R iXS II ral 1 i PSYCHIATRIE 1 1 r$v££.'.j DE ELECT R1SCHE STOEL WAARDE PEETOOM PICCARD'S HOOGTERECORD WOENSDAG 3 JTTNÏ 193Ï Sllpi 1 I i üüi i MH| - l:. Een Afrika-film Postduif en vliegtuig Historische bijzonderheden. Hoogtevluchten met vliegtuigen. De hoogtevaart van de „Zenith". De hoogtevaarten van Hawthorne Gray. Ik moet zeggen: veel was lij niet veranderd. Was nog dezelfde, joviale kerel van vroeger. Hij ontving mij met open armen, en linnen een minimum ran tijd zaten wij midden in het hart onzer herinneringen. Als een refrein zei hij nu en dan: „Waarom hen je toch niet eens eerder gekomen. In onzen studententijd liepen we bij elkaar de deur plat''; en wanneer hij even opstond om een andere sigaar te halen, ctf om de dienstbode te 'bellen, en wanneer de telefoon op zijn bureau ons gesiprek 'n moment inter rumpeerde, dan stelde hij voor: „Zal ik je de inrichting eens laten zien?" Den eersten keer deed ik alsof ik te harts tochtelijk in de aroma van een versche sigaar opging om hem te hooren; den tweeden keer zei ik: nou, we hebben den tijd nog hè; en den derden keer ging ik voor zijn venster staan, ik keek over de bloemen naar de bloemen; de muren van de inrichting op een afstand van 'n vijftig meter, waren rood hewingerd, ik wist een koel bosch achter het huis en een goed aangelegd park er voor, er zat hars in de lucht, en blijheid in 't zonlicht en ik zei: „ja, je moet hier wel beter worden; 't is hier een pracht omgeving voor 'n gekkenhuis; nee zeg, ik zie 't al hier van uit je raam, hoe mooi H is". Maar van binnen moet je 't zien zoo mo dern mogelijk en comfortabel ingericht. Er liepen een paar vrouwen met 'n groote korf brood, achter de haag van zijn tuin. Zijn dat nou e.... Ja dat zijn verpleegden, vulde hij aan. En zijn die nou e... gevaarlijk? Ben je gek, kerel, lachte-n-ie. Pardon, in dat geval bleef ik bij je lo- geeren. Uitgesloten: alleen vrouwen nemen we op. Nou, zei Ik toen opeens maar openhartig, ik heb nooit begrepen waarom jij je heil hier gezocht hebt. t Is waar, de streek is mooi, je hebt een vriendelijk buis, maar me dunkt... hoe zal ik het je zeggen enfin, 't doet me plei- zier dat jij nog heelemaal dezelfde bent Hij lachte gul en nog eens bood hij aan om de inrichting te komen bezichtigen. En toen moest ik wel verraden: Hoor 's, om je de waarheid te zeggen, hou ik daar niet van. Je weet, ik kan geen bloed zien en als er wat op straat gebeurd is, loop ik maar gauw een zijstraat in, van barak ken heb ik een heiligen afkeer en aan pavil joens moet ik niet denken. Laten we in 's He mels naam nu maar kalm hier blijven zitten; 't is hier reuze gezellig en het doet me plezier dat jij je hier op je plaats voelt, enne... dat jij nog geen klap van den molen beet hebt... En hij drong niet meer aan; hij liet het diner aanrukken en ontkurkte een oud wijntje en ■wij praatten honderd uit van vroeger, 't club- leven, 't studentenleven, de examenbofferds en de -pechs enfin, ik was blij mijn ouden trouwen vriend eens te hebben opgezocht in zijn voor mij zoo wonderlijke omgeving. Juist bij het dessert werd hij opgebeld. J- Ja?... Ja?... No. 121? (Elf maal elf, dacht ik schuw) ...Kunnen jullie haar niet 'baas? ...Kom aanstonds... Dan maar de boelen... Ik kom. Er moet een vogeltje in een benauwder kooitje, lidhtte hij mij in. Hij schoot ijlings zijn witte doktersjas aan. Alsjeblieft Cointreau. Sigaren. En je neust maar wat in mijn boekenkast. Ik ben zoo spoe dig mogelijk terug. Ik zag hem hollen door zijn doorzonden tuin. Nu ging hij een arme, gillende vrouw boeien en in een ijzeren kluis sluiten. Goddank dat ik die inrichting niet heb willen zien, dacht ik. Ik ging maar wat snuffelen in zijn boekenkast. Van boeken heb Ik tenminste wel zooveel ver stand, dat ik concludeeren kon, dat het een echte bibliotheek van een jongen arts was. Sexualpathologie, brrr. Hysterie. Neuras thenie, Algemeene Ziekteleer, naast studenten- jaarboeken. naast Ibsens ,Nora'', naast Dosto- jewski, 'n Nederlandsch litteratuurgeschiede- nisje en Kloos' „Veertien jaar'' naast Jelgersma Maurois na 'n jaargang Artsenweekblad en n versleten „Lucifer'', 'n leven van Beethoven, 'n stelletje Conan Doyle's en 'n paar luxe, waar schijnlijk vToeger cadeau gekregen versenbun- dels. Alles met elkaar waren het een zestal planken van een mooie mahoniehouten kast propvol. En op de bovenste plank in den uitersten link- sohen hoek vond ik 'n uiterst luxueus gebonden werkje. Het was gevat in 't soepelst Marok- kijin; 't was gedrukt op 't fijnste Japansch; en was genummerd. „C'est numéro 11". Zonderling, peinsde ik. 't "Werd schemerduister, 'n Schemerlamp met groote roode kap werd gloeiend en geheim zinnig. Het boek bevatte in het Fransch vertaalde Perzische liefdesgedichten. ,Les ghazels de Hafiz". Én het opent met een serment d amour „Par l'epchantemenf de te® yeux, heureuse enfant, par la merveille du duvet de ta joue Het vervolgde met „Voeux d amant en langs „Sa Beauté" en ,,Le jardin de Suleïma", „La Rose de ta Bouche" bereikte het „Teut Ginira". „Une nouvelle herreuse m'est venue, elle m an nonce que mes jours de tristesse sont coinp tés Da-t was nog niet op de helft van het boekje. Ik kon 't nauwelijks lezen, omdat het niet verder was opengesneden. Maar ik nam een papiersnijder van het bureau en sneed voor zichtig en las verder: )(Vainea promesses", en „le vin'de l'amour", ,,le bel adieu" etcetera; en ik sneed het boek open en las maar van pure liefde, in een rhythme en een cadans, en in een taal die aan het Hooglied denken deed Plotseling kwam hij terug. Hij stond recht en wit op den drempel, en beschouwde mij. Dan schreeuwde hij: „Wat heb je daar.' Hij vloog op mij af. Ik zei nog vroolijk: ,,Ik heb maar van het verlof om je boekenkast te plunderen, gebruik gemaakt". Maar hij loeide: „Stommerd, je hebt 't heelemaal openge sneden. Waar doe je dat voor? 't Was toch dicht! Ellendeling! En hij duwde 't op de bovenste plank le den uitersten linksohen hoek zoo ver weg, dat 't achter de andere boeken verdween. Hij viel ln een crapaud en zweeg.. Hij hield gjs witte Jas aan. 'fï-isi; CHICAGO IN DE WOLKEN. De bekende pier van Chicago wordt door een vlieger achter een rookgordijn verborgen. Ik begreep de situatie niet. De stemming was in grtil zeis gevallen. „Ja had me toch permissie gegeven sta melde ik. „Niet om dat boek open te snijden!" zei hij onredelijk. Ik durfde 'n poos niets zeggen en kreeg het benauwd. Achter zijn woning stond het groote gekkenhuis. Na een kwartier vroeg ik, terwijl lk mijn boord wat wijder trok: „Ben je boos?" Hij knorde wat, en antwoordde eindelijk heesch: „Je had 't niet moeten doen. 't Was van haar, 'n geschenk vanhaar". „Haar?" „Dan ie dat toch 'n drama van recenten datum, want van vroeger weet ik niets, fluisterde ik voorzichtig en mij nog veront schuldigend. Drie jaar terug. Twee maanden later was zij weg. Tout finira; mompelde hij som ber". „Weg? Haar? Hi 't Was buiten donker. De omgeving was zoo angstwekkend. Er krijschte een late vo gel, of was 't de vrouw in de cel? „Weg? Nr. 121. Zou zij 't zijn? dacht ik, en ik vond mij scherpzinnig. Mijn fantasie werkte abnormaal. Twee maanden later was zij weg, in 'n klooster, zonder vérklaring, zonder afscheid. En nu zit ik hier!" Ik ook, rilde ik. Eu opvallend vlug moet ik er op hebben laten volgen: „Maar ik geloof, dat ik moet opstappen, wil 'k m'n trein halen". Hij liet me gaan. Het spijt me van dat boek, zei ik, en bedankt. Tot ziens! 't Spijt mij ook, zei hij. 'n Half uur moest ik wandelen, naar 't station. Twee boerinnen kwam ik tegen. Ik heb ze niet vertrouwd. Ik heb me zelf niet vertrouwd. Hem vond ik tooh veraniderd; hem heb ik ook niet vertrouwd, ensedert niet meer bezocht. W. S. Toen W. S. van Dyke, de cineast, die o.a. voor Metro Coldwyn Mayer de natuurfilms „Witte Schaduwen" en „Het lied van de Zuid zee" vervaardigde, in Britsch-Afrika de eerste scènes van „Trader Horn" maakt», wilde hij de film beginnen op dezelfde wijze als het boek, waarnaar „Trader Horn" vervaardigd werd, namelijk naar den gelijknamigen roman van Ethelreda Lewis. Het eerste hoofdstuk opent met een beschrij ving van een grooten stoet inboorlingen, die een lading ivoor naar de marktplaats brengen. Duizenden mijlen van Hollywoodsch beroemde Central Casting Office, de officieele arbeids beurs, verwijderd zijnde, moest van Dyke zijn figuranten natuurlijk op een andere wijze zien te krijgen. Zoodra hij dus in Panyamur in de Provincie Oeganda aankwam, vroeg hij een audiëntie bij den inlandschen Sultan aan. Voor een wagenlading handelswaren huurde hij meer dan 2000 inboorlingen, n.l. het heele dorp en Het hen optreden in de filmscène waarin Duncan Renaldo en Harry Carey een optocht van ivoordragers aanschouwen. Re- quisieten werden van mijlen ver uit den om trek gehaald voor deze scène. Te New-York werd een zekere Michael Cus- hing ontvoerd, met de mededeeling aan zijn familie, dat hn alleen tegen een flink losgeld weer in vryheid zou worden gesteld. De manier waarop het losgeld moest worden overgemaakt, was echter nogal origineel. Een broeder van den ontvoerden man kreeg namelyk een telefoontje meldende, dat er in een winkel in een der bui tenwijken van New-Yorlt een paar postduiven te vinden waren. Wat men had te doen, was niets anders, dan aan elk der duiven een biljet van 1000 dollar-vast te binden en de beestjes vrjj te laten. .Ce broer deed hiervan mededeeling aan de po litie die naar hét opgegeven adres ging en daar inderdaad een paar postduiven in een mandje vond. De winkelier wist van niets en kon alleen vertellen, dat de mand hem den dag tevoren door een onbekende zou worden afgehaald. De oolitie liet nu een der postduiven los, terwijl op hetzelfde oogenblik een politievliegtuig over het huis vloog. Dit zette de postduif na, en de be manning van het vliegtuig hield het dier een half uur lang in het oog, totdat er ineens een heele troep duiven kwam opzetten, waarin de bewuste duif verdweeen. De duiven streken neer op het dak van een groot appartementhotel. De plaats van het hotel werd van uit het vliegtuig direct draadloos aan het hoofdbureau van den politie- viiegdienst opgegeven. Het onderzoek dat men instelde, leidde tot niets. De eigenaar van de duiven, bleek een volkomen achtenswaardig man, die niets met de ontvoering had uit te staan. Toen werd de tweede duif losgelaten, die even eens door een vliegtuig werd achtervolgd. Dit beestje verloor de politie uit het oog boven een groot kerkhof buiten New-York, waar duizenden witte grafsteemen het onmogelijk maakten de duif nog langer te zien. Michael. Cushing is in- tusschen nog steeds niet terecht. In Duitschland heeft de politie, toen ze voor eenige jaren geleden voor een gelijksoortige ach tervolging van postduiven werd gesteld, betere resultaten mogen boeken. Daar had men aan de pooten der postduiven een lint gebonden, zoodat ze goed in het oog konden worden ge houden. Thomas Alva Edison heeft buiten de gloei lamp en ettelijke andere uitvindingen twee manieren uitgedacht om dan memfieh aan zijn eind te helpen, ten eerste de pbomagraaf, dis men tegenwoordig gramiofooin noemt, en zonder dewelke de radio dien armen sterveling, die veroordeeld ia, cm 't zonder antenne op zijn dak te doen, den tergend langzame® dood van ergernis besparen zou, wat van 's morgens adbt uur aif tot 's nadhts na middernacht geens zins 't geval is en ten tweede het mee1* directe middel ter afknapping ran iemands levensdraadde electrisöhe stoel. Da geschiedenis dat een neger, die ter dood veroordeeld was, in zijn oei den eleotriechen stoel uitgevonden heefit, en daarop als de eerste te rechtgesteld is, is een praatje. De waarheid is slechts, dat een neger, 'n bekwaam schrijn werker in Sine-Sing den aldaar 't eerst ge bruikten stoei heeft gemaakt en daarin ook 't leven liet. De electrische stoel heeft niet erg veel furore gemaakt. Vooreerst, omdat verschillende der Vereenigde Starten, zooals Maine, Michigan en andere de doodstraf hebben afgeschaft, en verder dewijl andere staten niet tot de - in voering van dit beuletuig besluiten konden, om dat aanvankelijk deze methode geenszins af doende leek, omdat zicfh bij de terechtstelling do ellendigste tafereelen afspeelden, en om dat men er religieuze bezwaren tegen opperde De gedachte van Edison echter werd zoo gre tig aanvaard, dat hij er niet eens toe komen kon om zelf een zijner modellen aan te bieden, omdat anderen hem al voor waren. In verschil lende gevangenissen werden verschillende af werkingen van stoelen geplaatst, maar de ma nlier en de wijae, waarop de terechtstelling plaats heefit, is wel overal thans dezelfde. De stoel is eenvoudig en ran hout, met een veeren zitting, trwea groote armleundngen, 'n voeten- bank en 'n hoogpn rug. De veroordeelde wordt daarin gezet en er op vastgebondende armen op de leuningen, de hals aan den rug, en de voeten op de voetschabel. De electrifioatie bestaat hoofdzakelijk uit t wee electrode®, waardoor wisselstroom gevoerd wordt. Bij de eerste terechtetedlingen gebruikte men een spanning van 1500 tot 2000 volt. Dit bleek voor 't mensahelijk lichaam echter te -hoog, zoodat de ongelukkige niet onmiddellijk stierf, maar langzaam van binnen verbrandde, zoneter evenwel een woord te kunnen uitbren gen. omdat hij van 't eerste oogenblik af be wusteloos was. Het is voorgekomen, dat de stroom werd uitgeschakeld, omdat de assistee- rende arts meende, dat de veroordeelde allang dood was, en dat deze evenwel na eenigen tijd wederom tot 't bewustzijn kwam. Deze of dergelijke martelingen behooren evenwel tot het verleden. Men is er toe overgegaan om de spanning van 1500 tot 1800 volt op te voeren, maar deze na anderhalve minuut tot 400 volt terug te brengen. Deze vermindering hoeft onmiddellijk hartverlam ming tengevolge, aoodat de delinquent oogen- blikkelijk dood is. Voor alle zekerheid, en daarom ook alleen, wordt dit proces altijd nog eenmaal herhaald. De stroom wordt van boven naar beneden, dat is door het hoofd naar de voeten geleid. Deterechtstelling wordt altijd bijgewoond door dien directeur der gevangenis, twee dokto ren, een priester, drie rechtelijke ambtenaren, en zeven gevangenbewaarders met den eigen lijken beul, en -bovendien door twaalf voorname burgens. Geen dezer heeft zich echter ooit ge ïnteresseerd gevoeld bij deze trieste plechtig heid. hoewel er onder hot mensdhdom wel op asinsa'Mie-ibel'Ustien gevonden worden, dïe zelfs hooge sommen gelds aanbieden, om bij een te rechtstelling tegenwoordig te mogen zijn. Men verhaalt zélfs, dat er een vrouw geweest Is, die een veroordeelde getrouwd heeft, oim het beulswerk als echtgenoot© te mogen bijwonen. De eerste memsoh, die op 'dien eflectrischen stoel nlaatis heeft genomen, was een zekere William Mc Oowler, die zijn moeder vermoord had. Dat waa od I DeoemJber 1890. Sindsdien zijn er in Amerika 3500 miansehen op deze verschrikke lijke, maar desondanks meer humane manier ter dood gebracht, waarvan 2400 in de gevrees de Stag-Stag-gevangen is, die 24 doodcellen voor mannen en 6 voor vrouwen bevat, die altijd bezet zijn. De meest bekende veroordeelde, die zijn leven oo dien eleotrischen stoel heeft gelaten, is onge twijfeld de hooge politiebeambte Belker te New-York geweest, de meest gevreesde tegen stander van de misdadigers wereld, die, om 'u Russisaheai afperser tie pokken te krijgen, zich liet verleiden, om moordenaars tegen hem op te jagen. Toen Belker in 'n open auto naar Siug-Simg gebracht werd, kon menigen agent niet nalaten te salneeren, en zijn graf is be dolven onder kransen en bloemen, waarmee de onderwereld haar geduchten tegenstander eer wilde bewijzen. Hoe hen ik vruchteloos en tevergeefs de stad door en uit gedrenteld, al piekerend over een geschikt geschenk van uw petekind bij gelegenheid van uw negen-en-vijftigeten ge boortedag. Wat bent u toch nog jong Wat moet 'n arm petekind zijn welgestelden peter in 's hemelsnaam geven op zijn negen en-zestigsten verjaardag. Gouden horloges en kettingen, de beste vulpenhouders, tafelzilver en wat dies meer zij, och, u bezit het reeds, en ik zou het maar mijzelf cadeau geven tegen uw neg»n-en-zeventigsten verjaring. Toen opeens, wandelend langs 'n achter grachtje, bemerkte ik een rond kaal hoofd, glimmend in de purperen avondzonneschijn, 'n ronde kale vlakte met drie sprietjes van haren net 'n cactus, en warempel, het hoofd hing diep gebogen over drie gele en blauwe Leerdam-potjes, waarin de zonderlingste plantenvormen. Toen wist ik het opeens. Ik geef u op uw bedaagden dag cactussen ten geschenke, vergezeld van mijn zacht aardigste wenschen, en vergezeld ook van eenige gebruiksaanwijzing. De cactus, waarde oom Isidoor, is een buitengewoon wetenschappelijk product, alleen reedB hierom, omdat hij al in 1492 door Colum bus, toen deze en passant Amerika ontdekte, gevonden werd. Desniettemin zijn ze pas de laatste twintig jaar in de mode gekomen. Men vraagt zich onwillekeurig af, vertelde mij de bloemist, bij wien ik deze planten kocht, met welke cadeaux men in de periode van 1492 tot 1911 zijn schoonmama vereerde. Het is opmerkelijk, dat alleen mannen 'n bijzondere voorliefde voor deze plant koesteren, terwijl de andere kunne de geranium en de poes handhaven. Jonge mannen koopen cactussen, maar vooral bejaarde mannen, mannen die zich geprikt en bezeerd hebben aan do spichtige stekels van 't leven, en die toch nooit verleeren, om zich over datzelfde barre leven met zorgvuldige minzaamheid heen te buigen. Mannen koopen cactussen, waarschijnlijk om dat mannen meer fantasie hebben; mannen, met spit en jicht, met kromgewerkte handen alscactusjes, met 'n vreemd en wonderlijk scheefgeschoven hoofd, als'n cactus, zulke mannen spelen de cowboy in 't Mexicaansche hooggebergte, waar men de grilligste vormen ziet van deze plant, zij spelen de ontdekkers reizigers in de vlakten van Bolivia, Paraguay, Uraguay en Brazilië, terwijl zy met groote zorg een spinnetje uit het grijsaardshaar van 'n cactus halen. Oude mannen houden van deze exotische ge stalten, die ontgoochelen en teleurstellen als het niet exotische, 't niet romantische, maar als 'n cactus soms wanstaltige leven zelf. Hard, spichtig en onverwoestbaar schijnen deze planten; nochtans eischen zij een verzorging als 'n kind; er zijn honderd soorten onder de zuil-, de egel-, de kogel-, de wrat-cactussen; de een wil harde, meedoogenlooze zon, de andere wenscht geen zon; en met dat al ver schrompelen, verflenzen zij en 'n op apen- gapende liggende cactus doet denken aan een rood, bolrond mannetje, dat op straat een be roerte kreeg. Oude mannen moeten buiten de uren, dat zij aan het giroloket wachten op hun lijfrente en pensioen, wat te zorgen hebben; oude vrouwen hebben altijd zorgen, want er is geen grootmoeder, die meent, dat haar kleinkind door haar schoondochter christelijk en fatsoen lijk genoeg wordt opgevoed, oude mannen moeten 'n plantje hebben, 'n plantje, dat 't hun lastig maakt, juist als vroeger de weer barstige zoons, 'n plantje, waarvan ze dagelijks en met klimmende nieuwsgierigheid verhopen, dat 't in 't leven blijft; 'n plantjedat eens 'n helroode bloem, kortston dig maar triom fantelijk zal dra gen Waarde oom Isidoor, ik hoop u met het aan bieden van dit cadeau een groot pleizier gedaan te hebben, en ik hoop, dat u zich door deze meditatie niet geraakt gevoeld. Het zou mij een erfenis en een abonnement kosten. Word, dat wensch ik, dan liever negen-en-tachtig jaar. Ik zal trachten als 'n taaie, potsierlijke cactus u te overleven. U ontvangt dan hierbij de Mamilaria glochiata en de Mamilaria centricirrha uit Mexico, en de Echinocactus concinnus uit de Braziliaansche grasvlakten, en uit Paraguay de Echinocactus Mihanovichii, D4 naamkaartjes .liggen, ia *a papiertje apart..... Door hun opstijging tot in de stratosfeer en het bereiken van een hoogte van 16.000 meter, hebben Piccard en Kipfer, eindelijk het dertig jaren oude wereldhoogterecord voor vrije bal lons van de Duitschers Berson en Siiring offi cieel geslagen. Deze mannen bereikten op 31 Juli 1901 met hun ballon „Preussen" een hoog te van 10.800 meter. Hun tocht werd echter uit gevoerd in een ballon met open mand, niet In een met dampkringslucht gevulden, hermetisch gesloten metalen kogel. De beide mannen had den dan ook zwaar met het geringe zuurstofge halte der hoogere regionen te kampen, zoodat zij ondanks het gebruik van oxygeen, In een toestand van verdooving geraakten. Merkwaardig is, dat men er met het zwaar- der-dan-lucht, het vliegtuig, al veel eerder in geslaagd is, het record van Berson en Süring te slaan. Al in Februari 1920 slaagde de Ame- rikaansche iegervlieger majoor Schroeder er in, te Dayton met een vliegtuig tot boven de 10.000 M. hoogte te komen, exact tot 10.093 M. In de volgende jaren kwam er telkens weer een schepje op. 18 September 1921 klom Mac Ready te Dayton tot 10.518 meter, terwijl de Franschman Sadi Lecolnte 5 September 1923 tot 10.741 meter schroefde en tien weken later tot 11.145 meter. Hierna volgt de periode van de zwendel- hoogtevluchten van sinjeur Callizo, een Franschman, die meermalen het twrgterecord op zijn naam bracht, maar bij zijn laatste po ging, op eind Augustus 1927, ontmaskerd werd. Want toen bleek, dat deze zwendelaar in het verticale, bij elke hoogtevlucht met zijn hoogte meters had geknoeid. Hij was telkens niet hoo- ger geweest dan 4000 meter, in plaats van 11.000 a 12.000 meter. Daarna werd officieel record dat van den Amerikaan Ltn. Champion, die reeds op 25 Juli 1927 tot 11.710 meter was geschroefd, Welke prestatie weer genekt werd door zijn landgenoot Ltn. Soueek, die 8 Mei 1929 de 11.930 meter haalde. AUGSBURG ^VYWABE d MUMCHEH 0PP1R 5 BEiEREn VAM dOMSTAM Tifitlt- j^oBEe AMMERSAU V •lUMSBRUCK 'SURGL Dan brengt de Duitseher Neuenhofen nog geen twee weken later het record op 12.739 me ter, waarna Soucek weer, begin Juni 1930, tot 13.157 meter klimt. Op welke hoogte „hoogte voor vliegtuigen" sedert dien is blijven staan. De pogingen om met het lichter-dan-Iucht, den gasballon, naar maagdelijke hoogten op te stijgen, hebben echter al meer dan eens slacht offers geëischt. Want ln zekeren zin is die „lichte" vorm van hemelvaren riskanter, ook al omdat men langer In die hemelhooge regio nen rondwaart. Wel is ook hij hoogte-recordvluchten, met vliegtuigen dikwerf gebeurd, dat de bestuur ders, ondanks bet gebruik van zuurstof, in een toestand van verdooving geraakten, en zijn vliegtuig daarop als een vallend boomblad om laag fladderde, maar steeds herkreeg de be stuurder, wanneer de machine weer in lagere, meer zuurstof-rijke luchtstreken was beland, bet bewustzijn, zoodat hij het vliegtuig weer tijdig in zijn macht kon brengen. Een goede voorzorgsmaatregel In dit verband werd geno men bij de hoogtevlucht van den Duitscher Neuenhofen met een Junkers-vliegtuig. Daarin was boven op den stuurstang van het vliegtuig een contact-knop aangebracht, waarop de vlie ger gedurende de stijgvlucht onafgebroken met de duimen drukte. Toen nu ook Neuenhofen eensklaps onwel werd en zijn armen loodzwaar op zijn schoot vielen, sprong de contactknop terug en werd op het zelfde oogenblik de motor uitgeschakeld, waarna het vliegtuig, dat over een hooge mate van eigen-stabiliteit beschikte, vanzelf den planeertoestand aannam en lang zaam omlaag kwam. Een paar duizend meter lager kwam Neuenhofen weer hij. Opstijgingen naar recordhoogten met ballons, hadden echter, als gezegd, al meer dan eens een tragisch verloop. Een zeer sensationeele hoogtevaart was die van de Franscben Sivel, Crocé-Spinelli en Tissandier, die op 15 April 1875 met den ballon „Zenlth" een hoogte record-vaart maakten, waarvan alleen laatst genoemde levend terugkeerde. Opgestegen werd te Parijs. Alles ging aanvankelijk naar wensch maar op 7500 meter raakten de mannen lichte lijk verdoofd. Tissandier constateert dan, dat de 8000 meter zijn overschreden, maar zün spraakvermogen is als verlamd. Hij sluit de oogen en zakt bewusteloos neer. Acht minuten later komt hij even bij en bemerkt, dat de ballon snel daalt. Ook zijn makker, Crocé- Spinelli herkrijgt even het bewustzijn. Hij ziet wat er gebeurt en werpt, half versuft, een hoe veelheid ballast uit om den val te remmen. Ook een instrument van 17 K-G- over boord. De ballon, die nu ineens weer veel lich ter is geworden, stijgt opnieuw met kracht! Volgens de hoogtemeters bleek later, dat de „Zenith" tot 8600 meter was geklommen. Bij die tweede groote stijging verloren alle drie mannen bet bewustzijn. Het is ongeveer half vier in den middag, als Tissandier na een bezwijming van vijf kwar tier de oogen weer opent. Hij la weer in staat te denken. Wat hij nu waarneemt, is een gewel dige zuiging van beneden naar boven, een be wijs dus, dat de „Zenith" met groote snelheid valt. Zwaar slingert de mand. Hij trekt eerst Sivel, dan Crocé aan den arm en roept met kracht: „Sivel! Crocé! sta op! Maar hij krijgt geen antwoord. Beiden liggen onbeweeg lijk. Hij poogt zijn vrienden, die met het hoofd gedeeltelijk onder kleedingstukken weggedo ken liggen, op te richten, maar zonder succes. Sivel is zwart, zijn oogen staan dof en wijd geopend is de mond, die vol bloed staat. Crocé heeft de oogen half gesloten en eveneens den. mond met bloed. Tissandier verstijft van schrik, begrijpt eens klaps bet ontzettende: aan zijn voeiten liggen twee lijken. En snel daalt nog steeds de ballon. De beide zakken zand die nog in de mand liggen, worden fluks over boord geworpen, l.etgeen de snelheid merkbaar remt. Daar nadert de aarde. Tissandier zoekt zijn mes om het koord door te snijden, waarmede liet ankertouw zit vastgebonden. Maar hij vindt het niet. Als wanhopig roept hij: „Sivel!Sivel!Eindelijk ziet hij een mes en snijdt het koord door. Dat mindert de dalingssnelheid weer aanzienlijk. Maar met een hevigen schok toch komt de ballon eens klaps op den grond. Doordat het anker op den gladden bodem niet pakt, drijft de wind den ballon nog over den grond voort. Met kracht trekt Tissandier nu de gasklep open, maar ge lukkig komt de „Zenith" reeds voor enkele boomen in rust. De ballon blijkt te zijn neerge komen nabij Ciron (Indre), op 250 kilometer hemelsbreed van Parijs. Als Tissandier op den grond staat, maakt een koortsachtige opwin ding zich van hem meester, doch spoedig her stelt hij zich. Des nachts echter is hij ten prooi aan de hevigste ijlkoortsen. Zooals Tissandier later heeft vastgesteld, had geen van zijn beidé makkers bij de tweede groote stijging nog zuurstof tot zich genomen. De meegenomen hoeveelheid, 140 liter per per soon, was trouwens voor deze hoogtevaart on voldoende. Dat hij, Tissandier, er het leven afbracht, heeft men toegeschreven aan de veel gunstiger lichamelijke en geestelijke conditie w^rin deze verkeerde. Een niet minder tragisch verloop had de po ging het wereldrecord voor ballons te slaan van den Amerikaansellen kapitein Hawthorne C. Gray. Eigenlijk was Gray er reeds in 1927 in geslaagd, het record van Berson en Süring „om zeep te brengen". Maar feitelijk alleen maar officieus. Want de manier, waarop de Amerikaan het klaar speelde, solo tot 12.500 meter te stijgen, en op de aarde terug te kee- ren, was niet geoorloofd, althans niet om voor een officieele erkenning als wereldrecord in aanmerking te komen. Is het bij een ballon opstijging steeds zaak, voldoende ballast over te houden, om, als men weer naar beneden moet komen, de daalsnelheid te remmen, Gray paste een andere methode toe. Bij zijn klim naar 12.500 meter, bekommerde hij zich om geen daalsnelheid, maar wierp zijn laatste kor reltje zand overboord, om zoodoende tot de uiterst maximum bereikbare hoogte te kunnen, stijgen. En dat lukte ook. Want klimmen tot 12.500 meter met een ballon van maar 4000 kubieke meter inhoud, is een bijzondere prestatie. Toen Gray moest dalen, trok hij aan de gas klep. De ballon zakte, het zakken werd een val len en vervolgens een neerstorten. Doch geen nood! Vóór de ballon als een keisteen viel, had Gray zijn zware uitrustingstukken, alsmede zijn breekbare instrumenten met parachutes ever boord gezet, enstapte vervolgens ook zelf in de ruimte. Gewapend met een val scherm! Behouden kwam Gray op moeder aarde terug. Het speet hem later zeer, toen hij hoorde, dat de F. A. I.-reglementen voorschrijven, dat de bailonvaarder na een recordvlucht met zijn Instrumenten in den ballon moet landen. Zijn record was dus ongeldig. Begin November 1927 ondernam de Ameri kaan een nieuwe poging. Heit ging aanvanke lijk weer alles naar wensch. Maar op 12.000 meter gebeurde iets verschrikkelijks. Ofschoon hij oxygeen inademde, deed de invloed, van de zuurstof-arme, ijl© lucht zich toch bij den bal lonvaarder gelden. Zijn armen waren zwaar als lood. Hij wilde nog hooger stijgen. Om nog hooger te kunnen komen, nam hij zijn mes om de touwtjes van een der zakken ballast door te snijden. Of de Amerikaan nu onmachtig is geweest, of dat hij niet meer goed wist wat hij deed, 'n feit is, dat hij met zijn scherpe mes de gummibuis doorsneed die zijn zuurstofmasker met den cylinder zuurstof verbond. En Gray stikte. Door gebrek aan lucht. Den volgenden dag werd de ballon, waarin het lijk van den on gelukkigen bailonvaarder, gevonden ver van de plaats van opstijging, in de buurt van he$ stadje Sparta, in den staat Tennessee. De stoel der verschrikking.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1931 | | pagina 6