FEUILLETON
TWEE VROUWEN
De spil, waar de wereld om draait
-m
de onderwijzers en het g. o. I REDUCTIE OP DE ONGEVALLEN
VERZEKERINGS PREMIE.
DONDERDAG 23 JANUARI 1930
TWEEDE BLAD.
m
W
PAGINA 2.
WERKELIJKE OF BIJNAAM DER GANGBARE MUNTEN
Nachtelijke aanranding
Met een stoel doodgeslagen
NEDERLANDSCHE R NTGEN-
APPARATENFABRIEK.
Weer een doodelijk ongeval
HET SCHEEPSONGELUK BIJ
LEMMER.
RHEUMATIEKBESTRIJDING
Een onderhoud met de Ministers van Justitie
en van Binnenl. Zaken
WAT ZEER ONREDELIJK GENOEMD
WORDT
Zal deze voor de werkgevers
vervallen?
Overweging van wcnschen
Namens de Unie van Oir. Onderwijzers en
Onderwijzeressen in Nederland wordt het vol
gende medegedeeld:
Op 10 en 17 Januari werden de heeren Bon
en Jungcurt namens de Onjlerwijscentrale
in audiëntie ontvangen, resp. door de Minis
ters van Justitie en van Binnenlandsclie Za
ken, ter bespreking van het georganiseerd
overleg tusschen de Regeering en de onderwij
zers, welke kwestie vroeger reeds met Minis
ter Terpstra was besproken.
NIEUW PLAN VAN MINISTER
"VERSCHUUR
Het mag bekend verondersteld worden, dat
werkgevers, die een zeker aantal jaren bij de
Rijksverzekeringsbank zijn aangesloten een
jaiarlijksche reductie van 25 pet. op bun
ongevallenverzekeringspremie genieten.
Volgens „De Courant" ligt bet thans in het
voornemen der regeering deze reductie niet
meer toe te kennen. Minister Verschuur wil' nt
eventueel batige saldi van het ongevallenfonds
die aanleiding gaven tot bedoelde reductie,
Uiteengezet werd, dat tengevolge van het voortaan voor andere doeleinden zien bestemd,
ingrijpen van den voorzitter der Centrale Com
missie in de rechten en bevoegdheden door
Minister de Visser in 1925 aan de bijzondere
commissie voor de onderwijzers verleend, er
thans tusschen den betrokken minister en de
onderwijzers geen overleg van beteekenls meer
kan plaats hebben. Practisch zijn 30.000 onder
wijzers thans van het overleg uitgesloten.
Er werd aan herinnerd, dat vijf onderwijzers
organisaties, zoowel van openbare als van R.K.
en Prot. bijzondere onderwijzers, die vroeger
bij een ambtenarencentrale waren aangesloten,
zich daarvan weer hadden afgescheiden, zoo
dat alleen de Bond vau Ned. Onderwijzers, via
het A. C. O. P., contact met de Regeering
heeft.
De delegatie noemde dit een onhoudbaren
toestand, die maar niet eenvoudig bestendigd
kan worden met het argument, dat categorale
bonden niet in het tegenwoordige systeem van
centraal overleg passen. Dit systeem eischt
dringend herziening, die trouwens al in 1927
is toegezegd, maar nog nooit ter hand is geno
men.
Het Is in hooge mate onredelijk tegenover
een groote groep al3 de onderwijzers, dat be
trekkelijk kleine ambtenarencentralen wel tot
het overleg zijn toegelaten en 30.000 mannen
en vrouwen zijn buitengesloten. Evenmin kan
het door den beugel, dat van de 90.000 amb
tenaren in het centraaf overleg vertegenwoor
digd, er 40.000 zijn, die noch rechtstreeks, noch
zijdelings in Rijksdienst zijn en dat deze mede-
beslissen ook over salarissen en wat verder
tot de rechtspositie van de onderwijzers be
hoort. - - -
Er werd pp aangedrongen om of den onder
wijzers een evenredige vertegenwoordiging in
het centraal overleg te geven, of aan de tegen
woordige bijzondere commissie gelijke rechten
te verleenen als de centrale commissie thans
voor de ambtenaren heeft.
De Minister van Binnenlandsche Zaken
zulks in afwijking van het door zijn ambts
voorgangers ingenomen standpunt.
N.V. FRANK RIJSDIJK'S INDUSTRIEELE
ONDERNEMING
Voorstellen van aandeelhouders-
ZAL DE DIRECTEUR ONTSLAGEN
WORDEN
Naar wij vernemen, zal een groep aandeel
houders aan het bestuur der N.V. Krank Rijs-
dijk s Industrieele Ondernemingen verzoeken
een vergadering van aandeelhouders te beieg
gen om voor te stellen in verband met de
Stollberg-affaire en den peperaanslag in de
jongste vergadering den directeur der N.V.
Simons Metaalhandel onmiddellijk te ontslaan
en event, de N.V. Simons Metaalhandel te liqui-
deëren.
UIT HET SCHILDERSBEDRIJF
Actie voor het landelijk collectief contract
De hoofdbesturen van de schildersgezellen-
bonden, alsmede van don R.K. Bouwvakarbei
dersbond, hebben i.z. het landelijk collectief
contract van het schildersbedrijf een schrijven
gericht aan de Centrale Commissie in het
Schildersbedrijf, waarin zij herinneren aan de
belofte, om in het voorjaar van 1930 nog een
aantal plaatsen voor een verhooging in aan
merking te doen komen.
De hoofdbesturen der Bonden hebben, naar
aanleiding van deze toezegging, overleg met
MPPBH
EEN GROOTE ROL IN ONZE
VOLKSTAAL
DAAR IX DE SOVJET-REPUBLIEKEN ALLER INGESTELD IS OP DEN ARBEIDER
en de „bourgeois" maar voor zich zelf moet zorgen, probeeren velen zich daar een
bestaan te verwerven in den handel, doch dan natuurlijk op openbare markten, waar
letterlijk van alles verkocht wordt.
DK „HEEREN" PER AUTO
vroeg een schriftelijk résumé van de naar elkaar gepleegd en zijn tot de conclusie geko
voren gebrachte wenschen en zegde, evenals
zijn ambtgenoot van- justitie, nadere overwe
ging toe.
R- K. VERBOND V£N TECHNICI
Het plaatsingsbureau in het afgeloopen jaar
In de „R.K. Technicus", het orgaan van het
R.K. Verbond van Technici in Nederland van
15 Januari j.L vindt men een uitvoerig ver.
slag over het jaar 1929 van het plaatsings
bureau van dezen Bond.
Hieruit blijkt, dat naar bouwkundigen de
grootste vraag was. Het totale aantal derva
cante betrekkingen bedroeg in 1929 over {waalt
maanden, gerekend voor bouwkundigen 632.
werktuigkundigen 422 en over zes maanden
voor de el'eetvotechnici 101.
In 1923 waren deze cijfers voor alle drie de
groepen van technici over 12 maanden genomen
respectievelijk 554,406 en 330, hieronder ook ge
deeltelijk de technici als monteur of radio
monteur.
Verder viel op te merken dat vooral de vraag
naar goed geschoolde krachten met diploma
M.T.S. of B.N.A. of gelijkstaand diploma en
eenige practijk steeds toeneemt.
Vermelding verdient nog, dat de in 1929 af
gestudeerde technici van de M.T.S. te Heerlen,
velen dadelijk geplaatst konden worden, de
meesten door bemiddeling van het Plaatsings
bureau van het R.K. Verbond van Technici in
Nederland. Secretariaat: Caumermolenweg 12
b. Heerlen.
men, dat het gewenscht is, voorstellen in deze
richting zoo Spoedig mogelijk na den aanvau
van dit jaar bij de Centrale Commissie te moe
ten indienen, opdat, wanneer die voorstellen
mochten worden aangenomen, de patroons daar
van in kennis worden gesteld en zij, met de
j ^aanneming van werk in het voorjaar, met de
aan te voeren loonsverhooging rekening kunnen
houden.
Kapitaal thans f 500.000.
Blijkens bijvoegsel no. 150 tot de Stcrt. van
22 Januari 1930 is koninklijke bewilliging
verleend op de statutenwijziging der N. V.
Nederiandsche Röntgen-Apparateiifabriek, Rijs
wijk, waarbij o.a. het kapitaal der vennoot
schap op 500.000 wordt vastgesteld, verdeed
in 500 aandeelen van 1000, waarvan 100 aan
deelen geplaatst en volgestort.
De landbouwer meende met politie te doen
te hebben
Bij de marechaussee te Oudenbosch is aan
gifte gedaan dat de landbouwer J. v. D. uit
Ilucphen, in den nacht van Zondag op Maandag
toen hij met een bespannen wagen op weg was
naar Oudenbosch is aangerand.
Toen hij ongeveer bij „Albino", onder Ouden
bosch was aangekomen, zag hij, dat twee auto
lichten gedoofd werden en toen hij naderbij
kwam, stapten twee heeren uit den auto, die
hem -sommeerden halt te houden. In de mee
ning, dat het politie was, voldeed hij aan het
bevel, waarop zij geld van hem eisohten. De
man verzekerde echter geen geld bij zich te heb
ben. waarop zij hem op den grond wierpen en
mishandelden. Bij het naderen van een auto
bus namen de „heeren" met hun auto de vlucht.
De verdachte uit de preventieve
hechtenis ontslagen
HONDERDEN WEER AAN HET WERK
JHR. J. STEIN VAN HEDIKHUIZEN t
GUUerenmiddag is in het Westeinde te Voor
burg tengevolge van een b^Hoerte plotseling
op straat doodgebleven jhr. J. L. H. O. C.
Stéin van Hedikhulzen, wonende te Den Haag.
De overledene bereikte den leeftijd van 68
jaar.
Na een tijdelijk ontslag
Honderden arbeiders, tijdelijk ontslagen aan
de glasfabrieken te Nieuw-Buiuen, zullen suc-
sëssievelijk deze week weer worden te werk ge
steld.
AANVARING OP HET IJ
IN HET PROVINCIAAL ZIEKENHUIS
TE SANTPOORT
De zaak wordt onderzocht
De „N. Haarl. Crt." meldt:
Ons werd medegedeeld, dat eenige dagen geg
leden een 35 a 40-jarige vrouwelijke verpleegde
in het Provinciaal Ziekenhuis te Santpoort,-'
wegens achteloosheid van een der verpleegsters^
in het bad zou zijn doodgebleven. Er werd
aan toegevoegd dat de verpleegster zich had
verwijderd en dat het water een zoodanige
hitte had, dat de vrouw aan de bekomen brand'
wonden is overleden.
We hebben ons omtrent dit, vooral in Ver
band met vorige gebeurtenissen in het Provin
ciaal Ziekenhuis alarmeerende bericht, gewend
tot den heer Michels, lid van Gedeputeerde
Staten en voorzitter van de commissie van Toe
zicht op de Provinciale ziekenhuizen. Deze
deelde ons mede, dat eenige dagen geleden
wel een verpleegde in het bad is doodgebleven,
maar dat het onderzoek van justitie en medici
heeft uitgewezen, dat de doodsoorzaak een
andere zal zijn geweest dan de in het ons ver
strekte bericht vermelde.
Intusschen Is bet geval, naar de heer Michels
ons mededeelde nog In onderzoek.
GEEN HEBZUCHT OF HAAT, GEEN
WELLUST OF WRAAK
Zooals gemeld is Dinsdag voor de Recht
bank te Arnhem behandeld de zaak tegen H.
R. T.„ 38 jaar, arbeider, wonende te Nijmegen,
thans gedetineerd, die op 19 November 1929
Gerrit van V. te Nijmegen in een woning aan
de Bloemstraat na een twist met een stoel heeft
doodgeslagen.
De Officier van Justitie M. v. Lasonder meem
do in zijn requisitoir dat hier geen sprake kon
zijn van doodslag uit hebzucht of haat, uit wel
lust of wraakneming. Verd. kan niet anders
dan mishandeling den dood ten gevolge hebben
de worden ten laste gelegd. Spr. eisebte ten
slotte een gevangenisstraf voor den tijd van
twee jaren.
De verdediger mr. Couvret pleitte vrijspraak
subs, een voorwaardelijke veroordeeling. Bo
vendien vroeg spr. onmiddellijk ontslag uit de
preventieve hechtenis van verdachte.
Na over dit laatste verzoek in raadkamer te
hebben beslist achtte de Rechtbank de verdere
voortzetting der preventieve hechtenis van
verd. niet noodzakelijk en gelastte zijn onmid
dellijke In vrijheidstelling.
De uitspraak werd bepaald op Dinsdag 28
Januari.
NAP DE LA MAR
In den toestand van den heer Nap de la Mar
schijnt wederom eenige verbetering te zijn In
getreden.
Klipper ernstig beschadigd
Op het IJ nabij het Dok „Hendrik" te Am
sterdam heeft gisterenmiddag een aan
varing plaats gehad tusschen het vrachtstoom
schip van de K.N.S.M. „Merope" en het klip
perschip „De Vier Gebroeders".
De „Vier Gebroeders" tvkwam aanmerke
lijke schade aan het voorschip, terwijl de „Me
rope" in het geheel geen averij opliep. Persoon
lijke ongevallen hebben niet plaats gehad.
Lijk van den schipper geborgen
Gisterenmiddag is te Urk binnengebracht het
lijk van schipper C. Post van het tjalkschip
„Dankbaarheid" dat op 5 K.M. afstand van
de haven van Lemmer op 15 Januari j.l. door
tot nog toe onbekend gebleven oorzaak is
overvaren door het motorschip „Klimak" ka
pitein de Jonge, uit Oude Pekela.
POSTBOOT AAN DEN GROISD
Tengevolge van den dikken mist is eergister
avond de postboot „Geusau" vlak voor den Ke-
telmond aan den grond gevaren. De 'briefpost
en de passagiers zijn gisteren met een kleine
motorboot afgehaald en te Kampen aan wal
gebracht. Door den lagen waterstand is bet nog
niet mogelijk geweest de „Geusan" al' te sle£
pen.
DE „VALENTINA CODA" NAAR
ROTTERDAM.
Het Italiaansche stoomschip „Valentina
Coda", dat op de Vliehorst gestrand was en
dezer dagen is vlot gebracht, is gisterenmiddag
om drie uur door de sleepbooten „Oceaan" en
„Volharding van de firma Doeksen op sleep
touw genomen met bestemming naar Rotter
dam, waar het schip zal worden gedokt.
DOODELIJK ONGEVAL.
Gisterenmiddag had te Helmond de 57-jarige
schippersvrouw wed. K. van het schip „Rudolf"
het ongeluk tusschen den muur van sluis 8 en
het schip terecht te komen. De ongelukkige
werd ais het ware doodgedrukt.
ONTVLUCHTE JONGENS AANGEHOUDEN.
De drie ontvluchte jongens uit het gesticht
Hoenderloc- zijn door de politie onder Ede aan
gehouden.
Het geld Is de spil, waar de wereld om
draait en het valt daarom gemakkelijk te be
grijpen, dat. het geld en de munten in het bij
zonder, in de volkstaal zoo'n groote rol spelen.
Ook nog onze tegenwoordig gangbare mun
ten vertellen ons in hun werkelijken of in hun
bijnaam een stukje geschiedenis.
Daar hebt ge bijvoorbeeld ons twee.en-een-
halve-centstuk of zooals de vólksuitdrukking
luidt: „bet vierduitstuk".
De „duit" was liet sinds 1700 bestaande
koperen muntstuk, dat zijn leven heeft gerekt
tot ongeveer 1840. toen de centen, het hon
derdste deel van een gulden reeds waren inge
voerd. De waarde vau een duit was het achtste
deel van een stuiver of 5/8 cent en ons twee-
en-een-halve-centst.uk vertegenwoordigde dus
precies vier duiten.
Hij was van rood koper evenals thans de een
ten, maar men had ze eveneens van zilver en
zelfs van goud. Deze beide laatste Soorten wa
ren echter gemunt als proef voor een nieuw
stempelslag en dienden ook wel ai3 geschenk.
Soms werden op zilveren bruiloften zilveren en
op gouden bruiloften gouden duiten in een
schaal op tafel geplaatst, en evenals bonbons
onder de gasten rondgediend.
Al is de duit nu verdwenen, zijn roemrijke
naam leeft nog sfeeds voort in onze volkstaal.
Het volk heeft het land aan een „duitendief"
een gierigaard en schraper, maar daarentegen
ziet. het soms zijn ideaal in een „vrouw met
duiten".
Niet minder dan de duit was ook het „stui
vertje" geliefd (niet het vierkante, dat we tlians
bezitten, maar het kleine ronde zilveren), waar
van men niet wist „hoe een stuivertje rollen
kon".
De huismoeders noemden dat vroeger een
„beuzempie" omdat zij het 3ymbool der vader-
landscbe eendracht, den pijlenbundel, voor een
heiboender aanzagen. Toch stelden zij de be
zempjes op prijs want z(j hielden er zilveren
stuiversdoosjes op na, waarvan zoowel het dek
sel als de bodem ieder een zijde van het stui
vertje vertoonde en waarin zij de mooiste
exemplaren bewaarden.
De dubbele stuivers heetten natuurlijk „dub
beltjes" en omdat zij zooveel in gebruik waren
waren zij het meest afgesleten en aan den
kant soms zoo scherp als een mes. Aan deze
eigenschap dankte het woord „dubbeltjessnij
der" zijn ontstaan. Dit was een bekkesnijder,
die een bijzondere eigenschap bezat om met
een dubbeltje tusschen duim en vinger zijn'
tegenpartij te bewerken, dat binnen een paar
seconden het bloed over zijn' gezicht stroomde.
De „gulden" was in de 15e en 16e eeuw de
algemeene benaming voor gouden munten van
verschillende waarden. In 1681 verscheen de
eerste Hollandsche gulden, ook bekend onder
den populairen naam van ,,pop" die zich tot
heden, met eenige verandering in opschrift en
wijziging in zilvergehalte heeft kunnen hand
haven.
Hoe de gulden aan dien naam „pop" komt is
vrij eenvoudig. Den 17an Februari 1680 was
door de Staten van Holland het besluit ge
nomen zoo spoedig, mogelijk guldens te laten
slaan.
„IJzersqijdets" gingen aan hel werk en den
3en December werden door de Gedeputeerden
der stad Dordrecht In de vergadering twee
Statenguldens vertoond, om uit te kiezen. De
eene droeg aaii de voorzijde het wapen van
Holland met het randschrift „Vigtlate Deo con-
fidentes" (Waak en vertrouw op God) en aan de
keerzijde den Hollandschen Leeuw, met het
randschrift: „Moneta nova argenta Comitatus
ïKollan-diae (Nieuwe zilveren munt van het
graafschap Holland)
De andere gulden was er vrijwel aan gelijk
maar vertoonde aan de keerzijde „een Pallas,
voerende in haar regterhand een speer, rus
tende op een boek, en hebbende booven aan_
het einde een Hoed, en houdende in haar lin
kerhand het Waapen van deese provincie, met
de inscriptie: „hac nitimur illam tuemur".
Er werd gepraat ên gedelibereerd en nog eens
gepraat en eindelijk besloten:
Pallas en haar speer en hoed moest blijven,
maar de speer moest rusten op den grond en
niet op een boek. Ook het wapen van Holland
kon gemist en daarvoor in de plaats „een
colomne gesteld worden". Aan de zijde van de
speer zóu men schrijven „hanc tuemur" (deze
n.l. de Vrijheid, beschermen wij), en aan de zijde
van den kolom: „hac nitimur" (hierop steu- 1
nen wij).
Spoedig werd een groot aantal van deze
munten in omloop gebracht, maar het volk,
dat van de Grieksche mythologie niet veel be
greep, zag in dan hoed den Vrijheidshöed en
doopte Pallas tot Nederiandsche Maagd, die
de volkstaal vereenvoudigde tot „pop"
Het aantal „daalders" eu „rijksdaalders" was
ontzaglijk groot. De daalder is de oorspronke
lijke Joachims-thaler, die sedert 1519 te
Joachimsthal in Bohemen werd geslagen. De
munt werd ook in Holland gemaakt en heette
hier daalder. In ons land kan men het woord ln
de volkstaal nog wel terugvinden als waardebe
paling.
Onze rijksdaalder of twee-en-een-hal ve-
guldenstulc dagteekeut uit 1840, maar reeds in
1567 werden stukken geslagen van 40 a 50
stuivers die den naam van „rijksdaalders" had
den met de meest verschillende afbeeldingen be
namingen: kruisrijksdaakler, Unierijksdaalder,
rijksdaalder met den staanden man, Zeeuwscbe
rijksdaalder enz. De volksnaam „achterwiel" ls
gegeven met de gedachte aan de achterste, dus
grootste wielen van een rijtuig, in tegenstelling
met den gulden, die „voorwiel" of kortweg
„wiel" werd genoemd.
Maar ook oude munten, die reeds lang, zeer
lang zijn verdwenen, leven nog altijd in de
volkstaal voort. Wie kent niet het spreekwoord:
„Hij kijkt of hij zijn laatste oordje versnoept
heeft'.
Een „oordje" was een dubbele duit. In de
week kreeg het kind om iets te snoepen een
duit, maar des Zoridags een oordje, dat het" ln
zijn spaarpot moest doen.
En de „penningen", „schellingen", „dukaten"
en „gouden rijders", ze hebben allen in ons
land eens hun gloriedagen beleefd, maar slij
ten thans een doelloos bestaan in de musea
en bij de muntverzamelaars.
W. S.
Een openbare vergadering
Zaterdag a.s, des avonds te acht uur houdt
de Nederiandsche Vereeniging tot Rhéumatlek-
beslrijding een openbare vergadering in het
Jaarbeurs-gebouw té Utrecht. Als spreker zal
optreden dr. Krebs, geneesheer-directeur van
liet Landesbad te Aken, die een lezing zal hou
den over het onderwerp: De sociale beteekenls
van rheumatische ziekten.
Des middags te, 2 uur houdt het Medisch
Studiegenootschap „Rheunna", de geneeskun
dige afdeeiing van de Nederlandsohe vereeni
ging tot Rheumatiekbestrijding, in de college
zaal 'fan het Pathologisch Instituut te Utrecht
een bijeenkomst, waarop prof. dr. J. Wester
een voordracht zal houden over het onderwerp:
„Artlürtis bij dieren, vergelijkende aetiolgie".
PRINCIPIEELE DIENSTWEIGERING.
Zeg maanden gevangenis
De Krijgsraad te 's-Hertogenbosch veroordeel
de deu 23-jarigen soldaat J. IC uit A. van de
le selioolmcompagnie I8e reg. inf. wegens prin-
cipieele dienstweigering tot 6 maanden gevan
genisstraf met ontslag uit den dienst.
BRANP. --s
Tn een boerderij in de buurtschap Veldhuizen
(gem. Loeuen) ontstond gisteren brand, vermoe
delijk door het omvallen van ©en -brandende
kaars in de slaapkamer. Het vuur nam dadelijk
zulke afmetingen aan, dat aan blusschen niet
te denken viel. Het perceel, toebehoorend aan
Baron van Hugenpoth tot \erdit te Utrecht
brandde dan ook tot den grond toe af.
Het grootste gedeelte van den inboedel ging
mede in de vlammen op. De levende have kon
worden gered. Een en ander was laag verze
kerd.
AARDSCHOKKEN IN INDIE
KOETARADJA, 21 Januari. (ANETA). He
denmorgen om 7 uur 15 en 7 uur* 45 werden
alhier lichte aardschokken waargenomen.
„Goed uitkijken naar do
„PASSING SHOW".
Goedig oud heertje:
wormpjes, kleine man."
De kleine man: „AI^ ik een appel eet, moe
ten de wormen maar op zichzelf letten."
Vrij naar het Engelsch
van
R. HENRY.
Op zekeren avond ontmoette ik dezen Juan de
Garcia. Hij stond toen al slecht bekend, maar
hij had een aangenaam uiterlijk en manieren.
Hij won van mij in het spel, en in zijn goede
bui nam hij me mee naar het huiB van zijn
tante, een weduwe, in Sévllla. Deze dame had
één kind, een dochter, en die dochter was
jullie moeder. Nu was je moeder. -Luisa de
Garcia, verloofd mat haar neef of eigenlijk
heel verren neef Juan, maar gehad eu al
tegen haar wil. Waut zij haatte en vreesde
hem, hoewel ik geloof, da t li ij meer van haar
hield, dan vau wie ook. Onder een of ander
voorwendsel wist zij met hem overeen te
komen, dat zij niet zouden trouwen, voor zij
20 jaar was. Hoe koeler zij tegenover hem was,
des te heviger werd hij op haar Verliefd, en
op haar niet. gering vermogen. Want, zooals do
meeste spelers, had hij altijd geld noodlg.
1 Om kort t<' gaan, van het eerste oogen-
blik af kregen je moeder en ik elkaar lief,
en helde verlangden wij er naar, elkander
zoo dikwijls mogelijk te zien. En dat was niet
moeilijk, want haar moeder haatte en vreesde
Juan de Garcia eveneens, en had graag ge
zien dat. haar dochter hem voorgoed kwijt
was. Het eind van alles was, dat ik aanzoek
om haar deed, cn dat mijn aanzoek aanvaard
werd. De dag van het huwelijk werd vast
gesteld, en tevens maakten wij een plan op,
om naar Engeland te vluchten. Maar een eu
ander was aan de aandacht van Juan niet ont
snapt, want hij had spionnen in huis en overal.
Jaloersch als hij was, trachtte hij eerst van
mij at te komen door een persoonlijken aan
slag op mijn leven. Maar dat mislukte. Toen
huurde hij sluipmoordenaar^, om mij bij avond
te vermoorden. Maar ik droeg een pantser-
hemd onder mijn vest, en hun dolken braken
er op; en in plaats van gedood te worden,
doodde ik,één van hen. Dat was voor De
Garcia een gereede aanleiding, om mij aan te
geven. Den avond vóór den dag, waarop we
zouden uitzeilen, zat ik bij mijn verloofde en
haar mosder in haar huis te Sevilla, toen een
aantal mannen binnenkwam, en mij gevan
gen nam. Ik zal je niet verhalen van al mijn
ellende in den kerker. Ten laatste werd het
mij ten laste gelegde bewezen, en werd ik ter
dood veroordeeld. Toen ik alle hoop had op
gegeven, en er in berustte, om te sterven,
kwam er hulp. Op den vooravond der terecht
stelling kwam een der bewakers bij mij, en
deelde mij mede. dat ik vrij was. Eerst wilde
ik het niet gelooven, maar de boeien werden
mij afgenomen, ik werd fatsoenlijk gekleed, en
ik werd buiten de gevangenis gezet.Terwijl
ik (laar stond, kwam een vrouw, in een zwarten
mantel gehuld, naar mij toe, en fluisterde
„Kom". Die vrouw was je moeder, die er alles
op gezet had, om mij te redden. Driemaal waren
haar plannen mislukt, maar efndelijk was zij
erin geslaagd, voor een aanzienlijke som gelds
mijn leven en mijn vrijheid te koop en. Dien-
zelfden avond werden wij getrouwd, en vlucht
ten wij naar Cadiz. Haar moeder was bed
legerig en kon niet meegaan. Alles was in
gereedheid gebracht. In Cadiz lag een Engelsch
schijJS waarop passage voor ons was genomen.
Maar twee en een halven dag werden wij in
de haven vastgehouden, omdat de wind tegen
was, eu de kapitein ondanks zijn verlangen,
om ons te redden niet zee durfde kiezen.
Intusschen werd er ln da heele streek naar mij
gezocht. De Garcia had ontdekt, dat zijn nicht
verdwenen was, en begreep, dat wij beiden
wel niet ver van elkaar zouden zijn. Zijn
geslepenheid aangezet nog door zijn baat
en jalouzie wist ons tenlaatste te vinden,
Op den morgen van den derden dag was de
storm bedaard. Het schip lichtte het anker en
koos zee. Terwijl de zeelieden bezig waren, de
zeilen te hijschen, kwa meen boot met 20 sol-
zeilen te hijschen, kwam een boot met 20 sol
zij, en sommeerde den kapitein, bij te draaien,
om zijn schip te laten doorzoeken. Ik was
toevallig aan dek, en opeens, terwijl ik mij
wilde verbergen, riep een man in wien ik
De Garcia herkende dat ik de ontsnapte
misdadiger was, clien zij zochten. De kapitein
werd bevreesd dat hij zelf en al zijn mannen
in de gevangenis zou worden geworpen, en
wilde mij uitleveren. Toen trad ik, wanhopig
van angst, naar voren, en riep tot de matrozen:
Jullie bent Engelschen! Wil je mij over
leveren aan die vreemde duivels, mij, die van
jullie ras l>en? Als je mij uitlevert, dan stuur
je me terug naar die ontzettende gevangenis,
en iaat je mij ter dood brengen. Hebt mede
lijden met mijn vrouw, als je geen medelijden
hebt met mij, of leent mij een zwaard, om die
duivels te trotseeren.
Toen riep een der matrozen, een man uit
Southwold, die mijn vader gekend had:
Ik houd het met u, Thomas Wingfirid.
Als zij u en uw vrouw willen hebben, dan
moeten zij mij eerst vermoorden.
En hij spande zijn boog, en richtte een pijl
op de Spanjaarden in de boot.
Toen schreeuwden de anderen In koor:
Als jullie iemand van ons wilt hebben,
bomt hem dan maar halen, jullie duivels!
Toen vatte de kapitein moed. Hij beval de
helft van zijn mannen, om in allerijl de zeilen
:e hijschen, en de andere helft, .om de soldaten
af te slaan, al-s zij aan boord wildon komen.
Tiians waren ook de beide andere booten
naderbij gekomen, en hadden ons aangeklampt.
Een man klom naar boven, en ik herkende
in hem een van mijn wreeds bewakers. Toen
werd ik waanzinnig van angst bij de gedachte
aan wat mij te wachten stond. Ik greep den
boog uit de hand van den matroos, richtte den
pijl, en schoot hem af. Eh mti n pijl in
zijn hart stortte de wraedaa—l aohterover,
Daarna trachtten zij niet moer aan boord .te
komen. Zij schoten hun pijlen af, 'maar slechts
één man van.ons werd. gewand. Thans begon
nen de zeilen te trekken. Toen stond De Garcia
in de boot op.
Ik zal je nog wel vinden, schreeuwde hij,
met een stroom van verwenschinge-n. Al
moet ik 20 jaar wachten, ik zal nrn op je
wreken. En jij. Luisa, De Garcia, verberg je,
waar je wilt, maar ik zal je vinden, en als
wij elkaar ontmoeten, zitl je dien man laten
loopen, of in dat. uur zul je starved.
Dan zeilden wij naar Engeland, en de booten
bleven achter.
Jongens, dat is de geachiedenis van mijn
jonge jaren, en hos ik je moeder trouwde,
die wij vandaag begraven hebben. Juan de
Garcia heeft woord gehouden.
Toch schijnt het vreemd, zei mijn broetr,
dat hij haar na al die jaren zoo vermoord
heeft, als hij zóó vau haar hield. Zelfs de
slechtste man zou daarvoor terugdeinzen.
Dat is zoo vreemd niet, antwoordde mijn
vader. Wat weten wij van wat er tusschen
hen beiden gesproken is, vóór hij haar door
Stak? Stellig zinspeelde hij op iets, wat zij
gezegd heeft, toen hij tot Thomas zei, dat. ze
nu zouden zien, wat voor waars er was in
voorspellingen. Wat zwoer De Garcia jaren
geleden? Dat zij mij zou laten loopeu, of liij
zou haar dooden. Hij kan haar de keus ge
laten hebben, Geoffrey. Ach, jongen, vraag niet
meer
En hij borg zijn gelaat ln zijn handen, en
barstte uit in snikken, dia vreeseiijk waren
om te booren.
Hadt u ons dit verhaal maar eerder ge
daan, vader, zeido ik, zoodra ik lu staat was,
te spreken. Dan zou er een duivzl jriutlfr
geweest zijn op de wereld, en he. -rj een
iange reis bespaard hebben.
Weinig vermoedde ik, no ou
zijn.
IX.
Twaalf dagen later wa3 ik a u, om mijn
onderzoekingstocht te beginuen.Mijn vader nam
mij voor vrij passage op de „Adventuress", een
schip met. een lading wol en andere waren,
dat op het punt stond, de reis naar Cadiz
to ondernamen. Bovendien gaf hij mij 50 pond
in goud mes -- zooveel als ik bij me durfde
dragen en'verder brieven van ee firma in
Yarmouth aan haar agenten in Cadiz, waarin
hun verzocht werd, om mij zooveel uit te be
talen, als ik noodlg had, tot een totaal van
150 pond, en mij verder op alle mogelijke
wijze behulpzaam te zijn.
De „Adventuress' zou den derden Juni ver
trekken. In don avond van den eersten Juni
moest ik naar Yarmouth rijden, waarheen
mijn bagage reeds verzonden was. ik had van
iedereen afscheid genomen, behalve van één,
on aan dat ééne afscheid dacht ik het meest.
Sinds den dag, dat wij elkaar trouw beloofd
hadden, had ik Lily niet meer gezien, be
halve bij de begrafenis van mijn moeder, en
toen hadden wij elkaar niet gesproken. Het
had er allen schijn van, dat ik moest heen-
Saan zonder een woord van afscheid aan haar
want haar vader had mij la-ten weten, dat,
als ik bij zijn huis kwam, zijn bedienden order
hadden, om mij van de deur to wijzen, en die
schande wilde ik niet riskeeren. Maar het
was hard, zoo'n langs reis te beginnen, waar
van Ik best mogelijk nooit zou terug
komen, en van haar geen afscheid te kunnen
nemen. In mijn verdriet sprak ik er over met
mijn vader, on vroeg hem mij te helpen.
-—Buurman Bozard heeft zijn dochter voor
je broer Geoffrey bestemd, en niet voor jou,
Thomas, antwoordde mijn vader, en hij kan
in dat opzicht doen, wat hij wil; maar ik zal
je helpen, als ik kan. Mij kan liij althans niet
van zijn deur Wijzen. Laat de paarden voor
komen, dan zullen we naar de Hall rijden.
Binnen een hall' uur waren we daar, en
mijn vader vroeg deu Squire te spreken. De
bediende keek tersluiks naar mij, gedachtig
aan zijn orders, maar liet ons niettemin binnen.
De Squire zat in zijn kameT.
Goede® morgen, buurman, zeide hij.
Welkom. Maar je brengt Iemand mee, die niet
wolkom is, al is hij dm je zoon.
- Ik breng hem voor de laatste maal. Bo
zard. Luister naar zijn verzoek en doe dan
wat hij vraagt, of doe het niet, zooals je wilt.
Maar nis je het niet doet, zal het onze vriend
schap niet bi vorderen De jongen gaat van
avond naar Yarmouth, en vandaar naar Spanje
om den moordenaar van zijn moeder te zoe
ken. Hij gaat uit eigen wil, omdat, hij na den
moord, zonder er hij te denken, den moorde
naar heeft laten ontkomen; en h(j dost er goed
aan, dat hij gaat,
Hij is nog jong, om zoo'n heest te van
gen. en dat nog wel ln een vrsemd land, zei
de Squire. Maar ik mag zijn durf, en wensch
hem succes. Wat wil hij van me?
(Wordt vervolgd).