LOON NAAR WERK OF NAAR BEHOEFTE! Actie in de Oost Afschuwelijk geheim geopenbaard VRIJDAG 26 SEPTEMBER 193*0 V BAAS BLIJVEN ZIJ WERD ZOO BANG VOOR ZICH ZELF RECHT OP UITKEERING OF AANSPRAAK OP EEN OPENBARE ONDERSTEUNING EEN NIEUWE THEORIE Dertien menschen verslonden DE DOMINICANEN IN ONS LAND een krokodillenplaag WEER EEN SCHATGRAVER? DE TOLLEN-STRIJD EEN COMITÉ OP BREEDEN GRONDSLAG PHILOLOGISCHE VONDST TWEE GETUIGEN VAN MEINEED VERDACHT MENSCHEN EN MEENINGEN SPOLIA GENTIUM Het rapport der Staatscommissie- Rutgers ONDERZOEK NAAR GESCHIKT HEID VOOR DEN DIENSTPLICHT Ir. Kalff heeft nog een behartigensvvaar- di™en wenk te geven. >,Dat contact meit het personeel brengt nog een eisch mede, en die is. dat inzonderheid in groote bedrijven chefs van dienst, afdee- lingchefs. ingenieurs, opzichters, en bazen moeten worden doordrongen van het begrip, dat deze nieuwe tijd vraagt nieuwe verhou dingen, dat zij, als uitdrukkelijke wenscb van de bovenste leiding hebben te aanvaar den, dat men moet opkweeken medewerkers en r 'iet loontrekkende, afgecommandeerde arbeiders. Spr. weet. dat de werkgevers dan allerlei bezwaren zullen hooren, culminee- EEN VROUW DEELT DE POLITIE MEDE, DAT ZIJ VROEGER HAAR KIND VOOR DE VARKENS HEEFT GEWORPEN Naar de Telegraaf verneemt beeft zich aan 't bureau Warmoesstr. te A'dam 'n vrouw gemeld die een afschuwelijk geheim aan de politie rend in de uiting ,,dat zij tegenover het volk openbaarde. Do persoon in kwestie, die onge- toch baas moeten blijven". Met die uiting veer 35 jaren oud is, woonde In 1921 alleen reeds, bewijzen zij er niets van te be grijpen.... Wie in dezen tijd in dat complex van vraagstukken niet zijn weg kan vinden zoo, dat hij de leiding vast in handen houdt en tevens zijn arbeiders maakt tot medewer kers, hij hoort niet meer te staan aan het hoofd van een bedrijf. Dat is niet mis. Wij gelooven zelfs, dat menigeen, die een leidende functie bekleedt in een bedrijf, en die zoo graag afgeeft op ondergeschikten, zijn plaats beslist moest ruimen voor andere krachten. Hiermede zeggen we niet, dat de arbeiders volmaakte menschen zijn, volstrekt niet, dan was er heelemaal geen kunst aan. Maar wij willen minstens de mogelijkheid niet uitsluiten, dat bij degenen, die leiding hebben, er ook ge vonden worden, die voor hun taak de noodigt tact, menschenkennis en zelfkennis missen om te leiden en daarom terugvallen op het systeem van baas-blijven. Wie onder baas-blijven verstaat, dat hij naar niets en niemand wil luisteren, dat hij aan buitenkanten doof is voor alle eischen van menschen, zijn medewerkers, wie zonder een woord en zonder een protest, en zonder eenige inmenging gehoorzaamd wil warden, die moet ofwel studeeren voor dierentemmer, en daarin zal hij mis lukken, want hij wordt den een of anderen dag opgegeten ofwel het bedrijf verheer lijken van den slavenjager ui/t oude tijden. In het christendom, ingiet katholicisme is voor zoo'n opvatting zeker geen plaats. Zoo'n gezag hebben een vader of moeder niet eens, en zoo'n optreden zal 't slechtst-mogelijke staaltje van opvoeding te zien geven, wat denkbaar is. Niemand regeert lang met den knoet. het Duitschland, namelijk In een klein boerendorp- je nabij Oldenburg. Zij deelde mede voortdurend normaal geweest te zijn. doch toen een kind geboren werd, greep de drang naar misdadig heid haar aan. De gedachte dit kind te dooden o£ te doen dooden werd ten slotte een obsessie en op zekeren dag nam zij het wicht op en wierp dit in het varkenshok. Het blad deelt dan verder mede, dat kind om het leven kwam. Na dien, in 1922 kwam zij naar Holland huwde hier met een havenarbeider. Door dit huwelijk werd zij Hollandsche. Alles ging goed tot ongeveer drie weken geleden uit dezen echt een kind geboren werd. En opnieuw kwamen misdadige gedachten bij haar op. Ten slotte werd zij zóó bang voor zich zelf, dat zij, toen haar man uit was, door een groote emotie aan gegrepen, naar de politie van het bureau War moesstraat liep en daar het geheim openbaar, de. Op last van den commissaris begeleidde men deze ongelukkige vrouw naar het hoofd bureau waar men voorloopig op haar zal letten. Of aan de beweringen van deze vrouw waar de moet worden gehecht, staat nog niet vast. De Centrale Recherche zal zich eerst in ver binding stellen met de Duitsche politie van het bewuste dorpje, ten einde nadere inlichtin gen in te winnen. Volgens haar mededeelingen zijn er geen getuigen bij het misdrijf geweest, Indien echter komt vast te staan nasporin. gen zouden zulks mogelijk kunnen maken dat de vrouw wèl gehandeld öfeeft als zij ver klaart, kan zij niet uitgeleverd worden, daar zij Nederlandsche is geworden. Daarentegen zou het misdrijf wel door den Nederlandschen reek ter berecht kunnen worden. =sC DE F. N. I.-ZAAK WEDER VOORTGEZET Naast het Arbeidsloon de gezinstoelage Eerste steenlegging voor een derde studiehuis te Nijmegen Gistermiddag omstreeks 12 uur had de plech tige eerste steenlegging plaats van het nieuwe klooster der paters Dominicanen aan den Drie- buizerweg te Nijmegen. Het terrein was in vlaggentooi en er werd heel veel belangstelling getoond. Do eerste steen werd gelegd door den Hoog- Eerw. Pater Provinciaal A. Jurrius, met assis tentie van mag. B. van Breda en mag. B. Luyckx, welke laatste ook de oorkonde voorlas vóór deze in den steen werd gemetseld. Daarna zong het Dominicaansche koor het Jubilate. Vervolgens sprak de Provinciaal een gedach teniswoord. De burgemeester van Nijmegen wenschte dan de paters geluk namens zijn gemeente met dezen grootschen bouw. Hij hoopte dat deze voorspoedig zal voltooid worden MEDAN, 24 September (ANETA). De omge ving van Slak Sri Indrapoera, afd. Bengkalis van het gouvernement Oostkust van Sumatra, wordt geteisterd door een krokodillenplaag. In den tijd van twee weken zijn dertien menschen, grootendeels kinderen, door de ondieren ver. slondea. Tha»s te Deventer „SANCTUS AUGUSTINUS" Rector Reynen tot moderator benoemd Door Z. D. H. den Bisschop van Haarlem is in de plaats van den weleerw. pater G. Dolle O.F.M. benoemd tot moderator van de R. k. Studentenvereniging „Sanctus Augustinus" te Leiden^ de weleerw. heer R. J. Reynen, rector aan het St. Elisabeth Ziekenhuis. In de alge meen e vergadering van Maandag 6 October zal de nieuwe moderator officieel worden geïn stalleerd. VERSCHILLENDE SIERADEN GEDOLVEN Gisteren was zekere G. V. op zyu land tus- schen de iighallen en de vleeschwarenfabriek der fa. Anton Hunink te Deventer aan het aardappelrooien. Circa 10 centimeter diep ste kende haalde hü plotseling allerlei gouden sieraden mee naar boven. De gevonden voor werpen dragen schier alle een ouderwetsch karakter: er zijn gouden mutsspelden bü en broches met cantillewerk manchetknoopen van dezelfde soort, halssnoeren en armbanden, be nevens verschillende ringen, waaronder enkele met edelsteenen. De politie vermoedt, dat het gevondene van diefstal afkomstig is. In Groningen PROF. DR. R. P. VAN CALCAR 25 jaar hoogleeraar Op initiatief van de Handelsvereeniging Hoogezand-Sappemeer" is Woensdag te Hooge- zand een vergadering gehouden, geleid door den heer J. J. Smedes Jr., met het doel een comité van actie te vormen tot opheffing van tollen in de provincie Groningen. In deze ver gadering die bezocht was door vertegenwoor digers van zeer vele middenstand- en andere vereenigingen in de provincie, trad de heer DE LEVENSSTANDAARD DER MASSA HEEFT ZICH GERICHT NAAR EEN ONZEDELIJKEN NORM II. (slot.) Daar schijnt oppervlakkig beschouwd een element van onbillijkheid te schuilen in het uitkeeren van een verschillend loon voor gelijken arbeid. Twee mijnwerkers hakken een evengroote hoeveelheid kolen uit 's aardrijks ingewan den. Twee kantoorklerken typen evenveel vellen vol. Twee onderwijzers staan even lang voor de klas. Twee journalisten geven even uitgebreide verslagen of doorwrochte artikelen. Maar als de loondag is aangebroken, steekt de een tien of twintig procent méér geld in zijn buidel dan de ander, die even veel werk heeft verricht. En al geschiedt de bevoordeeling van den één niet direct ten koste van den ander, het is niettemin een feit, dat het totaal loon bedrag van een bepaalde groep onder nemingen wordt belast met een zeker per centage ten bate der kinderrijke arbeiders, dat in een of anderen vorm althans ten deele op het loon der ongehuwden en kin derarmen wordt verhaald. Wij laten hier weder het woord aan den schrijver in het „Alg. Handelsblad", die dit bezwaar als volgt toelicht: Het is duidelijk, dat bij het toepassen van loondiffere-ntieering als socialen maatregel ter bevordering van de gezinsvorming, de lasten daarvan worden afgewenteld op een deel der bevolking, n.l. op de ongehuwde en kinderlooze loontrekkers. M.a.w. het stelsel belast één deel der on gehuwden en kinderloozen, n.l. voor zoover zij inkomen genieten uit de opbrengst van arbeid in loondienst, en laat een ander deel der ongehuwden en kinderloozen, n.l. voor zoover zij inkomen genieten uit de opbrengst van zelfstandigen arbeid en van kapitaal, ongemoeid, terwijl toch die lasten worden opgelegd om redenen van algemeenen socialen aard. Dit argument is in hoofdzaak juist en het is zelfs voor uitbreiding vatbaar. Want even ongemotiveerd als het schijnt, dat de lasten van dezen socialen maatregel niet op de schouders van alle, maar slechts van een deel der ongehuwden en kinder- armen zijn gelegd, even onbillijk is het, dat niet alle, maar slechts een deel der groote gezinnen van de familie-toelage profijt trekken. De heer F. Ledent, voorzitter van den Bond voor kroostrijke gezinnen te Virton (Belgisch Luxemburg) vestigt in een leerrijk en helder rapport over de gezinstoelage met nadruk de aandacht op deze leemte in het systeem. Wanneer het billijk is de gezinshoofden in staat te stellen aan hun talrijk gezin een be hoorlijk bestaan te verzekeren, dan is het tastbaar onrechtvaardig, (une injustice fla grante) dat sommige huisvaders wèl en andere niet in het genot worden gesteld van een gezinstoelage. De schrijver licht zijn meening toe met een sprekend voorbeeld: Heden is het 25 jaar geleden, dat prof dr Florl.s Vos als spreker op. CVZAn J L -.11 1.L -1 *1 Na PflTI 1 PVPTl rf I n-n dlMAlim gezondheidsleer, de bacteriologie en de genees* kundige politie. Na een levendige discussie werd ten slotte tot het vormen van een comité op breeden grondslag gesloten, waarvan de verschillende aanwezige vereenigingen, die haar volle mede werking toezegden, ie'der een lid zullen aan wijzen, met het recht tot aanvulling met ver tegenwoordigers uit andere niet-aanwezige cor poraties. Prof. van Calcar is vooral bekend door het door hem uitgevonden procédé voor kunst matig veevoeder tijdens de veevoederschaarsch- te gedurende den oorlog, waarvoor hij bij Leiden een groote fabriek vestigde. Zooals reeds bekend, wenschte prof. van Calcar zich heden aan ieder huldebetoon te onttrekken. Daarvan is dan ook door zijn tal rijke leerlingen en oud-leerlingen, die aanvanke lijk zich tot een comité hadden willen vormen om hun leermeester en oud-leermeester te hul digen. afgezien. PROF. Dr. J. J. L. DUYVENÜAK. Prof. dr. J. J. L. Duyvendak, hoogleeraal' in het Chineesch aan de Leidsche Universiteit, die eenige maanden geleden naar Californië is vertrokken om daar aan de Universiteit van Berkley colleges te geven, is hier te lande teruggekeerd. Hij zal Woensdag 8 October 2 uur het hoog leraarsambt aan de Leidsche Universiteit of ficieel aanvaarden met het uitspreken van een rede. C M BREEDt Te Heemstede is op 69-jarlgen leeftijd over. lellen de heer C. M. Breed, sinds 1919 lid van gemeenteraad, - - EEN MIDDELEEUWSCHE ENCYCLOPEDIE Het werk blijkt van groote beteekenis te zijn De katholieke universiteit zal dezer dagen een belangrijk manuscript uit de veertiende eeuw publiceeren, dat eenigen tijd geleden door prof. Luigi Sorrlnto is ontdekt in een biblio theek te Palermo en dat van groote philologi- sche en historische beteekenis bleek te zijn Het is het Vocabularium Latinum Fergrande samengesteld door Angel Sinesto, abt van de' Benedictijner Abdij van S. Martino della Scala bij Palermo, welke abdij in de middeleeuwen een boekerij bezat even beroemd als die van Monte Cassino. Men kende het bestaan van dit vocabularium dat als een soort encyclopedie allerlei etymolo gische aanteekeningen, namen van personen en steden, beschrijvingen van volksgewoonten, ar tistieke beschouwingen e.d. bevat, reeds lang maar het handschrift zelf had men nog niet kunnen ontdekken. Zijn bijzondere waarde is gelegen in het feit, dat het tot het juiste be grip van het middeleeuwsch latijn zal bijdragen in verschillende twijfelgevallen waarbij men tot nu aan de klassieke beteekenis der latijn- sche woorden vasthield zojider er rekening mee te kunnen houden dat die beteekenis in den loop der eeuwen veranderd kon zijn. Het handschrift bestaat uit ongeveer 1000 bladzijden van twee kolommen. Met groote be langstelling wordt de publicatie tegemoet ge zien. Mijn reebterbuurman is ivoordraaier (ébéniste) In eigen bedrijf, ik ben staats ambtenaar en mijn linkerbuurman is kan toorbediende. Alle drie hebben wij een even groot gezin. Maar ik trek jaarlijks 4200 francs gezinstoelage en mijn beide buurlui krijgen geen centime. Men ziet, dat zoowel de Hollandsche libe raal als de Belgische katholiek wijzen op analoge lacunes in het stelsel. Maar terwijl de Hollander tot de slotsom komt, dat er aan de bewezen onbillijkheid een einde dient te worden gemaakt door de radicale afschaffing van eiken kindertoe slag, trekt de Belg de conclusie, dat de toe lage behoort te worden uitgebreid tot alle ook tot de niet-loontrekkehde gezinshoofden, en dat de lasten over alle kinderloozen en kinderarmen moeten worden verdeeld. Het spreekt vanzelf, dat een gezinsloon- theorie, hoe ruim men haar moge opzetteh, nooit in staat zal zijn om de vérgaande conclusie van den Belgischen schrijver te motiveeren. Zijn redenen zoekt hij dan ook heel andere richting: Deze opmerking is reeds eerder in meer wetenschappelijken vorm gemaakt door Dr. Valérien Fallon S.J., professor aan het Col lege voor wijsbegeerte te Leuven, van wiens standpunt wij reeds terloops melding maak ten in een artikel van 22 Juni 1928 over „De Gezinsbescherming in Frankrijk" Ziehier het betoog van den Leuvensclien hoogleeraar, ontleend aan het vijfde hoofd stuk van zijn werk: „Les Allocations fami liales en Belgique et en France". (Uitgave van de „Société d'études morales, sociales et juridiques, Louvain.) De gezinstoelage zou men kunnen om schrijven als: „De vergoeding der diensten, bewezen aan de maatschappij in het alge meen en aan de werkgevers in het bijzon der, door de gezinshoofden als zoodanig.' Zij is geen aalmoes, maar een vergoeding, een schadeloosstelling, een soort van retri butie of contra-praestatie, aan het gezius hoofd toegekend door hen, die voordeel trek ken van zijn kinder-rijkdom. Zij is scherp te onderscheiden van het loon. Het loon is de betaling van den arbeid: het wordt afgemeten naar zijn waarde. Onge twijfeld dient bij hét aanleggen van dezen maatstaf rekening te worden gehouden met de waardigheid en de behoeften van den werkman in een gegeven milieu en op een gegeven tijdstip. Maar naar zijn wezen blijft het loon het juiste equivalent voor den ge leverden arbeid. De gezinstoelage daarentegen is de ver. goeding van het voordeel, dat het gezins hoofd als zoodanig aan de gemeenschap ver schaft. Zij wordt toegekend bij wijze van wederdienst voor de diensten, die de ouders bewijzen door het grootbrengen van hun kin deren. Wil men het in juridische termen uitdruk ken, dan kan men zeggen, dat het loon en de gezinstoelage een verschillenden rechts grond hebben: het loon wordt uitgekeerd voor den verrichten arbeid, de toelage voor het groot te brengen kroost. Men kan derhalve rechtens loon trekken zonder familie en gezinstoelage genieten zonder arbeid. Ongetwijfeld word^ de gezinstoelage ge woonlijk uitgekeerd naar aanleiding van den arbeid van een der gezinsleden. Maar deze arbeid is slechts de aanleiding (occasion) en niet de rechtsgrond (cause) der toelage. „Zoodoende zien wij, hoe naar aanleiding vq,n eenzelfden arbeid, gezinstoelagen wor den verleend, die meer dan het tienvoudige in grootte verschillen, naar gelang de tal rijkheid der gezinnen van de loontrekken- den. En wij zien tevens, hoe aan evengroote gezinnen dezelfde toelage wordt uitgekeerd, naar aanleiding van verschillenden arbeid met verschillend loon. Wij zien ten slotte, hoe de toelage wordt bestendigd, waar het werk ophoudt, b.v. bij ziekte of overlijden of werkloosheid In Frankrijk bestaat zelfs een „dotation des families nombreuses", een begiftiging van groot© gezinnen, die wordt uitgekeerd buiten elk verband met het al- of niet-ver- rlchten van arbeid, en waarvan zoowel loon trekkers als niet-loontrekkers in gelijke mate profiteeren. En zoodoend© wordt de rechtsband, die de gezinstoelage met het loon verbindt, steeds losser en minder hecht. BANDOENG, 23 September. (ANETA). Bij de voortzetting van de verliooren in de P. N. I.-zaak is heden ,o.m. als getuige gehoord Oeii van Eandjaran, candidaatlid der P. N. I. tevens ressortcommissaris. Getuige verklaart niet te weten wat het doel der P. N. I. is. Hij zegt bij zijn tweede verhoor uit angst bij zijn eerste verklaringen te hebben gepersisteerd. Hij hoorde op de cursusvergaderingen slechts spreken over godsdienst en eenheid en verder dat de P. N. I. geen verschil maakte tussclien de volkeren en godsdienst. Nimmer hoorde hij spreken over kapitalisme, oorlog enz. Getuige heeft nimmer een verklaring afgelegd, zooais het proces-verbaal van het vooronderzoek zegt, dat er in 1930 een oorlog zou ontstaan tusschen Engeland, Japan en China in den Indischen Oceaan en dat „wij dan niet zullen helpen doch door staking tegenwerken". Getuige mr. Roskott zegt, dat Oeli halver wege het onderzoek, waarbij mr. Roskott tegen woordig was, zich spontaan tot dezen wendde, in het Maleisch zeggend: Mijnheer, op open bare vergaderingen spreekt het bestuur der P. N. I. over de oprichting van banken en coöpe ratieve vereenigingen, maar op cursusvergade ringen spreken die bestuursleden heel anders. Daar hebben zij het over het omverwerpen van het imperialisme en het kapitalisme „want die bestuursleden zijn bijzonder slimme menschen". Bovendien heeft een vorige getuige aan mr. Roskott verklaard, dat Oeli, op de voorgalerij zijner woning, heeft gezegd, dat 4 Januari 1930 relletjes zouden ontstaan. Getuig© Oeli heet deze verklaringen te liegen. Overgegaan wordt tot het verhoor van hadji Sabari, lid der P. N. I. Hij verklaart dat op de cursusvergaderingen door ir. Soekarno en Gatot slechts gesproken wordt over onderling© eendracht. Getuige weet niet wat het doel der P. N. X. is. Hij heeft nimmer verklaard, dat dit is het bereiken van de vrijheid. Dit heeft hij slechts nagezegd van een gezegde van den thans over leden wedana van Pameungpeuk. Trouwens het geheele eerste verhoor werd door dezen ambte naar voorgezegd. Getuige heeft evenmin zelf standige verklaringen afgelegd in het hijzijn van mr. Roskott. De voorzitter leest het proces-verbaal voor van het tweede verhoor, waarin zelfs verklarin gen voorkomen, welke niet in het eerste ver hoor werden afgelegd. Ondanks de waarschuwingen van den voor- zitter tegen meineed persisteert getuige bij zijn zoo juist afgelegde verklaringen. Hij her innert zich niet meer wat hij antwoordde op de vragen van den assistent-wedana, maar in ieder geval heeft hij niet geantwoord zooals het proces-verbaal aangeeft. Hij heeft wel gesproken over de vrijheid van Indonesia, waarover door ir. Soekarno zou zijn gesproken. De voorzitter wijst er op dat dit niet klopt met getuige's eerdere verklaring in deze zitting dat hij nimmer van vrijheid gehoord had. Ge tuige's verdere verklaringen zijn telkens tegen strijdig. Nadat getuigen Oeli en Sabari zijn gewezen op de gevolgen van meineed zeggen zij bij hun verklaringen te persisteeren, waarop de Land raad, na in Raadkamer te zijn gegaan, besliste, dat zij zullen worden vervolgd wegens meineed en hun onmiddellijke arrestatie gelastte. Dut ivoord stamt nil den ouden lijd, locn er nog al eens oorlog icas en de een mei den luit ran den anclcr ging strijken. Met heel veel dingen, die men buit maakte kon men zijn eigen leven verrijken; het kwam goed te pas. Zooiels beslaat er ook tusschen een ander soort vijanden, n.l. menschen, die elkaar be strijden in de leer, die ze aanhangen. Neem bijv. het socialisme. Dat systeem deugt niet, dat stelsel kan door geen Katholiek aanvaard worden. Doch nu moet men niet gaan doordraven en denken: „dus deugt geen enkel socialist". Bij een katholiek gaat liet om de leer, en om de overtuiging, waarmee men een leer aanhangt. Natuurlijk volgt daaruit niet, dat een Katholiek dan ook gerust socialist kan zijn. Want de Katholiek weet, dat zijn leer de ware leer is en dat die leer dus gehouden moet worden. Nu en dan echter komen socialisten voor den dag met de bewering, dat zij de Katho lieken eigenlijk Katholiek willen maken. Daar kannen we niets tegen hebben. Voor iedere hulp zullen we dankbaar zijn: als ze maar in het oog houden, dat ze 't goede spoor volgen. Een beetje waarheid zit er zeker in die bewering. De II. Augustinus had het al over zoo iets. „Ketterijen dus dwaalleeringen bren gen veel voordeel", zei hij, niet door de leer, die zij niet kennen, maar door hun zoeken naar hel ware en door den prikkel, waarmee ij de Katholieken het ware doen aan vaarden." Gewoonlijk ook leggen dwalingen den na druk op fouten, die inderdaad beslaan, maar waartegen zij verkeerde middelen aan de hand doen. Dat de aandacht op zulke fouten gevestigd wordt, heeft zeker zijn goede zijde. Zoo vindt de Iicrk van Christus in haar ruimen geest overal het beetje waarheid, dat er schuilt, zelfs in de dwalingen van haar vijanden en maakt er een dankbaar gebruik van, zonder nochtans daardoor op een dwaalspoor gebracht le worden. Want de dwaling is altijd zeer kortzichtig en zeer hartstochtelijk: twee dingen, die de waarheid leelijk in het licht slaan. LEERLINGENSCHAAL EN BEZUINIGING Waarvoor de mogelijkheid «u is afgesneden?, Uit dit lange citaat ziet men, dat bij onze zuiderburen het instituut der „allocation familiale" zich voortdurend verder ontwik kelt in de richting van een scherp-doorge- voerde scheiding tusschen het loon en de toelage, en dat deze laatste de strekking heeft om zich uit te breiden tot alle ge zinshoofden ten koste van a 11 e. kinderloo zen en kinderarmen, gehuwd of ongehuwd. Door deze ontwikkeling worden zoowel de bezwaren van den Hollandschen als die van den Belgischen schrijver ondervangen: de druk rust op alle betrokkenen en het voor deel komt allen gegadigden ten goede. Men weet inmiddels, dat tot dusverre nog in geen land ter wereld aan niet-gesalari- BANDOENG, 24 September. (ANETA). Heden werd als getuige gehoord Pakih, die verklaart cursussen te hebben meegemaakt. Ir. Soekarno en Gatot spraken daarin Over imperialisme en kapitalisme. Wanneer de voorzitter vraagt of getuige nimmer heeft gehoord, dat de vrijheid in 1930 zal komen, antwoordt getuige, dat hij zulks wel van Karmasim vernomen heeft, die dit weer vermoedelijk van Ir. Soekarno gehoord had. De voorzitter herinnert getuige aan zijn eed, waarop getuige verklaart dat hij zich vergist heeft en alles van Ir. Soekarno en Gatot heeft gehoord. Hij weet echter niet hoe deze vrijheid verkregen zou worden. Van Ir. Soekarno heeft hij vernomen dat wanneer de vrijheid verkregen was geen belasting meer zou behoeven te wor den betaald. Het procesverbaal van zijn vroe ger verhoor zegt dat getuige uit de P. N. I. was getreden omdat de leiders dubbelzinnige uitlatingen deden. Zoo vertelde Gatot dat de in een Ieder huisvader, die een talrijk gezin vormt, (zoo beweerVhij) bewijst twee gewich tige diensten aan de gemeenschap: ten eerste verzekert hij de instandhou ding, uitbreiding en verdediging "der natie; ten tweede zorgt hij voor de vernieuwing van de lichamelijke en geestelijke arbeids. kracht in alle takken van handel en nijver heid. Voor deze diensten, die hij aan de gemeen schap bewijst, heeft hij aanspraak op vergoe ding, evenals hij recht heeft op loon voor den arbeid, dien hij verricht. Naast het loon voor zijn werk competeert hem dus een toelage voor het onderhoud van zijn gezin. Wij zeggen dus: voor gelijken arbeid, gelijk loon! Maar wij beweren tevens: voor gelijken dienst, gelijke vergoeding! En wij hesluiten: voor gelijke familie gelijke toelage! Deze toelage mag niet beperkt blijven tot de loontrekkenden, maar zij behoort te wor den uitgekeerd aan alle gezinshoofden, om dat alle dezelfde functie vervullen en den zelfden dienst aan de gemeenschap bewijzen. Zielhier het groote probleem van onzen tijd, dat een practische oplossing vraagt. Men ziet, dat in deze beschouwing de gezinstoelage geheel los wordt gemaakt van het loon, zoodal alwat tegen loon-diffe- rentieering wordt ingebracht, naast de kwestie heengaat zonder haar ta raken, j welke gast zijn en „door ons gedood moeten worden", waaruit getuige begrepen had, dat de Nederlanders daarmede bedoeld werden. Getuige erkent deze verklaring te hebben afgelegd. Hij erkent eveneens uit deze uitlatin gen te hebben opgemaakt dat in 1930 een op stand zou komen. Getuige verklaart dan van Ir. Soekarno zelf op een cursusvergadering te hebben gehoord, dat in 1930 de vrijheid zou worden verkregen. PROF. JHR. MR. DR. VAN EYSINGA Naar het. persbureau Vaz Dias verneemt, zal Prof. Jlir. Mr. Dr. W. J. M. van Eysinga in verband met zijn verkiezing van rechter voor het Permanente Hof van Internationale Justitie te den Haag zijn ambt van Hoogleeraar aan de Leidsche Universiteit neerleggen en wel per 1 Januari 1931. Prof. van Eysinga zou echter wel in Leiden blijven wonen. JUBILEUM eerden een gezinstoelage van overheidswege Pest veroorzaakt werd door vreemde muizen wordt uitgekeerd. Want de Fransche „be giftiging" is wèlbekeken niets anders dan een verkapte en onvolledige restitutie van het ontstellend bedrag, dat de groote gezin nen aan de ginds hoogopgeschroefde indi recte belastingen hebben op te brengen. In het normale huwelijksleven, zoo be weren de tegenstanders, is de gezinsuitbrei ding een natuurlijk gevolg der vervulling van primaire plichten. Aan deze eenvoudige plichtsvervulling, die in oudervreugde en kinderliefde haai gereede belooning vindt, bovendien nog een bijzondere aanspraak te verbinden op d dankbaarheid des volks en den steun der Overheid, ware een overschatting van de waarde, die aan het plichtmatige nakomen van Gods geboden te hechten valt. Evenmin als het niet-vloeken, niet-stelen en niet-doodslaan verdient het niet-over- treden der natuurlijke huwelijksmoraal een bijzondere aardsche vergoeding. Van een recht op uitkeering van een toelage kan dus voor het gezinshoofd als zoodanig geen sprake zijn, hoogstens van een aanspraak op openbare ondersteu ning in geval van onvermogen of nood- lijdendheid. Dr. Fallon poogt deze opwerping te ont zenuwen met een beroep op de schreeuwen de ongelijkheid, die ontstaan is in de lasten der gezinsvorming. IJtt normale huwelijksleven, het natuur lijk vruchtbare gezin zijn uitzonderingen ge worden, die den regel der opzettelijke on vruchtbaarheid bevestigen. En naar den onzedelijken norm der kinderbeperking heeft zich de levensstandaard der massa gericht. Zoodoende zijn de groote gezinnen in de verdrukking geraakt; het inkomen, de wo ning, in één woord de heele behoefte-voor ziening, die berekend is op het kinderarme gezin, schiet hopeloos te kort voor de „ouderwetsche" families met acht of meer kinderen. Daarom zijn uitzonderingsmaatregelen noodzakelijk orn het groote gezin in zijn uit zonderingspositie te hulp te komen en zijn bestaan te vergemakkelijken. Maar sterker dan in deze redeneering Aan het Ned. Correspondentiebureau in Den Haag wordt gemeld: In één der dagbladen werd aangekondigd, dat het eerlang te verschijnen rapport van de in 1926 ingestelde Staatscommissie-Rutgers be treffende het lager onderwijs geen belangrijke besparing zou brengen, daar deze slechts te verkrijgen zou zijn door vergrooting van d8 klassen, welke afgesneden was, nu de leerlin- genschaal van 1923 bij de wet van 30 Juni 1924 versoberd eenigen tijd geleden weer in werking getreden was. Naar aanleiding hiervan wordt erop gewe zen, dat de wet van 30 Juni 1924 een bepaling bevatte, waardoor zij automatisch op 1 Januari 1930 verviel. De vóór de wet van 1929 geldende leerlingenschaal was derhalve, ingevolge ge noemde wet, voorbestemd 1 Januari 1930 te herleven. (Door minister Waszink werd om technische redenen die datum eenige maanden vervroegd). Indien deze herleving een beletsel vormde tegen bepaalde besparingsvoorstellen der com missie, dan hadden die voorstellen, om levens vatbaar te zijn, dus geruimen tijd vóór 1 Ja nuari 1930 moeten zijn ingediend. Op grond hiervan wordt aan het voormelde bericht geen groote beteekenis gehecht. Tot zoover de mededeeling aan het Ned. Cor respondentiebureau. „De Tijd" teekent hierbij aan, dat de in dit officieus communiqué gegeven voorstelling al leen formeel juist is. De regeering stond volkomen vrij, om, vóór den „automatischen" vervaldatum van 1 Ja nuari 1930, bij de Staten-Generaal een wets ontwerp in te dienen, waarbij óf de wet van 30 Juni 1924 verlengd, óf ter vervanging van die wet, een andere leerlingschaal werd in gevoerd. Wèlbewust heeft het kabinetJDe Geer dit niet gewild Hiermede was voor de Staats commissie, die misschien aan een andere, min der dure leerlingenschaal de voorkeur zou kun nen geven, de mogelijkheid tot vermindering van <le Rijksuitgaven voor het lager onderwijs te adviseeren, totaal afgesneden. Dinsdag 7 October hoopt de Zeereerw. Pater Pius Steenhagen O.F.M. den dag te herdenken, waarop hij voor 50 jaren zijn intrede deed in de orde der Minderbroeders. staat de Leuvensche professor o.i. in zijn beroep op de feiten: de gezinstoelage be staat, zij breidt zich meer en meer uit, zij is iu België wettelijk geregeld voor alle loontrekkenden, zij is in Frankrijk door de „dotations" althans in beginsel als billijk "n rechtmatig erkend ook voor de niet- loontrekkenden. Welnu, dan is hare veralgemeening over al'e gezinshoofden een eisch van billijkheid en sociale gerechtigheid. Dat het binnen korteren of langeren tijd tot deze veralgemeening komen zal, eerst in de zuidelijke landen en ten slotte ook ten onzent, ligt zoozeer in de logische lijn dei- feiten, dat wij met vertrouwen de ontwik keling kunnen le gemoet zien van liet be ginsel: „Voor gelijken arbeid gelijk loon! Voor gelijke gezinnen, gelijke toelagen!" Mr, S. Zittingen van den herkeuringsraad De minister van Defensie heeft aan de bur gemeesters een circulaire gezonden, waarin, wordt medegedeeld, dat in November en Decem ber a.s. in eenige gemeenten door den herkeu- ringsraad voor den dienstplicht zitting wordt gehouden. De voorzitter van den herkeuringsraad kan aan voor den dienstplicht ingeschreven perso nen, die nog niet bij de land- of zeemacht zijn ingelijfd, of die wel reeds daarbij zijn ingelijfd, doch nog niet als dienstplichtige in werkelij- ken dienst zijn geweest, de gelegenheid geven om bij genoemden raad een onderzoek naar hun geschiktheid voor den dienstplicht te onder gaan. Behoudens bijzondere machtiging van den minister van Defensie worden tot dat onder zoek niet toegelaten zij, die a. bestemd zijn tot buitengewoon dienstplichtige of als zoodanig zijn ingelijfd; b. in 1930 tijdelijk ongeschikt voor den dienst werden verklaard; c. als vrij williger behooren tot de landmacht uitgezon derd den vrijwilligeu landstorm tot de zee macht of tot de overzeesche weermacht. De aanvragen moeten zoo spoedig mogelijk worden gezonden aan den voorzitter van des Herkeuringsraad, gebouw van het Departement van Defensie, Plein 5, den Haag,

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1930 | | pagina 5