R 1
FEUILLETON
TWEE VROUWEN
i
Ir
1
I
DONDERDAG 20 FEBRUARI 1930
TWEEDE BLAD.
UIT DE R.K. STAATSPARTIJ
mmmm
-* j
PAGINA
BESTRIJDING VAN
.EVOLUTIONNAIRE WOELINGEN
„Het verkeer van alle tijden"
VOOR HISTORISCH ONDERZOEK
Den Haag-Amsterdam in 42m nuten
fteun van zieke werkloozen
R. K. VKLDESBOND
ITALIAANSCHE OPERA
STROOPERSDRAMA
PROF. DR. G- VON ANTAL NAAR ONS
LAND
VERGADERING VAN HET PARTIJ
BESTUUR
Program vuor de herdenking van het 25-jarig
bestaan der landelijke partijorganisatie
vastgesteld
Op Zaterdag j.l. vergaderde het Partijbestuur
der R.K. Staatspartij te Utrecsht, onder voor
zitterschap van den wnd.-voorzitter den heer
M. van Hout.
Na opening door den voorzitter werden de
notulen der vergaderingen van 12 October, 16
November en 22 November 1929 vastgesteld en
de ingekomen stukken behandeld.
Mededeelingen
Het Dagelijksch Bestuur deed daarna mede-
deeling, van de functie-Verdeeling in het D. B
(reeds in de R. K. Pers bekend gemaakt), en
van verschillende besluiten door het D. B. ge
nomen naar aanleiding der op de laatste Partij
raadsvergadering gestelde vragen en, geuite
wenschen.
Zoo is besloten de Partijraadsnotnlen vöor
taan in tienvoud ter inzage te leggen en z
toe te zenden aan de leden van het Partijbestuu
en de secretarissen der Rijkskieskringorganisa
ties. Aan het verzoek om ten gerieve der plaats
vervangende leden van den Partijraad de con
clusies der prae-adviezen in de agenda op te
nemen kan niet worden voldaan, omdat deze
alsdan te veel het karakter zouden krijgen van
voorstellen. Wel zal voortaan op de agenda
worden medegedeeld, dat belangstellende
plaatsvervangers op verzoek de prae-adviezen
gratis kunnen ontvangen.
Aan dé" Rijkskieskringèrganisaties zal worden
verzocht bij de behandeling der prae-adviezen
zorg te dragen, dat zoodanige behandeling niet
het karakter van beslissingsinstantie krijgt. Be
handeling na de Partijraadsvergadering ver
dient de voorkeur. Bespreking der prae-advie
zen na behandeling daarvan in de Partijraads
vergadering in de plaatselijke kiesvereeni-
glngen zal worden aanbevolen en bevorderd.
Werkplan 1930
Vastgesteld werd, onder voorbehoud van
de goedkeuring van den voorzitter van den
Partijraad, het werkplan voor 1930.
De voorjaarsvergadering, te houden op 23
en 24 Mei, zal bestaan uit een huishoudelijke
vergadering, waarop de voorzitter van het Par
tij bestuur zal worden gekozen, en des Zater
dags de herdenking van het 25-jarig bestaan
der landelijke partijorganisatie. Het program
dezer herdenking werd vastgesteld, waarover
later nader zal worden bericht.
Op de najaarsvergadering zullen actueele
vraagstukken der gemeentepolitiek worden be
sproken, zulks met het oog op de Gemeente
raadsverkiezingen in 1931. Het D. B. werd ge
machtigd Prof. Dr. J. van der Grinten te Nij
megen uit te noodigen als prae-adviseuir en in
overleg met deze tot een practische afbakening
en indeeling der te behandelen stof te komen
en daarna tot aanwijzing en uitnoodiging der
andere prae-adviseurs over te gaan.
Voor de Politieke Bijeenkomst te Amers
foort, te houden op 28 en 27 April, werd als on
derwerp vastgesteld: „De Jeugd en de Poli
tiek".
Commissie Kiesreglement
Aangenomen werd een voorstel fan het Da
gelijksch Bestuur om, alvorens eene Commissie
te benoemen die met de toetsing van het Kies
reglement aan de daarmede in de practijk op
gedane ervaringen zal worden belast, een en
quête bij de KringbestuTen in te stellen naar
deze ervaringen alsmede naar de wenschen
en bezwaren die in de kieskringen in 't alge
meen mochten bestaan. Bij de keuze der per
sonen voor de Commissie kan dan tevens reke-
keniDg worden gehouden met den aard der
bezwaren, welke dan in hoofdzaak de toetsing
en herzieniing zullen beheerschen.
Advies voor R. K. Gemeentepolitiek
In beginsel' werd besloten tót de oprichting
en inrichting van een bureau tevens Advies-
Centrale voor R. K. Gemeentepolitiek als afdee.
Ilng van het Algemeen Partijsecretaxfaat. Do
richtlijnen voor dé uitvoering van dit beginsel
besluit werden overeenkomstig de voorstellen
van het dagelijksch bestunr vastgesteld Omtreni
de concrete uitvoering van dit belangrijke be
sluit zullen ter zijner tijd de noodige mededee
lingen in de R. K. pers en aan de betrokkenen
geschieden.
Vacature Voorzitter
De voorzitter-vacature vond daarna uitvoe
rige bespreking.
Na de gehouden rondvraag Werd de verga
dering gesloten.
DE OOST
WAT ER ACHTER DE WALLEN VAN HET NAARDER FORT TE ZIEN IS; een aantalHoMamtsche „jongens" zijn met al het
enthousiasme dat ze bezitten, bezig een der zware kanonnen te verplaatsen.
EEN STERRIT VAN OUDE VERKEERS
MIDDELEN NAAR ARNHEM
Een Dominikaansche commissie benoemd
Door den hoogwaardlgsten Magister-Generaal
der Dominikanen P. M. Gillet is een commis
sie in het leven geroepen voor geschiedkundige
onderzoekingen. Als voorzitter is benoemd de
historicus P. G. Théry O. P. Professor aan het
„Angelico" te Rome en aan het Institut
Catholique te Parijs, welke tevens P. Walz zal
opvolgen als archivaris van de Dominikanen-
orde De taak der Commissie zal zijn op de
eerste plaats het standaardwerk van Quétif en
Echard te voltooien en in zijn geheel opnieuw
uit te geven. Ook zal zij een nieuw tijdschrift:
„Archivum Fratrum Praedicatorum" het licht
doen zien, waarin o.m. tot op heden onuitge
geven documenten zullen wórden gepubliceerd.
Deze commissie heeft haar zetel op den Aven-
tijn in de historische Santa Sabina, waar nog
met zooveel pieteit de cel van St. Dominieus
en den heiligen Paus Pius V. in eere gehouden
worden.
Ter gelegenheid van het 25-jarig bestaan
van de Vereeniging voor Vreemdelingen
verkeer
Van de feestcommissie, gevormd ter vie
ring van het 25-jarig bestaan van de V. V. V.
te Arnhem ontvingen wij thans nadere bijzon
derheden over de plannen voor deze vijfde
lustrumviering. Het feest zal twee dagen in
beslag nemen, en wel Vrijdag 23 en Zaterdag
24 Mei a.s. Den eereten dag. Vrijdag zal de her
denking een meer huishoudelijk karakter dra
gen.
De viering naar bulten zal worden gede
monstreerd door het organiseeren op Zaterdag
24 Mei van èen „Sterrit", gevolgd door een
„Optocht", samengesteld uit vervoermiddelen,
zooals die in grijze oudheid, in de middeleeuwen j
en in latere tijden in gebruik waren, terwijl
aan het verkeer in het heden en in de toe
komstige tijden, bij welke laatste de fantasie
vrij spel krijgt, alle plaats zal worden inge
ruimd.
De snelheid, waardoor het verkeer van on
zen tijd zich kenmerkt, wekt de belangstelling venrayer van geboorte, en vorig jaar priester
IVII I I2"1 ,OTgStWijfe1^ gewijd, voor zijn vertrek naar de Missie van
een grootsch schouwde] worden in een goed Luanflli Zuid.Shansi (CWnaJ> zijn laatste H
Ke-on^ani smeerden optocht bijeon te zien de ver- a*; j Tr
schillende middelen yan vervoer en verklei, T °»S *1 f sl3t|f,deu,al3 Diaken
waarvan de mensohheid zich sedert de vroeg- j 17 a "i e chk>r Schilte
ste tijden beeft bediend, te land, te water en &FM" dI® 1660817 ln dle mlssie werk"
laatstelijk in de lucht. zaam' na een' weIyerdlende vacantie weer naar
De Commissie gaat uit van de grondgedacb- zijn mi3siesebiet' teruSlreert; als sub-diaken
DE SNELHEID DER ELECTRISCHE
TREINEN
AFSCHEID VAN MISSIONARISSEN
Vertrek van twee Paters en vier Zusters
naar China
In de nieuw aangebouwde Paterskerk te
Venray heeft Pater Alphaeus Swinkels O.F.M.
in beeld gebracht
te, dat drie Hoofdgroepen
moeten worden:
A. liet verkeer te water,
B. hét verkeer te land,
C. het verkeer in de lucht.
Men zou deze beide hoofdgroepen kunnen
splitsen in vijf onderafdeelingen:
I het verkeer in de oudheid
II het verkeer in de Middeleeuwen,
III het verkeer in de latere eenwen,
IV het verkeer in den modernen tijd.
V het verkeer in de toekomst.
Op Zaterdag 24 Mei 1930 stellen de inschrij
vers aan den eere-wedstrijd zich gedurende de
morgenuren met hun groepen op verschillende
nader aan te geren plaatsen op.
Zij hereiken Arnhem van verschillende zij
den en komen op een nader aan te geven punt
bijeen, waar het geheel in overeengekomen
volgorde wordt opgesteld. Daarna trekt tussehen
2 en 4 uur de groofce „Optocht" langs de voor
naamste straten van die stad.
Hij wordt na afloop ontbonden in „Musis
Sacrum alwaar des avonds de feestviering
wordt voortgezet met de leden van V. V. V.
en alle deelnemers aan den „Sterrit''.
Verschillende prijzen zullen worden be
schikbaar gesteld.
VERDRONKEN.
Te Veendam is de 66-jarige weduwe K.
in het Westerdiep verdronken.
S.
fungeerde de Zeereerw. Pater Dr. Desiderins
Franses, hoogleeraar aan de Universieit tc
Nijmegen familielid van P. Schilte, Na het
Evangelie sprak P. Salesius Lemmers studie
genoot van den jongen missionaris een heerlijk
afscheidswoord.
Nadat de Hoogeerw. Pater Provinciaal de
zendingsbrieven had voorgelezen, de missiekrui-
sen der missionarissen had gezegend en ze had
omgehangen, sprak Zijn Hoogeerw. de vertrek-
kenden toe.
Een hartelijke bede om hulp en kracht in
den moeilijken arbeid en om een voorspoedige
reis besloot de reisgebeden, waarna de missio.
narissen aan hunne medebroeders den vredes
groet, brachten. Terwijl zij dan met hun families
in de gereedstaande auto's stapten, wuifde op
het voorplein een groote menigte hun nogmaals
een „goede reis en behouden aankomst" toe
Nu ging de reis naar Heerlen! daar zouden
zich nog vier Zusters bij de Paters aansluiten.
De Hoogeerwaarde Pater Provinciaal der
Minderbroeders had verzocht'ook tot de Zusters
het afscheidswoord te mogen spreken en wel
om den Directeur Mgr. L. Driessen en den Zus
ters, die de gansche kapel vulden, een bewijs
te geven van de achting welke zijne orde de
Congregatie van Heerlen toedraagt, en om haar
te danken vöor al het goede door de Zusters aan
de heidenen zoowel als aan de christenen en
vooral ook aan de Missionarissen bewezen.
Nadat ook hier de plechtigheden waren geëin
digd, werden de Zust.ers-Missionarissen, door
haar talrijke inede-zusters plechtig uitgeleid en
vertrokken zij naar Keulen om vandaar de
groote reis naar het „Hemelsche Rijk" te aan.
vaarden.
Er worden weer proeven genomen
Behalve dat door directe inschakeling van de
maximum snelheid de rijtijd der electrische
treinen verkort wordt, worden ook van nu tot
en met Zaterdag a.s. proeven genomen om mët
den a.s. zomerdienst (15 Mei) der Ned. Spoor
wegen de treinen met grootere snelheid te
laten rijden.
Met verschillende electrische treinen, be
staande uit zes en acht rijtuigen, worden onder
leiding van den ingénieur H. Goedhart op de
baanvakken Den HaagLeidenHaarlem
Amsterdam proeven genomen of het mogelijk
is de electrische treinen met nog grootere
Snelheid te vervoerpn.
In de cabines der treinen zijn bijzondere snel
heidsmeters geplaatst om de snelheid per se
conde te kunnen nagaan. Met een snelheid van
100 K.M. per uur werd de afstand Leiden
Den Haag in 11 minuten, LeldenHaarlem in
18 minuten en HaarlemAmsterdam in 12
minuten afgelegd, terwijl de geheele afstand
Den HaagAmsterdam in 42 minuten werd
afgelegd.
Ook met de snelstoptreinen, de zoogenaam
de locaaltreinen worden tussehen Leiden
Warmond en de andere tusschenstations proe
ven genomen of het mogelijk is de snelheid
te vergrooten.
Uit den Volksraad
DE REGEERINGSVOORSTELLEN
AANGENOMEN
BATAVIA, 18 Februari. (ANETA). Na bc
indiging van de algemeene beschouwingen
.opens het ontwerp, betreffende de aanvulling
an de bepalingen van het Ned.-Indische Wet-
oek van Strafrecht, welke gericht zijn op de
isstrijding van revolutionnaire woelingen gaat
Ie Volksraad over tot stemmen. De artikelen
t, 2 en 3 worden z. h. s. aangenomen. Het amen-
dement-Kerkkamp (N.I.V.B.), Koesoemo Oetoyo
(Boedi Oetomo) en Thamrin (Non-cooperatie)
op artikel 4, sub 1, strekkende tot het doen ver
vallen van het 2de lid van art. 107 van het Wet
boek v. Strafrecht, wordt met 36 tegen 14 stem
men verworpen, waarna art. 107, volgens het
ontwerp van de Regeering met 37 tegen 14 stem
men wordt aangenomen. Het amendement van
dezelfde leden strekkende tot wijziging van het
j 2de lid van art. 108 wordt met 38 tegen 12
j stemmen verworpen. Art. 108 wordt aangeno-
I men men 28 tegen 12 stemmen,
i Het amendement-Jonkman (Eth. Ass.), Idih
en Rückert (Decentralisatie), strekkende tot
schrapping van het 5de lid van art. 110 ver
worpen met 31 tegen 20 stemmen. Artikel 5 van
de ontwerp-ordonnantie wordt alsdan met 40
tegen 12 stemmen aangenomen.
Da voorstellen van de Regeering, betreffende
de art. 108, 109, 111 en 160 van het Wetboek
van Strafrecht en de overige artikelen van de
ontwerp-ordonnantie worden vervolgens z. h
s. aangenomen, waarna het geheele ontwerp
wordt aangenomen met 40 tegen 12 stemmen.
Tegen stemmen de heeren Dwidjosewojo (Boedi
Oetomo), Middsndorp (I.S.D.P.), Ratu Langie
(Persérikatan Minahasa), Thamrin (Non-coo
peratles), Soetadio (S.I.), Kerkkamp (N.I.V.B.),
Soangkoepon (partijloos), Soeroso (partijloos),
Idih, Koesoemo Oetoyo (Boedi Oetomo), Moch-
tar (partijloos) en Jahja (partijloos).
NED, ROOMSCHE REISVEREENIGING
LACUNE IN DE WETGEVING
De Februari-aflevering van het „Tijdschrift
van den Nederlandschen Werkloosheidsraad"
bevat een bijdrage van mr. S. Mok over „Werk
loosheidsverzekering en Ziektewet", waarin hij
erop wijst, dat iémand die langer dan vier
weken werkloos is en ziek wordt, van elke
uitkeèring verstoken zal zijn, zoodat bij de aan
staande regeling der werkloosheidsverzekering
de wetgever ervoor zal moeten zorgen, dat
zieke werkloozen niet van inkomsten verstoken
zullen zijn.
METAAL BEDRIJFSVEREENIGING VOOR
ZIEKENGELDVERZEKERING
In de eerste vergadering van den ledenraad
der Me taal-Bedrijf a vereeniging voor Zieken
geldverzekering werd h'et reglement der ziekte
regeling vastgc-teld, en het percentage der
premie, bestemd voor de reservekas der be-
drijfsvereeuiging, bepaald op 5 pet.
Conform het bestuursvoorstel werd de begroo
ting met algemeene stemmen goedgekeurd.
Buiten bezwaar van het budget werden tot
directie benoemd de heeren J. P. J. Asselbergs,
H. A. van Tongeren en Dr. L. G. Kortenhorst.
Tot adjunct-secretaris werd aangesteld Mr. II.
A. J- H. Franses, terwij-1 het kantoor van het
secretariaat gevestigd blijft Lange Voorhout
19 te 's Gravenhage.
Zesde jaarvergadering
In het Victdria-Hotel te Nijmegen is de zesde
algemeene jaarvergadering gehouden van de
Ned. Roomsehe Reisvereeniging, onder leiding
van den algemeenen voorzitter, den heer J. C.
M. Mensing uit Bussum.
In zijn openingswoord wees de voorzitter op
de gunstige ontwikkeling die de vereeniging
vooral het laatste jaar genomen heeft.
Nog steeds echter is het aantal katholieken,
die lid van een neutrale reis-organisatie zijn
en hun vacantiereizen in neutraal gezelschap
maken groo-ter dan het getal leden der eigen
katholieke organisatie.
Uit het Jaarverslag stippen wij het volgende
aan:
Het ledental der vereeniging steeg in den
loop van 1929 van 5107 tot 5635, verdeeld over
26 afdeelingen.
Er werden in totaal uitgevoerd 40 buiten-
landsche reizen, tegen 24 In 1928.
In de zes jaren van haar bestaan heeft thans
da Ned. Roomsehe Reisvereeniging uitgevoerd
106 buitenlandsche reizen met 2898 deelnemers,
met een reissommen-totaal van 265.013.
Een tiental reizen naar de Passiespelen te
Oberammergau zijn uitgeschreven en daarvan
zijn thans reeds een viertal volteekend.
Bij de bestuursverkiezing werden de heeren
C. Koearaad, Amsterdam en P. J Th. Dlege,
Utrecht herkozen, terwijl in de plaats van den
heer G. Pulles, Ha„rlem en mevrouw A. Walta
Everling, Amsterdam, gekozen werden de hee
ren J. de Vos, Maastricht en J. Walta, Amster
dam.
Aan de aftredende leden, speciaal aan mevr.
A. WaltaEverling, die vanaf het begin be
stuurslid en sedert vijf jaren secretaresse was
werd passende hulde gebracht.
Om te komen tot de vorming van een reserve,
werd na breedvoerige discussie besloten het
voor de bon-dskas bestemde pe-oemtage van de
reissommen eenigszins te verhoogen. Dit per
centage werd thans gebracht op 6 pet
De vergadering die een aangenaam verloop
had werd besloten met een gemeenschappelij-
ken maaltijd.
De vergadering te 's Gravenhage
Nog een laatste aankondiging voor de be
langrijke vergadering, die de R.K. Vredesbond
op Maandag 24 Februari, te Den Haag zal
houden.
Om 3 uur vindt een ledenvergadering plaats
in „De Twee Steden", terwijl des avonds in
de kleine zaal van den Dierentuin, die zich uit
stekend voor dit doel leent, pater F. M. Strat-
mann O.P. zal spreken. Deze laatste vergade
ring begint precies om 8 uur. Iedereen is er
welkom, ook niet-leden van den R.K. Vredes
bond.
Vier jaar geëischt wegens schieten
op een jachtopziener
Het O. M. bij de rechtbank te Leeuwarden
heeft gisteren tegen den 21-jarigen J. B. uit
Lippenhuizen, die in den nacht van 30 op 31 De
cember j.l. op een jachtopziener heeft gescho
ten toen deze hem op stroopen betrapte, vier
jaar gevangenisstraf geeischt.
Uitspraak op 5 Maart a.s.
II Trittico
Tegen het seizoeneinde komt de directie der
Ita.liaanscke Opera nog met iets nieuws, Puc
cini's „Trittico", een werk, bestaande uit drie
eenacters: „II Tabarro" („De Mantel"), „Suor
Angelica" („Zuster Angelica") en „Giannl
Schicchi".
Is „II Tabarro" dramatisch, „Suor Angelica"
helt meer naar het idyllische over, terwijl
Gianni Schicchi een komische boertige opera is.
In „II Tabarro" bevinden we ons te Parijs en
maken we een scène mede uit het scliippersle-
ven. De vrouw van een vrachtschipper koestfert
een zondige liefde voor een sjouwer en spreekt
met hem af, dat ze beiden zullen vluchten.
Als sein zal de vrouw een lucifer aansteken, de
sjouwer zal haar dan afhalen. Na een woorden
wisseling met haar man steekt deze laatste ge
dachteloos zijn pijp op. De sjouwer, denkende
dat dit bet afgesproken teeken is, klimt op het
schip, valt in de handen van den schipper, die
hem een bekentenis afdwingt. Hij doodt den
sjouwer: juist als de vrouw op het schip komt,
bemerkt zij het drama.
De artisten, die in dit werk optreden, zijn
signorina E. Piave, L. Squarzina en signori P.
Montanari, S. Marchi, E. Coda en D. Visetti.
Suor Angelica verplaatst ons in een klooster,
tijdens den recreatietijd van de zusters. Deze
vertellen elkander haar verlangens; zuster An
gelica houdt zich afzijdig.
Tijdens het terugkomen der terugkeerendé
bedeizusters melden deze de aankomst aan de
kloosterpoort van een deftige reiskaros. De
abdis kondigt zuster Angelica het bezoek harer
tante een prinses, aan. Deze deelt aan zuster
Angelica het huwelijk harer zuster mede. Zus
ter Angelica vraagt nieuws van het kind, waar
voor zij thans in het klooster boet en men
deelt haar mede, dat het kind gestorven is.
In een vlaag van verstandsverbijstering neemt
zij een giftdrank in, doch, weer tot zich zelf
gekomen, bemerkt zij haar zelfmoord en vraagt
de H. Maagd om vergeving.
Hierin treden als solisten op signorina E.
Piave, L. Abbrescia, E. Alberti, F. Balboni,
N. Ferrari, V. Palombini, L. Squarzina.
De derde opera, „Gianni Schicchi (die wij
reeds van het vorig seizoen kennen) behandelt
een erfgeschiedenis.
Een rijk gestorven inwoner van Firenze
wordt beweend door zijn erfenis-azende bloed
verwanten. Men fluistert, dat alles aan de
monniken is vermaakt en zoekt hulp bij een
slimmen bloedverwant, Gianni Schicchi. Deze
doét alsof de Inwoner nog leeft, laat een notaris
ontbieden, welke hij in de kamer naast de
doodenkamer doet plaatsnemen en dicteert hem,
als ware hij de gestorven inwoner het testa
ment, alle vorige testamenten herroepende. Hij
zorgt echter, dat het beste gedeelte aan hem
vermaakt wordt.
De bloedverwanten hooren dit alles hevig
verbolgen aan, echter kunnen zij niets zeggen,
daar zij mede debet zijn aan de vervalsching.
Tussehen dit gegeven is nog een liefdesgeschie
denis ingeweven.
In deze laatste komische opera treden op
signorina E. Alberti, F. Balboni, N. Ferrari,
L. Squarzina en signori G. Traverso, P. Mari-
otti, L. Piccili, A. Santolini, G. Flamini, E.
Coda.
Dirigent Maëstro Cav. M. Parenti.
De première gaat heden in Den Haag.
Naar ons wordt medegedeeld, is de bekende
Hongaarsche prof. Dr. Géza Antal von Felsö-
Geliêr, üd van het Hongaarsche Magnatenhuls,
voornemens begin Maart e.k. naar ons land
te komen, waar hij op uitnoodiging van den
„Magyar Szövetség", Hongaarschen Bond in
Nederland, drie lezingen zal houden over de
Hollandsch-Hongaarsche cultureele betrekkin,
gen, teneinde mede te werken aan het verster
ken van vriendschapsbanden tussehen de twee
volkeren. Hij zal begin Maart te Amsterdam,
op den nationalen feestdag der Hongaren, 15
Maart e.k. te Den Haag en ongeveer 26 Maart
e.k. te Rotterdam spreken. Tevens zal hij de
opening bijwonen van de Hongaarsche avond
school te Rotterdam.
Vrij naar het Engelsch
van
R. HENRT.
(Vertaling van L. V.)
30)
Toch nog iets, antwoordde Cortes. Hoe
wel uw misdrijven zóó menigvuldig zijn, ben
ik bereid, u het levem en de vrijheid te Schen
ken op een zekere vooraarde. Ik wii meer
doen: passage voor u vinden naar Europa,
met de eerste gelegenheid, waar gij misschien
de wroeging over uw schande tot zwijgen kunt
brengen, als God u genadig is. Devoorwaarde
is deze. Wij hebben reden om aan te nemen,
dat gij bekend zljt met de plaats, waar het
goud van Montezuma verborgen ligt, dat dus
op onrechtmatige wijze ontstolen werd, tóén
we aftrokken. We weden, dat het zoo is, want
Uien heeft u zien gaan met de volgeladen kano's
Kies nu, verrader, tussehen een schandelijken
dood, en de mededeeiing van het geheim van
dien schat.
Een oogenblik aarzelde ik. Aan den éénen
kant was het verlies van mijn eer, weliswaar,
maar leven en vrijheid en hoop op een behouden
thuiskomst, en aan den anderen kant een vree
slijk uiteinde. Maar toen herinnerde ik mij
sdfo eed, en Otomie, en wat zij van mij zou
denken, als ik zoö iets deed en ik aarzelde
niet meer.
Ik weet niets van dien schat, generaal,
antwoordde ik koud. Breng mij ter dood.
Gij bedoelt, dat gij er niets van zeggen
wilt,, verrader. Bedenk u. Ais gij een of an
deren eed hebt moeten zweren, dan is die nu
van onwaarde. Het rijk tder Azteken is ten
einde, de keizer is mijn gevangene, en de
stad een ruïne. Hun rijkdom is mijn recht
matige buit, en ik moet die hebben, om mijn
dapperen kameraden te betalen. Bedenk u dus.
Ik weet niets van dien schat, generaal.
Soms wordt het geheugen wakker, verra
der. Ik heb gezegd, dat gij zult sterven, als uw
geheugen u in den steek laat, maar de dood
is niet altijd snel. Er zijn middelen (en hij zag
mij veelbeteekenend aan), waardoor een man
kan sterven, en toch weken lang kan blijven
leven. En hoezeer ik eT ook van walg, het komt
me voor, dat ik een paar van dfe middelen moet
aanwenden, om uw geheugen wakker te schud
den, vóór ge sterft.
Ik ben in liw macht, generaal, antwoordde
ik. Gij noemt mij keer op keer een ver
rader. Dat ben ik niet. Ik ben een onderdaan
van den koning van Engeland, en niet van den
koning van Spanje. Ik kwam hierheen, om een
schurk te vervolgen, die mij en de mijnen bitter
onrecht heeft aangedaan een van uw ka
meraden, genaamd Dé GaTCia, of Sarceda. Om
hem te vinden, en om andere redenen, koos ik
do partij der Azteken. Zij zijn overwonnen, en
ik ben uw gevangene. Dóe nn met mij althans,
zooals een dapper man een overwonnen vijand
behandelt Ik weet niets van dien schat. Dood
mij, en maak er een eind aan.
Wat Don Sarceda betreft, ik ken hem
alléén als een dapper kameraad, en ik zal
zekér niet luisteren naar wat iemand als gij
over hem te vertellen hebt. Het treft voor u
echter al heel ongelukkig, dat er een oude
vecte tussehen u bei-den is, daar ik u aan zijn
toezicht ga overlaten. Nu voor de laatste maal:
kies. Wilt ge de plaats, waar de schat ver
borgen is, meed-eelen, en een vrij man worden,
of wilt ge overgeleverd worden aan Don Sarceda
totdat hij u aan het spreken brengt?
Een huivering liep mij over de leden, nu ik
wist, dat ik aan de genade van De Garcia was
overgeleverd. Wat kon ik verwachten van hem,
die mijn doodsvijand was, en zijn wraak naar
hartelust zou mogen koelen? Maar mijn besluit
stond vast.
Ik heb u gezegd, generaal, dat ik niets
van dien schat af Weet. Döé, wat ge niet' laten
kunt, en moge God u die wreedheid vergeven.
Noem dien heiligen Naam niet, handlanger
van afgodendienaars! Laat Sarceda hier
komen.
Een soldaat ging hem zoeken, en een poos
iang heersc-hte er stilzwijgen. Ik ving een blik
op van Marina, en zag medelijden in haar
oogen. Maar zij kon hier niet helpen, want
Cortes was als waanzinnig, omdat er geen goud
gevonden was, en het gemor der soldaten, die
hun soldij vroegen, deed hem dit schandelijk
middel toepassen, want van nature wa3 hij
niet wreed. Toch bleef zij voor mij pleiten, en
sprak ernstig tot hem, op fluisterenden toon.
Een tijdlang luisterde hij, maar dan duwde hij
haar ruw van zich af.
Stil, Marina, zelde hij. Waarom zal ik
dien Engelschen hond wat pijn bespare^ als
mijn gezag, en misschien zelfs mijn leven ervan
afhangt, dat het goud gevonden wordt? Hij
weet heel goed, waar het verborgen ligt ge
hebt het zelf gezegd, toen ik hem terstond
wilde laten ophangen ais een verrader; en
bovendien, hij was een van dé mannen, die met
de geladen booten op het meer gezien werd.
Wat kan u dien man schelen, dat gij zooveel
moeite voor hem doet? Houd toch op met mij
lastig te vallen, Marina. Heb ik dan al geen
last genoeg?
Nu klonken voetstappen, en opziende zag ik
De Garcia voor mij s.aan. Het harde leven van
den laatsüen tijd had wel enkele sporen bij hem
achtergelaten, maar de zilveren draden in zijn
haar en puntbaard dede-n zijn nobele verschij
ning er nog des te waardiger uitzien. Als men
hem zóó zag, met zijn donkere Spaansche
schoonheid, en zijn rijke kleeren, overdekt
met gouden kettingen, terwijl hij voor Cortes
boog, met zijn helm in de band, moest men
wel bekennen, dat er geen ridder bestond zoo
fier als hij. Maar ik wist, wie hij was, en dat
hij van. binnen zoo zwart was als een duivel.
En toen ik dacht aan mijn eigen onmacht, en
aan de zaak, waarvoor hij nu kwam, knarste
ik met de tanden, in sprakelooze woede.
De Garcia begroette mij met een wTeedem
glimlach, en richtte zich dan tot Cortes.
Wat ls er van uw dienst, generaal7
Kameraad, antwoordde Cortes, kent
gij doen man?
Maar al te goed, generaal. Driemaal heeft
hij feetracht,, mij te vermoorden.
Nu, gij zljt eraan ontsnapt, en thans is
het uur der vergelding daar, Sarceda Hij zegt,
dat hij een veet-e met u heeft. Waar gaat die
over?
Da Garcia aarzelde, terwijl hij met de hand
langs zijn puntbaard streek.
Ik zeg het u met grooten tegenzin, ant
woordde hij. omdat het hier een afdwaling
betreft, waar Ik veel spijt over heb gehad, m
ook veel boete voor heb gedaan. Maar ik zal
het u zeggen, omdat gij anders erger van mij
zult kunnen denken, dan ik verdien. Deze
man heeft wel reden, om niet van mij te
houden. Toen ik jonger was, trof Ik in Enge
land toevallig zijn moeder, een mooie Spaan
sche vrouw, die te kwader ure met een En-
gelscliman getrouwd was, een echten idioot, die
haar mishandelde. Om kort te gaan: de dame
riep mijn hulp in, en ik sloeg den man neer.
Vandaar de haat van dezen verrader tegen mij.
Ik dacht, dat mijn hart zou barsten van
woede. Bij al zijn andere misdrijven had De
Garcia nu ook nog mijn vader en moeder be
lasterd.
Je liegt, moordenaar, hijgde ik, terwij!
ik aan de koorden rukte, die mij bonden.
Ik moet u verzoeken, mij tegen dergelijke
beieedigingen te beschermen, generaal, zei De
Garcia koel.
Waag het nog eens, om zoo te spreken
tot een Spaansch edelman, zei Cortes, en
we zullen u de tong uitrukken! Wat u
betreft, Sarceda, ik dank u voor uw vertrou
wen. Maar wij verkwisten woorden en tijd
Deze man weet, waar d9 schat van Guatemoc
en Montezuma verborgen ligt. Als Gua'emoc
en de anderen heit niet willen zegg-m, dan zal
hij wel tot spreken zi.in te brencen, want de
folteringen, die een Azteek zonder een zucht
kan verduren, zuilen dezen blanken vriend
van da heidenen wel spoedig de waarheid ont
lokken. Neem hem mee, Sarceda, en besteed
bijzondere zorg aan hem. Laat hem eerst pij
nigen mp/t de anderen, en dan. als hij hals
starrig blijft, alleen. De methode laat ik aan
u over. Als hij bekent, waarschuw me dan.
Vergeef mij, generaal, maar dat ls geen
taak vot een Sraansch edelman, zei De Garcia
/doch Ik zag een glans van triomf in zijn don
k<me ooeen, en hoorde den klank van triomf
in zijn stem). Ik ben meer gewoon, mijn
vijanden te doorboren met mijn zwaard.
Ik weet heit, kameraad. Maar het moet.
Hoezeer ik er ook een hekel aan heb, het moet.
Er is geen andere weg. Ik heb het goud noodig.
Genadige hemel, dié kerels zeggen, dat Ik hét
gestolen heb! En ik twijfel er aan, of deze
stijfkoppige Indianen zullen spreken, hoe hevig
zij ook gefolterd worden. Deze man weet
overal van, en ik geef hem over aam u, ornda/t
gij al zijn slechtheid kent, en dat uw hart
zal stalen tegen alle medelijden. Spaar hem
niet, kameraad, denk eraan: hij moet spreken.
Het is uw bevel, Cortes, en ik gehoorzaam,
hoewel de taak mij weinig aanstaat; maar op
ëé-n voorwaarde: dat gij mij schriftelijke vol
macht geeft.
Die zal ik onmiddellijk gereed laten
maken, antwoordde de generaal. En nu,
weg met hem!
Waarheen? vroeg De Garcia.
- Naar de gevangenis, waar hij vandaan
komt. Alles i3 gereed.
XLIV.
Eerst werd ik gebracht naar een klein ver
trek, dat toegang gaf tot het vertrek, waarin
ik tot vandaag geweest was. Mijn handen en
voeten waren gebonden, en twee soldaten met
getrokken zwaard hielden bij mij de wacht.
Eindelijk werd de deur geopend, en twee woeste
Tlasca lanen grepen mij bij de haren en ooren,
en sleurden mij in mijn eigen, vertrek.
Arme kerel! hoorde ik een der Spanjaarden
zéggen. Verrader of geen v»rrader, lk heb
met hem te doen, want dit is vreeselijk.
(Wordt vervolgd).