i De nieuwe Charing Cross Bridge HET KATHOLIEKE POLEN Lord Beaverbrook's nieuwe partij nn 1 De „United Empire partij" DINSDAG 2u FEBRUARI 1930 Een groot plan eindelijk goedgekeurd Wola, waar de wieg van Chopin gestaan heeft IN DE KERK WAAR ZIJN HART RUST VERGIFTIGING VAN EEN FEESTMAAL iiiij* 'y% WW. jj| m pü& Kp ZIJN GEBREK AAN LOYAUTEIT ARM OF RIJK, ALLEMAAL GELIJK EEN BEESTMENSCH DE JONGSTE OPGRAVINGEN VAN HET OUDE CORINTHE Van onzen correspondent) Londen, 20 Februari 1930. Gisteren lieett het lagerhuis met groote meer derheid van stemmen, doch tegen een heftige oppositie in, zijn goedkeuring gehecht aan het in tweede lezing behandelde wetsontwerp, waarin de plannen van de London County Council belichaamd zijn betreffende verplaat sing van Charing Cross station naar den Zuide lijk. n Theemsoever eu den bouw van een nieu we Charing Cross brug. De uitvoering van het werk, met inbegrip van de schadeloosstellingen aan de spoorweg maatschappij en andere betrokkenen, zal 15 million kosten. Door het besluit van bet lagerhuis zal de lang gekoesterde hoop op een ingrijpende ver betering van het geographische centrum van Londen binnen afzienbaren tijd verwezenlijkt kunnen worden. Jaren lang beeft Londen gediscussieerd over bet probleem van Charing Cross bridge. De dag bladen hebben jaren lang brieven van deskun dige en van nog meer ondeskundige lezers over dtt vraagstuk afgedrukt. Zij hebben er redactio neel ontelbare artikelen aan gewijd. Zij hebben bijdragen met plannen en teekenlngen opgeno men van architecten, die alles beter wisten dan de regeeriugsdeskuudigen. Londenaars maken zich niet licht druk over stadsaangelegenheden. De stad is zoo groot, en zelfs haar centrum is zóó eindeloos uitgestrekt, dat niet één op de duizend inwoners den moed heeft zich met détails af te geven. Groote gebouwen verrijzen bier zonder dat één op de honderd Londenaars zich ervan bewust is. Toen 't vorige jaar 't dertien of veertien verdiepingen hooge gebouw van de Underground bij St. James's park ver rees, een gebouw dat, boe men ook over zijn architectonische verdiensten moge oordeelen, door zijn massaalheid en door de manier waar op gepoogd is die massaalheid aaunemelijk te maken, eenig is in Engeland, vernamen de meeste Londenaars dit eerst toen de kranten foto's van het bijna voltooide bouwgewrocht brachten. Er zijn wijken, uitgestrekter dan Rot terdam, waar de Londenaar, die aan den ande ren kant der stad woont, jarenlang niet komt. Er zijn zelfs hoofdwinkelstraten en City-straten, die hij jarenlang niet ziet. De stad in haar ge heel blijft hem vreemd, en belangstellen doet hij slechts in zijn eigen bescheiden voorstad en buitenwijk. Maar het Charing Cross probleem ls jaren lang het vraagstuk van heel London geweest. Dit komt doordat bet zoodanige afmetingen heeft dat het ooit ln Londen niet onopgemerkt blijven kan. Drie-en-een half jaar geleden werd er een Koninklijke commissie ingesteld voor over- rivler verkeer in Londen. Te kennen werd ge geven dat de zaak zóó dringend was dat de regeering rekende op zoo spoedig mogelijke vol tooiing van den arbeid der commissie. Reeds vier maanden later dienden lord Lee, do voor zitter, en diens collega's, hun rapport ln. Hun voornaamste advies was dat er een nieuwe brug gebouwd zou worden te Charing Cross. Toen dit rapport eenmaal ingediend was, werd het „dringende'* karakter der zaak even- wal uit het oog verloren. De oföcieele architec ten en adviseurs van het departement van ver keer namen het onderhanden en ten slotte werd een plan vastgesteld, minder grootsch dan dat van de Lee-commissie, maar toch be rustend op dezelfde beginselen. Dat al deze voorbereidende werkzaamheden veel tijd in beslag namen, sprak van zelf. Zooveel deskun digen moesten samenwerken en geraadpleegd worden, en vooral de experts op het gebied van verkeersorganisatie hadden 'n belangrijk woord mee te spreken. Wij willen niet het oorspronkelijke Lee- rapport (vroeger uitvoerig door ons besproken) en de plannen van het departement \n Ver keer tegenover elkaar stellen. Evenmin zullen wij ingaan op de overweldigende crillek uie jaren lang niet alleen door leeken, maar ook door deskundigen, tegen de plannen Ingebracht is. De regeering beschikt over ambts jaren en adviseurs van den allereersten rang; zij heeft zich o.a. laten voorlichten door niemand min der dan sir Edwin Lutyens, den voornaamsten bouwmeester van Nieuw-Da'.hi, de stad van regeerlngspalelzen in Britseh-Indië. Dat deze mannen onfeilbaar zijn, zal niemand bewaren, maar ook buiten Engeland is het een zeer ge woon verschijnsel, dat architecten, die een on sterfelijke straatdeur of een onsterfelijke kip penloop ontworpen hebben, groote minachting toonen voor de ezels, die geroepen zijn, do werken van rijk en gemeente uit te voeren. Wij zullen ons ertoe beperken de vraag te beantwoorden: waarom moet er een Charing- Cross-brug over de rivier worden gelegd, en waarom moet het Charing Cross-station naar den zuidelijken oever der rivier worden over gebracht Dit laatste woord niet letterlijk op te vatten Zelfs iemand, die nooit ln Londen geweest ls, maar een plattegrond van deze stad oezit. kan op deze vraag een antwoord geven Hij zal zien, dat Charing Cros3-station ligf tusschen de beroemde bruggen van Waterloo en West minster, ln welker zuidelijke verlengden wegen loopen die, met andere soortgelijke wegen samenkomen om en nabij de „Elephant and Castle", het voornaamste verkeerscentrum van Zuld-Londen. Van Charing Cross, dat het geographische middelpunt, de spil vormt van heel Groot- Londen, voert wel een spoorbrug met een weinig gebruikte voetgangersbrug over de rivier, doch geen brug voor het algemeene ver keer. Aan den Noordelijken oever bedraagt de afstand tussshen Waterloo- en Westmlnster- brug iets meer dan een mijl, en het voor bet Zuiden bestemde verkeer, dat van Charing Cross j-nad, Trafalgar square en de aangrenzende zeer drukke straten komt, moet dus langs hot Strand naar Waterloo-bridge of langs White hall naar Westminster bridge gedirigeerd worden. Dit is niet alleen tijdroovend; het heeft ook ten gevolge, dat de beide genoemde hoofdstraten, die uit den aard der zaak reeds meer dan levendig genoeg zijn, op sommige uren van den dag het tooneel worden van on ontwarbare verkeersopstoppingen. Dit geldt in het bijzonder voor liet Strand, dat smaller is dan Whitehall, terwijl bovendien Waterloo- bridge, door de onmiddellijke nabijheid van het gelijknamige station, dat een der gnot3te van Londen is, het meeste zware verkeer trekt. 125 personen ziek SAN FRANCISCO, 24 Februari. (R. O.) Meer dan 125 manschen worden behandeld wegens vergiftigingsverschijnselen pa een feestmaal ▼an het Leger des Heils. Van twintig hunner la de toestand critiek. Is Polen voor ons niet, die van muziek hou den, het land van Chopin vooral? Hij beeft ons verstaanbaar van zijn land gesproken, heeft ons de dingen en de gevoelens vandaar het meest tastbaar voor oogen gesteld. Méér dan de dichters van Polen, wier liederen wij niet verstaan, wier boeken ons gesloten blijven. De Poolsche schilders hieven ons onbekend, en van de Poolsche romanliteratuur ging eerst in de laatste jaren, eigenlijk eerst met den Nobel- prijsbekroonden Reynolds, een licht voor ons op. Maar Chopin heeft heel de vorige eeuw niet opgehouden, begrijpelijk voor ieder, van zijn land te spreken, van de liefde voor zijn land, van zijn weemoed en smart, van zijn hoop en verlangen: de liefde voor Polen en de smart om Polen. Méér dan het land der helden en martelaren, wier beelden bleek verschemeren tegen den bonten achtergrond, en wier gesties wij vaak zoo moeizaam begrijpen, daar zij in hun heroïsche beteekents zoo ver van ons af staan, is Polen voor den ontwikkelden West- Europeër het land van Chopin. Te Warschau denkt men ann hem. In de nabijheid der hoofdstad werd hij geboren. In Warschau kreeg hij zijn monument; en hier ook rust zijn hart. Hij had er twintig jaren van zijn leven, zijn roemvolle en gelukkige jeugd doorgebracht, toen hij zijn vaderland verliet ln 1830, om het nooit meer te betreden. Toen had Warschau hem gevormd tot den verfijnden aristocraat, die hij blijven zou op zijn kortston dig bestaan, tot den typischen vertegenwoordi ger dezer natie, waartoe hij als door louter toeval is gaan belmoren; want zijn vader was geboren in Lotharingen, te Marainville bij den Mont Sion; zijn voorouders waren met den Poolsclien koning Stanislas Lesczynsliï naar Nancy gekomen. Warschau heeft Chopin, bij den honderdsten verjaardag van zijn geboorte, in 1910. een stand beeld gegeven. Dit verrijst er ip de aaneenscha keling der groote parken, die vroeger koninklijk bezit vormden en er nu voor lederen wandelaar openstaan. Een groot grasveld, te midden van een haag van boomen, boschgroen; platte ban den met rozen begroeid om het grastapijt heen; tegen den groenen wand van het bosch het beeld. Een modern standbeeld, dat niet uit munt door eenvoud. Het heeft iets bijzonders willen uitdrukken, maar bevredigt niemand. Clmpin zit er luisterend, smartelijk ontroerd, ln zijn ziening weggerukt. Hij zit er naast een knoestigen wilg, waarvan de kroon bewogen wordt door den storm. Maar die boomkroon is meer dan bewogen! De denkbeeldige storm is zóó heftig, dat de takken van den boom in horizontale richting glad gestreken worden als een vlag, over het hoofd van den toondichter heen. Zelf zit hij recht en va3t, in zijn mantel gehuld. Die boom van brons tegen den achtergrond van het groene bosch! Een stille, sereene herfst avond, wanneer rondom alles onbewogen staat met reikende toppen en fijn-gespreide loovers, doet het valsche pathos van dit beeld wel dui delijk uitkomen. Wat de beeldhouwer zeker niet heeft willen uitdrukken, dringt zich hij dit beeld toch onweerstaanbaar op: hoe Chopin, wel méér dan één kunstenaar, door zijn tjjdgenooten en bet nageslacht verromanttseerd is. Daarvan zou een boek te schrijven zijn, zoo goed als dr. Scballenberg te Leiden een proefschrift aan bood om te bewijzen, dat de componist te zeer geleden heeft onder romantische interpretatie. Toen Heine hem eenmaal „de Rafaël van het klavier" genoemd had, moest liij beurteling de Ariel der muziek, en de Edgar Poe der har monie of de Shelly uit het rijk der tonen hee- ten; dan weer vergeleken met een sylphe, een luchtgeest, dan door zijn aanbiddende bewonde raars als „Gespenster-Chopin" betiteld. Zijn leven wordt als een roman beschreven en in 1905 voor de opera bewerkt, in het Theatre Sarah Bernhardt gsspeeld. Voor Portalès die naast andereu zijn biograaf werd, was hij niet anders dan een dichter, een zingzwaan. Zijn liefde voor George Sand, zijn ivoren tint die den teringlijder markeerde, zorgen voor het romantigch ijkmerk. Zijn vriend, de groote schilder Eugêne Delacroix maakt een fantas tisch beeld van hem dat als ln een heiligdom, en niet dan ln stilte, vereerd wordt, en de Poolsche schilder Siemlradzl geeft den jongen landgenoot in z'jn doek „Chopin bij Radziwill" ""n aureool van engelachtige schoonheid. Om dezen valsch romantischen commentaar wordt de ziekelijk vereerde voor ons, die ge zond en nuchter willen zijn, wel 's wat onaan genaam. Maar kon hij het helpen, dat hij gebo ren werd in dien tijd, die 'n vreugde vond in alle overdrijving? Het blijft altijd 'n voldoening voor de vereeerders va-n zijn kunst, te ontdek, ken dat Frederilt ln waarheid beter geweest is, dan de schijn die hem werd toegedicht. Zooals overal ter wereld, heeft Chopin nog altijd zijn vrienden ook te Warschau. Het mo derne Polen heeft hem plet vergeten, en eert hem ln gelijke mate als zijn dichterlijke heroën, en zijn helden met het zwaard. Paderewskl stelde zijn grootheid in bet licht ln een rede die beroemd bleef, en prins Cdie 't muziek leven der hoofdstad beheerscht als voorzitter der symphonische concerten te Warschau, heeft Chopins verheerlijking ter harte genomen. Wie te Warschau over Chopin wil hooren, gaat den prins spreken. De prins vertelt van zijn bemoeiingen om het geboortehuis van den toondichter om te vormen tot een museum. Het ligt zes mijlen van Warschau, te Wola. Hoe kom je er heen? Met den trein eerst, dan 'n heel stuk te voet; langs stoffigen weg, met boomen daarlangs en wijd gestrekte akkers, koren en aardappels. Daar ligt de woning nog, waar Frederik het levens licht zag. Eén deur die in een smal voorhuis leidt, met drie vertrekken daarnaast. Het ge bouw is witgekalkt en donker afgedekt. Met verweerde pannen, zonder verdieping. En alle kamers zijn leeg. Ook de omgeving is weg, bet kasteel en het park, waartoe deze „depen dance" behoorde. Hier leefde Nikolaas Chopin, zoolang hij gouverneur was van de kasteel kinderen. Maar in het jaar van Frederiks ge boorte, verhuisde vader Chopin naar War schau, om er Fransche lessen te geven in de hoofdstad en er zijn huis open te stellen voor de leergierige jeugd. En daarmee werd Fre derik 'n kind van Warschap, waar hij zijn eer ste optreden op achtjarigen leeftijd, spoedig de lieveling werd der gelieele aristocratie. Wat bleef Wola aldus voor hem? Hij nam er geen herinnering van mede. Hij zag het later, zooals hij de mooie omgeving van Krakau bezocht, en de landschappen zag in de buurt der kasteelen waar hij gastvrijheid genoot: als een stuk van het gebeeie land, maar niet als het landschap zijner jeugd- De gTOQte wereldstad werd hem aldus tot de eigenlijke bakermat. Zijn muziek mist dan ook een beschrijvend karakter, waarin het landschap van Polen zou leven. Zij draagt aileen maar een sterk folkloristisch element En zij vertolkt des meesters liefde en lijden, zijn weemoed om Polen en zijn verlangen, zijn hoop, van hem die een strijdbare held voor zijn land had willen wezen, doch alleen zijn ele gische zanger werd. Het was geen blzondere verdienste van Chopin, dat hij van Polen hield. Iedere Pool houdt van zijn land met een diepe hartstochte lijke en offervaardige liefde. Die vaderlands liefde ls hem bijna religieus. Door het geloof aan het toekomstig herstel van den vrijen Staat, kreeg dit patriottisme zijn opperste wij. ding. Het was „een hartstochtelijk geloof aan een groote, wereldhistorische roeping van het Poolsche volk". Dit geloof belijdt Chopin ook zelf in een brief aan zijn vriend Fontana, wanneer hij letterlijk schrijft; „Het zal niet afloopen zonder schrikkelijke gebeurtenissen; aan het eind echter van dat alles draagt iets schitte. rends, grootsch, kortom Polen." Eu dat is het; deze man, die een Europeesche beroemdheid werd, heeft van Polen gehouden en voor zijn land getuigd in zijn kunst. Hij heeft een openbaring gegeven van het volks karakter van dit land in zijn mannelijke polo- nai.ses en zijn vrouwelijke mazurka's, wier rhythmen kloppen op bet rhythme van zijn eigen, voor Polen brandend hart. Wel klaagde hij tijdens zijn leven, toen de vrijheid verloren ging: „Ik kan niets dan vol vertwijfeling klagen op mijn instrument." Maar wat bij deed, was genoeg; het was trouwens veel meer, dan dat hij zelf zijn land trouw bleef. Zijn stem droeg den naam vau Polen met eere door Europa, en ln zijn muziek leefde het voort, nadat zijn vij anden het vermoord hadden. Zooals Chopin zelf op twintigjarigen leeftijd zijn land verla ten had. dragend in zijn handen een zilveren beker, gevuld met aarde aarde van den hei ligen moedergrond zoo droeg zijn muziek op de vleugels van haar weenende melodieën, de ziel van dit land, dat niet sterven kon. Voor de zwervende Poolsche bannelingen was het een bestendige opwekking, een aangrijpend „memento". Alles wat destijds contrabande was in Polen zelf, de liefde voor het land en zijn tradities, de vertrouwde klanken van zijn volks leven, de kleur zijner folklore, de droom zijner heerlijkheid en de magie van zijn varleden, droeg Chopin als in zijn mantel mee, toen hij Polen verliet voor goed, om dit alles in den melodischen wind zijner muziek over de we reld uit te strooien. Zoo werd hij tevens een stem, die tot het geweten van Europa sprak. Die stem sprak van rouw en smart, van ver ontwaardiging, maar ook van hoop en van liefde, van toewijding vooral. En daar Chopin gezongen heeft op zijn klavier van 't land zijner geboorte, heeft Europa niet kunnen vergeten dat er hoe de kaart van de wereld ook anders getuigde nog altijd een Polen was, dat leefde in hoop, dat beminde in smart, en niet zou ondergaan. Hoe hij ook dwaalde door de wereld, in het wereldsche verstrikt, als dandy, als minnaar, moede vóór zijn tijd en eenzaam in zijn ziekte Pool was hij gebleven, en Polen trouw. In Schotland schrijft hij jn zijn dagboek, met een pen, die in zijn vingeren beeft, onder het voorgevodi van het naderend einde: „Polen, arm land, zingend en wesneud, mijn hart be hoort U: het zal rusten ln Uw aarde, die het met haar zachte geuren zal zuiveren; rusten, eindelijk Daarom is ook Chopins geboorteplek het nieuwe Polen, een gewijde plaats, en zal zij als zoodanig in eere hersteld en bewaard worden. Maar de aangehaalde woorden zelf worden als een testament beschouwd; en na zijn dood eischte Polen het lichamelijk hart van zijn troubadour op, om het in Warschau plechtig bij te zetten en 'taldus op Poolschen bodem te be waren. Niet in de kathedraal zelf, maar in een der év. - andere groote kerken, in het centrum van de hoofdstad, rust het hart van Chopin. Daar werd het ingemetseld in een der eerste grooto zuilen bij den ingang. Een gedenkplaat van zwart marmer wijst de plaats aan, en draagt zijn beeltenis In medaillon. Op zijn sterfbed met God verzoend, rust dit afgejaagde en af getobde hart hier in Gods vrede. Men ver baast er zich over, dit monument' hier te vin den zonder praal, waar de Poolsche kerk zoc tuk is op pracht en pronk. Ook zóó, zonder op hef en luidruchtigheid. Moet men er immers niet oplettend zoeken, om het tusschen de andere gedenktafels te vinden?... Maar onder het Russisch bestuur deed Polen niet wat liet wilde, en was het volk er zelfs niet baas iu zijn kerken. Het kon al blij zijn, dat het Cho pins hart bezitten mocht, en wegsluiten in der. schemer van een katholiek heiligdom, ook zón der flakkerende fakkels en den daver van dreunende dithyramben. Maar nu Polen vrij is, eischt het vrije land zijn kinderen op, die stierven in de verstrooi ing en de ballingschap. Sienkiewicz, de groote romanschrijver, vond zijn rustplaats in de crypte der kathedraal, waar zijn Ujksteen schuil gaat onder een berg van kransen. De groote nationale dichters der Polen deelen hun eeuwigen slaap met dien van Polens groote helden en koningen ln de koningsgroeven te Krakau, waarheen zij gedragen worden op de schouders van generaals, daar zij zelf ook geestelijke aanvoarders en bevelhebbers ge weest waren. En nu vraagt het Poolsche voik om het gebeente van Chopin, die zijn zanger was en die met zijn kunst en zijn roem staat voor de -dichterlijke grootheid van dit volk. Bij het sobere monument van het hart van Chopin zeg 'k thans dit sympathieke volk vaar wel. Als er iets is, dat ons vreemdelingen drijven kan tot dezen vreemden bodem, dan is H ij het, die daarvan gezongen heeft, zoo meesleepend-ontroerend: in 't melodisch spoor zijner tonen dreef er mijn eigen verlangen heen. Zeide Oscar Wilde niet, dat zijn muziek je schreien doet over zonden die je niet bedreef Zoo doet ze ja vooraf al houden van een land waarvan je nog geen glimp gezien hebt, en de taal niet eens verstaat. Dat is het geheim van de kunst van Chopin eu de magie zijner per soonlijkheid. In ieder die mot muziek gelukki kan zijn, heeft hij een vonk gelegd, die Uit slaat tot een klaren brand onder den adem van dit volk zelf en den wind zijner wijde luchten. Nu ligt dit hart hier stil na den storm zij lier zorgen, angsten en vertwijfelingen, stil lu den vrede Gods en de rust der eeuwigheid, na den storm die over Polen woei en voorbij ging En het werd licht. En met een innige ontroering zeg-je op deze plaats, in de gewijde rust, tot dit slapend hart; hoe het niet vergeefs heeft geklopt en niet vergeefs heeft gehoopt: daar Polen nu vrij is, bevrijd van zijn tyrannea, weer zich zelf en zelfstandig, krachtig groeiend in vrede lievendheid en arbeidsdrang; en hoe het in allen roem en grootheid blijven zal wat bet tot nu toe voor de wereld geweest ls: het land van Chopin. Van onzen correspondent) LONDEN, 18 Februari 1930 DJS BVBOHTRViyB MIROV bJJ Krakau, uit het land van Chopin Tien weken geleden publiceerde Lord Boa ver- biook zijn oproep voor een Empire Frèe Trade Crusade, Daarvoor had hij bijna een half jaar lang grootscha propaganda gemaakt voor zijn denkbeeld. Tot nu toe hebben tweehonderd duizend mannen en vrouwen zich als lid laten inschrijven. Tweehonderdduizend menschen is heel veel, wanneer men hen in een wachthuisje van de tram bij elkaar ziet, maar 't is heel weinig, wanneer men hen verdeeld over Engeland, M ales, Schotland en Noord Ierland. Tweehonderdduizend is vooral heel weinig wanneer men in aanmerking neemt, welk een overweldigende en langdurige campagne lord Beaverbrook beeft moeten voeren om hen bijeen to krijgen. In overleg met zijn collega's heeft lord Beaverbrook besloten, dat van heden af de 200.000 zich constitueeren zullen tot een nieuwe partij, de United Empire Partij, „die door alle binnen haar bereik zijnde middelen zal pogen de duidelijke beginselen, welke de „Empire Crusade" beoogde, voor de kiezers te brengen en te verwezenlijken, zonder belemmerd te wor. den door die taktische overwegingen en tem. perende besluiten, welke op het oogenhlik de Britsche politiek verlammen". In een over drie kolom breedte gedrukte pro clamatie in de „Daily Express" schetst Lord Beaverbrook een beeld van de tegenwerking, die hij ondervonden heeft van de bestaande partijen. „Voor eenmaal hebben de hoofden der oude politieke machines conservatief, liberaal en labour iets uitgevonden, waarover zij het eens kunnen zijn; de noodzakelijkheid een nieuw denkbeeld eruit te stampen. Mr. Snowden heeft zijn hoon uitgestort. Mr. Lloyd George heeft zich met al zijn oor logskleuren ingesmeed en eenige van zijn meest komische bokkesprongen uitgevoerd. Mr. Baldwin kijkt den anderen kant uit, terwijl eenige van zijn luitenants razen, bedrei gingen uiten tegen allen die het wagen te ge- looven in de economische eenheid van het Rijk. De gebeurtenissen der laatste weken hebben duidelijk doen uitkomen dat geen van de be staande politieke partijen groot genoeg is om de lier van Rijksvrijhandel in haar geheel te om vatten, om plaats te bieden aan de menigte menschen en vrouwen, gerecruteerd uit alle politieke partijen en geloovend, gelijk ik en mijn collega's gelooven, dat in deze politiek, en in deze politiek alléén, niet slechts een on middellijk en afdoend geneesmiddel voor onze huidige industrieele kwalen gevonden kan worden, maar dat zij ook een zekeren weg biedt naar grooteren en duurzamen voorspoed voor Groot-Brittannië en ieder deel van het Britsche rijk. Ik word gedwongen tot de conclusie, dat de overheerachende invloed in iedere bestaande partij is de liefde voor compromis en de cul tus van doelmatigheid, en dat de Empire Crusade geheel vrij moet zijn van eiken baud met de bes-taande partijen, zoodat zij aan de kiezers de politiek kunnen voorstellen, waarvan wij gelooven dat zij noodzakelijk is voor de redding des lands". Ergo: een nieuwe partij, de United Empire Partij, wordt gesticht, Zij ie gevestigd op een rots, schrijft de „Express" in een hoofdartikel. Zij moet succes hebben. Zij kan en zal niet geschokt worden door de stormen van spot- en haat, welke van dit uur af, tegen haar zullen woeden". Enzoo- voorts. De heele Rothermere pers doet met de Beaverbrook pers tr.ee. Wanneer een van de Rothermere bladen een prijsraadsel uitschrijft, met welker oplossing duizend, twee duizend of meer pond te verdienen zijn, dan komen er in enkele weken tijds van minstens tweehonderd- duizend lezers oplossingen in. Die twee krantenkoningen hebben tezamen eenige millioenen lezers. Twee honderdduizend leden is dus niet véél voor de nieuwe partij, die onder de auspiciën van lord Beaverbrook, en niet de hooge goedkeuring van lord Rothermere, voorbereid en gepropageerd ls. En cijfers spelen een overwegende rol in de politiek. Het denkbeeld van lord Beaverbrook, ook in den sterk gewijzigden vorm, welke in den loop der maanden eraan gegeven moest worden, is mooi en nationaal. Wanneer het nog zoo her zien wordt, dat het ook voor de dominions aan nemelijk wordt, zal het voor verwezenlijking vatbaar zijn. Maar indien de conservatieve partijleiding rijksvrijbandel niet in haar pro gram opneemt, dan heeft zij hiervoor goede re denen. De voornaamste daarvan is niet dat een aantal Invloedrijke conservatieven tegenstan ders zijn van economisch imperialisme, maar dat een meerderheid, «n waarschijnlijk een sterke meerderheid der Britsche kiezers anti. protectionistisch Die meerderheid kan on. gelijk hebben, maar. zoolang zij door do minder heid die dan gelijk zou hebben niet vol doende opgevoed is in de waarheid, kan geen groote politieke partij die waarheid tot haar verkiezingsleus maken. De conservatieve partij is principieel vóór bescherming der Britsche industrie en voor preferentieels behandeling der dominions en koloniën, maar alleen wan neer zij erin slaagt haar materieele en moreele positie onder de kiezers aanzienlijk te ver. sterken kan zij zonder vrees voor een partij catastrofe een protectionistisch stelsel in dezen of genen vorm aan het land voorleggen. In 1924 kregen de conservatieven een zeer sterke meerderheid, maar zij dankten die meer. derheid niet aan het positieve vertrouwen der kiezers in hun program, doch aan hun positief wantrouwen tegen het beleid van het eerste labour-kabinet. Wanneer de conservatieven in 1924, evenals een jaar daarvoor met een preferentieel tarief, stelsel voor de kiezers getreden waren, zouden zij misschien verslagen zijn geworden, of op z'n best een kleine meerderheid gekregen heb ben, dank zij den stemmen van kiezers, die anti-socialistisch waren zonder pro-conserva tief te zijn. Gean der Engelscbe partijen verkeert in een benijdenswaardige positie, geen barer is mate rieel in staat den stembusstrijd te voeren op grond van een volledig principieel program. De partij, die dit wagen zou, zou gevaar loopen verpletterd te worden. Dit geldt voor de labour partij; het geldt in dezelfde mate voor de con servatieven. Alleen door een strenge discipline kan de conservatieve partij haar gezag zóó zeer her stellen, dat zij met haar eigen program, en niet met een compromis-program, voor den dag kan komen. Niemand heeft die discipline zoozeer ondermijnd als lord Rothermere, en diens boud. genoot is geweest lord Beaverbrook. Deze twee lords zijn de „bazen", de auto craten van hun reusachtige krantenondernemin gen. Die ondernemingen zijn tot bloei gekomen door een journalistieke discipline, zóó straf, dat menig journalist van talent er zijn individu aliteit in verloor. Maar de belde lords, die zoo voortreffelijk discipline weten af te dwingen, -eistaan niets van de edeler en moeilijker kunst zich aan discipline te onderwerpen. Zij denken, dat zij buiten hun krantenbureaux oók maar behoeven te bevelen om gehoorzaamd te worden. Warneer een redacteur zich niet voegt naar de grillen van lord Beaverbrook of lord Rother mere, of wanneer hij niet dweept met datgen© waarmee lord Beaverbrook of lord Rothermere dwepen, dan wordt hij uitgenoodigd naar een ander „baantje" oni te zien. Maar dit is natuurlijk niet de manier, waarop men tegen mr. Baldwin kan optreden. De beide lords hebben voor den bloei hunner machtige volksbladen onnoemelijk veel te dan ken aan de blinde loyauteit hunner medewer kers. Geen der beide lords beeft het zóó ver kunnen brengen dat zij ooit loyaal gehandeld hebben tegen hen, die in de conservatieve partij hun meerderen ztfn. Huiselijke twisten komen in de beste, zelfs in vorstelijke families voor PARIJS, Februari. (B.T.A.) Heel Monaco is^ in beweging gekomen in verband met het feit, dat prinses Charlotte van Monaco het plan zou hebben zich van haar echtgenoot, den vroegeren graaf De Polignac, te laten scheiden De prins voelt vcor een scheiding niets, voor namelijk is hij hiertegen gek;uit, naar men zegt omdat hij dan zijn rechten op den troon zou verliezen. MONACO, 23 Februari. (B.T.A.) Wegens ds jongste gebeurtenissen heeft prins Pierre Mo naco verlaten. Hij heeft zijn kinderen, prinses Antoinette en prins Rainer, toevertrouwd aai) de zorgen van de hertogin van Vendome te Cannes. Bandiet doet een aanslag op een echtpaar LISSABON, 24 Februari. (N. T. A.) In bet plaatsje Borba drong een bandiet binnen bij een handwerksman, onder voorwendsel, dat hij werk zocht. I-Iij loste verschillende schoten op hom en sloeg de vrouw, die haar man te hulp snelde, met een bijl. Hierna wierp hij zich weer op den zwaargewonde, die in hopeloozen toe stand jraaur een ziekenhuis gebracht werd. Ds moordenaar ls ontsnapt. Een lezing van I)r. de Waele te Rome Van onzen li-correspondent.) Dezer dagen heeft Dr. F. J.de Waele, lector in de klassieke archeologie aan de Nijmeeg;.:ho Universiteit, voor de studenten van de Katho lieke Universiteit van het Heilig Hart te Mi laan, en kort daarop voor de leden van de Asso ciazione Archeologica Romana te Rome een lezing met lichtbeelden gehouden over de resul taten der jongste opgravingen v»>i het oude Corinthe. Wij geven hier een kort verslag van hetgeen we hoorden ia de stemmige vergaderzaaj der Romeinsche vereeniging. Dr. De Waele heeft er, na een hartelijk wel komstwoord van den voorzitter, voor een groot getal toehoorders gesproken over de beroemde Grleksche stad aan de azuren zee. Zijn toehoor ders zouden nog talrijker zijn geweest, indien niet op denzelfden avond Prof. Lupl een be- lougrijke lezing had gehouden over Sabaratha. Do Nijmeegsche geleerde heeft in een uitste kend Italiaansch, over welks vermeende ge brekkigheid hij zich waarlijk niet behoefde te verontschuldigen, op enthousiaste wijze ver teld over wat er tot dusver door de Ameri- kaanscho School te Athene is verricht, om het oude Corinthe weder het levenslicht te doen aanschouwen. Eu blijkens zijn mededeeüngen ia er beei wat gevonden, dat eeuwen lang in den grond verborgen was, maar thans de weten schap in staat zal stellen, veel te verklaren, wat er ten aanzien van het oude Corinthe nog onverklaarbaar is. We kregen eerst een interessant overzicht van Corinthe's geschiedenis. Men weet, welk een belangrijke rol Corinthe heeft gespeeld, vooral ln de tijden van Kypselos en Periander, dus in de vierde en vijfde eeuw vóór Christus Dr. De Waele heriunerde er aan, hoe Corinthe na Athene, de belangrijkste stad van Grieken land was. Ze stichtte Korfoe en Syracuse. Als handelsstad beheerschte ze den handel tusschen het Oosten en het Westen. De zeeën, rond Grie kenland waren vaak stormachtig en de Pelepon- nesos kon daardoor lang de brug tusschen dit Oosten en dit Westen zijn. De veelbewogen historie der stad vermeldt een reeks verwoestingen, die van 146 voor Christus, die In de derde eeuw na Christus en die van Alarik en de Gothen, in 395 na Christus, welke verwoesting de antieke geschiedenis af sloot. We kennen het oude Corinthe eenlgszlns door beschrijvingen, o.a. van Pindaros en van den Griekschen reiziger Pausanas, die ln de tweede eeuw do eerste „Baedeker" vdn Griekenland samenstelde. Dan weten we, dat Paulus in de stad van Aphrodite het Christendom predikte, nadat hij het kort tevoren op den Aeropagus van Athene had verkondigd. Toen heerschten de Romeinen er, die onder Caesar en Augustus een nieuw Corinthe heb ben gebouwd, inplaats van het oude, dat ze hadden verwoest, omdat het hun als handels stad steeds een doorn in het oog was geweest. Na de Romeinen kwamen Byzantijnen, Noor mannen, Venetianen en Turken. Maar het Corinthe, dat thans onze belangstel ling trekt, is het Grieksch-Romeinsche Corinthe met zijn trotschen Acracorinthus, wiens ballin gen thans als herders rondzwerven. Van dit Corinthe is, sinds de eerste opgravin gen werden verricht, door den nestor, FFof. Dörpfeld en door den Griekschen archeoloog, Skias, reeds het een en ander te voorschijn ge bracht. Een definitief begin werd in 1896 door de Amerikaansche School voor Archeologie te Athene gemaakt. Na een stilstand, tengevolge van den wereldoorlog, werden de opgravingen ln 1925 Intensief hervat. De resultaten hiervan toonde Dr. de Waele door een serie fraaie lichtbeelden. Allereerst liet hij een plattegrond van de op gravingen zien, met de Christelijke basiliek, den monumentalen ingaug van de markt (agora), den Lechaionweg, de fontein Peirene, den tempel van Apollo en het odeum, het the ater. Daarna een lichtbeeld van den Lechaionweg, met zijn overblijfselen van winkels, goten en trottoirs. Interessant was de reconstructie van de agore; den monumentalen Ingang de >.g. faqadé der slechten en den tempel van Apollo, met de Christelijke basiliek op den achtergrond. Door deze reconstructie konden de aanwezigen zich een denkbeeld vormen van het eens zoo Imposante centrum van Corinthe. Het lichtbeeld van de fontein van Peirene gaf een goeden kijk op het oorspronkelijke bouwwerk en liet tevens zien, hoe het veran derd en verbouwd werd, terwijl dat van de overblijfselen van Apollo's tempel een beeld gaf van vergane glorie, maar tevens een indruk van oude schoonheid, die naast vele andere overbekende Grieksche overblijfselen mag wor den genoemd. D® belangrijke foto's van het theater geven een uitstekend overzicht. Dr. De Waele vertelde, dat dit theater twintig-duizend bezoekers kon bevatten. Hij wees tevens op de verschillende, duidelijk zichtbare wijzigingen die het in den loop der tijden heeft ondergaan en hij besprak voorts oen aantal gevonden opschriften. Er zijn tijdens de opgravingen waardevolle vondsten gedaan, zooals b.v. de prachtige Sappho en de niet minder fraaie Artemis. De Sappho werd in het orkest van het odeum ge vonden, Naar de afbeelding te oordeelen, ls het een op de meesterwerken der oudheid geïnspi reerd kunststuk. De Artemis, waaraan hoofd en armen ontbraken, is vermoedelijk een copie, maar een buitengewone copie van een bronzen voorbeeld. Bijzonder belangwekkend waren de mozaïe ken, zooals -b.v. die vau den herder, welke in een Romeinsche villa gevonden werd. Dit mo- zaiek is van een bijzondere gedurfdheid eu weiil- schen zwier, terwijl de voorstelling merkwaar dige overeenkomst heeft met lietover bekende schilderij van Paulïw PotterDoch er valt overigens nog gelijkenis te constateeren, In enkele onderèeelen, met andere klassieke kunstwerken. Om kort te gaan, de te Corinthe gevonden mozaïeken zijn van een ongemeene schoonheid en kunstvaardigheid. Na nog afbeeldingen van enkele andere vond sten getoond te hebben, deelde Dr. De Waele mede, dat er te Corinthe In totaal meer dan driehonderd bijzondere stukken zijn gevonden en dat uit meer dan twee honderd graven eenige duizenden Corintlsche vazen te voorschijn zijn gekomen. Deze vazen waren tot dusver in Grie kenland en Italië gevonden, maar thans heeft men er een hoeveelheid bijeen, die van zeer groot belang is. Over enkele jaren, aldus de geleerde spreker, zullen we misschien met ze kerheid den oorsprong en de ontwikkeling ken nen van de kunstperiodes, die we de Joniscbe, Dorische en Corintische noemen. Zijn voordracht werd door de aanwezigen met groote aandacht aangehoord eu aan het slot beloonde het k'eurgezelscteap deskundigen, dat bet auditorium van de AuBoolazione Arche ologica Romana ronat. Dr. De Waele met een hartelijk applaot.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1930 | | pagina 10