FEUILLETON De onbewaakte. SPORT EN SPEL No. «jswa; SaT-sa,» sms. rsAsaass sas-. n„ mJTfS&SJ DE DUIVEL IN HET GLAZEN EI. DONDERDAG 16 APRIL T9SÏ 'N bepaling, DIE DE aandacht VAN HET PUBLIEK VERDIENT ROTTERDAM—LONDEN-LIJN OUDE GULDENS UIT 'T VERKEER ONVOORZICHTIG OVER GESTOKEN DOOR EEN VRACHTAUTO OVERREDEN UITLOTINGEN". NO K,30T,rfaKS' iSVJjjjU» 281722 ffrü m2^- 583226 SiTlSM SM nos. elk met frs. 1.000. MARKTBERICHTEN. rrXort'l^Tt1, pjatgl komkommers AVONTURENROMAN. Beschouwingen en aanvullingen Het voorschrift, dat verpik* tot stoppen, doch niet onnoodig de beweging belemmert, indien er ruim uit- uitzicht Naar aanleiding van de betreurenswaardige ongevallen, die op onbewaakte overwegenbid den voorkomen, verschenen in de dagbladen ■wederom beschouwingen, welke wel eenige aanvulling behoeven, aldus M. G. in „Spoor- en Tramwezen''. Zoo wordt ten opzichte van het ongeval tnsschen Bibergen en Neede berekend, dat bij een vrij uitzicht als ter plaatse aanwezig is, van 21 meter van den oveTweg af de bestuur der bij eene snelheid van 20 K.M. per uur slechts een tijd van 3.78 sec. tot zijne beschik king zou hebben om uit te zien en den auto tot stilstand te brengen. Tegen deze berekening is niets in te bren gen; men vergeet evenwel, dat 20 K.M. per uur de maximum snelheid is, die in het alge meen bij het naderen van onbewaakte overwe gen is toegelaten. Deze snelheid bedroeg voorheen 10 K.M. per Uur. Aangevoerd werd toen van de zijde der auto bestuurders, dat men redelijkerwijze de on bewaakte overwegen niet met eene zóó gerin ge snelheid kan naderen terwijl dit bij vele overwegen met ruim uitzicht ook niet noodig was waarop de maximum snelheid is ver- hoogd tot 20 K.M. per uur. Aan art. II sub 2 van het Algemeen Regle- ment voor den Dienst op de Spoorwegen, resp. op de Locaalspoorwegen, werd echter een nieuwe alinea toegevoegd, luidende: „De bestuurder van een motorrijtuig, als bedoeld in art. I, punt I der Motor- en Rij- wielwet, is verplicht bij het naderen van een overweg, totdat hij zekerheid verkregen heeft, dat hij dien overweg zonder gevaar over kan rijden, met geen grootere snelheid te rijden dan die toelaat het motorrijtuig nog vóór den overweg tot stilstand te brengen Het is wel gewenscht deze bepaling eens on der de aandacht van het publiek te brengen opdat men wete, dat men zich hij het niet in acht nemen van deze overigens voor ver standige autobestuurders van zelfsprekende bepaling aan een strafbaar feit schuldig Hl 3, elk t. Herhaaldelijk wordt dan ook tegen autobe stuurders die zich op een overweg bevinden, wanneer een trein nadert, een vervolging in gesteld. Dit voorschrift houdt verband met de kwes tie van het verplichte stoppen voor onbe waakte overwegen. In verschillende landen, o.a. Italië en eenige staten van de Vereenigde Staten van N. Amerika, moet men voor eiken onbewaakten Overweg stoppen, ongeacht of er een trein nadert of niet en heeft men, indien overtre ding geconstateerd wordt, onmiddellijk een vrij 'hooge boete te betalen. Ben zoodanig wettelijk voorschrift wordt ook bij ons tan verschillende zijden aanbevo len. Gelet op ons eigenaardig vrijheidslievend volkskarakter, heeft onze Regeering echter nooit zoover willen gaan, omdat inderdaad daardoor verstandige en oplettende autobe stuurders zeer dikwijls onnoodig oponthoud zouden ondervinden. De Commissie van onderhoek ï.z. de veilig heid op openbare niet-afgesloten ovei wegen heeft dezen maatregel dan ook niet wil len aanbevelen doch, in verbapd met de verhoo ging der toe te laten snelheid, de redactie van het voorschrift voorgesteld, als thans in het Algemeen Reglement voor den Dienst op de Spoorwegen (Locaalspoorwegen) is opgenomen, Dit wettelijk voorschrift houdt onder om standigheden de verplichting tot stoppen voor een onbewaakten overweg In, doch belem mert niet onnoodig de beweging van motor rijtuigen, indien er een ruim uitzicht is. De Spoorwegen hebben te zorgen voor een duidelijke aanduiding der overwegen, hetgeen op zeer voldoende wijze geschiedt door waav- scbuwingskruisen, zeer opvallend geschilderde hekwerken en op een aantal plaatsen door flikkerlichten. Daarnaast hebben de Spoorwegen te zor- CENTRAAL TOONEEL De Directie van het Centraal-Tooneel (de Bree en Sluizer) verzoekt ons mede te dee len, dat zij voor het a.s seizoen by bun gezel schap hebben geëngageerd: mevrouw Chrispijn- Mulder, mevrouw Marie Dresselhuis, de hceren Flor la Roche en Joan Remmelts. De BELGISCHE KONING hield ter gelegenheid van zijn verjaardag een troepenparade te Brussel; de vorst groet de vaandels der corporatie gen voor een voldoend ver uitzicht op den spoorweg, van den weg kf. Een afstand van 21 m. uit den overweg is daarvoor gelet op do bovenaangehaalde bepa ling, voldoende; in het buitenland wordt ook niet meer verlangd. In Oostenrijk is de mi nimum afstand 2, 4 en 6 m, tot de vrije ruim te van het spoor al naar de belangrijkheid van den weg. Het criterium voor de veiligheid op den overweg ligt in den afstand waarover men den spoorweg overzien kan; deze moet zoo groot zijn, dat men den spoorweg nog veilig kan oversteken, wanneer men den trein nog niet ziet aankomen. De afstand waarover men van den weg af uitzicht op den spoorweg heeft, is van minder beteekenis omdat de weggebruiker het volko men in de hand heeft om door de noodige voorzichtigheid alle gevaar te ontloopen. Wie niet handelt overeenkomstig het meergenoem de voorschrift is behalve dat hij kans loopt op een strafvervolging eenvoudig roekeloos. Opening van een nieuwen dagelijkschen bootdienst VOORNAMELIJK TEN BEHOEVE VAN DE FRUIT- EN GROENTENEXPORTEURS IN HET WESTLAND Indertijd zijn reeds plannen gemaakt voor het openen van een nieuwe scheepvaartverbin ding met Londen, voornamelijk ten behoeve van de fruit- en groenten-exporteurs in het Westland, waarvoor aanvankelijk Schevenin- gen als haven was uitgekozen. Om verschillen de redenen, voornamelijk wel door de aan wezigheid van een uitgestrekte zandbank voor de Scheveningsche haven, is dit plan toen niet doorgegaan. J. Salomons' Shipping and Forwarding Office, van wien het denkbeeld was uitgegaan, heeft toen naar andere mogelijkheden gezocht en de keus van de haven is daarbij gevallen op Rotterdam. Gisteren heeft het eerste schip in dezen nieuwen dienst, de „NUverdal" de reis aan vaard. Des middags1 was er aan boord van dit schip een officieele bijeenkomst, waarop de heer Salomons met enkele woorden de Holland Brittain Line voor geopend heeft verklaard. Er zal met vier motorschepen gevaren wor den, de „Nyverdal", de „Maraboe", de „Alba tros" en de „Adelaar". Deze schepen varen des avonds te 7 uur af van de laadplaats Beton- loods aan de Lekhaven en meeren te Londen aan de Horsverry Wharf bij de Serrey-Docks. De overtocht zal 1618 uur in beslag nemen. De vracht zal hoofdzakelijk uit producten afkomstig uit het Westland bestaan, hetgeen niet uitsluit dat ook stukgoed aangenomen wordt. Met verschillende leden van de Rotter- damsche Vereeniging van Fruit- en Groenten- handelaren en van de Nederlandsche Vereeni ging van Groenten-exporteurs te Rotterdam zijn contracten afgesloten over een tijdsduur van twee jaar. UITVOER FIJNE ZADEN Het Centraal Bureau voor de Statistiek deelt mede, dat in de maand Maart 1931 aan fijne zaden werd uitgevoerd: Maanzaad (papaver zaad): 405.214 K.G. Karwijzaad: 558.439 K.G. Kanariezaad: 1.176.40S k.G. Bruin mosterd zaad: 5S.525 *K.G. Geel mosterdzaad: 211-828 K.G. Circulatie reeds sterk afgenomen Het Ned. Corr. Bureau voor Dagbladen meldt: In art. 1 van de wet van 27 November 1919 (Staatsblad no. 786), werd, met Ingang van 1 Januari 1920, het zilvergehalte onzer teekenmun- ten verlaagd. In art. 3 van diezelfde wet werd bepaald, dat de op 1 Januari 1920 in omloop zijnde munten gangbaar zouden blyven, totdat zy volgens de by algemeenen maatregel van besutur te stellen regelen buiten omloop zouden zyn gesteld. De algemeene maatregel van bestuur van 15 April 1920 (Staatsblad no. 184), stelde de bedoel de regelen vast. Artikel 1 van dien algemeenen maatregel bepaalt, dat de munten buiten om loop worden gesteld op de tydstippen, welke on derscheidenlijk door den Minister van Financiën voor Nederland en door den Minister van Kolo niën voor Indië, Suriname en Curagao worden vastgesteld. Art. 2 bepaalt, dat na dat tydstip de munten nog gedurende twee maanden aan bepaalde kantoren kunnen worden ingewisseld. Een hedenavond verschynend Koninklyk besluit heeft dien termijn van twee maanden voor Ne derland veranderd iq drie maanden. Eerstdaags is nu een bekendmaking van den Minister van Financiën te verwachten, waarby ter uitvoering van bovengenoemden algemeenen maatregel van bestuur, tegen 1 Juni a.s. voor Nederland bulten omloop worden gesteld alle nog in circulatie zynde guldens, welke een vroe ger jaartal dragen dan 1920. Deze guldens zullen dus daarna nog tot 1 September a.s. aan bepaalde kantoren ter inwisseling kunnen worden aange boden. Reeds sedert geruimen tyd, werden deze oude guldens, als zy aan de kantoren van de Nedërlandsche Bank ontvangen werden, niet weder uitgegeven. Thans is hun circulatie allengs dermate geslonken, dat mede met het oog op de behoefte aan voldoende materiaal voor aanmun ting van nieuwe guldens het oogenblik tot bui ten in omloopstelling aangebroken is. UIT DE AARDEWERK-INDUSTRIE Invoerrecht naar het gewicht HET EENIGE MIDDEL TEGEN DUMPING De Kamer van Koophandel voor Maastricht en Omstreken heeft in haar gisteren gehouden vergadering de volgende motie aangenomen: „De Kamer van Koophandel enz. kennis ge nomen hebbende van het schrijven van den Minister van Arbeid, Handel en Nijverheid d.d. 27 Maart 1931, betreffende den toestand in de aardewerk-industrie en de eventueele maatre gelen tot verbetering; gehoord de naar aanleiding daarvan in de vergadering ontwikkelde bespreking, spreekt als hare meening uit, dat van een anti-dum- pingwet slechts dan eenig heil voor de Ned. aardewerkindustrie te verwachten is, indien de invoer van buitenlandsche producten zal wor den belast met een invoerrecht naar het ge wicht zooa-ls in het wetsontwerp tot tijdelijke verh'ooging van het invoerrecht op nuishou- delijk aardewerk destijds door de regeering zelf werd voorgesteld". Deze motie wordt gezonden aan den Minister van Arbeid, Handel en Nijverheid. ONDERLINGE HAGELVERZEKERING L. L. T. B. Maandag hield bovengenoemde instelling in het Landbouwhuis te Roermond haar jaarver gadering. Uit het jaarverslag bleek dat het aantal af- deelingen 137 bedraagt. Er werden 4730 polis sen afgesloten, of 300 meer dan in 1929. Het verzekerd kapitaal steeg met 68.754 tot 6.398.345. In 47 afdeelingen werd aan vergoeding uit betaald 19.312.80. Het reservefonds nam toe met li.724.50 en bedraagt thans 375.773.49 Dcodelyk ongeluk Gisterenmiddag te ongeveer twee uur is op de Ruischerbrug te Groningen de ongeveer 22-jariga H. Wayer, dienstbode te Harkstede, toen zij vlak voor een auto van dokter A. wilde passeeren, door den auto gegrepen en vrijwel op slag gedood. De dokter, die nog trachtte haar te ontwijken, reed met zijn auto tegen een boom, tengevolge waarvan hij eenige lichte verwondingen door glasscherven bekwam De auto werd vrij ernstig beschadigd. En onmiddellijk dood Gisterenmiddag is de 10-jarige H. V. toen hij fietste in de Getfertstraat te Enschedé door een met steenen beladen vrachtauto van de firma S. overreden. De knaap was onmiddellijk dood. MET LUCIFERS GESPEELD Een kapokbergplaats uitgebrand Gisterenmorgen circa half elf brak brand uit in de kapokbergplaats, tevens óók werk plaats van de N.V. de Jong's meubelindustrie aan de Hoofdstraat te Apeldoorn. Spoedig was de brandweer met volledig materiaal ter plaats© en gaf met vier stralen water. Op de bovenverdieping, waar de brand door het spelen met lucifers door den 16-jarigen knecht S. was ontstaan, grepen de vlammen zoo snel om zich heen, dat de brandweer niet verhinderen kon, dat de geheeeie bovenverdie ping uitbrandde, en de daaronder gelegen werkplaats aanzienlijke watersdhad© leed Verzekering op beurspolis dekt de schade. BUITENLANDSCHE VERBINDINGEN SPOORWEGEN- In verband met de invoering van den zo mertijd in België, Frankrijk en Engeland heb ben eenige wijzigingen in de dienstregeling der Spoorwegen plaats. Voor nadere inlichtingen verwijzen we naar de advertentie in dit nummer. NEDERLANDERS IN DEN VREEMDE Nieuw werk van Daniël Ruyneman Daniel Ruyneman schreef, hiertoe uitge- noodigd door de Can+ori dl Firenze" te Flo rence een koorsonate. Het werk is bereids in studie genomen en zal in het begin van het nieuwe seizoen worden uitgevoerd. De Ween- sche première van dit werk wordt aoor Dr. Hans Pless voorbereid en die te Parijs door het Quatuor vocal, opder leiding van Jean Hazart. Lodewijk Schelfhout Voor de Print Rooms van het British Mu seum te Londen, werden wederom eenige droge- naald-gravures van Lodewijk Schelfhout aan gekocht. Louis Zimmerman te Düssedlorf Men meldt ons uit Dösseldorf: De Nederlandsche violist Louis Zimmerman behaalde hier een groot succes met het spelen van het vioolconcert van Beethoven. Het orkest onder leiding van Generalmusikdirector Hans Weisbach begeleidde den violist voortreffelijk. Louis Zimmerman kreeg een ware ovatie van de toehoorders in ontvangst te nemen- NED. ELFTALSOCHAUX 0—2 Ons team, door het gemis van een stuwende middenlinie gehandicapt Na de Engelschc profs en het Praagsche Sparta heeft de K. N. V. B. Sochaux, het elftal van de Fransche Peugeotfabrieken, geëngageerd, om een oefenparty tegen onze uitverkorenen te komen spelen. Deze methode van oefening valt ongetwij feld toe te juichen, want op die wyze leert o..s nationale team zich aan dlv.e.rs® ®peientegfn- wennen, krygt het gelegenheid van den tegen stander te leeren en onder verschillende omstan digheden onderling contact te verkruSell' t vlSnd%m\f wdeTtsXuhUe Sf ons eUtaJ toen het eerste half uur de kat^ uit breenken0°watdne teenstander opbouwde, langzaam aan begon de opbouwende arbeid en If °e3tt®L™ de aanvallende kracht van toen de rekening worden gehouden. Wj weten wen successen in hst veld vooral aan it. wing welke van de Feyenoord-middenlinie uu ginen de wedstrijd van Siste.re" fbe^t elftal wy gelyk hebben gehad. Want dat dit elftal, zonder de gebroeders Paauwe, als j|® bevrediging schonk, moet nu hoofdzakelijk het gemis van stuwkracht toegeschreven worden, waarby nog komt dat Weber, wiens houterig spel weinig te beteekenen had, ons van Kol ni doen vergeten. Ja. van Heel was het g struikelblok voor den Franschen rechterwmg zoo zelfs, dat De Jannes en de gebr. Laure om hun figuur te redden soms minder faire trucjes probeerden maar ten Donkelaar betee- kende als spil niet veel en Breitner vond eerst tegen het einde zyn vorm. "Van de voorlinie dienen allereerst Wels en van Nellen genoemd. De Unitasman was werkelyk onverbeterlyk en gu neer Adam eens niet meer beschikbaar is, behoe ven wy voor de bezetting van de rechtsbuiten- plaats geen zorg te hebben. Van Nellen kwam er na een aarzelend begin heel goed in en speelde het laatste half uur tegen Wels op. Van het binnentrio leek het, of de eenige eerste klasser. Maas, niet bestond. Wat er voor goeds gepres teerd werd, kwam nog van de twee Rotterdam mers. Maar vooral de Xerxesman zag zich ge ducht bewaakt, terwyl eerlykheid shelve dient toegegeven, dat ons aanvalsquintet weinig geluk had. Want er werd het slechte voeden door de middenmoot ten spyt meermalen kranig geschutterd, doch dan was het óf de lat óf een hoofd of een been, dat in den weg kwam. Het z.g. Fransche team was min of meer een internationaal allegaartje, zoodat er vermoedelyk meer Engelschen, Spanjaarden en Duitschers speelden dan Franschen. Hun kracht schuilt in een verrassend snel open spel en in hun schot vaardigheid. Men wachtte niet tot voor doel, maar knalde er op tientallen meters afstand lustig op los, niet uit een voorzet eerst den bal goed leggend, maar meestal ineens, zonder dralen. Aan de wijze, waarop de middenvoor Maschinot een aanval opzette en liet spel verdeelde, kon iedere voetballende Nederlander een lesje nemen. Sochaux vormde overigens een zeer homogene ploeg en m- i verstond elkaar uitstekend, jammer dat er eenige temperamentvolle heertjes by waren, die zich niet wisten te beheerschen. Misschien werden zy ook wel eenigszins geprikkeld door de vaak zonderlinge en op partydigheid lykende beslissingen van scheidsrechter van Moorsel, die bepaald zyn dag niet had. De elftallen zagen er als volgt uit i Ned. elftal: v. d. Meulen (d.); v. Run en Weber (a.)Breitner, ten Donkelaar en van Heel (m.) Wels, Vente, Lagendaal, Maas en van Nellen (v.). Sochaux: Dozes (d.); Wartel en Mattier Laurent Sr., Eastman en Lehmann (m.)De Jannes, Laurent Jr., Maschinot, Hillier en Mil ler (v.). De eerste tien minuten zyn blykbaar van beide zyden een terrelnverkennen, waarna de Feugeot- menschen zich eenigszins inspelen en verscheidene lange, maar goed gerichte schoten afvuren, waar mee v. d. Meulen weinig moeite heeft. Wels weert zich op zyn wing geducht en geen tegenstander, die hem verhinderen kan scherp voor doel te plaatsen. Eenmaal weet hy ook, uit een pass van Vente, op doel te schieten, doch ook hier is de keeper op zyn qui vive. Snelle Fransche aanvallen worden byna steeds besloten met een goed schot of een venynigen kopbal, terwyl aan da andere zyde Lagendaal eenige schuivers kan geven, die echter slecht gericht zyn. Langzamerhand gaan de Franschen een geweldigen druk op v. d. Meulen c.s. uitoefenen, doch tot scoren komt het niet. Maschinot staat eens geheel vry op twee meter afstand voor onzen doelman, doch v. d. Meulen loopt toe en het schot ketst tegen hem aan. Beide doelen beleven daarop angstige momenten, maar wanneer rusten geblazen wordt, is de stand nog 0—0. Nauwelyks is de tweede helft een minuut oud of de Jannes krygt uit het midden den bal toe gespeeld, zwenkt bliksemsnel naar binnen en doel punt onhoudbaar (01). Hierdoor geprikkeld komen de onzen eenigen tyd in de meerderheid, zonder echter bepaald gevaarlyk te kunnen wor den. De bezoekers worden fanatieker, zoodat scheidsrechter van Moorsel het noodig oordeelt waarschuwingen uit te deelen. Een door van Nel len genomen hoekschop knalt Wels in liet zynet* Nu gaat 't er op lyken alsof de gelijkmaker 1* de lucht zit. Op dlkwyls onbegrypbare wiize ont komt. het. Fransche doel aan doorboring. Vanneet van Nellen gehaakt wordt, moet Laurent Sr aio reeds menige waarschuwing opgeloopon heeft, P last van den scheidsrechter het veld verlaten. Weer een prachtvoorzet van Wels. die via Lagen- daal's hoold op van Nellen's schoen en '.oo m den doelmond terecht komt. Lozes kon evcn corner werken. Een ren van M.Uer wordt door van Run gestuit. Van Nellen gaat steeds beter soelen. Hii passeert eenige tegenstanders, maar 'mist als hij Lagendaal wil laten schieten, komt Warte' tusschenbeide. Verschillende uitstekende schoten van Vente, Lagendaal en van Nellen vallen te noteeren. In plaats dat er geluk wor gemaakt komt Sochaux wel wat goedkoop» aan een tweede doelpunt. Voor een dubieus hands- "eval van v. Heel wordt een vrye schop toegekend, die Eastman onhoudbaar inknalt. De laatste minuten zijn de Hollanders niet van het Fransche doel weg te slaan, maar onze jongens worden door pech achtervolgd, zoodat het einde komt met een geflatteerde 2-0 overwinning voor Sochaux. VOETBAL IN ENGELAND Gisteren werd gespeeld: n n Eerste divisie: Liverpool—Birmingham Ó-O. Tweede divisie: Reading-West Bromwich Al' bllEmdstryd Schotsche beker! Celtic—Mother- well 42. OOSTNEDERLAND-WEST-DUITSCHLAND. Naar wy vernemen, zal de heer Engelbevts op den dag na den wedstryd Oost-Nederland-West- ui-nfi WaibA (^0 volgende ncismnd te Ain* ?emSwoVdf gc^èetddlftr°edgen als voorzitter van he™ comité voor de organisatie van deze wed- komende ontmoeting zal worden geleid door den heer Mutters. PARIJS 1894—1896. met frs. 2.500, voorts 40 nos. elk met frs. l.uuu 1131 nos. elk a pari. FONCIèRES 1903. 544884, 578268; verder 130 nos. elk met frs. 1. FONCIèRES 1909- 9Si25W9è2955 1005631, 1039853, 00 nos. elk met frs. 500. COMMUNALES 1922. Trekking van 7 April 1931. COMMUNALES 1899. Trekking van 7 April 1931. nos elk met frs. 1.000 en 4805 nos. elk a pari, COMMUNALES 1879. Trekking van 7 April WM- No. 379102 S,1ll35Ten^S52deeirme2t7frs. 5-000.. 45 nos. elk met frs. 1.000. COMMUNALES 1880. 45 nos. elk met fr3. 1.000. COMMUNALES 1891- Trekking van 7 April 1931. DELFT. 15 April. Vette yarKena WW» per kg. levend gewicht. Zouters 35-37 ct. Aanvoer 114 vette varkens. ROTTERDAM, 15 April. De P^en erf^Dmstreken, g!°A. 30 ct„ slavellen 9—27 ct., spinazie 20-26 ct„ dun^ sel 8 ct., postelein 33—44 ct.. alles per kg.. (Meikoning) le soort 4.70—8.60, 2e soort -5.90, alles per 100 krop; prei 3, radus 3.TO -6.50, seldery 2.20, pieterselie 6, alles per 100 bos; raberber 12-15 ct. per 3.60 per 100 stuks. Aanvoer 383.000 krop sla. ROTTERDAM, 15 April. „Vrye Aardbeienveiling Charlois Spinazie f -26 per 100 kg.; sla 3-6, eende eren kipeieren 4.40—4.70, alles per 100 stuks 2.604.10, prei 4.705, alles per 100 bos. RODENRIJS, 15 April. (Coöp. Groenten veiling^ Vereen. Berkel en Rodenrys G. A.) Komkommers le srt 25, 2e srt 17. bloemkool le srt 18, 2e srt ƒ13, sla le srt f 4.70—8.40, 2e srt ƒ2.70—4.20 per 100 stuks, spinazie 17.80-22.60, postelein .28—30, tomaten A ƒ114 per 100 kg., radys 4-4-70, sel dery 2 per 100 bos, slavellen 0.401.40 pei kist. vam HEINRICH TIADEN GEAUTORISEERDE VERTALING. 12.) O, zoo spoedig reeds? Weet u ni et of hij daar aJ iemand voor bestemd heeft? Ja, dat weet ik, hij heeft reeds iemand. En haar oogen lichtten vreemd op. Een zeer geschikt persoon. Een der krankzinnigen uit de Inrichting? vroeg Li op opgewonden fluistertoon. Neen. het zou niet goed zijn, onmiddellyk met een gek te experimenteeren. Dat is een bezwaar van mijn kant geweest, en daar heh ik net zoo lang op gehamerd, totdat óe pro fessor zich gewonnen heeft gegeven. Denk u zich maar eens in, hoe gewichtig het is voor hem en de wetenschap, wanneer een alleszins bevoegd en betrouwbaar persoon hem mede deelt, hoe de stralen op de menschelijke hersens inwerken. Een persovn dus, die deze werking zelf constateeren kan, En dat bent U? riep Dr. Li ontsteld. ja, ja, dat ben ik! zei Zuster Laetitia dwe pend en yd keek den Chinees met van verruk king brandende oogen aan. Toen echter sloot zij plotseling de deur achter zich dicht. Dr. Li wilde nog snel zijn hand er tussehen steken, maar hij was te laat. Langzaam liet hij de hand zakken, en bleet een paar seconden met hangend hoofd voor de deur staan. Hij keerde zich om, en ging bedrukt heen. Zuster Laetitia schreed geluidloos als een schaduw door het voorvertrek, en trad onaange diend en zonder te kloppen zij was de eenige in huis die dat mocht jn het studeervertrek van haar meester. In het midden van het vertrek stond een groote tafel, waarop allerlei Instrumenten en werktuigen lagen, waarvan een oningewijde nooit het doel zou hebben begrepen. Daarnaast en daaromheen lagen papieren met formules, berekeningen, cijfers en sommetjes. In een hoek van deze kamer, die veel van 'n zaaJ weg had, stond het eigenlijke schrijfbureau. Aan die schrijftafel vlak bij het venster zat Hamilton. Hij was in deze enkele weken onbegrijpelijk veranderd. Men kon het hem aanzien, dat hij door een gedachte werd verteerd, die al het andere deed vergeten, ook zü'ch zelf. Zijn haar was ongelijk gegroeid en slecht ver zorgd. Het hing in lange vette lokken langs zijn schedel. Wangen en kin waren met een stoppelbaard bezet, die hem er uit deel zien, als een schooier. Zijn oogen waren sterk ont stoken, en door brandende roode randen om geven. De deelen van z'n gezicht die niet met haren bedekt waren, toonden een aantal zwerende plekken. De man maakte ook geestelijk den indruk van een wrak. Toen Zuster Laetitia geruischloos de kamer binnentrad, zat Hamilton aan de schrijftafel, met zijn ellebogen op het tafelblad, gesteund, het hoofd tussehen de vuisten geklemd, de oogen strak, gloeiend, gehypnotiseerd, op een voorwerp gericht, dat voor hem op de tafel lag: het kristallen ed. Doch zie, het kristal had iet» van zijn groote helderheid verloren, en een liiohte barnsteeji- achtige verkleuring had plaats gevonden. Fijne strepen liepen als donkere, gele draden door de glasmassa. Toen de assistente plotseling naast Hamilton verscheen, kromp deze ineen, en staarde haar enkele seconden aan, als had hij met een spookgestalte te doen. O, bent u het Zuster! sprak hij mompe lend en gerust gesteld, maar nog altijd in de war. Het is verschrikkelijk! Sedert het radium in mijn bezit is, heb ik geen rust meer Er zijn er teveel, die het weten. Ik zit voortdurend in de rats, dat men mij mijn schat wil onfrooven Ach, wie zou dat doen? meende de zuster, met een kalmeerend glimlachje. Weet u niet wie? Duizenden! Wie weet hoevelen zich op het oogenblik bezig houden met de plannen het mü te ontrooven. Ik weet niet of het alleen die vrees is, die mij zoo ziek en ongelukkig maakt Men kan wel zien, dat u overspannen bent, zei de zuster. U is beslist overwerkt, goede pro fessor. Overwerkt, zeker zegt u dat gerust Ik ben ziek Zuster, o God ik voel me zoo ellendig. Alles doet me zeer, mijn huid, mijn hoofd mijn beenen, mijn Moed. Ja, zelfs mijn bloed, op zijn kringloop door mijn aderen. Het is Iets, dat me van binnen schijnt op te vreten, een vergif dat geen mensch kent. Misschien is het de uitwerking van het radium, zeii Zuster Laetitia huiverig. Zoo even heeft Dr. Li mij nog Hamilton onderbrak haar met een gebaar van ongeduld. Dat kan best zijn, en wanneer het zoo is, neem ik het voor mijn rekening. Ik teeken iederen dag nauwkeurig alle verschijnselen op,- die ik aan mij zelf waarneem. Ik weet dat ik een slachtoffer van de wetenschap en daardoor onsterfelijk zal worden. Ik ook, zei de assistente langzaam, en ze boog dn heilige offerande het hoofd. Ja, u ook, zei Hamilton hartelijk en hij reikte haar met vermoeid gebaar zijn hand. Het is het hoogste, wat een mensch op aarde doen kan. De hoogste roem, dien men zich ka.n verwerven. Als men maar precies wist, wat daarna komt, zei ze geheimzinnig en huiverig voor de toekomst terugdeinzend. Zeg mij voor wie of wat U vrees heeft? Voor de dingen, die dan wellicht zullen komen, mompelde zij, voor de gevolgen van mijn gedachten en mijn daden. Ik ben nooit een goed mensch geweest. Een goed mensch? Ach lieve Zuster Laetitia, dat is een zeer beperkt begrip. Naar mijn weten, heeft u Immer den oprechten wensch gehad een goed mensch te zijn. Maar niet de kracht. Arm kind, mompelde Hamilton, en hij greep naar haar hand, als ik u maar helpen kon. Maar ik ka.ri er voor boeten, door mijn leven op te offeren, zei ze. Het was, alsof zij plotseling uit een booeen droom ontwaakte. Ze keek hem stil en ver trouwelijk aan. Zij scheen geheel gerustgesteld met wat nu komen zou. Hamilton wierp plotseling zyn hoofd in den nek en keek zijn assistente verschrikt aan. Bent u dan al zoo overtuigd, dat mijn proefnemingen u zullen dooden? Zuster Laetitia wendde langzaam het hoofd af en zweeg. Goed, ik ben geen moordenaar! riep Ha milton norsch. Ik zal niet met u experimen teeren. Ja, u zult dat wel! riep de assistente koortsig. U hebt het mij zelf beloofd, en ik blijf daar op staan. Zoo, blijft u daar op staan? zei de profes sor en hij trachtte haar met zijn oogen en ge dachten geheel te vatten. Maar het moet spoedig gebeuren. Morgen! riep ze, en hot klonk als een verklaarde jubel. Nu goed, als u hef dan bepaald wil. mor gen. Bereid u er zich dan maar op voor. Ik zal me er op voorbereiden. Een verzoek zou ik u nog willen doen. Het is zoo lang ik u ken, het eerste zuster Laetitia. Geeft u mij voor vannacht uw radium in bewaring. Ik weet, dat de angst voor den dief stal u geen enkelen nacht rustig laat slapen, en ik wilde, voor dat het experiment zal plaats vinden weten, dat u door mij een nacht rustig heeft geslapen. Dat gaat niet, antwoordde Hamilton ze nuwachtig. Ik ben een man, en ik kan als het moet voor mijn schat vechten. Maar U? Ik zal niet behoeven te vechten. Niemand weet, dat ik het mee naar boven neem in mijn kastje! Niemand weet dat n uw sdhat in een zoo voor het grypen liggende plaats laat be waren. Hamilton dacht enkele seconden na. Toen knikte hij toestemmend. Wat u zegt, heeft een kern van waarheid, maar zeg het tegen niemand. En ik ben onbe schrijflijk moe. Een nachtrust zal me ontzet tend goed doen. Maar zeg het in Gods naam te gen niemand! Ik zeg het tegen niemand, zei ze zacht. En zeg het zeker niet tegen dr. Li. Ik vind hem wel een betrouwbaar persoon, maar nie mand kan in een Chlneezenziel doordringen. Ik aal zwijgen. Dienzelfden nacht werd de eerste poging ge daan, om uit professor Hamilton's brandkast het radium te stelen. HOOFDSTUK IX. In denzelfden nacht ontwaakte Laila op haar kamer uit een zeldzaimen droom. Een heele rij ongelukkige jaren was in haar droom van haar afgevallen. De zon der jeugd omstraalde haar opnieuw en onbevangenheid zorgeloosheid en geluk weefden een heerlijken krans van licht om haar hoofd. Zij wandelde door de tuinen van het prachtige landgoed barer ouders, en naast haar liepen Tuan, haar broer, en Psy-lun, de vriend van haar jeugd, en alle drie zongen het lied van de witte lotosbloemen aan den hei ligen vijver van de maangodin. Uit dezen wonderlijken en lieflijken droom ontwaakte zij plotseling. Waarom was zij wak ker geworden? Het was niet langzaam geschied HaaT ziel tastte niet aarzelend en bevend van schrik uit de wereld der sprookjes, in de van iyden zware werkelijkheid terug. Neen, zij vloog plotseling van de eene wereld in de an dere. Hoe was dat gekomen? Had een of ander ge luid haar gewekt? Ze keek op zonder zich te bewegen. Zij zag, hoe de witte gordijnen zacht bewogen voor het raam. Daar bulten stond de groote melkwitte schijf van de maan aan den hemel. Zij zag haar immer lachwekkend gezicht en de glans uit haar oogen verlichtte het ge- heéle vertrek. Daar buiten was het stil neen, niet heele- maal stil. Was zij wederom In slaap gevallen? Spon zij weer verder aan haar droom? Want het lied van de witte lotosbloemen aan den heiligen vijver van de maangodin, dit lied van haar jeugdZij hoorde 't opnieuw. Een weeke stem zong het heel dicht bij haar daar buiten in den tuin voor het venster. Met een ruk richtte Laila zich op, haar adem ging sneller. Neen het was geen droom. Het lied was er werkelijk, het lied van de witte lotosbloemen. En die het zong, zong het met den tongval uit baar geliefde China, en met het zoete dialect van haar geboortestreek. Ze stond op, liep tastend met vooruitgesto ken handen, als een slaapwandelaarster, door hef blauwwitte maanlicht nhar het venster, en ging tussehen de zware overgordijnen staan. Wit vloeide het maanlicht over het land schap. Het bestrooide de boomen met zilver. En zilver droop ook van het dak. Er was een ongewone rust in den nacht. En wie als deze kleine gevangene daar gestaan had, en zich had laten opnemen in die rust, zou weinig ver moed hebben, welke smart er binnen de muren van dit mooie buitenhuis werd geleden. Toen was de droom plotseling ten einde. Da stem zweeg, het lied was verstomd. Sidderend stond de jonge vrouw als een witte spookge stalte in de zwarte omlysting van het raam. Haar ziel zocht in de diepte van de nachtelijke stilte. Niets vernam zij, dan het zacht kabbe lend geluid van de golven in de -baai. Op den zandigen oever. Plotseling brak een krampachtig snikken zich baan uit haar borst. Zij liep wankelend naar haar legerstede terug, en woelde haar hoofd wanhopig in het zijden kussen. Den volgenden morgen slenterde dr. UL, zoo als gewoonlijk reeds in de vroegte langzaam door de gangen der inrichting. Hij kwam ook aan de groote inrijpoort, trad naar buiten en keek de straat ©ens af. Als in gedachten ver zonken deed hij eenige passen op het trottoir. Toen bleef hij staan keek aandachtig naar het ijzeren hek, dat uit groote zwarte lansen be stond. Ze waren alle even netjes beschilderd, en werden blijkbaar zeer goed onderhouden, want nergens viel een smetje te bekennen. Op de zwarte stelen schitterden de bronzen punten in *t zonlicht. Daarom viel het des tsi meer op, dat op een van de lansen, en nog wel ter hoogte van het menscheiyk oog een krijt- cirkel was getrokken met een kruis er in, dat den cirkel in vier stukken verdeelde. (Wordt vervolgd), t

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1931 | | pagina 7