CAPITOLA.
Eerw. broeders van 0.
i. Vrouw van Lourdes
FEUILLETON
BRAND OP DE „SUMATRA"
RK. STEENZETTERS EN E.M.0.S
DINSDAG 29 JULI 1930
Tengevolge van een lek in de
olieleiding
„En hij, de rijke stierf ais
een arme"
DE VIERING VAN
Dongen in feestgewaad
HET EEUWFEEST
HET KLOOSTER OP DEN
NEBOBERG
AUTO TEGEN EEN TELEFOON
PAAL
VAN EEN VRACHTAUTO GEVALLEN
DOODELIJK MOTOR ONGELUK
BRAND IN EEN SCHIP
STEUN NOODZAKELIJK
DE SCHADE WAARSCHIJNLIJK GROOT
Het repareeren zal vermoedelijk geruimen tijd
in beslag nemen
PANAROEKAN, 26 Juli. (ANETA). H. M.'s
kruiser „Sumatra" heeft verschillende snel
heidsproeven gemaakt over de gemeten mijl,
waarvan het resultaat tot-dus-ver zeer bevre
digend is geweest. Echter ontstond een lekkage
in de leiding van de speciale verbrandings-olie,
waarvan gebruik wordt gemaakt voor het be
reiken van groote snelheden. Als gevolg van
deze lekkage geraakte de medegenomen hoe
veelheid van deze olie uitgeput. In verband
daarmede heeft de „Sumatra" ter reede van
Panaroekan het anker uitgeworpen.
BATAVIA, 27 Juli. (ANETA). De volle
krachtsproef van Hr. Ms. Kruiser Sumatra,
welk schip een langdurige reparatie op het
Marine-etablissement te Soerabaja heeft onder
gaan, verliep met zeer gunstig resultaat. Na
afloop daarvan stoomde het schip naar Soera
baja op, toen in den nacht van 26 op 27 Juli
brand uitbrak in ketelruim nr. Ill tengevolge
van de bovenvermelde lekkage in de olielei-
ding. Hedenmorgen om vijf uur nam de brand
zulke afmetingen aan dat het noodig werd ge
oordeeld noodseinen te geven. Om 6 uur 40 v.m.
wa3 men het vuur in zooverre meester, dat het
gevaar geweken was, terwijl in den namiddag
van dien dag het gelukte den brand geheel te
blusschen. Gevaar voor het schip zelf bestaat
er niet; de geleden schade kan echter nog niet
worden vastgesteld, ofschoon deze waarschijn
lijk groot zal zijn. Persoonlijke ongelukken kwa
men gelukkig niet voor. Hr. Ms. Krakatau en
een andere oorlogsbodem begeleiden Hr. Ms.
Sumatra naar de reede van Soerabaja. De kans
dat Hr. Ms. Sumatra de reis naar Australië zal
kunnen ondernemen is gering, omdat de re
paratie vermoedelijk geruimen tijd zal in beslag
nemen.
MGR. DR. ARIENS GEëERD
Gedenkteeken onthuld op zijn graf
Zondagavond is op het R. K. Kerkhof te
Maarssen een gedenkteeken onthuld op het
graf van Mgr. dr. A. Ariëns, een eerbiedige
hulde van zijn oud-parochianen.
Na een kort Lof in de parochiekerk, trok een
groote stoet naar het op ongeveer tien minuten
afstand gelegen stille kerkhof.
Onder de zeer talrijke aanwezigen, die zich
daar op de paden langs de grafzerken hadden
verzameld, waren volgens de M. M. o.m. Mgr.
Sloet, van Abcoude, de Hoogeerw. heer Pieck
deken van Breukelen, de oud-kapelaans van
Maarssen, pastoor R. Peters te Rijssen en W.
de Jong, thans kapelaan te Amersfoort. Van de
burgerlijke autoriteiten was o.m. aanwezig de
burgemeester van Maarssen en MaarsseveeD,
de heer Eggink.
Allereerst werd het woord gevoerd door den
tegenwoordigen pastoor van Maarssen den
Zeereerw. heer Rientjes, die, naar aanleiding
van de spreuk: „Gelukkig eem volk, dat zijn
groote mannen eert'', namens 't comité van op
richting alle aanwezigen hartelijk welkom
heette en oprecht dankte voor de getoonde
groote belangstelling.
Het woord werd vervolgens gevoerd door den
heer J. G. Suring, lid van de Tweede Kamer,
die 't werk van pastoor Ariëns schetste en ver
volgens namens de parochie het monument aan
het kerkbestuur overdroeg.
Tweede spr. was pastoor dr. Van Koeverden.
Het weldoen was In dr. Ariëns' oogen eeu
genade Gods, zei spr. en hij, de rijke, stierf
als een arme, en rust thans in een gekregen
kist en in een gekregen graf. Maar dat gTaf
zal dan ook heerlijk zijn. Eert zijn nagedach
tenis door zijn voorbeeld te volgen, dan zal
pastoor Ariëns thans onze voorspreker en wel
doener zijn.
Pastoor Rientjes dankte de beide sprekers,
bracht hulde aan den kunstenaar, die het monu
ment vervaardigde, en noodigde uit tot het bid
den van vijf Onze Vaders en Wees Gegroet en
voor de zielerust van den overledene.
De plechtigheid was daarmede geëindigd.
Het gedenkteeken is ruim een meter hoog en
80 h 90 c.M. breed. Het is uitgevoerd in marmer
en bevat in brons den prachtig weergegeven
kop van den grooten doctor. Heit werk is van
Eloy Brom ea bevat als eenig opschrift: Ariëns,
priester.
W. A. BECK.
Te 's Hage is op 66-jarigen leeftijd over
leden de gep. dirigeerend officier van gezond
heid 1ste kl. van het leger in Ned. India, W.
A Beck.
PONTIFICALE HOOGMIS DOOR
Z. D. H. DEN BISSCHOP
VAN BREDA
Een Koninklijke onderscheiding
Dongen, 28 Juli 1930.
Te Dongen in N.-Brabant waar de Nederland-
sche Provincie van de Congregatie der Broe
ders van O. L. Vr. van Lourdes haar hoofdzetel
heeft werd gisteren het eeuwgetij gevierd der
stichting die ook in ons land reeds gedurende
tal van jaren haar zegenrijken arbeid verricht.
In stilte en nederigheid hebben de Broeders
van O. L. Vr. van Lourdes hun opofferende
liefde betoond bij de verpleging van arme
krankzinnigen en zenuwpatiënten; met toewij
ding en energie hebben zij öok in veie plaat
sen van ons land scholen opgericht voor de
jeugd en zich daardoor een naam verworven
als onderwijzers en paedagogen. Geen wonder,
dat het honderdjarig bestaan van de Congre
gatie die ook het aanzien van katholiek Neder
land zoozeer heeft verhoogd niet onopgemerkt
kon voorbijgaan. Geen wonder, dat daarom
gisteren aan de Broeders van O. L. Vr. van
Lourdes op onvergetelijke wijze hulde en dank
is gebracht.
De gemeente Dongen, die het voorrecht ge
niet het Moederhuis te bezitten van de Neder-
landsche Provincie der Congregatie is daarin
voorgegaan. Alom wapperden de feestvlagger
van de huizen, doch dit openbaar eerbetoon
werd nog overstemd door den luister, waarmee
het overweldigend gebouwen-complex der Con
gregatie was versierd. Hier waren „meesters"
der decoratieve kunst aan het werk geweest,
die als in. een climax gangen en zalen in feest
dos hadden gestoken, waarvan de schitterende
kapel het hoogtepunt moest vormen.
Terwijl op Zondagavond de eeuwtijviering
was Ingezet met een plechtig Lof, gecelebreerd
door den deken van Dongen, den zeereerw.
heer J. A. B. Batenburg en een concert aange
boden door de Kon. Harmonie, „Musis Sacrum"
en de zangvereeniging „Wilhelmina" te Don
gen ving de groote jubeldag aan met een Pon
tificale Hoogmis.
PONTIFICALE H. MIS
De bisschop van het Bredasche Diocees Z.
D. H. Mgr. P. Hopmans wilde zelf den hoog-
sten luister aan het leest bijzetten door als
Prins der Kerk In groot ornaat het jubiteerend
huis te betreden en bij zijn opgang naar het
altaar de in de kapel neergeknielde Broeders
en genoodigden te zegenen. Indrukwekkend was
de komst van den kerkvorst onder den jubelen-
den zang: Ecce sacerdos van het koor der Broe
ders en kweekelingen. Grootscher en ontroeren
der was intusschen het opdragen van het Pon
tificaal H. Officie.
In het priesterkoor was de abt der St. Bene-
dictusabdij te Achel de hoogeerw. pater dr.
Dom Columbanus Tewes gezeten, terwijl zich
onder de Broeders der Communiteit hadden ge
schaard: de hoogeerw. Broeder-Generaal der
Congregatie van het Moederhuis te Oostacker
in België met twee der leden van het Hoofd
bestuur en Provinciaal overste van Nederland
den z.eerw. Broeder Chrysostomus. Verder wa
ren al de succursaalhuizen der Congregatie in
Nederland vertegenwoordigd, met eenige der
aan de verschillende stichtingen verbonden ge-
neesheeren, rectoren en oudrectoren, benevens
het Dagelijksch Bestuur der gemeente Dongen
en deputaties van het College van Godshulzen
te 's-Bosdh en van de weeshuizen en sanatoria,
waaraan de Congregatie der Broeders van O.
L. Vr. van. Lourdes de verpleging is opgedra
gen.
Nadat met de moeilijk te beschrijven schoon
heid der Bisschopsmis dank was gebracht aan
God voor de zegeningen, die aan de Congregatie
gedurende haar hojrderjarig bestaan werden
geschonken, en nadat Monseigneur wederom op
plechtige wijze was uitgeleide gedaan had in
den refter van Huize Overdenk een gezamen
lijk ontbijt plaats, waarbij terstond een opge
wekte toon heersohte nu zooveel oude vrienden
en bekenden er elkander ontmoetten. Aan de
gastvrije tafel der Broeders werd alle eer aan
gedaan, totdat het uur was aangebroken waar
op de officleele herdenkingsbijeenkomst moest
plaats hebben.
FEESTVERGADERING
In de stijlvol versierde gymnastiekzaal „St.
Gerardus Majella" kwamen de honderden ge
noodigden in feestvergadering bijeen. De eere
plaats werd Ingenomen door den Bisschop van
Breda met aan zijn zijde den Generaal Overste
der Congregatie en den Abt der Achelsche kluis
Zoodra allen gezeten waren nam de zeereerw.
heer A. van Osta rector van het Sanatorium
Overdonk het woord om namens het bestuur
der Congregatie de gasten te begroeten.
Rector van Osta richtte zich op de eerste
plaats tot den bisschop en betuigde aller vreug
de over diens komst. Ook de Generaal Overste
der Congregatie en de Abt der Trappisten van
Achel werden in het bijzonder verwelkomd.
In hartelijke woorden huldigde spreker de
Congregatie en haar werk.
Op dit welkomstwoord en hulde aan de Con
gregatie der Broeders van O. L. Vr. van Lour
des gebracht, volgde de uitvoering van een
eeuwfeestcantate door gemengd koor met be
geleiding van piano, harmonium en orkest.
Het was een feestdicht van Broeder Caje-
tanus, getoonzet door Broeder Samuel beiden
van de Kweekschool te Dongen,
Met veel entrain werd deze cantate, die meer
was dan een gelegenheidstoondiebt uitgevoerd,
Toespraak Mgr. Hopmans
Na deze cantate stond Mgr. Hopmans op om
zijn gelukwensohen te uiten. Gaarne, zeide Mgr.,
heb ik gehoor gegeven aan de nitnoodiging en
maak ik de woorden van den psalmist tot do
mijne „Venite jubilemus et exsultemus in Deo
Domino nostro". Want werkelijk na e -e hon
derd jaren is er reden om te juichen en als wij
nagaan, wat er In die eeuw is tot stand geko
men, dan moeten wij dankbaar opzien naar den
Hemel. Gesticht door een eenvoudig priester,
wiens hart brandde van liefde tot God en den
evenmensch, is de roemrijke Congregatie tot
stand gekomen, zooals de dichter in het feest
lied zegt: „Een need'rig zaaier naar Gods wil".
De kleine gezaaide korrel is opgegroeid tot een
reuzen boom,
Na vervolgens dank te hebben gebracht aan
God, die den wasdom gaf, zeide Mgr. ook woor.
den van lof te willen uitspreken tot de velen,
die in Gods hand willige werktuigen zijn ge
weest: voor het hoofdbestuur der Congregatie,
voor den generaal-overste in het bijzonder en
voor Broeder-Provinciaal. Bloeit de congregatie
in België, niet minder bloeit zij in Nederland;
en dat danken wij aan Broeder-Provinciaal, die
werkkracht bezit en die vooruit wil, tot eer
van God en tot heil der zielen. (Applaus).
Na hierop ook zijn dank tot alle broeders te
hebben uitgebreid, eindigde Mgr. met de hoop
uit te spreken, dat God niet zal ophouden Zijn
rijken zegen te schenken en dat Maria de con
gregatie mag blijven besehermen tot heil van
geheel Nederland. (Langdurig applaus.)
FEESTGAVE DER BURGERIJ
Door den burgemeester van Dongen, den heer
J. L. Switzar, werd de congregatie hierop
namens het gemeentebestuur en namens de in
gezetenen van Dongen gecomplimenteerd. Spr.
bracht hulde en dank voor al hetgeen de Broe
ders in het bijzonder voor Dongen zijn geweest
en nog steeds zijn en bood als blijk van dank
bare erkenning als feestgave der Dongensche
bevolking een geschenk onder couvert aan, dat
naar men vertrouwt zal worden bestemd voor
het altaar in het nieuw te stichten noviciaat.
Koninklijke onderscheiding
Tenslotte zeide de burgemeester, zich wen
dende tot Broeder Provinciaal, (Broeder Chry
sostomus, in de wereld J. J. v. Yperen, geboren
te Berchem): op mij rust nog de vereeremde
taak, uitvoering te geven aan een mij van
wege de Regeering geworden opdracht. Ver-
eerend is die taak, omdat mij de eer is ge
geven u het tastbare bewijs te kunnen toonen,
dat de Regeering den arbeid der Broeders van
O. L. V. van Lourdes erkent en hoogelijk waar
deert. Het heeft H. M. de Koningin behaagd
U, Broeder Provinciaal, te benoemen tot Offi
cier in de Orde van Oranje Nassau. (Lang
durige toejuiching). Moge het Officierskruis,
besloot spr., jaren uwe borst sieren en voor u
en uwe medebroeders levendig houden de her
innering aan de Koninklijke hulde uwe congre
gatie bij dit eeuwfeest gebracht.
Hierop volgde nog een groote rij van spre
kers, die om strijd hulde brachten aan de jubi-
leerende congregatie en Broeder Provinciaal
met de onderscheiding gelukwenschten.
Deken J. Batenburg sprak namens de geeste
lijkheid van Dongen, de heer Tilman namens
het Ooilege der Godshuizen te 's-Hertogenbosch,
de heer Bertels namens het R. K. Armbestuur
te Delft; dr. Janssen, direoteur-geneseheer van
„Voorburg" te Vught namens den geneeskun
digen dienst, Dr. Barnhorn, directeur-genees
heer van het St. Willibrordus-gesticht te Heiloo
sloot zich hij de woorden van dr. Janssen aan,
terwijl verder nog het woord voerden de heer
H. Brouwer, «Is voorzitter der Oudersvereeni-
ging te Den Haag, Deken Franken uit Valkens-
waard, de heer Kermis namens den oud-weezen-
bond „St. Joseph" te 's-Hertogenbosch, de heer
v. d. Bosch leeraar aan de kweekschool te Don
gen namens de onderwijzers die aan de Con
gregatie zijn verbonden en da heer J. Kouse-
macker namens de juvenisten.
DANKWOORDEN
Broeder Provinciaal beantwoordde de spre
kers en zeide gelukkig en blij te zijn te mogen
'bedanken namens de congregatie. Spr. dankte
eerst Mgr. voor zijn betoonde liefde en hoog
achting en voor de hooge gunst door aan dit
jubileum luister hij te zetten door een Pontifi
cale H. Mis. Spr. dankte ook H. M. de Koningin
voor de hem verleende onderscheiding, die hij
beschouwde als erkenning der verdiensten aan
zijn Broeders. Tenslotte richtte spr. een woord
van dank tot allen, die hebben meegewerkt
om dit feest onvergetelijk voor de Congregatie
te doen zijn.
Het slotwoord werd gesproken door den Ge
neraal Overste, die een opwekking richtte tot
al de Broeders om ook in de toekomst getrouw
te zijn aan hun hooge roeping en met Gods
hulp de werken te volvoeren die hun worden
opgedragen.
De feestvergadering was hiermee geëindigd.
RECEPTIE
In een der zalen van Huize Overdonk had
hierop een receptie plaats, waar men individueel
aan het hoofdbestuur der jubileerende congre
gatie zijn gelukwensohen kon aanbieden.
's Avonds werd het feest met een plechtig
Lof gesloten.
Consecratie der kerk
Gisteren werd door Z. D. H. Mgr. A. F. Die
pen de plechtige kerkconsecratie verricht van
de kerk der Eerw. Paters Redemptoristen op
den berg Nebo bij Nijmegen.
Na de inwijdingsplechtigheid volgde de
H. Mis met pontificale assistentie.
Het H. Misoffer werd opgedragen door den
HoogEerw. Pater Wouters, provinciaal der Re
demptoristen-
Onder de aanwezigen waren o.a. d, architect
Jan Stuyt en de heer P. Gerrits. Het kerk
gebouw was gevuld met een groot aantal ge-
loovigen.
De gezangen werden gezongen door de scho-
Ia cantornm der studenten onder leiding van
pater Eijkemans.
DE NOORSCHE REIS DER KONINKLIJKE
FAMILIE
De Koningin en de Prinses woonden Zondag
te Oslo de godsdienstoefening bij. Het dejeuner
werd gebruikt bij het Noorsche Koningspaar,
waarbij ook de Kroonprins en zijn gemalin aan
zaten.
Gisteren is het Koninklijk Reisgezelschap
naar Kopenhagen vertrokken.
DE NIEUWE RIJKSWEG RIJSWIJK—
ROTTERDAM
De zijtak naar Delft van den nieuwen Rijks,
weg van de Hoornbrug naar Rotterdam is thans
gereed gekomen. Van een doorgaande verbin
ding met Rotterdam over den Oostsingel is
echter nog geen sprake, omdat er nog heel wat
werk moet worden verzet, eer het Zuidelijk deel
van den provincialen weg in orde is gebracht.
DE NAUTILUS IN JAN MAYENLAND
Da Nautilus is op Jan Mayenland aange
komen. Zaterdag heeft men op het graf van
Uutgert Jacobsz. en zijn zes makkers, die bij
de overwintering in April 1643 zijn omge
komen den gedenksteen geplaatst.
Het woord werd daarbij gevoerd door den
commandant van de Nautilus, kapitein-luite
nant ter zee H. J. van der Stad, en den heer
J. Siblnga Mulder, die als vertegenwoordiger
van het Kon. Aardrijkskundig Genootschap de
reis meemaakte.
S- DE REYDER. f
Op 65-jarlgen leeftijd is Zondag in het Roode
Kruis Ziekenhuis overleden de heer S. de Reij-
oer, amanuensis aan het Koninklijk Huis
archief te '8 Hage.
W. G. VAN HILTEN. t
Zondagochtend is te Utrecht op 56-jairigen leef
tijd de heer W. G. van Hilten, onder-voor
zitter der Utrechtsche afdeeling van den bond
van Schilderpatroons, overleden.
G. H. VAESSEN f
In den ouderdom van 49 jaar ls Zaterdag te
Maasbree overleden de heer G. H. Vaessen,
wethouder dier gemeente en Ud der Prov. Sta
ten van Limburg.
Ir. J. W. BLAAUW f
Gisternacht is te Lelde®, 47 jaar oud, over
leden, de heer J. W. Blaauw, Ingenieur bij de
stedelijke gasfabriek aldaar.
UIT HET KUIPERIJBEDRIJF
Te Maassluis
OVEREENSTEMMING TUSSCHEN
PARTIJEN BEREIKT
In de gisteren onder leiding van de® Rijks-
bemiddelaar, den heer H. A. van IJsselsteyn,
gehouden bespreking van de partijen, betrok
ken bij de staking in de machinale kuiperij van
den heer C. van Toor te Maassluis, werd vol
komen overeenstemming bereikt.
Het werk zal Woensdag worden hervat.
DE BESTUURDER GEDOOD
SEMARANG, 26 Juli (ANETA). Een auto be
stuurd door den heer Rickerk, adjunct-admi
nistrateur van de afdeeling3bank te Blitar,
botste bij Bojoali tegen een telefoonpaal op. De
heer Rickerk was op slag dood. De Kornet
werd zwaar gewond.
En levenloos opgenomen
Gistermiddag had in de Ghr. Huygenstraat
te Tilburg een doodeiijk ongeval plaats. Het
zevenjarig zoontje van den heer K. uit de Oer-
tesehastraat was op een vrachtauto van de
firma Stevens geklommen. In ee® onbewaakt
oogenblik viel het ventje van den auto en
geraakte daarbü onder een der achterwielen.
De knaap kreeg het wiel over het hoofd en
werd op slag gedood.
AUTOBOTSING
Het slachtoffer aan zijn lot overgelaten
De heer L. B. te Hillegertberg, reed Vrijdag
cp den dijk tusschen Twello en Deventer in
zijn auto toen van tegenovergestelde zijde een
auto in woeste vaart kwam aangereden. De
auto's kwamen in botsing waardoor de auto
van B. van den tien meter hoogen dijk kantelde.
De heer B. bekwam ernstige bloedende wonden
en moest in een ziekenhuis worden opgenomen.
De auto is geheel vernield. De bestuurder van
c.en anderen auto is kalm doorgereden en heeft
zich niets om het geval bekommerd.
De macht over het stuur verloren
Zondagmiddag had op de Macharensehestraat
ie Oss een motorongeluk plaats, dat weder een
uienschenleven kostte. De 2G-jarige H. v. Bal-
gooij, sedert kort in het bezit van een motor,
reed met een vaart van circa 70 K.M. in de
richting van Macharen. De ongelukkige schijnt
de macht over het stuur verloren te hebben en
is tegen een boom gereden. Door de vaart werd
de motor tegen een volgenden boom geslingerd.
Met ingedrukten schedel vond men v. B. onder
de motor. Nadat hü nog. van het H. Oliesel
was voorzien, gaf hij den geest. Per brancard
is het lijk naar het R. K. St. Annaziekenhuis
gebracht.
De ongelukkige laat eene vrouw en 2 jeugdige
kinderen achter.
Drie personen ernstig gewond
Gisterenavond te omstreeks 10 uur kwam
een der matrozen van het in de Vulkaanhaven
te Vlaardingen liggend Noorsch s.s. „SeiersLad"
in het matrozen logies, toen hij bemeTkte dat
het tusscbenschot van het matrozen- en sto-
kerslogie» vrij warm was.
Met behulp van eenige gewaarschuwde per
sonen, werd het tusschenschot opengehakt: het
bleek, dat het stokerslogles waarin zich vijf
personen bevonden i® lichte laaie stond. De per
sonen werden ei uit gehaald en een van hen
had levensgevaarlijke en twee andere ernstige
brandwonden hekomen.
Zij werden naar het ziekenhuis te Vlaardin
gen overgebracht
'De brand la vermoedelijk ontstaan door dat
een der personen, thans de meest ernstige
gewonde, met een brandende sigaret was naar
bed gegaan.
Door de beide drijvende brandspuiten van
het havenbedrijf Vlaardingen Oost werd de
brand gebluscht.
Het logies brandde geheel uit.
De uitgerukte brandweer van Vlaardingen
behoefde geen dienst te doen.
OVERREDEN EN GEDOOD
Zaterdagmiddag geraakte het S-jarig zoontje
van den landbouwer Elling te Kleindijk onder
een bierauto uit Emmen. Het knaapje is aan
de bekomen verwondingen overleden.
De strijd tusschen de R. K. Steenzetters e"
E.M.O.S. is nog lang niet geluwd. Integendeel
worden er door de syndicalisten voortdure"0
nog methodes uitgedacht om het den katb0"
Deken toch maar onmogelijk te make® wet"
te krijgen of werk te kunnen uitvoeren. Da'
E1M.O.S1 veel aandurft, is bovendien wel hie1"
uit gebleken, dat me® door tot besmet-vN'
klaring der steenen over te gaan, in oonfH0'
is gekomen met de Federatie van Bouwval''
arbeiders. En E.M.O.S. capituleert niet, ook 3
hebben de Federatiemannen laten weten, da'
zij van deze strijdmethode niet gediend zijn.
De E.M.O.S.-leden blijken al geen haar bet®»
dan hun broertjes in het sovjet-paradijs, di0
zich allee® slaande kunnen houden door
kleine minderheid met den knoet in de vu'9'
een millioenenvolk te terroriseereu.
Ongetwijfeld wordt het nu toch wel tijd, da'
tegen hot drijven van E.M.O.S. stelling word'
genomen. Het is toch werkelijk ongehoord, da'
een paar honderd mannen aan patroons- e"
werkliedenorganisaties van alle richting bi1"
wil opleggen.
Zijn de duizenden katholiek, christelijk
modern georganiseerd-en da® geen baas meer
eigen huis? En wat is van zulk een drijven b"'
einde?
Op dezelfde wijze, waarop E.M.O.S. thai"
het alléén-recht voor zich opeisoht wat betref'
het lossen van steenen, kan die organism10
straks ook gaan eischen en afdwingen, dat i
de bouwwerken, waarvoor zij steenen hebb«"
gelost, alleen arbeiders-metselaars, timmeri!"
den, schilders enz. worden te werk gesteld, d'0
hun richting zijn toegedaan. Het gaat zoo lario
zamerhand lijken op een imitatie der Stall"'
politiek. Dansen naar onzo pijpen of de boe1
moet maar kapot en de koppen in elkaar.
De moeilijkheden zijn groot De strijd '3
zwaar en vraagt offers. De aarheid ondervind'
veel stagnatie.. Het liggeld der schuiten loop'
op. Het vervoer eischt hoogere kosten. Er 1#
schade aan het materieel, aan rijwielen 60
kleeding.
Het eerst noodige is werk. Ze hebben he'
bij tijd en wijle. Maar ze moeten het ook hou de"
Laten wij dan ook hopen, dat de patroon"
hen in hun strijd willen steunen door hef
beste en krachtigste middel: werkverschaffing'
Voor hen moet het, dunkt ons, toch ook va#
belang zijn, dat er een eind komt aan het bou
wen can cellen, dat er oirde is en vrijheid i°
het bedrijf en dat het uit is met desympathie-
stakingen.
Maar daarnaast kunnen ook particulieren
hen steunen.
Allereerst natuurlijk de katholieke arbeiders*
beweging, welke zich zeker niet afzijdig zal
houden.
Het zou echter ook, niet zoozeer om het geld,
dat ze evenwel goed kunnen gebruiken, maaf
meer als sterkend en steunend blijk van mede
leven, zeer wenschelijk en goed zijn, indien
mede nit andere kringen en uit het land aan
deze actie werd deelgenomen.
Omdat het hier gaat om de kracht en bet
bestaansrecht eener katholieke organisatie, om
dat het voor de geheele Roomsche arbeiders
beweging zaak is, dat deze strijd wordt ga*
wonnen en eens en voor goed het onbetwistbaar
recht, dat deze katholieke arbeiders de gelegen
heid moeten hebben mistig en ongestoord hun
werk te verrichten, wekken wij er gaarne toe
op en dringen wij er met klem op aan, dat
me® goed nota neemt van en bijdragen stort
op het Rijksgiro-nummer van den R. K. BouW
vakarbeidersbond te Amsterdam of zijn bijdra
gen. opstuurt naar de 3e Hugo de Grootstraat
no. 7 te Amsterdam.
Het Rijksgironummer is: No. 55900. I
R. K. CENTRAAL BUREAU VOOR
ONDERWIJS EN OPVOEDING
Het tienjarig bestaan
Hoewel de dag van het tienjarig bestaan
van het R.K. Centraal bureau voor onderwij#
en opvoeding te Den Haag zonder eenige feeste
lijkheid passeerde en de werkzaamheden ge
woon voortgang hadden is hij toch niet onop
gemerkt voorbijgegaan.
De directeur, dr. Verhoeven droeg gisteren
morgen In de kapel een H. Mis va® dankbaar
heid op.
Het bureau mocht in den loop van den mor
gen tal van bloemstukken ontvangen, terwijl
de gelukwensohen nog steeds binnenstroomen.
Het personeel ontving van den directeur
een boekwerk te® geschenke.
HET NEDERL. ESKADER NAAR
ANTWERPEN
Het Nederlandsch eskader, dat ter gelegen
heid van de Nederlandsche week op de Inter
nationale Tentoonstelling te Antwerpen eeu be
zoek aan deze stad zal brengen, zal gecom
mandeerd worden door den Vice-Admiraal L-
J. Quant, die vergezeld zal worden door zijn
adjudant, den luitenant ter zee le klasse D-
C. M. Hetterschy.
Het eskader dat gisteren van Den Helder
vertrok, stoomde zoodanig, dat het Antwerpen i
heden Dinsdag 29 Juli 's morgens 10 uur kon
bereiken.
Naar het Engelsch van GRAY NICK
Vertaling van JAC. J. SCHOON
17)
O, dan blijf ik hier In elk geval wonen!
riep bet Jonge meisje met enthousiasme uit,
want niet is mij liever dan een zoo overoud
vertrek met zijn geschiedenis en sagen. Maar
vertel verder, mistress Codiment. U ziet wel,
dat ik brand van nieuwgierigheid.
De eerste bewoners van dit slot, verhaalde
de oude huishoudster, was een zekere Henri
Lenoir, die, zooals de overlevering zegt, een
afschuwelijk slecht m-snsch moet zijn geweest.
Door hem moet dit luik zijn gemaakt, dat hij
gebruikte om zich van de Indianen te ontdoen.
Hij had een naburige stam voorgeslagen, hem
een gedeelte der landerijen te verkoopen, die
hun eigendom waren. Het m per end eel der
Indianen was er voor. Zes hoofdlieden echter,
wide® niets van die afstand weten. En wat
doet nu de ellendeling? Hij geeft een groot
feest, op zijn plantage en noodigt zijn broeders
de Indianen, als zijn beste vrienden op dat
feest uirt. Zij nemen de uitnoodiging aan en nu
weet hij het zoo in te pikken, dat de zes hoofden
die zich tegen den afstand verzet hadden, op
het valluik plaats namen. Hij noodigde hen
nit, met hem den vredespijp te rooken en van
het oogenblik, dat zij de armen omhoog sterk
ten om hem vriendschap te zweren, heeft de
schurk gebruik gemaakt, om op gindsche ge
heime veer te drukken en op betzelfde oogen-
blik waren de zes hoofden verdwenen, om, de
hemel mag weten, in welken afgrond te storten.
Afschuwelijk! riep Capitola. En waar
denkt ge, dat die rampzaligen zijn beland?
Ik zeide u immers, miss, dat geen sterve
ling zulks weet! Men zegt, dat de afgrond
In verband staat met de heksenkloof, ofschoon
deze, in rechte lijn gemeten, meer dan zes
kilometer van het kasteel ligt Hoe het ook
zij, als dat gat niet bodemloos is, dan moet de
grond ervan met menschenbeenderen en sche
dels bezaaid zijn!
Het wordit hoe langer hoe akeliger! zeide
Capitola.
Misschien gevoelt ge geen lust meer, om
hier te slapen, miss? Dan dien ik nog spoedig
een andere kamer voor u in gereedheid te
brengen, doch ik zeide u reeds, dat dit beslist
de geschikste kamer voor u is.
Neen, neen, ik blijf hier. Bakersprookjes
sohrikken mij niet af. Ik heb in mijn leven te
veel werkelijke gevaren te doorstaan gehad,
dan dat ik mij voor zoo'n geheimzinnige kuil
bang zou maken. Alzoo zal in het vervolg deze
kamer de mijne zijn. Maar vertel mij eens,
mistress Codiment, is dez schurk aan de wraak
van den stam, waartoe zijn slachtoffers be
hoorden, ontkomen? Dart zou jammer zijn!
Ja, dart is hij. Nadat de zes hoofden spoor
loos verdwenen waren, was de kracht van den
stam gebroken. Na Lenoir's schandelijk ver
raad, was de tegenstand gebroken en trouwens,
niemand dorst zidh op hem wreken. Lenoir is
later gehuwd en hij heeft verscheidene kin
deren gehad. Langen tijd ging het hem goed,
doch toen zonen van de vermoord© opper
hoofden, die Lenoir's gruweldaad niet vergeten
waren, waren opgegroeid, overrompelde® zij op
zekeren nacht de plantage en vermoordden de
geheele familie, behalve den oudsten zoon, een
knaap van twaalf jaar, die toevallig kans zag
om te ontsnappen. Hij maakte alarm en de
soldaten van hert naburige fort snelden tor (hulp
juiat op het oogenblik, dat de roodhuiden ln
triomph hun krijgsdans om het branden huis
uitvoerden. De vader, moeder, broers en zusters
van den knaap waren vermoord en gescalpeerd
en door dit luik in de onbekende diepte ge
worpen.. De soldaten namen de indianen ge
vangen en bluschte® den brand,
O, welk een verschrikkelijke tijd, mom
pelde het jonge meisje.
Ja miss, en zooals ik u zeide, waaneer
deze afgrond niet bodemloos is en dat zal
toch wel niet het geval zijn, ofschoon som
migen het beweren dan ligt er op zfln bodem
een groot aantal geraamten!
Hu! dat le een allesbehalve aangename
gedachte!
Maar nog eens, beste miss, als u hier
liever niet blijven wilt, of ook maar het minste
bang zijt, den kunt u een andere kamer uit
kiezen!
Ik bang zijn? riep Capitola uit.En waarom?
Deze geraamte® aangenomen dat er wer
kelijk eenige beneden liggen kunnen mij
niets doe®. Ik vrees de dooden niet: ik vrees
alleen de levenden, en ook voor deze ben ik niet
buitengewoon benauwd, voegde zij erbij.
Nu, t Is mij wel, miss, zooals u verkiest!
Maar laat ons nu over letB anders spreken. U
beeft natuurlijk een kamermeisje noodig. Ik
zal Pitapart naar u toe sturen. Zij kan op een
stroozak in uw kamer slapen en dan is u niet
zoo geheel alleen.
En wie is Pitapat, waarde mistress Co
diment?
Pitapat, miss, is de jongste van onze hui»,
negerinnen. Ik had haar dien naam gegeven,
omdat zij als klei® meisje altijd van haar
moeder, die toe® keukenmeid op het kasteel
was, wegliep en naar mij toe kwam, waar Ik
haar dan op de trap steeds aan haar voetstap:
pita....part, pit....a....pat, kon hooren
aankomen.
Goed, stuur Pitapat maar bij me. Ik houd
zeer veel van gezelschap vooral van lieden
die ik weg kan zenden, als 't mij belieft
Zeer wel miss. Maar nu moet ik u opmer
ken, dat het tijd wordt, dat u het haar een
beetje in orde maakt en met mij naar beneden
gaat om thee te drinken, 't Is theetijd en,
zooals u wellicht reeds zult gemerkt hebben,
behoort de majoor nleit tot de geduldigsten.
Capitola streek een paar maal over haar
haar en volgde toe® de oude hulshoudster, die
haar weder door de lange gangen naar de
eetzaal bracht, waar reeds een voortreffelijk
avondmaal voor hert in den haard brandende
vuur, was opgediend.
De oude heer zat op haar te wachten. Hij
nam haar vriendelijk bij de hand en geleidde
haar naar tafel, waar hij haar aan het boven
einde een plaat3 aanwees, terwijl hijzelf in het
midden, tegenover het vuur ging zitten en
mistress Codiment den derden stoel Innam,
die aan het benedeneinde der tafel, links van
de® majoor stond.
Oom, begon Capitola met de deur in huis
vallend, wat is dart toch mert dat luik, dat zich
onder mijn kamer bevindt?
Hoe, riep de oude heer tamelijk verrast en
verbolgen ui;t, heeft mistress Codiment je juist
die kamer aangewezen?
Er was geen andere in gereedheid, veront
schuldigde de oude dame zich.
En bovendien bevalt ze mij uitstekend,
voegde Capitola' erbij.
Hm, hm, bromde de majoor, die er niet
bijster over gesticht was.
Nu oom, vertel mij eens, wat zit er omder
dart luik? vroeg het meisje.
Hm.... waarachtig, ik weet heit zelf niet.
Naar men mij verteld heeft moet het een oude
kelder zijn, die door vochigheld onbruikbaar
isg eworden. Ik heb er nooit nauwkeurig na
sporingen naar gedaan!
Maar, beste oom, wat moet dan
Op dit oogenblik trapte mistress Codiment
het jong© meisje op den voet en sneed haar
het woord af, door t© zeggen, dat Wool hoog
noodig naar Tip-Top moest, om koffie te gaan
halen, en gaf op die wijze aan het gesprek een
andere richting.
Bijna onmiddellijk na het avondeten wenschte
Capitola, onder voorwendsel van vermoeid te
zijn en rust noodig te hebben, haar oom goeden
nacht, om, vergezeld van hara nieuwe dienst
maagd, de kleine negerin Pitapat, zich naar
haar kamer te begeven, waarheen men midder-
wijl haar met duizenderlei noodige en onnoo-
dige dingen, zwaar beiadeu koffers had ge
bracht.
Daar aangekomen schoof Capitola met een
vastberadenheid, die een bepaald voornemen
te kenen gaf. den grendel voor de deur, waarna
zij den stevigen -riem van haar koffer nam,
welke, teut meerdere zekerheid der sluiting,
eromheen was gegespt. Toen zij dit gedaan had,
bevestigde zij de riem aan den ring van het
luik, waarvan zij tevoren het vloerkleed had
weggenomen en wendde zich vervolgens 'tot de
kleine Pitapat, die al deze toebereidselen met
de grootste verbazing had gadegeslagen, zonder
te begrijpen, wat haar jeugdige meesteresse
van plan was.
Jij bent «en meisje, zeide zij, en daarom
waarschijnlijk niet minder nieuwsgierig dan ik.
Wanneer ik je nu zeg, dat dit een luik is,
dat tot een onderaardsche ruimte voert, dan
zal je cmgewijfeld willen weten, hoe het daar
beneden uitziet! Is dat niet zoo?
Neen miss, antwoordde de negerin snel.
Ik ben waarlijk minder nieuwsgierig dan bang
en daarom koester ik volstrekt geen verlangen,
om dat onderaardsche hol te leeren kennen.
Is 't warempel? riep Capitola. Maar lk, ik
wil het weten, en om daarachter te komen,
maat JU mU helpen. Zie je hier aan den schoor- j
steenmantel deze drie engelenkopjes? Wanneei"
men op het middelste ervan drukt, dan gaat
het luik open. Nu is het begrijpelijk dat di'
snel eu zonder gerucht te maken geschiedt»
waaneer men het tenminste niet tegenhoudt»
daarom heb ik dezen riem er aan vasgebonden»
ook, om het luik weer dicht te kunnen trekken,
zoodra ik met mijn onderzoek gereed bef-
Terwijl ik nu den riem vasthoud en langzaan1
laat vieren, moet jij op gindsche knop drukken»
en da® moet, als mistress Codiment nuJ
tenminste niets heeft voorgelogen, het luik
opengaan.
Maar miss, hét luik Is groot en zwaar,
bracht Pitapat ertegen in. Als het, wanneer
'druk, plotseling opengaat, kon het u wel een#
medesla epen.
Bravo, Pitapat! Uiit deze opmerking
Ik, dat ge nadenkt, riep Capitola. Wee3 echte"
niet benauwd. Als het mij te zwaar word. la"-1
ik los. Maar lk ben sterker dan je denkt, dus..»»
laten we beginnen.
Aarzelend begaf Pitapa't zich naar de® achou3"'
steenmantel. Capitola greep den riem en hie'
hem stevig met beide handen vast.
Druk nu, beval zij aan hét negerlnnertj0-
Deze gehoorzaamde en inderdaad week h®^
luik utt haar voegen en zakte, door Capitola9
sterken arm tegengehouden, langzaam in
diepte Toen de deur loodrecht naar om!"8®
hing, naderde Capitola met bewonder end9"
waardige stoutmoedigheid den rand der °Ve'
ning. die haar zwart en dreigend tegengaapt*
Hier knielde bet dappere meisje neer en b®'
naar beneden, doch zij ontwaardde niets dab
een donkere, pikzwarte ruimte, waaraan 11
jonge meisje, hoe-zeer zij haar oogesn 00
inspande, nergens een zijwand of een bode
kon ontdekken.
Licht mij toch eens bij! beval zij aan
kleine Pitapat.
(Wordt vervolgd).-