HET TIENJARIG PONTIFICAAT VAN Z. II. PAUS PIUS XI.
1922 - 6 FEBRUARI - 1932.
„DE VREDE VAN CHRISTUS
IN HET RIJK VAN CHRISTUS
VREUGDE EN LEED VAN DEN
H. VADER.
DE uitbreiding van het gods
f RIJK.
EEN DER JONGSTE OPNAMEN VAN Z. H. PAUS PIUS XI.
EEN TIJDPERK VAN KERK
VERVOLGINGEN.
DE OPLOSSING DER ROMEINSCIIE
KWESTIE.
DE ENCYCLIEKEN VAN PIUS XI.
L, H. Paus Pius XI als Mgr
een der meest bewogen tijdperken der
w<?reltlgesehiedenis viert onze H. Vader Paus
1U3 XI, hoog van jaren maar in ongebroken
kracht, den dag, waarop Hij tien jaar geleden
door Gods ondoorgrondelijk raadsbesluit ge
roepen werd om op den zetel van Petrus Chris
tus' Kerk, door de woelingen der tijden onaan
getast, naar steeds grooter uitbreiding en ver
volmaking, tot Gods eer en tot heil der zielen,
op te voeren.
Nauwelijks was kardinaal Achilla Ratti 1»
liet conclaaf der kardinalen, na den dood van
Paus Benedictus XV, tot de hooge maar
antwoordelijke taak van Christus' PIaa,® (ie
vanger op aarde geroepen, of HÜ 'e= t paS.
wereld Zijn program voor, dat, zoo ge^9]eVjng,
send op de nooden van de moderneR11 ende
door Hem zelf in de zoo veel de
woorden „Pax Christ! in Regno Cpristus
Vrede van Christus in het RUk 11
werd saamgevat. vrede.
O, de wereld had behoefte bro^dennoor-
Nog waren, na den gruwelu^e^^en wraax.
van iiaai
denden oorlog, de passies nog. steeds die
zucht niet gestild; fel laa]fl(ten de wapenen,
hartstochten op, en al !""erininst ontwapend
de geesten waren nog toClhtelül£ strijdge-
Temidden van dit 2yn eerste ency-
woel wierp Paus Pius „ke woord „Vrede",
cliek „Ubi arcano" e een sti]gtand
Niet dien vrede, weiae jon
der materieele wapenen is, de,
welke voortkomt uit de innerlijke harmonie
van geest en hart, uit de volle eikennjng en
beleving dat slechts Eén den echten vrede kan
geven: de ware Vredevorst Christus.
Daarom hield de H. Vader den Vrede van
Christus aan de naar rust en pacificatie snak
kende wereld voor. Hij zeide tevens, waar 'die
vrede te vinden is: in het Rijk van Christus
Deze woorden zijn geworden het Pontificaal
program van onzen roemrijk regeerenden Paus
een program, zoo veel-, z00 alomvattend zoo
dóórdringend in elk mensohenhart. z00 vol
komen aansluitend op onzen tijd, dat niemand
zelfs de ongeoovige „iet, zich aan de sug
gestieve kracht van dit devies kan onttrekken.
Als men het eerste decennium van de regee-
ring van Pms XI overschouwt, zal men spoe
dig tot de erkenning komen, dat de H. Vader
zich nooit aan Zijn program beeft onttrokken
maar het, ook in de moeilijkste omstandig'
héden, met diepe kennjs van het menschelijk
hart en vol onverschrokkenheid, (fides intre-
pida!) heeft doorgevoerd.
De Vrede van Christus!
Of het gold den vrede, zooals wij, menschen,
n maar al te vaak in onze eenzijdigheid zien;
Of den zooveel heerlijker vrede des harten,
steeds beeft het Pauselijk woord weerklonken
om hem in steeds breeder kring te verkondi
gen' hem te maken tot den grondslag, waarop
elke menschelijke activiteit wordt opgetrokken.
In het Rijk van Christus.
Want de ware vrede kan niet bestaan tenzij
In de" vereeniging met Christus, In de een-
beid der wereldomvattende, voor alle men
schen gestichte Katholieke Kerk.
Geen Paus heeft zich ooit aan het verheven
bevel van Christus: „Gaat en onderwijst alle
onttrokken. Maar toch hebben enkele
Pontificate» zich bijzonder aan de vervulling
deze heerlijke taak gewijd en onder deze
t dat van Pius XI 'n speciale plaats in.
"Verwijl in het w^sten de steeds dieper in
grijpende ontkerstening de Kerk zware ver-
Hezen toebrengt een verlies meer in kwan
titeit dan in kwaliteit staan in de Missie
landen de velden rijp voor den oogst. De H.
Vader heeft dan ook geen enkele gelegenheid
laten voorbijgaan om de Katholieken aan te
sporen de missionarissen bij hun heerlijk werk
van de geloofsverkondiging door gebed en
financieelen steun te helpen. Ontroerend waren
,s pausen woorden, waarmede Hij op het Pink
sterfeest van 1922, na de wijding der eerste zes
Chineesche bisschoppen, als het ware smeekend
VWV'!,/ kinderen uitstrekte om
VinnineVn' V Van hulp, onder-
te vragen" m6 r'£'nS voor het Missiewerk
TrprlfvmVtJClinf 73 D 'n,andsche priesters tot
vprlaehi V 'S een cebtraal punt in de Missie-
3 Dausen geweest. Daaromheen
de H v>e,r zicl1 talr'jke daden, waardoor
d« Mi •- Zijn actieve belangstelling voor
sip i SSlen fet°ond heeft. Wij behoeven hier
cIps'1 S„te w'iïen op de encycliek „Rerum Ec-
ee 139 va" 28 Februari 1926, die terecht als
n meesterwerk van milssiewetenschap en
isniepraktijk, als de Magna Charta der missie-
ac 'e geprezen wordt; aan 's Pausen boodschap
aan China; aan het schrijven aan de oversten
4 a n Missie-orden en -congregtatiosaan de
reorganisatie der groote Missiewerken: de
auselijke genootschappen tot Verbreiding des
Ueloofs, de Kindsheid en het St. Petrus lief
dewerk aan de propaganda voor den Priester-
Missiebond en niet het minst aan de Vaticaan-
sche Missietentoonstelling en de instelling van
€en specialen Missie-Zondag.
Uitbreiding van het Gods rijk in de gebie
den, waar het Evangelie nog nooit gepredikt
werd. Maar evenzeer uitbreiding jn die lan
den, welke door dwaling van de Kerk geschei
den, den band met Rome verbroken hebben.
Begrijpelijkerwijze geschiedt dit werk meer in
stilte, het is eer de voorbereiding op hetgeen
(ie toekomst brengen zal dan reeds een ver
wezenlijking, Hier moet een buitengewoon
moeilijk terrein nog voor den oogst gereed ge
maakt worden, maar toch heeft 's Pausen
vaderhart reeds heel vaak zeer hartelijke woor
den ook voor deze afgedwaalden gevonden,
o.m. in de encyclieken „Eoolesiam Dei", ,,'Mor-
taiium animos" en „Rerum Orientalium", welke
een oproep tot de afgescheiden broeders der
Oostersche kerken waren.
Maar tevens werden de grondslagen gelegd
om het werk der hereeniging tot volle ontwik
keling te brengen; en zoo zagen wij den H.
Vader het Russicum en het Oostersch Instituut
een bijzondere liefde toedragen.
DE INNERLIJKE VERSTERKING
DER KERK.
zielenood der wereld
voelen en er al Zijn
krachten aan wijden.
De eerste encycliek
van den Paus „Ubi
arcano" was dan ook
een uiteenzetting, door
een meesterhand ge
schreven, van de moree
ls kwalen, welke de we
reld hadden aangegre
pen maar tevens van de
;eneesmiddelen, welke
de menschheid een bete-
re toekomst, ook op stof-
felij kgebied. kunnen
waarborgen. Want, zoo
als de H. Vader aan
geeft, zal de wereld
nooit den waren vrede
vinden, als zij niet terugkeert tot den Chris
tus, het centrum van geloof en liefde, maar
ook van rechtvaardigheid en volkenverzoening.
Christus, Centrum en Koning van heel het
menschelijk geslacht! Dat was de gedachte,
welke bovenal uitstraalt in de encycliek ,,Quas'
primas", waarbij het feest van Christus' Ko
ningschap over de geheele wereld werd in
gesteld. En als aanvulling daarvan hield
„Miserentissimus Redemptor" a'llen geloovigen
den zwaren plicht voor om niet alleen persoon
lijk Christus als Koning te erkennen, maar
liefde kinderen in Rus
land, Mexico, Litauen
en Spanje zijn blootg
steld.
Welke diepte van ge
voelem, sprak niet uit
de encycliek „Iniquis
afflictisque" van 18 No
vember 1926. waarin de
H. Vader tegen de Kerk
vervolging in Mexico
protesteerde, maar tege
lijkertijd de geheele we
reld opriep om door ge
meenschappelijke ge
bedsactie en werkdadi-
ge samenwerking het
einde der beproeving af
te smeeken, en, voor
zoover bet in 's men
schen macht ligt te verhaasten.
Toen in Rusland een menschen-wegrukken-
de hongersnood heerschte, was het wederom
cje H. Vader, die een hulpactie organiseerde,
zoo omvattend en hulpbrengend, als geen an
dere macht ter wereld kon tot stand brengen.
Medewerking van Russische zijde ondervond
de Paus allerminst; het was alsof men te Mos
kou bevreesd was, dat deze zuiver mensohlie-
vende daad van Christus' Stedehouder 'n pro
pagandistisch karakter voor den godsdienst
kon dragen. Nauwelijks was dan ook in de al-
De verwoestingen, door ontkerstening, onge
loof en wereldoorlog ln de zielen van zoovele
menschen aangericht, vroegen om een kundi-
gen, doortastenden en meteen liefdevollen Heel
meester. De H. Vader, Die steeds Zijn hoog
ste vreugde in de zielzorg had gevonden; Die
reeds aan Benedictus XV gevraagd had naar
Rusland te mogen gaan om, desnoods door
het offer van Zijn leven, daar de zielen te
bevestigen of terug te winnen, moest gedu
rende Zijn Pontificaat wel heel bijzonder den
ve pie'•'■gen ur,
pp 6 Februari, v0rbi> dicn Z' H' Paus Pius XI' vlak na verkiesing
de buitenloggia van de Sint Pieter verleende.
ook eerherstel te brengen, door grooter Uefde,
maar ook door bijzondere acten, welke als het
Ware herstellen, wat anderen misdoen.
Innerlijke versterking van het geloofsleven.
Welk ander motief dreef de H. Vader bij de
magistrale documenten over de geestelijke
oefeningen en retraites; over de Christelijke
opvoeding der jeugd; over -het Christelijk
huwelijk; over het sociale vraagstuk. En hoe
vaak heeft de H. Vader de in deze periode
zoo -talrijke eeuwfeesten van groote heiligen
aangegrepen om de geloovigen, de geheele
wereld de deugden voor te houden, welke nood
zakelijk zijn niet alleen voor het individueele
zielenheil, maar evenzeer voor de rust orde
en vrede der menschheid in materieel opzicht.
En nog trilt in ons allen de ontroering l>ti
het aanhooren van dien echt menschelijken
kreet om naastenliefde in deze sombere tijden
die prediking van een nieuwen kruistocht van
weldadigheid, nu zoovelen geen brood «eer
hebben om het voor hun kinderen te breken,
geen kleeren om koude en naaktheid te dek
ken. De Vader van allen heeft met de aangrij
pendste woorden tot allen gesproken, hen oP
hun broederschap in Christus gewezen.
Zelfs zij, die den Paus niet als hun geeste
lijken Leider beschouwen, zien in het ontzag
wekkende complex van al deze encyclieken,
welke het volle leven van Kerk en menschheid
omvatten, een synthese, rijk en verheven, van
de geweldigste perspectieven. Zou ooit een con
temporain schrijver zoo vaak als de groote
1 eeraar der menschheid geciteerd zijn. als
juist Pius XI, Wiens gezaghebbend woord bij
na alle vraagstukken van liet moderne leven
zoo diep doorgrond, zoo heerlijk belicht beeft?
Niets is aan den verzienden blik des Pausen
ontsnapt. Het Innigste geloofsleven, de vu
rigste beoefening der deugd, onderwijs, we
tenschap en opvoeding vonden in Hem' een
Wegwijzer, Die met de ervaring van twintig
eeuwen en het perspectief van den eindtriomt
der universeele onvergankelijke Katholieke
Kerk de eeuwige beginselen der hoogste wijs
heid met een moedige onverschrokkenheid ver
kondigde.
Christus zelf heeft, voorspeld, dat de wereld,
evenals zij Hem vervolgd had, ook Zijn Kerk
steeds vervolgen zou. Zoo ooit een voorspel
ling tot de laatste ietter is uitgekomen, dan
is het zeker de voorzegging van Christus, dat
men Zijn werk aan den tegenstand en den
haat der wereld zou kunnen erkennen.
Maar toch zijn er perioden in de Christe
lijke geschiedenis, waarin de vervolging heel
bijzonder het deel van Jesus' geliefde Bruid
schijnt te zijn. En onze tijd is een van die tijd
perken. In heel specialen vorm.
Want ging vroeger de strijd der wereld voor
al tegen de Katholieke Kerk, het moderne sa
tanisme haat en vervolgt niet alleen de Kerk,
maar eiken godsdienst, elke godsdienstige ge
dachte. En dan denken wij bijzonder aan het
bolsehewisme, dat, door een duivelsohe kracht
gedreven, het zuiverste materialisme verkon
digt, met de loochening, de felste bestrijding
van de Godsidee. Erger nog, de Godshaat
brandt in vele harten van hen, die de mensch
heid een nieuw ideaal willen geven: een vol
maakt stoffelijk dqpl, zonder eenige hoogere,
godsdienstige gedachte, zonder eenige hoop op
een beter en volmaakter leven, dat hierna de
verwezenlijking en vervulling van alle men
schelijke verlangens zal brengen.
De vervolgingen, welke met een dergelijke
bedoeling ontketend worden, moeten 's Pausen
hart, dat, naar allen die Hem van nabij ken
nen,'verklaren, zoo'gevoelig is, wel een heel
bijzóndere smart veroorzaken. We voelen het
zoo vaak, als de' H. Vader spreekt tot de kar
dinalen. bij Consistories, Kerstwenschen of
plechtige audiënties, hoe zeer en hoe diep Hij
lijdt onder de vervolgingen, waaraan Zijn ge-
leraoodzakelijkste behoeften voorzien, of de
leider der Pauselijke hulpactie, mgr. d'Her-
bigny, werd uit Rusland geweerd. Sindsdien
hebben er practisch geen betrekkingen tus-
schen Moskou en het Vaticaan meer bestaan.
Maar telkenmale roept de H. Vader de Chris
tenheid weer op tot gebed en boetedoening
voor Rusland, zeker, dat het oogenblik van
Gods genade en barmhartigheid ook voor dit
beklagenswaardige land zal aanbreken.
De "laa tste maanden hebben den H. Vader de
smart gebracht van de kerkvervolging in
Span ie Nog levendig liggen in aller harten
de bemoedigende woorden, waarmede de Paus
zijn keurcorps, de Jesuïeten, troostte bij hun
verdrijving uit Spanje, het land, dat zij, ook
van zuiver menschelijk standpunt gezien, heb
ben helpen grootmaken.
Echter ook daadwerkelijk beeft de Paus het
lot der vervolgde Katholieken pogen te ver
lichten. Herhaalde malen is Hij met de regee-
ringen der betrokken landen in contact ge
treden om regelingen te treffen, welke met
volkomen handhaving van de essentieele rech
ten der Kerk, voor zoover mogelijk aan de
speciale wenschen van de regeeringen der be
trokken landen tegemoet kwamen. Dergelijke
enderhandelingen zijn o.m. gevoerd met enkele
Balkanstaten en Tsjecho-Slowakië. De talrijke
concordaten, welke tijdens dit Pontificaat zijn
gesloten, bewijzen, dat de H. Stoel zijn pogin
gen in vele gevallen met succes bekroond
mocht zien.
Een der belangwekkendste voorbeelden van
een dergelijk resultaat werd vastgelegd in de
micycliek „Maximam gravis-simamque" van 18
Januari 1924, waarin de regeling, welke met
de Fransche regeering over de diocesane asso
ciaties bereikt was, werd openbaar gemaakt.
Door deze Pauselijke actie is ongetwijfeld
bet aanzien en prestige van den H. Stoel in de
geheele wereld ten zeerste gestegen. Wij ne
men dan ook het merkwaardige verschijnsel
Waar, dat zelfs die regeeringen, welke bijzon
dere maatregelen tegen de Kerk troffen, er op
staan diplomatieke betrekkingen met het Va
ticaan te onderhouden. En zoo die relaties al
een oogenblik verbroken worden, blijven geen
Pogingen ongedaan om ze zoo snel mogelijk te
hervatten. Inderdaad is de H. Stoel een cen
trum, een geestelijk centrum van internatio
nale beteekenis, dat geen land, zonder zijn
eigen belangen te benadeelen, kan verwaar-
loozen.
Niemand heeft dit wellicht beter ingezien
óan de fascistische leider Mussolini. Sinds den
roof der Kerkelijke Staten bestond tussohen
Italië en den H. Stoel een scheiding, welke
door geen menschelijke kradbt scheen te kun.
nen worden overbrugd. En deze overtuiging
was aoo sterk, dat de -man, die de verzoening
tussohen de twee Romes tot stand zou brengen,
reeds bij voorbaat onder de grootste politici
der geschiedenis genoemd werd.
Een dergelijke roem en eer moest Musso
lini wel toelachen en ;hij vond in den Paus
een tegenpartij welke evenzeer, zij het om veel
hooger motieven, den vrede tussohen den H.
Stoel en Italië wensdhte. Voor den Paus gin
gen zielenheil en vrede bovenal; deze twee fac
toren dreven Hem, toen de Romeimsdhe kwes
tie rijp voor een oplossing scheen, om geen
oogenblik langer te talmen en door Zijn per
soonlijk ingrijpen de pacificatie 'te bewerken.
Onmi'ddiedilijk na ide Pauskeuze stelde de
nieuwe Paus een daad, welke door de geheele
wereld als een symbool opgevat werd. Wat
sinds Pius IX niet meer gebeurd was, voltrok
zidh voor de verbaasde blikken van een in
geestdriftige toejuiching, uitbarstende menigte;
vanaf het buitenbalcon boven den hoofdingang
van de St, Pieter gaf Pius XI den eersten zegen
Uribi et Orbi, „met de bijzondere bedoeling, al
dus het document hetwelk deze geste wereld
kundig imaakte, dat deze zegen -zou gericht zijn
niet alleen tot ben, die op 't St. Pietersplein
aanwezig waren, niet alleen tot Rome en Italië
maar tot alle naties en alle volken, in den
wensch, dat de groote vrede, waarnaar allen
zoo vurig verlangen, spoedig zou komen".
Inderdaad Urbi et Orbi, aan de Stad en aan
de Wereld. Maar in Italië besefte men toch
dat de H. Vader van een heel bijzondere wel
willendheid tegenover Italië had willen ge
tuigen en de hoop herleefde dat het conflict,
hetwelk door alle Italiaansohe katholieken als
een nationale schande gevoeld werd, spoedig
tot het verleden zou behooren.
Langzaamaan zagen wij de gedachtenwisse-
iing tussohen het Pauselijk orgaan, de „Osser
vatore Roimano" en de officieus© fascistische
pers groeien. De standpunten werden vastge
legd en toen deze elkaar genoeg genaderd wa
ren, werden ook officieele onderhandelingen
tussohen beide machten geopend.
Het keerpunt in de besprekingen greep den
6en Augustus 1926 in, toen Mussolini offi
cieel aan den H. Stoel deed vragen, op welke
'basis de Romeinsohe kwestie kon opgelost
worden. Het antiwoord luidde, dat als essen
tieele punten golden: een souverein territo
rium en ©en concordaat.
Langdurige conferenties volgden, de katho
lieke wereld leefde tussohen hoop en vrees,
tot den llen Februari 1929 de overal met
vreugde ontvangen tijding kwam, dat het La-
teraansche verdrag.
Den 7en Juni 1929 had ln het Vaticaan de
plechtige uitwisseling der ratificatie-oorkonden
plaats.
Met de oplossing der Romeinsohe kwestie
waren echter alile moeilijkheden op ander ge
bied tussohen den H. Stoel en Italië niet uit
den weg geruimd. Het fascisme, dat den ge-
heeilen mensoh voor den staat opeisc'hte had,
en heeft nog steeds een onmiskenbare neiging
om de Kerk van 't haar toekomende geestelijke
terrein te verdringen.
Wel waren in het concordaat regelingen voor
de Katholieke Actie, den oogappel des Pausen,
zooals Deze zelf verklaard heeft en voor de
jeugdbeweging getroffen. Maar reeds vóór de
uitwisseling der ratificatte-oorkonden had het
fascisme herhaaldelijk terechtwijzingen van de
Osservatore Romano", moeten ontvangen, dat
het zich op een gebied 'begaf, waar de rechten
der Kerk door verdiragen waren vastgelegd.
Maar de onwankelbare vastberadenheid,
waarmde de H. Vader zijn Katholieke Actie
en Zijn jeugdbonden verdedigde, (hebben Mus
solini steeds doen terugwijken. Zelfs in het
midden van het vorig jaar toen de tegenstelling
bot een hoogtepunt scheen opgevoerd en een
nieuwe breuk tussohen Kerk en Staat in Italië
dreigde hebben de Goddelijke en 'daarom on
schendbare reöhten deir Kerk getriomfeerd.
Rechten, welke in de encycliek „Non abbiaimo"
zoo schitterend waren uiteengezet, dat Katho
liek Itailiië zich ongetwijfeld van het fascisme
'zou (hebben losgemaakt, indien dit niet tot
overeenstemming met den H. Stoel ware ge
komen.
Maar niet alleen in Italië heeft de Paus d.e
Van den 18den Januari 1924 dateert de en
cycliek „Maximam gravissimamque"
over de statuten der diocesane associaties ia
Frankrijk. Deze brief was bijzonder tot het
Fransche episcopaat en volk gericht.
Den llden December 1925 werd door d«
encycliek „Q u a s Primas" het feest van
Christus' Konh.gschap ingesteld.
Kort daarop den 2Ssten Februari 1926 wendde
de H. Vader in de encycliek „Rerum Ec
clesiae" Zijn blik naar de missielanden en
spoorde Hij alle geloovigen aan de Missies
door gebed en offers te steunen.
In „Rite expiatis" van 80 April her
dacht de H. Vader het zevende eeuwfeest van
den H. Franciscus van Assisië, terwijl Hij den
18den November in „Iniquis afflic
tisque" over de kerkvervolging in Mexico
handelde.
Het jaar 1927 ging zonder encycliek voorbij;
daarentegen bracht 1928 drie Pauselijke wereld-
brieven: „Mortal ium animos" van 6
Januari over de eenheid der Katholieke Kerk;
Miserentissimus Redemptor" van
8 Mei over het gemeenschappelijk eerherstel
aan Jesus' Goddelijk Hart; en „Rerum
Orientalium" van 8 September over het
bevorderen van de studie der Oostersche Kerk.
Ook in 1929 verschenen drie encyclieken in
de laatste helft van December. Op 20 Decem
ber „Mens n o s t r a", over de geestelijke
oefeningen en retraites: op 23 December
„Q n i n q u a g e s i m o a n t e", een lof- en
dankgebed des Pausen bij Zijn gouden pries
terfeest; op 31 December „D i v i n i tlliu»
Magistri" over de Christelijke opvoeding
der jeugd.
„Ad sa.nt«m" verscheen den 20sten April
1930, bij gelegenheid van het vijftiende eeuw
feest van den H. Augustinus; de 31ste Decern-
ber bracht de encycliek „Ca s 11 connnbii",
over het Christelijk huwelijk.
De veertigste verjaardag van Rerum Nova-
rum schonk op 15 Mel 1931 de wereld de en
cycliek „Quadrageslmo anno", waarin
de Katholieke maatschappijleer opnieuw aan
de menschheid werd voorgehouden: terwijl den
29sten Juni de encycliek „Non a b b i a m o"
opkwam voor de Katholieke Actie In Italië,
welke door het fascisme bedreigd werd.
Een zeer bijzondere encycliek „Nova lm-
p e n d e t" schonk ons de H. Vader dan 2den
October, een opwekking tot een kruistocht van
naastenliefde met het oog op den nood der
tijden.
De Jongste encycliek tenslotte van dit tien
jarig Pontificaat „Lux v e r i t a 11 s" van 25
December Jl. was aan het tienjarig eeuwfeest
van- het oecumenisch concilie van Ephese ge
wijd en behandelde met de Godheid en mensch
heid van Christus het Goddelijk moederschap
van Maria.
DE VOLKENVREDE. rü!!|
De eerste foto van Z. H. Pius XI als Paus.
Katholieke Actie, de medewerking der leelken
aan (het Apostolaat der Kerk, in (bescherming
'genomen. Reeds in de encycliek „Ubi Arcano"
gaf de H. Vader de igiroote lijnen voor deze
beweging, welke Hij alls de aanvulling der
Kerkelijke Hlerarohiie karakteriseerde, aan.
Maar bovenal in 't belangrijke schrijven van
12 November 1928 aan den aartsbisschop van
Bres'lau kardinaal Bertram, stelde hij de di
rectieven voor de Katholieke Actie op religieus
en sociaal gebied vast, aldus aan deze organi
satie een grondwet schenkend, welke dit Apos
tolaat in het leven der Kerk zelf opneemt.
In het eerste jaar van Zijn Pontificaat, den
23sten December 1922, publiceerde Z. H. Paus
Pius XI de encycliek „Ubi arcano" over
den Vrede van Christus in het Rijk van Chris
tus, waarin een uiteenzetting werd gegeven
van de kwalen der moderne samenleving en
van het eenige middel, dat afdoende redding
kan brengen: den terugkeer naar Christus, den
Vredevorst.
Den 26en Januari 1923 verscheen bij gelegen
heid van het derde eeuwfeest van den H. Fran
ciscus van Sales de encycliek „Rerum o m-
ïi i u m waarin de deugden van dezen Heilige,
bijzondei zijn zachtmoedigheid, zijn nederig
heid en zijn zielenijver ter navolging werden
voorgehouden. Bij dezelfde gelegenheid werd
de H. kerkleeraar Franciscus van Sales aan
de journalisten tot patroon gegeven.
Den 29sten Juni van hetzelfde jaar bood het
zesde eeuwfeest van den H. Thomas van Aquino
aanleiding tot een nieuwen wereldbrief „Stu
dio rum Ducem waarin de bestudeering
van lens go geleerde en wijsgeerige werken
dringend werd aanbevolen.
Den 12den November behandelde de encycliek
..Ecclesiam Del", bij het eeuwfeest van
'U'lelaar Josaphat de hereeniging met
de Slavische kerken.
Wij kunnen in dit korte overzicht van het
tienjarig Pontificaat van onzen H. Vader Paua
Pius XI slechts de groote lijnen van dit rijk»
en vruchtbare werken schetsen. Maar toch zou
den wij al te onvolledig zijn, als we geen mel
ding maakten van de ononderbroken pogingen,
welke de Paus aangewend heeft om ook d»
volkenverzoening, den vrede onder de naties,
te prediken.
Hoe vaak heeft de H. Vader in zijn encyclie
ken de volken aangespoord om de twee groot»
deugden, de grondpeilers van elke samenle
ving, groot of klein, rechtvaardigheid en naas
tenliefde te beoefenen; in de formuleering van
den H. Vader: de rechtvaardigheid, getemperd
door de naastenliefde.
Beroemd zullen in dit verband blijven d»
Pauselijke brief aan Mgr. SIgnori, aartsbisschop
van Genua, bij gelegenheid van de conferenti»
van Genua; de groote Kerstrede van 1930, welke
voor een aanmerkelijk deel aan den volken-
vrede gewijd was; 's Pausen rede bij de inwij
ding van het Vaticaansche radio-station, terwijl
nog bij het jongste Kerstfeest een klacht weer
klonk, weemoedig en bitter, dat men toch niet
naar 's Pausen woord en waarschuwing wild»
luisteren; dat men de Pauselijke raadgevingen
zelfs misvormde om ze voor particuliere belan
gen geschikt te maken.
En ook ten tijde van de veroordeeling van
de Action francais©, den 26sten December 1926,
sprak de H. Vader duidelijk uit, dat het onbe-
heerschte supernationalisme, de paganistisch»
verheerlijking, vergoddelijking bijna, van staat
en vaderland een der grootste gevaren voor
den wereldvrede beteekende.
Zoo ligt dit Pontificaat voor ons, als een
periode van den hoogsten en verantwoorde-
lijksten arbeid voor het welzijn van Kerk en
geloovigen, ais een ontzaglijken strijd, met on
vermoeibare energie voor de redding der zie
len gevoerd. En als dan morgen onze gedach
ten naar het Katholieke Rome, het centrum
der Christenheid gaan, dan zullen we dankbaar
der Vader gedenken, die steeds een onuitput
bare liefde vbor zijn kinderen getoond heeft.
Maar tevens zullen onze gebeden opstijgen tot
God, Wiens Plaatslbekleeder op aarde de Paua
is, met de smeeking, dat do H. Vader nog
lange, lange jaren voor de Kerk behouden mag
blij ven