I®" Uf ■■■nnnniin d WiQb...... n MnÊÊÊÊÊÊÈÊUÊm 1 1 Hf liliillll 111 11 III* lllilllilllll 111 lllllllllllllllBlllllllllllllllllllllHIIIIIIIllillllllllllllllillllllllllllil DE BEROEMDHEID. WOENSDAG 6 APRIL 1932 BLOEDIGE VECHTPARTIJ. DE RIJKE HOLLANDER TE ESCHWEILER. JALOERSCHE KLERK. driftige schipper. HET DRAMA TE RIJSWIJK. VERDUISTERING DOOR EEN GEMEENTE-AMBTENAAR. het verkeersongeval op den H§ §1 DE RATTENPLAAG TE BUDEL. WINKEL UITGEBRAND. ONDER EEN LIFT BEKNELD. NOTARIS VEROORDEELD. ZIJN VADER DOODELIJK MISHANDELD. OVERTREDING VAN DE VEEWET. VERDRONKEN. Vijf gewonden. Maandagavond hïeft te Bosschenhoofd onder de gemeente Hoeven een ernstige vechtpartij plaats gehad. Omstreeks halt acht kwam een viertal per sonen hij elkaar in het café van den heer L. Nauwelijks waren zij binnen of één van hen sloeg den 20-jarigen zoon van den caféhouder, zonder dat daartoe eenige aanleiding was, imet een steenen aschbak op het hoofd, zoodat de" jongen bewusteloos neerstortte. De caféhouder, die achter het huis aan het werk was en het tumult hoorde, kwam naar voren gesneld, greep den aanvaller, een zeke ren J. H. beet en sloeg hem eenige malen met het hoofd tegen den grond, waardoor de laatste bloedend werd gewond. Nadat Dr. van Dort mund uit .Hoeven het eerste verband had ge legd, werd de man met ernstige verwondingen naar het ziekenhuis te Oudenbosch vervoerd. Intusschen hadden ook de kameraden van H. zich tegen L. gekeerd. Niettegenstaande het feit, dat druk van messen gebruik werd ge maakt, slaagde de caféhouder efin het geheele stel naar buiten te werken. Hier werd de strijd verwoed voortgezet. Daar ter plaatse herstellings-werkzaamheden aan den Rijksstraatweg Roosendaal-Breda worden uitgevoerd, hadden de belhamels spoe dig nieuwe strijdmiddelen veroverd. De roode lantarens, die langs den weg waren geplaatst, werden weggenomen en door de ruiten van het café geslingerd. Groote straatsteenen werden voor hetzelfde doel gebruikt. Zware balken werden als stormrammen ge hanteerd, waarmede de deuren van het huis werden ingebeukt. Toen de politie even later arriveerde, was het toineel van den strijd in een ware ruïne herschapen, terwijl rondom overal bloedplas sen waren waar te nemen. De caféhouder heeft eenige snijwonden op- geloopen Een broer van genoemden H. werd' ernstig aan den linkerpols gewond, terwijl ze keren van H. uit Roosendaal een snijwond over het voorhoofd kreeg. Beide laatstgenoemden zijn door de politie gearresteerd. Goedgeloovige Duitschers voor duizenden marken opgelicht. zeer ^raffineerde wijze heeft een 3--jarig ongehuwd Rotterdammer ln het stadje Eschweiler bij Aken groote bedriege rijen en oplichtingen gepleegd. Door zijn def tig optreden wist hij spoedig veler vertrouwen te winnen en allen geloofden zijn verhaal, dat hij een flinke erfenis had te verwachten. In «en zaak kreeg hij bovendien een flinke be trekking. Hij huurde een vorstelijk gemeubi leerd verblijf in een villa en liet een badkamer van 1200 mark aanleggen. Ofschoon hij zoo arm was als een kerk muis gelukte het hem zich tevens de allerfijnste garderobe aan te schaffen, ln Aken kocht hij zonder een cent op zak op craiiet het eene costuum na het andere en de fijnste ondergoederen. Taxi chauffeurs betaalde hij met belpften op de toe komst en hij wist geld van hen los te krijgen. pc2er dagen vierde hij een grootsch feest: het afscheid van het vrijgezellen-leven. Dertig personen had hij aan den feestdisch genoodigd. Ook dit festijn moet nog betaald worden. Thans is hjj door de politie aangehouden. Tot dusver is bekend dat de man zijn goedgeloo vige leveranciers voor 6000 mark heeft bedro gen. Hij is naar de gevangenis te Aken over gebracht. Burgemeester op het raadhuis aangevallen. Maandagmorgen werd de heer M. Koten, burgemeester van Grevenbricbt, toen hij ter gemeente-secretarie kwam, lastig gevallen door een zijner klerken,,die het niet verkrop pen kon, dat sinds eenigen tijd een nieuwe bediende wa3 aangesteld. De jongeman greep den burgemeester bij de keel en verwondde hem aan het gelaat en en mon Het gemeentepersoneel ontzette v?®Ster' waarna öe klerk door de gemeente-politie werd gearresteerd. Hij is flS a'ht Daar Maastricht, waar hij ter beschikking ,s gesteld van de justitie. DE ERDWENEN KOFFER. zic,h aanranding herinneren, op 1- Maait gepleegd op den portier der Email leerfabriek, te Doetlnchem, waarbij de dader er een oogenblik in slaagde een tasch met 3900 gulden te vermeesteren. De pS h«f sedert een onderzoek ingesteld naar een kof feitje, dat de dader had verstopt en neraens was te vinden. Deze koffer ls thans tenware- yonden ln het gebouw „Irene", aldaar. Het stadhuis te Roermond in de steigersi voor een grondige restauratie. WEER RELLETJES TE VELP. Arnhemsche communisten hebben de leiding. Maandagavond is het te Velp opnieuw tot een botsing gekomen tusschen betoogers en politie. De eersten werden aangevoerd door commu nisten uit Arnhem. Een hoofdagent van poli tie en een rijksveldwachter werden gewond. Eén der Arnhemmers is in arrest gesteld en moest op het politiebureau verbonden worden, daar hij door een sabelhouw aan het hoofd gewond was. Te ruim tien uur was het weer rustig. Met een revolver geschoten. Bij een twist tusschen twee schippers, die ieder voor zich het eerst door de Heerebrug te Groningen wilden, en daardoor een botsing veroorzaakten, heeft de een eerst den ander met steenen gegooid, waarop de ander op zijn beurt een revolver uit de kajuit heeft gehaald en daarmee op zijn tegenstander geschoten. Deze werd echter niet geraakt. De schiet- lustige schipper, zekere T. uit Rotterdam, is in bewaring gesteld. De 24-jarige expeditieknecht E. Fr. B„ 's-Gravenhage, heeft terecht gestaan wegens poging tot moord op zijn gewezen meisje, de 18-jarige dienstbode M. G. H., te Rijswijk, in den morgen van 4 Januari j.l. Verdachte heeft toen dit meisje met een scheermes eenige ver wondingen toegebracht, waarvan het slachtof fer thans hersteld is. Het O. M. heeft tegen B. 2 jaar en zes maan den gevangenisstraf gëeischt. De Haagsche rechtbank achtte de poging tot moord niet bewezen, doch veroordeelde B. we gens zware mishandeling tot 1 jaar en zes maanden gevangenisstraf. Da arrondissementsrechtbank te Utrecht deed uitspraak tegen den 25-jarigen T. J. te Ame- rongen, gewezen admistrateur van de Water leiding aldaar, die zich voor 14 dagen te ver antwoorden had wegens verduistering in dienst betrekking van 5320, ten nadeele van de ge meente Amerongen. Tevens was hem ten laste gelegd valschheid in geschrifte. De rechtbank veroordeelde verdachte tot een gevangenisstraf van één jaar, met aftrek van de preventieve hechtenis met de bepaling, dat zes maanden van deze straf voorwaardelijk worden opgelegd. De eisch van den officier van justitie was één jaar gevangenisstraf. Verdachte s raadsman was mr. Van Maarsse- veen. HET SPOORWEGONGELUK TE GRONINGEN. Het Gerechtshof te Leeuwarden heeft den rangeerder te Gioningen en den machinist te Zwolle, in verband met het spoorweg-ongeval te Groningen ieder veroordeeld tot een week hechtenis voorwaardelijk met een jaar proeftijd. BUIKSLOTERWEG. Verdachte vrijgesproken. Voor de A'damsche rechtbank sitond 'n chauf feur vain een melkauto terecht, verdacht van veroorzaken van zwaar lichamelijk letsel door schuld. Op 23 Juli J.l. had hij te Amsterdam met zijn vrachtauto op den Buiksloterweg een aan de rechter zijde van den weg voor hem uit- r ij den den wielrijder aangereden. De wielrijder werd door den auto meegesleurd. Hij kreeg een schedelbasisfractuur en vier ribben wer den gebroken. Meerdere weken kon de man zijn werkzaamheden niet verrichten. Verd. ontkende schuld. Hij had langzaam gereden. Op het moment van de aanrijding was de wielrijder gaan slingeren en naar links uitgeweken, terwijl het stuur van de auto door een kuil in den weg iets naar rechts draaide. Het O.M. eischte een geldboete van 10(). subsidiair vijftig dagen hechtenis. De verdediger, mr. Zeldenrust drong met klem aan op vrijspraak. De Rechtbank, uitspraak doende, sprak den chauffeur van het hem ten laste gelegde vrij. jjj Het was zeker zes jaar geleden, dat Reeves zijn vriend Barton voor het laatst gezien had. Toen hij hem in Piccadilly tegen kwam, kon hij zijn oogen bijna niet gelooven! Bij hun laatste ontmoeting toch was Barton reeds geruimen tijd zonder betrekking en ver toonden zijn kleeren duidelijk zijn armoede Nu zag hij er uit om door een ringetje te halen. „Hallo ouwe jongen", begroette Rebves hem hartelijk, „wat gezellig, dat ik je na zoo'n langen tijd weer eens ontmoet. En wat zie je er patent uit!" Terwijl Barton zijn ouden vriend een hand gaf, viel het Reeves op, dat er ln zijn manier van doen een zekere gereserveerdheid lag. „Ehja, ik maak het goed, dank je. Ben juist teruggekomen uit Amerika. Fijn, dat lk je zoo gauw ontmoet. Weet je wat Laten we In het park gaan, dan kunnen we eens rustig babbelen". Reeves vroeg zich verwonderd af waarom zijn vriend zoo zenuwachtig deed. Ook viel het hem op, dat verschillende voorbijgangers hem nieuwsgierig nakeken. Toen onze vrienden eindelijk op een rustig plekje een leege bank gevonden hadden slaak te Barton een diepen zucht. Het werd voor Reeves steeds onbegrijpelij ker: Wat kon toch de reden zijn, dat zijn vriend zoo gejaagd deed? Hij had hem bijna in looppas naar de bank gebracht! Bij hun laatste ontmoeting, nu zes jaar ge leden, had hij zich precies zoo gedragen. Doch toen had hij het toegeschreven aan Barton'3 benarde omstandigheden. Barton schaamde zich toen tegenover zijn vriend voor zijn ver sleten kleeren en zijn armoede. Het was of Barton begreep wat er ln het hoofd van Reeves omging, want opeens vroeg hij:- „Je snapt er zeker niets van waarom ik met jou op dit stille plekje op een bank ga zitten?" „Eerlijk gezegd, neen", antwoordde Reeves. „Dat zal ik je vertellen. Het is omdat ik er het land aan heb aangegaapt te worden", legde Barton uit. „Aangegaapt? Maar waarom gapen de men- schen je dan aan? Het is me straks al opge vallen, dat ze bleven staan om je na te kij ken"', vroeg Reeves verwonderd. Barton lachte gedwongen. „Dat zijn nu de gevolgen van beroemdheid", was zijn bittere antwoord. „Goddank, dat er tenminste nog één mensch is, die me vraagt waarom de menschen me nakijken. Dat komt amice, omdat alle menschen me kennen. Ik ben, wat je noemt, een wereld-beroemdheid!" „Dat moet je me toch eens uitleggen", drong Reeves aan, „want om je de waarheid te zeg gen snap ik daar niets van. Ben jij wereldbe roemd? Dan heb ik den laatsten tijd de kran ten zeker niet goed gelezen?" „Zeer waarschijnlijk. Lees je geregeld het „Film nieuws"? informeerde Bartoa, „Nooit", bekende Reeves. „Ik geef niets om de bioscoop. Kan me den tijd niet herinneren, dat ik er geweest hen." Plotseling ging hem een licht op. „Je wilt toch niet zeggen", vroeg hij onge- loovig, „dat je voor de film speelt? Ben je soms een filmster „Juist, ik ben een filmster. Laat ik je even vertellen, dat ik zes jaar geleden als tusschen- dekpassagier naar Amerika gingverle den week reisde ik in een luxe-hut naar Enge land terug!" „Wat interessant" zei zijn vriend. „Hoe kwam je eigenlijk in dat vak verzeild?" „Je weet zeker nog wel, hoe ik er zes jaar geleden aan toe was? Ik besloot toen mijn ge luk eens in de Nieuwe Wereld te bepr<#ven. Slechter dau hier kon het mij er moeielijlf gaan! Toen ik in New-York aankwam bezat ik zoowat geen rooien cent en pakte ik aan wat ik krijgen kon. Borden wasschen, schoe nen poetsen, met alles probeerde ik het, maar het bleef armoe troef! Toen kwam ik op het idee om het eens met de film te probeeren! Waarom niet? Dus tippelde ik van New York naar Hollywood. Bij bij aankomst daar was ik meer dood dan levend, dat kan ik je verzeke ren. Direct was het geluk me gunstig: reeds den volgenden dag werd ik aangenomen voor een nieuwe film: „Uitschot der maatschappij!" „Allemachtig man", vertelde een regisseur me, „Jij verstaat de kunst om je te grimeeren!" Wijselijk liet ik hem in dien waan, dat snap je wel!".... „Er is verder eigenlijk niet veel meer te vertellen", ging Barton zuchtend voort. „Van af den eersten dag trok mijn spel de aandacht en voor ik eigenlijk goed wist waar ik was, behoorde ik tot de sterren! Afschuwelijk ge woon, want zelfs de kleinste straatjongen kent me nu. 'n Hondenleven!" besloot hij verbiterd. „Maar man", protesteerde zijn vriend, „wat heb je nu eigenlijk te klagen. Je bent er heele- maal boven op, je hebt alles wat je hartje „Het is afschuwelijk", herhaalde Barton. „Waar ik ook kom, altijd kijken de menschen naar me. Ik kreeg het er in Amerika ten slotte van op mijn zenuwen en besloot om eens een tijdje naar Engeland te gaan. Hier zouden de menschen me dan niet zoo goed kennen, dacht ik. Maar jawelHet begon al in LiverpoolDe boot lag nog niet vast of ik werd al bestormd door heele zwermen reporters. Het stadsbestuur zond een ver" tegenwoordiger om me te begroeten. Hier in Londen is het precies eender. Zelfs onder die honderdduizenden menschen hier op straat loop ik nog in de gaten „Maar ik heb altijd gehoord", onderbrak Reeves hem, „dat filmsterren daar niets om geven Dat jullie dat juist als een goede reclame voor je films beschouwden Hoewel ik best kan begrijpen, dat het je op den duur gruwelijk moet gaan vervelen om voort durend aangestaard te worden". Tactisch bracht Reeves het gesprek op iets anders. „Wat zou je er van zeggen, als we eens een stukje gingen eten Hier vlakbij weet ik een restaurant, waar het om dezen tijd altijd hee stil ls. Bovendien komen er bijna uitsluitend zakenmensehen". „Neen, ouwe jongen, ik vind het erg vrien delijk van je maar het zal niet gaan", zei Barton beslist. „Ik blijf net zoo lang op dit bankje zitten tot het donker ik. Dan ga ik stilletjes naar mijn hotel en morgenochtend vertrek ik per vliegmachine naar Finland. Hopelijk, dat de menschen me daar niet zoo goed kennen". Alle pogingen van Reeves om zijn vriend tot andere gedachten te brengen waren tever- geefsch. Zijn argumenten maakten niet den minsten indruk en het eind van het liedje was, dat Reeves alleen ging eten. Hoofdschuddend keek Barton zijn vriend na. „Ik kon hem de waarheid toch niet vertel len", mompelde hij weemoedig. „Ik kon hem toch niet vertellen, dat ik nog steeds dezelfde pechvogel van vroeger ben. Het kostte me anders moeite genoeg om zijn invitatie om te gaan eten, af te slaan". Even later stond bij zuchtend op en slenter de weer in de richting van Piccadilly. De voorbijgangers keken hem nieuwsgierig na, doch Barton trok zich er niets van aan. Hij was er aan gewoon. Bovendien, hoe meer de menschen naar hem keken, hoe liever het hem was. Achter op zijn onberispelijk jaquet was met witte zijde geborduurd: Voor onberispelijke heerenkleeding is het beste adres: Boutd Judson. 297 a, Oxford Street. Dè Kleermaker voor het hetere publiek (NADRUK VERBODEN). De griezelige dieren reeds in vele bedden aangetroffen. Onlangs meldden we, dat vanwege den plan. tenaiektera.ku-ndigen dienst te Wageningen te Budei! bij wijze van proef bij eem landbouwer een mengsel van zeker soort rattenvergif werd geplaatst, teneinde de ratten te kunnen verdel gen. Of er succes werd bereikt is nog onbe kend. Wel is het een feit, dat thans ook de mee6te bewoners in de kom van het dorp door de ratten worden bezocht. De dienen worden zoo brutaal, dat men ze op vele plaatsen in de bedden kan aantreffen. De vrouw werd wakker van het springen der ruiten. Maandagavond half elf brak brand uit in den winkel van P. v. S. te Wolfaartsdijk. De vrouw des huizes werd wakker van het geluid van springende ruiten. De man dacht aan inbrekers en stelde een onderzoeik in. Het bleek, dat de winkel in brand stond. Vlug werden de drie kinderen gewekt, die op den zolder sliepen. Vrouw en kinderen namen daarop in nachtge waad de vlucht. De brandweer, die spoedig ter plaatse was, slaagde er in de woonvertrekken te behouden. De winkel met inventaris brand de echter uit. Verzekering dekt de schade. De oorzaak is onbekend. Mijnongeluk met doodelijk gevolg- Maandag geraakte in de ondergro-ndsche werken van de Staatsmijn Hendrik de mijn werker J. S. bekneld onder de lift van een tusschenschacht. Hij werd naar het ziekenhuis te Heerlen overgebracht waar hij gisteren aan de gevol gen is overleden. Hij was 20 jaar oud en woonachtig te Rumpen. TRAMDRAAD GEBROKEN. Gisterenmiddag brak te Amsterdam, door Let passeeren van een tramtrein naar Zand poort, in de Spuistraat bij de Raadhuisstraat de bovenleiding van het tramnet. De draad viel op een. der wagens en veroorzaakte kort sluiting en een kleinen brand. Deze kon niet spoedig gebluscht worden omdat het brand- blusch-apparaat, dat de trams meevoeren, niet werkte. De brandweer werd gealarmeerd en deze heeft het brandje gebluscht. Het tramverkeer in de Raadhuisstraat on dervond circa 10 minuten vertraging. BAKKERIJ UITGEBRAND. Te Uitdam (gemeente Broek in Waterland) zijn de voormalige school met onderwijzers woning, geheel uitgebrand. In het huls woon de de bakker J. Boer, die in het schoolgebouw een bakkerij had. Motorspuiten van Broek in Waterland en Zuiderwoude verleenden hulp, doch er kon niets gered worden. Persoonlijke ongelukken kwamen niet voor. Alles is ver zekerd. De brand ontstond door overunaitiee Pitte van de kachel ln het woonvertrek. De bakker wist nog juist bijtijds de bakkerij te verlaten. w*< v Wegens het stellen van een onrechtmatige daad. Voor Rechtbank en Hof te Arnhem ls het na volgend proces gevoerd: Zekere S. had in puibldeke veiling gekocht een winkelpand met toebehooren, om daarin zelf een bedrijf uit te oefenen. Toen hij het gekochte wilde aanvaarden, bleek hem echter, dat diit voor een termijn van 24 jajren was verhuurd, waarvan nog slechts een paar jaren waren verloopen. De kooper beweerde, dat de notaris heim in den waan bad gebracht dat liet perceel ruiet, of ten unimste (niet voor langen tijd, was verhuurd, en, waar hij nu belangrijke schade leed, sprak hij den. notaris aan tot vergoeding daarvan. Wel kwam onder de veilings voorwaarden het beding voor, dat het gek och te kon worden aanvaard, voor zoover verhuurd, in het gemot dier hunir, maar de kooper steilde, dat hij omtrent die huuir te voren had geïnformeerd ten kantore vam den notaris en deze had hem toen geantwoord, dat de huur niets te betaeke- nen had en ongeldig was. Het Hof nam aan, dat de notaris oip het verzoek van den kooper om inlichtingen, had geantwoord; „de buur heeft niets te beteeke- nen, als je vandaag komt gaat de huurder er maar uit; overigens is het huurcontract ongeldig, want de hypotheekhouder heeft daartoe geen toestemming verleend." Dit nu achtte het Hof een onrechtmatige daad, omdat elke notaris weet, dat vernietiging vam huur met ontTuimiing van het gehuurde lang niet altijd vlug in zij®. werik gaat, en dat een notaris, die bij het gevetn van inlich tingen, daarmede geen rekening houdt en den kooper in den wtaam brengt, dat de bestaande huur niet aam een zeer spoedig betrekken van het pand in den weg staat, te kort schiet in wat hem dm de notarieelie praktijk, tegen over gegadigden voor te verkoopen goederen betaamt. De notaris wend veroordeeld om aam den kooper elke door hem geleden sohadie te ver goeden en in de proceskosten. Familiedrama te Oosterhout. Bij een hulselijken twist gaf de 19-jarigsi arbeider G. M. uit Seters (Oosterhout) zijn vader, die met een riek op hem afkwam, een trap. Er ontstond buikvliesomteteking, waar aan de man overleed. De Rechtbank te Breda had den zoon vrijgesproken, doch het Bossche Hof veroordeelde hem Maandag overeenkomstig den eisch, wegens mishandeling met doodelijk gevolg tot 6 maanden gevangenisstraf. Gezond vee in een besmetten stal gebracht. De vierde kamer der Arr. rechtbank te Am sterdam deed gisteren uitspraak in het beroep, dat de veearts H. ter B. te Naarden.had inge steld tegen het vonnis van den kantonrechter te Hilversum, waarbij hij veroordeeld werd tot ƒ10 boet© Bubs. ÏO dag-on hechtenis wegren S Jlöt brengen van gezond vee naar den quarantaine stal van de hofstede „Oud Bussum", waarin zich vee bevond, dat aan mond- en klauwzeer lijdende was. In hooger beroep eischte het O.M. een geld boete van honderd gulden, subs. 1 dagen hech tenis. De rechtbank veroordeelde den veearts tot een geldboete van ƒ100 subs. 10 dagen hechte- De eerste locomotief in den I aticaanschen spoorweg. De rails van den spoorweg worden gekeurd. AUTOBOTSING. Gisterenmiddag circa 4 uur had er op den boek van de Gildstraat en Bekkerstraat te Utrecht een aanrijding plaats tusschen een per sonen-auto en een auto van de Posterijen. De laatste kreeg zoo'n schok, dat hij omviel, waar bij de chauffeur enkele lichte verwondingen opliep. Nadat de poststukken in veiligheid war ren gebracht, heeft men den wagen met ver eende krachten weer overeind gezet. ZIJN VOET VERBRIJZELD. De 19-jarlge werkman K. te Enkhuizen, werkzaam op een baggermolen, had het onge luk met zijn voet tusschen een der kamrade ren te geraken. In ernstigen toestand en met verbrijzelden voet is de jonge man naar het ziekenhuis overgebracht. Gisterenmiddag omstreeks 5 uur is te Hel mond de ongeveer 27-jarige A. in het. kanaal de Zuid-Willemsvaart gevallen en verdronken. De man was ongehuwd en leed aan toevallen vqy MAAI}. HET EnCiELfjCti vah M. F. LEAM. 9). Ik geloof, dat hij het niet zoo heed aar dig vond, dat ik weigerde, maaT het gelukte mij dat te doen, zonder hem te kwetsen, en wij namen zeer vriendschappeilijik afscheid. Misschien ontmoeten wij elkaar nog eens In Dublin. Intusschen, het ie een verlichting, dat we hem zoo kwijt raken, hè? May antwoordde niet, maar ik zag, hoe te vreden zij was. (Den heelen avond genoot lk van de vroolijkbeid van mijn kind, en ik zou mijn besluit niet ongedaan hebben willen ma ken, al had lk het gekund. Doch toen wij thuis gekomen waren, en ik daarna nog langen tijd alleen zat, voelde ik miaar al te goed, hoeveel ik afgewezen had, en hoe ik het afgewezen had. O, hoe innig hield ik van hem! Hoe een. zaam zou mijn verder leven zijn! En ik had hem in de meaning. moeten laten, dat ik koud en harteloos was, terwijl mijn hart overvloei de van liefde. Den volgenden morgen zag ik er slecht uit. May verweet zichzelf het onschuldige kimd dat zij mij had toegestaan, dat lk me den vorigen dag te vee! vermoeid had. Zelfzuchtig schepsel, dat ik ben! riep ze uit. Dat ik niet gezien heb, dat mijn lieve iuoedie moe was. Waarom zei u niet dat u ziek was? Omdat lk me niet ziek voelde, kind. En lk voel me nu ©ok niet ziek. Maar u ziet er uit als een lijk! Zal lk Dr. H.laten komen? Zeker niet, kind. Ik zal een flinke wan deling maken, als jij weg bent; dat zal me BÖW Maar ik ging niet wandelen. Ik was veel te bang dat Lord Eustace nog niet vertrokken was. Ik ging naar de St. Gudule, en putte uit een hartelijk gebed nieuwe kracht, om op den ingeslagen weg voort te gaan. VIL De dagen gingen eentonig voorbij. Nu be sefte ik eerst, wat een last ik op mij geno men had. Het'is verschrikkelijk zulk een gees telijke pijn in stilte te moeten lijden. Niet, dat ik er veel troost in zou hebben gevon den, als iik mét een ander over mijn omstan dagheden had Kunnen spreken, maar ik had er niet eens de gelegenheid toe. Ik had geen enkelen vriend in den eigenlijken zin des woords, met wlen ik eens hartelijk had kun nen piraten. Doch bovendien: ik had mij ©r aan gewend, kleinere wederwaardigheden in stilte te dragen, en nu ik een zworen slag ontvangen had, was ik bang, dat de menschen zouden raden, dat ik leed. Zoo bleef lk aan mijn dagelijksche bezigheden gaan, terwijl de pijn voortdurend aan mijn hart knaagde. Met den dag kon ik het moeilijker dragen én ik vreesde, dat ik mij al mijn voornemens ten spijt ten laatste toch nog verraden zou. O, ais ik toch maar niet zoo ontzettend alleen was! riep ik dikwijls in wanhoop uit Als ik maar een vader, een moeder, een zus ter had, om aan hun hart uit te weenen en te weten, dat zij met mij meevoelden! Natuurlijk zou Juliet, die altijd een zuster voor me geweest was, medelijden met me ge had hebben. Maar ik schrok er voor terug, haar in vertrouwen te nemen. Ik kon haar niet zeggen, dat ik mijn eerste liefde ontrouw, geworden was. Zij zou me kussen en met me meevoelen, maar al dien tijd zou zij denken aan de vele beloften, die lk gedaan had, dat ik de plaats van Hugh noodt door een ander zou laten innemen en hoe spoedig ik hem en al mjüa beloften vergeten had. Dan zou ik mij nog liever aan het oor. deel van Hugh toevertrouwen, dacht ik. Mijn aaune jongen! Als hij me zag, zou hij zeker medelijden met me hebben. Hij zou me be grijpen hij zou weten, dat ik, alleen omdat hij zoover weg was, mijn gedachten liet ver wijlen bij een anderen man. O, als ik toch maar met Hugh kon spreken. Terwijl ik zoo dacht, kwam er een hevig verlangen iin mij op, om naar Parijs te gaan en het graf van mijn echtgenoote te bezoeken. Ik had het nooit teruggezien sinds den dag, dat zij mijn armen jongen erin hadden ge legd. ik had er altijd tegen op gezien, om mijn kalmte, die ik langzaam aan herwonnen had, niet in gevaaT te brengen. Maar nu leed ik zóó ontzettend, dat een weinig pijn méér geen verschil maakte. Bovendien had ik een gevoel, dat het braoeik mij troosten zou, dat Hugh mij daar beter zou hooren en begrijpen, mij mijn ontrouw zon vergeven, den last van mijn schouders zou nemen en mij weer vrij en gelukkig naar huls zou laten teruskeeren. Toen dit idee zich eenmaal van mij had meester gemaakt, naim het snel in kracht toe, tot dat ik ten laatste koortsachtig verlangde om het tem uitvoer te brengen. Met May was de zaak spoedig geregeld. Ik zeide haar, dat ik vurig verlang»e-, om haar vaders graf te bezoeken, en zij stejnde er onmiddellijk in toe, om in het klooster te blijven, onder de veilige hoede van mère Anastase, tot ik terug was. Even had zij mij voorgesteld, om met mij mee te gaain, miaar ik voelde, dat ik al leen moest zijn. Enkele diagen later bevond ik mij in de stad, waar ik mijn korte huwelijksvreugde gesmaakt had. Ik vond het hotel, waar we ge woond hadden. Ik was zelfs zoo gelukkig, de kamer te krijgen, waar Hugh gestorven was. Ik was vermoeid van de reis en had me nau welijks iets van die kamer herinnerd. Vijftien jaren waren voorbijgegaan, sinds ik het laatst hier geweest was. Maar toen ik die deur achter mij gesloten had en dn de kamer rond zag, kwam het verleden mjj zóó levendig voor den geest, alsof het de dag van gisteren was ge weest. Daar stond het bed, waar Hugh in ge storven was. Daar stond de ongemakkelijke sofa, waarop ik tijdens zijn kortstondige ziek te geslapen hal. Het scheen mij toe, dat zelfs het witte laken en de sloopen dezelfde waren. Een oogenblik stond ik verrast, diat ik mdj dat alles opeens weer zoo juist herinneren kon; dat de tijd zoo weinig macht had ge had, om zulke oude herineringen te vernieti gen. Dan snelde ik met een kreet naar bet bed en bedekte mijn gelaat al weenend in h©1 kussen. Zóó leefde nog de smart in mij. Allo volgend geluk zou die smart alleen wat hebben ge nigd, maar niet hebben weggenomen. De rac van mijn eerste gehechtheid was nu we weszen, en ik voelde, dat als mlln Ufc> had kunnen terugkrijgen - de genegenheid voor dien ander daarbij in het niet zou zijn verzonken. Hugh, Hugh! riep ik, terwijl ik het kus sen, 'dat ik 'met mijn tranen bevochtigd had, met kussen overlaadde. O, Hugh, hoor je mij? Zie je hier je arme Catherine, neergebogen onder den Iaat, dat ik jou verloren heb? O jongen, bet was mijn bedoeling niet, jou on trouw te worden. Ik houd van je, o, zoo innig veel. Als je bij me terug kon komen, dan zou lk waanzinnig worden van vreugde. Maar ik ben zoo alleen, zonder jou, Hugh, en ik heb niemand, om mij oen last te helpen dragen. Maar alles is u voorbij, lieveling. Het zal nooit meer gebeuren, om wille van het kind, Hugh, om het -leve kind, dat je bij me hebt achtergelaten. In gedachte was ik weer alleen met mijn lieven jongen en doorleefde ik opnieuw de eerste groote smart. Het practisohe leven riep mij evenwel tot het heden terug. '3en kelln«r klopte, om mijn ordea-s te vernemen en het kamermeisje wacht te met warm water. Ik moest mij dus met het tegenwoordig© houden, en dat was heel goed. Ik ging beneden dineeren, zooals de an deren, maar miin gedachten waren hij de ka mer boven, ©n '-'oo gauw ik kon, ging ik terug en pracht daar den avond door. Het was vreemd: hoewel ik alle m^dte deed, om mij mijn echtgenoot voor te stellen, zooals ik hem h0t laatst gezien bad met zijn ingevallen trekken, en zjjn witte handen gevouwen over het Teeken van onze Verlossing op zijn borst het wilde mij niet gelukken In die kamer, waarin hij gestorven was, kon ik me hem alleen herinneren in al de kracht en vroólijkhe'id van zijn jeugd. Ik hoorde zijn jongensaehtigen ach, zijn luiden voetstap, aIs hij maar boven snelde en ik voelde den greep van, zijn sterk© armen, als hij mij soms wat al t© krachtig omhelsde. Dait maakte mij treuriger dan al het andere en ik trachtte die herinneringen van mij af te zetten. Vergeefs. Mijn sterke Hugh leefde voor mij lu die stille kamer, terwijl i-'"- dien macht doorwaakte, tot. dat ik half verwachtte, dat ik zijn onstuiimi- gen voetstap op de trap zou hooren en de deur zou zien opengaan en mijn echtgenoot vóór me zou staan als in de dagen van oude. Met het eerste ochtendgloren stond ik op en zoodra het leven in de stad weer ontwaakt was, ondernam ik mijn pelgrimstocht naar het kerkhof. Ik kocht een menigte rozen en lelies en viooltjes, om ze over het graf van mijn Hugh te strooien, en zocht mijn weg door de ontelbare, dicht opeen liggende gra ven. Ik had moeite, om Hughs graf te vinden. Eindelijk wees een oude doodgraver mij een marmeren monument, dat Six Thomas Power voor zijn zoon bad laten plaatsen, en zei me, dat daar de jonge Engelschman, monsieur Po wer, begraven lag. Ik stopte een fooi ln zijn hand en wachtte, tot hij uit het gezicht was, voor ik over den moed beschikte, om de plaats te naderen. Ja, het was -iet graf vain mijn lieveling, daar was geen twijfel aan. Op een gebroken marme ren stand, waarvan het gebeeldhouwd klim op was afigeschreurd ©*n aan den voet lag, stonden de woorden: „AAN DE DIERBARE NAGEDACHTENIS VAN HUGH GEORGE, EENIGEN ZOON VAN SIR THOMAS POWER VAN GENTIAN'S CROSS BIJ DUBLIN, GESTORVEN TE PARIJS, VOORZIEN VAN DE GENADEMIDDELEN DER H. KERK, DEN 15DEN JULI 18.... IN DEN LEEFTIJD VAN 22 JAREN". Men had mij bericht, dat dit monument ge plaatst was maar men bad mij er geen beschrij ving van gegeven em ik werd er nu zeer door verrast. Ik vond het bijzonder mooi, hoewel het mij meer herinnerde aan mijn schoonvader dan aan mijn echtgenoot. Ik dacht aan al zijn vriendelijkheid voor mij, en begreep, hoeveel meer hij voor mij gevoeld moest hebben, dan bij uiterlijk toonde Ik keek naar het gebeeldhouwd kiliiimop, dat van den stam was losgerukt. Dat was ik, los gerukt uit de armen van mijn lieveling. Ik zonk op mijn kniieëu. Dierbare Hugh, riep ik uit, terwijl ik mijn lippen op het koude marmer drukte, ik ben niet ontrouw ik treur nog altijd over je altijd. Als je nog leefde, snikte ik, als je nog maar leefde, dan zou je mij begrij pen en me geloovetn. (Wordt vervolgd},

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1932 | | pagina 6