M
NEGENDE VERGADERING VAN DEN
R. IC. PARTIJRAAD.
ONZE THOMAS PORSELEINWEEK
OVERHEID EN GEZIN.
HET ENORME SUCCES VAN ONZE
„KOMT MET UW KINDEREN",
MAANDAG 15 JUNI 1931
GEDACHTENW1SSELWG OVER
DE PRAEADVIEZEN.
DE CRISIS IN DEN LANDBOUW.
DE HERZIENING VAN DE
GEMEENTEWET.
Welk motief den jongeman
bezielde?
Woedend om een aanmaning
NEDERL. ROODE KRUIS.
ALGEMEENE VERGADERING TE
DEVENTER.
OVERSTE C. B. DUTRY VAN HAEFTEN f
HET CONCERT-ORGEL TE
SCHEVENINGEN.
HEEFT ONS DOEN BESLUITEN DEZEN BIJZONDEREN
VERKOOP NOG MET ÉÉN WEEK TE VERLENGEN.
op alle etages hebben wij bijzondere attracties,
o.a. „MARION ETTENVERTOONING,"
MICKY - MOUSE-CONCERT" enz.
heeft aan onze verwachtingen beantwoord. Ons nieuw
Thomas-Servies (met alleen voor de „Bijenkorf gemaakt
décor) heeft zich reeds een groote bekendheid verworven.
Zoolang de voorraad strekt, geven wij nog
deze week, bij gebruik van een Thomas-
Thee-Compleet a f 1.25 in onze Lunchroom,
het 3-DEELIG DEJEUNER (KOP, SCHOTEL en
BORDJE) keurig verpakt, ten geschenke.
ROTTERDAM
MAATSCHAPPIJ TOT REVORDERING
DER TOONKUNST.
DE VERGETEN NEDERLANDSCHE
AUTEURS
De heer Mensink uit Enschede vindt het
geen aangename zaak met een dame van mee
ning te verschillen. (Vroolijkheid).
De Voorzitter: De heele vergadering voelt
met u mee. (Instemming).
Spr. meent, dat het onrecht is zooveel Ka
tholieken arbeidsvrouwen te verwijten, dat
zij niet voldoende waarde kunnen geven aan
haar dochters. De prae-advlseuse is eenzijdig;
zij vergeet, dat de opvoeding allereerst een
zaak van de ouders is.
De heer W. v. Koeverden uit Buren meent,
dat de vrouwen en moeders in de huisgezinnen
de voornaamste taak hebben bij de opvoeding.
Spr. is het niet eens met mej. v. d. Kallen,
dat fabrieksarbeid op hoogeren prijs moet
worden gesteld dan gezinsopvoeding. Spr. wil
vooral verbetering van de toestanden voor de
dienstboden in het gezin. Die verbetering
moet van de werkgeefster allereerst komen.
Replieken der prae-adviseurs.
De heer Jos. Maenen, wethouder van Heer
len, zegt, dat wel is gebleken, dat hier geen
schuchterheid is beoefend betreffende de volks
huisvesting. Wij deden nog meer practisch
werk dan theoretisch. Spr. wijst in dit ver
band op het werk van prof. Aalberse in diens
minister-tijd.
Spr. zet voorop, dat men bij de woning,
productie Tekening moet houden met plaats
en streek. Woningen zijn niet verplaatsbaar. In
't land in het algemeen is een voldoende voor
raad; in sommige streken echter zijn veel te
korten, zooals uit rapporten der Inspecteurs
blijkt. Spr. heeft geen voorkeur voor een be
paald type woningen; hij wil normale en
groote-gezinswoningen samen laten bouwen en
meteen werken aan de opruiming van de
60.000 krotten, die er in Nederland zijn. Wat
het laatste betreft, is men nogal schriel.
Aan den he^r Menheere antwoordt spr., dat
er een wetsontwerp ligt om in kleine plaat,
sen de rente te verlagen tót 3%.
De vraag van dr. Kortenhorst of door de op.
richting van een gedwongen spaarfonds meer
eigen huizen voor arbeiders kunnen worden
bereikt, is niet zoo eenvoudig. Spr. wijst be.
langstellenden in het woningvraagstuk ook op
het voorbeeld van Luxemburg, dat binnen vier
jaar 26 millioen francs aan bouwpremies gaf
en wel premies, die maximaal tot 95000 francs
gaan tegen 2%% met een amortisatie van
2j jaar. Zoo werden daar binnen vier jaar
4100 huizen gebouwd.
De praeadviseur mr. C. P. M. Romme, lid
van den Gemeenteraad van Amsterdam, be
antwoordt de stemgerechtigde leden Lucassen.
Evers en Kevenaar. Tot den eerste zegt spr.,
dat hij niet kan antwoorden op de vraag, wat
een rechtvaardig loon is. Dit is een onmoge
lijkheid. Concreet vaststellen moeten de vak.
vereenigingen doen, niet de overheid.
Wat de bepalingen over gezinsloonen in col
lectieve contracten voor overheidswerken be
treft, daarvoor moeten de vakvereenigingen
morgen. Kunnen kindertoeslagen hier ten na.
deele van groote gezinnen strekken zooals
de heer Kevenaar vroeg. Dit kan zoo geregeld
worden, dat aannemers bij zulk 'n wering geen
belang hebben. De kwestie van het gezinsloon
beweegt zich om het minimum-loon; toeslagen
\oot beter-gesitueerden acht spr. niet gefun
deerd.
Wat den raad van het adviseerende lid dr.
Kortenhorst over den spaardwang betreft, spr.
gelooft niet, dat zulk een dwang het voornaam
ste aandeel in kinderbijslagregeling kan leve
ren. Spaardwang en kinderbijslag zijn ver
schillende zaken. Aan den eerste zit vast, dat
het gespaarde wordt teruggekregen. Iets an
ders is het laten bijdragen van ongehuwden
aan kindertoeslagen. Als kindertoeslag een
deel van het loon is, moet die komen uit het
bedrijf. Althans theoretisch; practisch kan de
uitwerking verschillend zijn. Spr. voelt er voor
het kinderbijslagfonds te laten vullen door
werkgevers en werknemers. Het is niet alleen
een vraagstuk van juiste verdeeling tusschen
kapitaal en arbeid, maar ook van verdeeling
tussohen de arbeiders onderling. Practisch
acht spr. het 't verstandigst een toeslag te
geven van af het derde kind. Maar dat 'is niet
het rechtvaardigst, zoolang het loonvraagstuk
zich beweegt om het minimum. Want dan
staat de kinderlooze boven de collega met twee
kinderen.
De heer van Spaendonck maakte bezwaar
tegen een gecentraliseerd fonds en prefereerde
bed rij fsge wij ze fondsen.
Dr. Kortenhorst en baron van Wijnbergen
hebben gepoogd sprekers pessimisme weg te
praten; spr. meent echter, dat verplichte deel
neming nog behoort tot de vrome wenschen.
Dait is een simpel feit.
De praeadviseur dr. Moller begint met te
zeggen, dat het classificatie-vraagstuk inge
wikkeld schijnt te zijn. Spr. sprak niet over
de werklieden, omdat 't hem alleen van de
ambtenaren is gevraagd. Maar in beginsel is
de zaak hetzelfde voor de werklieden. Wat de
uitwerking betreft, zou er dubbele reden zijn
om de werklieden niet gelijk te behandelen.
Classificatie voor rijkswerklieden zou mogelijk
kunnen zijn.
Wat er gebeuren moet: afronden naar boven
of beneden? Dat is geen classificatie maar een
salariskwestie. (Gelach en beweging). Spr. ont
leent aan de grootheid van het gezin geen
argument tegen de classificatie, maar heeft er
wel op gewezen dat alle fouten zijn verergerd
door jle groote gezinnen. Verder merkt spr.
tegen mr. Brandsma op, dat de kleine gemeen
ten op het platteland het slachtoffer worden.
Zij krijgen zoo geen beste ambtenaren. Als
inderdaad het platteland duurder zou zijn dan
de stad, is het niet ongerijmd, dat de salaris
sen op het platteland hooger zouden moeten
zijn. Maar spr. heeft niet beweerd, dat het
platteland duurder is. Spr.'s bezwaar is, dat
de classificatie niet behoorlijk gefundeerd was.
De praeadviseuse mej. v. d. Kallen heeft zich
voortdurend verwonderd, dat zooveel verschil
lende mensehen zoo eenstemmig haar advies
hebben misverstaan. Zij is het honderd procent
eens met hen, die houden, dat de jeugdver-
eeniging 't gezin niet kan vervangen en meent
ook, dat het gezin de kinderen moet opvoeden.
Maar zij hield, dat het arbeidersgezin niet
alles kan doen. Spr. meent ook, dat het gezin
de eerste plaats toekomt en de jeugdvereni
gingen de tweede. Maar de aanvullende taak
van de jeugdvereeniging is hard noodig om
weer een geslacht vrouwen te kweeken, die de
heele opvoeding wel aan kunnen. Dat is geen
verwijt tot de huidige moeders, maar een ge
volg van de snelle veranderingen in de wereld.
Aanvulling van de opvoeding is vroeger juist
bij de beter gesitueerde gezinnen begonnen.
Nu heeft ook het arbeidersmeisje dit noodig
(zeer juist!) De misvatting is, dat men niet
inziet, dat het meisje geen hulp in de karak
tervorming noodig heeft. Al de meisjes in het
huishouden, is geen oplossing. De veranderde
maatschappelijke omstandigheden zouden dan
toch nog aanvulling van de opvoeding eischen.
De vragen van dr. Kortenhorst over den
toestand van het arbeidende meisje liggen
buiten spr.'s praeadvies. Zij meent, dat de ar.
beid der gehuwdg vrouw in de fabrieken niet
noodig is. Verder meent spr., dat niet alle
arbeidersmeisjes dienstbode behoeven te wor
den: er is differentiatie, 't Minst graag ziet
spr. de fabriek. De getrouwde vrouw hoort in
huis. Spr. raadt een meisje dikwijls af naar de
fabriek te gaan, niet om 't werk, maar ook
om de omgeving. Deze omgeving kan in som
mige opzichten winst beteekenen en behoeft
niet noodzakelijk nadeeligen invloed uit te
oefenen. De vorming van het dienstmeisje
hangt ook af van de mevrouw, waar ze komt.
Dienstbode zijn kan voor sommige meisjes
verkeerd, voor andere goed zijn.
Spr. kan dr. Kortenhorst onmiddellijk drie
academisch gevormde katholieke meisjes aan
bieden voor de arbeidsinspectie. Subsidies be
vallen best; spr. is daar niet afkeerig van. In
de vorige eeuw werd de uitbreiding van ken
nis gesubsidieerd; nu moeten er subsidies
komen voor de opvoeding van het arbeidende
meisje. (Zeer juist!) Dit is óók een staatsbe
lang en een eisch van recht voor het arbeids-
meisje, dat van geen gymnasia of universiteiten
gebruik maakt. (Applaus).
De voorzitter mr. Goseling zegt zich gevoeld
te hebben als een stationschef, vooral nu alles
goed afgeloopen is. Spr. dapkt allereerst de
praeadviseurs, in 't bijzonder mej. v. d. Kallen.
Deze arbeid, om als voorlichtster in onzen
partijraad op te treden, is nog nimmer door
een vrouw vervuld. Spr, dankt de mannen, die
met volhardende standvastigheid Jiet rooken
nalieten, (vroolijkheid).
In 7, no. 12 van ons program staat: wet-
telijke regeling van den kindertoeslag. De uit-
werking is dus vrij. Laat ons werken, om bij
betere financieele omstandigheden met een
concreet plan klaar te zijn. Al is ook voor de
classificatie niet onmiddellijk een oplossing te
vinden, het is goed de feiten te kennen en
het georganiseerd overleg kan hier veel doen.
Spr. zegt ook, dat hij zich verwonderde over
de oppositie tegen het praeadvies van mej. v.
d. Kallen.
Spr. sloot daarop de goedgeslaagde en be
zette vergadering met den Christelijken groet
om kwart voor vier.
Wijzigingen in het urgentieprogram.
In een dezer dagen gehouden vergadering van
het hoofdbestuur van de Groninger Mij. van
Landbouw werd namens het Dagelijksch be
stuur o.a. medegedeeld, dat in verband met de
gewijzigde omstandigheden het Kon. Ned
Landbouw Comité het gewenscht heeft geacht
het urgentieprogramma te herzien. Naar aan
leiding hiervan heeft het dagelijksch bestuur
op de volgende wijzigingen en aanvullingen
aangedrongen:
aVan het punt; Maatregelen tegen dum
ping" dient te worden losgemaakt en afzon
derlijk bestudeerd de kwestie van den invoer
van Russische goederen. Overigens moet dit
punt onveranderd worden gehandhaalfd.
b. De steun, dien de suikerbietenteelt, thans
geniet, moet geheel en al onvoldoende worden
geacht en dient tegen het volgende jaar ver.
hoogd te worden.
c. Hetzelfde geldt voor den steun voor de
Veenkoloniale aardappelteelt.
d. Het in de Tarwewet vastgelegde maxi
mum mengpercentage van 25 pCt. dient zoo
noodig, als blijkt, dat de verbouw van tarwe
aanmerkelijk wordt uitgebreid, te worden ver-
hoogd.
e. Ten aanzien Van den vleeschaccijns dient
er naar te worden gestreefd, dat de heffing
voor buitenlandsch vleesch 8 pCt. hooger blijft
dan voor het inlandsche product. Mocht de
vleeschaccijns worden afgeschaft, dan dient een
invoerrecht van 8 pCt. op buitenlandsch te
worden gehandhaafd.
f. Do eisch tot afschaffing van de crisis-
opcenten op de grondbelasting dient onvermin
derd te worden gehandhaafd, maar in de eerste
plaats te gelden voor ongebouwde eigendom
men.
Het gebruik van Nederlandsche produc-
ten dient speciaal in acht te worden genomen
bij het in cultuur brengen van den Wieringer.
meerpolder.
h. Op alle artikelen van agrarischen oor
sprong die direct of indirect zijn bestemd voor
menschelijk gebruik, mits geen grondstof zijn
de dient een invoerrecht te worden geheven
van gemiddeld 8 pCt. van de waarde.
i. Tot steun van de vlasteelt dienen bijzon,
dere maatregelen te worden genomen.
De handelwijze van het dagelijksch bestuur
werd door de vergadering goedgekeurd.
De aanslagen van den gemeentelijken
fiscus blijven geldig.
De heer Smeenk had den minister van Finan-
ciën de vraag gesteld, of Z. Exc. niet van oor
deel was, dat door het vervallen van de artt.
265i en 244a (oud) van de Gemeentewet, eenige
moeilijkheden kunnen ontstaan, met name de
moeilijkheid, dat de wettelijke grondslag is
ontvallen van alle aanslagen in gemeentelijke
inkomstenbelasting en opcenten Rijksinkom-
stenbelasting, nog op te leggen na 1 Mei 1931
zoowel aan hoofdverblijvers als aan werk- en
woonforensen.
De heer de Geer beantwoordt nu deze vraag
ontkennend. Nu de wet, aldus de minister, geen
bepaling bevat, welke de vóór 1 Mei 1931 ont
stane belastingschuld tenietdoet voor het geval
dat zij op 1 Mei 1931 nog niet mocht zijn vast-
gesteld en ten kohiere gebracht en daaren
tegen in de laatste woorden van het eerste lid
van artikel 31 van het tegendeel uitgaat, blij
ven de bepalingen betreffende de aanslagrege-
lingen als o.a. vervat in artikel 243g (oud)
en artikelen 265, g, h en i (oud) van de Gemeen
tewet van kracht, voor zooveel het belasting
schuld betreft, welke vóór 1 Mei 1931 is ont-
staan. Bij arrest immers van den Hoogen Raad
is beslist, dat „in geval van wetwijziging
tenzij het tegendeel uitdrukkelijk is bepaald
bij de aauslagregeling moeten worden in acht
genomen de bepalingen der wet, die gelden bij
den aanvang van het belastingjaar, niet die,
welke op den datum van den aanslag van kracht
zijn".
HET DRAMA TE SCHAESBERG.
De jongeman die de vorige week te Schaes-
be-rg zijn meisje een ernstige wonde aan de keel
toebracht en zich zelf in den hals sneed is uit
het St. Joseph-Ziekenhuis te Heerlen ontsla
gen en naar Maastricht overgebracht om aldaar
voor den Officier van Justitie te worden ge
leid.
Hem zal poging tot moord ten laste worden
gelegd. Het meisje is inmiddels ook reeds ver
hoord. Haar toestand is in zooverre verbeterd,
dat er geen onmiddellijk levensgevaar bestaat.
'Het verhoor heeft echter nog niet tot een
positief Tesultaat geleid, zoodat hot motief
van de daad nog niet met zekerheid bekend is.
ZIJN SCHULDEISCHER MET EEN MES
GESTOKEN
Zaterdagmiddag heeft 'n zekere W. v. F. te
Alblasserdam, den kruidenier A. Groenendijk
met een mes gestoken. Van E., die nog een
oude schuld te betalen had aan den kruidenier,
werd door dezen aangemaand en ontstak daar
door zoo in woede, dat hij zijn schuldeischer
met een mes een ernstige steekwonde aan den
hals toebracht. Het slachtoffer werd naar het
gemeenteziekenhuis overgebracht. De dader is
voortvluchtig.
DK ELF-HOOFDSTEDENRIT.
Op 11 en'12 April 1930 is de Elf-hoofdstedei-
rit gehouden, uitgeschreven door het bestuur
van de motorclub „De Baronie" te Breda. Om
dat daarvoor geen vergunning aangevraagd was,
werd het veroordeeld tot een boete van 15
of 15 dagen hechtenis.
Dit vonnis is nu tegen de heeren A. V., J. C.
P., belden te Ginneken, J. C. v. P., J. M. v.
P. en A. M. C. allen te Breda, in hooger beroep
bevestigd.
Op 28 Mei Jl. had de Officier van Justitie
eveneens bevestiging geëlscht van het vonnis
van den kantonrechter, doch zonder toepassing
van s'ref.
KALIPRIJZEN.
Er is den laatsten tijd een en ander te doen
'over de kaliprijzen. De landbouw zegt dat die
te hoog zijn, de Kalimaatschappij bestrijdt de
juistheid van die bewering. Thans hebben de
drie centrale landbouworganisaties in ons land
een telegram gezonden aan het Kalisyndicaat
te Berlijn en Mülhausen, waarin zij ter kennis
brengen van dit lichaam, dat de vanwege de
Kalimaatschappij gepubliceerde prijzen der
kalizouten in geen enkel opzicht rekening hou
den met de ernstige omstandigheden, waarin
onze landbouwers verkeeren. In verband met
de daardoor ontstane algemeens ontevredenheid
dringen zij aan op herziening der door de Kali
maatschappij vastgestelde prijzen.
BLOEMBOLLENTEELT IN HF.T LAND VAN
HEUSDEN EN ALTENA.
Tal .van kweekers in het Land van Heusden
en Altena hebben besloten de genomen proeven
met den bloembollenteelt stop te zetten. De vele
regens hebben alle hoop op een eenigszins gun
stig resultaat den bodem ingeslagen. De schade
is groot, daar de genomen proeven vrij kost
baar zijn.
KWAKZALVERIJ.
De Arr. Rechtbank te Breda veroo. de,
overeenkomstig den eisch van den Officier van
Justitie, den koopman A. T. J. T., uit Rotter
dam, wegens het onbevoegd uitoefenen van de
geneeskunde, te Roosendaal, tot twee maal
100 boete of twee maal 1 maand hechtenis.
DOODELIJK ONGELUK.
Zaterdagmorgen te 8' uur werd op het spoor
wegemplacement te Roosendaal, naast de rails
gevonden de 23-jarige electricien J. Jonkers,
uit Rotterdam, employé van de electrisohe
tractie. Hij had zich op weg begeven, om en
kele wagons te inspecteeren'. Enkele oogenblik-
ken, nadat hij was gevonden, gaf hij den geest.
Aangezien geen uiterlijke verwondingen wer
den waargenomen, werd het lijk naar het zie
kenhuis „Charitas" vervoerd, om aan een sec
tie te worden onderworpen.
Dr. Konings constateerde vermoedelijke hals
wervelbreuk. Waarschijnlijk heeft de onge
lukkige een klap van een machine gekregen,
welke den dood tengevolge had.
In de te Deventer voortgezette algemeene
vergadering van het Nederlandsche Roode
Kruis, onder voorzitterschap van Z. K. H. Prins
Hendrik, werd naar aanleiding van het jaar
verslag door den heer Westerman Holsteyn
persoonlijk een motie ingediend, waarin werd
uigedrukt, dat de vergadering, kennis geno
men hebbende van de houding, door het hoofd
bestuur van het Oranje Kruis inzake de eerste
hulp bij ongelukken op de publieke' wegen te
genover het hoofdbestuur van het Roode Kruis
aangenomen, het feit betreurt, dat het initia
tief, door het Roode Kruis in deze genomen,
en de arbeid, onder de leiding van zijn bestuur
verricht, door genoemde vereeniging totaal
wordt miskend.
De vergadering sprak haar volle vertrouwen
uit in haar hoofdbestuur, in de stellige ver
wachting, dat door samenwerking met andere
vereenigingen deze arbéid voor het geheele
land tot een goed einde zal worden gebracht.
De afdeeling Leiden stelde voor, verplicht
voor te schrijven, dat iedere auto verbandma
teriaal met zich voert. Het Hoofdbestuur ad
viseerde afwijzend, in verband met technische
bezwaren.
Op voorstel van den voorzitter werd beslo
ten, na intrekking van het voorstel Leiden, om
vanwege het Nederlandsche Roode Kruis aan
automobilisten te verzoeken verbandmiddelen
mede te voeren.
De secretaris-generaal deelde mede, dat de
regeering zal worden verzocht, de Armenwet te
herzien in dier voege, dat de financieele ver
antwoordelijkheid der gemeenten voor vervoer
en verpleging van personen, gewond bij onge
lukken op wegen enz. nader wordt geregeld.
Vervolgens hield de heer H. C. J. M. van Dijk,
arts te Rotterdam, zijn voordracht over den
bloedtransfusiedienst te Rotterdam.
Na afloop der vergadering had een officieele
ontvangst plaats ten stadhuize, door den bur
gemeester, mr. F. W. R. Wi-titewaall.
Z. K. H. Prins Hendrik beantwoordde de rede'
van den burgemeester.
Nadat de Athenaeum-bibliotheek en het mu
seum „De Waag" waren bezichtigd, ging men
met auto's naar Gorssel, waar een Geldersche
koffietafel was aangericht. Hierna begaf het
gezelschap zich naar een weide, waar door de
St. Steffenruiters van Gorssel en onderofficie
ren van de cavalerie te Deventer rijdemonstra-
ties werden gegeven. Ook werden Geldersche
boerendansen uitgevoerd. Des avonds vereenig-
de men zich aan een officieelen maaltijd.
NATIONALE WONINGRAAD.
De afd. Zuid-Holland van den nationalen
Woningraad, kwam Vrijdagavond te Dordrecht
in vergadering bijeen.
De voorzitter, de heer A. J. Th. van Stuyven-
berg, wees in zijn openingswoord op het groote
nut van vereenigd zijn van bouwvereenigingen,
en het was juist hierom dat het bestuur Dor.
drecht als vergaderplaats had genomen, omdat
er in Dordt geen enkele bouw vereeniging bij
den nationalen woningraad is aangesloten. Spr.
hoopte, dat men in Dordt alsnog tot andere
gedachten komen zou. Het jaarverslag van
den secretaris-penningmeester werd goedge.
keurd, terwijl de vergadering andermaal als
voorzitter aanwees, den heer A. van Stuyven-
berg.
De aftredende bestuursleden, de heeren L.
IJzelenberg, Delft, A. Goosen, Delft, werden
herkozen, terwijl in plaats van den heer H.
Jongbloed, Vlaardingen, die zich niet meer be
schikbaar stelde, de heer W. H. Lenselink,
Rijsoord werd gekozen.
een belangrijk stuk werk BIJ DE
HOOGOVENS.
Op het terrein van de hoogovens te IJmuiden
is weer een belangrijk werk in uitvoering. Er
wordt n.l. een gasleiding aangelegd die het be
drijf zal verbinden met de Centrale van het
p. E. N. en met de Cementfabriek zulks voor
de levering van boogovengas.
Het gas, dat door deze leiding zal worden ge
voerd, zal door het P. E. N. voor het stoken
van eenige stoomketels en door de Cementfa
briek als warmtebron in de slakkendroogin-
stallatie worden gebruikt.
Op 59-jiari.gen 1-e-efltijd is Vrijdag te 's-Graven-
hage overleden de gepens. luit.-kolonel van
het O.-I. leger C. B. Dutry van Plaeften, Am
bachtsheer van Haaften, ridder in de Militaire
Willem Orde.
Waar de draden der wereld samenkomen
in het hart van het groote telegraafkantoor
te Berlijn.
Eenige technische bijzonderheden.
De Kurzaal te Scheveningen heeft een con
cert-orgel gekregen, dat o.a. bij de a.s. Kurhaus-
concerten zal worden gebruikt.
Dit concertorgel werd vervaardigd door de
N. V. Standaart's Orgelfabrieken te Schiedam,
volgens het geheel-electrisch systeem.
Het instrument telt 76 registers, verdeeld
over drie klavieren van 61 toetsen, en pedaal
(30 toetsen).
Het orgel ie op verschillende winddrukken
geintoneerd, welke varieeren van 100 tot
350 mï.
Voor concertdoeleinden is een harp aange
bracht, terwijl tevens beschikt wordt over
kathedraalklokken en carillon, welke van de
klavieren af bespeeld kunnen worden.
De opstelling van het orgel is geschied in
drie gedeelten, n.l. het accompagnement-, solo
gedeelte en de z.g. relaiskamer, waar de gewel
dige relais zijn opgesteld, die voor de juiste
distributie van het voorbanden klankmateriaal
zorg dragen.
De speeltafel die door een 30 M. lange electri-
sche kabel met het eigenlijke orgel is verbon
den, is vervaardigd van gepolijst mahonie, en
rond uitgevoerd. Dit laatste maakt het moge
lijk de registers in cirkelvorm boven de kla
vieren te rangschikken, hetgeen een gemakke
lijk overzicht zeer ten goede komt.
De windvoorziening van het orgel geschiedt
door middel van een electro-ventilator met aan
gek op pel den motor, welke per minuut, ruim
45 M3 wind, bij een druk van 450 mM. levert.
Voor de opwekking der bénöodigde electrische
energie voor de magneten van het orgel, zorgt
een compound gewikkelde dynamo.
BERUCHT INBREKER.
Dinsdag jl. werd de recidivisj H. K. wegens
diefstal en heling door de Amsterdamsche
rechtbank veroordeeld tot een gevangenisstraf
van 2% jaar. Vrijdag stond hij wederom te
recht, thans verdacht van inbraak en diefstal
in de magazijnen, van Electrostoom aan de
N.Z. Voorburgwal te A'dam.
In tegenstelling met zijn oorspronkelijke
houding legde hij thans een bekentenis af, in
zooverre, dat hij toegaf te hebben ingebroken,
doch zijn „compagnon" B. A., die eveneens Dins
dag tot 2% jaar werd veroordeeld, had het geld
kistje met 76 meegenomen benevens een re
volver, dien hij in het gebouw aan verd. had
gegeven.
De inbraak was gepleegd in den nacht van
op 10 Januari jl., doch verd. had 's middags
de deurplaat van de achterdeur in de Spuistraat
reeds losgeschroefd. Een man, werkzaam aan
de overzijde had dit echter gezien en verd. K.
herkend, daar hij gelijktijdig met hem onder de
wapenen was geweest. Toen deze hoorde, dat er
des nachts was ingebroken, had hij zijn waar
neming aan de politie medegedeeld.
De Officier van Justitie, mr. Van Dulleman,
eischte, gezien de zware straffen waartoe verd.
reeds was veroordeeld, een gevangenisstraf van
één jaar.
Uitspraak 26 Juni.
KINDERWEEK
DE BYENKORF
Algemeene vergadering te Zeist.
Zaterdag ,erd te Zeist de 102de algemeene
vergadering gehouden van de „Maatschappij
tot Bevordering der Toonkunst".
De algemeen.voorzitter, Jhr. mr. dr. E. A.
van Beresteyn gaf onmiddellijk het woord aan
Jhr. mr. F. v. d. Poll, den voorzitter der afd.
Zeist, die een welkom tot de oongressisten
richtte.
Hierna wijdde de voorzitter eenige woorden
van waardeering aan de nagedachtenis van den
heer J. Dudok van Heel.
Het voorstel van het hoofdbestuur om den
heer Hora, den 75-jarigen hoofdbestuurder tot
lid van verdienste te benoemen werd met ap
plaus begroet.
Verder bracht Jhr. v. Beresteyn in herinne
ring „de ontginning van nieuwe arbeidsvel
den". Nadat spr. nog op de aanneming van de
Auteurswet en de totstandkoming van conser
vatoria te Rotterdam en te Utrecht had ge
wezen, verklaarde hij deze bijeenkomst, waarop
26 afdeelingen vertegenwoordigd waren, voor
geopend.
Daar heeft de secretaris, dr. Paul Cronheim,
het jaarverslag uitgebracht, waaraan het vol
gende ls ontleend:
De economische depressie heeft in dit verslag
jaar ook onze Maatschappij niet gespaard. Ver
schillende afdeelingen hadden met ernstige
moeilijkheden te kampen. Zooveel mogelijk
heeft het hoofdbestuur, gebruik makend van de
middelen die de Wet biedt, steun verleend.
Mede hieraan ls het te danken, dat, in artistiek
opzicht, in de tneeste afdeelingen toch een
opgewekt leven kon worden geconstateerd.
Nochtans heeft het hoofdbestuur zich niet
ontveinsd, diat 't wenschelijk is, tijdig nieuwe
arbeidsterreinen te ontginnen. Immers de struc
tuur van ons artistiek en sociaal leven is na
den oorlog zoozeer gewijzigd, dat geheel
afgezien van de bovenbedoelde depressiede
kooruitvoeringen alléén hoe belangrijk op
zichzelf - het bestaan onzer Maatschappij niet
meer zouden wettigen.
Te meer stemt het derhalve tot voldoening,
dat de bemoeiingen der Maatschappij op menig
and-er gebied in dit verslagjaar tot practiscba
resultaten hebben geleid. In de eerste plaats
herinnert het verslag aan het Hooger Onder
wijs. Op 13 October 1930 kon prof. dr. A
Smijers, in de Aula der Rijksuniversiteit te
Utrecht voor een hijzonder talrijke schare van
belangstellenden zijn ambt aanvaarden. Dit was
voor de Maatschappij een groote dag,
Voorts wijst het verslag op de unificatie der
muziekexamens die haar boring heeft gekregen.
De examens voor het diploma M. O. zullen dit
jaar geheel volgens de nieuwe regeling worden
afgenomen.
Het rapport der commissie, dia den Minister
zal voorlichten op welke wijze de school dienst
baar kan worden gemaakt aan de muzikale
ontwikkeling van ons volk., is aan ZE. aan
geboden en wordt thans door de Landsdrukkerij
uitgegeven.
Nieuw is ook het contact, dat door de Maat
schappij verkregen werd op het punt van inter
nationale samenwerking Het lichaam, dat deze
samenwerking tot doel heeft, is de „Federation
Internationale des Concerts", een stichting van
den bekenden Italiaanschen muziekbeschermer
Graaf dl San Martlno, president der „Regia
Aceademia di Santa Cecilia". Deze Federatie
beoogt op Internationalen grondslag de uitwis
seling van werken en uitvoerenden te bevor
deren, alsmede een meer uniforme regeling te
verkrijgen van vraagstukken, die voor alle ian-
dén belang hebben (radio-uitzending, auteurs-
en uitgeversrechten, wettelijke maatregelen ten
behoeve van die muziekbeoefening enz.)
Het aantal afdeelingen bedroeg in dit maat
schappelijk jaar 39 (vorig jaar 40), behalve de
Kunstenaarsafdee-ling). Opgeheven werd de
afdeeling Tilburg.
In verschillende gemeenten worden onder
handelingen gevoerd over 't oprichten van
afdeelingen aldaar.
Het aantal leden, opgemaakt per 1 Mei 1931,
bedroeg ruim 8000.
Daarna werden de algemeene financieele
zaken behandeld. De algemeene rekening over
1929/30 vertoonde een totaal' van 2S.232.64
en een nadeelig saldo van 3.524.30. Voor de
voorloopige rekening over 1930/31 waren deze
cijfers resp. 33.398.30 en 2.795.80, terwijl de
begrooting voor 1931/32 op een eindbedrag
van 31.669.80 werd vastgesteld.
Verder werden de verschillende bijzondere
voorstellen besproken. Deze laatste betroffen
aanvragen van gelden door het hoofdbestuur
ten behoeve van kosteloos zangonderwijs voor
kinderen, muziekonderwijs op scholen, exa
mens,, orkestsubsidies, solistenconcerten, sti
pendia (ten gunste van leerlingen aan de on-
derwljsinrichtingen te Amsterdam en Rotter,
dam) en den leerstoel voor muziekwetenschap.
Ook herzag men het tweede hoofdstuk van het
reglement voor het muziekonderwijs in ver.
band met de unificatie der examens.
Als hoofdbestuurder werden de heeren J. C.
Tadema en mr. L. F. A. M. van Ogtrop herko-
Men verzoekt ons plaatsing van het volgende;
Op de 61e Algemeene Vergadering van het
Ned. Tooneelverbond hi-eld de voorzitter een
rede, waarin hij o.a. zeide niet te gelooven dat
er geen Holland-sche stukken zijn.
Hij maakte den dilettanten er een verwijt
van, dat de Nederlandsche teoneelschrijyer bij
hen een onbekende grootheid is. Heeft echter
deze voorzitter en hebben allen, die in -de-ze zijn
-meening mochten d-eelen zich wei eens afge
vraagd of d-e Hollandsche auteur wel bekend
kan zijn? Het R. K. Amsterdamseh Tooneel-
gezelschap b.v. stelt zich ten doel zooveel mo
gelijk stukken van eigen bodem o-p te voeren,
doch heeft ieder jaar opnieuw groote moeite,
er voldoende te vinden, om tenminste 5 nieuwe
stukken per seizoen te kunnen brengen.
Uit Vlaanderen, is het niet opvallend, worden
dit gezelschap geregeld stukken toegezonden
en deze worden dan ook dikwijls -gespeeld, maar
door een Noord Nederlandsch auteur is dit ge
zelschap nooit een stuk ter opvoering aange
boden. Indien er werkelijk goede stukken voor
het dilettanten-tooneel zijn, waar blijven ze
dan? Want zelfs al vraagt men een auteur naar
zijn werken, dan worden meestentijds stukken
genoemd, die of reeds lang door het beroeps-
tooneed zijn uitgespeeld of nie-t waard zijn de
moeite van het instudeeren er aan te bes-teden.
Willen de vergeten Nederlandsche auteurs wer
kelijk door dilettanten ges-peeld worden, dan
zullen ze moeten zorgen hun naam en hun
stukken bekend te maken, ook aan dilettanten.
Moge-lijk, da4- daardoor d-e bestaande misstand,
aangeduid door dr. Tjebbo Franken in de ver
gadering van bet Ned. Tooneelverbond, ver
beterd zal worden. Het R.K. A-ms-terdamsch
Tooneelge-zelschap, corr. adres 2e Oosterpark
straat 78, Amsterdam, houdt zich voor Neder
landsche stukken altijd ten zeerste aanbevolen.