Schoone zielen Pyama voor jongens van 13 jaar o\°o<§ eenige zomevmodellen Wat zullen wij koken De spiegel Merkwaardige huwelijksgebruiken kêhide of nieuwe stijl? VRIJDAG 25 JULI 1930 y W\ fit y IV. OP VERZOEK L- Het schild der vrouw! „Niet ieder kan iets buitengewoons verrichten, maar ieder kan het gewone in een buitengewonen geest vol brengen." (Booker-Washington). Niemand zal wel zonder medelijden en te genzin lezen, hoe keizer Augustus den dood inging. Toen deze machtige heer-cher bemerkte, dat zijn einde naderde* aldus verhaalt romeinsch geschied.chrijver, Suetonius vroeg hij om een gladgepolijste zilveren plaat, die in de oudheid a's spiegel dienst deed. Lang en aandachtig beschouwde hij zich in dit blinkend metaal, kamde daarna zorgvul dig z'n weelderigen haartooi in sierlijke, gol vende krullen en vroeg toen aan de rijksgroo- ten, die rond zijn stralend praalbed stonden: „Nietwaar, ik heb toch de komedie van het leven goed gespeeld? Nu, applaudisseer dan en laat het scherm vallen!" Wat een armzalige, erbarmelijke opvatting bij dezen roemrijken heiden, over levenswaarde en levensdoel des menschen! En toch, het wil mij voorkomen, dat dit hst levensdogma van velen is, die, hoewel zij zich christenen noemen, zich toch geen re kenschap geven van den ontzettenden ernst de-s levens en de groote verantwoordelijkheid van de jeugdjaren. Het beste en vruchtbaar:te protest tegen zulk een treurige levensopvatting is een blij vende en duurzame overwinning van alle mid delmatigheid en halfheid; een doelbewust streven naar de hocge lichte toppen der ziele- schoonheid, stap voor stap, iederen dag, ge trouw in het kleine, telkens weer het „gewone" „buitengewoon" doende. Stiptheid! Een schijnbaar onbeduidend woerd en toch een woord dat een som van plichten en eisehen, een rijk van grenzenlooze mogelijkheden insluit, om het karakter te vor men en den wil te stalen! „Stiptheid is de hoffelijkheid der koningen," heet een bekend spreekwoord. En inderdaad, stiptheid heeft iets koninklijks aan zich, om dat zij een koninklijke heerschappij uitoefent over het leven. Stiptheid is de dagelijks geopende school om bij ontelbare gelegenheden de hoogste levens kunst aan te leeren, n.l. wilskracht en karak tersterkte, die den mensch maken, niet enkel tot koning der schepping, maar ook tot koning der menschen. StiDtheid is nauwgezetheid in het kleine, is het buitengewone in het gewone! Het spreekt vanzelf, dat men zich deze groote opvoedende kracht niet eigen maakt zonder edelen offergeest. Stiptheid betrachten heet zich bij alle voor vallen des levens, ook bij de geringste, met alle geweld boven alle toevalligheden verheffen; zich gedurig in den heeten strijd tusschen plicht en gemakzucht overwinnaar weten; tegenover het „ik wil niet" van onze trage natuur, het onverbiddelijk „gij moet en zult" van ons hooger plichtsgevoel stellen. Alleen sterke karakters hebben den moed om ln leder voorval des levens plicht te stel len boven toeval. Koevele zwakke naturen laten zich steeds door toeval en omstandighe den beheerschen, gelijkend- op een argeloos kind, dat zich telkens weer van zijn plan iaat weglokken, door iedere bonte bloem, die het kinderoog boeit langs den weg*; door ieder veeikleurigen vlinder, die in haar rijke kleu renpracht het kinderhart bekoort. Stiptheid is de hoffelijkheid der koningen! Wat een koningschap oefent zy uit op het leven met al zün grillige omstandigheden en onbegrensde toevalligheden Hier zou men met Schillers „Bürgschaft" in herinnering kunnen brengen en er op wijzen, dat voor hem, die werkelijk stipt wil zijn, alle verontschuldigingen wegvallen. Voor den stipte geldt het spreekwoord: waar een wil is, is ook een weg. De berekenende stiptheid zal altijd de noodige speelruimte open houden voor onvoor ziene verhindering en de kunst verstaan, om zich van ernstige verplichtingen, waardoor de stiptheid in het gedrang zou komen, vooraf te kwijten. Waar een wil is, daar is ook een weg! Een sterke wil laat zich door geen toevalligheden of onvoorziene omstandigheden, door geen veelkleurige bloemen of bonte vlinders verlok ken zijn hoogen plicht te vervullen. Deze on overwinnelijke kracht van den wil in alle om standigheden en wisselvalligheden des levens en de daaruit voor den mensch voortvloeiende verantwoordelijkheid schildert ons Dante er gens aldus in zijn „Paradiso". HU ontmoet in een lagdte sfeer van het paradijs keizerin Constance, die als non uit het klooster geroofd en door haar vader tot het huwelijk gedwongen werd. Dante vraagt verwonderd aan Beatrice, hoe het komt, dat deze edele ziel niet in den bovensten kring vertoeft. Hij krijgt ten ant woord: „ofschoon wij het „overweldiging" noe men, wanneer de gedwongene het met dengene die hem dwingt, in 't geheel niet eens is, zün deze zielen door den op haar uitgeoefenden dwang toch niet geheel en al verontschuldigd. Want de wil lean niet onderdrukt worden hü is als vuur, dat telkens weer opvlamt, al onderdrukt het geweld het duizendmaal. Slechts wanneer do ziel een tijd lang of voor goed toegeeft, raakt zij in de macht van het booze: dat nu hebben deze zielen gedaan." Stiptheid Ss de hoffelijkheid der koningen! Wie in alles stiptheid betracht, verdient de bewondering als een overwinnaar, die gelau werd uit den strijd keert! HU is een held en draagt in zich een heldenziel! Kunnen daarom de toekomst en de ernst van het latere beroep den rijpenden man een wijzer woord toeroepen dan dit; wees stipt in alles; stipt in uw dagtaak, in uw gegeven woord; wees stipt in uw spel en ontspanning, in alle omstandigheden des levens! Zeker, dat kost moeite, vraagt offers. Maar wie in den herfst op -oogst rekent, moet zich 1 de mceite getroosten in de lente te zaaien. Wie een meester wil werden, moet voor de offers van den leertijd niet terugschrikken. Wie triumfen wil behalen, moet den strijd niet schuwen. Wie iets groots wil bereiken, moet het kleine niet versmaden. Niet ieder kan iets buitengewoons verrich ten, maar ieder kan het gewone buitengewoon volbrengen Alkmaar. C. VIS, Rector. Benoodigd: 6 el pyamaflanel, 2 el pyama- band, 4 knoopen. Alvorens tot het teekenen van het patroon over te gaan, meet ge even of de heupwijdte ong. 92 c.M. is. Tevens maak ik de lezeressen er even op opmerkzaam, dat ge, indien ge een patroon vraagt voor een bepaalden leeftyd, even een enkele maat als heupwUdte en lengte bijvoegt, daar dit bij kinderen van eenzelfden leeftUd soms zoo verschillend kan met een één c.M. breeden naad uit. Nu kunt ge schouder-, zU- en mouwnaden, benevens den achtemaad van de broek met een plat ten naad verbinden; van den voornaad stikt ge pl.m. 8 c.M. dicht. Het resteerende ge deelte is voor het split. Hiervoor zet ge linies een stukje tegen, dat na afwerking 3 c.M. breed is, terwUl ge rechts een stukje aanstikt van gelijke breedte. Dan kan men ook den kruisnaad (pijpen) met een platten naad verbinden, waarna ge bovenaan een 3 c.M. zijn. Ge maakt deze pyama van gestreepte flanel of zephir. Men teekent het patroon op de aangegeven maten, waarna ge het op de vaste lünen uitknipt en zóó op de stof legt, dat ge onder aan de jas, aan de beide voer- kanten en aan de mouwen een 3 c.M. breeden soom bij kunt knippen. Verder knipt ge alles breeden zoom instikt, waardoor later het pyamaband wordt gehaald. Onderaan de pij pen maakt ge een 4 c.M. breeden zoom in naar den goeden kant, waarna ge dezen met een A c.M. naad langs stikt. Ook de beide mouwen worden op dezelfde manier afge werkt. Aan da beid? voorkanten van het jasje OVERNEMING UIT DEZE RUBRIEK ZONDER TOESTEMMING VERBODEN 55 J> Ook de altijd wisselende mode heeft haar komkcmmertUd. De groote magazijnen houden zomeropruiming, de modebladen brengen nog geen nieuws, want de ParU'sche couturiers laten nog geen glimpje van de kc-mende wintermode zien. Wie dus nog een nieuw toiletje noodig heeft, zal zich moeten tevreden stellen met de modellen van het begin v.h. zomerseizoen. Dat er nog wel iets aardigs bij deze collectie te vinden is, bewyzen de bUgaande costumes. Fig. 5552 kunnen we nemen van effen stof of van 'n stofje met 'n klein regelmatig dessin. De drievoudige zoom van 't bolero'tje, die ook terugkeert aan het heupstuk, geelt het 'toiletje dat vlugge jeugdige cachet, evenals het platte kraagje met de groote das. Wij kunnen er een voudig 'n wit blousje zonder mouwen onder dragen, daar wij toch het bolerojakje niet zoo gauw uit zullen laten. Fig. 5551 is niet zoo jeugdig, maar dan ook iets meer gekleed. De loshangende mantel, die in 't geheel geen sluiting of kraag heeft, is geheel omgeschulpt, evenals de voornaden van den rok, die tegen elkaar aan vallen. De ge bloemde corsage Is met punten aan het effen rokje gezet. Een kleine jabot sluit aan bU de w-vormige halsuitsnU'dlng. Fig. 5579 is een eenvoudig patroon voor ge bloemde stof. Een glad schouderstuk eindigt van voren in een gestrikte das; twee klok- vormige volants vormen het rokje. Meer ver siering hebben wij by zoo'n drukke stof meestal niet noodig. POLA. Hoe is de spiegel ontstaan? Dat is een heel eigenaardige geschiedenis, welke allen en voor al de vrouwen belang moet inboezemen. In zeer lang vervlogen tijden, en nog vroe ger dan toen Thetis de wapenrusting en het kostbare schild van naar neldenzoon, Achilles, bU Hephaïtis bestelde, leefde er een dappere en hooggeëerde vorst, die de schrik was zijner vU- anden, wanneer hü op zyn strydkar kwam aangestormd. Op zekeren dag gebeurde net, dat hij onver wacht van een naburigen vorst het verzoek kreeg hem onverwUld ter hulp te komtn, daar vyanden zün land waren binnengedrongen. De held liet Ulings zijn strijdwagen inspannen, ver zamelde zijn krügslieden en liet zich d-> wape nen aangorden. Zijn schild was echter nergens te vinden, hoe men ook zocht Angstig renden de slaven van het eene vertrek naar het an dere, bevend voor den toorn van den vorst, maar het schild werd niet gevonden. Het werd een uiterst penibele toestand, want de eer van den krijgsman was er mede gemoeid. HU kon van den stryd niet wegblüven, maar even onmogelyk was het zonder schild ten strijde te trekken. Niet wetende wat te doen, liep de vo st naar zün gemalin, om te zien of zij hem raad zou kunnen geven. Hij had reeds meermalen ondervonden, dat vrouwelijke raad uitkomst had gebracht. Toen hü de deur van haar vertrek opende, bleef hü als aan den grond vastgenageld staan! De schoone vorstin zat daar midden in het vertrek, omringd van hare slavinnen, die haar tooiden met ringen en kettingen, Maar vóór haar stond.... het schild van den krijgsman, dat de beeltenis der vrouw geheel en duideiyk weerkaatste, De vorst bleef eerst perplex staan; toen gloeide hevige toorn in hem op. Deze was ech ter niet bestand tegen het uefelük beeld, dat hem aanschouwde, en reeds minder streng klonk zijn vraag, dan hü haar eerst hac willen doen klinken: „V/ie heeft hier mün schild heengebracht om het door allerlei vrouwelijke beuzeiarü te ontwijden?" Met neergeslagen oogen en heel zacht spre kend bekende de schoone vorstin haar gebieder, dat zij reeds lang geleden, toen zü bem eens het schild had afgenomen, bemerkt had, dat haar beeld daar veel helderder ln werd weer kaatst dan in het water van de beek. dat door den wind zoo gemakkelijk gerimpeld werd. Van dien gelukkigen dag had zij zich herhaaldelijk in het schild bekeken en het ten laatste ge bruikt by het maken van naar toilet. Zy had ontdekt, dat zij, met het schild voor zich, dat haar ten voeten uit weerkaatste, veel beter aan de vrouwen kon aangeven, noe zy haar moesten optooien, wanneer zy zoo mooi mogelijk voor haar echtgenoot wilde verschijnen. Zü had het enkel gedaan om haar gemaal beter te behagen. Als zij, onwetend, er iets verkeerds mee had gedaan, of iets dat hem in moeiiyk- heden zou brengen, dan vroeg zü hem nederig vergiffenis. De vorst gaf haar die gaarne, greep haastig het schild en spoedde zich naar het tooneel van den kryg. Nauwelijks was ny als overwinnaar terug gekeerd, of hy liet een tweede 6child maken, dat de beeltenis van zün gemalin nog veel grooter en duidelyker weerspiegelde Dit mocht zü in haar vertrekken behouden, zoodat hü nooit meer in ongelegenheid zou geraken, wan neer hü ten strijde moest gaan. Het gebeurde was spoedig wü'd en zijd be kend en er was geen krygsman meer, die zeker was van zün schild, zoodat ieder aan zyn vrouw een tweede schild als spiegel ten ge schenke moest geven. Eerst later kwamen de spiegels van glas in gebruik. Maar glas of niet, de spiegel Is altyd een wapen voor de vrouw geoleven, een schild, dat zy gebruikt als trouw wapen, teneinde zoo mooi mogelük voor den dag te komen. K. In Britsch-Indië bestaan nog vele typische gebruiken en wetten. Zoo bestaat er een wet onder de Indische kasten, die verbiedt, dat een jongere dochter eener familie in het nu- welük zal treden, alvorens de oudste dochter een man heeft gevonden. Nu kan het toch voorkomen, dat de jongste dochter eerder een bewonderaar krygt, die haar huwen wil, dan het oudere met«Je. Ten einde de jongere dochter nu toch te kunnen laten trouwen, wordt van een list gebruik ge maakt, waardoor de wet vervuld en tegelyker- tyd ontdoken wordt. De oudste dochter wordt ook uitgehuwelükt, doch niet aan een persoon, maar aan een boom of 'n bloem. Daarmee ls aan de wet, vol gens Indische begrippen, voldaan. J. stikt ge een 5 c.M. breeden zoom in, waarna ge onderaan een 4 c.M. breeden zoom in maakt. Het rechte kraagje, dat ge 38 c.M. lang en 18 cJH. breed knipt, wordt aan de zijkanten dichtgestikt en op de jas gestikt, precies tot midden voet-, 3 c.M. blüft dus aan beide züden over, waarna men hier een knipje geeft, den inslag naar binnen toe slaat en tegen elkaar innaait. Bü het inzetten der mouw neemt ge den naad 3 c.M. meer naar voren dan den zynaad van het jasje. De mouw stikt ge op het jasje over. De zakken, welke ge 18 c.M. lang en 15 c.M. breed knipt, voorziet ge aan den bovenkant van een 3 c.M. breeden zoom, waarna ge ze op de ja6 stikt, De knoopsgaten maakt ge in de linkerhelft, op 13 c.M. af- stands van elkaar, waarna ge aan den an deren kant de knoopen aanzet. DINY, KERSEN EN BESSEN 'n Fijne tüd i5 't toch maar als er volop aardbeien zyn en bessen en kersen! Daar profitqeren we altyd goed van. Me man zegt altijd: beter naar den bakker dan naar den dokter, zegt ie en Ik' vind: je ken beter wat geld uitgeven voor fruit dan voor drankies uit de apotheek. Aardbeien op de boterham of bessen die we goed afwasschen en dan 's avonds, as we ge zellig bü mekaar zitten afrissen, om ze met suiker weg te zetten tot den volgenden dag. dat vinden we allemaal even heerlijk. Voor 's Zondags of met 'n verjaardag of zoo, geef ik ook wellis bessen met slagroom. Die roer ik der dan pas op 't laatste oogenblik doorheen, anders blüft de kleur niet mooi. De bessen moeten te voren in de suiker zijn gezet. Ook leg ik den room der wellis boven op en dan garneer ik den schotel met wat mooie bessentakjes. Bessen met kersen door mekaar gestoofd, i3 nog lekkerder dan kersen alleen. Die twee soorten vruchten komen best bü mekaar en as ik kersenjam maak, dan doe ik ter altijd wat bessen bij, jam van kersen alleen is lastig styf te krijgen en daar helpen de aalbessen dan weer bü. Voor kersenjam neem ik 6 ons suiker op 2 pond kersen, het sap van 'n citroen en dan wat bessensap of bessen. Aalbessengelei heb ik natuurlijk ook ge maakt. 't Komt 'n beetje duurder uit dan jam van pruimen of zoo, omdat je enkel 't sap van de vruchten gebruikt, maar dan heb je ook wat fijns. Je hebt er niet zoo veel werk aan as 't lijkt, want de bessen hoeven alleen maar flink gewasschen en uitgezocht te worden. Je hoeft ze niet af te rissen. Het heele zaakje gaat in de pan tot 't sap goed los komt en dan moet 't door 'n doek uitdruipen, 'n Om gekeerde stoel op de aanrecht, 'n doek tusschen de pqoten gebonden en 'n kom daaronder om 't sap op te vangen en klaar is Keesje. Die geschiedenis laat ik dan 'n heelen nacht kalmpjes staan en den volgenden ochtend wordt 't sap gekookt met hetzelfde gewicht aan suiker, Telkens afschuimen om de gelei mooi helder rood te krijgen. Bessensap maak Ik zoo: ik laat de bessen eerst koken en uitdruipen, net als voor de gelei. Het sap doe ik dan in gezwavelde flesschen, doe er uitgekookte kurken op en lak die dicht. De overgebleven bessen, waar Ik 't nat niet heb uitgewrongen, kook ik dan nog eens op met 'n beetje water, laat weer uitlekken en wring 't sap uit den doek. Dat sap is dan heel geschikt om 't eerst gebruikt te worden, want je kan het niet zoo lang bewaren als het andere. Kerscnvla maak ik van 1 ons poedersuiker, geroerd met 3 eierdooiers tot ze schuimig zyn. Daar komt dan nog 'n scheutje room bü en dat roer ik op het vuur tot 't gaat binden maar 't mag niet koken. Dat gaat dan over de kersen, die ik eerst ontpit heb, in een glazen schaaltje en dat garneer ik dan nog met 'n stuk of wat kersen. Kersen met kruisbessen, samengestoofd met suiker, zijn fijn om in 'n vuurvast schoteltje te doen met 'n laagje styf geklopt eiwit er over heen en dan in den oven zetten om er 'n bruin korstje op te krijgen. Ik neem daar twee maal zoo veel kersen voor als kruisbessen. Vruchtensla van aardbeien, kersen en plak jes bananen, goed door mekaar geroerd, is een heerlijk schoteltje. Kersen met rabarber en suiker tot moes ge kookt is ook iets fyns en frisscher dan enkel kersen. Frambozenkoekjes. Weet u wat ik wel is maak van frambozen? 'n Soort beignets. Ik maak eerst 'n beilagje van 'n kopje vol ge zeefde bloem,' een half kopje water, i thee lepeltje bakpoeder, 1 theelepeltje zout en drie eieren. Van de eieren hou ik het wit apart om stijf te kloppen. De rest gaat door mekaar. Dan druk ik de gewasschen frambozen door me paardenharen zeef tot ik twee kopjes vol heb. Die puree kluts ik dan flink, roer ze door het beslag met 't stijf geklopte eiwit en daar bak ik dan mooie bruine balletjes van in kokend frituurvet. Ik laat ze na het bakken uitdruipen en bestrooi ze met poedersuiker. Rauwe worteltjes, fijn geraspt met 'n beetje oitroensap en suiker er door is lekker en ge zond en goedkoop op de boterham. Onze kin deren zün der dol op. ADRIANA KNUIST—POLLEPEL Dit praatje met teekeningen is bedoeld om aan te toonen, hoe dezelfde kamer een geheel verschillenden aanblik zal geven, wanneer men haar aankleedt met twee sterk contrasteerende stijlen. De een houdt van den nieuwen, de an der van den ouden stijl. Op onze teekeningen zien we dezelfde kamer op twee verschillende manieren gemeubileerd. BU aanschaffing kan het u een idee geven welken stül u wilt kiezen. Niet alleen het meu belwerk zelf geeft de kamer zoo'n verschillenden aanblik, maar ook de onderdeden (stoffeering), gordünen, lampen en vloerbedekking, en de schikking der onderdeelen. gordijnen zijn van effen ongeglansde sits, ln een kleur, welke het meest overheerschend is in het behangsel. Tusschen de vensterbank en de plint, of tegen een vlakken muur tegenover het raam, is een spiegel geplaatst, welke een illusie van meer ruimte aan de kamer geeft. Het meubelwerk is genomen van beukenhout, streng eenvoudig van lijn. Buffet en tafels zyn practisch door de vakken, waarin we porselein en tydschriften kunnen bergen. Op den schoorsteenmantel staat een ontwerp van een dier van crème gebarsten aardewerk. De verlichting werkt mede om een mooi mo- fi'iM-j-mviiy 00 OS De muren van de kamer in een ouden stijl gemeubileerd, zün gewaterverfd ln een zacht gele kleur. De verf van het houtwerk kan een tint donkerder genomen worden. De vloer is bedekt met een beige bruin-harig karpet. De gordünen zyn van sits of züden damast, met een ouderwetsch bloem-patroon. We kunnen een licht-blauwen, of goud-gelen onder grond kiezen, dit harmonieert uitstekend met de meubels van vroeger, de val kan geschulpt zijn of uitgesneden. Boven den schoorstfén komt een schildery met een lyst te hangen, welke geheel bü het Interieur past, en die geflankeerd wordt door twee vergulde wand-kandelaars. De arrangeering van zoo'n kamer ls voornaam, deftig, en doet toch aangenaam aan, omdat men over het algemeen houdt van een weinigje excentriciteit, en dit verkrygt men juist door toepassing van ouderwetsch meubelwerk. De moderne kamer heeft muren, welke be dekt zün met een van die afwaschbare behang- sel-papieren, welke in vele soorten en prachtige patronen verkrügbaar zyn. De geschilderde of geoliede grond is bedekt met ee» effen tapijt in strakke patronen. De dern geheel te verkrijgen. Men vindt in ver schillende hoeken der kamer licht, benevens een hanglamp en een leeslamp op de tafel. Dit licht geeft een warmen gezelligen aanblik, want de moderne verlichting is sierlyk en het al te scherpe licht, dat uitgestraald wordt uit dé bolletjes, wordt weggewerkt; achter zacht gekleurd albast of melkglas. Men moet by het inrichten serieus te werk gaan; waar smaak ontbreekt, wende men zich tot een expert op dat gebied. Men kan het best eerst inlichtingen inwinnen, want hoe vaak g®" beurt het niet, dat men alle styien door elkaar haspelt, en dit ls zeer leelük, en onsmaakvol. Heeft men nieuwe meubels noodig, ln een reeds gedeeltelük ingerichte kamer, overleg dan, wat er het best by past, maar kies geen modern buffet bü uw stoelen en geheele aankleedins in ouden stijl, want dat past niet, en iedereen met een weinig kennis en smaak op meubel- gebied, die uw kamer binnentreedt zal dit direct ontwaren. Even dient nog gezegd te worden- dat, wat de meesten niet vermoeden, het m°" derne kamerinterieur minder kost dan n» ouderwetsche Interieur. ANEMOOJfc

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1930 | | pagina 10