewijzigd werd aangenomen.
NAAR HET FRANSCB
door
JEAN THIERY
22)
Zij vertelde van hun huwelijk, het verblijf
In St. Germain, de reis naar de rustige Breton-
sche haven, wat menig gelukkige bladzijde van
haar leven gevuld had. Haar gelaat betrok toen
):e gewaagde van het diner dat de schilder Hai
nan ter eere van Boléro had gegeven
Dien avond zag Ik Wilhelm voor het eerst
jroevlg gestemd. Toen hij tegen middernacht
bij mij terug kwam, was hij al niet meer de-
jelfde
Ze had zich overgegeven aan haar herinne
ringen en dat kortte den tijd van wachten.
iJan opeens kwam ze weer in de werkelijkheid
to zei op smeekenden toon:
O! telefoneert u eens voor mij, of zeg mij
iraar hij is! Ik ben buiten me zelf van
ingst
De hertog liep naar het telefoontoestel.
HalloIs graaf van. Renemburg vrij
Er werd hem iets geantwoord.
Hij haakte den hoorn weer op en beleefd
'irienclelijk:
Mevrouw, wilt U nog even geduld hebben.
De zonderling die U zijn vrouw noemt en
raarvan u zooveel houdt zonder dat hij die
fenegenheid verdient, verschaft me voor 't eerst
Bn zijn leven eenïg genoit. Hij noodzaakt mij
namelijk nog eenige minuten in uw tegenwoor
digheid te wachten....
O God! zuchtte de gravin, nooit ben ik
zoo ongerust geweest.
Ik zie maaar niet in waarom u reden hebt
zich te verontrusten. Toch niet omdat uw heer
en meester eenigen tijd in gesprek is met mijn
secretaris?
Sinds lang maak ik me bezorgd voor hem,
hij ia zoo veranderd, zoo prikkelbaar en somber
geworden.
Sinds wanneer zegt U?
O vooral sinds wij een zuster van mijn
moeder bezocht hebben, juffrouw Grapin
Het slachtoffer van Ledon. Wat, is zij
familie van U?... Ik leef hier van de wereld
afgesloten en weet bijna niets van die zaak
Maar U, die daarin op zoo droevige manier
betrokken werd, u wilt nu misschien wel eens
vertellen wat er eigenlijk gebeurd is, als het
opwekken van die herinneringen u tenminste
niet te pijnlijk is
Gewillig vertelde zij wat ze van de misdaad
wist, maar veel was dat niet. Daarbij had zij
tijdens die vreeselijke uren zooveel geleden, dat
zij geen zekerheid meer had omtrent hetgeen
zij daar gezien en gehoord had.
De hertog luisterde zeer geduldig en scheen
niet -moe te worden van al de bizonderheden.
Als ze aarzelde of te vlug over een zaak heen
stapte, drong hij aan:
Denk eens goed na. En waarom dit, waarom
dat...?
Maar Mareelle had alles verteld wat ze wist
en opnieuw vroeg ze nu naar haar man.
O roep hem! Roep hem onmiddellijk.
Zij scheen zoo ongelukkig dat de hertog
opnieuw telefoneerde.
Toen ontving zij het meest onvoorziene, het
zonderlingste antwoord dat ze had kunnen ver
wachten: Graaf van Renemburg was niet meer
ln 't Karelshof.
Volgens den hertog had Wilhelm zijn secre
taris opgedragen de gravin te bewegen naar
huis terug te heeren, want de graaf zou alleen
gaan.
Zei ik u niet, dat hij u niet waard was
Gravin?... Wij zelf zijn verlegen met hem,
want je zou zeggen dat er geen druppel bloed ln
hem zit van onze oud-adellijke familie....
Arme Wilhelm
En als dat zoo doorgaat, vervolgde de
hertog op denzelfden gewichtigen toon, dan
breken we met heem, of uw charmante tusschen-
komst zou dat moeten beletten
Mareelle scheen maar weinig gevleid door de
complimenten van den hertog, misschien zelfs
luisterde zij er niet eens naar.
Ik gaik moet vertrekken, misschim
is hij al thuis. Hij kan wel ziek zijn en mijn
ouders zijn uitgegaan, dus is er niemand om
hem te verzorgen.
Ze keek voer zich heen. Zelfs de deuren
waren bedekt met tapijten en ze herinnerde
zich niet meer door welke zij was gekomen.
En toch wilde ze onmiddellijk vertrekken.
Vreemd dat de hertog haar niet hielp door den
uitgang aan te wijzen.
Met bevende stem vroeg ze daarnaar. Maar in
plaats van haar te antwoorden, ging hij met den
rug tegen den scheersteenmantel staan, met
het bovenlijf achterover en de armen over de
borst gekruist.
Zij herhaalde haar vraag:
Wilt u mij uitgeleide doen?
Uitgeleide doen? Zou ik...
Hij zei dit met gedempte stem, alsof hij
met zich zelf beraadslaagde.
Begrijpt u clan niet dat ik onmiddellijk
vertrekken wil?
Ze wil onmiddellijk vertrekkenher
haalde hij nog op demzelfden toon.
Hij scheen na te denken.
Die zonderlinge houding deed haar de schrik
om 't hart slaan.
Had Wilhelm niet gezegd „Wees sterk!" Had
hij misschien voorzien dat zij vreeselijke dingen
ondervinden zou?
De verschrikkelijkste gedachten kwamen in
haaa- op. Radeloos wierp zij zich op de knieën
vóór den hertog en smeekte:
Laat mij heengaan! Ik bezweer het U,
laat me gaan?
Toen werd hij plots weer de waardige en
galante hertog.
Gerechte hemel, mevrouw, stap op, bid ik
U. Waarom valt u radeloos voor me op de
knieën. Houdt u dit huis dan vooa* een roo
vershol? Het is geen oogenblik in me opgeko
men u hier te weerhouden. Komt u maar mee
gravin. Het spijt me geweldig dat u 'n liorte
verstrooiing van me op die wijze opvat! Indien
u mij beter kendet, zoudt u zich niet ongerust
maken Maar waar zou het toe dienen over
me zelf te spreken? U denkt alleen nog maar
aan Wilhelm en uw liefde voor hem maakt dat
u me voor 'n boeman aanziet. U voor mij op de
knieën, U
Iliji ging haar voor, schoof het tapijtwerk
vaneen met evenveel gemak als graaf van
Renemburg dat gedaan had en Mareelle kon het-
vertrek verlaten.
Zij was er intussclien van overtuigd dat de
hertog haar belogen had en dat hij er over ge
dacht had haar gevangen te houden. In die
meening werd ze nog gesterkt, toen ze langs
de galerij in de groote hall kwam, waar het
bijna duister was, nu bet buiten reeds sche
merde.
Daar kwam plotseling iemand als uit een
hoek te voorschijn en scheen haar het door
gaan te willen beletten. De hertog zag zich ge
noodzaakt den onbekende eenige fluisterende
woorden toe te spreken.
Daarop zei hij tot de gravin, gebood haar
eigenlijk meer:
Kom mevrouw!
Als in een droom liep ze de treden van het
bordes af waar onderaan de auto haar wachtte.
De hertog gaf voor aan niemand de eer te
willen afstaan om haar het portier te openen.
Schrikachtig keek Mareelle om zich heen,
rnaar zag de geheimzinnigen man, die haar
in de hall had willen tegenhouden, niet meer
terug. Ze stapte in den auto, het portier werd
gesloten en ze reed weg.
Toen ze v?eer de bekende straten zag, bekwam
zo eenigszins. Ze opende het raampje, want za
had behoefte aan lucht.
O wat was ik bang! Neen, nooit ben
ik zoo beangst geweest!
Toch besloot ze niets van haar avontuur te
vertellen aan haar ouders, noch zelfs aan baar
man. Wél nam zij zich heilig voor nooit meer
een voet te zetten in dat schrikaanjagende
Karelshof.
Thuis gekomen was haar eerste vraag:
Is mijnheer de graaf er al?
Hector antwoordde haar:
Neen mevrouw de gravin, mijnheer is nog
niet terug.
Een gedempte angstkreet ontsnapte haar.
De chauffeur keek haar aan. Hector glim
lachte. De gravin Wilde haar ongerustheid zoo
veel mogelijk verbergen en ging haastig met
gebogen hoofd naar binnen. Aanstonds begaf
zij zich naar haar kamer, waar ze lang peinzend
neerzat en zich vastklampte aan de gedachte:
Hij; kan neg komen Hij is misschien
onderwegWat zou hem kunnen verhinderen
te komen?Maar ook dacht ze aan zijn
bleeke, ontdane trekken en dat wakkerde haar
angst opnieuw aan. Waartoe echter diende die
bezorgdheid, kon hij niet weldra heelhuids terug
zijn?
(Wordt vervolgd).