■B
1
MET DE MOTORFIETS NAAR
HET ZUIDEN.
Kaboutertje
FEUILLETON
ILi
B
1
SPORT EN SPEL
LUCHTVAART
Bescherming en verzorging-^
DE HEMELBESTORMER
DONDERDAG 3 SEPTEMBER 1931
RADIO-PROGRAMMA
li
nederlandsche bank.
EINDELIJK IN TRIPOLI.
POGINGEN TOT TOERISTISCHE
ONTWIKKELING.
DE WIELERKAMPIOENSCHAPPEN
Voorziet U van goede hulp
Houdt steeds 'n
bij de hand
HANSEN OF MICHARD
PUBLIEKE VERKOOPINGEN.
FAILLISSEMENTEN IN NEDERLAND.
MARKTBERICHTEN.
ROMAN VAN FELIX NABOR.
het vliegende wonder.
t
t
VRIJDAG 4 September 1931.
Huizen (298 M. 1004 K.H.). Algemeen pro
gramma verzorgd door de N.C.R.V. 8.— Schrift
lezing, 8.15—9.45 gramofoonpl., 10.30 ziekendienst.
11.— gramofoonpl., 12.— politieber., 12.15 gra
mofoonpl., 12.30 G. Strasbourg (bas-bariton), H.
Hermann (viool)", H. v. d. Horst Jr. (cello), mevr.
■K. A. v. d. HorstBleekrode (piano), 2.gra
mofoonpl 3— A. Hermes (alt), G. Beths (viool),
en F. Halsema (piano), 4.30 gramofoonpl., 5.J.
e V;Een kluwa»bak]e", 5.30 orgelspel,
6 30 Radio-dokter, 7.— A. J. Herwig: Bloembollen
voor den tuin; 7.30 politieber., 7.45 gramofoonpl.,
Chr- Radio-orkest o.l.v. Pr. Schurrman. Rede
van prof. dr. J. Watering. Na afloop Vaz Dias en
tot 11.30 gramofoonpl.
Hilversum (1875 M„ 100 K.H.). 6.45—12 V
A. R. A., 124 A.V.R.O., 4—8 V.A R A 8—11
V.P.R.O 11-12 V.A.R.A. 6.457 en tsO^S
gymnastiekles, 8.— gramofoonpl., 10.15 voordracht
iieQor' ,?°dle Mfdenbach. 10.30 voor de zieken.
J-Ü t gramofoonpl., 12-2 A.V.R.O.-omroepor-
kest, Dea Zweers (sopraan), 2— uitz. voor scho-
m v ^e?" Meteor" ïnstRuut te De
j 2-304 A.V.R.O.-kwartet4.Pianosnpl
door Joh. Jong, 4.30 voor de kinderen; 5.15 V
R- A-orkest, 6— J. den Exter: Het verzeke-
NVV 67 615 vervolg concert,
i-h .7"~,:Dick Weiman (bas-bariton) en
Jong (piano); gramofoonpl.; 7.30—8 vervolg
A0nRr A.) Y P R 0-: 1112 gramofoonpl (V
Da ven try (1554 M., 193 K.H.). 12.20 alt en
f°M o\ ^gelconcert, 1.50 gramofoon 4 20
r 10 erkestconcert, 5.35 kinderuur, 6.20 nieuws,
tiek door'Tï Va" Scarlatti, 7.10 muziekcri-
tiek door mr. Em. Newman, 7.30 causerie 8 20
Promenadeconcert, B.B.C. Symphonie-.orkest a
Wood, m.m.v. solisten, alt en viool
wtoteZTTiïTV nieuwsberichten
dansmuziek. °35 VlCt°F °l0f SeXtet' H-20-12.20
R(SaiVi^ ("RadL° Paris"' 1725 M„ 174 K.H.).
rthk S OS^zaL a snglam0f00np'- 8"20 kamermu-
t?' zan8' 9 50 kamermuziek
fiaiundborg (1153 M 2fin vni
135 orkest, 2.50-5.50 orkest' eii^zan? 5 20—5^50
toOMel 9nailin 35°~9v° °rkeat 9-30-9.55 Radio-
T. a o orkest, 10.50-1.20 dansmuziek.
11—f215 eo ?ie9^g 73 M- 260 K H )- 7-258-20
--8 20 orW sm gr™cfoonP1- 1.25—2.50 en 5.20
D'irfs hnrfl tl®-20 orkest. Intermezzo: Hermann-
m nklng Causerie en liederen bij de luit.
BrofS ^e,r'Cohten en tot 12-20 orkest.
8 e' <598.0 M„ 590 K.H.). 5.20 orkest. 6.50
gramofoonpl., 8.20 orkest.
E 90 ^"'o-887 K H-)- 3.20 orkest en cellist,
0.20 orkest, 6.35 gramofoonpl.. 8.20 orkest.
mniw,6 V n-.«ï635 M' 183 5 K-H.). Ca. 7.— gra
mofoonpl 10.30 uitz. voor scholen, 10.55 berich
ten, 12.20 gramofoonpl., 1.15 berichten, 2.20—3.20
STamofoonpl" 3.20—4.50 lezingen, 4.50 concert,
oao—8.20 lezingen, 8.20 concert. 9.20 „Der Zer-
hrochene Krug", hoorspel van H. Kleist; 10.35 be
lichten en daarna populair concert.
WEER IN 'T VAD E RL AN AD. De Nedierlajnd scDe zwemsters, die ons land vertegenwoordig
den bij de wedstrijden om bet Europeesch. kampioenschap te Parijs, arriveerden te Rotterdam.
Wel zelden zal het zijn voorgekomen, dat er
ter gelegenheid van de maandwisseling In zoo
geringe mate aanspraak is gemaakt op het
crediet van de Nederlandsche Bank als dezen
keer het geval is geweest.
Als een bijzonderheid merken wij op, dat de
beleeningen deze week slechts met zes mil-
üoem gulden toenamen, terwijl de binnenland-
sche wissels hij de Bank in portefeuille zelfs
nog eenigermate verminderden.
Daartegenover verminderden echter de re-
keningoourant saldi „Van anderen" met niet
minder dan 68% millioen gulden.
De maandwisseling is dus toch niet geheel
ongemerkt voorbij gegaan. Ook al heeft zij
geen bijzondere oredieteischen aan de Neder
landsche Bank gesteld, uit het bestaande, om
een in den handel gebruikelijke term te gebrui
ken „zichtbare" surplus, hebben de banken
aan de tijdelijke credieteisohen kunnen vol
doen.
Hoe ongemeen ruim de geldmarkt echter on
danks de maandwisseling is gebleven, is niet
gebleken, behalve uit het nog resteerende re-
kening-oourantsaldo van 115 millioen gulden,
uit de geldende rentetarieven. Voor Callgeld
kon weliswaar in enkele gevallen een koers
van pet. worden bedongen, in het algemeen
bleef de noteering toch onveranderd op
pet. gehandhaafd, terwijl er zelfs in enkele
gevallen pet. werd genoteerd.
De goudimporten uit Engeland kwamen ook
deze week nog niet geheel tot stilstand, zoo
als uit de toename van den goudvoorraad bij
de Bank kan blijken. De weifelende houding,
welke het Pond Sterling op sommige dagen
van de vorige week nog aan den dag legde,
komt in een toename van den goudvoorraad
met 9 millioen gulden (v.w. zeven millioen)
tot uitdrukking.
Gisteren herstelde het Pond zich intusschen
tot belangrijk boven het goudpunt van uit
voer.
Doordien het Rijk in staat was, om behalve
tot aflossing van het rentelooze voorschot, ten
bedrage van bijna 15 millioen gulden nog tot
deponeering van ruim 31 millioen gulden over
te gaan, bleef de billettencirculatie nog be
neden het milliard.
Van onzen Berlijnschen correspondent).
De hoot, die ons over de zeer ongedisciplineer
de haren van de Middellandsche Zee henen
droeg, had natuurlijk ook een eetzael met een
tafel erin en rondom deze tafel zaten tijdens
de maaltijden talrijke Italiaansche en Arabische
ambtenaren, officieren of handelaars geschaard,
die allen In Tripoli thuis behoorden en dit
land tot het middelpunt van hun gedachtewis
selingen promoveerden. Met het gevolg, dat
do luisteraar gratis een cursus in de leer van
genoemd gewest doormaakte en er een massa
wetenswaardigs over te hooren kreeg, hetwelk
bij desgewenscht dan nog aan kon vullen met
een paar grepen in de schaarsche literatuur, die
erover bij elkaar geschreven is.
Deze mannen van Lybie verschilden in zoo
verre van soortgelijke mannen uit Insulinde,
dat zij niet kankerden en er aan hun conversa
tie dus zeker aroma ontbrak. Zij hadden het
land, waar zij heen stevenden in diverse scha
keeringen van heftigheid lief, maar zij lieten
er zich zeer zakelijk over uit en hun woorden
boezemden dus vertrouwen in. Maar den luiste
raar zakte onder het toehooren door de moed
toch in de schoenen. Want het bleek hem alras,
dat dit Lybie alles anders dan een land is, dat
dat van melk en honing overvloeit. Van het
koren, dat er wast, wordt slecht brood gebak
ken; de wijn, die er groeit, is een kwelling voor
het gehemelte; de dadels, die het voortbrengt,
smaken niet en kunnen gelukkig dus maar geen
transport verdragen; zelfs de beesten, die uit
de zee worden opgevischt, kunnen nauwelijks
door den beugel. Blijft dus heelemaal niets
over.
Maar van stonde of, dat men voet in dit
land aan wal zet, vergeet men de slechte visch
en de slechte dadels. Want alles ziet er hier
zoo kloek en frisch uit, dat men het gevoel
krijgt, als betrad men de toegangspoort tot een
uitermate rijk en welvarend gewest.
Om maar met de deur in huis te vallen,
Tripolie is toeristisch niet bijzonder aantrekke
lijk. De oude stad is met zooveel energie schoon
gemaakt, dat er eigenlijk niets meeT van over
is gebleven. Er zijn soeks, gelijk in Tunis,
maar deze doen door en door modern en hy
giënisch aan en zijn dus heelemaal niet meer
aardig. Van de visitekaartjes, die Romeinen er
achter gelaten hebben, zijn nog maar een paar
snippers over. Er is echter een schilderachtig
fort, waar de Caramanli vroeger huisden, maar
dat bij aankomst van de Italianen, in een zoo-
danigen staat van verval verkeerde, dat men
beginnen wilde het af te breken. Gelukkig is
men er echter toe overgegaan het te restauree-
ren en aldus bezit Tripoll dan tenminste qog
één sight met wat romantiek eir aan.
Desondanks met noesten vlijt aan den uitbouw
van heit toeristisch verkeer gewerkt en tracht
men van Lybie een ernstige concurrent te ma
ken van Framsch-Noord-Afrika. Gelijk in
Tunis en Algiers zoekt men zijn kracht ten
deze in autoreizen en met eenige verbazing
keken wij een kleine folder in, welke belang
stellenden een excursie naar Moerzoek voorslaat
als ware het een tochtje naar den Achterhoek
van Gelderland. Deze groote reis wordt den
twaalfden dag van elk der vijf wintermaanden
ondernomen, duurt zestien dagen en kost 4000
liren k 13 ets. het stuk.
Men kan zich natuurlijk ook met kleinere
excursies vergenoegen en daarbij komen dan
Leptis Magna aan de eene zijde, en Sabratha
aan de andere zijde van de hoofdstad het eerst
in aanmerking. Met Tripoli vormden beide ge
noemden plaatsen die drie steden, welk aan
Tripoli zijn naam gegeven hebben, maar met
dien verstande, dat Tripoll zelf vroeger Oea
heette en de minst beduidende van het gezel
schap was. Leptis was veel voornamer en heeft
zelfs vijfhonderd jaar lang 'n zeer aanzienlij
ken bloei gekend. Het bracht twee Oesars voort
en van deze heeft Septimus Severus zijn geboor
teoord met allerhande prachtige bouwwerken
begiftigd, welke de Arabieren later hun uiterste
best gedaan hebben met den grond gelijk te
maken. Maar gelukkig kwamen de duinen nog
net op tijd aangewaaid en deze begroeven
Leptis Magna, dat in de tweede eeuw onzer
jaartelling ten naaste bij de voornaamste haven
plaats van de heele wereld was, met een lijk
waad van zand. Toen later de Italianen zich
van het gewest meester maakten, begrepen deze
lieden dadelijk welke taak' de wereld hier van1
hen verwachtte en aldus is Leptis Magna weer
uitgegraven en kan men het in drie uur per
motor van Tripoli uit in al zijn gehavende
pracht aanschouwen.
Van Sabratha, dat 76 K.M. Westelijk van Tri
poli ligt is een beetje minder overgebleven,
maar de naam, die zooveel als „korenmarkt"
beteekent, spreekt boekdeelen. Nu groeit er
zelfs geen onkruid meer rond en om Sabratha
en er is dus wel veel veranderd in deze para-
gien.
Naast de z.g. oude of Arabische stad hebben
de Italianen een nieuwe veste opgericht, welke
er wel op berekend is den wandelaar door dit
arme land met stille bewondering te vervullen.
De clou hier wordt door het Grand Hotel ge
vormd, een enorm etablissement met 120 kamers
en badkamers en naar het schijnt hoofdzakelijk
door kellners, kamermeisjes en vliegen bewoond.
Behalve dit zijn er nog een groot aantal andere
hotels, restaurants, café's, en soortgelijke ver-
poozingsoorden en in deze heerscht des avonds
een geanimeerd leven. Dan zijn er een aantal
banken, allemaal in prachtpaleizen onderge
bracht, toeristenbureaux, kazernes, theaters,
cinema's, gouvernementsgebouwen, winkels, een
reusachtige kathedraal en een fantastisch kas
teel voor den gouverneur. Het geheel staat ge
schaard langs magnifieke, geasfalteerde boule
vards en het maakt, gelijk hooger reeds gezegd,
Het belangrijkste voor de huid in eik jaargetijde. Pfeil-
ring-Lanolin-Crème wordt sedert 40 jaar door specialisten
en deskundigen °ls Het meest doelmatige huidverzorqinas-
midde aanbevolen. Pfeilring-Crème bevat Cholesterin waar
door d e huid tegen de schadelijke invloeden van zon en wind
wordt beschermd.
gin dooien en tubei^
l»on f. Q.?0 - f, 0.80V
den indruk, dat het geld eenvoudigweg niet op
kan, In dit Tripoll. Een bijzonder mooie dreef,
de Lungo Mare Conté Volp-i met monumentale
lantaarns, met balustrades, palmboomem, enz
voert langs de groot opgezette haven en geeft
gelegenheid frissche wind te happen en tegelijk
het havenbedrijf te overzien. Dit laatste is nog
al bedaaid van allure want er ligt maar één
schip ter reede en hier moet vreeselijk bedaard
gearbeid worden om een heel etmaal met het
lossen van wat landbouwmachines en het laden
van wat halfagras en een paar uitstekende
paarden zoek te brengen.
Tripoli is niet alleen een stad maar ook een
oase en wanneer Zijne Excellentie de gouver
neur van Lybie uit zijn vensters kijkt, dan ziet
hij op een steenworp van zich af dat dagelijksch
leven zich afspelen, zooals men dat in elke
oase van de wereld kan waarnemen. Hoofdscho
tel hierbij is natuurlijk het piepen van de slecht
gesmeerde waterraderen. Er zijn 5500 bronnen
in de 23 kwadraat mijl, die de oase van Tripoli
beslaat, en aan muziek ontbreekt het dus hier
niet. Deze bronnen iriigeeren 285.000 dadelpal
men, 58.000 olijfboomen en 100.000 fruitboomen
met inbegrip van de pas geplante sinaasappels.
In de schaduw van al dat geboomte wemelt het
van vliegen, kinderen en gladakkers, lichtelijk
met ezels en kameelen besprenkeld alsmede met
sigaretten rookende mannen en vrouwen, die
de rest van den arbeid verrichten. Er is veel
zon in zulk een oase, nog een beetje meer stof
en heelemaal geen /wind en den hoofdindruk,
welke men ervan meeneemt is die van kwaden
grond en armoede Tripoli heeft echter geen
slecht klimaat. De zomers zelfs zijn er drage
lijker dan in menig deel van Italië en wat de
regeering betreft, verhuist deze in warme maan
den naar het 104 K.M. Zuidelijker gelegen Ga-
rian, waar het vanwege de hoogte (717 M.) nog
20 graden koeler is dan aan de kust.
De regenval beloopt jaarlijks van 600 tot 800
m.M., of 2X zooveel als in Tunis. Tunis nu is 'n
land, dat voor Afrikaansche verhoudingen mil-
delijk door de natuur gezegend heet te zijn. Het
komt er voor de Italianen maar op aan, daé
Lybische water in het gareel te slaan en het
den mensch dienstbaar te maken. Lukt dat,
dan is het pleit gewonnen en kunnen de mooie
paleizen in de stad Tripoli misschien nog wel
eens afbetaald worden.
Mag men de oude boeken gelooven, dan was
deze Noordkust van Afrika in de Carthaagsche
en Romeinsche dagen een zeer fatsoenlijk land,
waar een doorsnee sterveling het best uithou
den kon en waar kabbelende beken vlieteden
en waar het koren gedijde, dat het een lust
was er landman te zijn. Het valt echter te
betwijfelen of die gouden dagen ooit weer in
Lybië terug zullen komen. Want de wouden,
welke in den Romeinschen tijd de hellingen
nog bedekten van de Djebel, die kort achter
Tripoli begint, zijn meestal door Arabische
hand gehakt. Gevolg was, dat de, daar ter
plaatste zeer zachte bodem, door den invloed
van de heete zonnestralen, gevolgd door koude
nachten verpoeierde. Aldus ontstonden de
zandverstuivingen, welke met hun materie al
het land tot de kust toe öf bedekten öf met
bedekking bedreigen. De Italianen zijn nu
bezig deze wandelende duinen in boeien te
slaan door middel van cactusheggen; verder
worden er bronnen geboord en hoopt men ver
gaarbekkens te bouwen voor de opstuwing van
het water, dat van de Djebel Garian veel te
vlug naar de kust stroomt. Dit alles wordt
grootscheeps en met veel energie aangepakt en
men hoort ook loffelijk oveir de behaalde resul
taten spreken, maar een afwachtende houding
schijnt hier toch aanbevelenswaard te zijn.
R.K. HANDELAREN IN HEERENMODES.
In hotel „Kasteel van Antwerpen" te Utrech.
had Dinsdagmiddag een vergadering plaats,
om te komen tot definitieve oprichting van
een i-mkoopvereeniging van R.K. handelaren in
heere-mnodeis, waartoe op de laatst geh-ouden
algemeene ledenvergadering van den R.K.
bond van handelaren in heerenmodeatrtikelen
„St. Gerardus Majella" reeds in principe be
sloten was.
Tijdens deze vergadering, welke geleid werd
door den heer Th. Vink, werd o.m. besloten,
dat, voornamelijk in de kleinere plaatsen, het
aantal leden deir Inkoopvereeniging niet meer
dan één behoeft te bedragen.
Nadat nog enkele besprekingen hadden
plaats gehad, wend de nieuwe vereeniging ge
constitueerd onder den naam: Inkoopvereeni
ging van R.K. handelaren in heerenmodes
„Centrum". Als bestuursleden werden gekozen
de heeren G. Peters, Amsterdam en B. Hen
driks, Utrecht, die onderscheidenlijk de func
ties van voorzitter en secretaris-penningmees
ter zullen bezetten.
De eerste inkoopdag wend vastgesteld op 22
September a.s. in hotel „Kasteel van Ant
werpen".
De betwiste uitspraak.
Men schrijft ons nog uit Warnemiinde dd.
31 Augustus
Ik zit in den trein van Kopenhagen naar
VVarnemünde en daar komen Faucheux en Piani
binnen.
Direct begint Faucheux over de uitspraak van
Jen rechter van aankomst die Falck Hansen de
overwinning toekende.
Piani valt hem bji en vooral Faucheux heeft
geen woorden genoeg om die uitspraak te ridicu-
Itseeren. En daarbij wordt de afstand waarmede
Michard den laatsten rit gewonnen zou hebben,
hoe langer hoe grooter (en daarmede dus ook
Ce vergissing van den heer Collignon). Van een
kwart wiel wordt het een half wiel, van een
half wiel een wiel en als we in Warnemiinde
op de pont zyn en daar 's nachts vier trttr in
liet restaurant nog altijd over hetzelfde geval
bezig zynt en zich dan een Italiaansch journalist
bp ons voegt, die op gepassionneerde wijze aan
liet debat deelneemt, dandan heeft Michard
met een halve fietslengte, dus met zooiets van
'n vollen meter voorsprong gewonnen. Maar dan
Jo.ch ik hen ook allemaal uit. Want het débat is
werkelijk geanimeerd.
Ik accepteer, aldus verklaar ik, rle uitspraak
van den heer Col'ignon aio juist. De heer Col
lignon die onmiddellyk en met luider stemme
cp zeer gedecideerde wyze Falck Hansen als
winnaar uitriep, heeft mij direct persoonlijk ver
klaard, dat Michard met banddikte had verloren.
Er is voor my geen enkele reden om zijn uitspraak
in twyfel te trekken en een banddikte verschil
heeft hy alleen kunnen zien, en niemand anders
dan hy en vooral geen enkele renner en geen
enkel journalist. Want die stonden ten minste
een meter voor of achter de streep. En verschei
dene journalisten die zich op het middenterrein
heftig party stelden (en die zulks dan stellig ook
wel in hun courant zullen doen) hebben er totaal
i.iets van gezien, want zy zaten aan de perstafel
die ten minste 10 meter voor de eindstreep stond.
De Italiaan windt zich in het Duitsch op. Hy
verklaart het volgende Ik zat op de tribune in
een loge recht tegenover de streep en ik zag
duidelyk, dat Michard met zóó'n stuk won (en
hy wees ongeveer de lengte van een Deventer
koek aan).
U zat naast den" Dultsehen journalist Budzins-
ky, is 't niet vroeg ik hem.
Ja, juistantwoordde hij.
Maar dan is het toch wel erg merkwaardig,
merkte ik toen op, dat Budzinsky aan den Neder-
landschen vertegenwoordiger John Stol heeft ver
klaard, dat hy den indruk had, dat Michard had
verloren.
Ze hebben allemaal precies recht tegenover de
streep gezeten, maar daar is het mee als toen
de Zeppelin een bezoek aan Nederland bracht.
Die was ook net precies over ieders huis gekomen.
Op dat moment werd de foto in het geding
gebracht. Een Franschman, die toevallig ook
precies tegenover de streep op de tribune had
gezeten, had een foto genomen en deze direct
ontwikkeld. En vertelde Faucheux triomfan-
telyk ik heb die foto gezien en Michard ia
meer dan een volle wiellengte voor. En 'n foto
liegt toch niet maar een foto liegt wel.
Ik haalde het geval aan van jhr. Bosch van
Drakestein in de halve beslissing van het
wereldkampioenschap in 1922 te New Brighton.
Ik was daar en begrypende, dat de spurt zeer
spannend zou worden was ik in het verlengde
van de eindstreep op het middenterrein op myn
bulk in het gras gaan liggen, zoodat de voorzitter-
kamprechter over my heen kon kyken. Het ging
my genoeg aan het hart, maar ik heb daar zuiver
hunnen waarnemen, dat de Engelschman John
son, die ook het wereldkampioenschap won, myn
landgenoot met ongeveer 5 centimeter had ge
slagen.
Twee dagen late- publiceerden de bladen een
loto van dezen prachtigen stryd en daarop was
jhr. Bosch van Drakestein, die net als Michard
thans aan het kantje van de baan reed, duidelijk
winnaar. Ik haaide nog zoo'n geval aan en er
werd zelfs by geteekend op een stukje papier
met een pen de positie van den fotograaf ten
opzichte van eindstreep en renners. Ik betoogde
dat als er in schuine richting tusschen de wielen
door werd gefotografeerd, het beeld op de foto
de positie altyd valsch weergeeft.
Met grooten hartstocht hebben de Franschen
zich op deze foto geworpen, die in de Fransche
bladen zal worden gepubliceerd en ik twyfel niet
of de schijn ïal op deze foto in het voordeel van
Michard zyn. Maar voor de werkelykheid houd
ik my nog aan de uitspraak van den heer
Collignon en wel om deze reden, dat als het
verschil een banddikte heeft bedragen, alleen
de heer Collignon dat verschil heeft kunnen con
st ateeren, en dat ik weiger te gelooven dat een
geroutineerd waarnemer als de heer Collignon
ziet, waar maar twee renners in de baan waren,
zich by een aanmerkelijk grooter verschil dat
voor ieder ander waarneembaar was, zoo schro
melijk zou hebben vergist.
De sympathieën en de hartstochten hebben m. U
meer waargenomen dan de klare oogen.
Uiteraard werden er verschillende andere
dingen bijgehaald. Faucheux zei o. m. dit
Woensdagavond te Amsterdam zal Michard eens
even laten zien wie de baas is, Hansen of hy.
En misschien verliest Falck Hansen dien avond
ook van Scherens en Moeskops.
Ik acht dit alles zeer wei mogelyk.
Maar het zyn alle byzaken, die niets
te maken hebben met het geval te Kopenhagen.
Te Kopenhagen en dit was Piani volkomen
met mjj eens was Falck Hansen in een top
vorm en hy reed met meer overtuiging dan
Michard, die van nervositeit ontredderd was. De
sterkste man te Kopenhagen was voor my Falck
Hansen, ik zeg de sterkste, en niet de snelste.
De sterkste was Hansen door zyn moreel over
wicht.
In den laatsten en beslissenden rit was Michard
in de laatste bocht toen Hansen gepasseerd was
reeds geslagen. Michard kon buitenom absoluut
niet meer winnen. Dat was uitgesloten. Hy poogde
het toen binnendoor te doen en gelet op de
positie, in stryd met het reglement. Een dis
kwalificatie was op haar plaats geweest.
VON GRONAU IN CHICAGO
De Duiwche vlieger von Gronau is met zijn
-drie begeleiders op bet vliegveld van. Chicago
vlot geland.
TE ROTTERDAM.
In het Notarishuis aan de Geld. Kade./
Op Woensdag 2 Sept., des namiddags ten 2 uur
VOORLOOPIGE AFSLAG.'
Pand en erf, Kruisstraat la, b. Trekgeld
20.000.
Pand en erf, Havenstraat 33. Trekgeld 16.300.
Volgens de faiilissementsstatistiek over Augus
tus 1931, samengesteld door v. d. Graaf en Co.
N.V. (afd. Handelsinformaties) zyn uitgesproken
in Noord-Holland (excl. Amsterdam) 30, Amster
dam 27, Zuid-Holland (excl. den Haag en Rotter
dam) 24, den Haag 23, Rotterdam 9, Utrecht 6,
Gelderland 15, Noord-Brabant 33, Limburg 11,
Zeeland 5, Friesland 6, Groningen 5, Overijssel 4,
Drente 8. Totaal over Augustus 206 faillissemen
ten. Totaal vanaf 1 Januari 2243, totaal zelfde
tydvak vorig jaar 2036 faillissementen.
ROTTERDAM, 2 September. De pryzen heden
besteed aan de Goop. Tuinbouwveiling „Rotter
dam en Omstreken G.A. waren als volgt. Heil.
kaskomkommers le soort f 7.70, 2e soort 4.40, 3e
soort 2, Holl -platgl. komkommers le soort
4.50—6.70, 2e soort 1.50—3.80, 3e soort O.EO
—1.60, bloemkool le soort 6.10—8.80, 2e soort
2.203.50, alles per 100 stuks, komkommerstek
1-1.70, spinazie 11.6017.20, postelein 75.0—
9.80, tuinboonen /g—10.30. pronkboonen ƒ11,70—
15.90 per 100 kg-, sla (Meikoning) le soort 2.20—
7.30 per 100 krop, peen 6.20-13.10 per 10O hos,
snyboonen 30 ,58 ct., Dultsche j'riniesseboonen 14
16 ct,, stejnprincesseboonen 2025 ct., stok- 25
—31 ct. per kg,, andyvie ƒ1.60—3 per 100 struik.
Vertaling door van R.
21.)
Toen Erich den brief zijner moeder uit de
handen zijner hospita ontving, stond hij juist
vooir den spiegel en strikte zijn witte das.
Een brief voor meneer den bouwmeester,
kraaide de dikke vrouw met het kropgezwel,
en compliment van juffrouw Fritsche, of u
straks beneden op de eerste komt soupeeren?
Dood we, beste jufrouw Maschke, ant
woord© Erich en trok zijn rok aan. Over vijf
minuten ben ik present.
Pradhtig, hijgde juffrouw Maschke en
knipoogde: Die juffrouw Ulla is nu al dol van
plezier. Nu dan mag men zeker wel felici-
teeren.
Ik weet niet lachte hij vergenoegd. Af
wachten en geduld oefenen, juffrouw Maschke.
"Wel, wel, zoo'n fijne familie en geld
als water.
Piekfijn, spotte Erich. Eerste klasse.
Beiden schaterlachten.
August Fritsche handelde vroeger in boter
en kaas en gros en nu deed hij in grondspecu-
laties ook e® gros, won nu en dan den raad
van den jongen architect in. Ja, meneer
Fritsche was een prachttype! had een huis
aan den Kurfiirstendamm, bewoonde twaalf
kamers, alle praahtig-stijlloos ingericht, had
auto's en bedienden. Noodigde hem tweemaal
per week uit voor het avondeten en wilde hem
„partout" tot schoonzoon hebben.
En Ulla ja, dat was ook 'n type: mooi,
rurig, donker als de nacht en millioenenrijk.
Nu kon hij kiezen tusschen de roode Lotte en
de zwarte Ulla dat dolle Berlijn!
HIJ stak een sigaret op en dacht er over, of
fret niet beter zou zijn, naar slot Hohenlinden
te rijden, inplaats van zich aan de vleeschpot-
ten van den kaas-oweër te mesten.
Maar dan besloot hij liever met Ulla te sou
peeren en Fransche champagne te drinken.
Lotte zal zich ergeren en branden van jaloezie,
dacht hij. Juist goed! Waarom lonkt zij ook al
tijd tegen oom Hans, dien verwenschten hans
worst? Nu volgt de straf ik laat haar spar
telen als een visch aan den angel.
De telephoon belde. Lotte meldde zich aan.
Ach, m'n bruid? gekscheerde hij. Goeden
avond! Al wakker'
Woest ben ik, gilde haar stem, ik wacht
reeds een uur op je.
Waarom kom je niet?
Niet disponibel, sdhat. Laat je intusschen
door oom Hans maar het hof maken. Ik ben
bij de Fritsche's te soupeeren gevraagd. Juist
heeft juffrouw Ulla om mij gezonden.
Een woedend geschreeuw. Die valsche kat!
Ik, krab haar de oogen uit.
Je moet dadelijk by ons komen.
Spijt me, kind! Het souper duurt meer
dan twee uur, dan nog de digeetie-sigaar
let dus goed op: Juist om tien uur ben ik op
het zomernaehtfeest in de Zoo. Tot weerziens.
Intusschen veel plezier!
In het toestel een toornig gonzen en sissen.
Snel belde hij af, legde het boortoestel weg en
rekte de armen.
Oef, nu heeft ze bet de roode heks. Spoe
dig naar Ulla's rijke vleeschpotten! Ach,
ja, de brief! HIJ opende hem, en de lichtzin
nige werd plotseling ernstig.
Van mijn moeder
Langzaam liet hij zich in een stoel glijden,
steunde het hoofd in de hand en las.... Las
van Godsgebod en menschenwaan, van moe
derzorg en kinderplicht, van Gods rechtvaar
digheid en der mensohen zonden, van Lucifers
trots en zijn val ln de "hel, van de dwaalwegen
van het nieuwe geslacht en van Sodoms einde.
Uit ieder woord stroomde hem warme, in
nige moederliefde tegen, iedere regel was een
angstschreeuw: Kom terug bij ons, bij je moe
der!
De klokken der vaderstad klonken, de Dom
klokken zongen hem ln het oor: Gedenk Je
Schepper, die je leven en adem Inblies, en
geest en kracht verleende, opdat je hem ln
trouwe dlene. Want hy is Meester dér Wereld
en alles, alles wat adem heeft, love den
Heere!Gij echter nebt hem verlaten, dient
den mammon, zijt een verstokt zondaar.
Weewee!
Zoo klonken en weeklaagden de klokken der
kathedraalmoedertranen hadden het pa
pier bevochtigd en het schrift gewijd. Maar
in den trotschen eerzuchtige groeide het ver
zet. Zoo dicht bij het doel zou hij ounkeeren en
alles prijsgeven? Den gouden toren, die hem
wenkte, verlaten en als de vrome knaap Fri-
dolin, aan den leiband zijner moeder loopen.
Uit de groote stad, van zijn wondere plan
nen en de schoonste vrouwen afzien, om in een
klein stadpe zich het leven te verbitteren?
Neen duizendmaal neen! Niet naar bene
den in armoede en diepte, maar omhoog naar
bet licht, naar de zon, omhoog naar den gou
den toren, dien hij zich gebouwd had. Een
heerschar worden in deze groote stad, een
machthebber van den nieuwen tijd genieten,
leven, beminnen, lachen
Zeker, moeder meende het heel goed, maar
ze verstond den geest van den modernen tijd
niet, wist niet dat hy een heerscliersnatuur
had, die slechts in bevelen engenieten
bevrediging vond.
En bet hoofd in den nek werpend tortseer-
de hij: Voorwaarts! Omhoog! Alle bruggen
moet ik achter mij afbreken en met al mijne
krachten op het doel losgaan, anders laat ik
het leven er bij een doode!
Hij stak den brief ln de kachel en hield een
brandende lucifer bij de knetterende blaadjes.
Nog een oogenblik aarzelde hijhet was de
brief zijner moeder, gewijd door hare tranen
Maar als hij haar volgde, bereikte hij nooit
zyn doel, dan was het met zijn sohltterende
carrière ten einde, Daarom, weg er mee.
Met bevende handen streek hij een andere
lucifer aan, juist als uit de eerste etage Ulla's
massale stem door bet huis klonk:
Mijn held, mijn redder, neem mij weg
Jou geef ik alles, alles, zeg!
Het beeld der moedei verbleekte. De dom
klokken verstomden, de vrouw verkreeg weer
macht over hem, zijn hartstochten overmees
terden hem. Het volgende moment vlamden de
witte blaadjes op, roode gloed laaide, grauwe
asch daalde op den kachelrooster. Erich sloot
de klep moeders brief was begraven.
Van dat graf snelde hij weg naar de scboone
Ulla, dronk vreugde en genot, en dan ging hij
naar het zomernaehtfeest, danste als een krank
zinnige, nu eens met de roode Lotte, dan weer
met de zwarte Ulla, dronk en danste tot de
morgen daagde.
In de verte echter aan den Donauoever,
weende een moeder om haar verloren zoon.
HOOFDSTUK 17.
Het Charitas-kerkje was ln feestdos, van den
toren waaiden vlaggen, de klokken luidden,
groene guirlandes versierden de muren, jonge
berken bewaakten de poorten, rood herfstgoud
trilde om toren, nok en dak, wierook geurde,
en de Bisschop wijdde het bouwwerk tot een
woning Gods.
Het liep tegen den middag, toen de wijding
ten einde liep en de Eeuwige Lamp voor de
eerste maal brandde in het huis des Heeren.
Daar de kerk de vele geloovigen niet bevatten
kon, besteeg de Bisschop in het van goud
schitterend feestgewaad den in de openlucht
opgesteld en kansel en Meld zijn Bergrede:
Zalig zijn de armen van Geest want hun
is het koninkryk deir Hemelen
De armen van geest, dat zijn de kleinen en
ootmoedigeu, die, omdat zij niet zoo verstan
dig zijn als de wereldlingen, in armoede ver
gaan en leven moeten van de kruimels, die
van de tafels der rijken vallen.
Ze zouden verhongeren, als de Christelijke
liefde, zich niet over hen erbarmde. Maar
weest getroost, gij armen, vervolgde de Bis
schop, ook voor U is de tafel gedekt: hier zult
ge een tehuis vinden en ee» altaar, waar de
Eeuwige Lampe brandt, het symbool van He-
melsche liefde. Gij armen, gij zieken en klei
nen, hier In dit asyl van den vrede zult gij
rust en kalmte, geluk en een nieuw leven vin
den. En zoo kom ik dan heden als herder tot
U en roep U toe: „Welkom! Uw Bisschop ze
gent dit Godshuis en het asyl, waarin ge voor
taan wonen zult. Uw Bisschop zegent ook U
en het werk der Christelijke Charltas, Uw Bis
schop roept vooral een welkom toe aan de
minderjarigen, met de woorden van den God-
delyken kin/Ier vriend: „Laat de kinderkens
tot mij komen, want hun is het Koninkrijk der
Hemelen".
Een luid gesnik, hevige ontrdering onder de
geloovigen, en de moeders drukten haar lieve
lingen aan het harte.
Aan de overzijde der straat trok juist de
zwarte Stilke met zijn vrienden lachend voor
bij, op weg naar wijn, dans en onzedelijke ver
maken.
Ho, zie daar de vrome schaapjes, hoe z0
allen ln een stal geperst zijn, hoonde hij. Wij,
ontwikkeld als wij zijn, gaan naar den tempel
der natuur met lieve meisjes bij een frlsscben
pot bier. Leve de vrijheid, de liefde, de dronk
en de gezelligheid.
Dreigend balde hij de vuist tegen de kerk,
en zijn oogen vonkten liaat.
Dat heele vrome nest rook Ik uit en voor
den zwartrok heb ik een kogel. Want, wreken
wil ik my. Zijn hand greep in den zak, waar hij
krult en vuurslag had; ook een revolver ont
brak niet
Bevredigend knikte hij en trok, een frivool
lied zingende, met zijn getrouwen verder.
Aan de overzijde bij de kerk dwong de ze
gen van den Bisschop de gemeente op de
knieën, dan hield de herder met het vollt zyn
intocht in het nieuw-gewijde Godshuis, om de
pontificale Mis te lezen.
Het orgelspel zette in, plechtig gezang weer
klonk, en aan het altaar voltrok zich het Hei
lige Offer.
Des namiddags lag het kerkje stil en een
zaam; de geloovigen hadden zich verwijderd,
de kinderen van het asyl waren naar de zee
getrokken, slechts pater Clemens bleef acihter
als hoeder van het heiligdom.
Des avonds trok hij zich in zijn kluis terug,
om de eerste inschrijving In de kerk-kroniek te
verrichten. Straks wilde hij nog eens in het
kerkje gaan om den Heiland in het Tabernakel
te groeten. Hij dacht het zich zoo hemelscih-
schoon, in het Koor de „horae" te bidden, als
alles stil was en de Eeuwige Lamp als een
purper-zon brandde.
De nacht bedekte de aarde met zijn donkere
sluiers, de sterren schitter-straalden aan het
firmament, het was een heilige stilte; slechts
nu en dan sloegen de vlaggedoektn klapperend
tegen den toren, dan hief de priester het gelaat
op en glimlachte, in gepeins verzonken.,, J
Bij de kerk dook een donkere gestalte op
en sloop naar den toren. De deuren waren nog
niet met goede sloten voorzien, maar slechts
met een klamp bevestigd. Een snelle ruk en
druk de deur week en de dief trad binnen.
De zaklamp er uit lichtschijnsel, een baar-
dis gelaat sprong uit het duister: de zwarte
Stilke. Voorzichtig beklom hij de houten trap,
die zich naar de Mokkekamer slingerde, waar
een heele berg houtafval en spaanders in den
hoek opgeslagen lag. Tevreden brommend goot
een fles'ch benzine, die hij van den chauf
feur van Mauke gestolen had, over spaanders
en hout uit. Onderzoekend belichtte hij den
klokkenstoel en mopperde, omdat hij van Ijzer
was. Maar het gebinte van den toren bestond
uit dro-g hout en zou als tondel branden.
Langzaam ging hij, een groote ficsch petro
leum leeg gietend, in het rond; nu nog een
slagkoord in don berg spaander" gestoken en
naar de trap geleid de lont was gereed en
kon aangestoken worden
Maar terwijl hij het vuurslag te voorschijn
haalde, ontglipte hem de zaklamp en rolde 1»
onbekende diepten. Hij stiet een vloek uit en
stond als verstijfd temidden der zwarte duis
ternis.
Vuur in de klokkekamer te maken, kon hij
niet wagen, de kleinste vonk kon zijn met ben
zine bespatte kleeren doen ontbranden. HU
moest eerst de trap zoeken, daar het einde van
het slagkoord in brand steken en dan de
plaat poetsen
Terwijl hij in het donker rond stommelde,
raakte hij den weg kwijt, Het zich op de knie
zinken en tastte met de handen rond. Angst
zweet parelde op zijn voorhoofd, want nu wer
den ook zijn handen en armen met benzine en
olie besmeurd.
Zijn hoofd stiet tegen de klokken. Als uit
het geestenrijk, klonken de ijzeren boden van
God. de doodsebe stilte verbrekend, waarschu
wend: „Gij zult niet dooden!" Een siddering
overviel hem. Ja, hij was een misdadiger: htj
wilde een moord begaan aan des Heeren pries
ter en aan Gods Huls, dat hij in puin en asch
wilde leggen.
Weer stiet bij tegen het metaal, weer ver
hieven de klokken haar stemmen: „Moord»
naar!.... Schender van bet heiligdom!"
(Wordt vervolgd), j