ISP 'éfeii fir.I Hoe gelukkig gleed het leven Het Scheldevaarwater -n- DINSDAG 4 FEBRUARI 1930 DE ACTIE DER VLAAMSCHE NATIONALISTEN DE STORM AAN FRANKRIJKS ZUID WEST KUST AUTO IN EEN RAVIJN GESTORT PAGINA EEN BROCHURE VAN ING. HAENECOUR HET VOORKOMEN VAN OVER STROOMINGEN ROND ROOSENDAAL CRISIS IN HET OPERA- REPERTOIRE ,ST. FRANCISCUS VAN ASSISIE" DE ALLURES VAN EEN RIJKEN ERFOOM DE CONDUCTEUR DER H. T. M. DIE EEN ONGELUK KREEG -tt- Een schrijven van Z. Em. kardinaal van Roey Onze Brus3elsche correspondent meldt ons: Zondag is in al de kerken van de Kempen een brief voorgelezen van Z.Em. den kardinaal aartsbisschop van Mechelen, die een antwoord is op een artikel, dat de vorige week, onder verantwoordelijkheid van de Katholieke Vlaam sche volkspartij van het arrondissement Turn hout, in het weekblad „De Nieuwe Kempen" is verschenen over de houding van het doorluch tig episcopaat tegenover de Vlaamsche nationa listen. Dit artikel, zoo luidt het in den brief van Zijne Eminentie, is vol verzinsels en leugen achtige insinuaties, met het duidelijk uitge sproken doel, de kerkelijke overheid verdacht te maken in de oogen der geloovigen. Wij zullen het niet beantwoorden, doch wij meenen niet stilzwijgend te mogen voorbijgaan zonder te reageeren tegen een dergelijken aan slag op den aan de kerk verschuldigden eer bied en komende van leiders eener partij, die zich katholiek noemt. De episcopale overheid niet eerbiedigen, is stelling nemen tegen Christus en Zijn Kerk. Gij kent de woorden van den Zaligmaker: „Wie U aanhoort aanhoort Mij; wie U verstoot, ver stoot Mij: wie Mij verstoot, verstoot Hem, die Mij gezonden heeft" (Luc. X. 16). De groote martelaar uit de eerste tijden van het christendom, de heilige bisschop Ignatius van Antiochie, mocht met recht schrijven: „Al dezen, die God en Jesus Christus toebehooren, zijn mat den bisschop". (Phiiad. III. 2.) en Paus Eenedictus XV: „Hij is niet met de Kerk, die niet met den bisschop is" (Encycliek, Ad beatis- simi, 1 Nov. 1914). Als zij (de VI. nationalisten Corrl) bewaren, dat, waar de bisschoppen tegen hen zijn, de Hoogste Kerkelijke Overheid daarentegen het Vlaamsch nationalisme goedkeurt en dat de Vader van alle geloovigen met hen is, dan aar zelen wij niet te zeggen en wij weten wat wij zeggen dat zij gelogen hebben. Het is op deze wijze, dat doorgaans de droeve geschiedenis begint van alle apostaten. Indien de Paus ze openlijk moest veroordeelen, dan nog zouden zij beweren, dat God met hen is! Volgens hen begrijpen wij niets van de Vlaamsche kwestie. Zelf uit den Vlaamschen Kempen afkomstig, meenen wij de belangen en nooden van het Vlaamsche volk even goed te kennen als wie ook. Wij beschouwen het als een plicht, te doen wat van ons afhangt, om in deze nooden tege moet te komen, n.l. om den ouders, die zulks ver langen Vlaamsch onderwijs te schenken voor hun kinderen. Doch wij hebben ook het recht, meenen wij, over de belangen en de behoeften van het Vlaamsche volk anders te oordeelen dan de Vlaamsche nationalisten. Aanvallen, zooals deze welke wij hier open lijk aan de kaak stellen, zullen ons niet beletten onzen herderlijken plicht te vervullen telkens als wij dat noodig zullen oordeelen. Vervult gij ook, aldus het schrijven aan de geloovigen, uwen plicht van geloovigen. Keert u af van hen, die u op een dwaalspoor willen leiden en uwe gehechtheid aan de kerk in ge vaar brengen. Leest noch ondersteunt de nationalistische organen (dag- of weekbladen), die, zooals het episcopaat reeds in 1925 in een gemeenschap- pelijken brief heeft gezegd, de opinie bedriegen met leugens en die de wettelijke overheid ver achten. Het geval, dat ons thans bezighoudt, bewijst eens te meer, dat dit verwijt gerechtigd was". ROTSBLOK BEDREIGT EEN DORP Na den hevigen regenval is het voorover gaan hangen HUIZEN REEDS ONTRUIMD Het dorpje Grèze in Frankrijk, bestaande uit ongeveer 30 huizen en met ruim 400 be woners, wordt door een reusachtige rots be dreigd. De bewoners houwen reeds sedert jaren hun bouwmateriaal uit den berg, zoodat de berg langzamerhand ondergraven begon te raken. Na een hevigen regenval van den laatsten tijd is het reusachtige rotsblok voorover gaan hangen en vreest men het ergste voor het dorpje. De huisjes die in de gevaarlijkste positie lig gen, zijn reeds ontruimd. Men wil thans trach ten de rots bij gedeelten door middel van dynamiet te doen springen, om zoo het gevaar van Grèze af te wenden. Een vloedgolf richt veel schade aan Uit Biarritz wordt dt. gisteren gemeld: Sedert de redding der schipbreukelingen van de „Knepworth" is de storm nog in hevigheid toegenomen, zoodat het wrak geheel uit elkaar wordt geslagen. Gisterenavond werd de wandelpier door een vloedgolf overstroomd, waarbij een groote hoe veelheid wrakhout en zware balken de kaden deerlijk hebben beschadigd en groote verwoes tingen hebben aangericht aan en in de restau rants en magazijnen, welke daar zijn gevestigd. Op verschillende andeTe plaatsen der kust is schade aangericht. Ook aan de kusten van Spanje en Portugal woeden nog steeds zware stormen. In Portu gal is veel sneeuw gevallen. Ook komen groote overstroomingen voor. DE STRANDING VAN DE „NELLY" Reddingspogingen mislukt Naar „Aftenbladet" uit Helsingfors ver neemt, zijn alle pogingen, het Deensche stoom schip „Nelly" te redden, tot nu toe tengevolge van den storm mislukt. De vuurtoren van Soe- derskaet deelt mede, dat de bemanning waar schijnlijk nog aan boord is. Het schip zit geheel in het ijs en hooge gol ven slaan er over heen. DE SAN MIGUEL IN WERKING Uitbarsting met aschregen Uit San Salvador wordt gemeld: De vulkaan San Miguel is plotseling in wer king gekomen. Over de plaatsen San Jorge en San Rafal Oriente is een ascliregen neergeko men. De uitbarsting ging met onderaardseh gerom mel gepaard. BIJ EEN SKI-WEDSTRIJD TE PREDEAL IN DE KARPATHEN bevonden zich onder de toeschouwers prinses Helena (links) met haar verloofde, graaf Alexander van Hochberg, benevens koningin Maria van Roemenië. Vjjf jongelui gedood Naar een N.T.A.-bericht nlt Los Angelos meldt, is een auto met zes jongelui in het ra- ijn van San Antonio gestort en in brand ge- i-ikt Vijf der inzittenden werden gedood, de >\,.<i zwaar gewond. Onze Antwerpsche correspondent schrijft dt. 28 Januari: De Belgische hoofdingenieur en directeur van Bruggen en Wegen, de heer Haenecour, heeft een brochure uitgegeven, getiteld L'Avenir du Port d'Anvers et de l'Escaut Mari. time", waarin hij in de eerste plaats wijst op de tijdperken gedurende welke de vaargeul der Schelde normaal gestabiliseerd is en zich geen merkwaardige verplaatsingen der passen fo verzandingen voordoen, en ook op de perio des, waarin zulks wel het geval is, vooral ter hoogte van Bath en Valkenisse. Over het algemeen kan een diepte van 9 me ter behouden worden door normale baggerwer- ken, behalve misschien in de passen tusschen Kruisschans en Antwerpen (dus op Belgisch gebied) waar men soms intensiever zou moeten te werk gaan. Schepen van 9 tot 11.50 M. diepgang kunnen slechts in bijzondere voorwaarden van tij en waterpeil Antwerpen bereiken. Indien dus het tijdperk aanbreekt van lange diepgaande schepen zal er in de Schelde iets moeten gedaan worden om Antwerpen te red den. En het zijn voornamelijk de passen van Bath, Valkenisse en Santvliet, welke dan die nen verbeterd. Schrijver geeft als zijn meening te kennen dat zulks alleen kan geschieden door de Schelde, welke daar plotseling verbreedt, geleidelijk in te dijken en haar een normale breedte en bedding te geven. Hier is ing. Haenecour dus in tegenspraak met zijn vroe gere Belgische collega's, die steeds tegenover de meening der Nederlandsche deskundige ver. kiaard hebben dat vernauwing een verslech tering van het vaarwater zou tengevolge heb ben. De schrijver is verder van oordeel dat Ant werpen een voorhaven dient te hebben. Daar toe stelt hij voor het nieuwe Kanaaldok te ver lengen tot voorbij het oude fort Frederik, waar het door een groote zeesluis in verbinding zou worden gesteld met de Schelde. De ingangs geul zou 500 meter lang zijn en aan de Schelde, oevers zonder in diep vaarwater aan weerszij den kaden van 1 K. M. lengte gebouwd worden. Op die wijze zoude schepen van 11% meter diep gang te allen tijde tot deze sluis, welke bij Santvliet dicht ouder de Nederlandsche grens dus moet gemaakt worden, kunnen geraken en langs het Kanaaldok naar Antwerpen opvaren. Volgens de schrijver zou het Moerdijk-kanaal bij de sluis van Santvliet in het verlengde kanaal-dok moeten uitmonden. Het bij Babt te laten uitkomen zou volgens de meening i Ing. Haenecour een grove waterbouwkundige fout zijn van wc0a de dreigende verzandingen aan deze uitmonding. EEN JUBILEUMBOEK VAN VOORNE. Dezen zomer herdenkt hot oude Den Brlel het feit, dat het 600 ja - geleden van Heer Aelbrecht van Voorne zijn stadsrechten kreeg. Naast de feestelijkheden, die plaats zullen hebben, vonden de verschillende vereenigingen tot bevordering van het vreemdelingenverkeer op Voorne bet nuttig, plannen uit te werken betreffende een Jubileumboek van Voorne. Met Den Briel vormt het eiland een eenheid; hei de kunnen niet buiten elkaar gedacht worden. Bulten het eiland is dit nog te weinig bekend. Men kent Den Briel als historische stad; men weet Voorne een landbouwstreek, en daar is de kennis in het algemeen mede afgeloopen. Het Jubileumboek, dat zoowel historische als economische hoofdstukken zal bevatten, hoopt drie dingen te verwezenlijken; een herinnering te zijn aan de „Voornsche" Aelbreoht van Voorne, die aan zijn voornaamste plaats de stadsrechten gaf, meer kennis te verspreiden van het mooie, zich zeer sterk ontwikkelende eiland en: een zinnebeeld te zijn van de econo mische en cultureele eenheid van Voorne. In duizenden exemplaren zal dit boek wor den verspreid. Dat het zoover is kunnen ko men, is voornamelijk te danken aan den gelda- iijken steun van vroegere en tegenwoordige „Voorners" en niet in het minst aan de voor treffelijke medewerkers, die hun steun aan de redactie toezegden. GOUDEN PRIESTEr.t EEST Zondag vierde d9 ZeerEerw. Pater Bernardus Dekker uit het Carmelietenklooster te Boxmeer zijn gouden priesterfeest. In de fraai versierde parochiekerk droeg Z.Eerw. een plechtige Hoog- Mis tot dankzegging op. Het Paterskoor voerde de liturgische gezangen uit. Van de receptie werd een druk gebruik ge maakt, terwijl talrijke geiukwenschen binnen kwamen. GOUDEN KLOOSTERJUBILê De Eerw. Zuster Josepba in de wereld mej. Margaretha Welters, geboortig van Posterholt, zal op 9 Februari haar gouden kloosterjubilé vieren in bet klooster der Dochters van het Heilig Kruis te Waterschei. Gedurende al dien tijd was zij ln verschillende kloosters dezer Orde bij het onderwijs werkzaam. ONDERSCHEIDINGEN. Bij Kon. besl. is de zilveren eeremedaille, verbonden aan de Orde van Oranje-Nassau, toe- ekend aan A. F. D. H u e c k, opporbrand- meester, te Hillegersberg; is toegekend de aan de Orde van Oranje-Nassau verbonden eere medaille: In zilver, aan: J. van Driel Azn., scheepstimmermansbaas bij de N.V. Scheeps- bouwwerf Gebrs. Pot, te Bolnes, gemeente Rid derkerk; H. C. van Aalst .timmermansknecht bij den heer Joh. de Baan, te Maasland. VERBETERING VAN DE WATERLOOZING. Een prachtig object voor werkverschaffing Door het Rijk en de provincie Noord-Brabant is een belangrijk besluit genomen inzake de verbetering van de waterloozing in bet bekken van Roosendaal. Tusschen de Waterstaatkun dige diensten is overeenstemming bereikt inzake subsidieering van de verbetering der Molen beek, door welke subsidieverleening deze ver betering mogelijk is gemaakt. De plannen tot deze verbetering dateeren van Januari 1926, toen Roosendaal en omgeving voor een belangrijk deel onder water waren komen te staan. De gemeenteraad van Roosen daal benoemde in zijn zitting van 20 Januari een commissie, welke tot taak had een nadere bestudeering van het vraagstuk der waterloo zing in Roosendaal, speciaal betreffende de gronden gelegen in het Zuid-Oosten en Zuiden van Roosendaal. Door den secretaris dezer commissie werd hieromtrent een uitvoerig rap port opgesteld, waarin allereerst de bestaande toestand werd geschetst. Daarin werd aange toond, dat niet het Roosendaalsche water in tijden van hevige regens, maar de abnormaal groote hoeveelheid opperwater van België, dat na de ontginning van uitgestrekte oppervlakten woeste gronden en rooiing van bosschen aldaar door breede kanalen op onze veel smallere wa tergangen wordt geloosd, de overstrooming veroorzaakte. De Belgische ontglnners voerden hun water ln strijd met het internationaal recht af op de Molenbeek en waar een sterk verval be staat, raakten zij het water in een minimum van tijd kwijt. Kon Roosendaal nu maar ineens spuien dan was het euvel niet zoo erg, even wel de regeling van de spuiïng aan het Boven- sas was een van de hoofdoorzaken, dat men in Roosendaal grooten overlast ondervond. Daarenboven bleek, dat de capaciteit van de Molenbeek zelf te klein was. De gemeente Roosendaal gaf opdracht aan het adviesbureau voor civiei-ingenieurs-werken om in, uitvoerig rapport ts omschrijven, welke verbeteringen noodzakelijk waren. Dit rapport werd de basis waarop de subsi die-aanvragen zijn ingediend bij Rijk en pro vincie en waarop verdere besprekingen zijn ge voerd. Uit de uitgebrachte rapporten bleek toch duidelijk, dat verbetering van de Watermolen beek een dankbaar object voor productieve werkverschaffing kon worden, omdat een zeer groot percentage van de daaraan ten laste te leggen kosten, ais loonen zouden kunnen wor den uitbetaald. Bij de onderhandelingen streefde Roosendaal een tweeledig doel na: le. betere ontwatering en opvoering der waarde der gron den en 2e. voorziening in de groote werkloos heid, die regelmatig ieder jaar terugkomt. Hiertoe werd o.a. medewerking gevraagd en graag verleend van do commissie tot werkver ruiming in West-Brabaut. Over de details der plannen is lang tusschen de deskundigen van Rijk en provincie geconfereerd, met als resul taat, dat men overeenstemming bereikte om trent den aard der verbeteringswerken en de tijdvakken, waarin die zullen worden uitge voerd. Zij zijn van zoodanigen omvang, dat zij vermoedelijk drie perioden van werkverschaf fing zullen vormen. De loop van de Molenbeek, die thans hon derden bochten heeft, waarin het water op zeer korten afstand telkens stuit en waardoor de stroomsnelheid ernstig wordt vertraagd, wofdt aanmerkelijk gewijzigd en tal van bochten worden afgesneden, terwijl de bedding wordt verbreed en door het aanbrengen van stuw dammen de stroomsnelheid over de geheele lengte zal worden geregeld en opgevoerd. Onder de brug aan de Kade te Roosendaal wordt bo vendien een doorlaat gebouwd, bijwijze van veiligheidsklep, ter vergrooting van het door- stroomingsprofiel. Alleen de kunstwerken zullen, vanzelfspre kend ln den zomer worden uitgevoerd, hij zeer lagen waterstand. Juist omdat deze kunstwer ken een gering percentage van de totale kosten bedragen, kan vrijwel het geheele bedrag der door Rijk en provincie te ver'leenen subsidies aan de werkverschaffing worden besteed. ER IS NOG HERSTEL MOGELIJK Terug naar het origineele Erik Reger constateert in „Die Musik", dat er in Duitsehland een crisis-periode heerscht in het opera-repertoire. Dat opera-repertoire is gebaseerd op de muziek-dramatiscbe literatuur cler 19de eeuw. Er zijn tegenwoordig nog maar weinig menschen, voor welke hierin een spiritueele inhoud aanwezig is. Meyerbeer, von Flotow, Lortzing zijn niet meer in trek. En als er nog sprake is van Wagner-vereering, dan is zulks meer uit eerbied dan uit toewijding voor de Wagner-principes het geval. Om Adam, Maillart, Auber, Goldmark, Saint Saëns be kommert men zich niet meer. Er wondt een Handel-renaissance gehuld- digd, maar is het niet een in hare gevolgen zeer groote fout van de hedendaagsche opera, dat er van Handel een zoogenaamde besmette lijke mode-zaak wordt gemaakt? Dat men on oordeelkundig een Handel-campagne georga niseerd heeft, enkel en alleen uit curiositeit en op cultuur-historische gronden? Er wordt alleen nog maar een opera gege ven, omdat er gebouwen voor de opera- aanwe zig zijn. Daarom, zegt Reger, is het hoog tijd dat er een vernieuwing komt; een vernieu wing, welke artistieke bekoorlijkheid heeft. Er moet stijl gebracht worden in de opvoeringen Zulk een opvoering moet bevrijd worden van een valsche pose. Het origineele moet worden hersteld. Thans is het nog alles dramatiek A tout prix wat de opera biedt. Alles zwelgt in de expres sie. Ook bij Mozart, Gluck en Handel, Discipline beerscht er niet meer, omdat b.v. nieuwe ope ra's, zoo maar zonder eenig overleg, tusschen een serie Wagner-voorstellingen in gegeven worden. Mooi en leelijk voeren een hevigen strijd tegen elkaar. Waar juist deze beide be grippen geen criteria mochten zijn. Is het te verwonderen, dat er op die wijze wantrouwen tegen de opera ontstaat? Dat me nigeen, zelfs de meest-intellectueelen, de opera als kunstvorm voor afgedaan beschouwt, dien vorm zelfs elk voortbestaan voor de toekomst entzeggen? De catastrofe is nabij. In film en sport wordt veel meer „waarheid" gezien. Maar, zoo be toogt Erik Reger verder, er is voor de opera toch zeer zeker nog herstel mogelijk. Wanneer n.i. het opvoerend ensemble meer eenheid aan den dag legt; wanneer voorts de opvoering plaats heeft volgens den geest der muziek en niet op de eerste plaats waarde wordt gehecht aan de costuums, gebruikelijk tijdens de ont staan-geschiedenis der betreffende opera. Niet op de laatste plaats is er kans op herstel, wan neer het operabezoekend publiek van te voren oordeelkundig wordt ingelicht. Weg met de overdreven Wagner-verheerlij- king! De „echte" Wagner moet worden „ont dekt". Verder: er moeten pogingen in het werk worden gesteld, om de nieuwe muziek voor het volk populair te maken. Dan komt ér ten minste een einde aan de legende van de abstractie atonaliteit. Van Gluck en Handel leidt een weg naar Strauss (Electra), Honeg- ger, Strawinsky. Van Mozart en het Italiaan' sehe zangspel een andere weg naar Weill en Hindemith, naar Strauss (Ariadne) en Stra winsky (l'Historie du Soldat). Andere wegen; Weber, Beethoven, Wagner, Blset, Moussorgs- ky, Janacek. De zij-wegen komen vanzelf in het zicht, wanneer er eerst eens een goede orde is gebracht in het labyrinth en de straten, wel ke doodloopen, met waarschuwings-borden zijn voorzien. De radio wordt tegenwoordig als een vijan dig concurrent van de opera beschouwd, 't Is eigenlijk iets heel natuurlijks, dat de mensch, die den geheelen dag heeft gewerkt, 's avonds met z'n pantoffels aan op den divan gaat lig gen en de Walkure afzet op die plaats, waar ze hem te lang begint te worden. Maar per slot van rekening zou die radio een prachtige pro pagandist voor de opera kunnen zijn door ar tistieke volks-voorlichting! K. It. Geheelonthouders onder Spoor-, Tram-, Van Gend en Loos en A T.O.-personeel Maandag 24 Februari om 10 uur zal de Nationale R. K. Vereeniging van Geheelont houders onder Ned. Spoor Tram-, van Gend Loos- en A.T.O.-Personeel, hare Jaarvergade ring houden in de Haagsche Lunchroom te Utrecht. Naast de vaste agenda-punten verslagen en verkiezingen, bevat de agenda verscheidene voorstelen en besprekingspunten. Voorts zal door Pater J. van Nuenen O.E.S.A. een spreekbeurt gehouden worden. SIGR. MELNIK BIJ DE ITALIAANSCHE OPERA Naar wij vernemen is het de Directie der N.V. Italiaansche Opera gelukt den wereld- beroemden bas Gregorie Melnik voor het laatste deel van dit seizoen aan het gezel schap te engageeren en zal hij binnenkort o.a. optreden in Faust en Ugonotti (Hugenoten). V L*,"*». i jmaS DE ZWEEDSOHE KONING VERLAAT VILLA 8UEDE" TE ROME, waar, zooals bekend, zijn echtgenoote reeds geruimen tijd zwaar ziek ligt LANDVERHUIZER OF EMIGRANT Ruim tachtig jaren terug moet er 'n groep Katholieke Nederlanders als landverhuizers naar Noord-Amerika vertrokken zijn, om er zich in den staat Wisconsin te Little Chute to vestigen en hun geluk te beproeven. Het moet toen toch wel de gulden lijd der landverhuizers geweest zijn, al kunnen wij ons eenigszius het verschil voorstellen tusschen de reis van een emigrant 1930 en die van een landverhuizer 1850. Want kort na aankomst schreef een dezer Nederlanders in een brief, die -waarlijk wel verzonden schijnt uit een iandverhuizerspara- dijs, onder meer het volgende: „Zeker zult gij in mijnen vorigen brief ge lezen hebben, dat ik 158 acre grond gekocht heb, die ik thans bezig ben te bewerken, om ze vóór de lente klaar te hebben, te beploegen en te bezaaijen. Deze grond laat, wat deszeifs vruchtbaar heid aangaat, niets te wenschen over. Onze voornaamste levensbehoeften zijn: vleesch, spek en tarwebrood, dat wij zelf bak ken en zeer goed is, ook een weinig aardappe len, doch geene groenten, die zijn hier duur, hoewel die hier in overvloed kunnen geteeld worden; aanstaand jaa.r zal het er ons niet aan ontbreken; spek en vleesch wordt hier drie maal daags gebruikt „Te Appleton, 5 mijlen of bijna 2 uren van ons vandaan, ten westen van Little Chute, aan de overzijde van de Fox, stond voorleden jaar één huis, en nu is het eene stad van honderd huizen; men is er reeds bezig om den 5den molen te bouwen, zijnde een houtzaag- en ko renmolen. Drie uren verder is voor twee jaren de stad Nemda aangelegd; zij is thans al van belang; 20 minuten verder aan de overzijde is Menasha aangelegd; daar was evenals te Appleton voorleden jaar één huis en nu be vinden er zich een menigte; Milwauki, alwaar onze bisschop zijn verblijf houdt, is voor eenige jaren aangelegd, en er zijn omstreeks 20.000 inwoners." „Volgens berichten uit den „Sheboigan Nieuwsbode" zijn er van den 2 April tot 1 October (1849) 163.193 landverhuizers in New York aangekomen; dit is bijna 890 per dag. In 1840 telde de staat Winconsin 43.000 inwoners: dit getal zal nu wel tot 100.000 gestegen zijn, „Men zegt, dat in de zuidelijke Staten meer geld te verdienen is, maar daar is het onge zond; hier is het even zoo goed als in Noord- Brabant, en de lucht veel zuiverder." „De rivieren overstroomen hier nooit als de Maas of Waal, maar blijven altijd in hunne bedding; hun bodem is een vloer van kalk steen, welke men hier zoo veel kan stoken als men wil en bijna iedereen kan doen; ook treft men in sommige rivieren waterwallen aan, zooals in de Fox-rivier, daar plaatst men hout zaag- en korenmolens, windmolens ziet men hier niet, maar wel stoommolens." Dit laatste is een tachtigjarig oud nieuwtje, dat tusschen twee haakjes, wel een eenige be- teekenis heeft, het feit, dat dezen landverhuizer de stoommolen reeds goed schijnt te kennen. „De ambachten geven hier goede verdien sten; het bedelen daarentegen is hier niet be kend, en men kan daarin geen meester vinden. Zoo is het ook met het stelen; men kan vrij gereedschappen, of wat het is, buiten of bij het werk laten liggen; de deuren worden zel den gesloten. Gij zult zeggen: Hoe is het moge lijk, dat in een land, waar alle natiën der wereld heen verhuizen, zoowel kwade als goede, geen schelmerij of diefstal gepleegd wordt? Dit moet men meestal daaraan toe schrijven, dat ieder die hier komt, ziet, dat, als hij werken wil, zich in korte jaren een kost winning kan verschaffen. Een timmerman ver dient daags 6 schillings, ook soms een dollar of 10 schilling; zoo gaat het ook met de smids, kleermakers, schoenmakers enz., doch men ziet hier ook zoo wel naar kunde als in Europa." „Logementen en winkels geven hier een zeer goed bestaan. Logementen, omdat de Amerikaan veel wil reizen, en de logementhouders zich goed laten betalen. Winkels, omdat t. geene markten zijn, en dus alles in den winkel moet gekocht worden, en de winkeliers mijns bedun kens wel ruim 30 pet. winst hebben." „Al deze affaires worden door manspersonen bediend, en men zou met groote minachting spreken van vrouwen, die zulk werk In winkel of logement verrichten." „Van de belasting heb ik u In mijnen eersten brief gemeld; ik herinner u slechts, dat die weinig ot, niets beteekent. Moet men verwon derd staan, dat dit land bestaan kan bijna zonder belasting, als men weet, dat er alle jaren zoo eene verbazende menigte acres land ver kocht wordt! Een town is twee uren lang en breed en bevat 36 sectiën of 23.400 acres; deze wordt door den staat verkocht voor 1% dollar per acre en levert eene som van 28.800 dol lar op." „Wat het jaargetij betreft; 't is hier in den zomer dikwijls heet en droog, het regent wei nig, en ofschoon het thans vriest en somtijds sneeuwt, en de sneeuw een voet dik ligt en gewoonlijk tot Maart blijft liggen, is het zel den zoo koud of men kan buiten. werken. Men gebruikt thans de slede, en rijdt over de sneeuw met zware vrachten; men legt met snelle paarden een uur in een kwattier af." „Ten slotte, ten bewijze, dat het hier in vele opzichten vrij wat beter is, dan in Europa, wil ik u nog een voorbeeld aanhalen van een Duit- scher. Hij woont digt bij ons en is een paar jaar voor de Hollandsche landverhuizers hier gekomen, bijna zonder middelen, en nu is hij in het bezit van 40 acres grond, heeft 2 ossen, 2 kooien, kalveren, varkens benevens verdere gereedschappen en veel voorraad van veld vruchten." Hoe gelukkig gleed het leven, van dien land verhuizer heen Nam hij, nauwelijks een jaar in Little Chute, al niet volledig de allure aan van een rijken Amerikaanschen erfoom voor de arme Holland sche neefjes en nichtjes tegen het jaar 1890 of daaromtrent? AAN DE GEVOLGEN OVERLEDEN De controleur bij de H. T. M. de heer A. F. Viveen, die Zaterdag 25 Januari j.l. op het Buitenhof bij het oversteken van de trambaan achter een auto door een motorwagen van lijn 3 werd gegrepen en daardoor zeer ernstig werd verwond is Zaterdagochtend in 't Gemeentelijk Ziekenhuis aan de gevolgen van de bekomen inwendige verwondingen overleden. De heer Vi veen was 38 jaar oud; hij was gehuwd en had twee kinderen. ALS WIELRIJDERS LINKS HOUDEN Een ernstig auto-ongelak Gisteren heeft op den rijksstraatweg onder Kerkwijk een ernstig auto-ongeval plaats ge had. De heer G. Tammer uit Soesterberg reed daar nl. in snelle vaart met zijn auto, vermoe delijk doordat hij uitweek voor een wielrijder, die aan den verkeerden kant van den weg fietste, tegen een boom. De auto werd grooten- deels verwoest. De bestuurder kreeg ernstige hoofd- en beenwonden. Hij is naar' het zieken huis te Den Bommel overgebracht en aldaar opgenomen. GISTEREN WAS EET HONDERD JAAR GELEDENdat Griekenland door de Londen sche Protocollen als vrije onafhankelijke staat erkend werd; wij geven hier een kijkje op de hoofdstad Athene met op den achtergrond <le Aoropolls, NEDERLANDSCHE SPOORWEGEN Heit eerste wijzigingsblad op het boekje bui- tenlandsche verbindingen, Dienst van 6 October 1929, is van Dinsdag 4 Februari af kosteloos aan de stations en bij den Spoorwegboekhandel verkrijgbaar, Vlaamsche lache- dingen. Kobeke is 'n slimme kleuter, maar op school houdt hij meer van spelen dan van leeren. Laatstleden Zaterdag, toonde hij zijn week brief van zijn onderwijzer. „Weiboe", zegt deze, ;,gij waart altijd de voorlaatste, en nu zijt gij de. laatste?" „Inderdaad vader, maar daarin moet gij gee- r.en blijk van achteruitgang zien. Het is om dat de laatste naar school niet meer komt." Leavens zijne Doka was erg ziek en haar man was ontroostbaar. Hij grees en jankte, en ais hij zag, dat'-het ernst was, verklaarde hij aan zijn ega: „Kordule ge moet den II eer e zeggen, dat Hij mij ook moet komen halen. Op het uur van scheiden voegde hij haar echter toe: „Zeg, kind, ik wilde zeggen van dat halen, daar is geen haast bij-" Ieder op z'n beurt. De kapelaan kwam een van z'n zwakste parochianen tegen. „Kees", zei hij verschrokken, „den laatsten keer toen ik jo zag, was ik de gelukkigste man van de wereld,» want je was nuchter. Maar van daag maak je mij weer ongelukkig, nu ik j0 neer zoo dronken zie." „;ïa Eerwaarde", stotterde de onboetvaardig0 Kees, „Ja, ziet u, ik geloof, dat 't vandaag mijn beurt weer eens is om gelukkig te zijn.'*

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1930 | | pagina 10