ÏS OM NA TE KIeuren! w 1 Iff. ««it? ™riK° Irtó;sX i WOENSDAG NA PASCHEN- VOOR KNUTSELAARS. UIT HET WORMHAND CHILI BEMGEN IN DEN BIJBEI. RECEPTEN UIT VROEGER TIJD. letterraadsel. ZATERDAG 26 MAART 1932 Sails 1 PASCHEN. p HET BORSTKRUIS DER BISSCHOPPEN. BIJ WELKE FABEL? v. HERSEN*GYMNASTijrK/ De oplossing vaB vo"Be Ve'ek. DE ECHOPUT. ONDER DE PAASCH* VACANTIE. WIE DOOLT ER MEE? Oplossing spreekwoordraadsel. Oplossing van den vorigem refons. :H flTHil Heel stil klinkt de zang in het Credo onder de plechtige Hoogmis, waarin van de geboorte des Verlossers wordt verhaald. De priester knielt vóór het altaar het is, alsof men de zachte tonen van avondlijke herdersfluiten hoort, en het ritselen van het stroo in de kribbe van den Kerstnacht„et incarnatus est et Homo factus est". De stilte van den stillen nacht gloeit als oud-kerkegouw door het bedehuis In het kleine kapelletje aan de zee kust, waar 'k m'n jonge jaren sleet, hoorden duidelijk aan het einde van dezen Kerst- zin nit het Credo de oud-organist 'n paar re gisters van het orgel naar voren trekken, want nu moest het zóó dreunen als bij de aardbeving op den Paasch morgen, die den zwaren steen van het graf wegrolde„Et resurrexit tertia die secundum scripturas" „En ten derden dage is Hij verrezen, zooals de Schrift zegt." Toch was het op dien Paaschmorgen in den tuin van Joseph van Arimathea heelemaai niet druk. Slechts het schuifelen van vrouwevoeten werd er gehoord, Maria Magdalena. d'e Graf van haren Vriend bezoeken wilde. Zaterdags had ze niet gekund op Sabbat Mag mocht geen enkele Joodsch-geloovige lange wandeling maken als van 7j1 den hof van den rijke, bij wien jj' nen dood wilde zijn. Maar nauwelijks is die rustdag voorbij, M het bInnen de gen, of de vrome Joouscuv Jerusalemsche muren de spoedt zich, haast nog in het duister, naar de "wa^was'dat De zware steen weggerold i Haar Meester gestolen Dat moeten Petrus en Johannes weten. Van de beide Apostelen snelt Johannes vooruitde zooveel oudere Petrus kan hem niet bijhouden. Zij vonden Jesus niet meer slechts de zorgvuldig opgevouwen kos - hare grafdoeken bewezen, dat hier géén ieven hun slag hadden geslagen die hadden e g waden meegenomen of zich zéker geen gegund ze zoo netjes in de plooien te doen De Apostelen verstonden de Schrift nog niet dat Hij van de dooden zou opstaan, zegt Jo hannes. Dan moeten we ons ook maar niet verwon deren, dat aan de gebeurtenissen in den tuin van den Arimatheër nog tegenwoordig vele menschen geen geloof hechten, als de twee heste vrienden des Heeren al zoo n moeite daarmee hadden. Jesus had half Jerusalem op Zijne Verrijzenis kunnen vragen notarissen hadden een plechtige acte ufT'nen schrijven de Romeinsche overheid een u ieel stuk voor den Keizer te Rom® e hadden alle toeschouwers een unnen afleggen van hetgeen zij hadden ®°,gen aanschouwen maar met die zielige zucht naar menschelljke be wijzen houdt de Zoon uods heelemaai geen re kening, 'n bewijs te méér, dat Hij niet van deze wereld is. Ne®B' de ve'dwachters zult ge aan het open graf zoeken voor het opma ken van eeU ambtel«k proces-verbaal, maar den Engel tfe^ ge er met de goede tijding Hij is verrezen, Hij is niet hier en dat is méér- Uet Hart, Dat op Goeden Vrijdag had opge houden te kloppen, slaat nu voor ons opnieuw en in Zijn eindeloos erbarmen over de men schen. die bet omwonden met een doornen kroon vóór de eerste zonde wéren er geen doornen op aarde Btelde Het na de Verrij- zen is nog twee jj jj Sacramenten in, het ééne, dat ona van de erfzonde ontslaat en het a^eIfge~ledenPaaSchgrroet' 'n Opstandingsgroet „hLi™ Zondaren de Biecht. Als een Fartc den Jods dIe vlamt als de vuurzuI1- eeft de verrVÓÓTffing door d0 Roode Zee' „n de aardJeZen Heüatld nog veeTtig da" vfner^mwandelinri£oefd' de laat8te S!™ 5fde genade af. niet meer uithouden en wij de °ns hart tot een durende lk® morgen voor Z* de ZU Tlam •ouwde »eMe en arbe^ fallgmaker met ver' in deze dagen naar „U8t straalt- Wij ,uia- ter .B.Mnmrs ^et H. Evangelie der aen"1 zoodat zij het niet""gen werden gehou- oogén zijn „gehouden", dat^V" d"ze ombuigen van onzen weg nizj ^et Plotseling bet eenmaal zóóver is, m 1 zien. Wanneer [aüsgangers, „wier De Paaschkaars, gewijd op Paasch-Zaterdag, brandde vroeger niet gedurende heel den Paasr-h- tijd, maar slechts gedurende-de Paaschweek. 's Zaterdags na het feest van 's Heeren Opstan ding werd de kaars in kleine stukjes gesneden en aan de geloovigen uitgedeeld, om en van tegenslag en ongelukken te vrijwaren. Er was altijd veel navraag naar deze stukjes en gere geld bleek de Paaschkaars te klem, om alle menschen tevreden te stellen. Toen namen ze gewone was en mengden daaronder wat van de Paaschkaars was overgebleven. Later kwam het voorschrift héél den Paaschtijd door de kaars te laten branden en toen was het na tuurlijk met het uitdeelen of versmelten der stukjes afgeloopen. Aan dit gebruik herinnert nu de wijding der wassen „Agtius Dei"-medail.les, welke de Paus verricht op Woensdag na Paschen in het éérste later in elk zevende jaar van Zijn bestuur. Het zijn dunne, ovale schijfjes, vijf centimeter lang en iets minder breed. Het Lam Gods (Agnus Dei) staat er 0p afgebeeld, liggend, met een vaantje tusschen de voorpooten daarom heen de zoo bekende woorden „Ecce Agnus Dei, Qui tollis peccata mundi „Ziet het Goddam Dat de zonden der wereld weg neemt Onder het boek, waarop het Lam rust, staat de naam van den regeerenden Paus en soms het jaar zijner regeering. De andere zijde vertoont het beeld van een Heilige even eens met een om-schrift. De wijding geschiedt zóó, dat de Paus water vermengt met balsem en H. Chrysma. Hij ze gent de Agnus Dei, doet 'n linnen doek voor en dompelt de wassen schildjes in het water. Daar na worden zij ,joor de helpende geestelijken OP een linnen tafelkleed gelegd en wéér geze gen Al deze gebeden vragen voor de bezitters nulp tegen de listen van den booze en tegen het soms kwade geweld der natuur, bescher- Pnng voor moeders en haar nog jeugdige kleintjes en Gods heilige bescherming voor alles in hét bijzonder. Al sinds de negende eeuw kende men te Rome het gebruik dezer sacramentaliën d§. Wassen medaillons mogen wèl gedeeld, maar niet beschilderd worden, 's Zaterdags na de wijding overhandigt Z. Heiligheid de Paus één Agnus Dei aan ieder der aanwezige kardina len en aan de leden van Zijn hofstoet. Het Oosten straalt in purperglans Het loflied davert langs den trans, De wereld viert haar zegetij d, De ontstelde afgrond knarst van spijt. Nu de Opperkoning door Zijn kracht Uit voorgéborchtes donk'ren nacht In t licht der eeuw'ge zaligheid Den raad der vaad'ren binnenleidt. Nu Hij, wiens dicht verzegeld graf Een drom van wachteren omgaf, Verwinnend uit de boeien rijst, Den dood in 't eigen graf verwijst. Weg dan met rouw ed tranenvloéd, I Is lang genoeg de smart gevoed, De schitterende Engel kondigt aan: De Heer is zeeg'rijk opgestaan. Zij God den Vader eerbetoon. Met Zijn uit 't graf verrezen Zoon, Alsmee den Geest der heiligheid, In aller eeuwen eeuwigheid. I 'J Wie doet er mee om de ontbijttafel met Paschen een feestelijk aanzien te geven? Bij Paschen hooren eieren, vanouds zinne beeld der Opstanding, luister maar: Onlangs hebben we in „De Maasbode" kun nen lezen, dat edel-smeden een borstkruis aan het maken waren voor den Llmhurgschen bis schop, mgr. Lemmens. Zoo een borstkruis of pectoréél-kruis dragen sinds de Middeleeuwen kardinalen, bisschoppen en abten er zijn ook wel andere geestelijken van rang, gerechtigd tot het dragen van het pectorale, maar dan ge schiedt dit alleen tijdens godsdienstige plechtig heden, dus niet daar buiten. De oud-Romeinsche kinderen droegen zicht baar op hun borst of onder hun kleeren een soort mectei"011 °f „bulla", uit leer of metaal, soms ook uit goud vervaardigd, waarin zich allerlei middeltjes tegen tooverij bevonden; de jongens hielden' dit amulet om, tot dat zij mannekleeding mochten gaan dragen. Deze gewoonte nu werd door de Christenen gedeel telijk overgenomen, maar zij gebruikten deel tjes van het H. Kruis of reliquië'n van marte laren, om zich aldus onder de bijzondere schutse van God en Zijn lieve heiligen te stel len ook doopten zij wel zulk een medaillon in het bloed van een martelaar, dan wel in de lampolie van diens graf. Zij namen deze voor werpen zelfs wel mee ln hun laatste rustplaats en Kerk en Keizer kwamen soms er aan te pas, om allerlei bijgeloof, dat rond deze me daillons ontstond, den kop in te drukken. Het medaillons werd langzamerhand een kiruis, en dat kruis 'n irangteeken voor de liooge geestelijkheid. Gewoonlijk wordt het uit een kostbaar me taal (goud) vervaardigd, en met edelsteenen versierd we lazen immers, dat mgr. Lem mens' borstkruis verrijkt zou worden met „la pis lazuli", dat wil zeggen lazuursteen, reeds den Romeinen bekend en in de Middeleeuwen aangewend in mozaïekwerk, je weet wel, alle maal van die kleine, kleurige steentjes, om door zijn blauwen schijn den hemel aan te duiden. Soms wordt dit kruis aan 'n zijden snoer op de albe gedragen verschillend van kleur naar gelang den rang van den drager; dit vindt plaats, wanneer deze eene plechtig heid verricht. In dit bisschopskruis nu bevin den zich altoos reliqulën, meestal van het H. Kruis, doch ook wel van martelaren, hetgeen duidelijk blijkt uit de woorden van den drager, als hij zich dit kleinood omhangt bij pontificale plechtigheden „Gewaardlg U, Heere Jesus Christus, mij door het teeken van Uw allerheiligst Kruis te beschutten tegen elke overrompeling mijner vijanden en wil mij, Uw nederigen dienaar, verieenen, dat, zooals ik dit kruis, waarin de relieken Uwer Heiligen besloten zijn, op de borst draag, ik gelijkerwijs mijn ziel geves tigd moge houden op de herinnering aan Uw Lijden zoowel als op de zegepraal der heilige bloedgetuigen." ,Een ei, dat is een nieuw steenen graf. Dat er in is, schijnt dood, maar 't kan weer levende uitbreken, 't Is het beeld van Onses Heeren Verrijsenisse", zegt 'n ouë almanak! Wij gaan de eieren versleren, waarvoor ik twee plannetjes aan de hand doe. Het eerste eierdopje is gemaakt van twee rolletjes serpentine. Druk ze uit, ijjm ze op elkaar en zet ze even in waterglas (drogist), hetgeen iets anders is dan 'n glas water, hoor! Het tweede maak je van twee stukjes karton, die onderstaand staan afgebeeld. Je schuift die eenvoudig in elkaar en klaar is Kees! Kleur de eieren en zet ze 'n steek op! Veel succes! Ken je deze put, aan den mooden straatweg van Apeldoorn naar Amersfoort, bij dat kleine cafétje? Over de honderd jaaf oud, want ge graven in 1809 door des goeden konings Lode- wijks bevel, die de boeren uit de buurt aan ■water wou helpen. Zoo diep als 'n kerktoren, baast 80 meter! De Dom van Utrecht is maar meter hooger! Het water is er misschien buik, ik heb het nooit gedronken, maar de eebo is nög puiker! Er hangt een ketting aan rol over de put van méér dan 150 meter; ^®-araan hangen twee emmers; in één ervan zet jj^kum-In wel 'n kaarsje, laat het omlaag en 'n Worm-land. Levért dat dan zooveel wormen op, om mee te gaan peuren? Welnee, maar het ligt, lang-gerekt als 'n worm, tegen de halve Westkust van Zuid- Amerika aan, en is gemiddeld slechts veertig uur gaans, 200 K.M. breed! Toch hoef jë heusch niet te denken, dat 1 maar 'n klein zee meeuwennest aan den Groeten Oceaan is! Dat valt genoeg mee! 't Is altijd nog tweemaal zoo groot ais Duitschland, doch slechts 'n zevende deel daarvan is be bouwd. De naam van de republiek beteekent volgens menschen, die het weten kun nen, „koud", hoewel het met die kou nogal aardig los loopt; alleen in het uiterste Zuiden valt nog wel eens sneeuw, maar verder is het daarginds, ook wat de hitte betreft, best om uit te houden! Héél vroeger woonden de krijgshaftige Indianen van den Araukanen-stam in deze streken; de veroverende Spaansche ontdekkingsreizigers (pl.m. 1550) hadden met deze ongemakkelijke heeren hun handen méér dan vol en gehéél d'ronder gekregen hebben de indringers dit fiere volk nooit. De Spaansche taal is geble ven hetgeen ook duidelijk blijkt uit het Chi- ieensche wapen: 'n vijfpuntige ster waarboven drie struisveeren, vastgehouden door 'n soort hert, dat in Chili leeft, en 'n condor, den roof vogel van de bergketens; het Spaansche onder schrift luidt: „por la razón la fuerza", het geen onze Pransch-leerende kameraadjes direct omzetten in: „pour la raisón ou la force", „voor redelijkheid of kracht Pas merk je goed hoe diep de put wel is. Be*oek tijdens de vacantie? VT-ttt' De Condor. Het is te hopen, dat de eerste het altijd moge winnen van de laatste; zou het ooit op geweld aankomen, het CMleeensclie leger is het beste van heel Zuid-Amerika en de vloot is ook niet mis, want geen knapper matrozen dan Chile- nen! De menschen uit het aangrenzénde Bolivia mogen wei goed daarop bedacht zijn, indien ze door middel van de wapenen een doortocht naar den Grooten Oceaan, dwars door Noord- Chili zouden willen afdwingen, een punt, dat nog al eens tot ruzie tusschen de beide warm bloedige buren aanleiding gaf. Het geheele land heeft maar de helft van het aantal inwo ners van het onze, amper vier millioen, maar ook dit kleine getal zou 'n geducht vijand kunnen worden voor Indringers! Niet de heerlijke boomgaarden met vruchten allerhand, niet de rijke boerenhofsteden en de wijnvelden maken den rijkdom van de repu bliek uit, doch het bezit van dat witte zout, salpeter, dicht onder de aardoppervlakte op de hooè-gelegen pampa's (vlakten) vóórko mend. Dit goedje werd 'n honderd jaar geleden daarginds ontdekt, in het Noorden. Erg aan lokkelijk zag dat woestijngebied tugschen de bergrijen der Andes Cordilleras de los Andes (spreek uit: Cor-diel-je-ra's) er niet uit, het was er droog en planten waren nergens te bekennen, maar dat schrikte de menschen niet af! De „caliche" (ka-lièt-sche), de eigen lijke, derde zoutlaag waar het op aankwam, Werd ontgonnen, gereinigd in kokend water en verscheept. De ingenieurs gebruikten den Chili-salpètër als ontplof fa ngsmiddel voor kanonskogels en zoo; de boeren maakten er een vëei- vreedzamer gebruik van, wamt strooiden het zout over hun akkers bij wijze van kunst mest. Tegenwoordig weet tnen die kunstmest in fabrieken te bereiden en heeft men Chili niet mieer noodig, maar de Noord-Amerikaansche handelaars, die in deze mijnen hun centen sta ken, weten er nog aardig wat aan te verdie nen. Gelukkig voor den staat, die zijn inkom sten langzaam zag achteruitgaan door mede dinging van den kunst-salpeter, wordt er nu ook koper gewonnen, zoodat Chili tot het tweede koperland van heel de wereld werd. (Noord-Amerika het eerste). De hoofdhaven is Valparaiso, 'n Europeesche stad met 200.000 inwoners, waar je alles kunt koopen, wat ook hier te koop is. 'n Paar uur het land in ligt de hoofdstad Santiago, genoemd naar den door den Spanjaard zéér vereerden apostel Jakobus, denk maar aan het beroemde Spaansche Lourdes: San Jago di Campa stella. in Noord-Span je campa beteekent: veld en estrèlla (spr. estreilja): ster, 'n ster wees n.l. de ligging van het stoffelijk overschot van Sint Jakobus aan, ergens in een veld. 'n Merkwaar dige stad, dat Santiago, half verleden, half heden, half Europeesch, half Indiaansch, 's nachts op 'n ster gelijkend, zóó schitterend verlicht, fonkelenden als welke stad van ons werelddeel ook. Groot en plechtig houden de Cordilleras hier de wacht en hun witte sneeuw kleed steekt lichtend af tegen het frissche groen van de renbaan, waar 's Zondags half Santiago heenstroomt. De meeste Chilenen zijn Katholiek en de staat heeft een ambassade (gezantschap) bij het Vatikaan, Santiago en Valparaiso bezitten 'n Katholieke hoogeschool. Véél Duitsche missio narissen zijn er werkzaam. De berg Moria zal eeuwig in aandenken blijven door de opoffering van Izak. De berg Horeb was de plaats, waar Mozes zijn zending ontving en waar hij met zijn staf water uit den steen sloeg, een ongehoorzaamheid door God zwaar gestraft. De wetgeving vond plaats op den Sinaï, terwijl de berg Nèbo de laatste rustplaats voor Mozes wérd, den knecht des Heeren. Mozes was honderd en twintig jaar ■toen hij stierf en nog in zijn volle kracht God zélf begroef hem en niemand heeft zijn graf geweten...... behalve.de duivel, die het lijk van den Nebo wou koimen weghalen om er zijn onheilig spel mee te drijven over de wereld gelukkig dat Michaël, de aartsengel, tussohenbeide kwam en den satan het lijk afhandig maakte. David bouwde zijn burcht op den berg Slon en hier stond eveneens de Arke des Verbonds later werd deze berg de plaats voor het laatste Avondmaal. De berg Karmel is bekend als wijkplaats der profeten Eli as en Elizeüs en op den Koroen-top sprak Jesus de moeilijke Bergrede uit met de zoo bekende acht zaligheden. De Verheerlijking werd door drie apostelen aanschouwd op den Tabor, waar Mozes en Ellas met den verheerlijkten Verlos ser spraken, terwijl aan den voet des Olijfbergs 's Heeren gevangenneming plaats vond en later Zijn hemelvaart Op Golgotha de kruisiging, dat bloedige offer der verlossing. De bergen spelen in het Oude en Nieuwe Testament ©en groote rol om ons erop te wijzen, dat wij het Goddelijke moeten naderen met een boven het lagere aardsche leven verheven geest. De ouderwetsche dokters konden soms raar met de zieken omspringen, gelijk uit de aan- teekeningen van den Zwitserschen arts, dr. Konrad Gessner, die vóór 350 jaar leefde, dui delijk blijkt. Zijn geneesmiddelen leer werd in -1557 uit het Latijn in het Duitsch vertaald, waarbij men met 'n stalen gezicht verkondig de, dat 't nijlpaard onder de vlsschen moest worden gerekend en de vleermuis tot de vo gels! Zeker omdat 't griezelige dier zoo schoon zingen kan! Zieke armen en stijve beenen werden 't best genezen met eksters! Deze arme dieren m-oesten Jevend in stukken worden gesneden en die stukken dienden dan op de zeere plek ken te wo-rden gelegd. Hielp dat niet, dan ondergingen de zwaluwen hetzelfde wreede lot; vossen werden levend gekookt, vleermui zen in kokend pek gedompeld, levend natuur lijk, jonge ooievaars verbrand in aarden va ten! Gieren werd de huid afgestroopt en wat dan nog overbleef op wijn gezet, om te „trek ken!" Den hoorn van den éénhoorn kon men gebruiken als tegengif bij slangenbeet; nu deed zich hierbij het ongerief voor, dat nog nooit iemand, ook dr. Gessner niet, zoo'n een hoorn gezien had, laat staan: 'n hoorn eraf genomen om daarvan medicijn te bereiden. Over zulke kleinigheden vielen die oude ge- neesheeren evenwel niet. Spuw van paarden en ezels werd als 'n kostelijk drankje verzameld en de veeren van sommige vogels deden den zieken zeer vee] goed!! Zoo werden pauwe- veeren verbrand en de walmen ervan in zeere of ontstoken oogen geblazen! Vond men hij dit middeltje geen haat, dan moest warm duivenbloed in de oogen worden gedruppeld, dan wist je zeker, dat je gauw blind, 'k bedoel: gauw beter was! Meisjes, die niet bepaald knap waren om te zien, moesten zich maar flink inwrijven met vleermuizenbloed, dan ging het leelijke van zelf wel weg. Moedervlekken verdwenen als sneeuw voor de zon door besmeren met den gal van een pelikaan en rotten-bloed deed lik doorns slinken. Wie 'n kalen knikker meende te zullen krijgen, moest zich met berenvet de hoofdhuid wrijven en wie graag zwarte haren had, kon zijn rooie verven met het bloed van den raaf!Het hart van 'n aap, ingenomen bij wijze van 'n poeder, maakte, dat dommen knap werden en idioten geestig, en wie een be ker van éénhoorn-hoorn kon te pakken krij gen was bon af: hij zou nooit van z'n leven dronken kunnen worden! Wit haar gold in die- dagen als iets schoons, denk maar aan de wit-gepoederde pruiken die later ook om het mooie ervan gedragen werden. Wie nu graag wit haar had, moest 'n kraai vangen en z'n bol inwrijven met den maag van dit dier, hij kon dan op succes rekenen! Het bloed van jonge uilen diende om te permanen ten, want je haar ging er van krullen, en wie een gore kleur had, moest in den buik van een jongen ooievaar, die nog niet kon vliegen, barnsteen en kamfer stoppen en er net zoo lang onder stoken, tot er vocht uitkwam- Dit vocht gaf je 'n fraaie huid als van 'n school meisje! 't Is te probeeren Op welken dammen boer slaat deze fabel? En waar zijn. de eieren van gemaakt ln de mand? De oplossing van alle vijf de fabels komt vol gende week! Je kunt'nu dadelijk beginnen aan mijn adres, postbus 8, Hilversum, de oplossingen in te zen den (no. II hoeft niet); wie doet er 'n leuk gedichtje of verhaaltje bij? Verloot wordt 'n mooi boek. Snij dit kwadraat oftewel vierkant langs da zwarte lijnen uiteen, en leg er 'n nieuw vier kant van, echter zóó, dat er géén halve manen meer in voorkomen Oplossing den volgenden keer. Volg slechts het stippellijnt^e. Stille Omgang. 1. S. van Solo, alléénzang; 2. sta; 3. dik? 4. holen; 5. velen-; 6. heresie; 7. hoogovens? 8. koomenlj; 9. kegel; 10. hak; 11. enz.; 12. G. van Gram. Als de kat van huis is, dansen de muizen tj H. v. d. H„ Venlo. De groote mannen op het gebied van (kunst, uitgevallen) en wetenschap hebben nooit de hoogte van hun roem bereikt zonder de zorg vuldigste oefening en de grootste inspanning van krachten.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1932 | | pagina 7