ISP
'éfeii fir.I
Hoe gelukkig gleed het leven
Het Scheldevaarwater
-n-
DINSDAG 4 FEBRUARI 1930
DE ACTIE DER VLAAMSCHE
NATIONALISTEN
DE STORM AAN FRANKRIJKS
ZUID WEST KUST
AUTO IN EEN RAVIJN GESTORT
PAGINA
EEN BROCHURE VAN ING. HAENECOUR
HET VOORKOMEN VAN OVER
STROOMINGEN ROND
ROOSENDAAL
CRISIS IN HET OPERA-
REPERTOIRE
,ST. FRANCISCUS VAN ASSISIE"
DE ALLURES VAN EEN RIJKEN ERFOOM
DE CONDUCTEUR DER H. T. M.
DIE EEN ONGELUK KREEG
-tt-
Een schrijven van Z. Em. kardinaal van Roey
Onze Brus3elsche correspondent meldt ons:
Zondag is in al de kerken van de Kempen
een brief voorgelezen van Z.Em. den kardinaal
aartsbisschop van Mechelen, die een antwoord
is op een artikel, dat de vorige week, onder
verantwoordelijkheid van de Katholieke Vlaam
sche volkspartij van het arrondissement Turn
hout, in het weekblad „De Nieuwe Kempen" is
verschenen over de houding van het doorluch
tig episcopaat tegenover de Vlaamsche nationa
listen.
Dit artikel, zoo luidt het in den brief van
Zijne Eminentie, is vol verzinsels en leugen
achtige insinuaties, met het duidelijk uitge
sproken doel, de kerkelijke overheid verdacht
te maken in de oogen der geloovigen.
Wij zullen het niet beantwoorden, doch wij
meenen niet stilzwijgend te mogen voorbijgaan
zonder te reageeren tegen een dergelijken aan
slag op den aan de kerk verschuldigden eer
bied en komende van leiders eener partij, die
zich katholiek noemt.
De episcopale overheid niet eerbiedigen, is
stelling nemen tegen Christus en Zijn Kerk. Gij
kent de woorden van den Zaligmaker: „Wie U
aanhoort aanhoort Mij; wie U verstoot, ver
stoot Mij: wie Mij verstoot, verstoot Hem, die
Mij gezonden heeft" (Luc. X. 16).
De groote martelaar uit de eerste tijden van
het christendom, de heilige bisschop Ignatius
van Antiochie, mocht met recht schrijven: „Al
dezen, die God en Jesus Christus toebehooren,
zijn mat den bisschop". (Phiiad. III. 2.) en Paus
Eenedictus XV: „Hij is niet met de Kerk, die
niet met den bisschop is" (Encycliek, Ad beatis-
simi, 1 Nov. 1914).
Als zij (de VI. nationalisten Corrl) bewaren,
dat, waar de bisschoppen tegen hen zijn, de
Hoogste Kerkelijke Overheid daarentegen het
Vlaamsch nationalisme goedkeurt en dat de
Vader van alle geloovigen met hen is, dan aar
zelen wij niet te zeggen en wij weten wat
wij zeggen dat zij gelogen hebben.
Het is op deze wijze, dat doorgaans de droeve
geschiedenis begint van alle apostaten. Indien
de Paus ze openlijk moest veroordeelen, dan nog
zouden zij beweren, dat God met hen is!
Volgens hen begrijpen wij niets van de
Vlaamsche kwestie.
Zelf uit den Vlaamschen Kempen afkomstig,
meenen wij de belangen en nooden van het
Vlaamsche volk even goed te kennen als wie
ook. Wij beschouwen het als een plicht, te doen
wat van ons afhangt, om in deze nooden tege
moet te komen, n.l. om den ouders, die zulks ver
langen Vlaamsch onderwijs te schenken voor
hun kinderen.
Doch wij hebben ook het recht, meenen wij,
over de belangen en de behoeften van het
Vlaamsche volk anders te oordeelen dan de
Vlaamsche nationalisten.
Aanvallen, zooals deze welke wij hier open
lijk aan de kaak stellen, zullen ons niet beletten
onzen herderlijken plicht te vervullen telkens
als wij dat noodig zullen oordeelen.
Vervult gij ook, aldus het schrijven aan de
geloovigen, uwen plicht van geloovigen. Keert
u af van hen, die u op een dwaalspoor willen
leiden en uwe gehechtheid aan de kerk in ge
vaar brengen.
Leest noch ondersteunt de nationalistische
organen (dag- of weekbladen), die, zooals het
episcopaat reeds in 1925 in een gemeenschap-
pelijken brief heeft gezegd, de opinie bedriegen
met leugens en die de wettelijke overheid ver
achten.
Het geval, dat ons thans bezighoudt, bewijst
eens te meer, dat dit verwijt gerechtigd was".
ROTSBLOK BEDREIGT EEN DORP
Na den hevigen regenval is het
voorover gaan hangen
HUIZEN REEDS ONTRUIMD
Het dorpje Grèze in Frankrijk, bestaande
uit ongeveer 30 huizen en met ruim 400 be
woners, wordt door een reusachtige rots be
dreigd.
De bewoners houwen reeds sedert jaren hun
bouwmateriaal uit den berg, zoodat de berg
langzamerhand ondergraven begon te raken.
Na een hevigen regenval van den laatsten
tijd is het reusachtige rotsblok voorover gaan
hangen en vreest men het ergste voor het
dorpje.
De huisjes die in de gevaarlijkste positie lig
gen, zijn reeds ontruimd. Men wil thans trach
ten de rots bij gedeelten door middel van
dynamiet te doen springen, om zoo het gevaar
van Grèze af te wenden.
Een vloedgolf richt veel schade aan
Uit Biarritz wordt dt. gisteren gemeld:
Sedert de redding der schipbreukelingen van
de „Knepworth" is de storm nog in hevigheid
toegenomen, zoodat het wrak geheel uit elkaar
wordt geslagen.
Gisterenavond werd de wandelpier door een
vloedgolf overstroomd, waarbij een groote hoe
veelheid wrakhout en zware balken de kaden
deerlijk hebben beschadigd en groote verwoes
tingen hebben aangericht aan en in de restau
rants en magazijnen, welke daar zijn gevestigd.
Op verschillende andeTe plaatsen der kust is
schade aangericht.
Ook aan de kusten van Spanje en Portugal
woeden nog steeds zware stormen. In Portu
gal is veel sneeuw gevallen. Ook komen groote
overstroomingen voor.
DE STRANDING VAN DE „NELLY"
Reddingspogingen mislukt
Naar „Aftenbladet" uit Helsingfors ver
neemt, zijn alle pogingen, het Deensche stoom
schip „Nelly" te redden, tot nu toe tengevolge
van den storm mislukt. De vuurtoren van Soe-
derskaet deelt mede, dat de bemanning waar
schijnlijk nog aan boord is.
Het schip zit geheel in het ijs en hooge gol
ven slaan er over heen.
DE SAN MIGUEL IN WERKING
Uitbarsting met aschregen
Uit San Salvador wordt gemeld:
De vulkaan San Miguel is plotseling in wer
king gekomen. Over de plaatsen San Jorge en
San Rafal Oriente is een ascliregen neergeko
men.
De uitbarsting ging met onderaardseh gerom
mel gepaard.
BIJ EEN SKI-WEDSTRIJD TE PREDEAL IN DE KARPATHEN bevonden zich
onder de toeschouwers prinses Helena (links) met haar verloofde, graaf
Alexander van Hochberg, benevens koningin Maria van Roemenië.
Vjjf jongelui gedood
Naar een N.T.A.-bericht nlt Los Angelos
meldt, is een auto met zes jongelui in het ra-
ijn van San Antonio gestort en in brand ge-
i-ikt Vijf der inzittenden werden gedood, de
>\,.<i zwaar gewond.
Onze Antwerpsche correspondent schrijft dt.
28 Januari:
De Belgische hoofdingenieur en directeur
van Bruggen en Wegen, de heer Haenecour,
heeft een brochure uitgegeven, getiteld
L'Avenir du Port d'Anvers et de l'Escaut Mari.
time", waarin hij in de eerste plaats wijst op
de tijdperken gedurende welke de vaargeul der
Schelde normaal gestabiliseerd is en zich geen
merkwaardige verplaatsingen der passen fo
verzandingen voordoen, en ook op de perio
des, waarin zulks wel het geval is, vooral ter
hoogte van Bath en Valkenisse.
Over het algemeen kan een diepte van 9 me
ter behouden worden door normale baggerwer-
ken, behalve misschien in de passen tusschen
Kruisschans en Antwerpen (dus op Belgisch
gebied) waar men soms intensiever zou moeten
te werk gaan.
Schepen van 9 tot 11.50 M. diepgang kunnen
slechts in bijzondere voorwaarden van tij en
waterpeil Antwerpen bereiken.
Indien dus het tijdperk aanbreekt van lange
diepgaande schepen zal er in de Schelde iets
moeten gedaan worden om Antwerpen te red
den. En het zijn voornamelijk de passen van
Bath, Valkenisse en Santvliet, welke dan die
nen verbeterd. Schrijver geeft als zijn meening
te kennen dat zulks alleen kan geschieden door
de Schelde, welke daar plotseling verbreedt,
geleidelijk in te dijken en haar een normale
breedte en bedding te geven. Hier is ing.
Haenecour dus in tegenspraak met zijn vroe
gere Belgische collega's, die steeds tegenover
de meening der Nederlandsche deskundige ver.
kiaard hebben dat vernauwing een verslech
tering van het vaarwater zou tengevolge heb
ben.
De schrijver is verder van oordeel dat Ant
werpen een voorhaven dient te hebben. Daar
toe stelt hij voor het nieuwe Kanaaldok te ver
lengen tot voorbij het oude fort Frederik, waar
het door een groote zeesluis in verbinding zou
worden gesteld met de Schelde. De ingangs
geul zou 500 meter lang zijn en aan de Schelde,
oevers zonder in diep vaarwater aan weerszij
den kaden van 1 K. M. lengte gebouwd worden.
Op die wijze zoude schepen van 11% meter diep
gang te allen tijde tot deze sluis, welke bij
Santvliet dicht ouder de Nederlandsche grens
dus moet gemaakt worden, kunnen geraken en
langs het Kanaaldok naar Antwerpen opvaren.
Volgens de schrijver zou het Moerdijk-kanaal
bij de sluis van Santvliet in het verlengde
kanaal-dok moeten uitmonden. Het bij Babt te
laten uitkomen zou volgens de meening i
Ing. Haenecour een grove waterbouwkundige
fout zijn van wc0a de dreigende verzandingen
aan deze uitmonding.
EEN JUBILEUMBOEK VAN VOORNE.
Dezen zomer herdenkt hot oude Den Brlel
het feit, dat het 600 ja - geleden van Heer
Aelbrecht van Voorne zijn stadsrechten kreeg.
Naast de feestelijkheden, die plaats zullen
hebben, vonden de verschillende vereenigingen
tot bevordering van het vreemdelingenverkeer
op Voorne bet nuttig, plannen uit te werken
betreffende een Jubileumboek van Voorne. Met
Den Briel vormt het eiland een eenheid; hei
de kunnen niet buiten elkaar gedacht worden.
Bulten het eiland is dit nog te weinig bekend.
Men kent Den Briel als historische stad; men
weet Voorne een landbouwstreek, en daar is de
kennis in het algemeen mede afgeloopen.
Het Jubileumboek, dat zoowel historische als
economische hoofdstukken zal bevatten, hoopt
drie dingen te verwezenlijken; een herinnering
te zijn aan de „Voornsche" Aelbreoht van
Voorne, die aan zijn voornaamste plaats de
stadsrechten gaf, meer kennis te verspreiden
van het mooie, zich zeer sterk ontwikkelende
eiland en: een zinnebeeld te zijn van de econo
mische en cultureele eenheid van Voorne.
In duizenden exemplaren zal dit boek wor
den verspreid. Dat het zoover is kunnen ko
men, is voornamelijk te danken aan den gelda-
iijken steun van vroegere en tegenwoordige
„Voorners" en niet in het minst aan de voor
treffelijke medewerkers, die hun steun aan de
redactie toezegden.
GOUDEN PRIESTEr.t EEST
Zondag vierde d9 ZeerEerw. Pater Bernardus
Dekker uit het Carmelietenklooster te Boxmeer
zijn gouden priesterfeest. In de fraai versierde
parochiekerk droeg Z.Eerw. een plechtige Hoog-
Mis tot dankzegging op. Het Paterskoor voerde
de liturgische gezangen uit.
Van de receptie werd een druk gebruik ge
maakt, terwijl talrijke geiukwenschen binnen
kwamen.
GOUDEN KLOOSTERJUBILê
De Eerw. Zuster Josepba in de wereld mej.
Margaretha Welters, geboortig van Posterholt,
zal op 9 Februari haar gouden kloosterjubilé
vieren in bet klooster der Dochters van het
Heilig Kruis te Waterschei. Gedurende al dien
tijd was zij ln verschillende kloosters dezer
Orde bij het onderwijs werkzaam.
ONDERSCHEIDINGEN.
Bij Kon. besl. is de zilveren eeremedaille,
verbonden aan de Orde van Oranje-Nassau, toe-
ekend aan A. F. D. H u e c k, opporbrand-
meester, te Hillegersberg; is toegekend de aan
de Orde van Oranje-Nassau verbonden eere
medaille: In zilver, aan: J. van Driel Azn.,
scheepstimmermansbaas bij de N.V. Scheeps-
bouwwerf Gebrs. Pot, te Bolnes, gemeente Rid
derkerk; H. C. van Aalst .timmermansknecht
bij den heer Joh. de Baan, te Maasland.
VERBETERING VAN DE WATERLOOZING.
Een prachtig object voor werkverschaffing
Door het Rijk en de provincie Noord-Brabant
is een belangrijk besluit genomen inzake de
verbetering van de waterloozing in bet bekken
van Roosendaal. Tusschen de Waterstaatkun
dige diensten is overeenstemming bereikt inzake
subsidieering van de verbetering der Molen
beek, door welke subsidieverleening deze ver
betering mogelijk is gemaakt.
De plannen tot deze verbetering dateeren van
Januari 1926, toen Roosendaal en omgeving
voor een belangrijk deel onder water waren
komen te staan. De gemeenteraad van Roosen
daal benoemde in zijn zitting van 20 Januari
een commissie, welke tot taak had een nadere
bestudeering van het vraagstuk der waterloo
zing in Roosendaal, speciaal betreffende de
gronden gelegen in het Zuid-Oosten en Zuiden
van Roosendaal. Door den secretaris dezer
commissie werd hieromtrent een uitvoerig rap
port opgesteld, waarin allereerst de bestaande
toestand werd geschetst. Daarin werd aange
toond, dat niet het Roosendaalsche water in
tijden van hevige regens, maar de abnormaal
groote hoeveelheid opperwater van België, dat
na de ontginning van uitgestrekte oppervlakten
woeste gronden en rooiing van bosschen aldaar
door breede kanalen op onze veel smallere wa
tergangen wordt geloosd, de overstrooming
veroorzaakte.
De Belgische ontglnners voerden hun water
ln strijd met het internationaal recht af
op de Molenbeek en waar een sterk verval be
staat, raakten zij het water in een minimum
van tijd kwijt. Kon Roosendaal nu maar ineens
spuien dan was het euvel niet zoo erg, even
wel de regeling van de spuiïng aan het Boven-
sas was een van de hoofdoorzaken, dat men in
Roosendaal grooten overlast ondervond.
Daarenboven bleek, dat de capaciteit van de
Molenbeek zelf te klein was.
De gemeente Roosendaal gaf opdracht aan
het adviesbureau voor civiei-ingenieurs-werken
om in, uitvoerig rapport ts omschrijven, welke
verbeteringen noodzakelijk waren.
Dit rapport werd de basis waarop de subsi
die-aanvragen zijn ingediend bij Rijk en pro
vincie en waarop verdere besprekingen zijn ge
voerd. Uit de uitgebrachte rapporten bleek toch
duidelijk, dat verbetering van de Watermolen
beek een dankbaar object voor productieve
werkverschaffing kon worden, omdat een zeer
groot percentage van de daaraan ten laste te
leggen kosten, ais loonen zouden kunnen wor
den uitbetaald. Bij de onderhandelingen streefde
Roosendaal een tweeledig doel na: le. betere
ontwatering en opvoering der waarde der gron
den en 2e. voorziening in de groote werkloos
heid, die regelmatig ieder jaar terugkomt.
Hiertoe werd o.a. medewerking gevraagd en
graag verleend van do commissie tot werkver
ruiming in West-Brabaut. Over de details der
plannen is lang tusschen de deskundigen van
Rijk en provincie geconfereerd, met als resul
taat, dat men overeenstemming bereikte om
trent den aard der verbeteringswerken en de
tijdvakken, waarin die zullen worden uitge
voerd. Zij zijn van zoodanigen omvang, dat zij
vermoedelijk drie perioden van werkverschaf
fing zullen vormen.
De loop van de Molenbeek, die thans hon
derden bochten heeft, waarin het water op zeer
korten afstand telkens stuit en waardoor de
stroomsnelheid ernstig wordt vertraagd, wofdt
aanmerkelijk gewijzigd en tal van bochten
worden afgesneden, terwijl de bedding wordt
verbreed en door het aanbrengen van stuw
dammen de stroomsnelheid over de geheele
lengte zal worden geregeld en opgevoerd. Onder
de brug aan de Kade te Roosendaal wordt bo
vendien een doorlaat gebouwd, bijwijze van
veiligheidsklep, ter vergrooting van het door-
stroomingsprofiel.
Alleen de kunstwerken zullen, vanzelfspre
kend ln den zomer worden uitgevoerd, hij zeer
lagen waterstand. Juist omdat deze kunstwer
ken een gering percentage van de totale kosten
bedragen, kan vrijwel het geheele bedrag der
door Rijk en provincie te ver'leenen subsidies
aan de werkverschaffing worden besteed.
ER IS NOG HERSTEL MOGELIJK
Terug naar het origineele
Erik Reger constateert in „Die Musik", dat
er in Duitsehland een crisis-periode heerscht
in het opera-repertoire. Dat opera-repertoire is
gebaseerd op de muziek-dramatiscbe literatuur
cler 19de eeuw. Er zijn tegenwoordig nog
maar weinig menschen, voor welke hierin een
spiritueele inhoud aanwezig is. Meyerbeer, von
Flotow, Lortzing zijn niet meer in trek. En als
er nog sprake is van Wagner-vereering, dan is
zulks meer uit eerbied dan uit toewijding voor
de Wagner-principes het geval. Om Adam,
Maillart, Auber, Goldmark, Saint Saëns be
kommert men zich niet meer.
Er wondt een Handel-renaissance gehuld-
digd, maar is het niet een in hare gevolgen
zeer groote fout van de hedendaagsche opera,
dat er van Handel een zoogenaamde besmette
lijke mode-zaak wordt gemaakt? Dat men on
oordeelkundig een Handel-campagne georga
niseerd heeft, enkel en alleen uit curiositeit
en op cultuur-historische gronden?
Er wordt alleen nog maar een opera gege
ven, omdat er gebouwen voor de opera- aanwe
zig zijn. Daarom, zegt Reger, is het hoog tijd
dat er een vernieuwing komt; een vernieu
wing, welke artistieke bekoorlijkheid heeft. Er
moet stijl gebracht worden in de opvoeringen
Zulk een opvoering moet bevrijd worden van
een valsche pose. Het origineele moet worden
hersteld.
Thans is het nog alles dramatiek A tout prix
wat de opera biedt. Alles zwelgt in de expres
sie. Ook bij Mozart, Gluck en Handel, Discipline
beerscht er niet meer, omdat b.v. nieuwe ope
ra's, zoo maar zonder eenig overleg, tusschen
een serie Wagner-voorstellingen in gegeven
worden. Mooi en leelijk voeren een hevigen
strijd tegen elkaar. Waar juist deze beide be
grippen geen criteria mochten zijn.
Is het te verwonderen, dat er op die wijze
wantrouwen tegen de opera ontstaat? Dat me
nigeen, zelfs de meest-intellectueelen, de opera
als kunstvorm voor afgedaan beschouwt, dien
vorm zelfs elk voortbestaan voor de toekomst
entzeggen?
De catastrofe is nabij. In film en sport wordt
veel meer „waarheid" gezien. Maar, zoo be
toogt Erik Reger verder, er is voor de opera
toch zeer zeker nog herstel mogelijk. Wanneer
n.i. het opvoerend ensemble meer eenheid aan
den dag legt; wanneer voorts de opvoering
plaats heeft volgens den geest der muziek en
niet op de eerste plaats waarde wordt gehecht
aan de costuums, gebruikelijk tijdens de ont
staan-geschiedenis der betreffende opera. Niet
op de laatste plaats is er kans op herstel, wan
neer het operabezoekend publiek van te voren
oordeelkundig wordt ingelicht.
Weg met de overdreven Wagner-verheerlij-
king! De „echte" Wagner moet worden „ont
dekt". Verder: er moeten pogingen in het
werk worden gesteld, om de nieuwe muziek
voor het volk populair te maken. Dan komt ér
ten minste een einde aan de legende van de
abstractie atonaliteit. Van Gluck en Handel
leidt een weg naar Strauss (Electra), Honeg-
ger, Strawinsky. Van Mozart en het Italiaan'
sehe zangspel een andere weg naar Weill en
Hindemith, naar Strauss (Ariadne) en Stra
winsky (l'Historie du Soldat). Andere wegen;
Weber, Beethoven, Wagner, Blset, Moussorgs-
ky, Janacek. De zij-wegen komen vanzelf in
het zicht, wanneer er eerst eens een goede orde
is gebracht in het labyrinth en de straten, wel
ke doodloopen, met waarschuwings-borden zijn
voorzien.
De radio wordt tegenwoordig als een vijan
dig concurrent van de opera beschouwd, 't Is
eigenlijk iets heel natuurlijks, dat de mensch,
die den geheelen dag heeft gewerkt, 's avonds
met z'n pantoffels aan op den divan gaat lig
gen en de Walkure afzet op die plaats, waar
ze hem te lang begint te worden. Maar per slot
van rekening zou die radio een prachtige pro
pagandist voor de opera kunnen zijn door ar
tistieke volks-voorlichting!
K. It. Geheelonthouders onder Spoor-, Tram-,
Van Gend en Loos en A T.O.-personeel
Maandag 24 Februari om 10 uur zal de
Nationale R. K. Vereeniging van Geheelont
houders onder Ned. Spoor Tram-, van Gend
Loos- en A.T.O.-Personeel, hare Jaarvergade
ring houden in de Haagsche Lunchroom te
Utrecht.
Naast de vaste agenda-punten verslagen en
verkiezingen, bevat de agenda verscheidene
voorstelen en besprekingspunten.
Voorts zal door Pater J. van Nuenen O.E.S.A.
een spreekbeurt gehouden worden.
SIGR. MELNIK BIJ DE ITALIAANSCHE
OPERA
Naar wij vernemen is het de Directie der
N.V. Italiaansche Opera gelukt den wereld-
beroemden bas Gregorie Melnik voor het
laatste deel van dit seizoen aan het gezel
schap te engageeren en zal hij binnenkort
o.a. optreden in Faust en Ugonotti (Hugenoten).
V L*,"*». i
jmaS
DE ZWEEDSOHE KONING VERLAAT VILLA 8UEDE" TE ROME, waar, zooals
bekend, zijn echtgenoote reeds geruimen tijd zwaar ziek ligt
LANDVERHUIZER OF EMIGRANT
Ruim tachtig jaren terug moet er 'n groep
Katholieke Nederlanders als landverhuizers
naar Noord-Amerika vertrokken zijn, om er
zich in den staat Wisconsin te Little Chute
to vestigen en hun geluk te beproeven.
Het moet toen toch wel de gulden lijd der
landverhuizers geweest zijn, al kunnen wij ons
eenigszius het verschil voorstellen tusschen de
reis van een emigrant 1930 en die van een
landverhuizer 1850.
Want kort na aankomst schreef een dezer
Nederlanders in een brief, die -waarlijk wel
verzonden schijnt uit een iandverhuizerspara-
dijs, onder meer het volgende:
„Zeker zult gij in mijnen vorigen brief ge
lezen hebben, dat ik 158 acre grond gekocht
heb, die ik thans bezig ben te bewerken, om ze
vóór de lente klaar te hebben, te beploegen en
te bezaaijen.
Deze grond laat, wat deszeifs vruchtbaar
heid aangaat, niets te wenschen over.
Onze voornaamste levensbehoeften zijn:
vleesch, spek en tarwebrood, dat wij zelf bak
ken en zeer goed is, ook een weinig aardappe
len, doch geene groenten, die zijn hier duur,
hoewel die hier in overvloed kunnen geteeld
worden; aanstaand jaa.r zal het er ons niet aan
ontbreken; spek en vleesch wordt hier drie
maal daags gebruikt
„Te Appleton, 5 mijlen of bijna 2 uren van
ons vandaan, ten westen van Little Chute, aan
de overzijde van de Fox, stond voorleden jaar
één huis, en nu is het eene stad van honderd
huizen; men is er reeds bezig om den 5den
molen te bouwen, zijnde een houtzaag- en ko
renmolen. Drie uren verder is voor twee jaren
de stad Nemda aangelegd; zij is thans al van
belang; 20 minuten verder aan de overzijde is
Menasha aangelegd; daar was evenals te
Appleton voorleden jaar één huis en nu be
vinden er zich een menigte; Milwauki, alwaar
onze bisschop zijn verblijf houdt, is voor eenige
jaren aangelegd, en er zijn omstreeks 20.000
inwoners."
„Volgens berichten uit den „Sheboigan
Nieuwsbode" zijn er van den 2 April tot 1
October (1849) 163.193 landverhuizers in New
York aangekomen; dit is bijna 890 per dag. In
1840 telde de staat Winconsin 43.000 inwoners:
dit getal zal nu wel tot 100.000 gestegen
zijn,
„Men zegt, dat in de zuidelijke Staten meer
geld te verdienen is, maar daar is het onge
zond; hier is het even zoo goed als in Noord-
Brabant, en de lucht veel zuiverder."
„De rivieren overstroomen hier nooit als de
Maas of Waal, maar blijven altijd in hunne
bedding; hun bodem is een vloer van kalk
steen, welke men hier zoo veel kan stoken als
men wil en bijna iedereen kan doen; ook treft
men in sommige rivieren waterwallen aan,
zooals in de Fox-rivier, daar plaatst men hout
zaag- en korenmolens, windmolens ziet men
hier niet, maar wel stoommolens."
Dit laatste is een tachtigjarig oud nieuwtje,
dat tusschen twee haakjes, wel een eenige be-
teekenis heeft, het feit, dat dezen landverhuizer
de stoommolen reeds goed schijnt te kennen.
„De ambachten geven hier goede verdien
sten; het bedelen daarentegen is hier niet be
kend, en men kan daarin geen meester vinden.
Zoo is het ook met het stelen; men kan vrij
gereedschappen, of wat het is, buiten of bij
het werk laten liggen; de deuren worden zel
den gesloten. Gij zult zeggen: Hoe is het moge
lijk, dat in een land, waar alle natiën der
wereld heen verhuizen, zoowel kwade als
goede, geen schelmerij of diefstal gepleegd
wordt? Dit moet men meestal daaraan toe
schrijven, dat ieder die hier komt, ziet, dat, als
hij werken wil, zich in korte jaren een kost
winning kan verschaffen. Een timmerman ver
dient daags 6 schillings, ook soms een dollar
of 10 schilling; zoo gaat het ook met de smids,
kleermakers, schoenmakers enz., doch men ziet
hier ook zoo wel naar kunde als in Europa."
„Logementen en winkels geven hier een zeer
goed bestaan. Logementen, omdat de Amerikaan
veel wil reizen, en de logementhouders zich
goed laten betalen. Winkels, omdat t. geene
markten zijn, en dus alles in den winkel moet
gekocht worden, en de winkeliers mijns bedun
kens wel ruim 30 pet. winst hebben."
„Al deze affaires worden door manspersonen
bediend, en men zou met groote minachting
spreken van vrouwen, die zulk werk In winkel
of logement verrichten."
„Van de belasting heb ik u In mijnen eersten
brief gemeld; ik herinner u slechts, dat die
weinig ot, niets beteekent. Moet men verwon
derd staan, dat dit land bestaan kan bijna
zonder belasting, als men weet, dat er alle jaren
zoo eene verbazende menigte acres land ver
kocht wordt! Een town is twee uren lang en
breed en bevat 36 sectiën of 23.400 acres; deze
wordt door den staat verkocht voor 1% dollar
per acre en levert eene som van 28.800 dol
lar op."
„Wat het jaargetij betreft; 't is hier in den
zomer dikwijls heet en droog, het regent wei
nig, en ofschoon het thans vriest en somtijds
sneeuwt, en de sneeuw een voet dik ligt en
gewoonlijk tot Maart blijft liggen, is het zel
den zoo koud of men kan buiten. werken. Men
gebruikt thans de slede, en rijdt over de
sneeuw met zware vrachten; men legt met
snelle paarden een uur in een kwattier af."
„Ten slotte, ten bewijze, dat het hier in vele
opzichten vrij wat beter is, dan in Europa, wil
ik u nog een voorbeeld aanhalen van een Duit-
scher. Hij woont digt bij ons en is een paar
jaar voor de Hollandsche landverhuizers hier
gekomen, bijna zonder middelen, en nu is hij
in het bezit van 40 acres grond, heeft 2 ossen,
2 kooien, kalveren, varkens benevens verdere
gereedschappen en veel voorraad van veld
vruchten."
Hoe gelukkig gleed het leven, van dien land
verhuizer heen
Nam hij, nauwelijks een jaar in Little Chute,
al niet volledig de allure aan van een rijken
Amerikaanschen erfoom voor de arme Holland
sche neefjes en nichtjes tegen het jaar 1890 of
daaromtrent?
AAN DE GEVOLGEN OVERLEDEN
De controleur bij de H. T. M. de heer A. F.
Viveen, die Zaterdag 25 Januari j.l. op het
Buitenhof bij het oversteken van de trambaan
achter een auto door een motorwagen van lijn
3 werd gegrepen en daardoor zeer ernstig werd
verwond is Zaterdagochtend in 't Gemeentelijk
Ziekenhuis aan de gevolgen van de bekomen
inwendige verwondingen overleden. De heer Vi
veen was 38 jaar oud; hij was gehuwd en had
twee kinderen.
ALS WIELRIJDERS LINKS HOUDEN
Een ernstig auto-ongelak
Gisteren heeft op den rijksstraatweg onder
Kerkwijk een ernstig auto-ongeval plaats ge
had. De heer G. Tammer uit Soesterberg reed
daar nl. in snelle vaart met zijn auto, vermoe
delijk doordat hij uitweek voor een wielrijder,
die aan den verkeerden kant van den weg
fietste, tegen een boom. De auto werd grooten-
deels verwoest. De bestuurder kreeg ernstige
hoofd- en beenwonden. Hij is naar' het zieken
huis te Den Bommel overgebracht en aldaar
opgenomen.
GISTEREN WAS EET HONDERD JAAR GELEDENdat Griekenland door de Londen
sche Protocollen als vrije onafhankelijke staat erkend werd; wij geven hier een kijkje
op de hoofdstad Athene met op den achtergrond <le Aoropolls,
NEDERLANDSCHE SPOORWEGEN
Heit eerste wijzigingsblad op het boekje bui-
tenlandsche verbindingen, Dienst van 6 October
1929, is van Dinsdag 4 Februari af kosteloos
aan de stations en bij den Spoorwegboekhandel
verkrijgbaar,
Vlaamsche lache-
dingen.
Kobeke is 'n slimme kleuter, maar op school
houdt hij meer van spelen dan van leeren.
Laatstleden Zaterdag, toonde hij zijn week
brief van zijn onderwijzer.
„Weiboe", zegt deze, ;,gij waart altijd de
voorlaatste, en nu zijt gij de. laatste?"
„Inderdaad vader, maar daarin moet gij gee-
r.en blijk van achteruitgang zien. Het is om
dat de laatste naar school niet meer komt."
Leavens zijne Doka was erg ziek en haar
man was ontroostbaar. Hij grees en jankte, en
ais hij zag, dat'-het ernst was, verklaarde hij
aan zijn ega:
„Kordule ge moet den II eer e zeggen, dat
Hij mij ook moet komen halen. Op het uur
van scheiden voegde hij haar echter toe: „Zeg,
kind, ik wilde zeggen van dat halen, daar is
geen haast bij-"
Ieder op z'n beurt.
De kapelaan kwam een van z'n zwakste
parochianen tegen.
„Kees", zei hij verschrokken, „den laatsten
keer toen ik jo zag, was ik de gelukkigste man
van de wereld,» want je was nuchter. Maar van
daag maak je mij weer ongelukkig, nu ik j0
neer zoo dronken zie."
„;ïa Eerwaarde", stotterde de onboetvaardig0
Kees, „Ja, ziet u, ik geloof, dat 't vandaag
mijn beurt weer eens is om gelukkig te zijn.'*