MOORD AAM DEM OOSTZEEDIJK TE ROTTERDAM. EERSTE BLAD PAGINA 3 DE STRAFZAAK TEGEN DE VEEf DAMMER HYPOTHEEKBANK DE NIEUWE ENGELSCHE MINISTERS ""il i UIT ROTTERDAM DE HAVENBELANGEN VAN ROTTERDAM EN OMSTREKEN WEERBERICHT, 4 LAATSTE BERICHTEN DE R. K. UNIVERSITIETEN f TROONOPVOLGER EN OPLICHTER? h UIT HET RUSSISCH PARADIJS NEDERLAND—WEST-DUITSCHLAND ATHLETIEKWEDSTRIJD. HET PROCES SALOMON LIEBERMANN VOORTZETTING VAN HET GETUIGENVERHOOR Twee mannen Getuige C. J. Regen, dienstbode bij een fa- ^lilie die aan den Oostzeedijk woont heeft op den avond van den moord omstreeks balf ze ven, toen zij op de Warande stond om een ta felkleed uit te kloppen op bet erf van de N. V. Adr. de Haas twee mannen zien staan praten. De grootste droeg een gabardine regen jas en 'n grijzen gleufhoed en had een bruine actetasch in de hand. Verdachte heeft veel weg van dien man. Getuige J. H. Houtman de eerste getuige k décharge had omstreeks 10 minuten over half zeven toen hij met zijn meisje liep een meneer ontmoet aan de Admiraliteitskade. Deze man had een pokdaligen neus en was even later door hem en zijn meisje nog eens gezien, Staande voor het pand van de Haas. Hij keek toen naar boven. Zijn meisje en hij hadden er om gelachen en hij had gezegd; Die ouwe heer staat zeker ook op zijn meis- sie te wachten". Daarna hadden ze geen notitie meer van hem genomen. Deze getuige herkent in van O. niet den ouwen heer met den pokdaligen neus, pertinent Diet. Die meneer was veel kleiner. Zijn meisje, als tweede getuige k décharge gehoord weet heel weinig van dezen meneer, die omstreeks den tijd van de misdaad bij de fabriek had staan kijken te vertellen, kan niet zeggen of van O. op hem lijkt ja dan neen. Getuige P. C. v. d. Heuvel, wijnhandelaar wiens zaak aan dezelfde gang als die van den heer Lans is gevestigd, heeft om vijf vóór zes het vóórhek gesloten op den avond van den moord. De gang was verlicht er werd nog gewerkt In getuige's zaak en er liepen telkens men- Scken in en uit. De mogelijkheid dat er toen in brekers zijn gekomen acht getuige uiterst klein. Op een vraag van den verdediger zegt ge tuige verdachte nooit met een wandelstok ge zien te hebben. Getuige W. G. Kiene heeft om half zes het achterhek gesloten. Den dag van de begrafe nis ontmoette getuige verdachte in de gang Verdachte zeide toen dat hij niet alleen naar boven durfde gaan, waarna deze getuige, hoe wel hij dit eenigszins vreemd vond, met hem is meegegaan. Ook dit moet de verdachte toegeven. Hij kan echter niet verklaren waarom hij toen zoo hang was, alleen was dit de eerste keer, dat hij na den mooTd geheel alleen naar boven zou gaan. Getuige J. F. Roer expeditieknecht heeft in 1927 verdachte aangetroffen 's avonds in de zaak terwijl het licht uitgeschakeld was. Kort .Voor den moord was het getuige opgevallen, dat wanneer hij den auto in de garage iette, plotseling het licht uitging in het kantoor, maar dan zag hij geen mensch het Jyóórhek verlaten. Getuige maakte daaruit op, dat, verdachte het achterhek was uitge gaan, want als de heer Lans zou zijn wegge gaan dam zou hij zeker uit het voorhek ge gaan zijn. Getuige van Gijn, chauffeur zeide dat als ivan O. en Lans samen weggingen zij door het iVoorhek gingen. Als verdachte alleen wegging dan moest hij dikwijls door het achterhek ge gaan zijn. Hierna wordt nog een getuige gehoord over het vroeger z.g.n. vreemd gedrag van den pro curatiehouder, deze zegt echter, dat dit niets bijzonders was. Zoo worden alle kleinste bijzomderheden tot in het uiterste onderzocht. Verdachte blijft volkomen bij zijn eenmaal aangenomen hou ding. Na de schorsing (do belangstelling is nog steeds even groot), wordt hot proces-verbaal van den agent Commijs voorgelezen, die den 1 f Korte aanteekeningen Onze Londensehe correspondent schrijft ons; Mr. Ramsay MacDonald, eerste minister en eerste lord van de schatkist. Leeftijd 62. Geho- ren te Lossiemouth, in Schotland, werd, na een gemeenteschool bezocht te hebben onder- wijzer-kweekeling. Begaf zich naar Londen, waar hij 9 por week verdiende als klerk. Werd daarna secretaris van een parlementslid. Schaarde zich achter Keir Hardie, den stichter der Arbeiderspartij, en was de eerste secretaris die deze partij vertegenwoordigde. Leicester zond hem in 1906 naar het lagerhuis waar hij later Keir Hardie als leider der la- bourfractie opvolgde. Gaf bij het uitbreken van den oorlog de partijleiding op. In 1918 herkoos Leioester hem niet. In 1921 werd hij te East Woolwich verslagen, 't Volgende jaar vaardig, de Abervon hem af. Hij leidde van toen af de oppositie in 't lagerhuis, tot hij eind 1923 eerste minister w rd. In October 1924 werd zijn partij versie n en werd hij opnieuw ieider der oppositie. Mr. Philips Snowden, kanselier van de schat kist. Leeftijd 64. Zoon van een wever in York shire. Bezocht een gemeenteschool. Was daar na zeven jaren in landsdienst. Studeerde eco nomie, on werd „socialist". Hij was een der ge- ducht.ste partij-propagandisten en 'njaar of twintig geleden als zeer „wild" bekend. In 1906 vaardigde Blackburn hem naar 't lagerhuis af. Van 1903 tot 1906 en van 1917 tot 1920 was hij voorzitter van de Iahourpartij. Ook in 'teerste labour.kabinet was hij kanselier van de schat kist. Hij is een geweldig parlementair debater, zeer geacht ook door zijn tegenstanders, en weinig bemind, zelfs bij zijn partijgenooten. Mr. A. Henderson, huitenlandsche zaken. (65 jaren.) Geboren te Glasgow. Was als vor mer in de leer bij Robert Stephenson Co., te Newcastle, eu werd bestuurslid van de ijzer- gieters-vakvereeniging. Nadat hij burgemeester van Darlington geweest was, werd hij in 1903 afgevaardigd naar 't lagerhuis. Van 19081910 On van 19141917 was hij voorzitter van de Iahourpartij. Werkte, in tegenstelling tot Mac Donald, tijdens den oorlog met de regeering mede, en nadat hij in 1917 een missie naar Rusland volbracht had, werd hij lid van het Oorlogskabinet. In 'teerste kabinet-MacDonald was hij minister van binnenlandsche zaken, pinda 1927 was hij secretaris der partij. afstand van het achterhek aan de Admirali- teitskade en van het voorhek aan den Oostzee dijk naar het station Hofplein heeft nagegaan en bevonden heeft dat deze afstanden op 1 M. na gelijk zijn. De ontdekking van de fraude Accountant Melis komt als getuige en ver klaart te zijn aangezocht voor controle van de boeken en juist op den 29sten November te zijn genaderd tot de controle van bet kasboek, zoodait toen, of uiterlijk een dag later, zelfs bij een zeer oppervlakig onderzoek, de fraude van den procuratiehouder moest zijn gebleken. Het getuigenverhoor is nog lang niet afge- loopen als de pauze komt. Dit wist van O.. Verdachte geeft dat na eenig aarzelen toe, hij efikent ook, dat, bij de ontdekking van de knoeierijen zijn ontslag zou volgen. Verder gehoord zegt de accountant, dat hij 14 November met het onderzoeken der boeken begonnen is, nagenoeg eiken dag tot dien van den moord op het kantoor is geweest en dat van O. gedurende dien tijd eenige dagen is weg geweest. Van O. zegt, dat hij ziek is geweest, doch president Canes wijst hem erop, dat dit ziek zijn, in de maand October is geweest. Hebt u toen in November niet boeken mee naar huis genomen om daarin de vroeger be gane knoeierijen bij te werken? Dit wordt ten stelligste door verdachte ont kend, bij kan er zich althans niets van her inneren. Mevr. Logger, de ,,vriedin des huizes" en de vioolleerares heeft in de instructie echter ver klaard, dat zij verdachte een of twee weken voor den moord overdag thuis heeft gezien, wegens ziekte en dat er kantoorboeken op ta fel lagen. U bent toen niet ziek geweest, daar is trou wens ook niets van gebleken, doch u wilde in de boeken werken, dat kan ik gerust zeggen, de president kijkt den verdachte doordringend aan. Nee, heclemaal niet, edelachtbare. Het rapport over dat onderdeel van het ver hoor vau mevr. Logger wordt opgeslagen, waaruit blijkt, dat hij thuis was, wegens ziek te, naar getuige Logger dacht, dat hij wel vioolles heeft genomen en dat er groote kas boeken op tafel lagen. „Dit vindt ik onbegrijpelijk", i3 het eenige dat v. O. hiertegen opmerkt. Getuige Roer heeft op den Zaterdag na den moord, op last van den president-commissaris der firma op het kantoor alles opgeruimd ©n toen geen mes gevonden. Deze getuige heeft den verdachte nooit met een wandelstok ge zien. Het directeurschap De koopman Smith, die een vriend van den heer Lans was, is bij de begrafenis geweest. Hij zat in het rijtuig met v. O. Er werd toen niet gepraat. Na de begrafenis is deze getuige met den procuratiehouder in een rijtuig naar hot sta tion gereden en toen heeft van O tegen hem gezegd, dat do zaak best kon worden voortge zet, onder zijn directie, naar deze getuige uit do woorden van v. O. had opgemaakt. Hij, van O., had al iemand gevonden die geld zou kunnen inbrengen, en zou met een meesterknecht, die technisch voldoende op de hoogte was, de zaak wel verder kunnen leiden. Van O. bestrijdt deze verklaring aanvanke lijk; hij wist iemand voor de leiding, n.l. den heer de Haas. De getuige Meld echter vol, dat hij wed de gelijk den indrifk heeft gekregen dat Van O. directeur zou worden. Tenslotte moet v. O. dit min of meer toe geven. (Vervolg zie pag. 1 van Tweede Blad.) Mr. J. H. Thomas, lord privy seal, speciaal belast met het werkloozenvraagstuk (53 ja ren). Geboren te Newport. Werd op zijn negen de jaar loopjongen. Was later stoker en machi nist, «u organiseerde den bond van spoorweg personeel, waarvan hij in 1910 voorzitter werd. Van 1920—1921 was hij president van het vak- vereenigings-congres. In 1924 werd hij minis ter van koloniën. In het lagerhuis vertegen woordigt hij Derby. Mr. Thomas, die als een der zuiverste types van den self-made politicus beschouwd wordt, ontving eere-doctoraten van de universiteiten van Oxford en Cambridge, Hij is een der meest populaire labourmannen, en een buitgengewone uitverkorene der kari katuristen. Mr. J. R. dynes, binnenllamdscbe zaken (GO jaren). Zoon van een Iersehen arbeider te Oldham. Werkte als jongen van 10 jaren in een katoenspinnerij. Brapht zichzelf met wilskracht eenige elementaire ontwikkeling hij, die hij la ter uitbreidde tot zij een buitengewonen om vang en veelzijdigheid kreeg. Will Thorne be lastte hem met de organisatie van den gas-ar- beidersbond van Lancashire. Hij is thans voor zitter van den nationalen hond van gemeente arbeiders. Sinds 1906 heeft hij zitting in het parlement. Van 1918—1919 bekleedde bij een voorname regeeringsfunctie onder mr. Lloyd George als levensmiddelen-controleur. In het eerste labourkabinet was hij lord Privy Seal en plaatsvervangend leider van het lagerhuis. De universiteiten van Oxford en Durham hebben hem graden verleend. Mr. Tom Shaw, minister van oorlog (67 Ja ren). Begon zijn loophaan als textiel-arbeider. Werd bestuurslid van zijn vakvereeniging, en later secretaris van den Internationalen bond van textielarbeiders. Sinds 1918 heeft hij zit ting in 't lagerhuis. In 1919 werd hij een der partij-whips, en in 1924 minister van arbeid. NOODLOTTIGE ONTPLOFFING IN BERLIJN Een arbeider gedood BERLIJN, 12 Juni. (H.N.) Een ernstige ontploffing, heeft vanmorgen plaats gehad hij de firma Zeise en Co, te Egelsdorf ln Thtt- ringen. Bij het dernonstreeren van een gas- ketel is de ketel in de lucht gevlogen. Een arbeider werd gedeod, terwijl twee andere ernstig gewond zijn. De behandeling voor de Amsterdamsche Rechtbank Gister werd de behandeling van het proccs- Salomen Liebermann door de Vierde Kamer der Amsterdamsche Rechtbank voortgezet. De be langstelling op de publieke tribune was even min als den vorigen keer erg groot. Als eerste getuige wordt gehoord E. Schanse- ma, bediende van de Veendammer Hypotheek bank, die de overdracht van de aandeelen in de Veendammer aan de Discontobank heeft bij gewoond en op verzoek van den notaris heeft getuige ook een van de overdrachtsacten over geschreven vaa het concept. »De getuige deelt mede, dat de Veendammer, nadat Liebermann de aandeelen had overge nomen, herhaaldelijk gebrek aan geld had. De nieuwe directeur A. C. Möhring heeft echter den getuige verschillende malen geld verschaft. Van wie dat geld afkomstig was weet getuige niet. De president: Weet u ook iets af van de con tracten met van Dam en Kok? De getuige: Neen, daar weet ik niets van. De verdachte (tot den getuige): Heb ik ooit inzage gehad in de boeken van de „Veendam mer?" De getuige: het personeel beeft u nooit In zage ln de boeken verstrekt. De verdachte: Heb lk opdracht gegeven om reeds den 24sten Juni de aandeelen over te schrijven op de Discontobank? De getuige: Dat weet ik niet. De verdachte: Heb ik de kas van de Veen dammer ooit gevraagd? De getuige: Ik kan 't niet zeggen. Ik ben er in ieder geval niet bij geweest. De tweede getuige is H. Stadens, eveneens bediende van de Veendammer. De verklaringen van dezen getuige stemmen grootendeels over een met die van den vorigen getuige. Alleen herinnert hij zich wel, dat de vroegere direc teur J. J. Woltman met hem heeft gesproken over den verkoop der aandeelen en ln verhand daarmede den lagen koers van de pandbrieven heeft genoemd. Waarschijnlijk heeft J. J. Wolt man toen gedoeld op de disagio-kwestie; met zekerheid kon de getuige dit echter niet zeg gen. De officier van justitie: vondt u den koop prijs van de aandeelen niet erg hoog? De getuige: Dat wel, ik keek er erg van op toen ik las dat de aandeelen verkocht werden voor twee 'en een half millioen. Ik heb er toen echter niet over gesproken met meneer Wolt man. De president (tot getuige J. J. Woltman): Kunt u ons mededeeien welke de toestand was, waarin zich de Veendammer bevond. De getuige Woltman: Er zaten ongeveer voor acht en een half millioen gulden hypotheken in. De president: (tot verdachte) Wist u dit? De verdachte: Zeker, maar ik stel er toch prijs op hier de baians van de Veendammer te behandelen. Dit Is een belangrijk punt! De president: Dat is het wel, maar ls het noodig de heele balans voor te lezen? De verdachte: Er zal uit blijken of lk een waardevol dan wel een waardeloos object heb gekocht. De president: Dacht u dan, dat de bank, na dat u er twee en een half millioen had uitge haald, nog volwaardig was? De verdachte: Dat dacht ik zeker. De president: Dus na de overdracht van de activa aan de familie Woltman beschouwde u de Veendammer Hypotheekbank nog als vol waardig? De verdachte: Ja zeker. Ik had uitgerekend, dat de werkelijke schulden van de Veendammer belangrijk kleiner waren dan op de balans stond aangegeven. De reserves beschouwde ik natuur lijk niet als schulden. Daartegenover stond de waarde der beleggingsmaatschappijen. De president: Maar de toestand kon toch niet meer gezond zijn, als er twee en een half millioen aan de activa werd onttrokken. De verdachte: Volgens mijn berekening kon dat de zaak niet schaden. Natuurlijk heb ik mijn berekening gebaseerd op de balans die men mij heeft overgelegd. Als men mij een valsche balans heeft voorgelegd.... De president: Geen kwestie van. De balans was juist, maar de voorstelling van de beleg gingsmaatschappijen door Sedeyn was zeer ge flatteerd. De verdachte: Maar dat wist ik niet. Ik ben wel geen heilige, maar een oplichter ben lk toch ook niet. Ik heb de zaak volkomen eerlijk opgevat. Ik beschouwde de transactie als een goede zaak en iedere zakenman zou er heden ten dage, onder dezelfde omstandigheden, precies zoo over denken. De verdediger, mr. Giltay Veth: Onder de stukken bevinden zich verschillende brieven, die bewijzen, dat Liebermann niet op de hoog te was van de financieele positie van de Beleg gingsmaatschappij» hoewel hij den heer Wolt man herhaaldelijk om gegevens heeft gevraagd. Getuige: Liebermann vroeg niet om gegevens betreffende de financieele positie, maar alleen om een lijst van perceelen, waarop door de Be leggingsmaatschappij hypotheek was verleend:1 Bovendien wist Liebermann heel goed, dat de Beleggingsmaatschappij er slecht voor stond. Verdachte: Dat ia niet waar. Dat heb ik nooit geweten. Getuige: Ik heb mijnheer Liebermann zelfs gezegd, dat de Beleggingsmaatschappij onze stroppenmaatschappij was. Verdachte: Ik heb hier een brief van Sedijn uit Den Haag, waaruit blijkt, dat ik niet op de hoogte was van de stroppen der Beleggings maatschappij. De president leest den brief voor. Sedijn schrijft er in, dat er In de door de Beleggings maatschappij verleende hypotheken een over waarde school van ongeveer 1.000.000. Getuige Woltman: In ieder geval blijkt er uit, dat niet Ik het ben geweest, die Liebermann heeft wijs gemaakt, dat de Beleggingsmaat schappij er zoo bijzonder goed goed voor stond. Daarop komen enkele notarissen voor het getuigenhekje, die verklaringen afleggen om trent de aflessing van de hypotheken. Hieron der bevindt zich notaris E. Heimans, die assis tentie verleende bij het aflossen van de hypo theek op het Asta-theater en ook notaris is ge weest hij de overdracht van goederen van de Beleggingsmaatschappij „Noord-Holland" aan de N.V. „Maraboe". Ook notaris J. A. Houtzager wordt gehoord. Deze heeft zijn medewerking verleend bij het passeeren van acten, betreffende het verlee- non van hypotheken van de Veendammer aan Kok. Feitelijk ging het bij het passeeren dezer acten om het verleenen van nieuwe hypotheken, waarbij, waarbij de oude werden geroyeerd. Ge- Installatie van de commissie voor onderzoek door Minister v. d. Vegte In één der zalen van bet Departement van Waterstaat beeft gisteren de Minister van Wa terstaat, mr. v. d. Vegte, geïnstalleerd de com missie voor een onderzoek naar de wijze; waar op, zoo noodig met toepassing van art. 194 der grondwet, de havenbelangen van Rotterdam en omstreken het best kunnen worden behar tigd. Hij deed dit met de volgende rede: Rede minister van der Vegte Het is mij mede namens mijn ambtgenooten van Binnenlandsche Zaken en Landbouw en van Arbeid, Handel en Nijverheid aangenaam u hier welkom te heeten en ik wil u in de eerste plaats dank zeggen, dat gij in deze commissie hebt willen zitting nemen. De taak van uw commissie zal zijn te onderzoeken hoe, zoo noodig met toepassing van art. 194 der Grond wet, de havenbelangen van Rotterdam en om geving het best kunnen worden behartigd, ter wijl het- onderzoek mede zal omvatten de voor ziening in de behoefte aan handels- en industrie terreinen ln verhand met de verscheping van grondstoffen en goederen, aan verbindingen te land en te water en aan terreinen voor huls vesting van degenen, die In 't havenbedrijf of de industrieën werkzaam zijn, één en ander zooveel mogelijk in onderling verband bezien. De behartiging van de havenbelangen van Rotterdam en omgeving wordt aan u ten on derzoek opgedragen. Niet dus, ik behoef dit nauwelijks te zeggen, kan het de bedoeling zijn, een begunstiging te scheppen voor de ge meente Rotterdam. De regeering denkt er niet aan, ten opzichte van de te volgen „haven- politiek" als lk het zoo noemen mag, een andere gedragslijn, dan tot nog toe gevolgd, te aan vaarden door zeer ln 't bijzonder de Rotterdam- sche havens boven de andere te bevoorrechten. Dit neemt echter niet weg, dat de belangen van het havenbedrijf op de Nieuwe Maas en den Nieuwen Waterdag niet kunnen worden bezien zonder in de eerste plaats aan de belangen van Rotterdam te denken. Het is dan ook voor namelijk Rotterdam geweest, dat het gemis heeft ondervonden van een regeling, geschikt om onder de tegenwoordige verhoudingen de ontwikkeling van een groot-havenbedrijf of een complex van groote havenbedrijven te verge makkelijken. De vraag zou nu kunnen rijzen, of wellicht het instituut voor gemeenschappelijke regeling van belangen en werken door gemeenten in diverse zaken uitkomst zou kunnen bieden, waarbij ik dan in de eerste plaats denk aan art. 121 der gemeentewet. Of die vraag beves tigend beantwoord zal kunnen worden, wordt echter al weder betwijfeld; het gaat hier niet uitsluitend over gemeenschappelijke gemeente belangen; het gaat over waterstaatkundige en economische belangen. Het havenprobleem van Rotterdam en om geving 13 dan ook niet uitsluitend te beschou wen als een gemeenteprobleem als zoodanig, maar als een vraagstuk, uitgaande boven dat van de territoriale begrenzing en boven dat van de gemeente-belangen in den strikten zin des woords. Uit velerlei oogpunt kan dus het vraagstuk bekeken worden en tal van vragen dienen daar bij tot een beantwoording te worden gebracht. Het is daarom dan ook, dat de regeering het noodig heeft geacht een veelzijdig en on partijdig onderzoek in te stellen over een zoo noodig met toepassing van art. 194 der Grondwet te scheppen organisatie. Aan u Is de moeilijke, maar schoone taak opgedragen, de regeering omtrent zoodanige oplossing van advies te dienen. De hoop, maar tevens de verwachting uit sprekende, dat zij spoedig In die taak zal sla gen, verklaar ik hiermede uw commissie ge ïnstalleerd. Antwoord van mr. P. Droogleever Fortuyn De voorzitter der commissie, mr. P. Droog leever Fortuyn beantwoordde 's ministers rede als volgt: Het zij mij vergund, aldus spr., mede namens de heeren, die met mij overeenkomstig uw wenscli, in de commissie havenbelangen Rotter dam hebben zitting genomen, uw Excellentie en den Ministers van Binnenlandsche Zaken en Landbouw en van Arbeid, Handel en Nijver heid dank te zeggen voor het vertrouwen, dat de regeering wel in ons heeft witten stellen en voor de woorden, waarmede u onze commis sie wel hebt willen Installeeren. Met groote belangstelling mochten wij daar uit vernemen, dat de regeering de onbelemmer de ontplooiing van het zoo belangrijke haven complex Rotterdam en omgeving een vraagstuk van nationale beteekenls voor Nederland acht. Het zal dus de taak van onze commissie zijn om na te gaan welke factoren die ontwikkeling heiemmeren en zoo mogelijk oplossingen aan de hand te doen waardoor aan deze bezwaren wordt tegemoet gekomen. Dat aan onze commissie door uwe Excellen ties bij haar instelling de bevoegdheid ls ge geven om voorzoover dit voor haar onderzoek noodig is ln overleg t« treden met de onder de departementen van Waterstaat, van Binnen landsche Zaken en Landbouw en van Arbeid, Handel en Nijverheid behoorende colleges, auto riteiten en ambtenaren, alsmede met bijzondere personen, zal onzen arbeid ongetwijfeld ver gemakkelijken. Het zij mij vergund, Excellentie,'de hoop uit te spreken, dat de arbeid onzer commissie in belangrijke mate moge bijdragen tot oplossing van dit vraagstuk van nationale beteekenls. tuigs Is niet aanwezig geweest bij het betalen van alle gelden ten bedrage van 855.000 door Kok. Deze bedragen werden bij stukjes en beetjes betaald. Wel was getuige op verzoek van Kok meegegaan naar Brussel om bij de eer ste betaling aanwezig te zijn. Getuige meende, dat hij in Brussel het geheele bestuur van de Veendammer zou vinden. Hij maakte bezwaar tegen de betaling, wanneer niet zou worden verstrekt een machtiging van geheel het be stuur, om de gelden over te dragen aan de Disconto-Bank. Die machtiging werd hem toe gezegd, doch was bij de eerste betaling nog niet ln zijn bezit. (Vervolg zie pag. 3 van Derde Bald.) 5 ris Verwacht wordt: Meest matige Westelijke tot Zuidelijken wind, zwaar bewolkt, of betrokken, waarschijn lijk eenige regen, zelfde temperatuur. De barometer is op den voormiddag onrustig en maakt nu en dan een onweersbeweging. Fietsers en motorrijders lichten op van des avonds 9.50 tot 's morgeus 4.09. Bezoek van Z. D. H. den Aartsbisschop Woensdag a.s. zal Z.D.H. de Aartsbisschop Mgr. H. v. d. Wetering een bezoek brengen aan de R K. Universiteit te Nijmegen. Da secretaris der St. Radboud-Stichting Jhr. W. E. Bosch van oud-Amerilweerd zal Z. D. H. ver-s gezellen. Het bezoek zal uitgesproken onoffi cieel z(jn. Het doel van het bezoek is de bezich-s itiging van Universiteitsgebouwen, OVERREDEN EN GEDOOD rjsn Gevolg van onvoorzichtigheid Op den Ugelsehen weg te Apeldoorn werd gistermiddag het 10-jarig zoontje van W. dooi; een kolenwagen overreden. De dood trad spoo. dig ln. Het knaapje had de onvoorzichtigheid gehad achter- aan den wagen te gaan hangen; het viel er af en een der achterwielen gin? over zijn lichaam. BRAND IN ONBEWOOND PERCEEL De inboedel niet verzekerd Gistermorgen 4 uur werd in een onbewoond perceel aan den Burg. Keizerstraat, zijstraat) van den Broekweg te Stompwijk nabij Voor burg brand ontdekt. De motorbrandspuit uit Leidscbeudam was spoedig ter plaatse, doch het geheele perceel waarin de aanstaande be woners den vorigen dag de meubels hadden gebracht brandde uit. De naastgelegen in aan bouw zijnde huizen kregen aanmerkelijk brand en waterschade. De inboedel was niet ver. zekerd. ARBEIDERS IN KONINGSDIENST Officiëele benoemingen in Engeland De arbeidersafgevaardigde Jack Hayes, ei. politieagent wordt tot „boodschapper" van d# koninklijke huishouding; de taxi-chauffeur, Ben Smith wordt tot penningmeester van dp koninklijke huishouding benoemd. De ex. scb e e psscbrij n w erker Henderson, wordt „toe* zichthouder" op de koninklijke huishouding. Zwendelzaak te Berlijn De Berlijnsche politie houdt zich bezig mat' een oplichtingszaak waarin wissels tot een bedrag van millioeaen, ten name van den Bulgaarschen troonopvolger prins Cyrillus, de hoofdrol spelen. Voorts moet ook ln Zwitserland zijn ge tracht, dergelijke wteseta aan den man te brengen. Daarbij werd beweerd, dat de prins, met de erfgename van een schatrijken Amerl. kaan in het huwelijk zou treden, terwijl 1q Duibschland werd gezegd, dat de prins mijnen bezat. Prins Cyrillus vertoeft te Parijs; hij zou van de oplichterij op de hoogte geweest zijn. Arbeiders en boeren verkoopen staatspapieren om brood te krijgen Volgens berichten uit verschillende streken van Rusland verkoopen arbeiders m boeren al hun staatspapieren om brood te kunnen koopen. Zelfs de coöperatieve vereenigingen hebben geen voorraden meer en hebben zich tot Duitsche specialisten gewend, ten einde te trachten kunstmatige voedingsmiddelen te pro. duoeeren. Monarchist ter dood veroordeeld MOSKOU, 12 Juni. Kanski, een actief lid eener Russische monarchistische organisatie^ is door het hooggerechtshof tor dood veroor deeld. BELGISCHE TREIN OP EEN GROEP ARBEIDERS GEREDEN 1 Tusschen Eeaussinea eu 's Gravenbrakel it een groep spoorwegarbeiders door een trein verrast; twee der arbeiders werden vermorzeld JOODSCHE SLACHTMETHODE IN j NOORWEGEN VERBODEN OSLO, 12 Juni (W.B.) Het Odelstiug heeft im de nieuwe sdachtwet het ritueel slachten verboden. Het voorstel, dispensaties te ver leenen, is roet 88 tegen 21 stemmen verworpen. De technische commissie van de K.N.A.U, verzoekt ons het volgende te berichten: Daar het uit financieele overwegingen dit jaar niet mogelijk zal zijn voor de samenstelling van de heerenploeg voor den wedstrijd Neder- landWest-Du'ltschland selectiewedstrijden té houden, geeft de T, C. heeren athleten, die een plaats in de ploeg ambieeren, in dringende over. weging uit te komen op de wedstrijden van P.E.C. te Zwolle op 23 Juni a.s. De nummers 100, 400, 800 en 4 X 109 M. estafette, hoogsprin. gen, verspringen met aanloop, polsstokhoog. springen en discuswerpen komen hiervoor ln aanmerking. Het adrea van den secretaris van P.E.C. is Hé Heemstra,, Deventerdwarsweg 21a, Zwolle. Hun, die voor de nummers 110 M. horden of de 5000 M. In aanmerking wenschen te komen, wordt aangeraden deel te nemen aan de wedstrijden van Pro Patria op 7 Juli a.s, te Rotterdam. _j

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1929 | | pagina 3