1 - 4 SCHIPBREUK EN STRANDVONDERIJ. jè DE KATHOLIEKE ARBEIDER GEHOLPEN In alle opzichten een voor spoedig jaar Moidermassa's met rolsteenen vermengd GOEDE WIL TOT HULP Uitgebroken en dreigende conflicten in de werk verschaffing Doordat met kleine lichten gereden werd Bespreking over de Werkverschaffing. NED. CENTRALE VEREENIGING TOT BESTRIJDING DER TUBERCULOSE. VLIEGVELD EELDE vraagt zijn EERSTE SLACHTOFFER. DE 1GREGORIUSDAGEN. Theorie en praktijk van de muzikale ontwikkeling der R. K. schooljeugd. OPENINGSAVOND. t Bijeenkomst in gebouw „Custodia". NIEUW MUZIEK-AUTEURSRECHT GOEDGEKEURD. Het resultaat van jarenlange oneenigheid mkmmmM. «i n i COöP. LEVENSVERZEKERING-MIJ. CONCORDIA U-A. -"Verzekerd kapitaal van f 17,4 tot f 21,2 miliioen gestegen. Aan liet jaarverslag der Coöperatieve Levens verzekering Mij- Concordia U.A. te Utrecht, over 1930, ontleer.en wy Het jaar 1930 bracht aan „Concordia" een vooruitgang van het verzekerd kapitaal als nooit te voren en is in alle opzichten een voor spoedig jaar geweest. Het verzekerd kapitaal is gestegen van 17.496.547 tot 21.251.381, een netto-vooruitgang dus van 3.754.834. Het aantal polissen steeg van 119.344 tot 130.160. De pre miereserve van 2.500.288 tot 2.904.865, een toe name van 404.576. De vrye reserve van 131.870 tot 228.475. De winst- en verliesrekening over 1930 staat debet voorpremiereserve eigen risico einde van 't boekjaar 2.904.865, uitkeeringen 154.723, afkoop 18.804, onkosten 177.137, pensioenfonds personeel 1.892, andere lasten 97.231, afschrij vingen gebouwde eigendommen 2.5S0, saldo 25.000, te verdeelen als volgt: waarborgsom 17,500, voorzorgkas 5900, ter beschikking van de alg. vergadering 2500 en credit voorpremiereserve eigen risico einde vorig boekjaar 2.500.288, premiën 738.587, renten f 139.077, huren 1250, winst op beleggin gen f 476, andere baten: reserve belasting 2554. De afschrijvingen, aldus verklaart de Ac. counitantsdienst, zijn voldoeutdie; de reserve voor geldbelegging werd opgevoerd tot 60.000, hoewel de waarde der fondsen, zooveel moge lijk berekend tegen de officieele noteeringen, een surplus aanwijst van 21.524.51 boven de balanswaarde; het totaal der reserves kon wor den verhoogd met 85.580.42, terwijl het saldo der Voorzorgkas kon word,en gebracliu op 17.823.03. Het totaalbedrag der vrijstelling in 1929 was: 11.399.78 of 222.81 meer dan In 1930 en het aantal weken 873 hooger. In 1929 was 't d© buitengewone vorstperiode, die zich deed gelden; in 1930 de malaise. Wat de oorzaak is, hebben wij niet na te speuren, hoofdzaak is, aldus verklaart de directeur, dat onze menschen de katholiek georganiseerde arbeiders in tijden van bitteren nood geholpen worden. „Concordia", de instelling van hef R. K. Werkliedenverbond, helpt hen. Wie zal het ontkennen? De cijfers spreken zoo overduidelijk, dat men ziende blind moest zijn om dat te ontkennen. De katholiek georganiseerde arbeider, die zijn verzekering sluit bij „Concordia", weet, dat hij in lijden van gTooten nood door zijn eigen instelling ge holpen wordt. Het jaar 1930 ligt achter ons. Een belangrijk en voor Concordia beteekenisvol jaar met gun stige factoren. Algemeene vergadering. Gisteren kwamen de afgevaardigden van de Ned. Centrale vereeniging tot bestrijding der tuberculose in café Brinkmaan te Haarlem bij een. De voorzitter, dr. J. D. Hefting, opende de vergadering met een woord van welkom en wijdde eenige waardeerende woorden aan de nagedachtenis van dr. Klinkert te Rotterdam. Spr. deelde vervolgens mede, dat de totale op brengst van de Emmabloem-collecte dit jaar 159.000 bedragen heeft. Tot bestuursleden werden gekozen dr. Hef ting, mr. Sllngenberg, mevrouw de Vries-Bruijn, dr. Scliuckink Kool, dr. Bronkhorst, dr. Schoip, dr. Vos en dr. Hoving. Van Amersfoort was een voorstel ingekomen om wederdom aan te dringen op een'wette1 ke regeling van de tuberculose-bestrijding. Dit voorstel werd nader toegelicht, doch het dage- lijksch bestuur aobtte thans het oogenblik niet gunstig om bij de regeering op wettelijke rege. ling aan te dringen. Een dergelijk verzoek is al meermalen gedaan, doch de uitwerking bleef nihil. De vergadering ondersteunde het voor stel niet. Bij de rondvraag ontspon zich een uitgebreid debat over de subsidie-regeling inzake t.b.c.- bestrijding in den lande. Ten slotte diende dr. Heyermans een voorstel in, waarin het bestuur wordt opgedragen een krachtige actie te voe- ren in den lande, te zamen met andere ver- eenigingen, om bij de autoriteiten aan te drin gen op verhooging van de rijkssubsidie aan de plaatselijke vereenigingen. Het bestuur achtte deze motie niet aanvaardbaar, omdat daarin een wantrouwen jegens de leiding gevonden moest worden. Het voorstel werd dan ook na een vrij heftige discussie verworpen. In den middag maakten de afgevaardigden een autorit door Haarlem's omstreken naar „Velserend" waar zij aan een gemeenschappe. lijk landelijk koffiemaal deelnamen. Daarna werd een bezoek gebracht aan „Brederodeduln waar ook de film „De bloedsomloop" vertoond werd en een thee werd aangeboden. Bekend Groningseh sportvlieger neergestort. De bekende Groningsche sportvlieger, de heer H. Himlriks, is gisterenavond te ongeveer kwart over 8 uur, toen hij OP egve d Eelde juist was opgestegen, van een °°st® van ongeveer 100 Meter neergestort, kwam terecht op het autoparkeerterrein bui en het vliegveld en werd totaal vernield. De mo 01 werd op een afstand van 20 a 30 M. van de machine gevonden. Enkele omwonenden, die het ongeluk zagen gebeuren, snelden ijlings toe en bevrijdden den heer H. uit zijn netelige positie. Spoedig daarop was ook dr. Kiestra uit Eelde, evenals de Groningsche politie-dokter dr. Nathans ter plaatse. Beiden constateerden, dat de vlieger een boven-enkelbredk en een ernstige kaak- fractuur had opgeloopen. De gewonde is toen terstond naar het R. K. ziekenhuis te Groningen overgebracht, waar onmiddellijk operatief moest worden inge grepen. Deze operatie bracht echter geen red ding. Kort daarna overleed het slachtoffer. De heer H. was gehuwd, doch had geen kinderen. Hij had zich bijzonder verdienstelijk gemaakt voor de totstandkoming van het vlieg veld te Eelde. WEER TERECHT. De beide jongens te Eindhoven, die sinds vier dagen werden vermist, zijn uit eigen beweging teruggekomen. Zij hadden een reisje naar België (waakt. Men schrijft ons uit den Haag: In de aula van het Sint Aloysiuscollege aan de Oostduinlaan werden Maandagavond de „dagen" van de Nederlandsche Simt Gregorius. vetreeniging ingeluid. Onder het auditorium waren aanwezig het bestuur van de Diocesane en van de algemeene Sint Gregoriusvereeniging, Mgr. Jansen, de oud-voorzitter der Gregoriusvereeniging, Prof. Dr. Smijers, mevr. Ward, t.al van autoriteiten op kerkelijk-muzikaal gebied, talrijke EE. Broeders-onderwijzers, henevens EE. Zusters- onderwijzeressen en leeken-onderwijzeressen. Pastoor Th. M. Beukers, voorzitter van de Nederlandsche Sint Gregoriusvereeniging in het Bisdom Haarlem, opende met den Christe- lijken groet en memoreerde in korte klare be woordingen het werk der Gregoriusvereeniging en speciaal 't doel van de te houden Gregorius- dagen in den Haag. In het bijzonder wijst spreker er op hoe de methode-Ward geëigend is ter inleiding van de studie van het Grego- riaansch en hoezeer het dan ook tot verheuge nis stemt dat de beoefening van deze zang methode in 1928 onder patronage kwam van de Gregoriusvereeniging. Het gaat om de uitvoe ring van de Constitutio Apostolica op kerkelijk muzikaal gebied. Priesters en onderwijzers, besloot spreker, mogen thans de handen ineen slaan om het bereiken van dit doel te bevorde ren; dan zullen deze Gregoriusdagen hun vruchten afwerpen. Onder leiding van Pater J. Vollaerts S.J. werd hierna door het zangkoor „Jubilate Deo" met begeleiding van bet schoolorkest „Avanti" van het St. Aloysiuscollege uitgevoerd de „Psalm 24" van Lili Boulanger. Daarna speel de het orkest nog een Menuet en een Gavotte van Lully. Voordracht J. C. W. van de Wiel. Het woord was hierna aan den Z.E. heer J. C W. van de Wiel, secretaris der St. Gregorius vereeniging in het bisdom Haarlem, tot het houden zijner voordracht over: „De muzikale ontwikkeling der Roomsch Katholieke School jeugd." Spreker wil betoogen, dat wij de geheele katholieke jeugd (dus ook de rijpere) muzikaal kunnen ontwikkelen en vervolgens dat wij het daarom ook moeten doen. Spreker begint met uiteen te zetten, wat men onder katholieke mentaliteit1 moet verstaan vandaaruit moet men een programma opstellen. Maar de goede scholen zijn minder de vrucht van het goede program dan wel van de goede onderwijzers. Bij het naarstig zoeken naar een systeem voor de muzikale ontwikkeling der katholieke jeugd, vond spreker er géén dat vol ledig bevredigt, en wel meest hierdoor dat door gaans het beginsel foutief was, dan wel het systeem didactisch anti-nationaal bleek. De methoden Ward, Jansen, Montessori kunnen alle helpen tot den opbouw van het begeerde systeem, want er moet komen een nieuwe vorm van muzikale ontwikkeling, ook op de middel bare scholen. Uitvoerig betoogt spreker hoe godsdienst en cultuur op elkander zijn aangewezen, wil men tot positieve waardevolle resultaten komen. De liturgie nu is de paedagogische methode van de kerk; in de liturgie komt de saamhoo- righeld van Christus met de geloovigen het best tot uitdrukking. Het is de verdienste der z.g. liturgische beweging dat zij ons weer heen- wijst naar de kern van het vraagstuk der katholiek-cultureele opvoeding. Komend op muzikaal terrein betoogt spreker, dat men niet moet treuren om wat verdween, doch met alle kracht moet meebouwen aan het nieuwe; wat nieuw is in techniek en vorm moet zich aanpassen aan liet oud-organische van het wezen der kerkmuziek. Er is hier geen reden voor defaitisme; ook zwijgen is afkeurenswaard; uit moet het zijn mef de zelfgenoegzaamheid. Juist de katholiek heeft een bevoorrechte positie ten opzichte van de volkomen muzikale ontwikkeling. Daarom moeten er vrijwilligers komen onder de katholieke paedagogen; er i3 periculum in mora. Spreker voorziet dat er een tweede Nederlandsche periode in de muzikale ontwikkeling kan ontstaan. De opvoeding van den wil en van het gemoed door de muziek moet thans ter hand worden genomen, na dien van het verstand. Spreker wijdt dan uit over de waarde van het Grego- riaansch. Nadat het koor en orkest zich hadden doen hooren in muziek van Rameau en den Psalm 150 van Cesar Franck, vervolgde de Eerw. spreker zijn voordracht door allereerst te ver wijzen naar de kerkwetteiijke grondslagen der Gregoriusdagen, zooals die in het programma- hoek zijn opgenomen en betoogt dan dat de Paus waarlijk duidelijk en gedetailleerd genoeg gesproken heeft, zoodat men kan zeggen dat de Plicht vast staat. Allereerst rust die plicht op de geestelijken, maar vervolgens ook op de sehooiopvoeders. Er moeten muzikale paeda gogen gevormd worden, hetgeen spreker uit voerig argumenteert. De lagere scholen worden thans terdege aangepakt ,doch de middelbare scholen zijn ten opzichte der mukikale ontwik keling nog vrij misdeeld, wijl hier de bevoegde krachten ontbreken. Het ligt op den weg der Gregoriusvereeniging op dit terrein ervaringsmateriaal te verzamelen om dan te kunnen adviseeren. Spreker noemt hier ook den K.R.O. als hulpmiddel. TWEEDE DAG. Plechtige H. Mis in de St. Jozefkerk. De tweede dag van de St. Gregoriusdagen werd ingezet met een plechtige H. Mis in de St. Jozefskerk aan de v. Limburg Stirumstraat, voor de zlelerust van de eerw. Zuster M. Carola, opgedragen door den hoogeerw. heer eere-ka- nunnik en pastoor W. I H. Jansen, die daarbij geassisteerd werd door de weleerw. heeren ka pelaans W. van Benten en G. Mudde. De wisselende gezangen ,,in festo Corporis Christi" werden uitgevoerd door het Jongens koor van de kerk der H.H. Engelbewaarders onder leiding van den heer J. Bertels. De vaste gezangen werden gezongen door ruim 700 schoolkinderen van de R.K. scholen te den Haag, onder leiding van broeder Marcolinus. Gezongen werd de Xlde Mis uit het Kyriale (Orbis factor) mat de IVde Credo. Na de H. Mis zongen alle kinderen de psalm Laudate Dominum, Ton, Vila en speelde de or ganist, Br. Hubertus de symphonie V uit Wldor deel I. Er was veel belangstelling voor deze litur gische plechtigheid; de kerk was geheel bezet. fv— v Om 11 uur gistermorgen opende de voorzitter der Haarlemsche St. Gregorius Vereeniging de zeereerw. heer Th. M. Beukers, de bijeenkom sten in het gebouw „Custodia", waar inleidin gen, lessen en demonstraties worden gehouden Er was veel belangstelling; de groote zaal was nagenoeg geheel gevuld. In zijn openingswoord sprak pastoor Beukers in liet Fransch een bijzonder woord van welkom tot mevrouw Ward, aan wier methode een groot deel van de lessen en demonstraties op deze Gregoriusdagen gewijd zijn. Allereerst gaf de heer Jas. Lennards nu een inleidende verklaring welke voorafging aan do zangles volgens de methode Ward aan meisjes van een eerste klas uit Delft. Hierna werd een aanvang gemaakt met de lessen en demonstraties. Deze demonstraties, waarbij vaak verrassende resultaten aan den dag kwamen, genoten alge meene belangstelling en werden herhaaldelijk met applaus beloond. Na de pauze werden de demonstraties met de Wardmethode voortgezet. Mevrouw Ward nam zelf actief aan deze de monstraties deel door de jongens ook een vin- ger-dictée op te geven. Muziek-onderwijs op de kweekschool. Na een korte pauze hield mej. Bets Fafié een inleiding over „Het muziekonderwijs op de kweekschool", naar de volledige gegevens dooi de eerw. Zuster M. Carola, (in leven leerares aan de kweekschool voor meisjes in de Oude Molstraat te Den Haag) nog kort vóór haar dood op schrift gesteld. Na eenige waardeerende woorden aan de nagedachtenis van Zuster Carola te hebben gewijd, wees spr. er op dat het Ward-instituut reeds prachtig gewerkt heeft om de muziek te maken tot een gemeenschapskunst, maar al werkt dit instituut nog zoo hard, toch is het niet mogelijk daardoor in 10 of 20 jaar vol doende leerkrachten te vormen vost alle klas sen der lagere school. Om dit te hereiken zal de kweekschool mede moeten werken om de her vorming in het zangonderwijs te verwezenlij ken. Hoe moet de muziek op de kweekschool in gericht zyn? Wat moet het bereiken? Welke theoretische, practische en paedagogische ken nis moet de kweekelinge zich eigen maken? De onderwijzers moeten geen liedjes instam pen, maar het kind de tonen leeren liefheb ben, muziek leeren scheppen en herscheppen. Tevens kunnen zij medewerken om de muziek als volkskunst te doen herleven. De theoretische en practische zangkennis der onderwijzers moet omvatten de kennis van noten- en cijferschrift, bekendheid met de stemvorming en den kinderzang, het zingen in de maat van het blad en zuiver toon tref fen. Aan theorie moet de a.s. onderwijzeres alles leeren, wat haar dienstig kan zijn om aan de leerlingen goed zangonderricht te geven. De a.s. onderwijzeres moet goed geprepareerd zijn om de kinderstem te vormen en daarbij dient zij steun te vinden in de lessen door haar zelf op de kweekschool genoten. Zij moet het kind leeren denken en zich leeren uiten in tonen. Hoe moet dat bereikt worden? Het ge hoor van sommige kind-eren ls slecht ontwik- weid. Dit is voor een groot deel te wijten aan het onvoldoende zangonderwijs op de lagere school. Alleen de van huis uit muzikaal ont wikkelden brengen wat meer mee, maar over het algemeen moet het muziek-onderwijs op de kweekschool van den grond af worden opge bouwd. In het eerste jaar op de kweekschool is de leerstof beperkt tot theorie en in de maat lezen, omdat het eerste kwartaal wordt in beslag ge nomen door het leeren van de gregoriaamsche gezangen, welke in congregaties, Lof en re traite enz. warden gezongen. Het toontreffen wordt in de tweede klas onderwezen en verder toepassing van de theo rie In het eerste jaar ggleerd. Het toontreffen geschiedt volgens de methode-Ward. Stem oefeningen worden voorts in de tweede klas verklaard en toegepast. (Oefeningen in het ver wekken van resonans werden hierbij gedemon streerd). Ook het gebruik van de stemvork wordt in de tweede klas geleerd, benevens het beoor- deelen of een melodie al of niet geschikt is voor kinderen. In de derde klas wordt lezen en toontreffen voortgezet uit Schmink II. Verder muziek- dictaat, eenvoudige melodieën maken, stern- vorming en ademhalingsstudie en -oefeningen. Spr. gaf hierbij eenige praktische wenken. De leerstof van de vierde klas Js een voort zetting en uitbreiding van die, welke in .de lagere klassen lis behandeld met repetitie van wat vroeger over de kinderstem en hare fouten gezegd is. Verder het leeren geven van Ward- lessen, de theorie van het Gregoriaansch en het bijbrengen van een iedee van den liomo- phonen- en polyphonen stijl en van de moderne stroomingen in de muziek. Een dankbaar applaus volgde op deze voor dracht. Door meisjesleerlingen van de kweek school aan de Oude Molstraat weirden eenige muzieknummers in éénstemmigen en meerstem- migen zang ten gehoore gebracht, welke even eens met luid applaus werden beloond. Het orgelconcert. Een der mcoisite intermezzi der Gregorius dagen is het orgelconcert geworden, dat met speciale- toestemming van Z.H. Exc. den Bis schop in de stijlvolle, kostbare kerk van St. Antonius Abt door den organist Jaap Vranken is gegeven. Vranken had zich hij de opstelling van zijn program m-ooten beperken, maar toch een ruime plaats weten te reserveeren voor de klas sieken. Voor wat de uitvogring der gespeelde wer ken betreft, ls er stof tot groote waardeering voor de kunde en vaardigheid van den orga nist. Hij heeft de over het algemeen waarlijk geen geringe eischen stellende werken met fijnzinnigen smaak en goed stijlgevoel ver klankt. Dat hij de overmaat van resonans van de slechts matig bezette kerk tegen heeft, is niet zijn' schuld; zeer vaak vloeiden de klanken reeksen ineen; de zware harmonieën verdron- gen zich soms tot een voor het gehoor moei lijk te ontwarren klaakklnwen. Over het algemeen is het rhythmisch gevoel hij den heer Vranken tot langzame bedacht zame overgangen en tempi geneigd, waardoor nu en dan de objectieve waarden wel eens wat geschaad werden. Resumeerend kunnen wij dus wel getuigen, dat Jaap Vranken met zijn mooi degelijk orgel concert heeft bewezen een organist met fijn ge voel en gaaf talent te zijn. DE BANDJIR IN HET MERAPIGEBIED In de „Koerier" vinden we nadere bijzon derheden over den geweldigen bandjir, welke In en om Moentllan heeft gewoed. De beruchte Kali Bat.ang heeft zoo schrijft hot blad weder gebandjird. Tegen vijf uur kwam een zeer zware modderbandjir opzetten die weder veel schade heeft berokkend. Da moddermassa's sloegen over de steerien leuningen van de groote steenen brug in den weg DjókjaMagelang. Toen de bandjir een weinig uitgewoed had, bleek de brug onhegaan.- baar niet alleen wegens de vele modder die achter gebleven was, maar ook door het vele bandjlrvuil. Om het verkeer weder over de brug te kunnen leiden, werden honderden koelies aan het weg werken van den modder gezet en was het een zeer fantastisch gezicht deze menschen bij de zwaar walmende flambouwen te zien werken. Na gehouden schoonmaak had een inspectia van de brug plaats en bleek deze geene noe menswaardige schade te hebben opg-eloopen. De N.LS.-brug. over de Kali Ba-tang heeft de moddermassa's vermengd met rolsteenen niet kunnen doorstaan. Met een reusachtige vaart kwam de zes meter hooge bandjir op zetten en nam de geheele bovenbouw van de brug en de noodige rails mede. De landhoofden, waarvoor deskundigen zoo gevreesd hadden, zijn intact gebleven. Zoodoende kan het spoorweg verkeer zeer waarschijnlijk binnen tien dagen weder hersteld zijn door het monteeren van een noodbrug in de plaats van de weggeslagen brug. Deze ligt als een klomp verhogen staal eenige kilometers van de plaats van het onheil. De - Lamat-brug heeft aan de zijde van de N.I.S.-rails stand gehouden doch aan de achter zijde is een gat van ongeveer 20 M3. in het ibruggenhoogd geslagen, dat men thans weder mert alle macht bezig is te stoppen. Achter het R.K. Ziekenhuis, klooster en de schoolgebouwen van het Xaverius college is de toestand zoo goed als normaal gebleven, of schoon op verscheidene punten oever-afsehui- ving heeft plaats gehad. TOELATINGSEXAMEN UNIVERSITEIT. Bij Kon. besl. zjjn benoemdtot lid en voorzitter van de commissie, aan welke in 1931 het afnemen van het examen, bedoeld in artikel 12 der Hooger- cnderwyswet, wordt opgedragen: dr. C. J. Vinke- steyn, inspecteur der gymnasia, te 's-Gravenhage; tot lid en ondervoorzitter der commissie: dr. E. H. Renkema, rector van het Christelyk gymna sium, benoemd inspecteur der gymnasia, te 's-Gra- venhage tot ledendr. C. Spoelder, rector, te Haarlem dr. E. Slijper, conrector te Utrecht; dr. W. F. Stutterheim, rector te Middelburg; dr. A. H. Ver wondert, conrector bissch. college te Roermond di. M. A. Schwartz, rector te Nijmegen; dr. J. Mehler, conrector te Baarn; J. W. Kemper, rector R. K. gymnasium te Amsterdam; dr. M. J. Pattist, rector te Rotterdam; dr. D. E. Bosselaar, rector te LeidenJ. Martin Muller, oud-conrector te Utrecht; A. L. van Beeek, leeraar te Leiden; dr. H. A. Leenmans, leeraar te 's-Gravenhage; J. Spijkerman, leeraar te Eindhoven; dr. P. A. Okken, leeraar te Groningen; dr. H. C. Scham- hardt, conrector te Zeist; P. Cramer, leeraar te Kolduc; dr. C. de Jong, leeraar te Leiden. EXAMENS KRANKZINNIGENVERPLEGING Deze examens zyn voortgezet met de candidaten uit Het W. A. Huis te Utrecht. De uitslag is als volgteerste examen 11 candidaten, geslaagd H. Bleeker, H. v. Breeschooten, X. E. Heimei, A. M. v. Maaren, C. Muylwijk, E. de Vries, W. Attema, J. den Daas, J. C. Meyer, J. C. A. Paul, A. Wolters. Tweede overgangsexamen 14 candidaten, afge wezen 1, geslaagdC. G. L. Brouwer, J. J. Hetterschy, A. Land, H. Nyland, H. Tafyn, G. Zomerhuis, L. v. Eeden Petersman, E. Hoebe, C. Lubeek, W. A. Prins, E. J. Tryssenaar, M. G. J. Vlasveld, K. F. v. d. Weide. De examens worden voortgezet, "V. De door Minister Donner voorgestelde rege ling van het muziekauteursrecht, de wijziging n.l. van de auteurswet met verpHclvte conces sie voor één bemiddelingsbureau, heeft de Kamer goedgekeurd met 57 tegen 16 stemmen. De oppositie tegen de wet, was een wel zeer gemengd gezelschap, te weten: de vrijheids bond, de vrijz. dem„ de communisten en de helft der c. h. fractie, de heeren v. Boetzelaer, Lovink en Snoeck Henkemans, die mej. Katz in haar verzet steunden. Floris Vos volgde als naar gewoonte de leiding van Ce vrijz. dem. fractie waarvan hij een soort eerelid schijnt te wezen. Over twee andere z.h.st. goedgekeurde wets ontwerpen van den Minister van Justitie de herziening van de bepalingen omtrent schip breuk enz., omschreven in de artt. 545 tot en met 551 van het Wetboek van Koophandel en de regeling van de administratiefrechtelijke zijde van de strandvonderij, thans vervat in de artt. 551 tot en met 558 van genoemd wetboek en in verschillende Koninklijke besluiten en instructies is niet veel gezegd. Het verraadt geen oneerbiedigheid te denken, dat de meeste Kamerleden het legislatieve werk van den Amsterdamschen prof. Scheltema te mooi von den om er hardop iets leelijks van te durven denken. Alleen aan mr. Knottenbelt, een in de onderhavige 'materie deskundige, verklaarde de Minister, dat de bedoeling van het nieuwe art. 548 is, dat bij berging na schipbreuk de leiding aan den strandvonder is, tenzij de ka pitein van hei gestrande schip of rechthebben den aanwezig zijn. De wijziging in het Wetboek noch de nieu we wet op de strandvonderij brengen nieuws van beteekenis. Zij verdeelen de stof meer sys tematisch en sluiten aan bij het nieuwe zee recht van 1924. De regels van het privaatrecht worden in het W. v. K. ondergebracht en de publiekrechtelijke bepalingen, welke het toe zicht der Overheid op en haar bemoeiingen met de redding en strandvonderij omvatten, zijn in de nieuwe wet op de strandvonderij ver vat. Strandvonder is thans een publiek ambt, dat van rechtswege door den burgemeester wordt bekleed en bij diens ontstentenis dOor den wethouder of dengene, die hem krachtens art. 84 der Gemeentewet vervangt Bovendien is nu in enkele twijfelgevallen door wettelijke voorschriften voorzien. De rest van den middag werd in beslag ge nomen door de interpellatie van den heer de Visser, die een reeks vragen had te stellen over „de wanverhoudingen betreffende het locn, de huisvesting, het eten en de gezondheidszorg, die aanleiding zijn tot de reeds uitgebroken en nog dreigende conflicten in onderscheidene werkverschaffingen". Terecht vestigde de heer Drop er de aandacht op, dat van de reeds weken geleden voorspelde, „conflicten" niets is gekomen. Maar dit was natuurlijk sociaal-fascistische falsificatie. De beide communisten beijverden zich de „recla me" te ontmaskeren der sociaal-democraten, die geen lust gevoelen de moties te steunen van hen, van wie zij zich, naar 's heeren Drop's woord gescheiden gevoelen door „een groote, onoverbrugbare klove". Natuurlijk buiten de Moskovietlsche propagandisten de gelegenheid uit om aan te tooneu, dat Mac Donald en Wi- baut en Briining, die door de socialisten worden gesteund, ook de werkloosheid niet uit de we reld kunnen helpen. Als men den heer de Vis ser en zijn vriend Wijnkoop zou gelooven, is daartoe alleen de sovjet-regeering in staat. In het communistisch paradijs, zoo wordt ons ver teld, is heel de werkloosheidskwestie opgehe ven. Jammer genoeg heeft de heer de Visser geen melding gemaakt van de nieuwste wijzi ging der Russische arbeidswet, waarbij aan de arbeiders onvoorwaardelijke gehoorzaamheid wordt opgelegd tegenover de fabrieksleiding en o.a. is bepaald, dat de arbeiders op bevel van de leiding ook „mogen" worden gebruikt voor ander werk dan waarvoor zij zijn aangenomen en aan andere fabrieken kunnen worden uit geleend. Ongehoorzaamheid wordt als Inbreuk op de arbeidersdiscipline bestraft. De moderne slavernij, door middel waarvan de sovjet-regee ring op haar wijze de werkloosheid oplost, schijnt de heer de Visser niet te kennen. Zij is nochtans geconstateerd in het rapport, dat de Engelsohe „Anti-Slavery and Aborigine Protection Society" zoo pas liet uitbrengen over de toestanden in de Russische uoutkap-indus- trie. Hierover zwijgt de heer de Visser om vol verontwaardiging uit te varen over de toe standen in de werkverschiffing in ons land. Volmaakt zijn deze toestanden niet Mi nister Ruys gaf di,t volmondig toe maar het Rijk en de Gemeenten doen hun best. Na tuurlijk kan de Overheid niet alle leed weg nemen, welke de werkloosheid aan de slacht offers 'berokkent. Maar de goede wil tot hulp is er en daarvan eischte de M-inister de erken ning, terwijl hij uitdrukkelijk verklaarde steeds een open oor te hebben voor alle gemotiveerde klachten waaraan, méde met de hulp der or ganisaties, zooveel mogelijk wordt gehoor ge geven, De algemeene toestand in de werkver schaffingen is goed; er zijn uitzonderingen op welker verbetering men zooveel mogelijk be dacht is. Moties van den heer de Visser aanneming van de ontslagen cellenbouwers in de werkver schaffingen en uitkeeringen ineens aan alle werkloozen kwamen niet voor behandeling in aanmerking. Practische resultaten heeft de heer Kuiper behaald. De Regeering beloofde te zullen over wegen aan de werkiooze gehuwden meer ge legenheid te geven naar huis te gaan en te praten over mogelijken kindertoeslag bij het derde kind. De regelingen der gemeenten Best en Tegel en zijn goedgekeurd. Ook over de door de heeren Ebels en Bakker gevraagde van de aan N.V.'s tot bestrijding van werkloosheid verschafte gelden, wordt gedacht. Begrijpelij kerwijze huivert de regeering er nog wel even voor, de werkverschaffing als geheel reeds als normale arbeld3verscliaffing te beschouwen. Wel staat zij ook op het standpunt van den heer Kuiper, dat gewone werken niet minder moeten worden betaald omdat zij door werkloo zen worden uitgevoerd. Aan ds. v. d. Heide's wensch, om n.l. alle werkloozen in de werkverschaffing aan te nemen, dus naast de vaders óók de werkiooze zoons, kon de Regeering niet voldoen, daar er helaas te veel werkloozen zijn. Evenmin werd 's heeren Ebels', reeds vroeger door iT. Bon- gaerts geuite wénsch vervuld, om n.l. toeslagen van rijkswege te geven aan particuliere in dustrieën. Onwillekeurig raakte een deel deT interpel latie, o.a. door den heer Drop, al spoedig op het algemeene terrein der werkloosheidsbesti ij- ding. Uiteraard is hier echter weinig princi pieels over gezegd. De Regeering overweegt wat zij in de toekomst kan doen als de werk loosheid, naar zij vreest, nog erger zal worden. Veel zal wel afhangen van den stand der fi nanciën. Wij gelooven, dat er tegen de internationale werkloosheidscrisis slechts één definitief mid del is en dat Mgr. Nolens Maandag te Go- nève heeft genoemd: internationale maat regelen. Het schijnt nog erger te moeten wor den, eer men tot zulk een intense internatio nale samenwerking komt. Het wetsontwerp, houdende goedkeuring van hot gewijzigde luehtvaartverdrag-1919 is voor- loopig van de agenda afgevoerd. Wanneer de interpellatie-Oud inzake de uitvoering der Tarwewet aan de orde komt, kon de Voorzitter nog niet zeggen, aarsc-hijnlijk bereikt de Ka mer dienaangaande de volgende week een voor stel. VIJF JAAR VOOR EEN REVOLVERSCHOT. HET AUTO-ONGELUK TE HEERENVEEN. Even voor elf uur Maandagavond heeft zich naar nader word-t gemeld aan het hoofdbureau van politie in Den Haag aangemeld de 25- jarige chauffeur M. v. d. V. wonende aldaar, met de mededeeling, dat hij in de krant het bericht had gelezen, dat te Heerenveen de heer J. de Grave door een auto-aanrijding om het leven was gekomen. Van de V. gaf te kennen dat hij vermoedelijk de bewuste auto-bestuurder was. Even later kwam bij de.Haagsrhe politie te lefonisch verzoek van den brigade-comman dant der Kon. Marechaussee te Heerenveen om den gezochte aan te houden, van wien bekend was, dat hij zich naar den Haag had begeven. In afwachting van verder onderzoek is v. d. V. in bewaring gesteld ter beschikking van de marechaussee. V. d. V. had den auto gehuurd in een gai'age aan de Vaillantlaan en had daarmee een tocht naar Friesland gemaakt. Verdere inzittenden waren iemand uit Sneek en een andere Hage- naar. Het ongeval heeft vermoedelijk plaats ge- vonden, doordat de auto met kleine lichten reed en de verongelukte daardoor slechts op zeer korten afstand werd gezien. Naar wij voorts nog vernemen heeft de bri gade-commandant van de Kon. Marechaussee uit Heerenveen, na van de V. te den Haag te hebben gehoord, dezen heengezonden, nadat proces-verbaal was opgemaakt. VEENDAMMER HYPOTHEEKBANK. De curator in het fa-illissemient van de Veen- dammer Hypotheekbank had van mr. M. I. N. Spaargaren een bedrag van 100.000 gevor derd, welk bedrag mr. Spaargaren in verband met de transacties van Liebermann zou hebben ontvangen. De 3e kamer der Haagsche rechtbank heeft gisteren bij interlocutoir vonnis afgewezen het verzoek van mr. Spaargaren om Liebermann in vrijwaring op te roepen. De verdere behandeling der hoofdzaak werd door de rechtbank bepaald op 30 Juni voor de 1* kamer. Reeds lang bestond er tusschen de families R. en S. te Kerkrade groote oneenigheid, die allengs erger en erger werd. Toen op een avond, de gebroeders S. thuis kwamen vernamen zij, dat de herbergier R. uit de benedenwoning hun moeder mishandeld had. Dit zette het noodige kwaad bloed en toen R. even later naar boven kwam om de huur te halen, liep de beker over en werd men handgemeen. R. werd de trap af- geslingerd en bovendien klonk een schot, waar door hij in den ruggewervel getroffen werd. Beide broers S. werden aangehouden, doch zij legden over en weer een verklaring af gescho ten te hebben. Naderhand kwam verdachte F. S. op zijn bekentenis terug en verklaarde niet geschoten te hebben. R. was zoo ernstig ge wond, dat lichamelijke lamheid gedurende het geheele leven wel het gevolg zal zijn. Hij be vindt zich thans in Duitschland en mag niet vervoerd worden, daar dit zijn dood zou be- teekenen. Men heeft hem echter een verklaring onder eede laten afleggen, waarin hij mededeelt gezien te hebben dat F. S. schoot, hetgeen ook door meerdere getuigen ter terechtzitting be vestigd werd. Het opzettelijk toebrengen van zwaar lichamelijk letsel werd door het O. M. der Maastrichtsche Rechtbank bewezen geacht en de eisch luidde vijf jaar gevangenisstraf. Mr. Stroom, raadsman van verdachte pleitte vrijspraak of eene lichtere straf. D§ rechtbank bepaalde haar vonnis op 14 dagen. DE KWESTIE IN HET MAASTRICHTSCHE BOUWBEDRIJF. In de Leostichting te Maastricht heeft giste ren de bereids aangekondigde conferentie plaats gevonden tusschen de patroons en de vertegenwoordigers van de R. K. en modern georganiseerde werknemers over een eventueel nieuw af te sluiten C.A.O. in het bouwbedrijf. Hadden helde partijen tot nog toe in haar eischen scherp tegenover elkaar gestaan, thans was een wederzijdsehe toenadering merkbaar, zoodat waarschijnlijk een oplossing van het hangend conflict zal kunnen worden verkre gen. Dinsdagavond is nog een gecombineerde be stuursvergadering der arbeidersorganisaties ge. houden, terwijl de arbeiders Zondag in een al. gemeene vergadering hun standpunt defini tief sullen bepalen. -i Hp "5* BIJ HET WRAK. Visschers uit Nieuw Zeeland redden den laatsten schipbreukeling van de Progress, die nabij Wellington op de rotsen werd géslagen en na eenige uren zonk. TWEEDE KAMES

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1931 | | pagina 7