FEUILLETON DE IDEALIST DE FINANCIEELE VERHOUDING TUSSCHEN RUK EN GEMEENTEN DE REST WAS EEN WRAKHOOP PAGINA 2 «vee&bericht. DONDERDAG 11 JULI 1929 TWEEDE BLAD EERSTE KAMER ,,HET ONTWERP ZAL VOOR VELE GEMEENTEN EEN DRUKKEND KEURSLIJF WORDEN," MEENT WIBAUT. DE VEREENIGING VAN NEDERLANDSCHE GEMEENTEN JUICHT ECHTER HET ONTWERP TOE CHRISTELIJK NAT. VAKVERBOND. ONZEKERHEID OMTRENT DE TOEDRACHT VAN HET GEBEURDE NED. PELGRIMS TE LOURDES CONGRES VAN DEN NED. R. K. POLITIEBOND. depothouder spoorloos AUTO IN DEN LEIDSCHEN RIJN GESTORT DOOR EEN WAGEN MEEGESLEURD Aan de orde is het wetsontwerp, regelende de financieele verhouding tnsschen Rijk en Ge meenten. De heer WIBAUT (S.D.A.P.) geeft er zich rekenschap van, dat zijn bestrijding van het ontwerp niet zal leiden tot verwerping daar van. Maar dit ontwerp tast één der mooiste beginselen aan van onze Nederlandsche wet geving n.l. de vrijheid der gemeenten om die uitgaven te doen, welke haar bestuur nocdig acht, en ook passende middelen te bepalen tot dekking dier uitgaven. Naar spr. meent, ware het zeer goed mogelijk geweest tot een goede regeling te komen zonder te tornen aan de eigen inkomstenbelasting der gemeenten. Vroeger was de gemeentelijke inkomsten belasting de sluitpost van de begrooting. Na inwerkingtreding van dit ontwerp zal deze pro gressieve belasting hier en daar vervangen wor den door verhooging van de personeele belas ting, overal waar het beperkte aantal opeen ten op de gsmeente-fondsbelasting te weinig blijkt om het tekort te dekken. Deze verhoo- ging kan moeilijk anders worden verkregen dan door verhooging der opcenten op de huur waarde als voornaamsten grondslag. Deze laat ste verhooging is een zeer slecht surrogaat, omdat zij de draagkracht minder benadert dan de gemeentelijke inkomstenbelasting. De regeering meent, dat het door spr. ge noemde middel geen ruime toepassing zal kun nen vinden. Nochtans moet zij toegeven, dat het het e e n i g e middel voor de gemeenten is om in sommige gevallen de begrooting sluitend te maken. De regeering voert nog aan, dat de heffing op bebouwde eigendommen een hij uitstek ge schikte heffingsgrond ia. De regeering moet echter weten, dat vele dier bebouwde eigendom men woningen zijn en dat de huren daarvan reeds dikwijls zóó hoog zijn, dat deze door de bewoners nauwelijks te betalen zijn. Waar ruime toepassing van verhooging van de 80 opcenten op de fondsbelasting niet mag worden verwacht, mist de regeling rekbaarheid. De regeering vreest onder de huidige regeling overbelasting, maar wat verstaat zij daaronder? Na eenige jaren zal men de werkelijke be doeling van dit ontwerp begrepen hebben, n.l. beknotting der gemeentelijke uitgaven. Slaagt de regeering daarin, dan gaat zij in tegen de maatschappelijke ontwikkeling en veroorzaakt zij maatschappelijken achteruitgang van bet gemeentelijk leven. De stijging van de uitgaven der gemeenten is noodzakelijk voor de maatschappelijke ont wikkeling en is een internationaal verschijn sel. Is de regeering bereid dit te ontkennen? Spr. tracht de juistheid zijner bewering met cijfers aan te toornen. Wat is de verklaring voor het «feit, dat de gemeenten zich deze wet laten aandoen? Reeds 25 jaar geleden was de regeling van de finau- j gieele verhouding dringend noodig. Er werden «jaarna nog voortdurend nieuwe lasten op de gemeenten gelegd door de Rijksregeering. Er is een stemming ontstaan van fatalistische wan hoop. Een aantal gemeentebestuurders berusten er nu in omdat zij het geld krijgen, dat zij in de eerste jaren heelemaal niet kunnen misser Zij troosten «r zich mee, dat de wet kan wor den gewijzigd. In deze stemming vindt ook haar verklaring de houding van de Tweede Kamer ten opzichte van dit ontwerp. Men was murw gemaakt van verveling. „Nu moet het maar", zei men, „dan komen we eindelijk van dit pro bleem af." Die Kamerleden, die de bezwaren sterk zagen, koes ten tegen een muur vechten Het ontwerp zal voor vele gemeenten een drukkend keurslijf worden. Daarom zal de strijd voor de financieele verhouding door deze wet niet worden beëindigd. Die strijd zal door de gemeenten in de toekomst worden gevoerd cm haar autonomie te herkrijgen. De heer SLINGENBERG (V.D.J memoreert de lijdensgeschiedenis van de financieele rege ling tnsschen rijk en gemeenten. Hij betreurt, dat deze regeering niet heeft overgenomen het standpunt van de commissie van 1921, n.l. dat de gemeenten reclit op een regeling hadden. Men kan de vraag stellen of de gemeenten, waarin de belasting zeer hoog zijn, niet een roekeloos beheer hebben gevoerd. Spr. ontkent dit. In sommige gemeenten is een opeenhooping van kapitaal, ln andere gemeenten een opeen hooping van kleine inkomens. Spr. is niet van meening, dat het gemeentelijke leven wordt lamgeslagen. Integendeel gelooft hij, dat dit zich op dezelfde wijze als voorheen zal kunnen blijven ontwikkelen. In de praktijk acht spr. de gemeentelijke autonomie niet heel groot, vooral in belasting zaken. Deze beperking is noodzakelijk omdat de gemeente een onderdeel is van het centraal gezag. Voor zoover die autonomie bestaat, wordt die door het ontwerp niet noemenswaard aangetast. De Vereeniging van Ned. Gemeenten, die thans juist een congres houdt, heeft dan ook geen aanleiding te protesteeren. Integen deel juicht men daar het ontwerp toe. Spr. critiseert uitvoerig het adres van den gemeenteraad van Amsterdam, gericht aan do Tweede Kamer naar aanleiding van dit wets ontwerp en wijst er op, dat die stad, toen de heer Wibaut wethouder was, haar bijzondere uitgaven niet bestreden heeft uit de gemeente lijke inkomstenbelasting, maar uit andere, in directe Inkomsten. Dit is een bewijs er voor, dat men zich niet moet blind staren op de ge meentelijke inkomstenbelasting. De heer Slingenberg betreurt, dat de rege ring niet heeft afgewezen het amendement Lovink, dat de regeering wilde terughouden van het geven van meer ruimte voor het on derwijs. Wei zou spr. gaarne gezien hebben, dat do minister minder afwijzend had gestaan tegen over het amendementv, d. Tempel om het maximum aantal opcenten op de fondsbelasting te brengen van 80 op 120. Verder heeft spr. nog het bezwaar, dat de progressie in het taTief voor de fondsbelasting is beperkt tot 6 pet. Hij acht het ook onbillijk, dat de werkgemeente niets meer zal ontvangen van een in die gemeente verdiend loon door iemand, die in een andere gemeente woont. Spr. eindigt met een woord van hulde aan -de regee ring voor de indiening van dit wetsontwerp, dat zij op voortreffelijke wijze heeft verdedigd. De vergadering wordt verdaagd tot Donder dag 11 uur. Viering tweede luslru;.;. Te Utrecht had -de herdenking plaats van het Vierde lustrum van het Christelijk Nationaal Werkliedenverbond onder leiding van den heer K. Kruithof, die een uitvoerig openingswoord sprak en daarna het sociaal werk van christe lijke ministers als Talma en Slotemaker de Bruine besprak. Telde de bond bij het 10-jarig bestaan 65.000 leden, thans bedraagt het leden tal 62.000; doch de huidige positie stemt tot tevredenheid. Vervolgens werd mededeeling gedaan van tal van ingekomen gelukwenschen, terwijl de groote rij van afgevaardigden gehuldigd werd voor hun aanwezigheid. Na behandeling en goedkeuring der jaarver slagen ging de vergadering uiteen, waarop men zich ten gemeenschappelijken maaltijd begaf, des avonds gevolgd door een feestavond. „ST. LEONARDUS". Het bestuur der Vereeniging van studenten aan de R.K. Leergangen te Tilburg, is voor het studiejaar 19291930 samengesteld als volgt: voorzitter, /de heer Th. de Kroon, Oister- wijk; vice-voorzitter de heer P. van Rythoven, Oosterhout; eerste secretaris de heer J. van der Ligt, Boxtel, Rechterstraat 307atweede secretaresse, mej. L. van Nunen, Tilburg, Plein straat 4; penningmeesteresse: mej. M. Spuy- sers, Sittard, Parklaan 10. Na de vliegtragedie bij Huisduinen Het lijk van den bestuurder neg niet gevonden Gisteren is het vliegtuig 547, dat Dinsdag middag te Huisduinen, in zee stortte, door de sleepboot „Drenthe in de haven van Nieuwe- diep gebracht en aan boord van het marine- hergingsvaartuig geheschen. Het lijk van den lult. vlieger Brugma, was niet meer in het toestel en is er vermoedelijk dadelijk na het ongeval reeds uitgespoeld. Bij den val in het water is het vliegtuig juist bij de bestuurdersplaatsen gebroken, zoo dat -ook de motor verloren is. De rest van het vliegtuig was een wrakkoop, een chaos waaruit geen vliegtuig meer te herkennen is. Toen de ramp Dinsdagmiddag in Den Helder bekend werd, heeft men direct alle moeite ge daan om het toestel te lichten. De plaats waar het gevallen was, was echter niet met zeker heid bekend. Oorspronkelijk dacht men, dat het toestel op 100 M. uit de kust in zee gestort was. Later bleek, dat het zeker 500 M. uit den wal in het water gekomen was. Eenige marine vaartuigen, pantserbooten „Brlnio" en „Gruno" hebben oogenblikkelijk naar het toestel gezocht doch zond-er resultaat. Om zeven uur 's avonds is een stoomsloep van het marine duikhsdrijf, bemand o.m. met den leider van dit bedrijf, den luit. ter zee der le kl. J. J. Wichersen, en een duiker van de marine, naar de vermoedelijke plaats des on- hcils vertrokken. Na lang zoeken had men het vliegtuig op 13 meter diepte gevonden. Het lijk van den bestuurder was -er toen reeds uit. Een reep werd aan den wrak-hoop bevestigd, waaraan een boei werd opgestoken. Men heeft den morgen afgewacht om het toestel bij stil water te lichten. Om 9 uur gisterenmorgen ver trok de sleepboot „Drenthe" daarvoor uit de haven van Nienwediep en deze heeft het toe stel gedeeltelijk boven water gehaald, waarna het naar de haven werd gesleept en aan boord van het marine bergtngsvaartnig werd ge heschen. Omtrent de tosdracht van het ongeluk ver keert men in het onzekere. Volgens ooggetuigen zou de bestuurder op -een hoogte van pl.m. 200 meter een looping gemaakt hebben, waarna het vliegtuig in een vrille schoot en in zee stortte. Volgens dezen zou de hoogte -te gering zijn geweest, om een looping te maken. Vliegers beweren, dat de motor op het kritieke moment heeft geweigerd, zoodat de bestuurder zijn toe stel niet meeir op kon trekken. Men heeft, toen het toestel vlak boven het water was, den motor nog hoeren werken. Het was toen echter te laat. Op het strand te Huisduinen was het op het oogenblik dat de ramp geschiedde zeer druk. Tal van menschen zagen het dan ook gebeuren en waren onder den indruk. POSTDIEFSTAL TE GORINCHEM. De dader op Iieeterdaad betrapt In de laatste twee Jaren werden steeds weer brieven en stukken van waarde op -het post kantoor te G-oxinchem vermist. Slechts diefstal kon hiervan de oorzaak zijn. 'n Paar maal had de politie reeds personen, op wie, zooals later bleek geheel ten onrechte, verdenking geval len was, in verhoor genomen. Totdat nu dezer -dagen de dader gesnapt is. Den hoofdagent- rec-hereheur B. mi. is het gelukt, door zich verdekt in het postkantoor op te stellen, den postbode E. -op heeterdaad te betrappen, toen laatste zich vergreep door het openen van een postzendimg. Door den commissaris van politie aldaar in verhoor gen-omen, bekende E. dat hij zich sinds anderhalf jaar -aan verduisteringen van diverse postzèndingen schuldig gemaakt beeft. Op last van genoemden commissaris zijn ten huize van IE. de ri-oolput en W.C. op gebroken met het resultaat, dat er resten ge vonden zijn van verduisterde brieven. E. is naar Dordrecht getransporteerd en ter beschik king gesteld van den officier van justitie al daar. VEELBELOVENDE MEISJES Twee meisjes van zes en zeven jaar zijn te Groningen op heeterdaad betrapt bij het stelen van pepermunt in een winkel. De kinderen gaven aanvankelijk valsehe namen -op aan de politie, benevens gefingeerde woonplaatsen! Zij werden na verhoor aan de oudere terugge geven. De pelgrims, ongeveer 300, van „Katholiek Nederland" onder leiding van pastoor Ver- bundt uit Rijsbergen, zijn goed en frisch te Lourdes aangekomen. Het weer onder de reis was goed. De zon scheen gedurende het verblijf te Lisieux en Parijs en bij de aankomst in Lourdes klaarde het weer ,op, nadat gedurende de r-eis daar heen regenbuitjes de warmte en het stof in bedwang hadden gehouden. Gisteren werd het 14e congres van den Ned. R. K. Politiehond „St. Michael" te Hilversum gehouden naar aanleiding van het 2e lustrum der afdeeling Hilversum. In het middaguur werden hoofdbestuur en afgevaardigden door het afdelingsbestuur aan het station verwelkomd, waarna, voorafgegaan door het Hilversumsche politiemuziekgezel- schap „Excelsior" zich een stoet formeerde met een twaalftal vaandels en banieren. "Onder groote belangstelling der burgerij ging de op tocht naar het versierde raadhuis, waar de congressisten defileerden voor het college van B. en W. de Zeereerw. pastoor Z. van Ditztuij- zen, afdeelings-adviseur, A. L. van Beusekom, commissaris van politie, die op het bordes van het Raadhuis stond. Hierna volgde de ontvangst der gasten in de raadszaal. De burgemeester, ide heer mr. P. JReymer, hield een welkomst- rede, waarin nadruk werd gelegd op de belang rijke taak, welke de politie had te vervullen in samenwerking met de overheid. Met waar deering gewaagde spreker van het werken -en streven van den Bond door het behartigen van de geestelijke en stoffelijke belangen der leden. Deze arbeid bracht een steeds toenem-enden bloei. Aan de oprichting der plaatselijke af deeling in 1919 gaf spreker zijn medewerking en het was hem aangenaam, dat thans de Bond het lustrum dei- afdeeling door zijn komst wil herdenken .Hij besloot met zijn gelukwenschen te uiten. De bondsvoorzitter, de heer E. van Duin uit Rotterdam, betuigde het gemeentebestuur dank voor de ha lelijke -ontvangst van -de deelnemers aan het congres. Spreker memoreerde, dat mr. Reymers geen vreemde was voor -den Bond. Volgaarne zei spreker, namens de leden toe, dat op daadwerkelijken steun kon worden ge rekend bij het handhaven van het gezag. Bij het eindigen zijner rede wenschte spreker, dat het gemeentebestuur een aangename herinne ring zou bijblijven van „Si- Micha-ëï". Daarna werd verversckingen rondgediend. Te half twee werd in Het Hof van Holland de jaarvergadering geopend onder leiding van den heer E. van Duin, bondsvoorzitter, met het zingen van „Aan U, o Koning der Eeuwen" Er waren 51 afdeelingen, vertegenwoordigen de 1670 leden; vooral uit het Zuiden des lands waren er velen gekomen. Aan de bestuurstafel nam ook plaats pastoor E. A. M. Mersel uit Rotterdam, geestelijk adviseur van den bond. Na het openingswoord werd medegedeeld, dat een telegram van hulde en onderdanigheid was verzonde naan Mgr.. H. v. d. Wetering, aartsbisschop van Utrecht, mede een felicita tie aan de Kamerfractie in liet vertrouwen, dat het ontwerp „rechtstoestand" zoo spoedig' mo gelijk aan de orde zou worden gesteld .alsmede een dankbetuiging aan het afgetreden kamer lid, den heer Bulten, vo.or het vele, dat hij deed in het belang van den Bond. Hierna kwam de beschrijvingsbrief in behandeling. Het jaarver slag van den secretaris vermeldde -een ledental va-n 1987, ongeveer 350 -leden namen deel aan de retraite. De toestand der organisatie is alleszins bevredigend. Bit verslag werd evenals dat van den penningmeester goedgekeurd. Ook het beleid van het hoofdbestuur had ieders Instemming. De begrooting, sluitende met een eindcijfer van 18300 werd vastgesteld. Her kozen werden de bestuursleden, de Iiee-ren Th. Raaphorst, P. J. A. Stoop, en B. J. Kemper man. De bespreking der voorstellen werd hal verwege de agenda geschorst tot den volgenden dag. 's Avonds gaf het politiemuzïekgezeischap een schitterend geslaagd concert. NED. IIANDELSKOOGESCHOOL. De inlichtingscommissie van de R.K. Stud. Ver. Sanctus La-urentius heeft zich voor het studiejaar 192919-30 als volgt samengesteld: Kap. G. N. L-iiken, Nwe. Haven 145, R'dam, moderator; Hub. L. Jansen, Graafsche Weg 107, Nijmegen (voor 't Noorden.)Fr. G. v. d. Ven, Boerhaavestr. 59, Tilburg (voor 't Zuiden); J. Vreeburg, Koninginnegracht 92, Den Haag; Hub. Krijgsman, Aleidisstr. 79a. Rotterdam, (algem. secretaris.) VRIJ NAAR HET ENGELSCH VAN E. P. ISPHILL 51) (Slot) Ik had ze vergeten, gaf ze toe. Het waren beste en aardige jongens allemaal, maar zij maakten allemaal dezelfde fout. Ik herinner me nu, dat ze aanzoek deden. Dat was natuurlijk noodlottig. -Ik zie heelemaal nfeit in... begon hij. Mijn beste Gilbert, viel ze hem in de Tede, heb ik niet altijd gezegd, dat ik nooit van plan ben, om iemand te trouwen, die aanzoek om me doet? Als ik het eenmaal goed en wel met me eens ben, zal ik zelf aanzoek doen! Of-het schrikkeljaar is, of niet, vroeg hij. Beslist! antwoordde zij. Mannen kunnen zicih altijd afmaken van een schrikkeljaars- aanzosk. Maar mijn mannetje zal er niet in slagen, om te ontsnappen. Dat beloof ik je. Hij... bestaat dus? vroeg Deyes. Zij lachte zachtjes. Hij heeft heel wat jaren meer bestaan, dan ik, antwoordde zij. Ik had geen idee, om een baby te trouwen. Aha. En weet hij het? - Nu, dat weet ik niet zeker, zei ze pein zend. Hij zou het moeten weten, maar het is zoo'u onnoozelo hals. Toen was het, dat Dèyes den grootsten schok kreeg van zijn ihesle leven. Hij ontdekte heel opeens, dat haar ocgem vol tranen stonden. Voor de eerste maal sinds v-ele jaren verloor hij bijna zijn hoofd. Misschien heeft hij gewacht, meende hij, terwijl hij zijn stem liet dalen, -en tot zijn verbazing bemerkte, dat ze niet zoo vast klonk als andiers. Ik vrees van niet, antwoordde zij, eon oogenblik neerkijkend op de gesp van haar gordel. Hij zag om zich heen. Als hij nn maar hier was, zei hij. Zou men een gunstiger gelegenheid kunnen beden ken? Eon April-morgen, zonneschijn, Moemen, alles in de lucht, om hem te doen vergeten, dat hij een oude heer is, an niet verdient Zij hief haa.r oogen tot hem op, die nu geheel vochtig waren. Ik zou niets kunnen zeggen, prevelde zij, als hij niet heel dicht bij me was. Deyes stapte over de hyacinthen heen, en zette zich vastberaden aan de andere zijde van de vensterbank. Wilhelmina koos een pas-afgezaagde boom stronk uit, veegde zorgvuldig het zaagsel weg, en ging zitten. Macheson -koos een andere stronk, en stak een sigaret op. Maar dan kwa men zij tot het besluit, dat zij te ver van elkaar af waren, en kozen een stronk, waarop ruimte was voor twee. Wilhelmina rolde een plan uit, en terwijl zij nu en dan naar het boseh van stiegerhout, links van hen, keek. trachtte zij uit het onvoltooide gebouw wijs te worden. Macheson sloeg haar glimlachend gade. Victor, riep ze uit, je moet me niet uit lachen. Bedenk dat dit mijn eerste poging Is, om iets te doendat de moeite waard is, o-m te doen, en natuurlijk heb ik er ook zin in. Weet je zeker, dat we genoeg slaapkamers zullen hebben? Genoeg om mee te beginnen, in iedeT geval, antwoordde hij. We kunnen er altijd bijbouwen. Zij keek nog eens naar dat boach van palen, en naar do langzaam oprijzende muren, door wier holle vensters men tafereel-en kon zien van het dal foened-em. Men kan bouwen prevelde zij, men ka-n altijd bijbouwen. Maar bedenk-eens, Victor, wat een hoop tijd ik verknoeid heb, vóór ik' jou kende. Ik had zoo véél kunnen doen. Hij glimlachte geruststellend. Er is tijd in overvloed, verklaarde hij. Beter laat beginnen, maar dan op stevigen grondslag, zie je. Anders vrees ik, zonden ver scheidene van die huizen als ik daar zet, ev-en gauw tegen den grond komen, nis ze worden cpgotrokke-n. West je bijvoorbeeld nog wel, hoe ik al je menschen hier stormenderhand winnen wou? Zij glimlachte. Toch... -ben ik blij, dat je het kwam probeeren, zei ze zacht. Die afschuwelijke opperman staat naar ons te kijken, Victor. Ik kijk den anderen kant uit. Hij is nu weg, zei Macheson, terwijl hij zijn arm om hear middel sloeg. Lieveling, luis ter eens; ik geloof niet, dat men goed kan bonwon, ais mem alleen is. Het is een koud gebouw, als het af is; dat leven, opgebouwd door een eenzaam man. Ik mag ons paleis liever zien, Wilhelmina. Ilc zou wol eens willen weten, wat nu eigenlijk mijn deel is? vroeg ze. Iedere kamer heeft versiering noodig, antwoordde hij, en dat kan één man niet af, Wilhelmina. Herinner je je wel dien ouden schrijver, die zei, dat s-choone gedachten de heerlijkste schilderijen waren, om aan do wanden te hangen Denk eens aan de komen de lente,als we de kinderen uit die ellendige stad zullen hooren heen en weer rennen in do bcssehen, en stoeien, en bloemen zien pluk ken; zie je, hoe die -sleutelbloemen al afsteken tegen het groene mes? Wilhelmina stond op. - Ik moet er werkelijk een paar gaan pluk ken, zei ze maar hoe staat het dan met de fazanten, Victor? Hij lachte. Ik zal nog sport genoeg vinden, wees daar maar niet bang voor, antwoordde hij, zonder dat ik die kleuters hiervandaan hoef te houden Wel, hot land behoort aan hen! Het is hun geboorterecht, niet het onze. Zij wen-deidein naast elkander voort. De grond was nog zacht van de winterregeos, maar overal kwam het zonlicht binnen, over de open ruimte en tnsschen al die twijgen met teer, onttoiikond groen. De bodem was bezaaid met sleutelbloemen, en in ieder beschut plekje •groeiden viooltjes. Era zachte "Westenwind woei hun in het gezicht, teen zij op den land weg uitkwamen. Beneden hen lag het dal, waar over een vage, blauwe nevel lag uitgespreid. Overal om hen heen klonk het gezang der vogels, en de toenemende geluiden van het ont wakend voorjaar. Stephen Hurt! kwam v.o-orbij- draven, en hield een oogenblik stil, om over het een of ander te spreken in verband met het landgoed. Beste groeten aan Letty, zei Wilhelmina vriendelijk, toen hij wegreed. Den wendde zij zich tot Macheson. Stephen Hurd is ean klein hoekje in je huis, .merkte 7-if op. In ons huis, protesteerde hij. Ik zou nooit naar hem omgezien hebben, als hij niet zijn eigen redding bewerkt had. Als hij tien mi nuten later bij me gekomen was Zij greep hem bij den arm. Toe, neem, smeekte zij. Hij lachte. Tob toch niet altijd over akelige onmo gelijkheden, zei hij.De man, die je van mij zou Verwacht wordt: Zwakke tot matigen Zuidwestelijke tot Zuid* Oostelijken wind, licht- tot halfbewolkt, droos en warm. Fietsers en motorrijders lichten op van de' avonds 9.47 tot 'b morgens 4.23. MEISJE VERDRONKEN. Onopgemerkt in een sloot geraakt In de Fabriekssteeg te Amstelveen geraakt! onder het spelen het 2%-jarig dochtertje vaf den werkman v. V. aldaar in een aan genoemd! steeg grenzende sloot. Niemand had iets vat het ongeluk gemerkt. Toen men het meisj) miste ging men onmiddellijk aan het dreggen" waarbij het lijkje van het ongelukkige kind spoedig werd opgehaald. VERDWENEN Hij droeg reeds eenige weken geen bedragen1 meer af Bij de politie te Amersfoort is door eep Uti echtsche firma aangifte gedaan van verdut storing van 2.665,door haar depóthoudeB H. B. Genoemde H. B. was aldaar gedurende eenige jaren depóthouder in een zaak van bo. ter, margarine, koffie, enz. Hoewél de zaak goed liep, droeg hij de laatste weken geen be* dragen meer af. Aan de uitnoodiging van het hoofd der firma, die lont begon te ruiken, om! op het hoofdkantoor te komen voor contróle, gaf hij geen gevolg. Het bleek dat hij, na op 3 Juli aan zijn stemplicht te hebben voldaan, spoorloos verdwenen was. In zijn woning heeftj hij de ledige geldkist met sleutel achtergelat ten. DE VIERDE GERED Gisterenavond omstreeks -half twaalf is een luxe-auto met vier inzittenden ter hoogte van het bootenhuis van Triton in den LeicLschen Rijn gereden. Drie van hen konden zich zelf ia veiligheid brengen; de vierde, de heer A. Ton,; kon eerst verlost worden, nadat de kap van dea' wagen was stukgetrokken met -behulp van eea lier van een in de nabijheid liggend schip. De; geneeskundige dienst heeft ruim een uur lang kunstmatige ademhaling toegepast, doch deze pogingen mochten niet haten. De auto kwam uit Zalt-Bommel. Jongen blijft met zijn kleeren haken Toen de voerman B. te Warffivm gisteren met twee aaneengekoppelde wagens grint ver voerde, viel het zoontje van H. de Groot, dat zich op den achtersten wagen bevond op dea grond. Het ventje bleef met de kleeren aan den wagen haken en werd een eindweegs meege sleurd. In zorgwekkenden toestand is hij naar het ziekenhuis vervoerd. INBREKER EN BRANDSTICHTER AANGEHOUDEN Drie personen gered Men meldt ons uit Apeldoorn; Door de Apeldoornsche politie is te Amers foort aangehouden een zekere K. bankwerker van beroep, verdacht van inbraak met poging tot brandstichting in het perceel aan de De- venterweg, bewoond door mejuffrouw B. B. STUURLIEDEN-EXAMENS. De Minister van Waterstaat heeft goedgevon den voor het jaar 1929 alsnog te benoemen in de commissie, belast met het afnemen van de examens ter verkrijging van een diploma als stuurman aan boord van koopvaardijschepen en voor de sleepvaarttot plaatsvervangend lid den heer C. Aronstein, gep. schout-bij-nacht, te 'fi-Grav-enhage. kunnen afhouden, moet nog geboren worden. Gaan we over de heuvels naar huis, of zijn je schoenen te dun? Hij wierp het hek open, en zij gingen er door, om dan aan den anderen kant af te dalen langs den breed en, begroeiden wandelweg die bezaaid was met grijze rotssitnkjes, en be grensd werd door struiken die geel zagen van bloesem. Zij liepen langs den zoom van het den-nenhoscih, namen den eerbiedigen groet van Mrs. Green, in het opzichtershuisje, in ont vangst, en staken vervolgens de lagere heu velreeks over, om het huis langs den achter kant te bereiken. Wilhelmina lachte zachtjes, toen zij langs die groene laan gingen, want haar gedachten gingen terug, naar een storm- achtigen avond, toen zij, met opgenomen japon, en snelle, bevende schreden voortgesneld was, een nieuwe wereld in. Zij klemde zich vast aan den arm van haar echtgenoot. Hier ben ik ééns gegaan, lieveling, in eati s-tormachtigen avond, om met mijn gedachten bij jou te zijn Hij boog zich over haar heen, en kurte haar op de lippen. Ik iheb ook eens rozen gevonden, merkte hij op. Daar was ik mooi mee in de war. Hot was zoo'n wcnderschoome avond, zei ze stemmig. Zij liepen recht de tuinkamer in, wat ietwat onbescheiden wasen Wilheimina gilde. Peggy, Tiep ze uit, Peggy, jij slechte meid! De beide vrouwen gingen samen weg, natuur lijk om het geval te bespreken, en Deyes en Macheson bromden iets, wat nauwelijks ver staanbaar was, en keken elkaar dam verlegen aan, Zfn in een partij biljard? stelde Mache son voor. Accoord! antwoordde Deyes, met onuit sprekelijke verlichting. EINDE

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1929 | | pagina 6