JOANNES DOMINICUS
JOSEPH AENGENENT,
dsl ^'.531,
DINSDAG 9 FEBRUARI 1932
U5TITIA-E.T-PAX-
R. K. STAATSPARTIJ.
Door de de genade Gods en de gunst
van den Apostolischen
Stoel
BISSCHOP VAN HAARLEM
veertigjange herdenkmg^ jg
SJ»r K«k h.t
En f kracht bif te zeUaa-
nntK„ .e,n. slotte> in bet economisch leven
li-m G<u leder leidend beginsel. Het libera-
e heeft gemeend, dat de absoluut vrije
ncurrentie het leidende beginsel zijn kon.
aar ofschoon de vrije concurrentie, ge-
ouden hinnen bepaalde grenzen, zonder
twijfel nuttig is, kan zij geen leidend begin
®e' zijn, zooals de ondervinding overvloedig
heeft bewezen. De economische dictatuur
kan zulks evenmin of liever nog minder,
omdat zij een blinde tyrannie en een ge
welddadige macht is. Hooger en edeler
krachten moeten worden opgespoord cm het
economisch leven te leiden. En dat zijn: de
rechtvaardigheid en de naastenliefde.
gezelschap van den stillen
OMGANG.
VERGADERING VAN HET
PARTIJBESTUUR.
WERKPROGRAM VOOR 1932 VAST
GESTELD.
INDISCHE KATHOLIEKE PARTIJ.
dl
NED. ROOMSCHE REIS-VEREEN.
Aan de Geestelijkheid en de Geloovigen
van Ons bisdom
ZALIGHEID IN DEN HEER.
Het zal U niet bevre jden^^rn.nde^ Ge-
loovigen, dat het ^rd'illen richt<,ni een
dezen Vastenbrief tot p t y^g,
■weerklank is op de Encycliek^ m XI bij de
jaar door onzen van de uitvaardi-
ging der Encyci Encycliek Quadrage
gegeven, nam. X jmmer8 ,g
simo anno. Die uiu1 «,Dn„s„
zóóveel beteeken is in den tijd, waar n wij
leven en waarin ook door ons, Katholieken,
op diep ingrijpende verbet-ei ingen in de be-
staande economische verhoudingen wordt
aangedrongen, dat Wij het als een heiligen
plicht beschouwen U, beminde Diocesanen
nader omtrent dit merkwaardige Pauselijke
Document in te lichten. Daar is geen vna»
stuk, dat in onze dagen meer de aandacht
i„ beslag neemt dan het sociale vraagstuk
En het is Ons een vreugde, U het licht dat
ons all^k hee/tn P1„r'stus°ve>' dit actueele
vraagstuk heeft doen schijnen, in a> ziin
he'derheid te moge j00"^ Wel jn de
Enay leest onL u'J' Wanneer men haar
S0*,., rht vfd®rscheiden: allereerst een
aan a. a' lvo'?ens een aansporing, en
ten slotte een waarschuwing.
I. een aanklacht.
»,AIL€r?rst l3evat de Encycliek een aan
klacht tegen de fouten, die ons tegenwoor
dig productiestelsel aankleven. En wanneer
ij die aanklacht in één woord willen
samenvatten, dan moeten Wij zeggen, dat
de I aus het economisch liberalisme aan
wijst als de groote schuldige, als de oor-
zaak van alle misstanden.
Gij weet, bem. geloovigen, wat onder eco
nomisch liberalisme moet worden verstaan.
Het is het systeem der ongebonden vrijheid
op het terrein van het sociaal-economische
leven, 0p terrein dus, waarop de ver-
ingen tusschen werkgevers en werk-
rein rw Ir,oeten worden geregeld, het ter-
elkanderaon°t" handelaars en consumenten
ren moeten en de prij'zen der wa"
waarop de J!?rden bepaald, het terrein,
handel, IandboUw tters in v«'"band met
doen gelden. Het is°h "liV6,-heid hun invloed
van het Individualis de als 5164 8vsteem
misch terrein, dvv zma °P sociaal-econo-
hetwelk ieder individu 'vo stelsel> volgens
zorgen zonder dat de nr°r ?'icb ze'ven mag
béid bij het sociaal-econ^^ der z&delijk-
regelend en heerschend hoi JniScl1 handelen
het stelsel derhalve, waarh" °P te treden>
lang tot eenig motief bii j"1 bet eigenbe-
handelen wordt verheven h econ°misch
van het egoïsme. Dat systeem Stelsel dus
Paus Pius XI zoo krachtig m Wordt door
niéuwe Encycliek veroordeeld °Sel'jk in de
Het is merkwaardig, 0p hoeve
in de Encycliek dat economisch T p'aatsen
als de oorzaak van de tegenwoorrii,TJera'isme
misstanden wordt aangeduid. Eng\ySücia,e
gen dan ook zeggen, dat deze Zencib m°"
Encycliek is vooral tegen het ecor,oI!f d®
liberalisme. Zeker, ook het socialisme wmn
er in door den Paus veroordeeld en
wordt het nog eens nadrukkelijk onvereenj 8
baar verklaard met onze katholieke ievens.
beschouwing. Maar maken ij een verge.
lijking tusschen Rcnm Nona rum en q1I(1
dra.gesimo anno, dan kan het me ande^
dan Ons opvallen, dat de eerste Encycliek
veel uitvoeriger tegen het socialisme op
treedt, terwijl de jongste Encycliek veel meer
de aandacht vestigt op het economisch libe
ralisme. En nu zeggen Wij niet - Wi]-
len er prijs op dit nogmaals uitdi'Jk j
t-< bevestigen dat alle liberale werkgevets
practisch dat stelsel beleven. Maat
systeem is er, en het heeft een verderienj-
ken invloed uitgeoefend, zoodat zelfs ook
at.holieke werkgevers er door werden aan
getast met het droevige gevolg, dat luizen
en en nogmaals duizenden katholieke ar
beiders aan de Kerk den rug hebben toege-
«®rd en het geloof hebben verloren, in de
meen'"8' a' Was 4)61 dan ook een valsciie
toegemh' dat aan de Kerk moest worden
opzicht^rÖVPn' wa4 v'elen harer kinderen ten
liefde jn V?n rechtvaardigheid en naasten-
En misciPc„ economisch leven misdreven.
Allereerst6VVOrdt er veel-
lang niet alti. ea,ntwoordt het arbeidsloon
vaardigheid, aan liefgeen door de recht-
mastenliefde IV" a,gflmeen welzijn en de
S deze drie8e(;°;;de'-d wordt. Want ter-
eischen, dat Vol^0" lo°n
„un gezin t« is om een arbeider
vele gevallen ben^bliJft dit in
In (le tweede plaa? dle Srens-
vidualistische g*gst 8 ^rzaakt de indi-
meertnalen met geb«at de eigendommen
God wordt worden, zooals
het bezit van de goeder^ VVant ofschoon
gens Gods bestel Particu" dezfr,Wereld vc'-
overeenkomstig dp f h®2'1 moet ziin-
ft rekken ten bate van a„de dat zij ook
Paus zegt het onomwondened t Doch de
klassen van menschen niet volgens billijk
heid ten goede komen".
Ten derde, wat nog erger is, niet alleen de
materieele belangen van velen worden niet
voldoende verzorgd, maar ook de geestelijke
belangen worden lang niet genoeg behar
tigd. „Ons hart siddert, zegt de Paus, als
wij denken aan de groote gevaren, waaraan
in de hedendaagsche fabrieken de deug
der werklieden (vooral de jongere) en de
eerbaarheid van meisjes en vrouwen won
blootgesteld".
Bovendien diezelfde geest boe t er toe ge
leid, dat in onze dagen meermalen door een
ongebreidelde zucht naar overheersch.ng
een „onbegrensde macht wordt uitgeoefend
op het economisch leven door degenen aan
wie de eigenaars hun goederen ter bewa
ring en beheer toevertrouwen. Dezen ge
bruiken ze somstij# ..geheel en al volgens
eigen inzicht en oordeel", en oefenen een
despotische economische overheersching"
uit. waaronder met minder dan de werk
nemers ook de werkgevers zuchten, door
dat de ondernemingen van hen afhankelijk
zijn. Uitte zicb vroeger het egoïsme meer in
den strijd van den enkeling tegen den
enkeling, thans uit het zich bijzonder in een
concentratie van machthebbers, die op het
economisch leven een ware tyrannie uit
oefenen.
Vervolgens is het een zeer groote fout dat
in onze maatschappij de lichamen ontbre
ken, die met publiek gezag de regelingen
kunnen treffen, welke op sociaal-economisch
•"'fie? In ÏÏV^- DS burS©rlijke overheid
Lffipn F °m rin naar hehooren te
voorzien. En nn het individualisme de
vroegere corporaties, die van de overneid de
meTautSiMdden °ntVangen om dit alles
kunn ie regelen> heeft doen verdwij-
orizani-pf e" burgers in hun honden en
deze mi» 168 TeI eeni&en steun vinden, maar
de nnori'Serii autoriteit, die noodig is om
Zietdaar, Bem. Geloovigen, de verschrik
kelijke aanklacht van den Plaatsbek'eeder
van Jesus Christus tegen de structuur van
het economische leven onzer dagen.
Wij zullen thans zien, welke de genees
middelen zijn, die door den II. Vader wor
den aangegeven.
II. EEN AANSPORING.
Die geneesmiddelen zijn er twee. En de
Vader der Christenheid richt als het ware
een smeekbede tot de geheele wereld om
toch die twee middelen tot herstel der
sociale orde aan te wenden. Maar het is
duidelijk, dat die aansporing in de aller
eerste plaats bedoeld is voor allen, die den
Naam van Christus belijden, omdat zij ver
plicht zijn aan de wereld het voorbeeld te
geven.
Welke zijn dan die middelen De Paus
zegt liet zoo duidelijk: „twee dingen vooral
zijn noodzakelijk, hervorming van bestaan
de inrichtingen en verbetering der zeden".
Allereerst hervorming van bestaande in
richtingen. En daarmede bedoelt de Paus,
dat ons aller streven er op gericht moet zijn'
om te komen tot de instelling van die open
bare lichamen, die men in den laatsten tijd
aanduidt met den naam van „bedrijfsschap-
pen". Welken naam men ook kiest, zakelijk
worden er onder verstaan instellingen, die
door de burgerlijke overheid worden be
kleed met het noodige gezag om de zaken,
die het economisch leven betreffen, te rege
len en te ordenen. Zij moeten zijn samen
gesteld uit afgevaardigden van de groepen,
voor wie de te maken regelingen van be
lang zijn. Tot nu toe heeft de Staat zelf
noodgedwongen zich met die regelingen moe
ten bemoeien. Maar practisch is het hem
onmogelijk om afdoende regelingen voor de
uiteenloopende belangen te treffen, en bo
vendien is het ook onlogisch en een versto
ring van de goede orde, om datgene, wat
door een kleinere en ondergeschikte gemeen
schap tot stand gebracht kan worden, naar
een hoogere gemeenschap te verwijzen. Aan
de instelling dezer lichamen moeten mede
werken de reeds bestaande sociale vereeni-
gingen. Daaraan moeten volgens den Paus
ook medewerken de staatslieden, wier so
ciale politiek daarop moet gericht zijn.
Daardoor zal een belangrijke stap gezet zijn
orn het individualisme in het economisch
'even te doen ophouden. Daardoor zal tevens
ook veroordeeld zijn de betreurenswaardige
k'assenstrijd. Want die instellingen steunen
op het princiep der solidariteit, het princiep
er harmonische samenwerking van de be-
'okken partijen.
de. 0cb zal met het in het leven roepen van
scm bedrijfsschappen de orde in de maat-
niet hersteld en de sociale vrede
instilerzekerd z'in- Op het invoeren van die
tiri <lteo alleen mogen wij onze verwacli-
het°on n'8t te booS bouwen. De Paus zegt
uitdruk?l6firdere P'aa,sen van de Encycliek
nieuwde vdór a"es noodig een her-
pogingen ll(levin0 van de zedenwet. „Alle
zoo zegt de maatschappij te hervormen,
geen genp 4 0'a'' zul'en vruchteloos zijn en
schen wePt.Snndde' zal baten> tenzij de men-
Lot de leer uPenHik en oprecht terugkeeren
verklaart hij '1et Evangelie." En daarom
heropbouw de?' "dat die z0° f?ewenscWe
gegaan worden r"aa,sch''PPij moet voorn f-
den christelijker, vernieuwing van
En dan noemt
i.„ictoliike f,Q„- Paus in het bijzonder de
moeien Mjn l„V'e iel.S«"tle b»gI°"
bereikt worden het waa,°nea'ar &"e
Le0 Waar°P door Pius XI
nog eens te e'e nadruk wordt gelegd,
n.l. dat de ai e1 eisstand zal worden opge
heven, en dat in de toekomst „de voortge
brachte goederenovervloed in ruimere mate
ook ten deel valle aan hen, die den arbeid
praesteeren", m.a.w. dat ook „de arbeider
door spaarzaamheid zijn bezit hooger kunne
opvoeren, opdat door een verstandig beheer
de lasten van het gezin met meer gemak en
minder zorgen door hem gedragen kunnen
worden", en opdat hij „ook de rustige zeker
heid kan hebben, dat na zijn dood voor zijn
achtergebleven betrekkingen eenigszins is
gezorgd."
En dan wijst hij er vervolgens op dat aan
de liefde een nog voornamere plaats moet
worden toegekend dan aan de rechtvaardig
heid. Letterlijk zegt hij: „Bij dit alles neemt
de liefde de voornaamste plaats in." Hij wil
geenszins, dat deze in de plaats treedt van
de rechtvaardigheid. Maar hij noemt hen
„onbezonnen hervormers", die louter en al
leen van de rechtvaardigheid de oplossing
van het sociale vraagstuk verwachten.
Evenzeer als Wij kunnen zeggen dat deze
Encycliek de veroordeeling bevat van het
economisch liberalisme, hetwelk het egoïs
me ten troon verhief, zoo mogen Wij ook
zeggen, dat deze Encycliek is de Encycliek
van de naastenliefde. Want „de rechtvaar
digheid alleen zal nooit in staat zijn de
menschen te vereenigen in een hartelijke
eensgezindheid". Zulks kan alleen de naas
tenliefde, waardoor men elkanders belangen
leert begrijpen en waardeeren, waardoor
zoowel liet egoïsme als de klassenstrijd
wordt uitgebannen, en waardoor van zelf
een harmonische samenwerking tusschen de
verschillende klassen tot stand komt. Op de
harmonische saménwerking tusschen de
klassen wordt door den Paus heel, in het. bij.
zonder de nadruk gelegd. Die samenwerking
kan alleen tot stand komen, wanneer er
heerscht een geest van ware solidariteit, en
die solidariteit is onmogelijk zonder oprech
te naastenliefde. Alles, wat daarmede in
strijd is, staat in den weg aan het zoo nood
zakelijke herstel der maatschappelijke orde.
Op het aankweeken van dien geest van naas
tenliefde, solidariteit en harmonische ja.
menwerking moet dus ons streven vóór alles
gericht zijn.
De Paus eindigt dan ook met een krachtige
aansporing tot alle Christenen, om aan het
herstel der maatschappelijke orde door vol
ledige beleving der christelijke zedenwet
mede te werken, en op die wijze een verhe
ven apostolaat uit te oefenen.
III. EEN WAARSCHUWING.
Wij komen nu, Bem. Geloovigen, aan het
derde punt, waarop Wij U wilden wijzetl
De Encycliek bevat namelijk ook een ernsti
ge waarschuwing, om namelijk bij onze cri-
tiek op de bestaande toestanden ons te wach
ten voor overdrijving. Al is de aanklacht
geweldig, al is de aansporing om te herstel
len krachtig, een waarschuwing om niet te
overdrijven acht de Paus toch op haar
plaats. Zoo wijst hij op het goede, dat bin
nen het raam der bestaande orde in de laat
ste tientallen van jaren, vooral na het ver
schijnen van Berum Novarum is tot stand
gekomen, op de vele verbeteringen, die de
arbeidende klasse reeds verkregen heeft. Z0o
verheugt hij zich er over, dat de toestand,
waarin de arbeiders verkeerden bij de ver
schijning van genoemde Encycliek van
Leo XIII, „in onzen tijd niet meer in gelij
ken omvang bestaat", en dat de arbeiders
van onze dagen „zich ruimere en zekerder
bestaansvoorwaarden hebben weten te ver
schaffen". Zoo spreekt hij zelfs van „heer
lijke vruchten", die door het zaad, hetwelk
in Rerum Novarum werd uitgestrooid, tot
heil der menschheid zijn voortgebracht.
En daarom mogen wij ons tegenwoordig
productiestelsel volgens Pius Xl niet ver
werpen als een stelsel, dat in zich zelf te
veroordeelen zou zijn, Pius XI verklaart,
dat ook Leo XIII zulks niet deed, en hij be
aamt diens rneening ten volle door te zeg
gen: „en inderdaad, uit zich zelf is het ook
met verkeerd." Daarom moeten wij ons
wachten om evenals de socialisten en com
munisten de kapitalistische productiewijze
J ZOddanif ,e bf trijden en te eischen, dat
dit stelsel als zoodanig moet verdwijnen. Al-
lem de verwording van het stelsel moeten
ij met alle klachten tegengaan en die ver
wording is vo gens den Paus dan aanwezig,
wanneer het kapitaal alleen zijn eigen be-
angen op het oog heeft en geen rekening
houdt met de menschelijke waardigheid van
den arbeider. De Paus leert ons dus, dat wij
de zonder twijfel groote fouten, die het stel
sel nog aankleven bij al de verbeteringen,
die reeds verkregen zijn moeten bestrijden,
maar niet het stelsel in zich. Met deze be-
teekenis van onzen strijd moeten onze uit
drukkingen in overeenstemming zijn Anders
stchten wij onberekenbaar groote verwar
ring zoowel bij werknemers als bij werkge
vers, terwijl wij tevens groote schade doen
aan het streven naar de harmonische sa
menwerking tusschen deze twee maatschap
pelijke klassen, die toch volgens den Paus
vóór alles noodzakelijk is.
Een tweede fout, waarvoor wij ons moe
ten wachten, en die verband houdt met de
zoo juist genoemde, is te meenen, dat het
arbeidscontract of het loonstelsel in zich on
rechtvaardig is en dus eveneens moet ver
dwijnen en plaats maken voor een ander
stelsel. De Paus aarzelt niet om deze mee
ning te bestempelen als „een dwaasheid",
en als „een schandelijk onrecht", aan Leo
XIII aangedaan, die het loonstelsel als zoo
danig onomwonden aanvaardde in Rerum
Novarum. Wat wij volgens den Paus wel
mogen doen, en wat hij zelfs gewenscht
acht, is dat wij er naar streven om het loon-
contract „voor zoover dit mogelijk is", aan
te vullen door andere instellingen die den
arbeiders ten goede komen. Wij denken hier
aan het maatschapscontract, aan het stelsel
van aandeel in de winst en aan het arbei-
derssact.ionariaat, d.w.z. het stelsel, waarbij
de arbeiders aandeelhouders worden in de
onderneming. Maar het looncontract als in
zit li onrechtvaardig veroordeelen is niet
overeenkomstig de leer van den Paus.
Een derde fout, waartegen Pius XI waar
schuwt, is de meening, dat de arbeid de
eenige titel is, waarop men inkomen mag
genieten, en dat ieder inkomen of bezit,, als
het niet door arbeid verkregen wordt, als
onrechtvaardig moet wórden veroordeeld,
m.a.w. de meening, dat ieder arbeidsloos
inkomen moet verdwijnen. De Paus noemt
deze meening „gevaarlijk1 en geschikt om
te misleiden. Er waren er, die zich ten gun
ste van die meening beriepen op de woorden
van den IF. Paulus in zijn brief aan de Thes-
salonicensen: Wie niet werken wil, moet
ook niet eten" (2 Thess. 3, 10). De Paus noemt
dit beroep „even dwaas als ongegrond".
Want de Apostel veroordeelde met die woor
den alleen „hen, die zich van werken ont
houden, ofschoon zij werk kunnen vinden
en moeten werken; doch dat de arbeid de
eenige titel is, waarop men onderhoud of in
komen mag ontvangen, leert de Apostel, zoo
zegt de, Paus, in het geheel niet".
Zietdaar, Bem. Geloovigen, de korte in
houd van den heerlijken Zendbrief, die in
de geschiedenis voortaan zal worden aange-
teelsend als een nieuw bewijs van de groote
wijsheid en den onverschrokken moed van
onzen Heiligen Vader Pius XI, de de won
den, waaraan de wereld lijdende is, wist
bloot te leggen en in haar diepte te peilen,
en voor de verdwaasde wereld openlijk als
aanklager durfde optreden en een krach
tige aansporing richten om van den
ingeslagen weg terug te keeren, terwijl hij
tevens in zijn voorzichtigheid en bezorgdheid
zijne kinderen over de gansche aarde meen
de te moeten waarschuwen om zich te wach
ten voor overdreven critiek.
Wat Wij van ganscher harte hopen, is
dat de ideeën van Onzen II. Vader, in
Quadragesimo anno neergelegd, gemeengoed
mogen worden van al de Ons onderhoorigw
diocesanen. En daarom roepen wij a) onze
Priesters op om allereerst die ideeën in zich
op te nemen en ze als apostelen te verkon
digen. Maar Wij doen ook een dringend be
roep op de leeken in Ons Bisdom, om toch
gevolg te geven aan de aansporing van den
Palis om ieder voor zich met alle krachten
mede te werken aan het herstel der maat
schappelijke orde door in de beoefening van
de rechtvaardigheid en de naastenTéfde bij
al hun economisch handelen een voorbeeld
te zijn voor de anderen, opdat van ons, kin
deren der Katholieke Kerk, een heilzame
stuwkracht moge uitgaan tot vernieuwing
van de wereld in Christelijken geest.
Wij gaan tegemoet een tijd van gebed en
boete. Bidden wij in den H. Vastentijd meer
dan anders, en maken Wij daarbij deze in
tentie, dat de stem van den Paus moge ge
hoord en gevolgd worden, en dat wij Katho
lieken, zelf in de eerste plaats zijn theorieën
in practijk mogen brengen. En wanneer wij
in dezen tijd ook boete doen, welke, naar
wij hopen, zich niet tot de voorgeschreven
vasten en onthouding zal beperken, dan
moge die boete worden verricht in den geest
van onthechting aan het aardsche opdat in
ons moge groeien het besef, dat niet het op
stapelen van stoffelijke goederen ons levens
doel mag zijn, maar dat wij er naar moeten
streven, dat aan ieder een redelijk deel ervan
ten goede kome, Bidden wij voor onzen H.
Vader Paus Pius XI, die ons zulke heerlijke
lessen gaf voor het herstel der maatschappe
lijke orde, en ook voor H.M. onze geëerbie
digde Koningin, die ons in haar Kerstrede
op zoo echt christelijke wijze wist op te wek
ken om met moed en vertrouwen de moeilijk
heden van dezen tijd te dragen.
En zal dit Ons herderlijk schrijven op Zon
dag Quinquagesima in alle kerken van Ons
Bisdom en in alle kapellen, waarover een
Rector is aangesteld, op de gebruikelijke
wijze worden voorgelezen.
Gegeven te Haarlem, den lsten Februari
1932.
J. D. J. AENGENENT,
Bisschop ~an Haarlem.
Op last van Z. Hoogw. Excellentie,
TIL W. PICHOT,
Secretaris.
De jaarvergadering te Amsterdam.
Zondagmiddag is ln het gebouw van de
Maatschappij vóór den W U'kenden Stand te
Amsterdam de een-en-vijftigste jaarvergade
ring gehouden van het Gezelschap van den
Stillen Omgang. De bijeenkomst, welke werd
bijgewoond door den moderator den Hoog
Eerw.Heer Dr. G. C. Kanunnik van Noort,
deken der hoofdstad werd geleid door den
vice-voorzittei, den heer L. A. P. M. v. d.
Broeke, die in zijn openingswoord herinnerde
aan de luisterrijke viering van het gouden be-
staansfeest.
Uit het jaarverslag van den secretaris, den
heer Takes, bleek, dat in het afgeloopen jaai
zeven nieuwe afdeelingen tot het Gezelschap
zijn toegetreden, waardoor het totaal aantal
afdeelingen buiten Amsterdam tot 129 is ge
stegen. Daarna was het woord aan den Hoog-
Berw. Heer Deken Lucassen van Beverwijk,
die zich bereid had verklaard de vergaderden
toe te spreken.
Over enkele weken aldus de gewijde rede
naar, zal Amsterdam wederom de jaarlijksche
grootste manifestatie van den Stillen Om
gang aanschouwen, van den nachtelijken tocht
van duizenden mannen der Amstelstad, ver
sterkt met duizenden uit den lande. Kop aan
kop, en schouder aan schouder zullen zij weer
trekken om de Heilige Stede om te getuigen
van Hem, die is in het Allerheiligst Sacra
ment en Die was in het vuur.
In de donkerte en de stilte van den nacht
zullen zij gaan, maar het gaat om hulde te
brengen aan de Zonnen Zioon en in Zijn
licht is het al niet duister en de stilte zal
worden verdreven door den gloed van de
liefde tot Hem, Die heeft gezegd „Die Mij
volgt wandelt niet in de duisternis".
Na een historische uitweiding betoogde spr.,
dat de stille Omgang moet zijn niet maar een
jaarlijksche uiting, maar de inzet van een
Eucharistische actie, een bron van liefde tot
de Heilige Eucharistie. In de dagelijksche
H. Communie zullen de Ommegangers hun
liefde tot bet Heilig Altaarsacrament moeten
voeden en levendig houden en sterkte en
kracht ontvangen om in dezen ontredderden
tijd zich staande te houdei (luid applaus).
De voo. bitter verwelkomde daarna nog
Pater F. Duynstee O. E. S A. een groot
vriend van het gezelschap en bevorderaar van
de devotie tot het H. Sacrament van Mirakel
in Utrecht. Spr. knoopte aan dezo begroeting
de verblijdende mededeeling vast, dat Z. H.
Exc. Mgr. J. H. J. Jansen, de aartsbisschop,
het voornemen heeft dit jaar aan het hoofd
van de Utrechtsche Ommegangers den nach-
teljjken tocht mede te maken.
Vervolgens werd aan Pater Wesselink
O.S.S.A. gelegenheid gegeven eenige woorden
van propaganda te spreken voor deelneming
aan het Int. Eucharistisch Congres te Dublin.
Protest tegen Spanje.
Tenslotte werd voorlezing gedaan van het
volgende telegram aan den Spaansehen presi
dent, waarin wordt geprotesteerd tegen de be
handeling der katholieken in Spanje:
„Het Gezelschap van den Stillen Omgang,
katholieke vereeniging van circa 150.000 Ne-
derlatidsche mannen, in vergadering bijeen
te Amsterdam, spreekt als zijn meening uit,
dat de maatregelen door hun gegeering geno
men, ten zeerste ln strijd zijn met de moderne
opvattingen en protesteert met nadruk en
met gerechtvaardigde verontwaardiging tegen
opheffing van en de verdrijving uit Spanje
der Juzuietenorde.
In naam der gerechtigheid, van het gezond
verstand en van de vrijheid, verzoekt het Ge
zelschap U onmiddellijk, pinnen de grenzen
der mogelijkheid, deze besluiten te willen ver
nietigen, ais zijnde uit den tijd, de mensch
heid onwaardig en door de geheele Christen
wereld afgekeurd".
Door luid applaus betuigde de vergadering
hsar instemming met dit protest.
Het vraagstuk der Jongeren
organisatie.
Op Zaterdag 6 Februari j.l., 11 uur v.m., hield
het Partijbestuur der R.-K. Staatspartij een
vergadering in het Parkhotel te Amsterdam.
Afwezig was de heer mr. Bomans (Haarlem).
Voor den heer Van Voorst tot Voorst (Gelder
land) was aanwezig diens plaatsvervanger, de
heer Th. Schaars. De overige bestuursleden
waren aanwezig.
1. Na opening door den voorzitter, mr. Go-
seling. en na de behandeling van ingekomen
stukken deed de voorzitter eenige mededeelin-
gens namens het D. B.
Als onder-voorzitter is door het D. B. aan
gewezen de heer mr. J. Hou ben (Tilburg), cn
als penningmeester de heer mr. E. baron Van
Voorst tot Voorst (Gelderland).
Als redacteur van het partij-maandschrift,
dat deze maand zal verschijnen, werd aange
wezen de Partijsecretaris, terwijl de algemeene
richtlijnen voor de redactie werden vastgesteld.
Het Centraal Adviesbureau voor Gemeente
politiek is reeds in volle werking getreden en
mag zieh in groote belangstelling verheugen.
Als gedelegeerd lid van het Partijbestuur in
het Bestuur der Federatie van Bonden en Cen
trales van R.-K. gemeenteraadsleden in Neder
land werd aangewezen de heer Van Voorst tot
Voorst, lid van het D. B.
2. Goedgekeurd werd een reglementswijzi
ging van de R.-K. Rijkskieskringorganisatie
Leiden.
3. Het schriftelijk verslag door den Partij
secretaris uitgebracht over de vergadering d.d.
9 Januari 1932 van het Comité Exécutif van
het Internationaal Secretariaat van Katholieke
Partijen, werd na mondelinge toelichting voor
kennisgeving aangenomen.
Jongeren-organisatie.
4. Op verzoek van het D. B. werd een korte
schriftelijke uiteenzetting gegeven over den
stand der werkzaamheden der Commissie voor
het vraagstuk der Jongeren-organisatie Het
overleg met de afgevaardigden der verschil
lende Jeugdorganisaties is beëindigd. Naar
aanleiding daarvan wil de Commissie zich na
der beraden, alvorens haar rapport uit te bren
gen. Het P. B. nam met belangstelling kennis
van de werkzaamheden der Commissie en ver
trouwt spoedig tot een beslissing te kunnen
komen. Met voldoening werd geconstateerd,
dat in verschillende kringen voor dit vraagstuk
groote belangstelling bestaat. Pa.stoor Over-
meer deelde mede, dat men in Friesland voor-
loopig reeds begonnen is, geheel in den geest
van den opzet der Commissie en dat deze
actie zeer veel medewerking ondervindt.
Deze mededeeling gaf den voorzitter aanlei
ding Friesland te danken voor de activiteit,
welke in dien Kieskring wordt ontwikkeld, en
het gouden jubilé van den Frieschen Bond te
herdenken.
Werkprogram 1932.
5. Vastgesteld werd het werkprogram voor
1932.
a. Politieke Bijeenkomst Amersfoortop 2
en 3 April 1932. Als onderwerp werd gekozen:
„Wat beteekent het parlementair stelsel, nu
en in de toekomst, voor het welzijn van het
Nederlandsche volk
De inleiders voor dit onderwerp zullen zoo
dra mogelijk worden bekend gemaakt.
b. De Voorjaars-Partijraadsvergadering zal
worden gehouden in Nijmegen, in de tweede
helft van Mei. Een der agenda-punten zal zijn
de behandeling van de wijzigingsvoorstellen van
het Kiesreglement.
Na het reglementair voorgeschreven over
leg met den voorzitter van den Partijraad zullen
datum en definitieve agenda worden gepubli
ceerd.
c. In de Najaars-Partijraadsvergadering
komt het program-1933 aan de orde. In den loop
van den zomer zal het P. B. het ontwerp daar
van vaststellen. Het D. B. heeft bereids de
eerste stappen gezet ter uitvoering van de voor
bereidende procedure volgens art. 15, lid 8 Par
tijreglement.
d. In October 1932 zal de procedure in het
Kiesreglement voorgeschreven voor de candi-
daatstelling 1933 een aanvang nemen.
De toestand in Spanje.
6. Op voorstel van het D. B. werd besloten
aan de Spaansche regeering een protest-tele
gram te zenden van den volgenden inhoud
Het Bestuur der R.-K. Staatspartij in Ne
derland, staatkundige organisatie, waarhij
367.000 Katholieken zijn aangesloten, pro
testeert tegen de maatregelen door de Spaan
sche Regeering genomen tegen de Spaan
sche geloofsgenooten, de religieusen en in
het bijzonder tegen de Jesuieten.
GOSELING, voorzitter.
TEULINGS, secretaris.
7. Na gehouden rondvraag werd de verga
dering om ruim 1 uur geschorst.
Kiesreglement.
8. Om 2 uur werd de vergadering heropend
en werd aan de orde gesteld de behandeling
van het voorstel tot wijziging van het Kies
reglement 1927 op verzoek van het P. B., ont
worpen door de Commissie tot toetsing van
het Kiesreglement 1927 aan de daarmede in de
practijk opgedane ervaringen. Van deze Com
missie waren mede ter vergadering aanwezig
de keeren Kuiper, Suring en Kevenaar.
Na uitvoerige bespreking werd het voorstel
der Commissie, behoudens enkele kleine wij
zigingen door het P. B. overgenomen. Het zal
als voorstel van het P. B. aan den Partijraad
worden voorgedragen. Zoo spoedig mogelijk
wordt het ontwerp gepubliceerd. De Kies-
kringbesturen zullen worden uitgeuoodigd het
Ontwerp In de plaatselijke Kiesvereenigingen
te doen behandelen, en op grondslag dezer be
handeling tijdig amendementen in te dienen.
De vergadering werd om 5 uur gesloten.
Het nieuwe hoofdbestuur.
DJOCJAKARTA, 8 Februari. (ANETA).
De alhier geihouden partijdag van de Indische
Katholieke Partij heeft een nieuw hoofdbe
stuur gekozen bestaande uit de heeren J. A.
Monod de Froideville, voorzitter; J Mreyen,
onder voorzitter; C. A. Zoutzeling, penning
meester; H. J. Men tink, 1st* secretaris; P.
Trorop, 22# «eoretsria
in
va*1
Reel. 585 DG VS
Jaarvergadering te Haarlem.
Beperking tot het eigenlijk doel
geboden.
Zondag werd te Haarlem de algemeene leden
vergadering der Ned. Roomsche Reisvereeni*
ging gehouden. Allereerst werd des morgens
een H. Mis gecelebreerd, waarna allen in ver
gadering bijeen kwamen in het gebouw van
den Haarlemschen Kegelbond.
De voorzitter van de afdeeling Haarlem, de
heer Joh. Beijk. heette allen welkom.
De waarnemend bondsvoorzitter, de heer
B H. F. Stumpel, sprak hierna het openings
woord.
Dan was het woord aan den bondsmoderator,
rector Wennen, die zeide toe te willen lichten
het feit, dat de vereeniging thans plotseling
een geestelijk raadsman heeft. Over de benoe
ming hiervan is een uitvoerige correspondentie
gevoerd met Z.H. Exc. den Bisschop, aange
zien het moeilijkheden meebracht/daar de
vereeniging nog niet de Bisschoppelijke goed
keuring heeft. Mgr. heeft ten slotte goedge
keurd, dat rector Wennen zich als geestelijk
raadsman aan de vereeniging verbond.
Vervolgens zette spr. het doel der vereeni
ging uiteen.
Wanneer de Roomsche Reisvereeniging dans-
cursussen, dansavonden en bals arrangeert
streeft zij, aldus spr., baar doel voorbij. Dat de
vereeniging dit laatste te veel doet is een der
redenen, waarom zij tot heden nog niet Bis
schoppelijk is goedgekeurd. Blijft binnen de
perken uwer statuten, dat zal de Reisvereeni
ging grooter maken.
Een hartelijk applaus dankte den eerw. epr.,
terwijl de bondsvoorzitter dezen dank in woor
den namens allen uitsprak.
Thans volgden eenige mededeelingen van
Luiishoudlelijken aard. Uit hef jaarverslag
blijkt o.m. dat nieuwe afdeeiingen werden op
gericht te Apeldoorn, Zutphen, Doetlncbem en
Alkmaar, dat het ledental met 437 is gestegen,
en thans bedraagt 6570, dat de heer Jan Bee-
rends tot propagandist der vereeniging werd
benoemd.
De penningmeester, de heer C. Koenraad,
werd gedechargeerd, waarna de begrooting en
het verslag van de commissie voor de reizen
werden goedgekeurd.
Overgegaan werd tot verkiezing van een
voorzitter van het hoofdbestuur, in de door
het bedanken van den heer Mensing ontstane
vacature. De heer B. H. F. Stumpel werd bij
enkele candidaatstelling gekozen. De penning
meester feliciteerde allereerst de vereeniging
met deze benoeming en vervolgens den heer
Stumpel, die reeds vroeger voorzitter van het
hoofdbestuur is geweest. De heer Stumpel
sprak hierna eenige woorden, terwijl hij dank
bracht aan den heer Mensing, voor het vele,
dat deze voor. de vereeniging heeft gedaan.
Bij de nu volgende verkiezing van vier leden
voor het hoofdbestuur werden de heeren A. F.
Schaars (Velp) en J. Walta (Amsterdam) her
kozen en mej. J. Braam (Arnhem) en de heer
Joh. Beijk (Haarlem) gekozen.
In de commissie voor de reizen werden be
noemd de heeren Dieges en Nieuwenhuis.
Aangenomen werd het voorstel van de af
deeling Amsterdam, dat wanneer een reis wordt
uitgevoerd met meer dan 30 deelnemers, zoo
veel mogelijk voor elk 30-tal een leider zal
worden aangewezen. Besloten werd ieder jaar
op een Zondag in den zomer een reünie te
houden van alle afdeelingen. Het voorstel van
de afdeeling 's-Gravenhage, de contributie-af
dracht van het hoofdbestuur aan de afdeelin
gen van ƒ0.30 op ƒ0.50 te brengen, werd na
uitvoerig^ discussies bij stemming verworpen.
Besloten werd bij wijze van proef voor één
jaar leden van andere vereenigingen die over
komen tot de Roomsche Reisvereeniging vrij
te stellen van het betalen van entreegeld.
Besloten werd de volgende algemeene leden
vergadering te Maastricht te houden.
Na de rondvraag, waarbij nog verscheidene
punten werden besproken, volgde sluiting met
den christelijken groet.
Des avonds werd een feestavond gehouden
in den Stadsschouwburg.
RIJKSCOMMISSIE VAN ADVIES VOOR
EXPORTCREDIETGARANTIES.
De Minister van Financiën brengt de volgen
de algemeene bepalingen betreffende export-
credietverzekeringen ter algemeene kennis:
Art. 1. In het belang van de opvoering van
werkgelegenheid hier te lande, kan, met in
achtneming van nader voor ieder geval op
zichzelf of voor groepen van gevallen algemeen,
te stellen voorwaarden, aan daartoe bij dez*
of latere beschikkingen toegelaten credietver-
zekeringmaatschappij de gelegenheid worden
opengesteld om tegen betaling eener premi*
exportcredietverzekeringen ten behoeve van
hier te lande gevestigde ondernemingen bij
den Staat, met behoud van een deel als eigen
risico zoowel voor de onderneming als in den
regel voor de credietverzekering-maatschappij
te herverzekeren, teneinde deze ondernemingen
in staat te stellen betrekkingen met het bui
tenland te onderhouden, te herwinnen of t*
verkrijgen.
Art. 2. De voorwaarden tot toelating van
de credietverzekering-maatschappij zullen hij
afzonderlijke overeenkomst tusschen den mi
nister van Financiën namens den Staat en da
credietverzekërlng-maatsohappij worden gere
geld.
Art. 3. Als credietverzekerlng-maatschappij,
zooals bedoeld bij art. 1, wordt bij deze tot we
deropzegging toegelaten de Nederlandsche Cra»
dietverzekering Maatschappij N.V. te Amster
dam (C.), Keizersgracht 250.
Art. 4. Ondernemingen, die een exporters-
dietverzekering met herverzekering door den
Staat bij 'n credietverzekering-mij. wenschea
af te sluiten, moeten zich daartoe wenden tot
de Rijkscommissie van Advies voor Export-
credtetgaranties, Amsterdam (C.), Rokln 127,
of tot een der toegelaten credietverzekerlng-
maatschappijen.
De credietverzekerlng zelve zal tusschen d«
onderneming en de credietverzekering-maat-
schappij worden afgesloten onder voorwaarden,
welke in de gebruikelijke polis der crediet-
verzekering-maatschappij vervat zijn, behou
dens noodig of wenschelijk blijkende afwijkin
gen.
Art. 5. De geheele behandeling van de ex-
portcredietverzekering, de schaderegeling en
de uitbetaling van de schadevergoeding ge
schiedt uitsluitend door de zorgen van de cre-
dietverzekering-maatschappij ln zooverre ai*
daarvan niet in de overeenkomst betreffend*
4e toelating wordt afgewekM.