FEUILLETON
VERDERFELIJKE
BANDEN.
WOENSDAG 10 APR'L 1929
TWEEDE BLAD
PAGINA 2
R. K. KIESVEREENIGING RIJKS
KIESKRING 'S-GRAVENHAGE
BET AFTREDEN VAN PROF. VERAART
ALS VOORZITTER.
VOOR DE VEILIGHEID TER ZEE
INDIë EN ROME
HET NIEUWE
BEZOLDIGINGSBESLUIT
HET STADHUIS TE LEIDEN
Spoedvergadering van den Centralen Raad.
In een der zalen van het gebouw .Amicitia"
aan bet Weateinde beeft gisterenavond de cen
trale raad van de R. K. Kiesvereeniging Rijks-
kieskring 's Gravenbage een spoedvergadering
gehouden, onder leiding van den voorzitter,
Prof. Dr. J. A, Veraart.
In deze vergadering beeft de secretaris, de
beer W. J. van Dijck, verslag uitgebracht over
do vergadering der samengevoegde Rijkskies
kring-organisaties Amsterdam, Rotterdam en
's Gravenbage, ter vaststelling van de geadvi
seerde candidaten voor de stemming over do
candidatenlijst, welke Inmiddels reeds gepu
bliceerd is. De heer van Dijck verzekerde bier
bij, dat de Haagsche afvaardiging zooveel mo
gelijk haar best heeft gedaan voor het volgen
wan het door den Rijkskieskring 's Gravenbage
rvastgestelde advies.
Vervolgens heeft de heer Veraart, die als
voorzitter van de Rijkskieskrlngorganisatie
Wenschte af te treden, in verband hiermede een
"uitvoerige toespraak tot de aanwezigen gehou
den, welke elders in ons blad is afgedrukt.
Een hartelijk en langdurig applaus volgde op
de rede van Prof. Veraart, wiens woorden trou
wens meermalen onderbroken werden door ap
plaus der aanwezigen.
Vervolgens heeft de secretaris, de heer van
Dijck, zulks bij afwezigheid van den vioe-voor
zitter, mr. Andreoli, die in het buitenland ver
toeft, een hartelijk en welgemeend woord van
afscheid gesproken tot den scheidenden voor
zitter. Spr. bracht hem hulde voor al hetgeen
hij voor R. K. 's-Gravenhage heeft gedaan en
zeide, dat men algemeen overtuigd is, dat prof.
Veraart niet anders kon handelen. Niettemin
is zijn heengaan voor den kieskring een zeer
groot verlies (Donderend applaus).
Tenslotte bood spr. namens het bestuur een
souvenir ter herinninrg aan en namens den cen
tralen raad een bloemenmand. Tevens uitte hij
den wensch dat prof. Veraart Md van dien raad
zal blijven.
Nadat prof. Veraart met een enkel woord op
deze hulde had geantwoord, is de vergadering
gesloten.
DE SCHEIDING VAN NOORD EN ZUID.
Verkeersstagnatie te Moerdijk
De A. N. W. B. deelt mede
Het verkeer op de belangrijke route van Hol
land naar BraJbant heeft op den 2en Paaschdag
weer eens stagnatie ondervonden aan het veer
te Moerdijk. De scheiding tussehen Noord en
Zuid is er opnieuw duidelijk gedemonstreerd.
Er blijken nog andere oorzaken te zijn, diie
den geregedden dienst van dit veer belemmeren,
dan mist en ijs, waardoor in den afgeloopen
winter herhaaldelijk en geruimen tijd het ver
keer daar werd stilgezet Ditmaal was het
slechte weer de oorzaak, dat het veer op
Paasoh-Maandag velen heeft teleur gesteld,
want wegens de stormvlagen kon de nieuwe,
groote veerboot niet aan den onlange gebouw-
den steiger te Willemsdorp aanleggen en de
overtocht over het breed© water moest, zoolang
bet weer zich niet beterde, met de oude, kleine
veerboot geschieden, die haar aanlegplaats na-n
den Hollandsehen oever nog wel bereiken kon.
Het gevolg daarvan is gerweest, dat tal van
automobilisten, die o.p diien dag van druk ver
keer aan den veerstelger kwamen, geruimen
tijd moesten wachten, voordat zij met hun wa
gen een plaats op de te kleine veerboot konden
krijgen.
Degenen dae 's avonds op weg naar huis te
Moerdijk arriveerden, vonden daar aan den
Brabantschen wal de fraaie, nieuwe boot, ver
lokkend met alle lichten op, aan den steiger
liggen, maar moestem tot hun verbazing ver
nemen, dat de veerboot, om de reeds genoemde
reden, niet varen kon em dus geen passagiers
opnam.
Velen hebben daar twee volle uren moeten
wachten voordat ze eindelijk aan de beurt
kwamen en in plaats om kwart vóór achten
werden zij pas om kwart vóór tienen overgezet.
Nog sterker dan zij het reeds waren, werden
deze teleurgestelde» daar, op dien ongerieflijken
avond overtuigd van de dringende noodzakelijk
heid eener vaste verbinding over het Hol-
landsch Diep.
De Nederlandsche delegatie op de
internationale conferentie
Naar wij vernemen, is de Nederlandsche dele
gatie naar de op 16 April a.s. te Londen aan
vangende Internationale conferentie voor de
veiligheid ter zee als volgt samengesteld.
C. Foch, hoofdinspecteur voor de Scheep
vaart, te 's-Gravenhage, voorzitter der dele
gatie;
C. H. de Goeje, oud-hoofdinspecteur van
Scheepvaart in Ned.-Indië, te 's-Gravenhage,
onder-voorzitter
Jr. A, van Driel, scheepsbouwkundig adviseur
bij de scheepvaartinspectie, H. Voorburg, J. A,
Bland van den Berg, inspecteur der kust- en
scheepsradïo-telegrafie, te 's-Gravenhage, Phs,
van Ommeren Jr., President-commissaris van
Phs. van Ommerens scheepvaartbedrijf te Rot
terdam, wonende te Wassenaar, de H. G. J.
Elkens, oud-gezagvoerder ter koopvaardij, te
Haarlem, leden.
Als seereta.ris is aan de delegatie toegevoegd
jhr. H. P. J. Bosch van Drakesteyn, gezant
schapsattaché te Londen.
DE OPLOSSING DER ROMEINSCHE
KWESTIE.
De Centrale Raad ontving, naar „de Koe
rier" meldt, het volgend antwoord op zijn te
legram van Z. H. den Paus, waarin gelukwen-
schen werden aangeboden met de oplossing
van de Romeiasehe kwestie:
President Conseil Central Associations So-
eiales Cathoiliques Weltevreden.
Sa Sainteté Remercie Envoyamt Paternelle
Bénedictlon.
w.g. Card. Gasparri.
We vonden nog het volgende vermakelijke
verhaaltje in de „Koerier''.
Men herinnert zich, hoe de Centrale Raad
een in het Fransch gesteld telegram aan Z. H.
den Paus zond, met geiukwenschen voor de op
lossing van de Romeinsehe kwestie.
Bij de aanbieding van dit telegram aan het
hoofdpostkantoor van de hoofdplaats van
Indië, ontspon zich het vólgend© gesprek:
In welke taal is dit telegram gesteld?
In het Fransch, mijnheer.
Rome? Rome? waar ligt dat ergens?
Rome, mijnheer, is bij mijn weten nog
altijd de hoofdstad van Italië.
En ma deze door den aanbieder verstrekte
Inlichtingen, werd het telegram geaccepteerd
en blijkens het ontvangen antwoord ook ver
zonden naar het voordien bij het Bataviascihe
hoofdpostkantoor onbekende Rome.
HET TELEFOONVERKEER MET INDIë.
Gedurende de maand Maart werden met
Indië gevoerd 95 uitgaande en 173 inkomende
gesprekken.
173 inkomende gesprekken, van de spreekcel
te Amsterdam uit werden in totaal gevoerd
met Bandoeng 15, Semarang 8, Soerabaja 38
en Weltevreden 41 gesprekken.
Voor 's-Gravenhage waren deze cijfers Tesp.
27, 18, 30 en 46; voor Rotterdam 2, 6, 9 en 7.
en voor UtTecht 5, 5, 7 en 4.
Gemiddeld werden per werkdag 11 gesprek
ken gevoerd tegen 10 in Februari. De verbin
ding van het uitgaand tot het inkomend ver
keer was als 1 48.
DE MISHANDELING TE TARAKAN
Er is een vervolging ingesteld
Op de vragen van den heer L. L. H. de Vis
ser, betreffende een door de oouraaten gepu
bliceerd geval van mishandeling te Tarakan,
heeft de heer Koningsberger, Minister van
Koloniën,o.m. het volgende geantwoord:
Blijkens van de Indische Regeerlng ontvan
gen inlichtingen, is door een Europeesch on
derofficier een klacht ingediend, welke in
hoofdzaak overeenkomt met de desbetreffende,
mij bereids bekende courantenberichten.
Of de feiten zich inderdaad zoo hebben toe
gedragen als In de vragen aangegeven, is mij
niet bekend.
Medegedeeld kan worden, dat ter zake van
de mishandeling een vervolging is ingesteld.
Het gerechtelijk onderzoek is beëindigd en bij
eenroeping van den krijgsraad eerlang te ver
wachten.
UIT DE S. D. A. P.
Candidaten voor de Eerste Kamer
DE CUMULATIE VAN FUNCTIES
IN DE PARTIJ
In de Zaterdag gehouden vergadering van het
partijbestuur der S. D. A. P. zijn, blijkens „het
Volk", besprekingen gevoerd over de candi-
daatstelling voor de Eerste Kamerverkiezingen,
daar dit jaar de helft van het aantal Eerste
Kamerleden moet aftreden. Uit de van de ge
westen ontvangen namen van candidaten
maakte het P. B. een voorloopige groslijst op
voor de combinatie Noord-HollandFriesland
en voor de lijstengroep Utrecht, Limburg,
Noord-Brabant en Zeeland. Deze voorloopige
groslijsten zullen aan het oordeel van den Par
tijraad worden onderworpen, welk lichaam de
definitieve candidatenlijsten vaststelt.
In verband met de toezegging van het P. B.
op het laatste congres om een commissie in te
stellen, ten einde het vraagstuk der cumulatie
van functies in de Partij te onderzoeken, be
sloot het P. B. de volgende heeren uit te noo-
dlgen, hierin zitting te nemen: W. Drees, voor
zitter; D. A. van Eek, C. Jacobsen, F. L. Ossen-
dorp, J. Reijnders, W. H. Vliegen, K. Vorrink
en C. Woudenberg, secretaris.
Eveneens besloot men tot het instellen van
een nieuwe commissie, die het landbouwvraag
stuk voor de Partij zal onderzoeken. De volgen-
da heeren zullen worden uitgenoodigd van deze
commissie deel uit te maken: J. F. Ankersmit,
Van Arkel, Aneona, J. C. de Bonte, K. Brok, C.
Ham, P. Hiemstra, L. M. Mansholt, S. Nijholt,
J. Oudegeest, W. van der Sluis, Spaargaren, J.
Kalter, Th. van der Waerden en P. Zeeman.
SNEEVLIET TERECHT.
De gewone werkzaamheden hervat
Het Bestuur van het N.A.S. schrijft ons:
In verhand met de berichten betreffende den
voorzitter van het N.A.S. door de „Tribune"
gelanceerd en door „Het Volk" en „Voor
waarts" overgenomen, deel Ik U hierbij mede,
dat aan Sneevliet op diens verzoek eenige dagen
verlof werd verleend na afloop waarvan deze
zijn gewone werkzaamheden op Maandag 8
April heeft hervat. Sneevliet is zoo weinig met
de Noorderzon vertrokken, dat hij dezer dagen
nog drie vergaderingen heeft toegesproken n.l.
in Hoorn, Beverwijk en Amsterdam.
DE STRADIVARIUS-DOCUMENTEII
Arrestaties te Bergamo
Men herinnert zich, dat in Januari van dit
jaar het bericht kwam van documenten, te
Bergamo gevonden in een geheime lade van
een oude kast, en bevattende notities van den
beroemden vioolbouwer Stradivarius over de
vervaardiging van zijn vermaard gebleven in
strumenten. Daarmee zou het z.g. „geheim
van Stradivarius", dat men verloren waande,
onthuld zijn, zoodat men op grond van deze
documenten weer violen zou kunnen bouwen
van de superioriteit der oude instrumenten.
Na de publicatie van de eerste berichten over
deze vondst duurde het echter niet lang of de
documenten werden door de politie in beslag
genomen. Daarna is de heele zaak in den doof
pot geraakt, maar het onderzoek is toch blijk
baar zijn gang gegaan. Want thans weet de
„Times" te melden, dat te Bergamo twee per
sonen in verband met deze zaak zijn gearres
teerd. Verdere bijzonderheden ontbreken ech-
teerd.
BOOTTREIN N.V. STOOMVAART-MIJ.
„NEDERLAND".
Het Agentschap der N.V, Stoomvaart-Maat
schappij „Nederland", de firma Kuyper, van
Dam Smeer te Rotterdam, meldt, dat de boot
trein van het mailschip „P. C. Hooft", hetwelk
12 dezer te Genua wordt verwacht, Zaterdag
morgen 13 dezer, om 9.52 uur aan het Maas
station te Rotterdam zal aankomen. Aankomst
ite 'sGravenhage 9.45 uur (S.S. station).
DE INDISCHE FILMS VAN MULLENS.
De Minister van Koloniën heeft in opdracht
van de Nederlandsch-Indische regeering aan de
Haghe Film-fabriek Willy Mullens opgedragen
twee complete afdrukken van de door den heer
Mullens in Indië vervaardigde filmwerken.
De copieën hebben een lengte van 15.000 Meter
en zullen moeten dienen bij het onderwijs in
Indië.
VERZOEK OM EEN SPOEDIGE
BESLISSING
Door het bestuur van de Centrale van Ver-
eenigingen van Personeel in 's Rijks Dienst Is
telegrafisch aan den Raad van Ministers ver
zocht, inzake den gecombineerden rang voor
klerk en adjunct-commies bij de Departemen
ten van Algemeen Bestuur en daarmede gelijk
te stellen Inrichtingen wel spoedig een beslis
sing te willen nemen, opdat berekening van het
sinds 1 November 1928 geldende salaris voort
gang ban hebben.
De toelage voor personeel van aam kweek
scholen verbonden leerscholen.
De heer Ketelaar heeft den minister van On
derwijs, Kunsten en Wetenschappen de vol
gende schriftelijke vragen gesteld
1. Is de minister bereid, mede te deelen, om
welke redenen volgens het nieuwe Bezoldl-
gingsbaluit de jaarwedde van het hoofd en de
onderwijzers van een RijksleeTschool of van
een school, welke als ©enige leerschool verbon
den is aan een van Rijkswege gesubsidieerde
gemeentelijke of bijzondere kweekschool voor
onderwijzers en onderwijzeressen, voor zoover
bedoeld hoofd en bedoelde onderwijzers niet
op 31 October 1928 als zoodanig aan bedoelde
leerschool verbonden waren, niet meer, gelijk
volgens het vorige Bezoldigingsbesluit, wordt
vermeerderd met resp. 450 en 250.
2. Is de minister niet van meening, dat het
ook voortaan noodzakelijk zal zijn, de practi
sche opleiding van de leerlingen der kweek
scholen te doen plaats vinden aan daartoe be
paald aangewezen lagere scholen, en dat het
billijk is, het onderwijzend personeel dier
scholen, dat zich met die practische opleiding
belast, daarvoor een belooning toe te kennen?
3. Is de minister, indien hij de voorgaande
vraag iu bevestigenden zin meent te moeten
beantwoorden, bereid te bevorderen, dat het
Bezoldigingsbesluit aldus gewijzigd wordt, dat
uit artikel 9, alinea 1, van hoofdstuk V verval
len de, woorden „mits eerstbedoeld hoofd en
eerstbedoelde onderwijzers op 31 October 1928
als zoodanig aan bedoelde leerschool verbonden
waren", in artikel 13, aliner's 1 en 2, van dit
hoofdstuk de datum 31 October 1928 vervalt en
in plaats van „verbonden waren" wordt gele
zen „verbonden zijn", en de laatste zin der 3de
alinea van belde artikelen vervalt?
4. Indien de Minister voor de toekomst de
bovenbedoelde verhooging van jaarwedde niet
meer noodig mocht achten, is hij dan In ieder
geval bereid te bevorderen, dat de krachtens
het vorige Bezoldigingsbesluit, vóór de bekend
making van het nieuwe Bezoldigingsbesluit
toegekende verhoogingen .van jaarwedde aan
hoofden en onderwijzers van de bovenbedoelde
scholen gehandhaafd worden?
DE NIEUWE BURGEMEESTER VAN
BERGEN OP ZOOM.
De benoeming spoedig te verwachten
Uit wel ingelichte zijde deelt men ons mede,
dat de benoeming van den nieuwen burgemees
ter van Bergen op Zoom binnen zeer korten tijd
te verwachten is en dat het bericht van het
,,D. v. N. B.", volgens hetwelk de burgemeester
van de gemeente Angerlo in die functie zou
worden benoemd, positief tegengesproken kan
worden.
HET BURGEMEESTERSCHAP
VAN IERSEKE.
Naar wij vernemen, bestaan er ernstige plan
nen om de betrekking van voorzitter van het
visscherijbestuur op de Zeeuwsche Stroomen
met het burgemeesterschap van Ierseke te com
bineeren. Voor deze gecombineerde functie zou
ernstig in aanmerking komen het Chr. Hist.
Tweede Kamerlid, de heer J. M. Krijger.
MR. P. J. REYMER.
Het lid der Eerste Kamer mr. P. J. Reymer
heeft gisteren na langdurige afwezigheid we
gens ziekte, de vergadering dier Kamer weder
kunnen hijwonen.
ENGELSCHE
KRUISER TE WILLEMSOORD.
De Engelsche politiekruiser ,,Del" is te Wil
lemsoord aangekomen voor het afhalen van
een aangespoelde Engelsche torpedo.
Het vraagstuk van den herbouw.
EEN LEZING VAN DR. J. C. OVERVOORDE
Voor de Vereeniging Oud-Leiden te Leiden
heeft dr. J. C. Overvoorde, gemeente-archivaris
van Leiden en voorzitter van de afdeeling
A. der Rijkscommissie voor Monumentenzorg,
het stadhuisvraagstuk behandeld.
Bij de bespreking van de vraag, op welke
wijze te voorzien zal zijn in de leemte, dom*
den stadhuisbrand veroorzaakt, moge, aldus spr.
in de eerste plaats op den voorgrond worden
gesteld, dat het raadhuis moet voldoen aan alle
practische eischen van den dienst. Om daar.
aan te kunnen voldoen is de beschikking ver*
eischt over een groot terrein, waarvoor de per-
ceelen aan de Visclimarkt zouden dienen te wor.
den aangekocht.
De zijgevels voorloopig buiten beschouwing
latende, meende spr., dat er dan drie hoofd
punten te behandelen zijn: lo. de achtergevel
aan de Vischmarkt, 2o. de toren en 3o. de gevel
aan de Breestraat. Wat den gevel sub 1 betreft,
hiervan Is de oplossing het eenvoudigst, omdat
daar geen rekening behoeft te worden gehouden
met de oude bebouwing. Met uitzondering toch
van het stadhuispoortje zijn de gevels daar
zonder kunstwaarde en moet men alleen den
eisch stellen, dat een monumentaal en harmo
nisch geheel verkregen worde, dat niet in dis
harmonie mag zijn met den te kiezen voorgevel.
De stadhuistoren is, volgens spr., onmisbaar
in het stadsbeeld, waar de hooge middeleeuw-
sche kerktorens ontbreken. De wijze van den
herbouw van den toren hangt geheel samen
met de beslissing, die over den gevel aan de
Breestraat zal vallen.
Spr. kwam hierna tot het hoofdpunt: de
gevel aan de Breestraat. Hierbij hebben wij
zoowel rekening te houden met de historische
als gevoelsoverwegingen, doch boven alles
domineert de vraag: wat eischt de toestand
van den gevel? M.a.w. verkeert de gevel in
een toestand dat herstel mogelijk en wensche-
lijk is? Die vraag moet onbesproken blijven,
daar het technisch onderzoek hiernaar nauwe
lijks begonnen is. De burgerij zal niet lang
meer op het technisch advies der afd. B. van
Monumentenzorg behoeven te wachten, moge
lijk slechts ruim een maand. Dan komt echter
de belangrijkste vraag: Wat nu? Is het advies
ongunstig, dan zal men hierin moeten berus
ten, doch acht dit herbouw mogelijk, dan eerst
kan de beslissing vallen of deze ook wensclie-
lijk en in de gegeven omstandigheden moge
lijk is.
Uit architectonisch en kunsthistorisch oog
punt is het betwistbaar, of een door een ramp
vernietigd monument in den ouden vorm her*
bouwd mag worden of dat men in het eenmaal
verlorene moet berusten en aan tegenwoordigs
kunstenaars een oplossing moet vragen, dia
alleen beheerscht wordt door de schoonheids
begrippen van het heden. Het opnemen van
eenige grootere fragmenten in een nieuw ont
werp kan slechts den bouwmeester ln zijn vrij
heid beperken, en de voor een ander gebouw;
ontworpen fragmenten, die door den ontwer
per in een eigen omgeving zijn gedacht, kunnen
slechts benaderend tot hun recht komen als
onderdeel van een modernen gevel.
Het inwendige kan spr. buiten beschouwing
laten, daar men bij de indeeling hiervan over
wegend rekening moet houden met de eischen,
door den dienst gesteld.
Tenslotte ried spr. aan, zich te onthouden
van het uitschrijven van prijsvragen, dia
meestal tot teleurstelling en vertraging aan
leiding geven. Men kieze een kunstenaar, die
getoond heeft liet vertrouwen te verdienen.
PASTOOR A- G. RHEE. t
De Zeereerw. heer A. G. Rhee, pastoor te
Nootdorp, die verpleegd wordt in het Katholiek
ziekenhuis te 's-Gravenhage, is voorzien van
de H.H. Sacramenten der Stervenden.
SOPHIE HAASE EN M. DE JONG V
De Haagsche zangeres Sophie HaasePiene-
man zal met den violist Jos. Madlener in het
eind van deze maand te Antwerpen en Brussel
concerten geven in samenwerking met den.
componist-pianist Marinus de Jong.
KASTEKORT ONTDEKT 1*
SOERABAJA, 8 April. (ANETA).. In de kaa
van den heer Servais, boekhouder hij de gewes
telijke werken op Madoera, is een tekort ontdekt
v an 15.000.
NAAR HET FRANSCH
door
JEAN THIERÏ
23)
Mevrouw Corneille zou eerst tegen het diner
thuis komen. Nu zij haar kinderen bijna vroolijk
had zien vertrekken, kon zij met een gerust
hart eenige bezoeken afleggen en dan nog een
uitstapje maken in het Bosch. En daar had ze
een groote behoefte aan, want haar zenuwen
waren den laatsten tijd danig ontwricht.
Ook mijnheer zou niet vroeg terug zijn. Hij
was dien middag goed gehumeurd geweest en
had van die stemming gebruik willen maken om
met zijn makelaar verschillende geldkwesties te
bespreken. Mijnheer Corneille had zijn schaapjes
sinds lang op 't droge, maar hij hield er nu
eenmaal van met kapitalen te spelen. En al
beschouwde hij ook een aalmoes aan 'n arme,
of een geldleening aan 'n vriend, als rninee-
rende praktijken, hij telde het maar weinig,
wanneer ziin geldspeculatiezueht hem eenige
sommen deed verliezen.
Vandaag was er juist een zoet winstje te
boeken en hoewel de nieuw toegerolde goud
stukken zijn levenslot niet veel beïnvloeden
konden, toch keerde hij voldaan en met 'n ver
licht hart naar huis terug.
Opnieuw scheen hem het leven aangenaam
en licht, totdat hij bij den Ingang van zijn
iwoning zijn bediende Hector naar zich toe gag
komen. De man zag er zóó verslagen uit dat
mijnheer Corneille hem toeriep:
Nou?... Wat is 'er aan de hand?
Mijnheer de graaf
Wat, weer ziek?
Mijnheer de graaf is niet teruggekomen.
En moet u me daarvoor den schrik op 't
lijf jagen?Hij is niet teruggekomen zegt
u, welnu dan moet hij nog komen, heel een
voudig. Hij is niet alléén, maar mijn dochter,
zijn vrouw, de gravin is meegegaan.
Mevrouw de gravin is terug en zij. dacht
mijnheer de graaf hier aan te treffen. Daar dit
niet het geval was, maakte mevrouw de gravin
zich erg ongerust, 't Schijnt dat ook mevrouw
Corneille ernstige dingen vreestDe dames
zijn in 't salon
Wat is dat nu? Tiel mijnheer Corneille
heftig uit. Dan moet ik naar de politie en wel
zoo spoedig mogelijk. Waar heeft mijn dochter
dien... haar man verloren?... Waar zijn de
dames? O ja, u zei ln 't salon. Wat een ingewik
kelde zaak nu weer
Hij nam zijn hoed af, hing dien op en streek
zich bezorgd door de haren.
Wiat waren dat nu weer voor nieuwe
verwikkelingen. Nu was die eigenaardige
schoonzoon verdwenen? Heb je ooit zooiets be
leefd? Dat kan mij alléén overkomen. Wat een
pech zoo'n schoonzoon!
In de salon zag hij zijn vrouw en dochter
zitten; beiden schenen troosteloos bedrukt.
Mevrouw Corneille weende zelfs. De oogen
van Marcelle bleven droog, maar haar onge
rustheid was grenzeloos. Het relaas dat ze
deed van hun bezoek bij dien Boheemschen
oom was onbegrijpelijk onaannemelijk.
Wilhelm telefoneerde, wond zich op
hij nam met een kus afscheid van me en liet
me alleen met den hertog. Wilhelm telefoneerde
dat hij alleen naar huis terugging. Ik ben dus
vertrokken maar ik heb hem niet weer ge
zien
Wat denk je dan? Ben je bang dat hem
iets zal overkomen? Sapperloot ik ga naar de
politieWe kunnen hier niet blijven zitten
klagen en jammerenmoet gehandeld
worden.
Hijgend en rood van opgewondenheid raasde
hij door, deed voorstel op voorstel en hoopte
nog steeds dat er spoedig een gunstige oplossing
gevonden werd, want het etensuur naderde,
het plechtige, heilige uur, waaraan hij reeds
herinnerd werd door het hongergeroep van z'n
maag. En dal uur had hij nog nooit, om welke
reden dan ook, verschoven Maar hoe kon hij
thans gewagen van dat uur, of zich aan tafel
zetten om zich te wijden aan die bezigheid
zooals hij dat gewoon was. De aanwezigheid
van vrouw en dochter, twee treurende vrouwen,
kon niet anders dan hoogst storend werken.
Gelukkig bracht Hector verandering in den
toestand en daardoor eenige hoop, door te waar
schuwen:
Mevrouw de gravin wordt aan de telefoon
geroepen.
En hij voegde er bij:
Ik geloof dat mijnheer de graaf het is.
Marcelle snelde naar het toestel.
Mijnheer voelde zich opgelucht en merkte op:
Hij zal zich verlaat hebben en zich daar
voor verontschuldigen. Voor de zooveelste maal
hebben jullie voor niets getreurd en mij in 't
harnas gejaagd!
Leo! bromde hij dan op z'n horloge kij
kend, wacht niet langer en dien op Overdrij
ving, zenuwachtigheid en nog eens overdrijving
dat is het eenige waarop m'n vrouw en doch
ter mij dan laatsten tijd trakteer en. Is dat voor
'n man hit te houden?
Mevrouw Corneille wilde antwoorden, maar
haar woorden stokten in haar keel, omdat ze
Marcelle terug zal komen met betraande oogen
en trillende lippen.
En? "Waar is hij nu?
Hij is vertrokken.
Waarheen?
Naar Bohemen!
Zonder jou
Ja, zonder mijzonder mijsnikte
de gravin en wierp zich hulpeloos in de armen
van haar moeder.
Werd nu het diner opnieuw bedreigd?
Mijnheer Corneille hield zich goed.
Wat is dat nu? begon hij met ingehou
den woede die zich echter ras ontketende. En
had hiji je niet kunnen zeggen wat het doel is
van die reis? Kon hij hier niet eerst afscheid
komen nemen?Ah! dat zijn zeker Boheem-
sche manieren. Sinds die graaf hier over den
vloer komt, is het in dit huis niet uit te hou
den
Hij wond zich steeds meer op. Zijn vrouw
keek hem met wilde, verwijtende oogen aan,
drukte haar dochter tegen haar borst en nam
haar mee naar haar kamer.
Nu kon mijnheer Corneille zich aan tafel
zetten. Maar groote goden wat een disch! Koud
geworden soep, veel te gare schapenbout en
om hem heen leege plaatsen. Zooveel tegen-
heden had hij nog nooit ontmoet.
Gelukkig dat prinses ZImelln hem een be
zoek kwam brengen na het diner. Kijk, op dat
buitenkansje had hij nu niet gerekend, want
het was ai tamelijk lang geleden dat zij de
familie voor het laatst bezocht had.
Ais de welgevoegelijkheid hem dat niet ver
boden had, zou hij de prinses met open armen
ontvangen hebben, zoo blij was hij dat dat
vriendelijke verstandige mensch de sombere
wolken kwam verdrijven die zijn ziel dien
avond wilden insluiten.
De prinses wist niet dat graaf van Roiem-
burg op reis was, scheen daar tenminste xrfets
van te weten. Het verwonderde haar zelfs en
gaf dat door allerlei uitroepen te kennen, waar
na zij mijnheer Corneille met groote belang
stelling ondervroeg,
Wat dacht hij wel van zoo'n onverwachte
reis. Had hij geen bange voorgevoelens.
Och, mijnheer Corneille dacht niets, vreesde
niets, hij wist maar één ding, namelijk, dat zijn
vrouw huilde, en dat zijln dochter huilde...
En de armen opheffend besloot hij
Tranen, altijd tranen. Hoe kun je daar
opgeruimd bij blijven.
Hij ging zoo ver met zijn vertrouwelijke
mededeelingen, dat hij bekende wat hij tegen
zijn schoonzoon had.
Was dat huwelijk, 't welk hij eerst be
schouwde als de bekroning van zijn succesvol
leven, eigenlijk niet een strop voor hem?
Hij lette er niet meer op tegen wie hij sprak
en begon den dag te verwenschen waarop gra
vin de Long Haies die fancy fair gehouden
had. Daar immers had zijn dochter dien
vreemden snaak voor 't eerst ontmoet. En
werkelijk, graaf van Renemburg bracht hem
niet het geluk dat hij van hem verwacht had!
Wat al weer bewijst, dat de menschen.
kleiner worden, naarmate zij dichterbij komen!;
spotte de prinsës luchtig.
En hupsch, vroolijk als altijd ging zij heen.
Dien nacht sliep niemand rustig ln de rijke
woning van mijnbeer Corneille. Het zachte
aangename bed, dat den heer des huizes anders
een bed van rozen toescheen, kwelde hem thans
als brandnetels
Een dag, twee dagen, een week, tien dagea
gingen voorbij, zonder dat Wilhelm een teekea
van leven gaf.
(Wordt vervolgd), jj j