I FEUILLETON DE IDEALIST ONS LAND ÏN CIJFERS NAAR EEN SOCIALE H00GESCK00L ZATERDAG! JUNI 1929 |iET VLIEGONGELUK TE BAGDAD I^MOTOR- EN RIJWIELREGLEMENT I DE AGENT EN DE STUKGETRAPTE HUISDEUR. M ALS STICHTING DER KATH. ARBEIDERSBEWEGING DE VISSCHERS3TAKING TE SCHEVENINGEN a Rapport yan den leider der Holland-Indië- vlucht Blijkens bij bet Departement van Defensie ingekomen schriftelijk rapport van den leider f$er HollandIndië-vlucht, den luitenant tor tèee der le klasse W. H. Tetenburg, beeft het ^Vliegongeval in Bagdad zich als volgt toege dragen: i Te 10 uur 30 voormiddag van 2 Mei j.l. kreeg Je officier-vlieger 2de klasse P. S. Everts op dracht om een proefvlucht van ongeveer een half uur te maken met de D 22, ten einde de chter-motor, waarvan eenige cylinders verwis- beid waren, te controleeren. "Volgens verklaring an de overlevende inzittenden, sergeant-vlieg- aigmaker Langeraad en korporaal vliegtuig ma ker Symons, liepen heide motoren zeer goed en yas de aanwijzing der instrumenten normaal, een gegeven oogenblik vloog bet vliegtuig jjn de telefoondraden, welke op ongeveer 45 M. hoogte over de igris zijn gespannen, waardoor en blad van de voorschreef afsloeg en landen [Noodzakelijk was. Dit geschiedde op normale vijze, hoewel snel, tegen den stroom In op het aidden van de rivier, doch daar de Maude-hrug ieh op betrekkelijk korten afstand van de over ie rivier gespannen draden bevond, botste het Sliegtuig hiertegen met groote snelheid, waar door het voorste gedeelte van den romp werd fngedrukt en Everts beklemd raakte tusschen [brug en achterkant zitplaats van den bestuur der. Volgens de meeniug van den leider van den Piocht heeft Everts na 'het vliegen tegen de .telefoondraden niet anders kunnen handelen an hij heeft gedaan. Hij is tot het allerlaatste lorr.ent op zijn post gebleven, heeft zijn plicht >t bet uiterste gedaan en heeft daardoor zeer ^Waarschijnlijk het leven van Langeraar en Sy- cïmons gered. j. Bij de begrafenis, welke den volgenden dag plaats had met volle militaire eer op het spe- jSjCiale kerkhof van het vliegkamp, verrichtte teen R. K. priester de liturgische plechtigheden. Ontheffing van bepalingen De Minister van Waterstaat heeft: X. voor lichte motorrijtuigen op twee wie- j,len, in gebruik bij den openbaren dienst van \.'i Departement van Defensie, welke deel uit- i maken van wielrijdersafdeelingen, voor zoover kffil gebezigd worden voor militaire doeleinden, 1 |ot wederopzegging ontheffing veTleend van Jjet bepaalde bij art. 66, eerste lid, van bet fMetor- en Rijwielreglement, ten aanzien van F rijwielpaden in beheer bij openbare lichamen, pChet uitzondering van dezulke, welke naast een Cfpcr motorrijwielen openetaanden weg gelegen II. voer rijwielen, in gebruik bij den open- „baren dienst van het Departement van Defen sie, voor zoover zij gebezigd worden voor mi- [Tltaire doeleinden, ontheffing verleend van het fbepaalde hij art. 69 van het Motor- en Rijwiel- "jreglement; III. met Intrekking van de beschikkingen van 12 December 1927, tot ket verleenen van .Ontheffing van bepalingen van het Motor- en jj-ttjwielreglement, ten behoeve van de daarin jtyedoelde voertuigen van het Departement van .Oorlog en van het Departement van Marine, Voor de motorrijtuigen en de door motorrijtui gen voortbewogen aanhangwagens, in gebruik bij deu openharen dienst van het Departement ,var. Defensie, voor zooveel deze worden gebe zigd voor militaire doeleinden, tot wederopzeg ging ontheffing verleend van het bepaalde hij de artt. 2, 28, 43, eerste lid, 44 en 50 van het Motor- en Rijwielreglement, en ten behoeve van rgotorrijtuigen en aanhangwagens, als bovenbedoeld, die in het bijzonder bestemd zijn voor het vervoer van vliegtuigen of onderdee- len van vliegtuigen, daarenboven ontheffing ver! nd van bet bepaalde bij de artt. 11, eerste en tweede lid, en 77 van genoemd reglement. EriilPLDES ALS OPERA-LIBRETTIST De Trajaanschen Bij gelegenheid van het 59e toonkunstenaars- feest, dat van 2—7 Juli a.s. te Duisburg wordt 'gehouden, zal ook een nieuwe opera worden .opgevoerd van den componist Emil Peeters ^,Do Trojaansehen" waarvoor het llibretto is geschreven door Franz Werfel, die daarvoor Op zijn beurt bij den Griekschen treurspeldich ter Euripides borgde. ENKELE GREPEN UIT DE STATISTIEK In 1927 werden in totaal In Nederlandsen» havens 24.710 zeeschepen in- en 24.870 uitge klaard, resp. met een Inhoud van 33.716.000 en 33.637.000 netto register-ton. Voor de ge laden schepen is het aandeel in deze cijfers 19.039, 18,201, 2S.282.000 en 23. 223.000. Vergeleken bij 1926 is er een achteruitgang geweest in de cijfers, met uitzondering van die van de inklaring van geladen schepen. De oorzaak hiervan Is de zeer sterke toeneming in 19,26, welke werd veroorzaakt door de Engelsche kolenstaking van dat jaar. Laten we 1926 buiten beschouwing dan vertoonen de cijfers ever 1927 den normalen vooruitgang. Van de 19.039 Ingeklaarde geladen schepen voeren in 1927 5844 onder Nederlandsche, 3212 onder Duitsche en 4803 onder Engelsche vlag. Voor de 18.201 uitgeklaarde schepen zijn de overeenkomstige cijfers 5094, 3053 en 4668 sche pen. Naar de havens toonen de inhoudcijfers der in- en uitklaringen voor Rotterdam in beide gevallen ongeveer 63 pet. Ook voor wat de aantallen betreft, komen de cijfers voor de haven van Rotterdam hoven de helft van de totaalcijfers van het Rijk. Het scheepvaartverkeer met het buitenland toonde in de laatste Jaren sterken vooruit gang, het verdubbelde zelfs van 1921 op 1928. In 1927 had evenwel eenige teruggang plaats. In dat jaar werden 119.479 schepen in- en 118.302 uitgeklaard. In beide gevallen bedroeg het laadvermogen ruim 56 millioen tonnen van 1000 K.G. In 1926 was aan de teruggaande beweging op de Nederlandsche spoorwegen een einde ge komen. De vooruitgang heeft zich in 1927 al leen voortgezet veer wat betreft het aantal vervoerde reizigers. In 1927 werden ruim 52 millioen plaatskaarten verkocht tegen ruiin -48 millioen in 1926. Niettegenstaande deze toename van 4 mil lioen bleven de ontvangsten voor het reizigers- vervoer nog iets heneden die van 1926 en daar ook de opbrengst van het goederenvervoer eenigszins heneden die van 1926 bleef, was de totale opbrengst van het verveer in 1927 (158.830.000 gulden) ongeveer een millioen minder dan het jaar tevoren. (Door de Nederlandsche posterijen werden in 1927 bijna 368 millioen gefrankeerde brieven en briefkaarten overgebracht, dat is ongeveer 14 millioen meer dan het jaar te voren. Ook het aantal overgebrachte nieuwsbladen en andere gedrukte stukken toont een belangrijke toeneming namelijk van 447.751.000 in 1926 op 478.642.000 in 1927. Per hoofd der bevolking stemt dit in 192.7 overeen met 48,2 brieven en. briefkaarten en 62,3 nieuwsbladen en andere gedrukte stukken. Het aantal verzonden binnenlandsche tele grammen is sedert 1919 van jaar tot jaar afge nomen, in 1927 bedro'eg het 2.270.200. Het aan tal buitenlandsche telegrammen geeft, behou dens enkele schommelingen een stijgende lijn aan. Het aantal gevoerde gesprekken in het Rijkstelefoonverkeer is regelmatig gestegen. Van resp. 58 millioen, 9J4 millioen en 28 dui zend gesprekken in. het locaal, het interlocaal en. 't. intenationaai verkeer in 1918 klom 't tot resp. 143, 17 en bijna 2 millions in 1927. De financieels uitkomsten van den dienst der posterijen, welke over vroegere jaren ge regeld een nadeelig saldo deden zien, teonen sedert 1924 een voordeëlig saldo. In 1927 be droeg dit 6 millioen. De telegraaf werkt reeds jaren achtereen met nadeellge sloten, dit was het grootst in 1922 met 5.776.000 gulden, daarna afnemend tot. 2.747.000 gulden in 1927. De Rijkstelefoon werpt daarentegen geregeld een batig slot af, al is dit ook gedurende de laatste jaren af nemend geweest, in 1924 5.109.000, in 1927 3.162.000 gulden. Zoowel de Rijksinkomsten als -uitgaven ver toonen een sterken groei met de jaren 1920 1922 als hoogtepunt om daarna weer te dalen. Voor alle diensten te zamen (met inbegrip van crisisdienst, leeningfonds en wegenfonds voor zoover in de respectievelijke jaren ingesteld) bedroegen de rijksinkomsten in 1910, 1920 en 1929 (dit laatste jaar geraamde) resp. 200 mil lioen, 919 millioen en 747 millioen, de Rijks uitgaven in 1910, 1922 en 1929 resp. 204 millioen 1197 millioen en 896 millioen gulden. De opbrengst van alle rijksbelastingen ve zamen bedroeg gemiddeld in de jaren 1900 1904 124millioen gulden of 23.51 per hoofd der bevolking, voor het jaargemiddelde der periode 19201924 waren deze cijfers resp. opgeloopen tot 607 millioen en 86.29, de ra ming voor 1929 bedraagt. 553 millioen, het ver- houdingscijfer per hoofd der bevolking in 1928 71.13. Gevolgen van een echtelijken twist J I §F EEN DEMONSTRATIE TER 'V TERECHTZITTING Tc „MET ONWILLIGE HONDEN IS HET SLECHT HAZEN VANGEN" Voor het Gerechtshof te 's Gravenhage is In hooger beroep behandeld de zaak tegen een Haagschen koopman, die in eerste instantie door de Haagsche Rechtbank wegens mishan deling van een agent van politie Is veroor deeld tot 14 dagen gevangenisstraf. Verdachte beweerde, dat de agent weder rechtelijk zijn woning aan de eerste v. d. Boschstraat was binnengekomen, door een stuk getrapt paneel en dat de agent hem heeft aangevallen en daarbij aan den mond heeft verwond. Naar aanleiding daarvan heeft ver dachte dan ook een klacht tegen den agent ingediend. Ook verdachte's vrouw en schoonmoeder, onder eede gehoord, verklaarden, dat zij gezien hadden, dat de agent door het paneel binnen -is gekomen. Na een worsteling van circa een half uur is verdachte ten slotte vrijwillig met den agent meegegaan. Volgens den agent zou men zijn hulp hebben ingeroepen, naar aanleiding van een twist tus schen verdachte ën zijn vrouw en zou men de deur voor hem - hebben opengemaakt. Voorts verklaarde de agent, dat verdachte hem on middellijk heeft aangevallen, nadat hij binnen wag gekomen. De deur was ter terechtzitting aanwezig en het paneel was er uitgenomen. Verdachte en twee andere personen bleken er door te kun nen, de agent echter niet, hetgeen aan ver dachte de opmerking ontlokte, dat het met onwillige honden slecht hazen vangen Is. De advocaat-generaal vroeg bevestiging van liet vonnis quo. Verdachte's raadsman, mr. "Weil, meende dat het «.Hof hier voor een zeer dubieus en moeilijk geval staat. Hier staan de verkla ringen van verdachte en van twee getuigen tegenover die van den agent. Nu kan men na tuurlijk altijd een verdachte veroordeelen op een ambtseedig procesverbaal. De consequen tie zou dan hier echter moeten zijn, dat men de beide- getuigen gaat vervolgen wegens meineed. Pi. oefende critiek uit op het ontactvolie op treden van den agent in dezen en conclu deerde tot vrijspraak. De advocaatïgeneraaj zeide in zijn repliek, niet te willen aannemen, dat de beide getui gen 5. dëcharge te kwader trouw zijn. De vrou wen zijn wellicht wat zenuwachtig geweest. Mr. "Well meende daartegenover even goed te mogen veronderstellen, dat de agent zenuw achtig is geweest. Uitspraak 12 Juni a.s. EOLLANDSCH STRIJKKWARTET NAAR ENGELAND Naar wij vernemen zal het Hollandsch Strijkkwartet (Leydensdorff c.s.) Maandag 3 Juni a.s. ingevolge een daartoe ontvangen uitnoodiging naar Engeland vertrekken. Het kwartet zal te Londen o.a. aan het concert ten bate van het Koning Willem-fonds mede werken en ook te Oxford optreden. De cijfers betreffende het rechtswezen zijn niet^ongunstig. In 1927 werden door de kantongerechten 186.000 strafzaken behandeld en 182.000 on voorwaardelijk veroordeeld. De Arrondisse mentsrechtbanken wezen 24.000 vonnissen iu eersten aanleg in strafzaken, waarbij 23.000 personen werden veroordeeld in hooger be roep werden ruim 1G00 strafzaken behandeld. In 1920 waren deze cijfers voor de kantonge rechten resp. 245.000 en 237.000 voor de ar rondissementsrechtbanken 27.000 en 30.000 en 800 strafzaken in hooger beroep. De politierechter wees in 1927 bijna 17.000 vonnissen, waarbij 18.000 verdachten waren betrokken. Van deze werden 16.000 onvoor waardelijk en bijna 900 voorwaardelijk veroor deeld. De bevolking der gevangenissen enz. bedroeg op het einde der jaren.1919 en 1927 resp. 7179 mannen en 288 vrouwen en 4494 mannen en 119 vrouwen, de tusschenliggende jaren wij zen op een regelmatige afneming. Voorstellen der desbetreffende commissie DE CENTRALE VAN HET ONTWIKKELINGSWERK Naar de „Volkskr." verneemt, is de com missie welke door het R. K. Werkliedenver- hond was ingesteld, ter bestudeering van het vraagstuk der arbeiders-hoogeschool gekomen tot de volgende voorstellen aan het Verbond; „Het R. IC Werkliedenverbond roepe als stichting in het leven de „Sociale Hoogesohool der Katholieke Arbeidersbeweging." De Sociale Hoogesohool is de centrale van het ontwikkelingswerk in de arbeiders-bewe ging. Zij bereidt voor, leidt en beheert 4-jar.ige plaatselijke cursussen en gewestelijke leer^ gangen voor de opleiding van plaatselijke be stuursleden, benoemt de docenten, neemt de examens af en geeft diploma's f Zij biedt een tweejarige internaatsopleiding voor toekomstige arbeiderslelders en geeft daarnaast gelegenheid tot speciale functies te worden opgeleid. Zij. regelt regionale cursussen voor arbei- dersleiders in .functie met een algemeen ont wikkeld en speciaal gedeelte. Zij wordt bestuurd door een Raad van Be- hoer, waarin naast vertegenwoordigers van het R. K. Werkliedenverbond als leden be noemd worden de directeur en secretaris der school. De wetenschappelijke belange^ worden aan een Curatorium toevertrouwd, waarin des kundigen zitting hebben. Met de dagelijksche leiding vau het onder lijs is de directeur belast, daarin bijgestaan door den secretaris. De secretaris moet over voldoende ontwik keling en practische ervaring in de arbeiders beweging beschikken. De directeur geniet een jaarljjksch hono rarium, terwijl de secretaris in bezoldigden dienst werkzaam is-. Begonnen wordt met de plaatselijke en ge westelijke cursussen, terwijl de aanvullende opleiding van arbeidersleiders in functie te gelijkertijd ter hand wordt genomen. Het Internaat voor opleiding van toekom stige arbeidersleiders en de opleiding voor speciale functies wordt geleidelijk voorbereid". De commissie werd gevormd door: prof. mr, P. J. M. Aalberse, voorzitter, prof. mr. dr. Ch. Raaymakers S. J., dr. M. J. Verhoeven, Henri Hermans, P. J. S. Serrarens, Alb. M. van der Meijs, B. Berendsen en G. D. Zegers, secretaris- rapporteur. HET WERK VAN DON BOSCO IN ONS LAND. Hoe te steunen? De Zeereerw. Pater Joh. Fischer, Priester Salesiaan van Don Bosco, Lauradorp, Wau- bach (L.) verzocht ons opname o.m. van het yolgende: Op 2 Juni wordt door Z. H. Paus Pius XI de Eerbiedwaardige Don Joannes Boeoo, de Apostel en vader der arme verlaten jeugd, tot de eer der Altaren verheven. Dit feit moet ook elk Roomsch hart van Nederland met dank tot God vervullen, Zijne zonen de. Salesianen, en zijne dochters, de Maria-Hulp-Zusters (elk r.eeds 7000!) werken over de heele wereld verspreid, met denzelfden ijver en denzelfden geest als hun vader, en met hetzelfde gevolg! Ook in Nederland? Mgr. Schrijnen,- Bisschop van Roermond, en Dr. Pools, Hoofdaalmoezenier, begrepen destijds, dat het kind der Mijnstreek door he* R. K. On derwijs alléén op den duur niet te vrijwaren is voor ongeloof en zedenbederf, en stelden hun hoop op Don Bosco. In het mijndorp „Laura dorp" gemeente Uhach over Worms (L.) zal het eerste werk van Don Bosco in Nederland ontstaan. Van het eerste gedeelte, het gebouw bestemd, voor Jeugdwerk, dat helaas voorlooplg ook als noodkerk en woning der Salesianen moet dienen, rijzen de fundeeringen reeds uit den grond. Dit echte"sociale werk weze het feestgeschenk der Nederlandsche Katholieken aan Don Bosco! Gelden kunnen gestort worden op postreke ning van Pater Fischer no. 149336. VRIJ NAAR HET ENGELSCH VAN E. P. ISPHILL 18) 1 De maan scheen vaag van achter een sluier Aan nevel. Men vernam nog slechts het druipen T^aii den regen van de boomen. D:ar hoorde hij opeens een voetstap langs jhet pad, Hij trachtte de duisternis te door springen. Dan zag hij, dat het een man was, -die onvast, maar niettemin snel den weg Ijfifkvam. Macheson leunde over het hek. Hij zou er de (Voorbeur aan gegeven hebben, om zich niet to tóten zien, maar toen de man voorbijkwam, gad hij opeens een gevoel, alsof er iets bij- JSonders moest gebeuren. Het was geen man uit dorp. Hij zag er zelfs niet eens uit als een ffijagelsehman. Hij was klein, en ietwat gedron gen. De kraag van zijn jas stond op, en een jjrolien pet was diep over zijn voorhoofd ge trokken. Hij liep met onvaste schreden, en anompeida in zichzelf woorden, die klonken ps een gebed, maar In een vreemde taal. Ma- joh'" <m sprak hem aan. I Hallo! zeide hij. Bent u den weg kwijt Beraakt? f De man uitte een kreet, en bleef dan bevend Rngs den weg staan. Hij wendde zijn bleek, atzat gelaat naar de plaats wiaar Macheson a het hek leunde. Wie is daar? riep hij. Wat wilt u van me? Macheson begaf zich op den weg. iIn het gelieel niets, antwoordde hij ge ruststellend. Ik dacht alleen, dat u misschien den weg was kwijt geraakt. Het is hier een eenzame streek De pasaangekomene kwam een stap naderbij. Thans zag men een korte, ruige baard, een van schrik verwrongen gelaat, en kleine, bijzonder heldere oogen.. Zijn donkere kleeren waren doornat, en bespat met modder. Ik zoek een spoorwegstation, zei hij snel. "Wat is het dichtste bij? Macheson wees naar het dal. Net waar u dat licht ziet, antwoordde hij, maar er is geen trein vóór morgenvroeg. Dan moet ik loopen, verklaarde de man koortsachtig opgewonden. Hoe ver is liet naar Nottingham? Vijf en twintig mijlen, antwoordde Mache son. Dat is te ver. En naar Leicester? Twaalf misschien. Maar u gaat in de ver keerde richting. De man keerde zich snel om. Wijs me, waar Leichester ligt, zei hij, Ik zal den weg wel vinden. Macheson wees over de boomen. U kunt niet missen, zeide hij. Ga den heuvel op, tot u aan een weg komt met tele graafpalen. Sla dan links af, dan komt tl in Leicester. Om een of andere reden scheen de vreem deling een ernstige studie te maken van Ma- cheson's gelaat. Wat doet u hier? vroeg hij kortaf. Ik ben hier dicht bij waar ik woon, ant woordde Macheson. Daarginds in het bosch. De man deed snel een pas vooruit, en wan kelde dan. Zijn hand greep naar zijn zijde. Hij werd. door een plotselinge flauwte overvallen* en zou gevallen zijn, als Macheson niet zijn arm had uitgestoken. O God! mompelde liij, het is met mij ge daan. Hij was klaarblijkelijk een alg'eheele uitput ting nabij. Macheson sleepte hem naar de hut, en goot brandewijn tusschen zijn lippen. Hij kwam weer een weinig tot zichzelf, en trachtte op te staan. Ik moet verder, riep hij. Ik durf hier niet Wijven. De ontzetting op zijn gelaat was* onmisken. baar. Macheson keek hem ernstig aan. U zou heter doen, met te blijven, waar u bent, tot het dag is, zeide hij. U bent niet in een geschikten toestand, om te reizen. De man had zich op één arm opgericht. HIJ zag wild om zich heen. Waar ben ik? vroeg hij. Wat is het hier? Een schuilplaats voor een opzichter, ant woordde Macheson, waar ik een paar dagen ge bruik van maak. U kunt hier gerust blijven, tot het diag is. - Ik moet verder, kreunde de man. vk ben bang. Bijna gelijktijdig, dat bij die woorden uitte, viel hij weer terug, en "zonk onmiddellijk in een onrustige sluimering. Macheson wierp zijn overblijvende deken over de liggende gestalte, stak zijn pijp aan, en slenterde naar buiten, het kreupelhout In, 's Mans komst vervulde hem van een vaag gevoel van ongerustheid. Hij scheen zoo geheel en al vreemd aan de plaats. Hij ver tegenwoordigde een vreemd en ongewenscht element; bijna een tragisch element. Al dien tijd, in zijn onrustigen slaap, mompelde hij In zichzelf. Een of twee keer schreeuwde hij het uit van ontzetting, vooral één keer. Macheson wendde zich om, en zag hem overeind zitten op de deken, zijn bruine oogen vol wilde vrees, terwijl het zweat hem langs het gezicht liep. Een vloed van gebroken woorden stroomde van zijn lippen. Macheson wierp hem weer op de deken. Ga slapen, zede hij.. Er is niets, om bang van te zijn. Daarna sliep de man vaster. Macheson zelf sluimerde een uur of zo<t, tot hij wakker werd van het geroep der vogels. Terstond, toen hij zijn oogen opende, wist hij, dat er iets met hem gebeurd was. Het was niet alleen de muziek der vogels. Eir klonk een vreemde, nieuwe mu ziek in zijn hart. Het parelachtig licht aan den Oostelijken hemel had nooit zoo schoon gele ken. Nooit, voorzeker, was het zonlicht op zulk een volmaakte plek van de aarde in stroomen neergevallen. En toen, terwijl een snelle blos hem naar de wangen steeg, herinnerde hij zich, wat het was, dat de wereld zoo veranderd had, Hij beleefde weer dat ontstellend oogenblik, toen hij op eenmaal wist. Het was als uit een sprookjesgeschiedemls. Zoo "heerlijk, zoo ro mantisch, zoo ongelooflijk en onwaarschijnlijk ook, als hij aan haar dacht als de meesteres van Thorpe, de moe-doende, onvriendelijke vrouw van de wereld, die hem zoo koud beje gend had. Een beweging achter hem herinnerde hem aan zijn vreemden bezoeker. Hij wendde zich om. De man was reeds overeind. Hij zag er beter uit, nadat bij geslapen had, maar de wilde blik was nog in zijn oogen. Ik moet gaan, zeide hij. Ik had al eerdeT moeten gaan. Dank u voor het onderkomen. Macheson stak zijn hand uit naar het spiritus stel. - Wacht nog een paar mimiten, zeide hij, dan heb Ik de koffie klaar. De man aarzelde. Hij zag er naar uit, dat hij iets dergelijks hard noodig had. Toen bij bü de deur van de hut kwam, begon hij opnieuw te beven. Hij keek schuw naar buiten, alsof hij bevreesd was voor bet daglicht. Het zonlicht, en de heerlijke, heldere dag, scheen hem angst aan te jagen. Ik had gisterenavond moeten gaan, mom pelde hij. Ik moet Hij sprak den zin niet uit. Ook Macheson De loonregeling der «schippers EEN BESCHEIDEN POGING TOT OPLOSSING In aansluiting op het gisteren medegedeelde betreffende het besluit der algemeene leden vergadering van de schippersvereeniging „Ons Aller Belang" om in den loop der volgende week de zeilen en netten, die zich nog in de schepen bevinden, te gaan bergen deelt men ons van die zijde mede, op het verzoek, van de stakingsleiding om dit werk, dat voor de schippers noodzakelijk geacht wordt, toe te staan, geen antwoord te hebben ontvangen. Wij vernemen verder, dat in boven genoem de vergadering, bijgewoond door 82 leden met algemeene stemmen besloten is een bescheiden poging te doen een einde aan deze staking te maken door geen gebruik te maken van het half pet. meer, dat de bemanning zou ontvangen boven de loonregeling van 1928". Daardoor zou dus de loonsverhooging, welke ook den schippers is toegezegd, ten goede De man ---- - Mijnheer, smeekte hij, ik ben overal on schuldig aan, behalve dat ik in woede een klap gegeven heb. Help me ontsnappen, smeek lk u. Er zijn nog andereu, die te lijden zullen hebben, als er iets met mij gebeurt. De wet is rechtvaardig, antwoordde Mache son. U zult niets anders dan gerechtigheid on dervinden* (Wordt vervolgd)

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1929 | | pagina 2