I FEUILLETON I DE BEGROOTING VAN WATERSTAAT KONING MANDRIJN WOEMSDAG 10 APRIL 1929 DERDE BLAD PAGINA 3 MINISTER BEELAERTS VAN BLOKLAND EN DE REGEERING DE NEDERLANDSCHE BANK MARKTBERICHTEN. Rl VIERTIJ DINGEN. I EERSTE KAMER WIJZIGING IN DE INDISCHE STAATSREGELING? Het was een heele korte vergadering. Onze Senaat telt wijze mannen, die blijk geven door drongen te zijn van de waarlieid, dat een machine niet dadelijk op volle kracht moet loo- pen. Twee uur vergaderen om te beginnen is dan ook heel mooi. Bij den aanvang van de ver gadering werd er door den griffier een brief voorgelezen van den minister-president, die den heeren niet direct aangenaam zal zijn geweest. Na afhandeling van de begrootingen van Waterstaat en Arbeid staan er op de agenda, de Indische begrooting en de wetsontwerpen betrekking hebbende op de wijziging van een aantal artikelen van de Indische staatsregeling, Op 5 Maart heeft de Eerste Kamer op voorstel van den heer Mendels met 18 tegen 12 stem men beslist om bij de algemeene beschouwingen Over de staatsbegrooting geen beschouwingen te houden over het Indische staatsbeleid. Dit zou in den breedsten omvang plaats kunnen hebben bij de Indische begrooting en de boven genoemde ontwerpen die gelijktijdig behan deld zouden worden. De voorzitter zou inge- iyolge dit kamerbesluit, de regeering uitnoodi- gen om in baar geheel bij de behandeling tegen woordig te zijn, zoodat de gebeele regeering in de discussie betrokken zou kunnen worden. Het Was een eenigszins vreemd voorstel, omdat daardoor, wanneer de regeering er tenminste gevolg aan zou geven, een precedent geschapen Werd. Volgende jaren zou men een gelijke uit hoodiging bij de behandeling van iedere begroo ting kunnen doen, als een van de leden slechts peiging gevoelde om daarbij en niet bij de al- ineene beschouwingen het staatsbeleid op een bepaald punt, zooals onderwijs, salarisregeling enz. ter sprake te brengen. Wij betreurden dit kamerbesluit van 5 Maart, omdat als de regee ring er gevolg aangaf de behandeling van die kwesties veel meer relief zou krijgen, In de Tweede Kamer zijn zoowel de begrooting als de wetsontwerpen behandeld met minister Ko ningsberger alleen. Wanneer nu d>e geheele re- peering er bij zou komen, zou dit weer onnoo- dige onrust verwekken in Indië. Dit moet voor komen worden, want de ontwerpen zijn reeds bet gevolg van door de regeering verwekte onrust. Toen bij de behandeling van de begrooting de Utrechtsehe documentenkwestie ter sprake kwam vroeg, de heer van Lanscbot, en naar onze meening in dit geval terecht, waar de re geering was, omdat In de Tweede Kamer ook alle ministers aanwezig waren bij de regeerings- Yerklaring. Minister Beelaerts van Blokland antwoordde toen, niettegenstaande hij alleen Was: „De regeering is bier." In zijn schrijven aan de Kamer heeft minister de Geer ongeveer hetzelfde gezegd, door mede te deelen op het verzoek van den voorzitter, dat de regeering bij de behan deling van de begrooting en de ontwerpen tegenwoordig zou zijn inden persoon van den- minister van Koloniën. Als men een van de ministers een bepaalde vraag zou Willen stellen, dan zou die minister komen en ■KT op antwoorden. Om meer cachet te geven aan bet geheel komen de ministers dus niet. De Kamer kan Let niet eischen, zij kan het slechts vragen en de regeering heeft het verzoek beleefd, maar ook zeer beslist afgewezen. Of de voorsteller en de leden, die hem gesteund hebben er nog op terug zullen komen dient te worden afge wacht. Gisteren heeft niemand daarover het woord gevraagd. Een poging van den Senaat om meer directen invloed te krijgen op de leiding van 's lands zaken is daardoor mislukt, want de opzet was geen andere, dan dat de Eerste Kamer nu een3 aan de regeering en aan de Tweede Kamer zou uiteenzetten langs welke lijnen Indië in de toekomst bestuurd zou moeten worden. Men kan dit nu nog doen, maar alleen tegenover den minister van Koloniën, en dat maakt naar buiten niet zoo'n indruk. Het was natuurlijk bloot toeval, dat na voorlezing van dezen brief de begrooting van Waterstaat aan de orde kwam, waarvan reeds lang vaststaat, dat de Eerste Kamer er hoogst ontevreden over was. Het bad er nu den schijn van, alsof de Kamer op dezen bewindsman eens haar woede wilde koelen over dit geweigerd verzoek. Dat is ech ter onjuist. Van de heeren de Muralt en Moltmaker, die gesproken hebben heeft de minister geen vrien delijk woord gehad. Volgens den heer de Muralt moet er een eind komen aan het gemoord bij de onbewaakte overwegen. Evenals het vorige jaar heeft hij een motie ingediend, waarin hij de Kamer vraagt als haar wensch uit te spre ken, dat alle verharde wegen in onze hoofd spoorwegen bewaakt moeten worden. In de eerste plaats dient echter de vraag be antwoord, wat hier te lande onder hoofdspoor- weg verstaan wordt. Zijn dit alleen lijnen waar over internationale treinen loopen, of zijn het alle lijnen waar, zij het ook maar eenmaal per dag, een sneltrein loopt. Als dat niet eerst is uitgemaakt is het onmogelijk voor een derge lijke motie te stemmen; het beroep op zijn medeleden om hem te steunen zal dan ook wel tevergeefseli zijn, tenzij men dezen bewindsman beslist een echec wil bezorgen. Do heer Moltmaker was als bezoldigd voor zitter van de Nederl. Vereeniging van spoor ed trampersoneel in functie toen hij op krach tige wijze opkwam voor de personeelsbelangen. In het bijzonder ging hij te keer 'tegen.de Ver eeniging van Werkgevers op tramweggebied, waartegen de minister niet opgewassen is. Wat hij mededeelde over den steun, die de Rotterdamsche tramwegmaatschappij van re geering of publieke lichamen gekregen had was wel heel meerkwaardig. De cijfers zijn natuur lijk door ons niet te controleeren, maar vol gens hem heeft deze maatschappij in het geheel 12 millioen gekregen uit de publieke kas, ter wijl de balanswaarde van alle bezittingen der maatschappij slechts 11 millioen is. Met deze begrooting zijn we vermoedelijk niet gauw klaar, zoodat er gelegenheid genoeg be staat om er op terug te komen. De heer T. Reymer was na lange afwezigheid en hersteld van een zware ziekte voor het eerst weer aanwezig en werd door zijn medeleden hartelijk welkom geheeten. VOOR MOBILISATIE-INVALIDEN EN HUN NABESTAANDEN Een groote landelijke actie Het Alzijdig Nationaal Comité tot verkrij ging van recht voor de Mobilisatie-Invaliden en hun Nabestaanden, bereidt een groote lan delijke actie voor, waar het zich met de hou ding, die de Regeering aanneemt jegens de mobilisatie-slachtoffers, niet fean vereenigen. In verschillende groote steden en plaatsen van ons land zullen openbare vergaderingen worden belegd en plaatselijke Comité's wor den gevormd. Een voorspel tot de Fransche Revolutie, door MAY WYNNE (Geautoriseerde vertaling). 3G.) En u zelf niet den minste, merkte Raoul op, toen ze snikkend eindigde, Monsieur, kreunde ze, indien u werkelijk medelijden hebt met iemand, die zulke lage be doelingen heeft gehad met een edel mensch, o, ik smeek u, dood me dan hier op deze plaats, opdat ik de schande van mijn verraad niet mo ge beleven. Zij zag zijn gezicht niet en nog minder de groote vreugde in zijn oogen. Haar eigen oogen hingen vol tranen. U hebt uw verhari nog niet heelemaal be ëindigd.... of moeten we het een biecht noe men, vroeg hij ver' ouwelijk zacht. Ik zou graag willen dat u s ig een vraag zou willen be antwoorden, mademoiselle. Een vraag? antwoordde ze troosteloos. Ze vroeg zich verbaasd af of daarmede tevens de uitbarsting van zijn woede zou worden inge luid, of welke nieuwe schande ze zou beleven aan zijn onderzoekende woorden. Wat kon hij haar te vragen hebben? Niets anders, dan de sleutel naar heel deze hare geschiedenis, zei hij. En dat is: Waarom zou u, nadat u al dien tijd zoo doelbewust uw tragedie hebt doorgevoerd, op dit laatste mo ment, dat de rat al voor de val zit, aarzelen de klep te laten vallen? Bedoelt u, waarom ik dit alles heb ver teld? Ja! Zij zweeg, maar liet haar gezicht niet zien. Dusdusu hebt niets gezien? fluisterde ze. Nu was het zijn beurt om te aarzelen. Er zijn sommige dingen, die noodwendig oen bevestiging'behoeven om tot volle grootte te kunnen komen, antwoordde hij. Want op hun terrein zijn vergissingen fataal. En het men- schelijk hart dwaalt zoo vaak, omdat het in an deren meent te beluisteren, wat niets anders bleek dan de echo van eigen zielsmuziek. Dan zal ik het u vertellen, riep Claude Ineens woest uit. Ze zag hem nu eerlijk in de Pogen en wierp haar donkere lokken met een fier gebaar in haar hals, en zei kalm, met een trots in haar stem, die hem niet ontging; Omdat ik den man, dien ik wenschte op te offeren en te verraden, heb leeren beminnen. Maar onmiddellijk daarna snikte ze het uit van schaamte. De Pontenac lag op hetzelfde oogenblik vol zelfverwijt over dezen bruten eisch voor haar op zijn knieën. Claude! Claude, smeekte hij. Vergeef me, vergeef me, lieveling. Mijn hart verlangde zoo naar die zoete woorden, dat het de wetten dei- betamelijkheid overschreed, dat het niet achtte op vrouwelijken schroom, oh! als jij op jouw beurt eens wist, wat die woorden voor mij be- teekenen! Begrijp je dan niet, dat ik geen woorden vinden kan, om mijn vreugde uit te zeggen om het feit, dat ik, een verworpeling, een" vogel vrije struikroover, de schimp en schande van het geheele hof, met niets anders voor oogen dan een spoedigeu schandelijken dood, de lief de heb mogen winnen van liet edelste meisje dat ik ooit mocht ontmoeten? De tranen lagen nog op haar wangen, maar er begon reeds iets te dagen in het droeve mys terie van liaaT leven. Maar.ik was toch van plan.je. te.te verraden, zei ze ontsteld Dat kon je immers niet, omdat je door liefde was overwonnen, zei hij lachend. Heeft die ook mij niet op mijn knieën geworpen om jou mijn hulde te brengen, mijn koningin? La ten we op het oogenblik aan niets anders den ken dan aan het feit, dat juist de liefde ten slotte alles heeft overwonnen..., en goedge maakt. En.... je wil me dus vergeven? Hij lachte eens hartelijk om haar vrees. Een lach die rinkelend door het dal tuimelde, die overgenomen werd door een zotte vink en weer kaatste op de spelende golfjes van de beek. Een lach van zonneschijn, geluk en jeugd. Tot aan mijn dood zal Ik alle heiligen danken, dat ze jou de gedachte hebben inge geven om mij naar Fontainebleau te voeren. Tenslotte is je plan nog uitstekend geslaagd, want wie is grooter gevangene .dan de min naar? Claude schudde het hoofd. Nee, nee, het was werkelijk een duivels- fluistering, die toen mijn oor bereikte, zucht te ze. Dat wil ik niet aannemen, lief kind. Geen duivelsgedachte dreef je naar mij, toen je In uiterste wanhoop was en in mateloos verdriet. Je zocht naar een uitkomst en vond den schijn van rechtvaardigheid in je tocht naar koning Mandrijn. En het licht van de waarheid in ridder Raoul de Pontenac. VERLICHTING INGETREDEN Om te beginnen met de positie van de Neder- landscbe Bank ten opzichte van het buitenland, welke den laatsten tijd bijna uitsluitend de aandacht heeft getrokken: hier is het getij in d8 afgeloopen week gekeerd of liever getem perd. Het verloop der wisselkoersen in ds jong ste dagen heeft zulks reeds deen bevroeden trouwens. De buitengewone spanning, die vlak vóór en ook na de disconto ver verhoo ging door de Nederlandsche Bank op de wisselmarkt heerschte, is veel minder gewor den, vooral wat het pond sterling betreft. De ontwikkeling van den dollarkoers is nog niet zoo voorspoedig, 'doch met 2.49is men toch eenigszins uit de nabijheid van het gouduitvoer- punt geraakt. Van deze omstandigheden heeft de centrale bank thans gebruik gemaakt tot aankoop van eenig goudswaardig materiaal over te gaan, te oordeeleu naar de vermeerde ring der diverse rekeningen in het actief met ƒ13 millioen tot ƒ57.3 millioen. Daar hier tegenover echter een daling van den buitenland- schen wisselvoorraad staat van 3.93 tot 28.7 millioen, heeft de aanwinst per saldo ƒ7.8 mil lioen bedragen. Dit bedrag zinkt weliswaar in het niet bij het totaal der ongewoon groote materiaalafgiften in de laatste maanden, doch is niettemin van belang, indien we er een symptoom in mogen zien van een eindelijken ommekeer in de wisselverhoudingen. De goudvoorraad is andermaal etationnair gebleven. De druk, van binnenlandsche zijde op de Bank uitgeoefend, was verleden week bijzonder groot. Het viel toen wel heel ongunstig, dat, tegelijk met den toch al zwaren Maart-ultimo, de behoeften van liet Rijk aan middelen in ver band met de aflossing der dollarleening bij zonder groot waren, zoodat voor 40 millioen schatkistpapier bij de bank ondergebracht moest worden. Hiervan is thans een vierde deel afgelost, doch nu dit in de binnenlandsche wisseiportefeuille, die ongeveer gelijk bleef, niet tot uitdrukking komt, blijkt het bedrijfs leven als credietnemer voor dit bedrag in de plaats te zijn getreden. Laat men het Rijk, dat op het oogenblik in een uitzonderlijke positie verkeert (het rente loos voorschot werd deze week met nog een goede ƒ6 millioen uitgebreid), buiten beschou wing, dan blijkt niettemin de afbouw van den ultimo nog niet bijster vlot te gaan. De heer- schende geldschaarechte blijkt aan de passief zijde ook nog uit de inkrimping de.r rekening- courant-saldi met ongeveer 7 millioen. De bankbiljettenomioop hon met een goede ƒ24 millioen ingekrompen worden, dank zij voornamelijk de afneming der beleeningen. LEIDEN, 9 April. Varkens aangevoerd 390 stuks. Prijs zware SI—82 ct„ licht 7880 ct„ zouters 82—85 ct. per kg. Handel matig. Enkele beste varkens 1 ct boven noteering. ROTTERDAM, 9 April. De prijzen heden be steed aan de Coöp. Tuinbouwveiling Rotterdam en Omstreken, G. A. waren als volgt: Holl. kas- komkommers le srt. 2223, 2e srt. 1821, 3e srt. 1313, IIoll. platglaskomko-mmers le srt. 27, 2e srt. 22, 3e srt. 18, sla (Leduc) le srt. 12.5014.20, 2e srt. 5.40, (Meikoning) le srt. ?-4019, 2e srt. f 4.5013.70, kassnijboonen 3.50, alles per 100 stuks, komkommerstek 17 29 per 100 kg., slavellen 2751 ct., spinazie 19—25 ct., dunsel 37 et., postelein 39—41 ct, alles per kg. DE HERZIENING DER TELEFOON TARIEVEN ragen aan den Minister Door den heer Briët, zijn aan den Minister van Waterstaat de volgende vragen gesteld: I. Is het den minister bekend, dat vele orga nisaties, welke advies hebben gegeven ten aan zien van de aangekondigde herziening 'der tele foontarieven, van meening zijn geweest, dat de bestaande streeknetten behouden, zouden blij ven en met nieuwe zouden kunnen worden ver meerderd II. Is het den minister bekend, dat na de ver gadering, op 7 Maart door het Hoofdbestuur der Posterijen belegd, aan zeer velen duidelijk is geworden, dat bij een tarief per locaal gesprek geen meerdere stróeknetten kunnen worden ge- voimd en bestaande zullen worden opgeheven? III. Is de ministei bereid zijn beslissing op te schorten, totdat deze organisaties, na dien aangaande voldoende te zijn ingelicht, nog maals gelegenheid hebben ontvangen haar advies vast te stellen? RIJNVRACHTEN. Weekbericht van 31 Maart tot en met G April. De aanvoeren van zeezijde bleven onge wijzigd. Scheepsruimte bleef bij matige vraag vol doende beschikbaar. De ertsvrachten bedroegen gemiddeld ƒ0.80 en ƒ0.90 met resp. 4 en 8 losdagen. Naar den Bovenrijn werd uitsluitend in daghuur bevracht op basis van 3 h 3% ets. per ton. Diverse schepen werden gecharterd op basis van M. 1.60, daarna M. 1.40 per ton, om in de Ruhrhavens kolen te gaan laden. Het sleeploon werd gemiddeld genoteerd volgens het 35 ets. tarief. De waterstand bleef nagenoeg onveranderd, afwisselend vallend en wassend. Naar den Bovenrijn werd op M. 2 M. 2.10 en naar den Benedenrijn op maximum M. 2.80 afgeladen. In de Ruhrhavens bleven de verschepingen van kolen onverminderd zeer levendig. De be schikbare scheepsruimte nam toe. De vracht voor exportkolen naar Rotterdam liep terug tot M. 1.G0 per ton inclusief sleepen. HANSWEERT, 9 April. Gepasseerd vóór 4 uur en bestemd voor: ROTTERDAM: st. Trouw doet Blijken; st. Telegraaf IS; st. Morgenster; Vios, v. Boekelen Govert Jan Willem, Oele; Margarethe, Britz; W. T. A. G. 85. Hatzmann; Mannheim 39, Hof- mann; Alberddna, Reymers. AMSTERDAM: Macobeja, Peters; st. Stad Amsterdam 3; SCHOORL: Alida Cornelia, Ak kerman; HEUSDEN: Spera, Booy; GRONIN GEN: Rival, Dommin; SLIKKERVEER: Capri- corne, Ebling; HANSWEERT: st. Tijdstroom: DONGEN: Voorzorg, de Ronde; LEEUW AR DEN: st. Secunda Spes; ROS'SUM: Margueritke, v. d. Meersche: WASPIK: Padua, Mertens; HALFWEG: Justine, de Reus; DORDRECHT: st. Christina; Stad Tiel 2, Jolie; Frama, Nells; Adjo, de Boer; UTRECHT: 4 Gebroeders, Tim mermans; Wilhelmina Albertina, Wind; st. 3 Gebroeders; DELFT: st. Didi; SCHIEDAM: st. Aleida; ZWIJNDRECHT: Dipping 2, van Keulen: 'S-BOSCH: st. Resolute 2; SCHERPE- NISSE: st. 4 Gebroeders. DUITSCHLAND: Gleconjoan, Jorens: Cle mentine, V. d. Wezemael; 6 Gebroeders, Norbart; Besiam, v. Strydonclc; Rheinfahrt 14, Weiss; Jules Joseph, Albrechts; Taunus, Krlesels; Astarte, Rlesenacker; Metropole, Rupp; Naval, v. Kerkhoven: Dependant, Kerkhoff; Laos, Schoots; Martha, Oom; Jaguar, de Heldt; Erra- tique, v. d. Plas. BELGIE: st. Verwisseling; St. Poseidon; st. Cornellsst. Jan; st. Rijn Schelde; st. 7 Ge broeders; st. Zwerver; st. Telegraaf 15; st. Zorg en Vlijt; st. Nieuwe Zorg; sL Vesta; st Les cinq frèresst. Dipping 4; st. Jannetje; st. Juma; st. Adriana; st. Era; st. Energie; st. Spes Salutis; st. Helena Jacotoa; st. Stad Amsterdam 6; st. Jenneke; st. Cornelia; Prudence, Muller; Fiducia, de Jong; Blanche, v. d. Abbeele; Madonna, Dom- dorf; Angerjo, Rosenbrand; Bona Fide, Lam mes; Naphta 3, Gerdelmann; Naphta 5, Wetzel; Marivaux, Degenhart; Albatros 4, Robbemond; Hejo, de Bont; Oso 3, de Jong; Vriendschap, Besjes; Risico, Kamp; Johanna, v. d. Enden; Damco 8, Grenwis; Antonin, v. Weelde; Baden 42, Schwarz; Bertha, Cop; Tra jan, v. Driel; Aug'ust, Beeckmans; Griendtsveen 14, Grupper; Gerta, Marjot; Maria, v. Sabbcn; Justitia-, Bal; Josephine, v. d. Wygert; Marie, Bierhaus Schwaiben 3, Zimmermann; Geranco, Honcoop Stad Aalst, Hoogesteger; Emmanuel, Fansse Sara Maria, Jongekrijg; Mannheim, Wehner Petronella, v. Eyken; Maria, Windey; Confiance Clauwert; Fluviale 40, Versfeld; Amimon 2, v Capelieveen; Tipolo, v. d. Bempt; Nautilus 1 Rouge; Cornells, 't Hart; Saphlr, v. d. Dussen- Scheldestad, Somers. LCBITH, 9 April. Gepasseerd en bestemd voor; ROTTERDAM: stoomschepen: Midgard, Een dracht, Spes, Elisabeth, Rheinfahrt XI, Fiat 12, Legia, Liena, Fiat 9, de Gruyter 7, K.' Vaart 1, Pasteur, Mazarin, Buffcn, Obernai, K. Vaart 2 Claude Bernard, Westrl, Zaanland, ohanna, Anna Agnes, Tigre; Ggeertruida. v. Kessel; Rheinfahrt 7, Niel; de Hoop, Oosse: Johanna Margaretha, Braamkolk; Victoria, Duven; Jurgens XI, Wil ling; Caroline Henriette, v. Megen; Rheinfahrt 3, Stromberger: Atreus, Geil; Walburgia Sophia, Werner; stoomschepen: Adda, Actief, Cornelia, Attractie, Martin, Rotterdam, Paula 2, M. Stinnes I, Bavaria, Njord 1, M. Stinnes 4; Spes. Buitink, Energie 4, Nohl; Rosa, Bell; st. Nóordkaap; st. Raab Karcher 7; st. Dwina; st. Heinricli Halm; st. Arnhem; st. Seam 1; st. Drente; Raab Kar- cher 19, Specht; id. 35, Schmidt; D A P G 6, Leuthner; Sao Antonio, Jansen; Damco 26, Ren- nings: Katharina, Winter; Augusta, Schmidt; Salandia, Witte; Columbus 2, Stapf; Badenia 26, Adles; Viema, Petri; Lekstroom 10, Broekhuizen Wormatia, Sehuller; Saturnus, Evers; Gelderland 3, KesselheimGeziena. Vegter; Schumann, Co- mans; Harpen 11, Küppes; Elgeria, Touw; Eros, de Beyer; Toleranz, Mechelen; Animo, van Oos- terom; Walsum 24, Adams; R S G 7, Wacher;; Ludwig, Pauls; Neptun 31, Witter; Stephanie, de Bot; Rijnzeevaart 13, Dieckeman; Atlantic, Wirges; Polaire, Sluimer; Esmeralda, Wem- mers; Emigkeit, Ochs; MAURIK: Jansje, Bret- voort; DOET1NCHEM: Elisabeth. Panjes;. UTRECHT: Bernardine, Bogerd; AMSTERDAM:' Lahnthal, Dehe; DEN HAAG: Trekvogel, Ha- rink; Meta, Meyer; SLUISKIL: Rhenania 14, Schmitt; HER WIJNEN: Stella Maris, de Jong; STAVENISSE: Verwisseling, Düym; NIJME GEN: Eendracht, Stoter; ZAANDAM: Charlois XI, Oosterwijk; LOBITH: St Jozef, v. Steen: ZWOLLE: Wongo, v. Oeveren; HAARLEM:! Katharina Dina, Anker; GRONINGEN: Climax, de Jonge: MALBURGEN: St Jan, de Jong;, HETEREN: Henri, v. d. Vlerk; BUIKSLOOT:j Adjo, Bosma; DE HEEN: Volhouder, Wygand;' DEN HAAG: Pieternella Maria, de Wachter;! VEGHEL: Koekelberg, Besjes; DEN OEVER:1 Goede Hoop, de Waard't; AMSTERDAM: Viator, Oudakker; Joma, Oudakker; st. Jagerswijk MIL- LINGEN: Johanna 8, Sanders; DEN OEVER: Cornelia Hendrika, v. Buren; EEMBRUG: Ver andering. Meinen; DEN HAAG: Onderneming, van der Meer; DELFT: Marretje, Baars; HAR- LING EN; Niederwald, Hutflies; VREESWIJK: Eben Ezer, Le Sage; DORDRECHT: Mlco, van der Zee; SCHIEDAM: Wanda Waltraut, Held- man; AMSTERDAM: Baden 2, Gries; LOBITH Joseph Friedrieh, Adler. BELGIS: Jacoba Cornelia, Raukamp; Theo, Kuypers; Theodora, v. Es; Dorothea, v. Deurzen:'1 Gute Gunst, Geos; Pama, Oerlemans; Bernadotte, Klein; Lalande, de Haas; Germania 2, Lonsdor- fer; Tilly, Lonsdorier; Netta, Berben; Pharailda, Haems; Scheldevrü, Michiels; Celina, Wyck- mans; Clementine, Haems; Espace, Jansen; Ma- thilde, v. Dort; Emma, de Mey; Cleinenee, Kos ter; Fomaïhout, Fischer; Stad Namen, Reyniers:! R W 5, Slotboom; James Emsor, Greete; Jef Lambeaux, ten Cale; Nautilus 2, Wanders; Mer cator, v. Weelde; Gustaaf, Offenberg; Scaldis 2,, Frenks; Charjes, de Roeck; Stad Straatsburg,! Rycquart; Celina, Bosnians; Phenix Rhenan 9, Gouthier; Hedrima, Koenen; Adio, Rosch; Dus- seldorf, Beckhaus; Julia, van Steen. DUITSCHLAND: Maria, Hoekstra; Adriana, Veenrna: Otto Heinricli, Heibel; Schiltborn, Koch; Littoral, v. Ilussen; Desideria, Mtlssig; i Jurgens 12, v. Lier; Jurgens 9, de Bruyn; Nas- sovia, Hfrschmann; St Maria, Ermers; Onder-1 neming, de Waal; stoomschepen: Rijnschekle 1' en G, Hanie 12, Liinburgia, Wervicq, K. Vaart' 17, 13 en 8, Willem Marie, Willem Marinus; Jeannette, Rekkers; St Antonius, v. Thiel; Wil helmina, Paal; Cornelia Dingena, Hofman; Irene, I v. Gaever; Helvetia, Bal; Infatigable, Mees; Adriana, Thonissen; Trois Frères, Boer; stoom schepen: Hollandia, Siegfried, Willem 1, Meer wijk, Stella, Steenwijk, Randwijk, Beverwijk, Stompwijk, Industrie 2, Mannheim, Harmonie 5, Wijkdienst 9. de Hair; Westerschelde, Bos; Wijk dienst 26, Wust; id. 16, Bouwens; id. 5, v. Rossum; Elisabeth, Bos; Amazone, Boom; Rhein- strom. Fendel; Dankbaarheid, Lenninga; st. Nij megen; Germania. Schoolmeester; D A P G 8, ie,hnerLena Maria. Kemperman; Derunaphta 2, Schmidt; Henriette, van Dongen. Toen, met groote, blijde oogen; Ben je werkelijk blij, dat 'Jk ben geko_ men.... met dat doel? o Raoul, ik dacht niet anders, dan dat je xne zou hebben ver vloekt.... dat je me voor goed verstooten zou hebben. Dat kun je nu vvel zeggen, toch zul je moe ten bekennen, dat je niet wanhoopte aan de macht der liefde. Hij legde zijn arm om haar heen. Haar hoofd zocht den milden steun van zijn schouder. Toen was ze geheel gelukkig. Nog altijd hing er een schaduw voor hun geluk. Toch Is het alles heel anders dan ik had gedacht. Mijn liefde ging uR naar een x'idder dapper, fier, eerlijken ik kende me zelf maar al te goed als een spion, een verraad ster.zoo laag '»tin karakter, dat ik mijn slechte plannen zeker ten uitvoer zou hebben gebracht en men later vol verontwaardiging den naam zou noemen van Claude de Frésci- ues. Zoo mag je niet spreken, zei de Pontenac ernstig. Jij bent nog een kind, dat even door de golven van het groote leven was meegesleurd en zich te gemakkelijk liet breken en heen en weer slingeren. Je behoorde tot een van die wrak- geslagen zielen, die zlcli willoos laten meevoe ren naar ds verdrietige afgronden der wanhoop. En dan, verstoken van de eenige bescherming die je kende, een vader, die zijn dochter nooit aan de bekoring van zijn gevaarlijke gasten had mogen blootstellen. Mijn witte wonder blijft, dat je ondanks alles toch gebleven bent mijn smettelooze lelie, niet verzengd in de hit te van die laaiende hartstochten, niet ver scheurd door laster en jaloesie. De witte lelie, waarnaar schennende handen grepen om je ge wetenloos uit te rukken, je even te dragen en dan weg te (werpen. Daarom alleen zal 11c An- toine d'Orguiet aanklagen als moordenaar en belager van mijn liefste goed. Nu weet ik, dat dit werkelijk liefde is, zei ze. Blij zag ze bem aan en nooit ontving Raoul vriendelijker uitnoodiging tot een omhelzing. Oponihoud. HOOFDSTUK XIV. Na een kort oogenblik van aarzeling liet de Pontenac echter zijn armen weer zinken. Tot Claude's groote verwondering deed hij enkele stappen achteruit en liet hij haar alleen staan in de boogstgespannen verwachting. Hij was lijkbleek en dikke druppels persten door zijn poriën naar zijn voorhoofd. Ook hij had zijn kap achterover geworpen, zoodat ze niet kon twijfelen aan den hevigen tweestrijd, die zich op het oogenblik in hom voltrok. Ik durf niet, fluisterde hij. Ik mag niet. Genadige heilige help me toch om me aan mijn plicht te herinneren.... zeg me toch, dat ik eenmaal Raoul de Pontenac.... was. De blos, die nu door haar wangen drong werd wel het meest veroorzaakt door haar toorn. Wat bedoel je daarmee? vroeg ze, terwijl ze hem niet verborg baar wrok om de aange boden lippen die waren geweigerd. Wat ik bedoel, antwoordde hij op zijn beurt. Mademoiselle is u dat niet volkomen duidelijk? In mijn zwakte heb ik toegegeven aan mijn verlangen om u te mogen beminnen. Ket is nu mijn beurt om n een en ander mee te deelen, indien u zoo goedgunstig zou willen zijn om mij aan te hooren. De nederige houding en hot werkelijk van smart vertrokken gezicht deden haar toorn een beetje ebben. Vertel me alles, zei ze, op denzelfden ver- trouwelijken, iets dwingenden toon, waarmee hij haar daarstraks had uitgenoodigd tot spreken. Toen deed hij liaar het verhaal van Raoul de Pontenac, den onbezorgden ridder uit het rijke, edele Normaudië, die in één nacht zijn vermogen had verloren en zijn plaats tusschen de waardige mannen van het land, ofschoon hij dit laatste te danken had aan een valsehe be schuldiging. Maar valsch of niet, het had hem in ieder geval uit Versailles verdreven, het had van hem gemaakt een roelceloozen wanho pige, wiens hand niets vuriger verlangde, zoo als hij ten minste destijds had gezworen, dan de vaJsche aanklagers, de eerste oorzaken van zijn ellende te benadeelen in hun soort en te wreken, zoodra hem daartoe de gelegenheid zou worden geboden in hun persoon. Van dien eed naar het aanbieden van het l?ider- of koningschap onder een stel strulk- roovers in het bosch van Fontainebleau was ten slotte het werk van enkele uren. En sinds achttien maanden regeerde hij nu hls koning Mandrijn. Zij was juist gekomen in de uren, dat hij geheel was terneergeslagen door de niets ont ziende methoden waarmee de St. Hérèm de ongenade van zijn koning en den spot van de vrienden trachtte ongedaan te maken. De vele dooden onder fijn wakkere mannen, de nutte loosheid van een verder verzet hadden hem aan het denken gezet en hij was dan ook vast van plan geweest voorgoed heen te gaan. Naar Amerika of naar een klooster, dat zou afge hangen hebben van het doorzettingsvermogen van père Bessoit, die zich broodmager had ge vast om dien koning Mandrijn in den hemel te krijgen. -» Toch vermoedde ik reeds van af het eer ste oogenblik iets van de ware toedracht der zaak, ging hij verder. Want het was toch te duidelijk dat een dame van uw stand nooit naar een man van mijn reputatie zou komen om haar minnaar te redden uit den kerker van haar eigen kasteel. Daar zouden immers en kele dukaten Voor den cipier volstaan hebben. Maar mijn vermoedens werden nog beter be waarheid. Ik heb een vriend ik behoef hier zijn naam niet te noemen het zij voldoende dat hij werkelijk mijn vriend is, een heel zeld zame. Die berichtte mij de stellige bevestiging van mijn twijfel. Ze zette verschrikte oogen op. Daar ze een vrouw was en een gewone is het niet te ver wonderen, dat ze natuurlijk wel sprak voordat het verhaal heelemaal ten einde was. En toch bent u gek-omen? riep ze, terwijl u wist, dat ik u zou verraden? Beiden waren zoo verzonken in de overpein zing van deze woorden dat zij niets bemerkten van een zwak gerucht ia het nabije struikge was. Zelfs zagen ze niet de gestalte, die zich behoedzaam lcvvam versteken achter een zwa ren eik, waartegen Claude aanvankelijk wat steun had gezocht. Maar dien zo nu op enkele passen had verlaten om dien wonderlijken man tegemoet te treden, die wist, dat zij hem ter dood had willen leiden en toch was gekomen, tochS Ja, antwoordde de Pontenac en zie hier de verontschuldiging voor mijn gedrag. Ik ge loof werkelijk, mademoiselle, dat de liefde me met haar eeuwige vleugelen had beroerd, toen ik nu ongeveer twee jaar geleden in de Salie de la Paix stond en daar belangstellend in formeerde naar liet nieuwe meisje, dat onze rei schoonheden kwam versterken. Ilc weet nog heel goed welk een pijn ik voelde, toen ik u de kaarten zag opnemen. Ik zie u nog, als een onschuldig kostschoolkind, dat met groote verlegen oogen al die mannen en vrou wen bezag en volgde In hun coquette' woor den en bewegingen, waarvan het niet de helft begreep. En dikwijls, als ik onder de boomen wat Jag te droomen, riep ik dat zelfde beeld weer voor mijn oogen. Dan vroeg ik me zelf af, wat het leven met u ondertusschen had gedaan en ik geloof, dait ik me zelf dikwijls betrapte op een schietgebedje voor een of anderen heilige, dat ze u toch maar mooi en onschuldig mochten houden. Toen ik u dan ook terugzag, kwamen al die oude gevoelens verjongd in mijn hart. (Wordt vervolgd).

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1929 | | pagina 11