FEUILLETON
DE IDEALIST
DE FINANCIEELE VERHOUDING TUSSCHEN RUK EN GEMEENTEN
DE REST WAS EEN WRAKHOOP
PAGINA 2
«vee&bericht.
DONDERDAG 11 JULI 1929
TWEEDE BLAD
EERSTE KAMER
,,HET ONTWERP ZAL VOOR VELE GEMEENTEN EEN DRUKKEND KEURSLIJF
WORDEN," MEENT WIBAUT.
DE VEREENIGING VAN NEDERLANDSCHE GEMEENTEN JUICHT
ECHTER HET ONTWERP TOE
CHRISTELIJK NAT. VAKVERBOND.
ONZEKERHEID OMTRENT DE
TOEDRACHT VAN HET
GEBEURDE
NED. PELGRIMS TE LOURDES
CONGRES VAN DEN NED. R. K.
POLITIEBOND.
depothouder spoorloos
AUTO IN DEN LEIDSCHEN RIJN
GESTORT
DOOR EEN WAGEN
MEEGESLEURD
Aan de orde is het wetsontwerp, regelende
de financieele verhouding tnsschen Rijk en Ge
meenten.
De heer WIBAUT (S.D.A.P.) geeft er zich
rekenschap van, dat zijn bestrijding van het
ontwerp niet zal leiden tot verwerping daar
van. Maar dit ontwerp tast één der mooiste
beginselen aan van onze Nederlandsche wet
geving n.l. de vrijheid der gemeenten om die
uitgaven te doen, welke haar bestuur nocdig
acht, en ook passende middelen te bepalen tot
dekking dier uitgaven. Naar spr. meent, ware
het zeer goed mogelijk geweest tot een goede
regeling te komen zonder te tornen aan de
eigen inkomstenbelasting der gemeenten.
Vroeger was de gemeentelijke inkomsten
belasting de sluitpost van de begrooting. Na
inwerkingtreding van dit ontwerp zal deze pro
gressieve belasting hier en daar vervangen wor
den door verhooging van de personeele belas
ting, overal waar het beperkte aantal opeen
ten op de gsmeente-fondsbelasting te weinig
blijkt om het tekort te dekken. Deze verhoo-
ging kan moeilijk anders worden verkregen
dan door verhooging der opcenten op de huur
waarde als voornaamsten grondslag. Deze laat
ste verhooging is een zeer slecht surrogaat,
omdat zij de draagkracht minder benadert dan
de gemeentelijke inkomstenbelasting.
De regeering meent, dat het door spr. ge
noemde middel geen ruime toepassing zal kun
nen vinden. Nochtans moet zij toegeven, dat
het het e e n i g e middel voor de gemeenten is
om in sommige gevallen de begrooting sluitend
te maken.
De regeering voert nog aan, dat de heffing
op bebouwde eigendommen een hij uitstek ge
schikte heffingsgrond ia. De regeering moet
echter weten, dat vele dier bebouwde eigendom
men woningen zijn en dat de huren daarvan
reeds dikwijls zóó hoog zijn, dat deze door de
bewoners nauwelijks te betalen zijn.
Waar ruime toepassing van verhooging van
de 80 opcenten op de fondsbelasting niet mag
worden verwacht, mist de regeling rekbaarheid.
De regeering vreest onder de huidige regeling
overbelasting, maar wat verstaat zij daaronder?
Na eenige jaren zal men de werkelijke be
doeling van dit ontwerp begrepen hebben, n.l.
beknotting der gemeentelijke uitgaven. Slaagt
de regeering daarin, dan gaat zij in tegen de
maatschappelijke ontwikkeling en veroorzaakt
zij maatschappelijken achteruitgang van bet
gemeentelijk leven.
De stijging van de uitgaven der gemeenten
is noodzakelijk voor de maatschappelijke ont
wikkeling en is een internationaal verschijn
sel. Is de regeering bereid dit te ontkennen?
Spr. tracht de juistheid zijner bewering met
cijfers aan te toornen.
Wat is de verklaring voor het «feit, dat de
gemeenten zich deze wet laten aandoen? Reeds
25 jaar geleden was de regeling van de finau-
j gieele verhouding dringend noodig. Er werden
«jaarna nog voortdurend nieuwe lasten op de
gemeenten gelegd door de Rijksregeering. Er is
een stemming ontstaan van fatalistische wan
hoop. Een aantal gemeentebestuurders berusten
er nu in omdat zij het geld krijgen, dat zij in
de eerste jaren heelemaal niet kunnen misser
Zij troosten «r zich mee, dat de wet kan wor
den gewijzigd. In deze stemming vindt ook haar
verklaring de houding van de Tweede Kamer
ten opzichte van dit ontwerp. Men was murw
gemaakt van verveling. „Nu moet het maar",
zei men, „dan komen we eindelijk van dit pro
bleem af." Die Kamerleden, die de bezwaren
sterk zagen, koes ten tegen een muur vechten
Het ontwerp zal voor vele gemeenten een
drukkend keurslijf worden. Daarom zal de strijd
voor de financieele verhouding door deze wet
niet worden beëindigd. Die strijd zal door de
gemeenten in de toekomst worden gevoerd cm
haar autonomie te herkrijgen.
De heer SLINGENBERG (V.D.J memoreert
de lijdensgeschiedenis van de financieele rege
ling tnsschen rijk en gemeenten. Hij betreurt,
dat deze regeering niet heeft overgenomen het
standpunt van de commissie van 1921, n.l. dat
de gemeenten reclit op een regeling hadden.
Men kan de vraag stellen of de gemeenten,
waarin de belasting zeer hoog zijn, niet een
roekeloos beheer hebben gevoerd. Spr. ontkent
dit. In sommige gemeenten is een opeenhooping
van kapitaal, ln andere gemeenten een opeen
hooping van kleine inkomens. Spr. is niet van
meening, dat het gemeentelijke leven wordt
lamgeslagen. Integendeel gelooft hij, dat dit zich
op dezelfde wijze als voorheen zal kunnen
blijven ontwikkelen.
In de praktijk acht spr. de gemeentelijke
autonomie niet heel groot, vooral in belasting
zaken. Deze beperking is noodzakelijk omdat de
gemeente een onderdeel is van het centraal
gezag. Voor zoover die autonomie bestaat,
wordt die door het ontwerp niet noemenswaard
aangetast. De Vereeniging van Ned. Gemeenten,
die thans juist een congres houdt, heeft dan
ook geen aanleiding te protesteeren. Integen
deel juicht men daar het ontwerp toe.
Spr. critiseert uitvoerig het adres van den
gemeenteraad van Amsterdam, gericht aan do
Tweede Kamer naar aanleiding van dit wets
ontwerp en wijst er op, dat die stad, toen de
heer Wibaut wethouder was, haar bijzondere
uitgaven niet bestreden heeft uit de gemeente
lijke inkomstenbelasting, maar uit andere, in
directe Inkomsten. Dit is een bewijs er voor,
dat men zich niet moet blind staren op de ge
meentelijke inkomstenbelasting.
De heer Slingenberg betreurt, dat de rege
ring niet heeft afgewezen het amendement
Lovink, dat de regeering wilde terughouden
van het geven van meer ruimte voor het on
derwijs.
Wei zou spr. gaarne gezien hebben, dat do
minister minder afwijzend had gestaan tegen
over het amendementv, d. Tempel om het
maximum aantal opcenten op de fondsbelasting
te brengen van 80 op 120.
Verder heeft spr. nog het bezwaar, dat de
progressie in het taTief voor de fondsbelasting
is beperkt tot 6 pet. Hij acht het ook onbillijk,
dat de werkgemeente niets meer zal ontvangen
van een in die gemeente verdiend loon door
iemand, die in een andere gemeente woont. Spr.
eindigt met een woord van hulde aan -de regee
ring voor de indiening van dit wetsontwerp, dat
zij op voortreffelijke wijze heeft verdedigd.
De vergadering wordt verdaagd tot Donder
dag 11 uur.
Viering tweede luslru;.;.
Te Utrecht had -de herdenking plaats van het
Vierde lustrum van het Christelijk Nationaal
Werkliedenverbond onder leiding van den heer
K. Kruithof, die een uitvoerig openingswoord
sprak en daarna het sociaal werk van christe
lijke ministers als Talma en Slotemaker de
Bruine besprak. Telde de bond bij het 10-jarig
bestaan 65.000 leden, thans bedraagt het leden
tal 62.000; doch de huidige positie stemt tot
tevredenheid.
Vervolgens werd mededeeling gedaan van tal
van ingekomen gelukwenschen, terwijl de
groote rij van afgevaardigden gehuldigd werd
voor hun aanwezigheid.
Na behandeling en goedkeuring der jaarver
slagen ging de vergadering uiteen, waarop men
zich ten gemeenschappelijken maaltijd begaf,
des avonds gevolgd door een feestavond.
„ST. LEONARDUS".
Het bestuur der Vereeniging van studenten
aan de R.K. Leergangen te Tilburg, is voor
het studiejaar 19291930 samengesteld als
volgt: voorzitter, /de heer Th. de Kroon, Oister-
wijk; vice-voorzitter de heer P. van Rythoven,
Oosterhout; eerste secretaris de heer J. van
der Ligt, Boxtel, Rechterstraat 307atweede
secretaresse, mej. L. van Nunen, Tilburg, Plein
straat 4; penningmeesteresse: mej. M. Spuy-
sers, Sittard, Parklaan 10.
Na de vliegtragedie bij Huisduinen
Het lijk van den bestuurder neg niet
gevonden
Gisteren is het vliegtuig 547, dat Dinsdag
middag te Huisduinen, in zee stortte, door de
sleepboot „Drenthe in de haven van Nieuwe-
diep gebracht en aan boord van het marine-
hergingsvaartuig geheschen.
Het lijk van den lult. vlieger Brugma, was
niet meer in het toestel en is er vermoedelijk
dadelijk na het ongeval reeds uitgespoeld.
Bij den val in het water is het vliegtuig
juist bij de bestuurdersplaatsen gebroken, zoo
dat -ook de motor verloren is. De rest van het
vliegtuig was een wrakkoop, een chaos waaruit
geen vliegtuig meer te herkennen is.
Toen de ramp Dinsdagmiddag in Den Helder
bekend werd, heeft men direct alle moeite ge
daan om het toestel te lichten. De plaats waar
het gevallen was, was echter niet met zeker
heid bekend. Oorspronkelijk dacht men, dat het
toestel op 100 M. uit de kust in zee gestort
was. Later bleek, dat het zeker 500 M. uit den
wal in het water gekomen was. Eenige marine
vaartuigen, pantserbooten „Brlnio" en „Gruno"
hebben oogenblikkelijk naar het toestel gezocht
doch zond-er resultaat.
Om zeven uur 's avonds is een stoomsloep
van het marine duikhsdrijf, bemand o.m. met
den leider van dit bedrijf, den luit. ter zee der
le kl. J. J. Wichersen, en een duiker van de
marine, naar de vermoedelijke plaats des on-
hcils vertrokken. Na lang zoeken had men
het vliegtuig op 13 meter diepte gevonden. Het
lijk van den bestuurder was -er toen reeds uit.
Een reep werd aan den wrak-hoop bevestigd,
waaraan een boei werd opgestoken. Men heeft
den morgen afgewacht om het toestel bij stil
water te lichten. Om 9 uur gisterenmorgen ver
trok de sleepboot „Drenthe" daarvoor uit de
haven van Nienwediep en deze heeft het toe
stel gedeeltelijk boven water gehaald, waarna
het naar de haven werd gesleept en aan boord
van het marine bergtngsvaartnig werd ge
heschen.
Omtrent de tosdracht van het ongeluk ver
keert men in het onzekere. Volgens ooggetuigen
zou de bestuurder op -een hoogte van pl.m.
200 meter een looping gemaakt hebben, waarna
het vliegtuig in een vrille schoot en in zee
stortte. Volgens dezen zou de hoogte -te gering
zijn geweest, om een looping te maken. Vliegers
beweren, dat de motor op het kritieke moment
heeft geweigerd, zoodat de bestuurder zijn toe
stel niet meeir op kon trekken. Men heeft, toen
het toestel vlak boven het water was, den
motor nog hoeren werken. Het was toen echter
te laat. Op het strand te Huisduinen was het
op het oogenblik dat de ramp geschiedde zeer
druk. Tal van menschen zagen het dan ook
gebeuren en waren onder den indruk.
POSTDIEFSTAL TE GORINCHEM.
De dader op Iieeterdaad betrapt
In de laatste twee Jaren werden steeds weer
brieven en stukken van waarde op -het post
kantoor te G-oxinchem vermist. Slechts diefstal
kon hiervan de oorzaak zijn. 'n Paar maal had
de politie reeds personen, op wie, zooals later
bleek geheel ten onrechte, verdenking geval
len was, in verhoor genomen. Totdat nu dezer
-dagen de dader gesnapt is. Den hoofdagent-
rec-hereheur B. mi. is het gelukt, door zich
verdekt in het postkantoor op te stellen, den
postbode E. -op heeterdaad te betrappen, toen
laatste zich vergreep door het openen van een
postzendimg. Door den commissaris van politie
aldaar in verhoor gen-omen, bekende E. dat hij
zich sinds anderhalf jaar -aan verduisteringen
van diverse postzèndingen schuldig gemaakt
beeft. Op last van genoemden commissaris
zijn ten huize van IE. de ri-oolput en W.C. op
gebroken met het resultaat, dat er resten ge
vonden zijn van verduisterde brieven. E. is
naar Dordrecht getransporteerd en ter beschik
king gesteld van den officier van justitie al
daar.
VEELBELOVENDE MEISJES
Twee meisjes van zes en zeven jaar zijn te
Groningen op heeterdaad betrapt bij het stelen
van pepermunt in een winkel. De kinderen
gaven aanvankelijk valsehe namen -op aan de
politie, benevens gefingeerde woonplaatsen! Zij
werden na verhoor aan de oudere terugge
geven.
De pelgrims, ongeveer 300, van „Katholiek
Nederland" onder leiding van pastoor Ver-
bundt uit Rijsbergen, zijn goed en frisch te
Lourdes aangekomen.
Het weer onder de reis was goed. De zon
scheen gedurende het verblijf te Lisieux en
Parijs en bij de aankomst in Lourdes klaarde
het weer ,op, nadat gedurende de r-eis daar
heen regenbuitjes de warmte en het stof in
bedwang hadden gehouden.
Gisteren werd het 14e congres van den Ned.
R. K. Politiehond „St. Michael" te Hilversum
gehouden naar aanleiding van het 2e lustrum
der afdeeling Hilversum.
In het middaguur werden hoofdbestuur en
afgevaardigden door het afdelingsbestuur aan
het station verwelkomd, waarna, voorafgegaan
door het Hilversumsche politiemuziekgezel-
schap „Excelsior" zich een stoet formeerde
met een twaalftal vaandels en banieren. "Onder
groote belangstelling der burgerij ging de op
tocht naar het versierde raadhuis, waar de
congressisten defileerden voor het college van
B. en W. de Zeereerw. pastoor Z. van Ditztuij-
zen, afdeelings-adviseur, A. L. van Beusekom,
commissaris van politie, die op het bordes van
het Raadhuis stond. Hierna volgde de ontvangst
der gasten in de raadszaal. De burgemeester, ide
heer mr. P. JReymer, hield een welkomst-
rede, waarin nadruk werd gelegd op de belang
rijke taak, welke de politie had te vervullen
in samenwerking met de overheid. Met waar
deering gewaagde spreker van het werken -en
streven van den Bond door het behartigen van
de geestelijke en stoffelijke belangen der leden.
Deze arbeid bracht een steeds toenem-enden
bloei. Aan de oprichting der plaatselijke af
deeling in 1919 gaf spreker zijn medewerking
en het was hem aangenaam, dat thans de Bond
het lustrum dei- afdeeling door zijn komst wil
herdenken .Hij besloot met zijn gelukwenschen
te uiten.
De bondsvoorzitter, de heer E. van Duin uit
Rotterdam, betuigde het gemeentebestuur dank
voor de ha lelijke -ontvangst van -de deelnemers
aan het congres. Spreker memoreerde, dat mr.
Reymers geen vreemde was voor -den Bond.
Volgaarne zei spreker, namens de leden toe,
dat op daadwerkelijken steun kon worden ge
rekend bij het handhaven van het gezag. Bij
het eindigen zijner rede wenschte spreker, dat
het gemeentebestuur een aangename herinne
ring zou bijblijven van „Si- Micha-ëï".
Daarna werd verversckingen rondgediend.
Te half twee werd in Het Hof van Holland
de jaarvergadering geopend onder leiding van
den heer E. van Duin, bondsvoorzitter, met
het zingen van „Aan U, o Koning der Eeuwen"
Er waren 51 afdeelingen, vertegenwoordigen
de 1670 leden; vooral uit het Zuiden des lands
waren er velen gekomen. Aan de bestuurstafel
nam ook plaats pastoor E. A. M. Mersel uit
Rotterdam, geestelijk adviseur van den bond.
Na het openingswoord werd medegedeeld,
dat een telegram van hulde en onderdanigheid
was verzonde naan Mgr.. H. v. d. Wetering,
aartsbisschop van Utrecht, mede een felicita
tie aan de Kamerfractie in liet vertrouwen, dat
het ontwerp „rechtstoestand" zoo spoedig' mo
gelijk aan de orde zou worden gesteld .alsmede
een dankbetuiging aan het afgetreden kamer
lid, den heer Bulten, vo.or het vele, dat hij deed
in het belang van den Bond. Hierna kwam de
beschrijvingsbrief in behandeling. Het jaarver
slag van den secretaris vermeldde -een ledental
va-n 1987, ongeveer 350 -leden namen deel aan
de retraite. De toestand der organisatie is
alleszins bevredigend. Bit verslag werd evenals
dat van den penningmeester goedgekeurd. Ook
het beleid van het hoofdbestuur had ieders
Instemming. De begrooting, sluitende met een
eindcijfer van 18300 werd vastgesteld. Her
kozen werden de bestuursleden, de Iiee-ren
Th. Raaphorst, P. J. A. Stoop, en B. J. Kemper
man. De bespreking der voorstellen werd hal
verwege de agenda geschorst tot den volgenden
dag. 's Avonds gaf het politiemuzïekgezeischap
een schitterend geslaagd concert.
NED. IIANDELSKOOGESCHOOL.
De inlichtingscommissie van de R.K. Stud.
Ver. Sanctus La-urentius heeft zich voor het
studiejaar 192919-30 als volgt samengesteld:
Kap. G. N. L-iiken, Nwe. Haven 145, R'dam,
moderator; Hub. L. Jansen, Graafsche Weg 107,
Nijmegen (voor 't Noorden.)Fr. G. v. d. Ven,
Boerhaavestr. 59, Tilburg (voor 't Zuiden); J.
Vreeburg, Koninginnegracht 92, Den Haag;
Hub. Krijgsman, Aleidisstr. 79a. Rotterdam,
(algem. secretaris.)
VRIJ NAAR HET ENGELSCH
VAN
E. P. ISPHILL
51)
(Slot)
Ik had ze vergeten, gaf ze toe. Het waren
beste en aardige jongens allemaal, maar zij
maakten allemaal dezelfde fout. Ik herinner me
nu, dat ze aanzoek deden. Dat was natuurlijk
noodlottig.
-Ik zie heelemaal nfeit in... begon hij.
Mijn beste Gilbert, viel ze hem in de Tede,
heb ik niet altijd gezegd, dat ik nooit van plan
ben, om iemand te trouwen, die aanzoek om me
doet? Als ik het eenmaal goed en wel met me
eens ben, zal ik zelf aanzoek doen!
Of-het schrikkeljaar is, of niet, vroeg hij.
Beslist! antwoordde zij. Mannen kunnen
zicih altijd afmaken van een schrikkeljaars-
aanzosk. Maar mijn mannetje zal er niet in
slagen, om te ontsnappen. Dat beloof ik je.
Hij... bestaat dus? vroeg Deyes.
Zij lachte zachtjes.
Hij heeft heel wat jaren meer bestaan,
dan ik, antwoordde zij. Ik had geen idee, om
een baby te trouwen.
Aha. En weet hij het?
- Nu, dat weet ik niet zeker, zei ze pein
zend. Hij zou het moeten weten, maar het is
zoo'u onnoozelo hals.
Toen was het, dat Dèyes den grootsten schok
kreeg van zijn ihesle leven. Hij ontdekte heel
opeens, dat haar ocgem vol tranen stonden.
Voor de eerste maal sinds v-ele jaren verloor
hij bijna zijn hoofd.
Misschien heeft hij gewacht, meende hij,
terwijl hij zijn stem liet dalen, -en tot zijn
verbazing bemerkte, dat ze niet zoo vast klonk
als andiers.
Ik vrees van niet, antwoordde zij, eon
oogenblik neerkijkend op de gesp van haar
gordel.
Hij zag om zich heen.
Als hij nn maar hier was, zei hij. Zou
men een gunstiger gelegenheid kunnen beden
ken? Eon April-morgen, zonneschijn, Moemen,
alles in de lucht, om hem te doen vergeten,
dat hij een oude heer is, an niet verdient
Zij hief haa.r oogen tot hem op, die nu geheel
vochtig waren.
Ik zou niets kunnen zeggen, prevelde zij,
als hij niet heel dicht bij me was.
Deyes stapte over de hyacinthen heen, en
zette zich vastberaden aan de andere zijde van
de vensterbank.
Wilhelmina koos een pas-afgezaagde boom
stronk uit, veegde zorgvuldig het zaagsel weg,
en ging zitten. Macheson -koos een andere
stronk, en stak een sigaret op. Maar dan kwa
men zij tot het besluit, dat zij te ver van
elkaar af waren, en kozen een stronk, waarop
ruimte was voor twee. Wilhelmina rolde een
plan uit, en terwijl zij nu en dan naar het
boseh van stiegerhout, links van hen, keek.
trachtte zij uit het onvoltooide gebouw wijs te
worden. Macheson sloeg haar glimlachend gade.
Victor, riep ze uit, je moet me niet uit
lachen. Bedenk dat dit mijn eerste poging Is,
om iets te doendat de moeite waard is,
o-m te doen, en natuurlijk heb ik er ook zin
in. Weet je zeker, dat we genoeg slaapkamers
zullen hebben?
Genoeg om mee te beginnen, in iedeT
geval, antwoordde hij. We kunnen er altijd
bijbouwen.
Zij keek nog eens naar dat boach van palen,
en naar do langzaam oprijzende muren, door
wier holle vensters men tafereel-en kon zien
van het dal foened-em.
Men kan bouwen prevelde zij, men ka-n
altijd bijbouwen. Maar bedenk-eens, Victor, wat
een hoop tijd ik verknoeid heb, vóór ik' jou
kende. Ik had zoo véél kunnen doen.
Hij glimlachte geruststellend.
Er is tijd in overvloed, verklaarde hij.
Beter laat beginnen, maar dan op stevigen
grondslag, zie je. Anders vrees ik, zonden ver
scheidene van die huizen als ik daar zet, ev-en
gauw tegen den grond komen, nis ze worden
cpgotrokke-n. West je bijvoorbeeld nog wel,
hoe ik al je menschen hier stormenderhand
winnen wou?
Zij glimlachte.
Toch... -ben ik blij, dat je het kwam
probeeren, zei ze zacht. Die afschuwelijke
opperman staat naar ons te kijken, Victor.
Ik kijk den anderen kant uit.
Hij is nu weg, zei Macheson, terwijl hij
zijn arm om hear middel sloeg. Lieveling, luis
ter eens; ik geloof niet, dat men goed kan
bonwon, ais mem alleen is. Het is een koud
gebouw, als het af is; dat leven, opgebouwd
door een eenzaam man. Ik mag ons paleis
liever zien, Wilhelmina.
Ilc zou wol eens willen weten, wat nu
eigenlijk mijn deel is? vroeg ze.
Iedere kamer heeft versiering noodig,
antwoordde hij, en dat kan één man niet af,
Wilhelmina. Herinner je je wel dien ouden
schrijver, die zei, dat s-choone gedachten de
heerlijkste schilderijen waren, om aan do
wanden te hangen Denk eens aan de komen
de lente,als we de kinderen uit die ellendige
stad zullen hooren heen en weer rennen in do
bcssehen, en stoeien, en bloemen zien pluk
ken; zie je, hoe die -sleutelbloemen al afsteken
tegen het groene mes?
Wilhelmina stond op.
- Ik moet er werkelijk een paar gaan pluk
ken, zei ze maar hoe staat het dan met de
fazanten, Victor?
Hij lachte.
Ik zal nog sport genoeg vinden, wees daar
maar niet bang voor, antwoordde hij, zonder
dat ik die kleuters hiervandaan hoef te houden
Wel, hot land behoort aan hen! Het is hun
geboorterecht, niet het onze.
Zij wen-deidein naast elkander voort. De grond
was nog zacht van de winterregeos, maar
overal kwam het zonlicht binnen, over de
open ruimte en tnsschen al die twijgen met
teer, onttoiikond groen. De bodem was bezaaid
met sleutelbloemen, en in ieder beschut plekje
•groeiden viooltjes. Era zachte "Westenwind
woei hun in het gezicht, teen zij op den land
weg uitkwamen. Beneden hen lag het dal, waar
over een vage, blauwe nevel lag uitgespreid.
Overal om hen heen klonk het gezang der
vogels, en de toenemende geluiden van het ont
wakend voorjaar. Stephen Hurt! kwam v.o-orbij-
draven, en hield een oogenblik stil, om over
het een of ander te spreken in verband met
het landgoed.
Beste groeten aan Letty, zei Wilhelmina
vriendelijk, toen hij wegreed.
Den wendde zij zich tot Macheson.
Stephen Hurd is ean klein hoekje in je
huis, .merkte 7-if op.
In ons huis, protesteerde hij. Ik zou nooit
naar hem omgezien hebben, als hij niet zijn
eigen redding bewerkt had. Als hij tien mi
nuten later bij me gekomen was
Zij greep hem bij den arm.
Toe, neem, smeekte zij.
Hij lachte.
Tob toch niet altijd over akelige onmo
gelijkheden, zei hij.De man, die je van mij zou
Verwacht wordt:
Zwakke tot matigen Zuidwestelijke tot Zuid*
Oostelijken wind, licht- tot halfbewolkt, droos
en warm.
Fietsers en motorrijders lichten op van de'
avonds 9.47 tot 'b morgens 4.23.
MEISJE VERDRONKEN.
Onopgemerkt in een sloot geraakt
In de Fabriekssteeg te Amstelveen geraakt!
onder het spelen het 2%-jarig dochtertje vaf
den werkman v. V. aldaar in een aan genoemd!
steeg grenzende sloot. Niemand had iets vat
het ongeluk gemerkt. Toen men het meisj)
miste ging men onmiddellijk aan het dreggen"
waarbij het lijkje van het ongelukkige kind
spoedig werd opgehaald.
VERDWENEN
Hij droeg reeds eenige weken geen bedragen1
meer af
Bij de politie te Amersfoort is door eep
Uti echtsche firma aangifte gedaan van verdut
storing van 2.665,door haar depóthoudeB
H. B. Genoemde H. B. was aldaar gedurende
eenige jaren depóthouder in een zaak van bo.
ter, margarine, koffie, enz. Hoewél de zaak
goed liep, droeg hij de laatste weken geen be*
dragen meer af. Aan de uitnoodiging van het
hoofd der firma, die lont begon te ruiken, om!
op het hoofdkantoor te komen voor contróle,
gaf hij geen gevolg. Het bleek dat hij, na op
3 Juli aan zijn stemplicht te hebben voldaan,
spoorloos verdwenen was. In zijn woning heeftj
hij de ledige geldkist met sleutel achtergelat
ten.
DE VIERDE GERED
Gisterenavond omstreeks -half twaalf is een
luxe-auto met vier inzittenden ter hoogte van
het bootenhuis van Triton in den LeicLschen
Rijn gereden. Drie van hen konden zich zelf ia
veiligheid brengen; de vierde, de heer A. Ton,;
kon eerst verlost worden, nadat de kap van dea'
wagen was stukgetrokken met -behulp van eea
lier van een in de nabijheid liggend schip. De;
geneeskundige dienst heeft ruim een uur lang
kunstmatige ademhaling toegepast, doch deze
pogingen mochten niet haten.
De auto kwam uit Zalt-Bommel.
Jongen blijft met zijn kleeren haken
Toen de voerman B. te Warffivm gisteren
met twee aaneengekoppelde wagens grint ver
voerde, viel het zoontje van H. de Groot, dat
zich op den achtersten wagen bevond op dea
grond. Het ventje bleef met de kleeren aan den
wagen haken en werd een eindweegs meege
sleurd. In zorgwekkenden toestand is hij naar
het ziekenhuis vervoerd.
INBREKER EN BRANDSTICHTER
AANGEHOUDEN
Drie personen gered
Men meldt ons uit Apeldoorn;
Door de Apeldoornsche politie is te Amers
foort aangehouden een zekere K. bankwerker
van beroep, verdacht van inbraak met poging
tot brandstichting in het perceel aan de De-
venterweg, bewoond door mejuffrouw B. B.
STUURLIEDEN-EXAMENS.
De Minister van Waterstaat heeft goedgevon
den voor het jaar 1929 alsnog te benoemen in
de commissie, belast met het afnemen van de
examens ter verkrijging van een diploma als
stuurman aan boord van koopvaardijschepen en
voor de sleepvaarttot plaatsvervangend lid
den heer C. Aronstein, gep. schout-bij-nacht, te
'fi-Grav-enhage.
kunnen afhouden, moet nog geboren worden.
Gaan we over de heuvels naar huis, of zijn
je schoenen te dun?
Hij wierp het hek open, en zij gingen er
door, om dan aan den anderen kant af te
dalen langs den breed en, begroeiden wandelweg
die bezaaid was met grijze rotssitnkjes, en be
grensd werd door struiken die geel zagen van
bloesem. Zij liepen langs den zoom van het
den-nenhoscih, namen den eerbiedigen groet van
Mrs. Green, in het opzichtershuisje, in ont
vangst, en staken vervolgens de lagere heu
velreeks over, om het huis langs den achter
kant te bereiken. Wilhelmina lachte zachtjes,
toen zij langs die groene laan gingen, want
haar gedachten gingen terug, naar een storm-
achtigen avond, toen zij, met opgenomen japon,
en snelle, bevende schreden voortgesneld was,
een nieuwe wereld in. Zij klemde zich vast
aan den arm van haar echtgenoot.
Hier ben ik ééns gegaan, lieveling, in eati
s-tormachtigen avond, om met mijn gedachten
bij jou te zijn
Hij boog zich over haar heen, en kurte haar
op de lippen.
Ik iheb ook eens rozen gevonden, merkte
hij op. Daar was ik mooi mee in de war.
Hot was zoo'n wcnderschoome avond, zei ze
stemmig.
Zij liepen recht de tuinkamer in, wat ietwat
onbescheiden wasen Wilheimina gilde.
Peggy, Tiep ze uit, Peggy, jij slechte meid!
De beide vrouwen gingen samen weg, natuur
lijk om het geval te bespreken, en Deyes en
Macheson bromden iets, wat nauwelijks ver
staanbaar was, en keken elkaar dam verlegen
aan,
Zfn in een partij biljard? stelde Mache
son voor.
Accoord! antwoordde Deyes, met onuit
sprekelijke verlichting.
EINDE