K'jiiTimiiï
OKZEQOEli
jm
UIT BAB/s
DAGBOEK
MEVR. KATHE KRUSE VERTELT.
ONZE VERWACHTING.
modepraatjes.
4
ZATERDAG 16 JANUARI 1932
'N GOEDE GEDACHTE VOOR
ELKEN DAG.
WAT ONS INTERESSEERT.
koninklijke kunst.
nederlandsch fabrikaat.
WOLLEN GARNITUREN.
DE BLAASBALGMOF.
HET GELUK LIGT NIET IN DE VRIJ
HEID, MAAR IN DE LIEFDE.
T.nZrirTn'ö',""'"
DENKT om de VOGELS.
Het zijn niet alleen de mannen, die zuchten
en tobben en ach en wee klagen over al dat
gene wat de pers, „de tusschenpersoon van
hrti, die weten en willen en wij die wachten
ons daaglijks voorlegt, ook wij; vrouwen, die
hen terzijde staan, deelen de vreeze, de ang
stige verwachting.
Immers wij van nature, naar Gods Wil en
krachtens wet van staat, de hulp van den man,
moeten ons, al kost het velen moeite een ze
keren schroom te overwinnen, op de hoogte
te stellen, om te kunnen volgen, begrijpen en
zoo noodig mede te praten.
Dat Is niet gemakkelijk, het kan ons duize
len bij al die verwikkelingen, al die namen
Hitler, Brüning, Humbold, Mac Donald, Ge-
nève, Lausanne, de opsomming van de in te
richten hotels, paviljoens en clubs, de verschil
len tusschen herstelconferenties, ontwapenings-
en vredescommissies, het geval Gandhl, de
Mansjoerijsche kwestie, 't stervend en tegelijk
herlevend Rusland, de ritus van den anti
godsdienst enz, enz.
Een dagelijksch ontbijt zwaar op de nuchtere
maag.
Sommige onzer vrouwen zijn door hare le
vens- en werkkring volkomen op de hoogte
maar ook de doorsnee huisvrouw, meer of
minder geletterd, onze dochteren en zonen
mogen niet onkundig blijven en enkel maar
vragen: is 't nu vrede, gaat 't beter; wordt de
malaise minder? Het succes van de herstel-
conferentie in dat heerlijk oord mag voor ons
vrouwen niet bestaan in het begrip: als dat
goed afloopt volgens de mannen, beteekent dat
voor ons minder zorg, betere tijden, royaler
levensstandaard.
"Wanneer wij er dat alleen maar van ver
wachten, zijn wij schuldig, dom en achterlijk.
Wij moeten ons wel degelijk interesseeren voor
de kern van de zaak, en zoo het eenigszins kan,
ons op de hoogte stellen het zij door lezen en
volgen, hetzij door vragen en onze belangstel
ling te toonen, waar de huidige brandpunten
besproken worden.
Het kan droog en saai lijken, maar alles wat
men goed leert kennen, toont al spoedig de in
teressante zijde en wij zullen tenminste weten,
wat er verlangd en gedacht, gehoopt en ver
wacht wordt.
Daafnaast moeten wij bidden en arbeiden.
In ons eigen kleine Rijk, moeten wij stre
ven naar dien grooten rijkdom van vrede en
verdraagzaamheid, van zuinigheid, orde, regel
maat, de grondvesten van elk godsdienstig
gezinsleven. Bidden moeten wij, dat de onein
dige Wijsheid, hèn verlichte, die geroepen zijn
het wel en wee der staten in Zijnen Naam (al
erkennen zij dit niet allen) te besluiten en te
beslechten.
Moge daar in dat verrukkelijk plekje Zwit
serland in de heldere lucht en de levenwekken
de sfeer, de zonne doorbreken van liefde en
vergevensgezindheid, menschenmin en ver
draagzaamheid, opdat de ijskorst van haat,
nijd, hebzucht en wrake ontdooie, en milde
eensgezindheid bloeie op 't graf, het wereld
mausoleum van zooveel vernielde levens, ge
broken harten, verwoeste jeugd, vervlogen hoop.
Herstel, ontwapening, algeheele vrede, rust!
Gods adem waaie over do wereld! Een adem,
die nieuwen bloei en welvaart, aan alles en
allen schenke.
Ontwaakt dan vrouwen uit uw droomen bij
uw spinrollen en weefgetouwen, ontwaakt! Gij
zijt thans tot méér geroepen dan stil berusten
en nederzitten. ontwaakt en werkt mèt uwe
pioniersters aan eigene en anderer ontwikke
ling.
„Senrire", wij zullen dienen in liefde en toe
wijding, biddend en werkend voor de vervul
ling der idealen, welke wij allen hopen en ver
wachten.
Servire! En dienende zullen wij heerscheres-
sen zijn.
HELLENEN.
PARIJS, 12 Januari 1932.
Het is een aardig èn dankbaar werkje zelf
wat voor de kleinen in elkaar te zetten. Met
wat handigheid en wat smaak is met be
trekkelijk kleine moeiten iets aardigs te be
reiken, waarvan men veel pleizier zal hebben.
Een heel dankbaar werkje is het maken
van een paar schortjes,
waarvan de allerklein
sten vooral haast geen
voorraad genoeg kun
nen hebben.
Om zoo'n schortje op
'n practise he en aardige
manier samen te stel
len, doet men het beste
gebruik te maken van
contrasteerende effec
ten die men op ver
schillende manieren ver
krijgen kan, bijv. door
eenvoudige applicaties
van stof in contrastee
rende tint, of door een
klein borduurwerkje met
paarl garen of wasch-
bare zijde.
Als contrasteerende
kleuren kiest men het
beste de rose en licht
blauwe tinten, of wit
met een van beide
nuances gegarneerd. In
het laatste geval kan
men zelfs heel elegante
schortjes voor extra-ge
legenheden toeveren van
linon bijv. met een fijn
borduurwerkje of een keurige incrustatie.
Het beste geeft men aan de schortjes liet
model van een jurkje. Hiterboven geven wij
enkele aardige modelletjes weer. Bij de twee
bovenste is het schortje op een bovenstuk
aangebracht. Een is van rose nansouk. ver
sierd met een fijn borduurwerkje in mat-
blauwe tint, het andere is van wit linon, ver
sierd met kleine motiefjes in bleu wattier.
Het derde model is van effen blauw linnen:
het onderstuk is op een klein corsage aan
gebracht door een ceintuurtje van fantasie-
stof.
Zondag.
Zonder de vrouw, is menig man ruw, grof
en vereenzelvigd geworden, de vrouw is de
van nature aangewezene, zachtere en betere
gevoelens bij hem te ontwikkelen.
Chateaubriand.
Maandag.
Het moederschap, verheft en veredelt de
vrouwen, in haar handen berust het lot der
komende tijden, zij Is daarvoor verantwoorde
lijk.
R. de Grandln.
Dinsdag.
De vrouw is licht van het ééne uiterste tot
het andere te bewegen, of buitengewoon goed
of buitengewoon slecht, hoedt u voor dit
laatste.
LaBruyêre,
V oensdag.
Weest oprecht in het groote, maar vooral in
het kleine; al valt dikwijls hot eerste ge
makkelijker dan het tweede.
Donderdag.
Groote zielen voelen zich verheven boven
beJeedigingen, laster en hoon; tracht uw ziele
groot te maken, zij is er toe geschapen.
Vrijdag.
Ons hart weet datgene uit te verkiezen wat
het aantrekt, ons verstand is daar om onze
genegenheden te regelen.
Zaterdag.
Het huwelijk is de meest volmaakte school,
om orde, netheid, regelmaat en hulpvaardig
heid te leeren.
H.
Een vorstelijke daadèn een daad van
innig gevoelde, moederlijke liefde. Velen onzer
zullen met verrassing en enthousiasme gelezen
hebben hoe H. M. koningin Wilhelmina, haar
eigen kunstzinnigen arbeid wil exposeeren ten
bate der noodlijdende kunstenaars in ons
land.
Zij die dit nog niet gelezen hebben, mogen
bij deze kennis nemen van deze zuivere geste
van waarachtige edelmoedigheid.
Niet alleen haar stem, haar taal, thans ook
het werk harer handen. Wat haar interesseer
de, als kind, jonkvrouw, vorstinne, wat haar
boeide, bezielde en tot scheppen bracht, wordt
ons getoond, prijs gegeven aan aller be
oordeeling. Ontroerend van gebaar. Met vreug
de en dankbaarheid mogen wij deze vorstelijke
expositie tegemoet zien.
Met de pullover deed ook het gebreide lool-
len „garnituur" zijn entrée. Iedereen spande
zich in om de mooiste combinatie te vinden,
origineele motieven en steeds nieuwere ste
ken.
Daardoor is de sportieve kleeding zeer al
gemeen icorden. De frissche varieerende kleu
ren toch en de groote verscheidenheid plaatsten
haar ver boven het meer neutrale costuum.
Ook voor de kinderen zijn de gebreide wel
len pullovers te prefereeren boven 'n andere
dracht, omdat zij, behalve dat zij comfortabel
en heerlijk warm zijn, volkomen bewegings
vrijheid geven.
Een moeilijkheid bleef echter: ofschoon
voortdurend, naar nieuwe dessins en composi
ties gestreefd werd, bleven ze bijna steeds het
zelfde aspect bieden.
..Sedert korten tijd nu heeft men gelukkig
een nieuwe formulegevonden, waarvan men
verwacht, dat ze nieuwe vormen en talrijker
variaties zal brengen. Wij bedoelen de van
fijne wol gemaakte, dikwerf gehaakte blouses,
met sterk aan lersche og Venetiaansche mo
tieven herinnerend, die veel gekleerder zijn dan
haar voorgangsters.
V ziet hierboven zoo'n blouse, geheel ver
vaardigd uit levendig-roode wol, geajovrcerd
en gegarneerd met een breede, in denzelfden
trant gehaakte, wollen kraag en manchetten.
Meer sportief is de oranje sweater met een
halsafsluiting van een in twee wollen pompoe
nen eindigend koord; de ceintuur is in twee
kleuren uitgevoerd, oranje en donker bruin',
de tweede tint vormt diagonale strepen
Dezelfde icijze van versiering is toegepast
ep de gracieuse complementen: sjaal en hand
schoenen, en eindelijk ook op het oranje mutsje,
waaromheen weer koorden met pompoenen
zijn gelegd.
WoZ wordt ook gebezigd om de garneeringen
van het lijfje, meestal bestaande uit een kraag-
is en manchetten, te combineeren. Al die
kleine nouveaute's kan men gemakkelijk zelf
maken, dit vordert niet veel tijd.
Sommige modellen van dit soort zijn zóó
fijn gewerkt en uit zulke lichte wol vervaar
digd, dat men ze voor kant zou kunnen hou-
den.
Men doet het best voor ajourwerkjes angora
wol te nemen en deze uit te voeren in wit met
strepen, bijvoorbeeld in verschillende kleuren
blauw.
Soms worden kraag m wollen paramenten
voorzien van pareltjes in den geest, zooais
ze zijn aangebracht op de tweede figuur van
onze afbeelding.
Wat de kleuren betreft, men bepaalt zich
natuurlijk in hoofdzaak tot de voor de toilet
ten meest gebruikte nuances.
Actueel zijn ook tricotblouses, uit capucine-
en kastanje bruin, of uit twee tinten groen,
samengesteld; blauw echter geeft eveneens
mooie resultaten, vooral als er wit tusschen
door loopt.
Ten slotte zij opgemerkt, dat gevlamde
(bonte) wol meer en meer vervangen wordt
door effen tinten en dat alle modellen, welke
wij bespraken, uit effen wolsoorten zijn ge
maakt. R,
Op de eerstvolgende beurs van de damee
kroniek van 1 tot en met 10 April In het
A.I.-gebouw, zal in oveTleg met het bestuur
der Vereeniging Nederlandsch Fabrikaat een
speciale afdeeling aan deze tentoonstelling
worden verbonden.
In deze afdeeling kunnen uitsluitend Neder-
landsche fabrikanten deelnemen. Het kome
onze eigene industrie en volk ten goede
In de gegeven economische verhoudingen
het de plicht van iedere huisvrouw het
eigen land te bevoordeelen.
CRONICA.
Abonné G. T. vraagt onder voorgaande
initialen antwoord op een vraag betreffende
regeling va.n de kennismaking van een jong
paar, of de ouders van den jongeman eerst
naar de ouders van het meisje moeten gaan
of omgekeerd.
Het is ons niet geheel duidelijk, of U door
bemiddeling der ouders, de kennismaking der
jongelieden bevorderen wilt.
Is deze echter reeds geschied, dan wordt
'belet gevraagd voor den jongeman of met diens
vader bij de ouders van Het meisje.
Nadere kennismaking volgt later, faimllie-
gew-oonten en maatschappelij.ken rang bepalen
dit veelal.
Abonné M. de K. te A. vraagt hoe haar
mooie nieuwe peau de suède schoentjes voor
vlekken en glimmen te vrijwaren. Gaarne no-
teeren wij voor haar de gulden regelen
geschreven voor haar, die peau de suède dra
gen.
lo. draag ze zoo min mogelijk bij nat regen
achtig weer, of beslijkte straten, modderige,
buitenwegen enz.
2o. zijn ze eventueel nat en vuil geworden,
laat ze dan rustig opdrogen, om ze daarna met
een drogen schoonen borstel luchtig af te bor
stelen.
gjoni-s is "u knip met den nagel reeds vol-
jueade.
30. schuur dan het leder met het bekende
stalen borsteltje in ééne richting,
4-0- Bast er op, dat olie noch vet, noch melk
op uw schoentjes spatten; ze zijn bijna on-
mogeiyic te verwijderen,
5o. zijn er vettige, glimmende plekken pro
beert 't met benzine of tetra.
6o. hij peau de suède schoenen, moet gij
altijd kousen in dezelfde tint dragen.
7o. neem nooit te goedkoops peau de suède
schoenen; ze zijn te gauw versleten.
8o. zet altijd een leest ln uw schoentjes,
bezit gij deze niet, maak dan 'n soort vorm
van houtwol of watten in katoen genaaid en
druk dat vast aan,
9o. ziet gij een gladde plek; onderzoek eerst
,0f 't geen slijtage is alvorens gij de stalen
borstal hanteert. HUISMOEDER.
Aan mevr. van R. te Den Haag. Het door
u bedoelde boek: Kook- en Huishoudboek voor
bet Platteland is bij de meeste boekhandelaren
te verkrijgen. Waar niet, wend u zioh dan
rechtstreeks tot de schrijfster tevens uitgeef
ster: Miinch, Velperbuitensingel 13 Arnhem.
Dé prijs is 3.—, M. M.
A,-i M —"T
De blaasbalgmof is een van de markantste
details, welke men zich voor de avondmode
denken kan. Hij is behalve decoratief ook nut
tig, want in de groote dikwerf slecht verwarm
de theater- of halzalen, houdt hij de handen,
„op temperatuur". Hoofdzaak is echter ie
origineele werking en in dit opzicht worden
zelfs de hoogst gespannen modische verwach
tingen vervuld.
De blaasbalgmof, gemaakt uit hetzelfde ro»~
teriaal als dat van den mantel of toilet, is "f®
de beide openingen afgezet met bont, dat
den kraag harmonieert.
met
Poppen, opvoedingsvraagstukken
en vrouwen-beroepen.
Te pas en te onpas wordt onze eeuw genoemd,
de eeuw van het kind. Allen en alles beijvert
zich om het kind, al heeft het er in werkelijk
heid nu eu dan wel eens veel van, alsof het
kind een zeldzaamheid gaat worden. Opvoeders
en cultuurpropagandisten, onderwijzers en in-
dustrieelen zelfs houden zich met het kind
bezig, deze laatsten t meest, met dat wat voor
of van t kind is, n.l. het speelgoed, en dit
waarschijnlijk niet uit louter belangstelling of
liefde voor het kind alleen!
Op de kinderspeelgoedmarkt neemt de pop
wel een heel bijzondere plaats in, maar er
is dan ook heel wat met de pop gesold, niet
zoozeer door de kinderen, als wel door de pop-
penmakers of -ontwerpers.
Zou 't pleiten voor een meisje, dat wel 'n
knap maar onbeduidend gezicht heeft, als men
bij het zien van zulk 'n type spreekt over 'n
poppenkop? Ook voor de pop, waaraan toch
zooveel zorg besteed wordt, pleit 't niet, dat
deze in verband gebracht wordt met zoo'n
„leeg" nufje!
De pop en het meisje, meer speciaal het
kleine meisje, zijn echter niet te scheiden.
Dit is ons weer eens heel duidelijk gemaakt
in de prettige, onderhoudende causerie, die mevr.
Kathe Kruse dezer dagen heeft gehouden in
de Rotterdamsche Bijenkorf-lunchroom voor
een overheerschend vrouwelijk auditorium
van grooten omvang.
Zij sprak met veel gemak en hartelijkheid,
maar vooral met warmte en overtuiging, niet
doceerend achter een lessenaar met vele volge
schreven velletjes papier, maar losjes zittend
op een leunstoel, flauw beschenen door een
mat schemerlamplicht.
Mevr, Kruse, de mevrouw de dure, maar
Een paar Kathe Kruse s.
mooie en vooral hij kinderen zóózeer geliefde
poppen, heeft ons haar theorieën en gedach
ten uiteengezet over de opvoeding van de te
genwoordige meisjes, wier eischen en bestem
ming zoo anders zijn dan die van onze groot
ouders. Daar het tegenwoordig dikwijls zaak en
en plicht is, dat de meisjes der toekomst over
een bepaalde mate van zelfstandigheid beschik
ken, moeten ze zich ook andere eigenschappen
eigen maken dan die welke voor 'n huwelijk
voldoende zijn. Nu vele meisjes een beroep
(moeten) kiezen, is het niet meer voldoende,
dat ze spoedig „ja" kunnen zeggen, zooals
voor n huwelijk, maar moeten m ook tot sich
zelf „neen" kunnen zeggen, als plichten roe
pen; ze moeten ook leeren denken, om iets te
kunnen worden.
Mevr. Kruse zeide vast overtuigd te zijp, dat
het beminnen en zich geven do roeping der
vrouw is; maar, dan moet ook voor de niet-
huwende vrouw gelegenheid bestaan, haar ge
voel, haar liefde in 'n bepaalden levensvorm
uit te kunnen storten. De natuur immers laat
zich geen- geweld aandoen.: het is 'n vrouw
eigen, voor en om iets te willen leven, voor
iemand te mogen zorgen. Geluk zoekt de vrouw
eerstens in de liefde, daarna pas en op andere
wijze in het werken of in de beroemdheid.
Spr. weidde in dit verband nader uit over
het arbeiden van de vrouw naast den man,
wat vooral in haar eigen land een gevolg is
geworden van den oorlog.
Treffend was het mevr. Kruse hier te hoo-
ren spreken over het werk van de vrouw, wat
eigenlijk niet voor de vrouw bestemd is, want
hare eigene, mooie gaven komen pas 't best
tot haar recht in de huishouding, speciaal in
hare eigen huishouding waar zij Moeder is.
En met veel trots vertelde spreekster met
een blijden lach om haar mond, dat zij zelf
„eine ganze Menge" kinderen heeft.
Hier kwam ook het gevoel en het gevoels
leven van de vrouw ter sprake. In dit verband
stipte spreekster aan, -dat wij het gevoel niet
altijd in overdrachtelijken zin moeten nemen,
doch ook als een der zintuigen, waarvoor de
hand het specifieke waarnemingsorgaan is.
Hierbij bracht zij ter sprake het beeldhouw
werk (waardoor haar man zich naam gemaakt
heeft. Red.), dat toch grootendeels werk
van de handen is, omdat 't uit de handen voort
komt, doch in dien zin, dat 't oorspronkelijk
uit 't gevoel is gekomen, om door middel van
betasting met de handen (het gevoel) weer tot
het gevoel te kunnen spreken.
Dat het voelen met de handen inderdaad in
nauwe betrekking staat tot het „gevoel", blijkt
ook wel heel duidelijk bij kinderen, die alles,
wat ze lief vinden, betasten en in de handen
houden.
.Hoewel spr. er met 'n zekere voldoening op
wees, dat het altijd iets vrouwelijks is geweest,
niet zoo logisch te kunnen zijn als 'n man, was
zij in haar betoog toch wel zeer logisch door
U Möcludcerea, dat wij uit de huidige schijn-.
-nreer terug moe
cultuur van ons materialisme w« vrouw
ten althans dat is 't werk er 1
M /lat, wat uit t gevoel is
het beoördeelen van
voortgekomen.
tot haar eigen speciale
En zoo kwam ZIJ
werk het vervaardigen en in den handel brem
trathe Kruse-poppen, waarhij haar
gijn van de Katt
voor den geest Butaan heeft, dat de pop de
natuur zooveel mogelijk moet nabijkomen, zóó,
lat het kind er zich toe getrokken gevoelt.
Mevrouw Kruse vertelde in den breede, hoe
zij' te werk gegaan jfrag met het maken van
do poppen, die aanvankelijk bestemd waren
voor haar eigen kinderen. In 't begin leek het
nog niet veel, maar met 't groeien van haar kin
deren, waarover zij vol enthousiasme vertelde
ontwikkelden zich ook haar ideeën en vervol
maakten zich haar werkmethoden. Hierop gaf
zij ons 'n aardigen kijk door het vertoonen van
diverse lichtbeelden, zoowel van haar eigen
lieve kinderen als van de poppen voor haar
kinderen en die van anderen, totdat zij de
laatste kinderfoto liet zien en toen moest ver
klaren, dat 'ti„belaas afgeloopen" was met
haar kinderen.
Zoo,had zij het volste recht, om te verklaren
dat 't geluk in de vrouw niet gelegen is op de
arbeidsmarkt, waar zij de concurrente ls van
den man, maar dat dit bestaat in de liefde, spé
ciaal de blijde, bestendige moederliefde, niet
in de vrijheid van het zelfstandig beroep.
En weemoed klonk uit haar stem, toen zij
het moeilijkste vraagstuk nog even aanstipte
van de vrouw, om wie geen man komt, omdat
hij, door oorlog en inflatie, bang Is geworden
voor de verantwoording en den ernst van het
leven niet aandurvend, zich ertoe liet verlei
den, met de vrouw te spelen, om verstrooiing
te hebben, waarin hij noch zij het geluk kun
nen vinden.
Tenslotte was mevr. Kruse nog „practisch"
toen zij de verklaring gaf, waarom haar popp°n
duur zijn zij heeft n.l. gemaakt, wat zij be
minde en zij hoopt, dat ook anderen bet zul
len beminnen, want zij gelooft, in 't geluk c ei
vrouw.
En zoo kon zij haar aardige causerie bes.lin
ten met bet pakkende woord: „Leve kind
XI.
We zijn weer thuis, bah, bah, bah!
Ik kan hier beslist niet meer wennen. M'n
eigen, kamertje, waar ik vroeger zoo trotsc-h
op was, vind ik nu een mie-zeri-g klein hok.
En dat ze me daar den boelen dag alleen im
laten liggen, vind ilt bedaard ontaard.
Ik mis alles en iedereen. De lieve lachjes
van oma en de spelletjes met opa.. Ik mis tante
Flossie en oom Bobbie en oom Kees. Ik mis
c.,H:,0lnve 'an,te met den bril en de tandelooze
o'itntje. Dio Jiadden zulke lekkere breede
se io- en, nèt bedjes. En die speelden allemaal
den he-elen dag met me.
Ik mis al die lieve vriendinnen van oma,
die kwamen kaarten of praten. Dat praten
heette bij oma krans, 't Was allemaal zoo keel
anders bij oma. Daar rinkelden den heeien
dag maar lange bellen door het huis en dan
hooide ik hallo roepen, Zooiets hoor ik hier
nooit, 't Is ld er zoo stil.
Mama kftn ook niet meer wennen, ze wil
bortsch eten, zegt ze, en Cacha Gourieff, net
als op reis. We zijn allemaal een beetje ver,
wend zeigt pap.
Ze waren wel dolblij, toen ze me weer za.
gen, pap en mam, dat moet ik eerlijk belten,
nen. Ik zat bij oma op schoot, toen ze tihuis
kwamen, in m'n mooiste ponnetje, met een
groote bos bloemen in m'n armpjes!
Ik herkende mam eerst niet, ze had zoo'n
gek hoedje op, nèt mijn baby-mutsje, als ik er
aan getrokken heb. Zoo heelemaal scheef op
haar hoofd. Maar, toen ze: „dag m'n kleine
schat" zei, wist ik weer, dat zij het was «n
begon ik vroolijk te lachen. Tegen pappa ook,
die was trouwens niets veranderd.
We hadden een knuss-en avond, ik veerde
van schoot op schoot èn van arm op arm, en
mocht gelijk met de groote menschen naar
bed.
Onze terug-reis was ook heel gezellig. Ik heih
reuze pret gehad met een. oma, die tegenover
ons in den coupé zat. 't Was wel een erge
leelij-ke oma, met een grooten snor en een
soort plumean op haar kin, maar ze was ge.
weldi-g aardig. Ze zei maar -boe-boe-hoe tegen
me, en dan verborg ze haar snorrebaard ach
ter het gordijntje en zei weer: boe-boe-boe.
Nou, zootets verwacht j© niet van een wild,
vreemde oma, dus moest ik er vreeselijk om
lachen.
Ze zei togen mam, dat ze 't zoo bijzonder
vond, dat ik heel-emaal niet slaperig werd.
Mam moest me eens goed in m'n dekentje rol
len, zei zo, dan slie-p ik vanzelf in. Dat was
natuurlijk larie. Mam spreidde m'n mooie de
ken (Hollandsoh fabrikaat, op verzoek van-
pappa!) over me uit, maar slapen ho ^ar-
Pas vlak -bij huis, in de tax sliep ik Plom
verloren in.
Mamma heeft een reuze goeje bui vandaag,
ik weet niet waaro-m. Ik geloof, dat er iets
-bij den post was, wat haar bijzonder beviel.
Maar dat neemt niet weg, dat ze me toch
maar rustig laat schreeuwen, als ik geknuf
feld wil worden. Ik heb gisteren een record,
brul aangeheven, vijf uur aan een stuk. De be
nedenbuur kwam vragen, of ik asjeblief stil
zou zijn en tie bovenburen gingen met deürëtt"
smijten al« t.eeleen van prwto "wwO&fe
nam me af en toe wel eens op, of gaf me wat-
te eten of te drinken, maar zoo gauw ik we-eir
alleen werd gelaten -begon ik opnieuw.
„Se sal siek sijn", zei De-entje, die volgens
pappa een beetje Amsterdaimscih praat. Maar
dat is het niet, ik ben heetemaal niet ziek,
ik voel me alleen maar eenzaam.
En met m'n toet is het ook niet heelemaal
•iin orde. M'n bovenkaak -blijft maar bard, en 't
jeukt soms erg in m'n mondje. Dat zei Mina
tenminste, de d°°vo S®dienstig©
van oma,
Li-elsje.
„Ze heeft een "'velijke jeuk" schreeuw,
de ze maar te«en mam, en ma-m-ma, die a-ltijd
dood-zenuwordt van Mina, had niet
-het lef om vragen „hoe wee-t je da-t?" 't Ka-n
be-st zijn dat dalt B<ikke gevoel i,n m'n tande-
looze kaak jeuk heet!
p,e laatste dagen heb Ik -het erg druk gehad
,nct «He tantes te antwoorden, d-ie om brei.
patroontje-s vroegen. Ze heibben wel wat lang
moeten wachten, maar ik had een winterhand-
je en kon haast niet schrijven. Ook heeft rna-m-
ma voorgelezen wat tante Hellenen over me
schraef. Reuze e-eht vond ik dat
iandaag ben ik voor het eerst sinds vele
weken weer eens uit rijden geweest. Ik wist
niet wat nie overkwam, toen ik ineens van
top tat teen werd aangekleed, met de wollen
jurk van oud-tante Caecilia, roze jasje p-lus
muts van oud-tante Louise en slobbroek van
k-Nte Mies!
Ik ging nu natuurlijk zitten in m'n wagen,
en zag alles weer een-s heel andera dan toen
ik -nog lag. 't Was een fijne rit, lekker in <Je
zon, om de beurt gereden door mam-ma en
tante Inex, een vriendin van mam.
Ze hebben me beloofd dat ze wantjes voor
me z-ullen breien, want i-k lag steeds met m'n
handjes buit-en boord, en toen werden ze ge
woon blauw va-u die kou. -Na afloop ben Ik fijn
gaan slapen. Als 't een beetje go-ed weer blijft,
zullen ze lederen dag met me gaan rij-den.
Fijn.
Nu niemand er om vraagt, ze-g i-k ineens:
mamma. Wij, moderne kinderen, doen zooieta
niet op commando. Mam -vindt het fijn, en
knuffelt m® lia'f doo<i> als i,lcl ,l3eif;
Ik p-robeer nog altijd zooveel mogelijk ta
gaan staan. In m'-n eigen bedje, dat er-g hoog
ls, kan ik het prachtig. Maar nu wil-lem ae 't
nog maar steeds niet heibben met bet oog op
eventueel© kromme be-enen. En nu hebben ze
iets vreesleij-ks verzonnen, een soort leidsel,
iets wat heelemaal, over m'n trui heengaat en
dan onder ni n matras wo-rd.t doorgehaald.
Ik kan niet op >of neer als dat instrument
aan me bevestigd wordt, en ben gedoemd plat
op m'n rug te blijven li-ggein! ,Nu kunnen ze
tegen mij ook zeggen, wat ze indertijd wijlen
Fioris V toeriepen:
„Uw hoog© sprongen zijn uit, Heer graaf!''
BABY.
Ze zijn zo° trouw die brutale musschen, dé
grappig® merels, het altijd lustige winterko-
nikje- '3 Morgens vroeg hoort ge het al. Piede-
■wiet, piedewiet, vergeet me niet, schijnt het te
zegge11- Too laten we maar een kouden neus
aan ons ontbijt halen en wat kruimels naar
buiten strooien.
Misschien zijn we. de gelukkige bezitters van
een vogelhuisje; strooien we toch daaglö1^
broodkruimeltjes, droge aardappelen, mis30!* e
wat fijn gesneden ham of spekrandjes-
Vooral op dit laatste zijn de iUaterf'
reis verzot.