FEUILLETON
damrubriek.
FAILLISSEMENTEN.
SCHAAKRUBRIEK.
DE SPAANSCHE
SCHATGRAVER.
MAANDAG IS SEPTEMBER 1929
I
32. 33 13 22 33
S3. 33 18 g 19
34. 43—39??
Om de plonlerschyf 18 afdoende te steune»
had het volgende spel kunnen dienen:
37—31!! 31—27, 42—37, 43—39.
2— 7! 11—16, 7—11, enz.
Amateurs mogen dit verder uitwerken vooi
zichzelf, 't is op zijn oud Hollandsch „de peine
waard".
34. 2— 7
35. 4238 4 9
36. 38—33 38
37. 33—28
Dreigt met 28—22, 32 1.
37. 19—24
Gedwongen maar afdoende.
38. 36—31 11—16
813? had door wit 2822, 82 23, 26 28
aan zwart wel verre van voordeel een schijf
verlies gebracht.
39. 39—34 1520!!!
Heeft de koe stevig bij de horens; de winst
is nu bijna verzekerd.
40. 28—23 8—13
41. 23—19
34-30, 30 19 beloofde niets beters daar zwart
dan 20 op 25 brengt.
41. 13 22
42. 19 30 7121
43 3429 2127
44. 32 21 16 36
v. 't: 26, 29, 30, 36, 37, 48,
Zwart: 6, 0, 12, 17, 20, 22, 36.
45. 29—23?
Verspeelt de eenige kans op remise door 3025,
(zw. 9—14), 35—30, (zw. 22—27), 30—24, (zw.
27—32), 37 28, (zw. 36—41), 24 15, enz.
45. 22—27
46. 48—43! 9—14
4-7. 43—38 6—11
Na nog enkele zetten, die niet genoteerd zijn,
geeft zwart cp.
OPLOSSINGEN.
Probleem No. 176 (W. J. v. d. VOORT).
Zwart: 6, 7, 10, 12/4, 16/7, 19, 24, 29 en 30.
Wit: 21, 26, 28, 32/3, 35, 37/9, 42, 44, 46/7.
Wit 28-23 (zw. 29 18 gedw.) 87—31, 47—41,
46—41, 32—27, 33—28, 38 9 en 35 2.
Probleem No. 177 (W. J. v. d. VOORT).
Zwart: 2, 6, 8, 10, 12, 14, 21, 24 en 38.
Wit: 16, 23, 27, 31, 34/6. 40, 47 en 48.
Wit 34—29 (24 -33 gedw.) 35—30, 23—19,
48—43. 31—27 (zw 49 31) 36 7 en 16 7.
Probleem No. 178 (W. J. v. d. VOORT).
Zwart: 2, 4, 8/9, 12/4, 16, 18/9 fn 23.
Wit: 17, 20/2, 27, 29, 32/4, 36 en 40.
Wit 17—11, 22—17, 21—16, 27—22, 29 18,
16 18 en 34 1.
Probleem No. 179 (W. J. v. d. VOORT).
Zwart: 11/2, 14, 17/9, 21, 23/4, 28/9.
Wit: 26, 30, 34t 36/41, 43 en 44.
Wit 37—31, 34—30, 40—34, 39—33, 38—32,
31 13, 41—37 en 36 9.
Goede oplossingen ontvangen van: L. Turk,
H. S. P. Vrijburg en J. v. d. Hulst, allen Oud-
Ade; Joh. Lodewfjkx, C. v. d. S„ H. H. W. Borg-
hardt, D. R. en J. P. H„ allen Rotterdam.
Opgegeven door Van der Graaf Co. N.V.
(Afd. Handelsinformaties)
UITGESPROKEN
ROTTERDAM, 13 September.
N.V. Blazer's Dier- en Vogelhandel, Scliio-
damschedijk 9; rechter-comm. Mr, G. L. van
Es; cur. Mr. P. van Raalte.
D. J. G. de Geus, groentenhandelaar, Beukeis-
weg 62; rechter-comm. Mr. G. L. van Es; cur.
Mr. O. Verdoorn.
OPGEHEVEN
HILLEGERSBERG, 13 September.
A. A. van Bokhorst.
SCHIEDAM, 13 September.
P. Monderman.
Partij gespeeld op 27 Dec. 1908, in den Natio-
nalen wedstrijd. Wit de heer W. Vijn. Zwart, d«
heer W. J. de Wilde.
1* 3328 1823
2. 31—27 12—18
3. 39—33 20—24
4. 34—30 17—21
B. 37—81 14—20
6. 31—26 20—25
7. 2 6 17 11 31
8. 36 27 25 34
9. 40 20 15 24
Bet spel heeft zich tot dusver klassiek ont
wikkeld. De stand ls volkomen gelijk.
10. 45—40 10-14
11. 40—34 5—10!
De hoeksteen komt al spoedig en onder gun
stige omstandigheden in het spel.
12. 34—30 10—15
13. 41«17 7—12
14. 46—41! 1— 7!
Beter dan 27, daar de tegenstander op de
lijn van 2 naar 35 verband houdt
15. 41—36
Ook wit heeft den ondersten hoeksteen be
kwaam in het spel gebracht.
15. 1420
16. 87—31 20—25
Leidt hiermede een ernstigen aanval in op
den korten vleugel van de tegenpartij.
17. 44—39 25 34
18. 39 30 9—14
19. 4237 14—20
20. 49—44!
In dit stelsel van verdediging woiv.t terecht
de schijf op 50 zoo lang mogelijk jij reserve
gehouden.
20. -20—25
21. 4439 25 34
22. 39 30 15—20
Zet onverpoosd den aanval voort.
23. 50—44 20—25
24. 44—39 25 34
25. 39 30
Nat 't veelvuldig uitruilen mag de stand ge
lijkwaardig heeten.
25. 23—29
Een wel wat avontuurlijke opmarsch. 711
lijkt solieder.
26. 47—42 18—23
27. 27—22 -
Gaat mede op avontuur uit, ofschoon 3126,
daarna 3731 ter beschikking stond, alsook nu
reeds 3025, gevolgd door 4339, vooral daar
25 de stelling strategisch beheerscht.
27. 7—11
Sterker is 1218, (wit 3025 't best) 1621.
Wit moet dan wegens de dreiging 1218 en
2127 met 25 op 20 spelen, waarna zwart 1319
uitstekend spel geeft
28. 30—25 12—17
29. 31—26
3127 en 3731 had beter spel gegeven. Daar
2520 dreif?8e, kon zwart schijf 8 niet opbren
gen en 2 komt te laat, zoodat zwart ruit 18 niet
kon bezetten.
29. 1621
Een ernstig dreigende beweging. Wit kan
zonder verlies noch 36 noch 37 noch 43 opbren
gen. Daarbij valt echter bijzonder op te merken,
dat op wit 3731 zwart eerst 1318 en daarna
2127 moet afgeven anders barst de bom ver
keerd en zou wit tn *t voordeel komen.
Zwart
Wit.
30. 22—18 13 22!
23 12 mocht niet, wegens wit 2822, 43 14
met voordeel.
31. 25—20 24 15
Redacteur: P. A. KOETSHEIB,
Beukelaweg 51b. Rotterdam.
Verzoeke alle mededeelingen aan bovenstaand
tdres te richten.
PROBLEEM No. 4204.
J. MAAS, Venlo.
Eerste plaatsing.
Mat ln twee zetten.
CORRESPONDENTIE.
H. W. G. R. te R, No. 4196 komt niet met
de onze overeen.
J. W.C. te 'sE No 4196 verschilt met die
van de auteurs.
P. W. te N. Uw opgaven van no. 4196 en
4197 zijn foutief. Uw schrijven hebben we niet
ontvangen. Heeft U nota genomen van het ver
anderde adres?
E. v. P. te Z. FVmtief zijn de oplossingen
van no. 4196 en 4197.
PARTIJ No. 925.
No. 82 (15 Sept. 1929).
Alle correspondentie te richten aan den dam-
redacteur dezer courant.
PROBLEEM No. 184.
J. VARDON, Caen.
DE SCBEEPVAARTBEWEGING IN Dfe
AFGELOOPEN WEEK.
Gedurende de afgeloopen week zijn volgens
onze statistiek den Nieuwen Waterweg binnen
gekomen 301 schepen, waarvan 0 zeilschepen en
1 zeelichter. Hiervan waren bestemd voor Rot
terdam. met inbegrip van Hoek van Holland, 264
schepen, m. 417,239 n. reg. tons, voor Vlaardingen
15, Schiedam 10, Pernis 1 andere Nederl. plaatsen
9 on Duitschland 2.
Voor Poortershaven waren bestemd 3 stoom
schepen, terwijl 17 schepen den Waterweg zijn
binnengekomen om te bunkeren.
Gedurende hetzelfde tijdvak van 1928 kwamen
den Nieuwen Waterweg binnen 283 schepen
waarvan zeilschip en 2 zeelichters. Hiervan
waren bestemd voor Rotterdam met Inbegrip van
Hoek van Holland 251 schepen voor Vlaardingen
13, Schiedam 9, Pernis 8 andere Nederl. plaatsen
7 en Duitschland 0.
Sedert 1 Januari zijn aangekomen
Schepen Netto Reg. ton
N. Waterweg 1929 9918 16.919.914
1928 9900 16.538.736
Nu
Tegen vorige week
Rotterdam 1929
1928
18 381.178
- 0 382.428
8935 15.284.764
8820 15.047.669
Nu +115 237,095
Tege vorigen week +100 247.834
Bunkerbooten zijn tn deze statistiek niel
inbegrepen.
Opgestoomd 2 schepen met 4244 netto tons.
Wit.
Zwart: 3, 8, 10, 11, 13/5, 18/9 en 26.
Wit: 22, 29, 32, 34,' 37/9, 44, 47/8.
PROBLEEM No. 186.
M. PUTHOD, Genève.
Zwart.
Wit.
Zwart: 6, 8, 12/3, 17/9, 23/4 en 29.
Wit: 21, 30, 32, 35/6, 39, 43 en 47/9.
Dubbel-Indische verdediging.
Wit: Dr. Aljechin. Zwart: L. Samuels.
1. Pgl—f3 d7—dS
2. b2b3 Pg8—f6
3. Lel—b2 Lc8—f5
4. d2—d3 e7e6
5. g2g3 Pb8—d7
6. Lflg2 c7 c6
7. o0 Dd8c7
8. c2c4 Ef8e7
,9. Pblcrl Ta8d8
10. Ddlc2 0—0
11. e2—e4 d5e4:
32. d3e4: Df5g6
13. Tal—dl eü—e5
14. Pf3—h4 Tf8—e8
15. Ph4—15
In 't besef van zijn grootere speelsterkte zoekt
de wereldkampioen verwikkelingen te scheppen.
Beter was echter wel Rg6waarna wit heit voor
deel van het Looper-pear heeft. Zwart zou door
de bezetting van het veld d4 gelijk spel bereiken.
75Le7f8
16. h2h3 Rd7—c5
17. g3g4
Gewaagd. Wit wil f4 laten volgen om aanval
op de f-lijn te ondernemen. Doch zwart verhin
dert den voorstoot van de f-pion,
77Pc5e'6
18. Pc3e2 Lf8c5
19. Tdld:8Te8—d8:
20. Tfl—dl Td8—dl:f
21. Dc2—dl: h7h5
Daarna gaat zwart tot den aanval over.
22. Ddl—al Pf6d7
23. Ff 5—h4
Zwart staat zonder twijfel beter. Wellicht was
de partij nog te houden, wanneer wit Ddl speelde
en den tegenstander de d-lijn betwistte.
.23. Dc7d6
24. Kgl—fl
Vermoedelijk zou Del beter geweest zijn.
24. Dd6d3
Dreigt Pf4.
25. Ph4g6f7—f6:
26. Kfl—el Lc5—b4f
.27. Lb2—c3 Pefi—d4f
Opgegeven
Aanteekeningen aan M. B. in de
Deutsche Schachzeltung.
PROLEEMOPLOSSINGEN.
N%. 4195. 1. Dd5e4 enz.
No. 4196. 1. Pf7—f5 enz.
No. 4197. 1. La3cl dreiging,; 2. Lel—<32:f
enz.
1Tdl, Pel:, dc3: 2. Dd4:. Dh4:f, Pe3 enz.
GOEDE OPLOSSINGEN.
W. H. Haring, Kethel no. 4196; Jef Helmer,
Heerlen no. 4195 en 4196; H. W. G. Kortman,
Rotterdam no. 4195H. Smeets en J. v. Geldrop,
Rotterdam no. 4195; H. Verhegge, Roermond no.
4195 en 4196; P. Welting, Neerloon no. 4195;
E. v. Pouehe te Zeist no. 4195.
PROBLEEM No. 4205.
L. SCHOR.
2de prijs „Bristol Times .and Mirror 192,8".
Mat in twee zetten.
PROBLEEM No. 4206.
Dr. L. N. de JONG, Ruinen.
Eerste plaatsing.
Mat ln drie zetten (1897).
Zwart
Wit
Zwart: 7, 12/3, 17/8, 24, 31, 34/6 en 40.
Wit: 28, 32/3, 38, 41/3, 45, 47 en 50.
PROBLEEM No. 185.
J. VARDON, Caen.
Zwart
OPLOSSINGEN OVER DRIE WEKEN.
Deze worden bij ons ingewacht tot Dinsdag
1 October
Een humoristisch griezelverhaal.
door WILLIAM CAINE.
27.)
Als zij het deed zou hij een verklaring moe
ten geven en dat was juist onmogelijk. Die ver
klaring moest hun vriendschap vernietigen.
En als zij het niet deed dan
Waarom had hij dit alles te voren niet eens
overwogen en waarom had hij zich niet vlug
oen bloedneus geslagen om weg te komen?
Zijn gedachten stonden stil. Daarna begon
nen zij razend te werken over alle mogelijke
Uitvluchten, een stiekum opgezwollen bloed
neus, of een opkomende flauwte een aanval
van warmte, zijn portemonnaie, die hij op zijn
■Waschtafel had laten liggen een belangrijke
brief, die nog geschreven moest worden, een
i telegram een trein, dien hij niet mocht mis
sen nog even scheren. Het werd hem groen
,eu grijs voor de oogen en als betooverd wacht
te hij de komst van deze drie menschen af. De
snelheid, waarmee zij op hem afkwamen, hield
hem veel meer bezig dan de keurige kans, die
bij kreeg om ze op zijn gemak op te nemen.
;Maar waarom moest hij nu zijn gedachten la
ten welden over hun snelheid, terwijl hij ze
^Tingend noodig had om tot een daad te
komen?
Hij kreeg een gevoel alsof hij langzamerhand
Sek begon te worden.
Signora Quesada klopte het meisje vriende
lijk op den schouder en mompelde alle moge
lijke woordjes van lof, die heel eerlijk tus-
jBchen Mercedes en de maagd Maria werden
j^erdeeld. Zij had dit jonge meisje leeren dan-
lB®n, zij had die kleine voeten vanaf do eerste
.elementaire bewegingen geleid door alle moel-
ukheden, eiken glijpas, elke stampbeweging,
!®lk schuifelen en draaien van die voeten, alle
[thoeilijke en vervelende oefeningen, die moe
ien. worden afgewerkt, voordat men zoo iets
kun doen als de hoog® kunst van dezen avond.
Zij had heel het beeld als het ware zelf ge
haakt en afgewerkt, het hoofd, de handen, de
rrtnen en de voeten en zij was trots op haar
>erk.
jjhez Izqulerdo? Ach, zij gaf niet zooveel om
P0*' Iflet was niet meer dan 'n behendige dan-
MtS». Maar dit? Alle engelen en heiligen 1 Dit?
Tot de laatste minuut was zij bij het meisje
gebleven, zij had leder onderdeel van haar
costuum en haar kapsel nog eens nagegaan,
haar enkels gemasseerd, haar met allerlei zoete
woordjes gestreeld en overmatig sterk gepro
feteerd, dat zij verbazend veel succes zou heb
ben. Terwijl het klDd danste had zij tusschen
de coulissen gestaan. De tranen stroomden
haar over de wangen en al dien tijd had zij
smeekgebeden naar den hemel gezonden, ver
mengd met verwenschingen naar het orkest
en uitroepen van vreugde tegen den directeur
van het theater, die naast haar stond. Zij had
haar belooning geoogst.
Ook Mercedes was gelukkig en opgetogen,
maar op een minder uitbundige manier. John
bemerkte wel, dat haar oogen verbazend helder
stonden. Zij had iets van een verwonderd boe
renmeisje, dat plotseling in een tooverpaleis
wordt gebracht. Zij had nu haar danscostuum
verwisseld voor een eenvoudige zwartzijden
japon en ofschoon de poeder van haar gezicht
was verdwenen was het rouge op haar lippen
gebleven. De meestal banale Indruk, dien men
door het toepassen van deze accessoires pleegt
te ondergaan, was hier niet aanwezig. Er zat
niets afstootends in het gebruik van rouge en
poeder. Het was een kind, dat toevallig van
avond op het tooneel had gestaan ep heel toe
vallig met de schminkdoos was alleen gelaten.
Zij droeg een verbazend groot bouquet aje-
lieren.
Kijk eens! riep signora Quesada tegen
Ann, wat zeg je ervan? Die kleine meid heeft
haar leermeesteres een lesje gegeven in dan
sen. Mercedes, dit is signorita Dicey, die je wel
eens zal vertellen, hoeveel fouten je hebt ge
maakt en je eens behoorlijk op je nummer zal
zetten. Sant Antonio, wat heb je hen laten ge
nieten. Heb ik je niet altijd gezegd, dat jij van
dansklei bent gemaakt? En wie is nu die hard
handige oude slavendrijïster? Wie, zeg ik je?
Signorita, zei Ann in het Spaansch, u bent
werkelijk al te vriendelijk.
Ik spreek Engelsch, zei Mercedes, wel niet
zoo goed. Mijn oom, dit is mijn oom. Hilario
maakte een schitterende buiging, mijn oom
vindt, dat ik erg veel fouten maak. Maar het
Is erg vriendelijk van u om mij in uw loge
uit te noodigen. Ik heb niet veel gelegenheid
om met dames te spreken. Tereza zei, dat u
erg vriendelijk voor haar geweest was. Wilt
U ook vriendelijk voor mij zijn? Ja? En dit is
dus je zoon, Tereza, zei ze in het Spaansch. Hoe
staat het ermee, Don Carlos? Ik was erg blij
met het briefje.
Zij voelde zich onmiddellijk thuis bij al die
vreemdelingen, totdat zij plotseling verwondeci.
opzag en verheugd: Ha) riep. Iedereen keer"
naar John Billing, want het meisje was In
eens op hem afgegaan. John stond als aan den
grond genageld. Mercedes keek hem verwon
derd aan.
Hij maakt mij bang, zei zij, terwijl zij
langzaam een paar passen achteruit deed, hij
ls zoo groot!
Bij God, wat danst u schitterend, zei
John. Het waren de eenige woorden, die hij op
dat oogenblik kon vinden.
Dit is mr. Billing, zei Ann en bier miss
Price.
Er was een kleine pauze. Mercedes wachtte
tot John zou zeggen, dat het onnoodig was hem
voor te stellen. John deed een laatste idiote po
ging om met een Paar woorden uit te leggen,
Wat hij zco gaarne wilde verklaren, zonder dat
hfl terzelfdertijd losliet, wat hij voor zich zelf
moest houden. Mercedes wachtte. Hij gaf de
poging op, schraapte zijn keel.
Hm, zei hij. Ha, hoe gaat het met u?
Mercedes keerde hem den rug toe. Zij had
hem zijn kans gegeven. Hij scheen zich te
schamen, die aan te nemen, zich te schamen
zoor deze dames om te bekennen, dat deze dan
seres, die hij zijn vriendschap had beloofd, een
rennis van hem was. Zij wilde niets meer met
ïem te doen hebben. Haar vriendschap was on
afhankelijk van omgeving en omstandigheden.
Wij vinden het een groote eer het was
ignor Hilario, die sprak mijn nicht voelt
zich zeer gevleid, dat miss Dicey haar persoon-
ijk heeft willen gelukwenschen. Iedere vriend
of vriendin van onze vriendin signora Quesada
Ib onze vriend. Ik herhaal dat wij ons zeer ge
vleid voelen. Maar deze kleine duivelin is erg
moe. Wij zullen nog wel eens gelegenheid vin
den
Ik wil je schilderen, zei Ann, juist zooals
Je vanavond was - terwijl je danst. Wil je voor
mij poseeren?
Mercedes keek Ann een oogenblik aan. Dat
was een vriendin vaa dien Billing, maar zij
was ook een vriendin van Tereza.
Ja, zei zij, ik wil voor u poseeren.
Morgen?
Ja, graag. Wanneer u maar wilt.
SIgnor Hilario, die angstvallige pogingen
had aangewend om zijn korte kennismaking
met den wanhopigen Billing niet te laten blij
ken, begon nu tegen Ann.
Madame, begon hij bescheiden, ik zou u
willen verzoeken mij voor enkele seconden te
willen verontschuldigen. Mag ik mijn nicht
even aan uw zorgen toevertrouwen? Het schiet
mij plotseling te binnen, dat Ik nog een paar
woorden met den directeur moet spreken over
die danserij van mijn nichtje. Ik hen in een
oogenblik terug en zal u dan van onze onge-
wënschte tegenwoordigheid verlossen.
HIJ maakte alch met een paar bulgingen uit
de voeten en ging de trap af.
Zij bleven rustig en gezellig doorpraten. Mer
cedes toonde erg veel belangstelling voor het
schilderij, dat er gemaakt ging worden.
Maar niet in die kleeren van vanavond. Ik
wil mijn witte mantilla dragen en mijn shawl.
O, dat is zoo prachtig! Rood en blauw op wit!
Enkele kleuren. Ik ben eigenlijk een beetje
Engelsche, ziet u. En dan wil ik een paar bloe
men in mijn h&ar steken en castagnetten in
mijn handen, en dan als een Andalusische dan
seres poseeren in die oude tangokleeren. Het
is allemaal heel mooi om te dansen, maar voor
een schilderij zij maakte een pruilende
beweging met haar hand, pf. Daar deugt het
niet voor.
Voor een schilderij, zei Ann, pff. uitste
kend hoor. Alle Spaansche danseressen dra
gen een mantilla en bloemen en een groote
kleurige shawl. Ik wil eens een ander soort
hebben. Dan kom je in het salon te Parijs te
hangen. Kind, ze worden gek van je. Ik voel,
dat ik geïnspireerd zal worden, terwijl ik je
schilder, ik weet het zeker.
Mijn moeder heeft u zeker al het een en
ander verteld over ons klein souper, zei
Quesada. Zou u ons de eer aan willen doen,
signorita.
Ja, riep Ann opgewekt, o kom mee!
Zij was gewoon betooverd door dat kind.
Helaas signor Carlos, dat kan niet. Ja, Te
reza heeft het mij wel gezegd, maar ik mag
het eigenlijk niet aannemen. Ik had reeds een
afspraak. Kolonel Ribera heeft mij al uitge-
noodigd.
Kolonel Ribera moet natuurlijk ook meeko-
nen! zei Quesada.
Nu liep Quesada niet erg weg met dien Ri-
>era, die Ann in zijn moeders huis had gezet,
erwijl de arme vrouw er nauwelijks uit was.
Sr waren in dezen tijd van het jaar huizen ge-
ïoeg te huur in San Pablo, dat had hij dezen
niddag zelf bemerkt. Neen, hij kon nu niet
lepaald wegloopen met de buitengewone liefda-
iigheid, die deze heer ton opzichte van zijn
noeder aan den dag had gelegd. Er zijn heel
wat edeler daden gedaan voor een lief danse-
•esje. Quesada wenschte Ribera heelemaal niet
>p het souper, maar Ann wilde Mercedes bij
:ich hebben en Mercedes sloot Ribera in.
Dat was voor Quesada genoeg.
Kolonel Ribera! riep Ann. Kent u die?
Ja, natuurlijk, het is onze beste vriend.
Hij is ook een vriend van ons, zei Ann.
s hij hier?
Maar natuurlijk is hij hier, signorita. Hij
zou toch niet willen ontbreken op mijn debut?
Maar het ls een heerlijk plan van u, signor Car
los. O Tereza, wij zullen nu allemaal tezamen
soupeeren!
John, zei Quesada, jij kent dien heer ook.
Probeer hem te pakken te krijgen.
O, ging Mercedes verder, niemand weet
hoe goed die man eigenlijk is voor mij, voor
ons, voor iedereen. Nietwaar Tereza? Tereza
weet het ook. En vanavond biedt hij mij een
souper aan ter eere van mijn début. Kijk eens
wat een heerlijke bloemen hij geschonken heeft
Zij snoof de anjelieren op en reikte ze toen
aan Ann over.
Wilt u er ook niet wat van hebben? vroeg
zij. Ja, wij zullen ze verdoelen, Tereza, u en uw
vriendin en ik. Wij moeten vanavond allemaal
bloemen hebben!
Zij trok het heele bouquet aan stukken, maar
John voelde zich te ellendig om daar eenigen
troost uit te halen. Het uitspreken van den
naam Ribera was een nieuwe dolksteek in
zijn hart. Haar beste vriend? Die dikbuikige
bruut? Natuurlijk, natuurlijk, wat zou hij an
ders kunnen verwachten? Nu werd hem zelfs
gevraagd om dien vlegel aan hun souper uit
te noodigen. Dat liep de spuigaten uit.
Vooruit John! zei Quesada.
Och, wat kon het hem eigenlijk schelen,
idioot, dia hij was om ook maar iets anders te
verwachten. Wat een ezel, wat een uilskuiken
was hij geweest.
Verdwijn nu, zei Quesada en toen hij iets
ongewoons, iets onrustigs bij zijn vriend echten
te merken, voegde hij er aan toe. Het is mis
schien beter, dat ik hem even persoonlijk uit-
noodig, er zijn zooveel loges. Als je mij maar
even zegt, hoe hij er uit ziet, miss Dicey.
Neen, ik zal zelf wel gaan. Ik ga al.
John verdween onmiddellijk uit de loge.
Quesada keek hem nieuwsgierig achterna, toen
hij naar de trap liep.
Och, wat kan het mij allemaal scheien,
dacht John, terwijl hij de trap af ging naar de
parterre. Zij moet zelf maar zien, hoe zij ermee
klaar komt. Ik geloof, dat Ribera niets beter
is dan de rest. Waarom ook? En ik geloof, dat
zij niets beter is dan elke andere ordinaire
Spaansche danseres. Waarom ook? En toch, en
toch en toch wel! riep hij half luid. Ik weet het
zeker.
Plotseling kreeg hij Ribera ln de gaten, die
in zijn loge met signor Hilario zat te praten.
De mannen hadden de koppen hij elkaar ge
stoken. Ribera's rechterhand maakte nu en dan
driftige gebaren.
Ik geloof, dat die Hilario liever liegt dan
waarheid spreekt, dacbt John. Waarom zei hij
nu daar straks, dat hij met den directeur moest
spreken.
Hij telde even de hoeveelste loge het wa3 en
ging toen in de gang om binnen te komen.
(Wordt vervolgd).