AMUSANTJE DETECTIVE „A" FEUILLETON 6 SPORT JN SPEL LUCHTVAART Vraagt vraagt een dan bespaart U peer op Uw fetnoomreke- jning, dan U voor Uw lamp betaalt. EEN MAN IN DE KLEM DINSDAG 20 JANUARI 1931 RADIO-PROGRAMMA !N HET DE RIJKSMIDDELEN RADIO-BERICHTEN WIJZIGING VAN HET MUZIEK- AUTEURSRECHT INGEZONDEN. t':"-"Br:.' UITLOTINGEN. EEN VERHAAL VOL WIJSHEID VOOR ZELFGENOEGZAME VERLOOFDEN. vV (Wordt verü Sa- V; WOENSDAG, 21 Januari. Huizen (2B8 M., 1007 K.H.) Uital. NCRV.- Uitzending: 8.00S.15 schriftlezing; 8.159.30 mor- genconeert; 10.30—11.00 ziekendienst; 11.00—12.00 harmonium-bespeling M. F. Jurjaanz. Mevr. A. Geest (sopraan)12.0012.30 gramofoonplaten 12.20—2.00 J. Richeter3 (viool), F. de Vries (fluit) en mej E. Sandow (harmonium en piano) 2.002.30 gramofoonplaten2.30—3.00 Christ. lec tuur; 3.004.30 mevr. Cantévan Amerongen (sopraan), J. Keessen (viool), A. Adema (piano); 4.30—4.45 gramofoonplaten5.006.0 Okinderuur- tje; 6.00 —7.00 H. Pilon: ,,De stikstofmeststof fen"; 7.007.30 gramofoonplaten; 7,308.00 Dr. G. Es3elink: „Ons bestaan een worsteling om het leven" (VII)8.009.00 Chr. Harmoniever- cen. ..Sursum Corda", Vlaardingen o .1. v. A. J. de Maaré; 9.009.30 J. C. v. d. Does: „Johan Luykcn ,zyn leven en zyn werk"9.30—11.00 Chr. Gem. Zangvereeniging ,,Sions Dofzang" 'o, 1. v. G. ter Braake; ca. 10.15 Vaz Dias. Hilversum (1875 M., 160 K.H.) Uitsl. VARA-uitzending: 8.00 gramofoonplaten; 9.25 or gelspel Johan Jong; 10.30 P. J. Kers: „Onze Keu ken"; 11.00 gramofoonplaten; 11.05 causerie; 11.35 gramofoonplaten; 12.00 politieberichten; 12.30 VARA-septet o. 1. v, Is. Eyl en gramofoonplaten; 2.15 vrouwenuurtje; 3.05 gramofoonplaten; 3.10 Coöperatie-kwartiertje; 3.25 gramofoonplaten; 3.30 „Maak-het-zelf" door C. Schaaks—Verkozen4.20 piano-recital Annie de Ridder; 4.55 kinderuurtje; 6.05 VARA Mandoline-ensemble o. 1. v. Joh B. Kok; 6.30 Mandolinecursus IX door Joh. B. Kok; 7.00 Radio-Volks-Universiteit7.30 politieberich ten; 8.00 gramofoonplaten; 8.15—9.15 uitz. uit Apeldoorn. VARA-orkest o. 1. v. H. de Groot J. W. Lebon (toespraak); 11.00 Vaz Dias; 11.10- 12.00 gramofoonplaten. Daventry (1554,4 M., 193 K.H.) 11.05 lezing; 12.20 gramofoonplaten; 1.20—2.20 I. Geddes (alt), G. Adams (tenor)2.45 uitz. voor scholen3.50 orkest. A. Voorsanger (viool)5.05 orgelspel door R. New; 5.35 kinderuurtje; 6.2 Olezing; 6.35 be richten; 7.0 Ozang door S. York Bowen en S. Austin; 7.20 lezingen; 8.20 orkest, Wanda Lao- dowska (spinet)9.25 berichten9.40 vervolg concert; 10.25 lezing; 10.40 berichten; 10.45 kwin tet, H. Henschel (mezzo)sopraan)11.2512.20 dansmuziek. Eangenberg (473 M., 634 K.H.) 6.20—7.20, 10.3511.15 en 11.30 gramofoonplaten; 12.25—1.50 orkest en sopraan; 4.20—5.20 orkest; 7.05—7.20 orkest;... 7.359.30 orkest. Daarna berichten en tot 11.20 dansmuziek; 11.20—12.50 qrkest met medew. v. solisten o.a. „Bastien et Bastienne'" zangspel van W. A. Mozart. Brussel (508,5 M., 590 K.H.) 5.20 dansmu ziek; 6.50 trio; 8.2 Oher-uitzending van een con cert uit Bonden. Kalundborg (1153 M., 260 K.H.) 12.05— 1.20 orkest; 2.504.50 orkest en voordracht; 7.50 1.20 dansmuziek. Diverse dansorkesten. Z e e s e n (1635 M., 183,5 K.H.) 5.40—11 20 voor drachten en berichten; 11.20—12.15 en 12 50—1 20 gramofoonplaten1.20—3.20 lezingen en lessen 3.204.50 orkest; 4.507.20 voordrachten; 7 20 zangspel: „Das Erwachen des Löwen", Joh. Brandl; 8.50 oude dansmuziek; 9.4011.50 nieuwe dansmuziek. parü s („Radio-Paris" 1725 M., 174 K.H.) 8.05, 12.50, 4.05, 6.50 en 9.05 gramofoonplaten; 9.20 or kest en soliste. deze week! De Staatsman RAYMOND POINCARE - Vernietigend oordeel van ANNA PAWLOWA over den modernen dans - de verhalen; „HET CHINEESCHE SIERAAD", „TAKT", „DE BOOZE DROOM". Verder: het U en speurgenie, wiens werk ieder ander wel inte- MOET! resseeren Somber einde van een niet ongunstig jaar Ook een liberale radiogids? De heeren mr. D. Fock, S. Wimbergen en W. J. Bastiaan, vormende het dagelyksch bestuur van ae V ereeruging van Liberale Radio-Amateurs heb ben namens den Liberalen Omroep een adres ge richt tot den Minister van Waterstaat, houdende VeJz,°, om V.L.R.A. ten spoedigste de be schikking te geven over de omroepprogramma's In een uitvoerige toelichting wordt door adres santen uiteengezet, dat de toestand, welke zich den laatsten tijd op omroepgebied heeft onwik- 1 zeer.dringend heeft doen gevoelen, de nood zakelijkheid dat de liberalen over eon eigen omroep-orgaan beschikken, waartoe de Liberale Omroep als erkende en toegelaten zendorganisatie de beschikking over de omroep-programma's ver langt. VONDELS „KRUISBERGH" Een compositie van Corn. Padbrué Vondels „Kruisbergh" is op muziek gezet door den componist Cornelis Padbrué en tegelijk mot do „Klaght over de tweedraght der Christe Princen" in 1640 bij Broer Jansz. te Amsterdam uitgegeven. Van dit werk bestaat vermoedelijk maar een geheel compleet exemplaar, waar de heer C. R. de Klerk de aandacht op vestigde van prof. dr. A. Smijers. Dit exemplaar bevindt zich thans In het bezit van dr. G. C. van Noort, deken van Amsterdam, die het ten gebruike afstond aan prof. Smijers om „De Kruisbergh" in par tituur te brengen en opnieuw uit te geven. Het werk is verschenen bij de „Maatschappij voor Goede en Goedkoope Lectuur" te Amster dam. Den oorspronkelijken titel heeft men op ware grootte gefacsimileerd en de opdracht aan Magdalene van Erp in den typografischen stijl van het origineel afgedrukt. Prof. Smijers deelt mede dat hij zich bij het in partituur brengen overal zorgvuldig aan het oorspronkelijke gehouden heeft. Voor den tekst werd gebruik gemaakt van den oudsten druk in plano nit hot jaar 1637 of '38. De groote oorzaak van ons „unheimisch" gevoel Zoo schoon het einde van 1929 was een jaar geleden, zoo .unheimisch" is het nu voor 1930. Voorzeker, vergeleken bij de raming voor 1930 brachten de middelen over het geheele jaar 1930 nog altijd 20 millioen gulden méér op. En dat niettegenstaande de laatste maan den de crisis zich duidelijk verder doorzette in de opbrengsten der Rijksmiddelen. Verge leken met de raming 1930 dus niets dan goeds! Maar de Decembersche maandstaat zelf al bleef hij in totaal nog ruim 2 millioen boven de 1/12 raming vertoont wederom veege teekenen van teruggang. Zeker, December 1929 was buitengewoon goed en liet December '28 met bijna 3% mlliioen achter zich. En nu blijft December 1930 bij haar voorgangster 1929 4.402.000 achter. De twee hoofdschuldigen zijn successierecht met minus 1.724.000 en registratie met minus 1.745.000. Maar naar ons inzicht zit hot „unheimische" van dezen maandstaat in den vrij algemeenen teruggang van alle middelen, die eenigermate op het al gemeen» economische leven reageer en. De In komstenbelasting met name is thans ook in de rij der decressen getreden met minus 6 ton. Dividend en tantième bleef op peil (-|- 4000) evenals de Grond- en Personeele belastingen (resp. -f 36.000 en 154.000). Ook gedistil leerd- en tabaksaccijns vertoonden accressen van resp. 661.000 en 222.000. Maar dat is al het schoone, wat van den staat te zeggen is. De rest liep allemaal achteruit. En al was het niet met groote bedragen (behalve successie en registratie), de teruggaande lijn zit er duide lijk in. En nu komt de groote oorzaak van ons „un heimisch" gevoel; vergelijkt men de jaarop brengsten 1930 met de ramingen voor 1931, en voegt daarbij die teruggaande tendens in de opbrengsten, dan houdt men den adem even in als men zich afvraagt: hoe moet dat uit zakken? Wij hebben vroeger vaak genoeg gezegd, dat de ramingen voor 1930 ons veel te laag toe- sohenen. Dat is wel door de feiten bewezen, niettegenstaande de ingetreden crisis. Maar voor de raming 1931 is geen verstandig mensch komen beweren, dat die te pessimistisch zou Zijn geweest Eer het tegendeel. Dat tegendeel gaat zich nu duidelijk demon- streeren. En dat is de hoofdgrond voor onze sombere stemming bij den laatsten maand staat van een, op zich bezien, niet ongunstig opbrengstenjaar. Ter verduidelijking en toelichting onzer mee ning geven w(j hieronder een vergelijkend lijstje, wat voor zich zelf spreekt. Opbrengst Raming 1930 1931 Inkomstenbelasting 92.900.000 85.000.000 Vermogensbelasting 15.235.000 14.500.000 Div. en tant. bel20.236.000 19.500.000 Invoerrecht 67.126.000 70.000.000 Statistiekrecht 4.029.000 4.300.000 Accijns op zout 2.156.000 2.300.060 Accijns op geslacht 11.345-000 12.300.000 Accijns op wijn 2.580.000 2.600.000 Accijns op gedistilleerd 36.826.000 37.000.000 Accijns op bier 15.634.000 16.400.000 Accijns op suiker 53.301.000 53.400.000 Accijns op tabak 28.818.000 29.000-000 Belasting gouden werken 1,081.000 1.100.000 Zegelrecht 24.670.000 27.000.000 Registratierecht 23.024.000 26.600.000 Successierecht 43.970.000 48.000.000 Domeinen, wegen en vaarten 4.578-000 4.641.000 Loodsgelden 4.8S7.000 5.200.000 Staatsloterij 653.860 660.000 Als men dit lijstje bekijkt, zal men onze zor gelijke stemming deelen, althans begrijpen. Bij zonderlijk de raming van Invoerrecht, Zegel recht, Registratie en Successie steken bij de opbrengsten over 1930 wel eenigermate veront rustend af. Wij zullen zien! AANBESTEDINGEN VOOR WATERSTAAT. De Minister van Waterstaat brengt ter kennis van belanghebbenden, dat in verband met het K. B. van 5 December j.l. en zulks met afwij king van het bepaalde in art. 8 onder 2 van het Aanbestedingsreglement 1919, voor de van wege zijn Departement te houden aanbeste dingen, de inschrijvmgsbiljetteu voortaan onge zegeld kunnen zijn. Naar een nationaal bureau? Cultureele belangen Aan de Memorie van Antwoord aan de Twee de Kamer inzake het ontwerp tot wijzig)ag der Auteurswet 1912 met het oog op bemidde ling inzake muziekauteursreclit wordt het volgende ontleend: Dat de minister niet blind is voor de scha duwzijde, aan wettelijk ingrijpen verbonden, blijfct reeds uit hetgeen bij bij de behandeling van de Jiistltiebegrooting voor 1930 in het midden heeft gebracht. Rijpe overweging ech ter, ook van hetgeen toen door verschillende Kamerleden is gezegd, heeft geleid tot de over tuiging, dat wettelijke bomoeiïng, niet achter wege mag blijven. Indien de wetgever zich de aangelegenheid niet tijdig aantrekt, is te verwachten, dat het bemiddelingsbureau, hetwelk zijn bestaan te danken hoeft aan de samenwerking van de Ned. organisaties van componisten e«n muziek uitgevers, verdwijnt, zoodat als eenig bureau overblijft een buitenlandsch, d.w.z. dat de toe stemming van een buitenlaadsch bureau noo- dig zal zijn voor de uitvoering van muziek werken hier te lande; algemeener gezegd; het muziekleven hier te lande zal zijn onderwor pen aan een buitenlandsche instelling. Dat hierbij cultureele belangen zijn betrokken, be hoeft wel geen betoog, evenmin als dat de wet gever deze cultuurbelangen, ook de Nederland- sche, behoort te beschermen. Hier speurt men duidelijk het algemeen belang, dat bij dit ont werp betrokken is: men behoeft hierbij waar lijk niet te veronderstellen, dat het buiten- landsch bureau als eenig bureau van zijn positie misbruik zou maken. Doch ook al zou dit niet het toekomstbeeld wezen, al zouden beide bureaux een arbeids veld in Nederland kunnen behouden, dan nog ware dit een ongewenschte toestand. Want het optreden van elk muzieklbureau, dat niet nood zakelijk is, doet het muziekleven en daarmede den cultureelen belangen schade. Het ver hoogt de kosten onnoodig. Het verhoogt tevens de kans, dat bij de vraag, of een bepaald werk zal worden uitgevoerd, bij overwegingen, welke van cultureel standpunt bezien geen gewicht in de schaal zouden mogen leggen, den door slag geven. De ontwikkeling der gebeurtenissen moet wel tot het besluit voeren, dat althans bier te lande het maatschappelijk leven geen mid del heeft, waardoor, zonder wettelijke tus- sehenkomst, zou kunnen intreden, do normale, in de meeste andere landen aanwezige toe stand, dat er slechts is één nationaal bemidde lingsbureau. Hiervoren werd over cultureele belangen in bet bijzonder gesproken. Hieruit worde niet geconcludeerd, dat het ontwerp nationalistisch zou zijn in den slechten zin. Wie de moeilijkheden kwalificeert als een gewonen concurrentiestrijd tusschen twee on dernemingen, miskent de ideëele zijde dezer aangelegenheid. Men duide de bedoeling, welke voorzit hij het ontwerp niet als een ingrijpen in den concurrentiestrijd, doch als het orga- niseeren van samenwerking op het terrein van het muziekauteursreoht met zijn ideëele waar den. De datum van 1 Januari 1930 wordt in art. 2 alsnog vervangen door dien van de indiening van het ontwerp (6 Maart 1939) mede in ver band daarmee wordt in plaats van 1 Juli 1930 gesteld 1 Januari 1931. Uit het artikel volgt, dat overeenkomsten aangegaan voor 6 Maart 1930, haar rechtskracht houden. Als nieuw 3e lid van art. 2 wordt echter nog de bepaling voorgesteld, dat uitdrukkelijke of stilzwijgen de verlenging van den duur eener overeen komst wordt aangemerkt als het sluiten eener nieuwe overeenkomst. Zoodanige vclrlemgtng toch valt niet onder afwikkeling der overeen komst. MOND EN KLAUWZEERBESTRIJDING.. De heer Weltkamp heeft den minister van Binnenlandselie Zaken en Landbouw gevraagd, of bij bereid is, met het oog op het groote be smettingsgevaar, te bevorderen, dat bij het ver voer der melk van aan mond- en klauwzeer lij dende koeien, overal dezelfde voorzorgsmaatre gelen worden getroffen. Nu gelden daarvoor, althans in bet Oosten des lauds, geen unifor me regelen. DE VERDWIJNENDE FORENSEN- BELASTING Van bevoegde zijde deelt men ons het vol gende mede Op 1 Mei 1931 vervalt de forensenbelasting, welke ingevolge de bepalingen van art. 244 a der Gemeentewet geheven wordt. Practisch zal de forensenbelasting echter reeds vanaf 31 Januari a.s. af niet meer werken voor personen, die in een andere gemeente dan waar zij wonen, een beroep of bedrijf gaan uitoefenen of een betrekking gaan vervullen. Zij kunnen voor het belastingjaar 1930/1931 niet meer in de forensenbelasting worden aan geslagen, omdat zij in dat jaar niet op meer dan 90 dagen de beschikking kunnen hebben over een vaste inrichting tot persoonlijke uit oefening van een beroep of bedrijf, zooals een kantoor, winkel of werkplaats, of omdat zij in dat jaar op niet meer dan 90 dagen aanwezig kunnen zijn tot uitoefening van een beroep of bedrijf, in zoodanige inrichting of tot vervul ling van een betrekking. Hetzelfde geldt voor woonforenzen, voor zoo ver het beschikbaar houden van gemeubileerde woningen betreft. Personen, die over dergelijke woningen na 31 Januari a.s. de beschikking krijgen, kunnen voor 1930/1931 niet meer als woonforens worden belast. Voor 1931/32 en de volgende jaren worden zij alleen dan aangeslagen als woonforens, in dien een gemeente ingevolge de nieuwe bepa ling van art. 255 der Gemeentewet, het besluit tot invoering van een woonforensenbelasting genomen heeft. Er zijn echter slechts enkele gemeenten in Nederland, die een dergelijk besluit namen. Deze woonforensenbelasting wordt niet meer naar het inkomen geheven, doch houdt verband met de huurwaarde der woning of met andere bij verordening vast te stellen grondslagen. PROVINCIALE ZUID-HOLLANDSCHE ARCHEOLOGISCHE COMMISSIE. Zaterdag ihad in do zaal van Ged. Staten der provincie Zuid-Holland de bijeenkomst plaats ter herdenking van (het 25-jarig toestaan der Provinciale Zuid-Hollandscbe Archeologische Oommissie. De Voorzitter, dr. E. J. Haslinghuis, ging in zijn openingsrede de geschiedenis der oommis sie na als wachter voor de oudheidkundige be langen en als adviesgevend lichaam van de Prov. Staten. Ton slotte beschouwde de heer Haslinghuis de vraag, welke taak in de toe komst voor commiessies als deee is weggelegd. De Commissaris der Koningin Jhr. H. A. van Karnefbeek, wensohte hierop de commissie ge luk met het feest. Vervolgens sprak het lid van Ged. Staten, mr. Crena de J-ongh. Mr. v. Beresteyn bracht de gelukwengdhen van den Ned. Oudheidkundigen Bond over. Hierop werd den aanwezigen een boekje uit gereikt waarin staan afgebeeld verschillende van de monumenten, waarvoor de commissie subsidies (heeft gegeven of waarover haar ad vies is gevraagd. Aan het eindo der vergadering hield architect J. Verheul Dz. uit Rotterdam een voordracht over oude in-rjj* en tolhekken in Zuid-Holland. P. J. RAAYMAKERS Naar wij vernemen Is de heer P. J. Raay- makers oud-secreba/ris-generaal der Rijksverze keringsbank, die emid3 ve,e jaren zijn intrek heefit genomen in huize Duinirust te Overveen is van die H. H. Saoramenten der Stervenden voorzien. (Buiten verantwoordelijkheid der redactie) ORGANISATIE VAN R. K. VERPLEGEN DEN De groote actie, die St. Paulus thans voert, om al het verplegend personeel onder zyn organi satie te brengen is eenerzijds loffelijk, omdat hij tracht daar.door de verplegenden R. IC. te organi- seeren, maar is voor my een bewys van een tekort aan een geschikte R. IC. organisatie voor onze verplegenden. Deze actie zou waarschijnlijk overbodig zijn geweest, indien voor 10 jaren het verplegend personeel de voor hem juist organisatie had gevonden. Deze organisatie lean m. i. voor onze verplegenden geen andere zyn dan één Katholieke organisatie voor alle verplegenden voor Neder land. Een Ned. R. K. Bond van ziekenverplegen- den b.v. Het zieken verplegen is toch zoo een bijzonder vak (beroep), dat de beoefenaars van dit vak niet bebooren bij den Bond van St. Paulus, noch bij de A. R. K. A. Er mogen dan in beide organisaties afzonder lijke groepen voor verplegenden zyn gevormd, geleid door deze. toch moeten door de hoofdbestu ren de belangen dier groepen naar buiten worden behartigd, hetgeen m .i. eenzydig zal geschieden, omdat zjj in die verplegenden, leden van hun organisatie, toch allereerst zullen zien personen in dienst der overheid of overheidsambtenaren. Iedere vakorganisatie (St. Paulus en A. R. K. A. mogen dan al geen vakorganisaties zyn in strikt katholiek socialen zin, evenmin als een organisa tie van verplegenden als zoodanig zou worden beschouwd) moet toch volgens Bisschoppelijk voorschrift op de allereerste plaats do belangen van het vak (beroep) dienen en van dat standpunt uitgaand, zie ik de behartiging van onze zieken verpleging in juiste handen van een katholieke organisatie voor verplegenden. Dit is voor my en ik vertrouw, dat de groote meerderheid onzer verplegenden evenzoo zal denken, het groote bezwaar voor aansluiting van de katholieke verplegenden by beide genoemde organisaties. Er zyn echter nog meer bezwaren. De beide organisaties kunnen niet alle verple genden in zich opnemen. De verplegenden, die niet in overheidsdienst zyn, kunnen geen lid worden van genoemde organisaties. (St. Paulus neemt enkele andere in dienst van bepaalde N.V.'s ook op). De overblijvenden zouden dus voor de behartiging hunner belangen een andere vereeni- ging in het leven moeten roepen. "Waarom die verdeeldheid onder de verplegen den, hetgeen toch geheel indrulscht tegen ieder organisatie-inzicht Om St. Paulus of de A. R. K. A. Een katholieke organisatie voor verplegenden is voor my, de eenlge organisatie, die. het meest kan doen voor de godsdienstig-zedelyke belangen der verplegenden, wat gezien het byzondere beroep van de ziekenverpleging zeker zeer noodig is. Zij kan het juiste inzicht hebben, gezien wederom het beroep, voor het oprichten en in standhouden van instituten voor onze verple genden. Zulk een organisatie zal m. i. ook de meeste kans van slagen hebben by haar optreden naar buiten, om de belangen van haar leden te ver dedigen, omdat zy die zal zien in het raam van onze katholieke ziekenverpleging. Mocht deze organisatie tot stand komen, dan kan zy, als geheel zelfstandige organisatie, zoo zij dit noodig acht, zich aansluiten by het R. K. Werklieden verbond, waarmede zy dan zou handelen in den geest van het schryven van den heer Guit. (Opge nomen in het avondblad van 9 dezer Red. Msb.) Wellicht voelt zy dan echter meer, voor een aansluiting bij de komende groote Katholieke Centrale voor Volksgezondheid en ziekenverple ging waarin zy dan meerdere groote organisaties, werkend op naburige terreinen der ziekenverple ging, zou ontmoeten. Dit kort antwoord geef ik op het schrijven van den heer Guit, niet, om daarover met hem of anderen een polemiek te beginnen, maar meer, om onzen verplegenden te verzoeken af te wach ten, wat de Ned. R. K. Bond van ziekenverpleeg sters binnenkort zal doen of wat voor hen, als verplegenden nog zal gedaan worden, vooraleer zich aan te sluiten by St. Paulus of de A. R. K. A. 's-Hertogenbosch. VAN DER HEIJDEN, Voorzitter van de Zuidelijke Afdeeling van den Ned. R. K. Bond van ziekenverplegers. (Van redactiewege ingekort) VEREENIGING „NEDERLAND- OOSTENRIJK. Dezer dagen hielde de Vereeniging land-Oostenrijk" haar jaarlijlc&che algein vergadering te 's-Gravenhage. 5. De voorzitter luitenant-generaal b.d. f; Kalff, heette de aanwezigen, in het den eere-voorzitter Z.E. Dr. A. Duffel, en hrdacht met eenige gevoelvolle woorde® j overleden bestuurslid J. D. M. Blomjous. De periodiek aftredende bestuursleden j Alphen, Luit. gen. b.d. J. F. B. Kalff. W. Limburg, B. Noothoven van Goor, M. van Nijenrode, Mej. Mr. IJ. J. D. Revers en Dr. W. G- A. van Sonabeeck, werden all®n^efi Mej. P. de Waal, welke ais secretaresse a® treden (secretariaat gevestigd Princess®#' 12, tel. 112123). J In de vacature, ontstaan door het s"r j van den consul-generaal voor OostenriJ Sohnabei, werd gekozen de tegenwoor® functionaris Mr. Dr. J. P. van Tienboveu. J Verder werd mededeeling gedaan van richting van oen afdeeling te Utrecht. kozen. In de vacature, ontstaan door h8' lijden van den heer Blomjous werd Se BELASTING TE DELFT. MGR. L. BERKVENS Mgr. L. Berfcvens aud-presJdemt van het grootseminarie te Haaren thans verblijvend te Uden is (heden van de H. H. Sacramenten der Stervenden voorzien. 'l/v-'vZV':" :--r. ■j-" I-Iet getal opcenten op 55? eea B. en W. van Delft deelen aan den Gere8 raad mede, dat in de gemeentetoegrcotinS .J 1931 wegens opcenten op de hoofdsom gemeentefonds'belasting 220.000 is uitg'^^.j ken. Aangezien echter op het dienstjaar 1 slechts deel der totaal opbrengst verant^j; wordt, zal de geheele opbrengst van l®3 ,jj 330.000 moeten zijn. Te dien einde stelle®, voor het getal opcenten van dit jaar op bepalen. Niet hygiënisch. Jantje geniet van het buitenleven, en zi®4 een koe melken. „Wel", vraagt de boer vriendelijk, wil J® 'e van de melk drinken?" Liever niet", zegt Jantje en trekt eefl gezicht, ,,bij ons in de etad komt de m©(Ik y mooie zindelijke winkels, maar niet uit z vuile koe." WIELERWEDSTRIJDEN IN HET BUITENLAND ndl Te Brussel is een 100 K.M. wedstrijd inu-.0e- gewonnen door Muller in 2 uur 17 min. 49 *1 ee" De Nederlander v. d. Heyden was zesde ronde achterstand op den winnaar. Een 100 K.M. koppelwedstryd te Parijs gewonnen door Letourneur—Marcillao in 11 min. 11 3/5 sec. Te Keulen won Pynenburg met GBbel a'3 een koppelwedstryd van 75 K.M. Van van Hout kwamen op de zesde plaats met,3 den achterstand. Een wedstryd over 5 K.M- puntentelling won Dumm met 10 pnt., V0°D#' Hout met 6 punten terwyl Rausch een achter was. Finale sprint: 1 Engel; 2 OsZ 3 van Kempen; 4 Pynenburg. AMY JOHNSON. kie BERLIJN, 19 Januari. (H.N.) De Eng«"c0 .eW' vliegster Amy Johnson, die, zooals gem®'0^»' Polen een noodlanding had moeten maken, I3 middag te Berlyn geland. ELLY BEINHORN. KAAP JUBY, 19 Januari. (V.D.) De Duitgjp vliegster Elly Beinhom is gisteravond te y Juby, in Spaansch Marokko, geland, waar ZO oJ)t' bekenden Zwitserschen vlieger Mittelhölzerj moette, die zich op den terugweg naar bevindt. Elly Beinhorn legde den afstand Kaap Juby, ongeveer 700 K.M., grooten over de Sahara, in zeven uur af. Door de sche verkeersvliegtuigen wordt dit traject 6|f" veel mogelyk vermeden omdat opstandige Ar renstammen reeds dikwyls op vliegtuigen O® cpl geschoten. Morgen zet Elly Beinhorn haar v voort naar Villa Cisneros. 3 Pet. AMSTERDAM 1874. Trekking van 15 Januari 1931. Uitgeloot zyn de seriën 479, 6874, 1034s 16159. 1(, Serie 479 no. 7 zal worden afgelost met A® serie 10342 no. 10 met 1000; serie 6874 met 500: serie 479 nos. 1, 2, 3 en 6, een» no. 4, serie 10342 no. 6, serie 16159 no. 4, fK 16159 no. 5 elk met 200; serie 479 no. 10. 3 ft< 6874 no. 7, serie 6874 no. 8, serie 6874 no. 9, J! 10342 no. 9 en serie 16159 no. 9 elk met 9 Deze obligatiën zullen, evenals do averif -0 nummers der uitgetrokken seriën waarop premiën zyn gevallen, worden afgelost va® lsten Juli 1931 af by De Nederlandsche Ba» ^9,Ci Geauthoriseerde vertaling. 32.) Hier vond hij weer de kwaliteiten van dit oude rag terug. Niet de be wondering van minderen kan hen streelen, doch de erkenning van hun superioriteit door hun gelijken. Het zich verheven weten boven de middelmaat geeft hun niet de lage voldoe ningen van filmsterren, doch voelen zij als iets geheel met hun stand en hun eer verheven. Zij hebben te exaleeren, daarom zijn ze aristo craten Dit alles vond hij in Sheila Mary aanwezig. Geen oogenblik had hij haar kunnen betrappen op de vreugde van het kortstondige succes, dat elke Jeugdige verschijning enkele jaren in de hoogere kringen geniet. Wat er van binnen in baar omging wist hij niet. Angst of trots welke van de twee had haar oogen dat sterke licht gegeven? Niets anders dan het stil geluk, naast je te mogen rijden, bonsde het in Sheila Mary's hart. Doch zoover kende Marcus zijn verloofde nog niet, dat hij uit haar oogen de taal van haar hart te lezen vermocht. Tot aan het lichte bosch bleven ze samen gemoedelijk pratend over de gasten, de paarden en honden naast elkander rijden. Toen echter het sein tot de achtervolging be gon, de honden blaffend wegrenden en Marcus zijn aandacht als jagermee3ter geheel moest concentreeren op de sport, hield zij even in. Ofschoon zij schitterend in de eerste rijen wist te blijven, hield ze zich strikt aan Marcus' ■waarschuwingen nooit den Jagernieeater of de bonden voorbij te schieten. Je bent een heerlijke kameraad voor me geweest, sprak Marcus dien avond tot haar, toen ze behaaglijk zij op de sofa en hij in zijn fauteuil geuoten van bet naboomen op echte jagersmanier van al de evenementen van van daag. Je ocren zouden suizelen, als ik je alles moest herbalen wat men mij voor bewonde- rends heeft verteld over de sportieve verrich tingen van mijn Diana-vrouwtje. Zij lachte en keek hem van onder haar zwarte wimpers erg bekoorlijk aan. Dat komt dan allemaal op jouw credit, Marcus, want ik ben tenslotte niets anders dan je geduldige leerlinge geweest. Je hebt me theorie gegeven, jij hebt me leeren opstijgen, en alleen door al jouw raadgevingen tijdens onze gezamenlijke rijtoeren stipt op te volgen, zooals het een gehoorzame vrouw betaamt, ver kreeg ik de kwaliteiten, door anderen zoo vrien delijk als „uitstekend" gekwalificeerd Als alle vrouwen maar de helft wilden leeren, van wat jij in zoo korten tijd je hebt weten eigen te maken, Sheila Mary, geloof ik, dat wij mannen ze er zeer dankhaar voor zou den zijn. Sheila Mary lachte. Zij had maar wat grap pige en soms heel beleedigende commentaren gehoord over de minder te apprecieeren kunst verrichtingen van zoowel manlijke al3 vrouw- lijke deelnemers. Wat de oude Lord Bowston van een der dames had durven zeggen, zou haar voldoende geweest zijn, om voorgoed van alle jachtpartijen weg te blijven, indien haar zooiets overkwam. Dat komt me daar schots en scheef van achter naar voren gerend, botst tegen mijn paard op en gilt dan verontwaardigd: Lord Bowston U rijdt aan den verkeerden kant. Bij St. George! Even later schiet ze Marcus voorbij, terwijl zij hem een verwijt maakt, dat hij te kalm aandoet. Heilige Hubertus, zoo'n produkt moet er nog geboren worden. Mijn staljongen rijdt beter, en mijn kamer, meisje is knapper, mijn keukenmeid is logi scher en mijn hond verstandiger dan dat schep, sel, had hij gevloekt tegen een kringetje, dat stond na te kaarten, toen de bewuste amazone, vergeefs getracht had haar talrijke blunders weer goed te praten, Ba wat hen Ja van plan te doen, als je ons volgende week nitnoodigt voor je jacht? had Marcus hem gevraagd. Kijk eens, Wyevale, ik ben op een leeftijd gekomen, dat een goed onderhouden paard, een gestofte kamer, lekker eten en een trouwe hond me aangenamer zijn, dan het vervelende gezelschap van zoo'n kruideniersdochter, dio door een dwaasheid van een onzer jongere vrienden tot kasteelvrouwe is verheven. Ze bren gen geld en schande in je familie. Ik zal haar dus in kennis brenger met mijn staljongen om te leeren rijden, met mijn kamermeisje om deel te nemen aan een schoon heidswedstrijd, met mijn keukenmeid moet ze maar eens een middag in de keuken conferee- ren en ten slotte vraag ik haar met mijn hond op visite. Dan zal ze waarschijnlijk op alle wapens dermate geslagen worden, dat jullie een onhandige spelbreekster minder bezitten. Ik kan er best tegen om de slagen van de beleedigde partij op te vangen. Ik ben te oud en te wijs om een heerlijke jacht door een onhandige vrouw te laten bederven. Neen, dan had Marcus het met Sheila Mary beter getroffen. Geen enkele maal had zij de ongeschreven tradities van het jachtveld geschonden. Zij was Marcus' leerling geweest en zoowel dus om zijn als haar eer op te houden, moesf zij er zich wel voor wachten door een ernstige fout het misnoegen dezer rasechte sportmannen op te wekken. Het jaar liep ten einde. Kerstmis stond bijna onverwacht voor de deur. De jacht moest zelfs een tijdje losgelaten worden, want Sheila Mary had nu al haar tijd noodig, om de voorbereidingen te treffen voor een waardig verloop van het winterseizoen. Dit zette in met het groote bal vóór alle bewoners uit den omtrek, 'n feit, steunend op 'n verleden uit het symbolieke feodale tijdperk. Het groote huls en niet minder het aanzienlijk aantal be dienden en pachters maakten hiervan een ge beurtenis en men zou niet mogen zeggen, dat de jonge lord de tradities onvolkomen geëer biedigd had. Ze zouden niet veel gasten ontvangen. Marcns voelde er niets voor. Alleen Austin was uitge- noodigd. Zo gaven een groot diner en een groo- fcen dansavond voor de gasten uit den omtrek. Sheila Mary wist met een kalme waardigheid de taak van gastvrouw op zich te nemen, of schoon er niet gezegd kon worden, dat zij zich bijzonder gestreeld voelde dpor haar positie. Ze scheen het als 'n heel mooien plicht te beschou wen en juist daardoor was een Teder verrukt over de jonge verschijning, naast dien wat strengen gastheer. Maar tijdens het bal veranderde ze als bij tooverslag. Nu kon ze zich geheel laten gaan. Het was werkelijk als in een sprookje, toen ze bij de groote trap stond en allen hartelijk welkom op Wyevale kon toelachen. De versieringen in de groote zaal waren ge heel volgens den aard van het feest en in over eenstemming met wat de natuur te hieden had. Glimmend groen en fonkelend rood. De vloer was uitstekend gewreven en de muziek werd door de beste muzikanten uit den omtrek uitge voerd. Het ging er lustig en vroolijk naar toe als gold het een bruiloft. Sheila Mary trilde om te kunnen dansen. Marcus was er al op uitgetrokken om de gas ten, die nog geen meisje gevonden hadden, die de buffetten boven den glimlach van een blij gezicht verkozen, wat meer hoflijkheid te lee ren en ze stond zich stil te verkneukelen, toen ze gewaar werd, hoe hij den staljongen, die zijn rood gezicht bijna geheel in een kruik had ver borgen, dwong het kostelijke vocht nog wat met rust te laten en den smachtenden dorst van de blozende Mie met een fikschen dans te stillen. De bedienden zouden tot tien uur blijven daarna was de zaal geheel voor de gasten. Sheila Mary stond een oogenblik alleen en keerde zich om, teneinde enkele laatkomers te begroeten, die met langzame bewegingen de groote trap opkwamen, terwijl ze geduldig luis terde naar een oude vrijster uit het dorp, die reeds vijf minuten lang haar verontschuldigin gen aanbood, dat zij zoo laat kwam. Lord Wyevale had gezegd, dat we onze gast ook mochten meebrengen, sprak ze ten slotte maar -die had nog geen kostuum en toen Zij brak haar zin plotseling af, om regelrecht naar Marcus te stevenen die in hun richting kwam geloopen en in de verschrikte ooren van het meisje klonk plotseling een zeer melodieuss stem: Sheila Mar jr..we zullen elkaar dan toch eindelijk eens leeren kennen. Het werd zacht, bijna liefkozend gezegd; maar Sheila Mary had het gevoel, alsof er in de bloemen een dolk verborgen zat. Zij draaide zich om en zag in een paar oogen van een geheimzinnige, niet te bepalen kleur, die sterk schitterden. Ofschoon men niet be paald kon zeggen, dat het gelaat nog schoon was, hield het onweerstaanbaar de aandacht vast. Nog lang, nadat men deze vrouw voor het eerst gezien had, bleef die geheimzinnige bekoring nawerken. Sheila Mary stak haar een hand toe. Hoe gaat het met U, Lady Vawdrey? We hadden U vanavond niet verwacht. Neen. Het was een onverwacht genoegen voor mij. Ik kwam vanavond al in Chasover aaneen dag vroeger dan ik verwacht liad, doordat mijn gastvrouw zich vergist had. Maar het is voor mij ten slotte zeer goed geworden, een van die ongelukjes, met een zeer blij einde. Het heeft de deuren van Wyevale Court weer eens voor me geopend. Het huis, waar ik vroe ger als kind in en uit liep. De geheimzinnige oogen waren nu strak op Sheila Mary gericht en dwaalden toen vlug en onderzoekend door de zaal. Van hun plaatsje uit was de gelegenheid om alle gasten rustig op te nemen uitnemend geschikt en Maura liet als geroutineerde gezelschapsvrouw een derge lijke gelege: .d niet ontsnappen. Vlak voor hen stond Marcus met de laatste gast te praten en hij stapte met zijn rug naar Maura en Slieila Mary verder de zaal in. Hij scheen Maura dus niet gezien te hebben Maar Sheila wist en misschien wist Maura het evenzeer dat er niet veel aan Marcus' blik ontging. De zachte stem sprak opnieuw: Sheila Mary je hebt me op alle punten ge slagen. Je kunt nu wel eens wat edelmoedig zijn, zou ik denken. Sheila Mary keek de spreekster aan, wat was ze vreemd-schoon! Haar kleed scheen uit maanlicht en regen- hoog geweven. Een tiara van opalen brandde in de donkere haren. We zijn nu zoo goed als nichten geworden. Sheila Mary. Ik zou heel graag vriendin met je rijn. Ik geloof niet, dat het noodig is je te .ret>? vertellen, hoe mijn leven geheel schip"1, heeft geleden. Wie zal dat beter begrijpen- jij. Jij kunt dus edelmoedig en goeder»6^) zijn, als je wilt. Ik vraag me alleen af o£ voldoende vrouw bent om daartoe in sta® zijn. Marcus' verloofde of vrouw moet in Ai geval zeer hoogstaand zijn. Dat is ze aan positie verplicht. Wat zou 11c voor je moeten doen? O, zoo erg veel vraag ik je niet. He' een zeer langzaam begin zijn van de k' j moeilijkheden, die je als vrouw van gezeisj voortdurend tegen zult komen, Sheila Wellicht hen je me wel dankbaar dat :k r onmiddellijk me belast heb, met je in te 1® in de voor jou wat vreemde omgeving van /j,, oud-adellijk kasteel. Ik wil alleen weer wat ik vroeger geweest ben. Je zult je wel nen indenken, wat voor gewaarwording ik even kreeg, toen ik als het ware toegang "\f vragen tot een woning, die ik vroeger zoo als de mijne heb kunnen noemen. Moet ik goed een vijand en uitgeworpene zijn, S" Mary, omdat ik vroeger een onverge®' dwaasheid heb uitgehaald, waarvoor ik reeds meer dan voldoende ben gestraft? ®la j heeft zich van die schok zoo ik zie al vlug te herstellen. Moet hij mij nu voorgoed ui' leven sluiten? Is hij van plan mij voorgoe Peri aan de poort van het Paradijs te late®' Toen Sheila Mary den glimlach om die l*Le zag, ontdekte ze voor het eerst de ware jj kenis van dit woord en deze geste. Toen ze wat er voor leed en vreugde in een gH1" kon zijn opgesloten. Toen ze daar Maura Vawdrey voor z' in haar rijke kleeding en haar schltt®1 zelfbeheersching, voelde Sheila Mary zich ge seling als een onnoozel schoolkind i® vreemde omgeving. Deze vrouw zou haar P '^0' als slotvoogdes in dit historische gebon^jjl eere hebben vervuld. Het scheen de eenië Ljü omgeving voor haar. Deze overtuiging een scherpen steek in het hart. Zou N .ff ook tot deze gevolgtrekking komen, als N voorgoed in zijn leven zou terugtreden? 1 zij daar vrees voor hebben? Wat had 1 tot Pamela gezegd, op den avond voor vertrek? iet *oB V 5r« -(sters Ssj, Ro 1 V0C y.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1931 | | pagina 10