y
y
\v?n
s
s
PAASCHEN.
DONDERDAG 9 APRIL 1931
PASCHEN BIJ ONS IN
DEN ACHTERHOEK.
DEN TUIN IN 1
DE PAASCHHAAS,
EDELWEISZ.
door GUIDO GEZELLE.
Paaschcn, Paascken,
Hallelujah,
luide klinke
één uit al,
nu de slag van
leeft er immer
lerke en vinke,
leven zal
nu de stem van
Paascken, Paascken,
God almachtig
wijdt het vier.
is verrezen,
ménscke en dier
eigenkrachtig,
Paascken, Paascken,
Hallelujah,
opgèstaanden
eer de zonne in
is de God, dien
door den Steen,
booze handen
't Oosten scheen,
hadden aan het
laat den blauwen
kruis gedaan:
wierook dampen:
Paascken, Paaschen.
Hallelujah,
vrij voortaan,
God is groot:
heeft Hij hout en
overwinnaar
steen en ijzer
van de dood
overwonnen,
die, verrijzer,
Ieewerik.
CIJEERRAABSEL.
Oplossing van den vorigen
rebus.
VOOR KNUTSELAARS.
Met 'ai Paaschsei!
EYEN LACHEN!
VOOR REKEN*BOLLE*
BOOZEN.
PIJLEN#PUZZLE.
UITZOEKEN MAAR!
Aan onze Hagenaars...
die geen eieren meer brengen
wou.
WELKEN HEILIGE STELT
BIT VOOR?
Oplossing lucifers puzzle.
Oplossing vorig Kruiswoord*
raadsel.
VOOR REKENAARS.
Met Palïn-Zondag begint het al:
„Pallem, Pallem, Paschen,
Ei-koe-rei!
Ei-koe-rei!
Hadden we moar 'n Zondag,
Dan hadden we een ei!
Eén ei, dat is geen ei,
Maar drie el, dat 's pas een
Pallem-Paasch-ei
De kinderen beuren een Palm-Paschen bij
die gelegenheid, 'n krans van wittebrood waar
op vijf haantjes, ook van brood, met krenten
als oogen. 't Geheel wordt op een afgeschild
stokje gestoken, uitgeblazen eieren komen er
soms aan te hangen of sinaasapplen.
De haantjes zouden duiden op de overwin
ning van het licht op de duisternis. Immers
de haan kondigt den dageraad aan al vergist
zich er wel eens een 's nacht om twee uur of
zoo! Sinaas en eieren wijzen op vruchtbaar
heid; de palm wordt er bij gehaald ais symbool
der overwinning. Ook heeft de palm, zeggen ze,
een afwerende kradht Takjes ervan aan de
hoeken van het land behoeden het gezaaide
voor misgewas en hagel. Aan 'n huis, dat onder
den kap komt, wordt 'n palmtakje gestoken,
terwijl het werkvolk even bij een glaasje pau
zeert. Het is merkwaardig hoeveel gelegenheid
tot even feeeten er is, vóór zoo'n huis beele-
maal af is! Het afgeschilde stokje belet den
boozen geesten onder den schors te kruipen.
De Paaschvuren vlammen al minder aan den
avondlijken hemel op. Vroeger veel meer dan
thans schaarde men zich rond den Paaschberg
Ter Borg, Lochem en dan gebeurde daar
allerlei feestelijkheid hij. Tegenwoordig is het
meer een pretje voor de jeugd, die nu eenmaal
verzot is op vuurtje stoken. Zoo staken wij
altoos 'n reuze-vuur van aangespoeld hout,
wier, riet, biezen en weet ik wat nog meer op
Paaschdag aan in den ouden vuurtoren nabij
den Briel, Steenen Baken genaamd. De róók
was van uit de stad duidelijk zichtbaar. Ver.
der werd er op de nuchtere Zuid-Hollandsche
eilanden aan het feest niets bijzonders gedaan.
Milu moeder, als Limburgsehe, kleurde Paasch
eieren, en dat vonden ze in den Briel al héél
ongewoon en apart Niemand anders deed t In
den Achterhoek kent men dat kleuren evenmin
hoewel zóó diaht naast Duitschlamd, waar het
druk gebeurt Wèl eet men bier flink wat
eieren. Paschen en eieren, dat hóórt bij elkaar!
Eierrollen, eiertiiken, we kennen dat allemaal
wel.
„Een ei Is een nieuw steenen graf. Dat er in
is, schijnt dood, maar 't kan weer levende uit
breken. 't Is het beeld van onzes Heeren Ver-
rjjzenisse!' zegt 'n crue almanak.
Snap je nu het verband?
plaats staan, dan ziet men ieder jaar meerdere
planten en bloemen. Denk maar eens aan den
prozaïsohen aardt, ppel! Geen schubben, maar
'n vaste massa; in de pitten de oogen tot het
vormen van nieuwe planten. Aan alle kanten
loopt zoo'n knol dan ook uit. Wanneer men hem
bij de uitloopende spruiten doorsnijdt, dan
vormt elk spruitje een plant in den volgenden
zomer.
Sneeuwklokjes luidden de lente reeds in, de
crocusjes gaven er wat tint en kleur aan. Wak
ker worden doet het gehéél nog niet. 't Is er
mee als in 'n slapend huis: de grooten hebben
nog heelemaal geen zin om op te staan, maar
in de kamers der jongere garde is er al be
weging voor zes! Tensloite komt er 'n soort
onderhandelaar door 'nkier van de deur glu
ren of de oudere helft nog al niet wakker is.
'a Soort van wekker op twee beenen.
De sneeuwklokjes vervullen óók zóó'n rol,
zij hebben den slaap al lang uit Trouwens, de
heele natnur is van t jaar wat laat. "k Heb nog
geen paardebloem gezien, geen speenkruid ook;
vorig jaar bad ik ze op dezen datum, volgens
mijn aanteekeningen al genoteerd! De boomen
doen óók nog weinig. Vorigen Zondag, ln
Hintham, voor 'n Godshuis, stond 'n kastanje
Mast in Jong blad, zag ik, maar hier in de
tuinen zwellen alleen de knoppen nog maar.
De wind is nog „te hoog" zeggen de boeren,
„maor, Je kunt t better lieje as keere" voegen
zij er wijsgeerig aan toe.
Sneeuwklokje
Tóch, als wijzers van den vorderenden tijd,
hebben die bol- en knolgewassen hun beteeke-
nis even goed. 't Verschil er tusschen? Neem
*ns 'nui, als je niet op 'npaar tranen kijkt.
Dat is hl bol met schubben. Binnen in zit het
Bpruitje, dat later één plant vormt Meerdere
spruiten worden dan gevormd door de jonge
bollen, die veelal rondom den gTooten bol zit
ten. Laat men de bollen steeds op dezelfde
Enkele en dubbele Narcis.
De narcissen met hun stevige stengels doen
het thans ook al heel aardig. Er zijn enkele en
dubbele en vaak worden ze afgewisseld met
het heerlijke blauw der „druifjes", van die kor
te aartjes, jullie kent ze wel? Eind April komen
de groote sneeuwklokjes er bij, met groenwitte
bloemen, veel aardiger nog dan de sneeuw
klokjes van thans én forscher ook. De honds
tand is er dan, 'n knolgewasje, waarvan de
knolletjes op speenkrufd lijken, dat over een
paar zonnige dagen wel langs alle slootkanten
uitkomt. De crocus is 'n knolgewas, waar je
tot Mei plezier aan beleven kunt, dan het win-
ter-aoonietje, met zijn gele bloemen, die wel
wat van boterbloemen hebben en het „vogeltje
op den kruk", met purperen trosjes, alle drie
laag'bloeiers, vaak onder boomen of in het
gazon.
Crocus.
Van de bollen noemen we: tulp, hyacinth,
kievitseitje, iris. De keizerskroon valt al heel
sterk op; uit den bol 'nstengel tot 60 c.M.
hoog, met mooie, oranjeroode bloemen.
„Hoe rein en zuiver is het bloemenleven,
Ze kennen zelf haar eigen schoonheid niet,
Het is een bloeien en zich overgeven,
Een teeder ruischen van een wonderlied V'
H. REITSMA.
Wat je in den tuin niet kunt thuis brengen
aan bloemen, stuur het mij maar op, 'n bloem
pje, 'n trosje, en dan vinden we 't samen wel.
'n Volgenden keer praten we eens over een
heerlijk bezit: 'neigen bloementuintje.
Tot dan 1
M'n geheel bestaat uit 14 letters en is een
devies op het wapen van een onzer Provincies.
12 5 7 4 is bitter en zwart!
6 2 10 is een drank (ook wel een h erin
3 14 6 is 'n verkorte jongens- of meisjes
naam.
10 9 11 1 Is wit.
Een 13 5 14 8 vindt men aan elk huis.
Voor de goede oplossers wordt een groot aan
tal prijsjes beschikbaar gesteld héél mis
schien krijgt iedere goede oplosser er een 1
Inzenden in den loop van deze week, liefst
per briefkaart, aan
JEUGDREDACTETJR,
De Kruisberg, Doetinchem.
Kalmte en rust moeten uwe geleiders zijn.
Slechts uit het kalme, rustige denken worden
de kalme, rustige gedachten geboren.
Wie doet er mee aan het bouwen van «en
echte stoomboot?
Allemaal natuurlijk! Keurig, 't Ontwerp-boot
laat ik graag heelemaal aan jullie eigen lief
hebberij over, maar 'n paar aanwijzingen geef
ik toch! Het beste is de verschilende deelen
met draad aan elkaar te bevestigen en dan aan
de binnenzijde langs de naden, wat lak te
laten vloeien, om 't bolletje waterdicht te krij
gen. Het roer moet in schuinen stand vastge
zet, waardoor de dreadnought keurig in een
cirkeltje de waschtobbe kan doen. Met die ver
lakking moet je oppassen Gloeiend vloeibaar
lak Op de hand of vingers stemt niet bepaald
tot 'n glimlach.
Nu de motor!
't Is Paschen- De eieren zijn goedkoop. Hier
in den Achterboek wordt de prijs bepaald per
gewicht, maar zoo nauw neem ik het nooit.
M'n grootste schik aan het kippenhok van de
boerderij bij ons in de buurt zélf de eieren te
lèten pakken, warm uit het nest, te midden
van kakelende kippen. Moet je dat bange ge
zicht van Wouter zien, die ze pakken moet 1
Onbetaalbaar! 1 Maar daar hadden we het nou
niet over. 'n Ei, wou 'k maar zeggen, is goed
koop genoeg thans. Laat het aan één kant
leegdrinken ofdoe het zelf.
De leege schaal, nu dus aan één kant open,
wordt tot even onder het gaatje met water
gevuld en op twee ijzerdraadjes op de boot ge
legd.
Ziezoo, de ketel is klaar.
Nu komen de vuren. Neem 'n balven eier
schaal, die je op "n uitgehold stuk kurk op den
bodem van je schuit plaatst. Den dop vul je
met patent-olie, 'n drijvertje erin. klaar is
Kees! Nog gemakkelijker is het 'n waxine
lichtje te vragen aan moeder, dat vlekt niet
zoo gemakkelijk. Het water gaat koken, de
stoom ontsnapt door het gaatje in het leege
ei hier Is de leege dop méér waard dan een
half ei „en: zachtkens glijdt ons bootje!"
Piet, tot bezoeker, terwijl zijn vader aard
appels zit te jassen:
.Meneer, is U getrouwd
,Nee, m'n jongen, dat is me nog niet over
komen
„En wie zegt U dan, wat U doen moet
„Vader, Piet is erg vervelend geweest 1"
„Jij moet me dat niet komen verklikken,
Jongen 1
„Dacht U soms, dat hij het U zelf zou komen
zeggen
Vee-arts, tot dokter, die juist van een ge
weldigen zeurkous vandaan komt
„Dokter, ik wou dat mijn patiënten óók kon
den zeggen, waar ze pijn hadden 1
,Lieve man, dank den hemel, dat ze dat
niet kunnen 1"
Wie kan dadelijk, zonder fouten, 'n partijtje
getallen van zes cijfers neerpennen, die door
.13 deelbaar zijn?
Jij niet?
Ik wel: 101101, 31S31S, 495495, 6836S3. Nog
jets van je dienst? Ofsnap je de zaak?
Allemaal getallen, welke uit twee gelijke groe
pen van drie cijfers bestaan! We zijn er nog
niet. Pas op! Je kunt ze óók allemaal door 't
gekkennummer 11 deelen en als rest krijg je
steeds: nul komma nul 'k hou 'n boekje!
Ja., en laten pou al die getallen óók nog
deelbaar zijn door 't heilige getal, door 7!
'n Gekke boel, he? 't Ongeluksgetal, 't heilige
idem, en 't gekkennummer!
Nou. 't is tóch heusoh waar. hoor! 'n Getal,
deelbaar door 13, 11 en 7, is óók deelbaar door
13, x H X 7 volgens 'n eigenschap uit de
rekenkunde, die 'k jaren geleden nog bewij
zen kon 13 x 11 X 7 1001 en.... onze
getallen zijn véélvouden van 1001.
1001 1000 -)- 1! Of niet soms? Vermenig
vuldig dat nu met 'n getal van 3 cijfers, b.v.
623, dan krijg je:
683 x 1 «S3 x 1000 683 683000 -
683683. Gesnapt?
Zeven pijlen zijn in één cirkel terecht geko
men. Gevraagd wordt in drie rechte lijnen zoo
danig door den cirkel te leggen, dat zeven van
elkaar gescheiden vakken ontstaan, met in
ieder vak één pijl. Oplossing volgenden keer.
„De Hagenaars zijn leugenaars!"....
Zóó sprak onlangs een Hagenaar,
Ook.... hij was dus een leugenaar 1
Doch, was hij zelf een leugenaar,
(Dit, dunkt m' is duidelijk en klaar),
Dan waren ook de Hagenaars
Niet wat hij zei géén leugenaars!
En waren nu de Hagenaars
(Dit volgt hier uit) geen leugenaars,
Dan was ook hij geen leugenaar.
Maar was hij zelf geen leugenaar,
Dan waren dit is ook wel klaar
Wel degelijk die Hagenaars,
Gelijk hij zeide, leugenaars....
Enz., van voren af aan!
Van hetgeen men niet mag doen, moeten wij
zelfs niet denken aan de mogelijkheid het te
doen.
Wie in rechtvaardigheid leeft is overal
veilig.
(Voor de kleineren.}
'n Week of wat vóór de late Paschen. De
zon deed al haar best om bét doodsche pakje
van den winter om te tooveren in een fleurig
lente-japonnetje; de meezeu vertoonden hun
gewaagdste buitelingen aan onwaarschijnlijk
dunne takjes; één kastanje had 'ter op ge
waagd en al z'n teere blaadjes zoo maar vol op
de lucht in gedrongen; aan den slootkant geel
den speenkruid en pa-ardenbloem. Alleen vriend
Lampe, de haas, had danig 't land en kon maar
geen goed humeur aanschieten. De jacht was
toch al afgeloopen; na 1 Januari hadden de
dreunende schoten z'n kleine hartje al niet
meer doen opschokken van haze-sehrik.
Wat was er aan de hand
Dat vroeg bezorgd z'n vrouw óók, toen hij
thuis kwam, z'n muts tegen den grond smeet
en geen stom woord meer zei
„Ik staak Overal roepen ze om Paas.cheie-
ren, Paasoheieren! En dat voor de menschen,
die me heel den winter met kruit en lood
achter m'n vodden gezeten hebben 1 Ik geef d'r
geen één meer 1
„Maar, beste man opperde mevrouw
Lampe, „hoe kom je daér nou bij'' De mieren
zullen heusch niet voor de eieren zorgen en de
poesen nog veel minder. Waarom wil jij niet
meer doen, wat al onze voorouders al hebben
gedaan
Er hielp geen lieve-moederen aan, heer Lang
oor was niet te bewegen van plan te verande
ren. Hij stapte het veld in, knaagde wat frisch
groen af, holde dan naar links, dan naar rechts,
spitste z'n slappe ooren enblééf mopperen.
De feestdagen naderden, maar voor Paasckeie-
ren werd niet gezorgd. Sneeuwklokjes en cro
cusjes kwamen vertellen, dat de winter was
opgehoepeld naar z'n kouën land terug, de
wei zag wit en geel en paars van madelieven
en ranonkels en andere bloemen, te midden
van die blijde bloeraenkindertjes scharrelde
Lampe wat rond, telkens bedacht op onraad.
Wat hoorde (hij daar? Hij zat hóóg op in het
gras; z'n vochtige, bolle oogen gluurden naar
alle kanten.
'n Mensch, Goddank, 'n kleintje maar. Wat
had dat mensohenkindje mooi haar 1 En waar
om schreide ze zoo?
Hup, hup, 'n paar zetten en de haas zat naast
het meisje. „Wat scheelt er aan, klein mes-
schénkind?" vroeg hij deelnemend. Zeker had
den de bloemen hem wat milder gestemd of
was het dé zon, die z'n warrigen péls zoo
lekker warmde
Het meisje vertelde haar leed: dezen keer
zóu ze met Paschen géén eieren krijgen, want
ze hadden haar verteld, dat de Paaschhaas was
doodgeschoten en wie moest ze anders brengen
dan hij? Er was niemand, die zooveel van de
kinderen hield als die goeie lobbes van een
Paaschhaas en nou hadden ze 'm geslacht en
opgegeten. Lampe kreeg tranen in z'n oogen,
toen hij het meisje zoo hoordo klagen. Hij
veegde met z'n grappige voorpootjes de water
landers van z'n snoet en zei: „Huil maar niet,
hoor, dat komt nog allemaal in orde!" Hij
reude weg, alsof honderd honden achter z'n
witte staartvaantje aan stoven. Het meisje
wachtte. Al gauw kwam het lieve dier terug:
roode en witte suiker-eieren bracht hij mee,
en chocolade ook. Hij legde dat alles neer
voor het meisje, keek nog even, of zij nu la
chen zou en hupte tevreden naar zijn flat
woning. Wat de verwijten van zijn vroüw eu
de standjes zijner vrienden niet hadden kun
nen uitrichten, bewerkten de tranen van een
menschenikndje
i.
Wij geven een série van vijf heiligen-figuren,
waarvan wij de namen eerst nh de plaatsing
van plaatje 5, aan ons adres verwachten; elke
week één plaatje.
Onder de goede oplossers wordt 'n fraai boek
verloot.
Van links naar rechts:
1 kleed. 6 knots, 9 Anno, 10 orde. 13 el, 16 lol,
16 al, 17 van, IS ge, 19 op, 20 sla, 22 nom, 25 la,
26 netto, 30 alles, 32 pater, 33 Mekka, 35 eeren,
39, op, 40 are, 42 ga, 43 los, 44 id., 45 ma, 47 tea
49 dom, 51 1.1., 52 eere, 54 eend, 57 blaar,
58 negen.
Van boven naar beneden.
2 La, 3 ent, 4 en, 5 dolen, 6 kolom, 7 ode, 8 te,
11 zeven, 12 blaas, 14 lade, 16 alle, 23 otter,
24 fl., 27 tak, 28 et, 29 opa, 30 are, 31 lor,
33 molen, 34 km., 36 en, 37 egei, 38 naald,
40 adder, 41 Emmen, 48 Tea, 50 eng, 52 el,
53 ra, 54 Ee, 56 de.
Ingezonden door: W. B., Rotterdam.
De elementen zijn opgebouwd uit atomen.
'n Atoom is het kleinste deeltje van een ele
ment, dat alléén, of in vereeniging met ge
lijke deeltjes hetzelfde of 'n ander element be
staan kan.
16 gram zuurstof bevatten: 606 X 10 X 10
X 10enz., enz. één en twintig tienen,
dus 606 X 102t atomen
1 atoom zuurstof weegt dus
0, 000, 000, 000, 000, 000, 000, 000, 026,4 Gram
MaHa Zit te apinnen
Haar allerf(jasten draad
Die arbeid doet gewinnen
Haar Jesua een nieuw gewaad.
De vachten der kléine lammeren
Die grazen in Edetts gaard
Ze worden door engelenhand
Voor ons Lie' Vrouwe bewaard.
En wijl zij zit te spinnen
Op oude aardsche wijs
Daar zweven haar gedachten
Tea- aarde nog eene reis,
En zij denkt aan het zwaard der smarten
Dat zij te verduren had,
Eu aan haar blijden intocht
In de stralende Hernelstad.
Aan haar zweven op liaht en wolken
En de fonkelende kroon
Die Zij Koningin des hemels
Ontving uit. de hand vau Haar Zoon.
Ook aan ai wat aardsche moeders
WeJ lijden aan smart en nood
Bij 't zorgen voor haar kinderen
De kinderen van haar schoot.
En bij 't veelvuldig denken
Een vlokje der spoel ontviel
Een wollig zilverig vlokje
Van Lie' Vrouwkes spinnewiel.
Dat aanetonds werd een bloempje
In 't eenzaam heilig oord
Waar kwaad of lasterzwaren
Nog nimmer werd gehoord.
Op de blanke hooge toppen
Daar bloeit het telken keer,
Het Edelweisz der bergen
Aan Jesus en God ter eer.
Deze legende werd verdicht en voor de Jeugd-
eouvant welwillend afgestaan door mevrouw E.
II. du QuesneVan Gogh, Baarn. De redactie
heeft het met veel waardeering aanvaard.