f
MTEEH ZAKEN
ZATERDAG 3 SEPTEMBER 1932
SPORT EN SPEL.
TWEEDE MARIALE
DAGEN.
radionieuws-
OFFICIEELE BIDPRENTJES.
DE LAATSTE RUSTPLAATS VAN DEN
KARDINAAL.
GESPREK MET BROEDER
AEGIDIUS.
De laatste levensdagen van
Zijne Eminentie.
OM HET DRAVERSKAMPIOEN
SCHAP VAN NEDERLAND.
Courses te Groningen.
HOCKEYWEDSTRIJD NEDER-
LAND—BRITSCH-INDIE.
In het Stadion te Amsterdam.
HET ELFTAL DER GASTEN.
Een uitstekende inschrijving.
Requiemmis te Rome.
DUREN HET LANGST
iili
ROEIWEDSTRIJDEN OM HET
EUROPEESCH KAMPIOEN
SCHAP.
ZILVEREN BAL-TORNOOI.
DE KORFBAL-COMPETITIE.
Bloeiend Missieleven.
En al dat werk was niet tevergeefseh Ook
in dezen geest past het woord op hem, dat
„gratia In eo vacua non fuit de kracht der
genade niet IJdel in hem was". De Missie
groeide en bloeide als nooit te voren. Zelfs de
remmen, die een wereldoorlog aan de kerste
ning der heidenen had aangelegd, konden de
ikracht niet hinderen of verminderen, waar
mee onder zijn hand de gloriewagen van
Christus' Koningschap door de wereld werd
voortgetrokken.
O, dierbare overledene, het schoonste boek,
dat over U ooit geschreven zal kunnen wor
den, zal de historische vergelijking wezen
tusschen den dag, waarop gij Uw eersten voet
hebt gezet in het Paleis der Propaganda om
daar de leiding over te nemen, en den dag
van heden, waarop Uw moede hoofd ter neer
gaat liggen in het graf, het laatste rustbed
der menschen. Veertien jaren liggen daartus-
schen, maar in het oog van den Missie-histo
ricus zullen die zeker sommige veertien tien
tallen van andere jaren overtreffen.
De groote overledeneeen
der onzen.
En zoo kom ik vanzelf, geliefde toehoorders,
tot mijn derde consideratie, tot een uiting
van dankbaarheid over het voor ons zoo vreug
devolle feit, dat de groote overledene een
der onzen was.
Wamt, geliefde toehoorders, deze Prefect
der Heilige Congregatie de Propaganda Fide,
was een Nederlander!
Nederland is, geloof ik, geen egoïstisch
land en wil dat ook niet wezen. Maar Neder
land wil toch een land wezen van piëteit. En
als wij hier staan bij het lijk van iemand, die
in de laatste eeuwen wellicht geen gelijke had
onder zijn landgenooten, wat wereld-invloed
betreft, en die wellicht in de eerste eeuwen
zulk een gelijke ook niet meer krijgen zal, laat
ons, zijn medetijd- en landgenooten, dan God
een oogemblik met fierheid danken, ook als
Nederlanders!
Zoon van Nederland en Nederlander was
deze groote zoon der Kerk in merg en been.
Ook als hooge burger van Rome en van de
Stad van het Vaticaan, bleef hij dat en schreef
nog uitdrukkelijk „Aan mijn landgenooten'
Hij droeg het edele kenmerk van zijn stam
rond als belichaamd in heel zijn wezen en
werken. Ook den Paus zelf hoorde ik over
hem spreken tot ons, Nederlanders, als over
„onzen grooten Kardinaal".
Welnu, wij Katholieke Nederlanders, heb
ben maar enkele menschen, die door hun per
soon en hun daden de wereldgeschiedenis mee
schrijven, maar weinig menschen, die in de
Kerk Gods heele bladzijden vullen.
Daarom is het geen chauvinisme, geen IJdel
heid, als Nederland in deze dagen speciaal
heeft getreurd, als het Katholieke volk van
Nederland vandaag een stil maar innig Te
Deum tot God gericht om al het goede, dat de
goede God aan de wereld en aan de Kerk
heeft laten geschieden door dezen Nederlan
der. Ik zeg dit trouwens met opzet, omdat ik
dadelijk in dit verband een verzoek aan de
Nederlandsche Katholieken meen te mogen
richten.
Onze missieijver groeie
Geliefde toehoorders. Wij hebben Gods
naam dus geprezen om de heerlijkheid, welke
Hij in dit schoone leven heeft laten uitstralen
en de kracht, welke Hij in dezen edelen geest
en dit trouwe hart had gelegd.
En de groote doode moge ons dankbaar Te
Deum mee hebben gejubeld in de hallen des
hemels, waar aan dat Te Deum geen einde
kan komen.
Maar toch! Ook voor deze ziel is het .Mise
rere" geschreven. Ook voor dezen mensch deed
de Kerk den priester treden in de laatste ure
om zijn zintuigen te zalven met den reinigen-
den Olie. Ook hem is Zij, toen hij wilde na
deren tot de eeuwigheid, tegemoet getreden
met de bede der bangheid „Si iniquitates ob-
servaveris, Domine, Domine quls sustlnebit
Als Gij op al onze ongerechtigheden gaat let
ten, Heer, Heer, wie zal dan bestand zijn".
Ook bij zijn lijk heeft de menigte, op het
voorbeeld van den Bisschop, neergeknield, en
gesmeekt „Dimltte nobis peccata nostra
Vergeef ons toch onze schulden".. Ook uit zijn
stervenden mond heeft de nederige belijdenis
der schuld moeten klinken, en ook hij heeft
gevraagd om de vrijspraak van den eenvoudi-
gen priester. Ook voor hem staat geschreven,
dat het heilzaam is „pro defunctis exorare ut
a peccatis solvantur, voor de overledenen te
hidden, opdat zij toch van hunne schuld be
vrijd worden".
Zeker, zijn deugd en zijn werk zullen hem
ten goede komen bij God, maar waar is toch
ook het woord, dat eenmaal een Missie-bis
schop tot mij sprak: Zwaar is de dag, als de
teekenen mijner waardigheid zullen achterblij
ven op de aarde en ik voor God zal komen te
staan enkel met den last der verantwoordelijk
heid dier waardigheid.
En daarom, ook de ziel van Kardinaal van
Itossum vertrouwt op de liefde, die wij in de
gemeenschap der Heiligen aan de dooden kun
nen schenken, de liefde van het offer, de lief
de van het helpend en verlossend gebed.
Bisschoppen en priesters, hier tegenwoordig,
als gij straks staat aan het altaar des Heeren,
gedenkt dan hem, „qui nos praecessit cum
signo fidei", die ons als een Apostel is door
gegaan met het teeken des geloofs. Geloovi-
gen, die mij hoort, helpt door uw gebed den
overledene voor God zijn zware verantwoorde
lijkheid dragen. Bidt en smeekt met de Kerk
„Requiem aeternam dona ei, Domine, Heer,
geef hem toch de eeuwige rust". Hij, die door
zijn werk en gebed aan miliioenen het geloof
heeft willen brengen en door het geloof het
eeuwige leven, vraagt u thans door den mond
der Kerk: Vergeet mij niet en bidt voor mij!
Kardinaal van Rossum, dat zuilen wij doen!
Maar we willen U nog een anderen troost, een
andere belofte geven.
Gij waart de groote Apostel der Missie. Uw
Apostolische liefde werd de brand, die 't hart
der Nederlandsche katholieken in brand zette
voor de Missiën. Onder Uw leiding werden
tientallen Nederlanders tot Bisschop in de
heidensche landen, trokken honderdtallen van
Nederlandsche priesters naar de heidensche
landen, bloeiden de groote Missiewerken op
tot een bloei, gelijk die wellicht nergens ter
wereld wordt gevonden. Wij zullen die erfenis
bewaren! Het schoonste „In Mem-oriam", het
treffendste monument, dat in Nederland voor
U zal kunnen worden opgetrokken, zal zijn
een offervaardige, altijd groeiende Missie-ac
tie. Als gij van uit den hemel al onze kleinen
zult zie meetrekken in den kruistocht der H.
Kindsheid, als gij van daarboven al onze groo
teren lid zult weten van de Voortplanting des
Geloofs, als gij de priesters, die door ons in
het Sint Petrus' Liefdewerk onderhouden
worden, haast niet meer zult kunnen tellen,
dan zal Uw vreugde volmaakt zijn, dan zal
Uw geest tusschen Uw volk onsterfelijk zijn.
Geliefde toehoorders, ik ga eindigen. Moge
onze groote doode zijn plaats gevonden hebben
of spoedig vinden, naast den troon dier andere
Apostelen, die hier eenmaal als Apostel en
Bisschop hebben geleefd en gewerkt, naast
een H. Servatius, in wiens prachtigen tempel
zijn lijk thans voor het laatst heeft mogen
rusten.
Requiescat in pace. Hij ruste in vrede.
Amen.
Elders in dit nummer drukken we het bid
prentje van Z. Em. Kardinaal Van Rossum af.
Behalve den gereproduceerden tekst bevat 't bid
prentje, samengesteld door den secretaris van
Z. Em., dr. B. Lijdsman, en verkrijgbaar bij de
firma Wed. J. R. van Rossum, Korte Minrebroe-
derstraat 13, te Utrecht, een levensbeschrij
ving van den Kardinaal.
In den grafkelder te Wittem.
Onze Limburgsche medewerker seint ons:
Gisterenmiddag vertoefden wij weder iji het
Redemptoristenklooster te Wittem, waar Pater
Mosmans ons met zijn bekende welwillendheid
te woord stond en zich gaarne bereid verklaar
de ons persoonlijk te vergezellen naar den
ouden grafkelder van het klooster, waar het
stoffelijk overschot van Kardinaal van Rossum
heden werd bijgezet.
De grafkelder is in 1732, dus juist twee hon
derd jaar geleden, tegelijk met het klooster
gebouwd door den rijksgraaf Ferdinand von
Plettenberg, opperkamerheer en eersten minis
ter van den Keurvorst van Keulen.
De grafelijke bouwheer had den wensch te
kennen gegeven in dit grafgewelf, onder het
priesterkoor van de kloosterkerk, te worden
begraven. Maar toen hij geheel onverwacht op
47-jarigen leeftijd te Weenen stierf, werd hij
aan den verren Donau-oever te ruste gelegd.
Zoo bleef zijn grafstede ledig en slechts een
Latijnsch opschrift op den wand bewaart de
herinnering aan de vrome bedoeling van den
stichter van Wittem's convent- En nu is juist
deze plek uitgekozen als rustplaats voor den
overleden Kerkvorst.
Vóór de Fransche revolutie was de grafkel
der alleen toegankelijk van uit -het inwendige
der kerk. Maar toen in 1836 de Redemptoristen
zich in het leegstaande klooster kwamen vesti
gen, was het begraven in kerken en kloosters
bij de wet verboden. Derhalve wendden de Pa
ters zich eenige jaren later tot Willem II, die
op 19 Maart 1846 het besluit teekende, waarbij
aan de kloosterlingen van Wittem werd toe
gestaan hun ordebroeders in den ouden graf
kelder te ruste te leggen, mits de toegang werd
gewijzigd en sindsdien Is de onderaardsche
begraafplaats alleen van den kloostertuin uit
te bereiken.
Toen wij onder geleide van Pater Mosman's
in de diepe krocht warVn afgedaald, zagen wij,
dat men nog druk bezig was met de laatste
toebereidselen voor de droeve plechtigheid en
te midden van de bouwmaterialen, die moesten
dienen voor het nieuwe graf, lazen wij met
ontroering de opschriften uit vroeger dagen,
die de herinnering wekten aan menigen groo
ten Ordebroeder van den beminden Kardinaal.
Bijzonder werden wij getroffen door den naam
van Pater Bernard Hafkenscheidt, den beroem
den missieprediker.
Kon den overleden Kerkvorst een waardiger
rustplaats worden bereid dan aan den voet
van het altaar, temidden der vrome priester
scharen, die hem zijn voorgegaan met het tee
ken des geloofs en thans rusten in heiligen
vrede En zullen latere bezoekers zich niet
diep geroerd voelen, als zij naast de andere
epltaphia er een zullen zien, dat sober wel
sprekend getuigt:
Qui Christum evangelisavit in
gentibus
Vir bonus super multa fidelis
Hic quiescit
Guilhelmus Marinus Card, van
Rossum
III Sept. MDCCCLIV saeculo natus
Denatus XXX Aug. MCMXXX1I.
Orate pro eo.
Maastricht, 2 September 1932
Op een der rustbanken in het ziekenhuis
„Calvariënberg" te Maastricht zat in verlaten
heid Broeder Aegidius.
De avondlijke stilte sloop de lange witte gan
gen binnen, de eenzame tred van een laatsten
bezoeker ging in deze tastbare stilte teloor.
Even tevoren zagen we den broeder de trap
afdalen en de zorgzame zusters, welke hem
voor het avondmaal noodigde, een pijnlijk hoofd
schuddend antwoord geven. Wel diep is de ver
slagenheid van hen, die tot de onmiddellijke
omgeving van den gestorven prelaat behoorden.
Van de rustbank in de eenzame gang, waar
3 even wachten moesten, zien we de hal,
waar gisteren het rouwfloers in plooienval neer
viel, waar gemyterde hoofden, priesters en ge-
zagsbekleeders en eenvoudigen van hart aan de
doodsbaar van den kardinaal den doode een
laatste eer kwamen brengen.
Als vanzelfsprekend voert in deze omgeving
elk gesprek tot den grooten Nederlandschen
doode De herleving van al die aangrijpende
herinneringen uit het leven van den kardinaal
ontnemen den broeder den trek van verdriet,
welke om zijn mond lag.
De snelle, zoo vermoeiende missiereizen, een
tonig in getal, doch fel van gloed tn haar be
teekenis komen hem voor den geest. Enthousiast
verhaalt Broeder Aegidius ons van het Eucha
ristisch Congres in 1912 te Weenen, waarheen
de Paus Kardinaal van Rossum als zijn legaat
zond. Dat was 8 September. Massa's hemelwater
poogden tevergeefs de geestdrift der Weensche
bevolking neer te regenen. Met tienduizenden
stond de bevolking der hoofdstad van het oude
keizerrijk langs de straten geschaard, waar
doorheen de pralende stoet van kerkvorsten
trok. Het enthousiasme der bevolking richtte
zich daar vooral tot den Nederlandschen Kar
dinaal, den Pauselijken legaat, die minzaam de
spontaan In de watermassa knielende bevolking
zegende. Meermalen hield bij gelegenheid van
dit Eucharistisch congres, keizer Frans Jozef
ook intieme gedachtenwisseltngen met den
Kardinaal.
Van eenige rust of indeeling der dagtaak kon
bij de vele reizen van den kardinaal natuurlijk
geen sprake zijn. Dan vergde Z. Em. het uiter
ste van zijn krachten. Dan volgden zich de
werkzaamheden zonder rustpauze in bonte wis
seling op en getuigden de daden van den Kar
dinaal van een ongeëvenaarde vitaliteit.
Vertelde Broeder Aegidius ons niet, dat de
kardinaal te Kopenhagen in een processie drie
lange uren in zijn opgeheven handen de mon
strans droeg.
Een uiterste regelmaat kenmerkte echter de
sobere leefwijze van den kardinaal, wanneer
hij zich in Rome bevond. Om vier uur ln den
vroegen morgen reeds stond de kardinaal op,
om zich in meditatie en gebed tot het H. Mis
offer voor te bereiden en na het ontbijt verliet
hij niet vóór 1 uur zijn werkvertrekken. Na een
wandeling verleende de kardinaal vervolgens
van half vijf tot half acht audiëntie. Sinds de
kardinaal, in 1918 Prefect van de Propaganda
was geworden, nam hij zijn intrek in het Pa
lels der Propaganda. Hoewel de leefwijze van
den kerkvorst uiterst bescheiden was, had
Z.Em. een bijzondere voorliefde voor bloemen,
een voorliefde, die zich vooral uitte bij het ver
sleren van de hulskapel, waarover hij in het
paleis der Propaganda de beschikking had ge
kregen. Want al was den kardinaal als titel
kerk de H. Kruiskerk toegewezen, aan zijn huis
kapel, waarin hij zoo vaak zijn geest tot God
verhief, wijdde de Kardinaal zijn bijzondere
zorg.
Van de vermoeienissen zijner zware dagtaak
zocht de Kardinaal vaak ontspanning in een
auto-tochtje in de omgéving der stad en meestal
bezocht Z. Em. dan de Castel Gandolfo, het
buitenverblijf van de Propaganda, een wonder
mooi gelegen oord, dat grenst aan het Pause,
lijk paleis.
Merkbare ontroering trilde in de stem van
broeder Aegidius, toen hij verhaalde van de
vriendelijkheid, de minzaamheid en de voorko
mendheid van den thans overleden Kardinaal,
voor allen, die tot zijn omgeving behoorden.
Zwaar moet inderdaad het verlies zijn door zijn
dood voor degenen, die hem kennen, indien men
dit afweegt naar het verdriet waarvan broeder
Aegidius getuigde. 23 jaar heeft deze den Kar
dinaal gediend en hem op al zijn reizen ver
gezeld. Eenzaamheid staat nu voor dezen trou
wen dienaaT, die echter met zich zal dragen in
de toekomst een rijken schat van heerlijke
herinneringen aan een nobel prelaat.
Z. Em. raakte nu enkele malen buiten be
wustzijn, doch hij bleef steeds hoorbaar ant
woorden op de aanroepingen van de litanie van
Alle Heiligen.
Zonder doodstrijd en gelaten bood de Kerk
vorst zijn ziel aan God, Die in het lichaam van
den hoogenn lijder het groote licht doofde, om
het in de Eeuwige Aanschouwing met ongerep-
ten gloed te ontsteken.
Bezoek van een zuster van
den Kardinaal.
Gistermorgen heeft een zuster van wijle
Z.Em. Kardinaal van Rossum, de Eerw. Moeder
Gerulfa van de Zusters van Liefde der Congre
gatie van 0. L. Vr. Moeder van Barmhartig
heid van Tilburg in gezelschap van de Gene-
raal-Overste de Eerw. Moeder Christine, de
generaal-assistente Eerw. Zuster Anny en de
overste van Gulpen, de Eerw. Moeder Emma-
nuela een bezoek gebracht aan de doodenbaar
van den Kardinaal.
De Eerw. Zusters werden begeleid door den
oud-secretaris pater dr. Drehmans.
Met oprechte belangstelling ziet de Nederland
sche sportwereld de komst van de vermaarde
Britsch-Indiërs tegemoet. Reeds een jaar vóór
de spelen der IXe Olympiade te Amsterdam
werd wereldkundig hoe in Britsch-Indië de
hockeysport bloeide en vertelden ooggetuigen
hoe er beter gespeeld werd dan in Europa. Dat
is in 1928 juist gebleven en sedert dien vormden
de Britsch-Indiërs op hockey-gebied een aparte
klasse, precies als de Canadeezen op het gebied
van ijshockey.
Men weet hoe de Britsch-Indiërs in 1923 alles
aan hun zegekar bonden, zonder dat er zelfs
maar één doelpunt tegen hen gemaakt werd en
hoe zij te Los Angeles een spelletje met hun Ja-
pansche en Amerikaansche tegenstanders speel
den en in 2 wedstrijden met 352 doelpunten
overwonnen. Men krijgt den indruk dat de ploeg
va» thans nóg weer sterker is dan die van 1928,
de berichten uit Los Angeles boden weinig maat
staf omdat zij totaal onvoldoendewaren, docb
feitelijk spreken de cijfers waarme'de deze phe-
nomenale Britsch-Indische hockey-cracks hun
tegenstanders overwonnen, een duidelijke taal.
Wat zal het Nederlandsch elftal tegen dezp
geweldenaars vermogen te presteeren? Onze
■ploeg leed in den eindstrijd van het Olympisch
tornooi 1928 een 3—0 nederlaag tegen de tegen
standers van heden.
In beide ploegen komen nog enkele spelers
voor die dien gedenkwaardigen eindstrijd mee
maakten. Van de Hollanders zijn dat Tresling
en de Waal.
Wij gelooven niet dat onze landgenooten er
ditmaal zoo „genadig" afkomen. Onze spelers
zijn nog tamelijk ongetraind al heeft men zich
sedert enkele weken lichamelijk voorbereid en al
is er deze week twee malen te Amsterdam
series geoefend. We zijn echter overtuigd, dat de
Nederlandsche ploeg zich ten volle geven zal en
daardoor de Britsch-Indiërs tot volle krachts-
ontploooing dwingt. Dan zal men zeker een bij
uitstek interessante en fraaie ontmoeting te aan
schouwen krijgen.
De ploeg der Olympische
kampioenen.
De gasten van den Ned. Hockey en Bandy
Bond komen heden te Amsterdam aan, waar
zij hun intrek nemen in het Carlton Hotel.
De opstelling van het Britsch-Indisch elftal
zal morgen als volgt zijn:
Doel: Hind.
Achter: Hammond en Tapsell.
Midden: Ninhas, Pinniger en Lal.
Voor: Sah Kerr, Kulhar Singh, Dhyan, Chand,
Koop Singh en Saffar.
Hammond, Pinniger en Dhyan Chand maak
ten ook deel uit van de ploeg die in 1928 het
Olympisch kampioenschap behaalde.
Voor de vierdt maal zullen morgen op de baan
in het Groningsche Stadspark de beste Neder
landsche paarden starten in de heat, waaraan het
kampioenschap van Nederland is verbonden.
De inschrijving voor den titelstrijd is stellig
wel zoodanig, dat men een boeiend en spannend
verloop van de heat kan verwachten. Zeker zou
de course van nog grooter beteekenis geweest
zijn, indien men op de deelnemerslijst ook een
Charley Leyburn, een Clyde, en vooral een Se
nator Madden had aangetroffen. Vooral het uit
komen van den laatsten hengst, die ook het
internationale kampioenschap van Duindigt op
17 Juli j.l. won, zou het nummed aan beteekenis
hebben doen winnen, zij het ook, dat de course
aanzienlijk minder open zou zijn geweest dan nu
het geval is. Wij vernamen, dat Ensing er echter
de voorkeur aangaf, in België te starten.
Intusschen is het 11-tal nu ingeschreven paar
den zeer voldoende.
De tegenstelling NoordWest in het oog hou
dend, kan worden geconstateerd, dat de gasthee-
ren after all nog niet zoo slecht voor den dag
komen. Veler belangstelling concentreert zich
allereerst op de pre,staties van den 6-jarigen
Duitschen draver Kotur, die onlangs door stal
Bolwijn, Groningen, is aangekocht, doch dit sei
zoen nog niet in Nederlandsche draverijen is uit-
hengst, die van prima bloed is.
startte in Duitschland veelal op de langere af
standen en toonde daarbij groote stayer-capaci
teiten. et record in Duitschland is 1,23 over 2300
meter. Het paard is op de Groningsche baan geen
onbekende. Het nam het vorige jaar deel aan
den invitatie-wedstrijd NederlandDuitschland
en bleek zich toen uitnemend aan de Nederland
schen grasbodem te kunnen aanpassen. Coupee
ren van Daria was toen evenwel oorzaak, dat
Kotur na 1,26 te hebben getoond, werd uitge
schakeld.
Wij vernemen, dat deze draver door zijn Duit
schen pikeur, den bekenden Hamburger rijder
Heitmann, zal worden gereden.
Behalve van Kotur verwachten de Noordelin
gen veel van Judge Scott en Daria. Vooral Judge
Scott, die, na in Amerika weinig te hebben ge
presteerd, door stal Schuyl, in Nederland werd
ingevoerd en op onze banen, na een zwak begin,
schitterende verrichtingen heeft geleverd, geniet
nog veel vertrouwen, hoewel de thans 13-jarige
hengst dit jaar slechts enkele malen is gestart.
Tijdens de jubileumdraverijen te Drachten
toonde hij echter nog den snelsten tijd, zoodat
met dezen draver, die ook in 1928 en 1929 den
titel won, geducht rekening zal moeten worden
gehouden.
Daria, die zich onlangs in Uithuizen weer bles
seerde en pas eenige weken buiten training was,
is ter elfder ure nog ingeschreven. Deze merrie
bleek op de Groningsche 28 Augustus-draverijen
althans op de 800 meter nog uitermate snel te
zijn, en zou, was de baan langer geweest, allicht
den winnaar Öernunnos duchtig hebben bedreigd.
Is deze Duitsch-Amerikaan morgen geheel fit,
dan zal zij, bij een droog pad, stellig een ernstige
rivale zijn bij haar pogingen om het succes van
1930 te herhalen.
Diamant Bleu verdient van de Hollandsche
representanten veel attentie. Dit paard speelde in
het Duindigt-kampioenschap een groote rol, door
een der drie heats te winnen, en, achter Senator
Madden, het tweede geld in de wacht te sleepen.
En dan noemen wij Flambeau, die onder voor
hem gunstige omstandigheden eveneens kan mee
tellen, te eerder, aangezien dit uit België afkom
stige paard Zondag j.l. nog zeer goede prestaties
heeft getoond. (K.M.-tijd 1,25 3/5).
Resteeren Glockenblume, Saffien, Quitewell
St. L., Parmenid, Bella V en Anlezy, waaronder
verschillende dravers, die ons het recht geven
van een open nummer te spreken.
Vroegere kampioenen.
Vorige winnaars waren:
1921 Great Night, eig. J. W. Schuyl in 1,27 9/10.
1922 Kerrigan, eig. Stal Lancier in 1,29 1/5.
1923 Billy Bunker, eig. John Groff in 1,23 2/5.
1924 Henriot, eig. K. G. v. d. Veen in 1,27 3/10.
1925 Emma Harvester, eig. J. W. Schuyl in
1,26 2/5.
1926 Nora Belwin, eig. J. Mensinga in 1,26 2/5.
1927 Nora Belwin, eig. J. Mensinga in 1,27.
1928 Judge Scott, eig. mevr. Oosting in 1,24 4/5.
1929 Judge Scott, eig. Mevr, Oosting in 1,25 1/10
1930 Daria, eig. H. Mensinga in 1,29 3/10.
1931 (Begonia, eig. L. J. Eikhuizen in 1,28 5/10.
IN DE ONZE LIEVE VROUW ABDU
TE TONGERLOO.
Maria's algemeen deelgenootschap met
Christus.
Van een bijzonderen correspondent
Vertaald luidt dit grafschrift:
Die Christus predikte aan de heidenen als
een goede en veel getrouwe dienstknecht rust
hier, Willem Marinus Kardinaal van Rossum,
geboren 3 September 1854, overleden 30 Augus
tus 1932.
Bidt voor hem.
Telegrammen.
Mgr. Wouters mocht nog het volgend tele
gram ontvangen uit Rome:
De H. Congregatie van de Voortplanting
des Geloofs betreurt het overlijden van haar
uitmuntenden prefect en is in den geest
tegenwoordig bij de in Nederland te houden
plechtige Uitvaart en stort vurige gebeden
voor de ziel van den roemvollen Kardinaal.
w.g. SALOTTI.
Een particulier telegram uit Rome meldt ons
d.d. gisteren:
Een plechtige Requiem-mis voor de ziele-
rust van Z. Em. Kardinaal van Rossum werd
heden opgedragen in de kerk van het H. Hart.
Het H. Misoffer werd gecelebreerd door den
hoogeerwaarden Pater A. Broeken, algemeen
overste der Missionarissen van het H.' Hart
(van Tilburg.)
De overleden Kerkvorst koesterde een groote
voorliefde voor de Congregatie der Missionaris
sen van het H. Hart en toonde haar een vader
lijke welwillendheid en belangstelling.
De laatste
Kardinaal.
uren van
den
Nu de opwinding van de eerste dagen door
den onverwachten dood van kardinaal van Ros
sum veroorzaakt, voorbij is, mochten we nog
enkele meer geordende bijzonderheden omtrent
diens afsterven vernemen.
Men had bij de laatste Bisschopswijding in
Vught den needs doodvermoeide® kardinaal
verzocht de zeer lange prefatie der Bisschops
wijding liever niet te zingen. De als steeds van
onverzettelijken wil getuigende plichtsbetrach
ting van den kardinaal ging echter ook weder
om thans zoo ver, dat hij van het toegestane
lezen geen gebruik wenschte te maken en met
uiterste krachtsinspanning zong de kardinaal
de prefatie ten einde. Enkele malen stierf het
geluld van den Kardinaal bijna geheel weg en
moest de doodzieke Kerkvorst worden gesteund.
Tot groote ontroering en stichting der aanwe
zigen verhief de kardinaal telkenmale met
groote krachtsinspanning opnieuw zijn stem.
Men bereidde zich reeds op het ergste voor,
toen een merkbare verbetering intrad; men
besloot den kardinaal ingevolge zijnwensch
naar het klooster te Wittem over te brengen.
Ongerustheid scheen niet gerechtvaardigd en
niemand had dan ook eenig vermoeden van het
tragisch verloop, dat de ziekte-toestand van
Z.Em. zou nemen. Immers ©enigen tijd ge
leden had Z.Em. te Rome in de kliniek aldaar
een dergelijke inzinking doorstaan.
Maandagochtend verergerde de toestand in
tusschen zoodanig, dat de inmiddels ontboden
geneesheer-directeur van het ziekenhuis „Cal
variënberg" te Maastricht dr Hentzen, den kar
dinaal voorzichtig inlichtte, dat overbrenging
en verpleging door de zusters van den H. Ca-
rolus wensehelijk, ja eenigszins noodzakelijk
zou zijn. De kardinaal gaf na deze mededeeling
onmiddellijk zijn toestemming tot de opneming.
Voorloopig bleef echter iedere gedachte aan
sterven verre, ofschoon men uit voorzichtig
heidsoogpunt ln verband met de zwakte van
den kardinaal alle bezoek, zelfs dat van de bis
schoppen besloot te ontzeggen.
Toen omstreeks 11 uur een verslechtering van
den toestand merkbaar was, besloot zijn secre
taris dr. Lijdsman niet langer 'te talmen en
bereidde hij den kardinaal voor, dat het uit
voorzichtigheid gewenscht was Z. Em. van de
laatste Genademiddelen der Kerk te voorzien.
De kardinaal antwoordde daarop met uiterst
zwakke stem: „Ja, ja het is goed".
De bediening had direct daarop plaats en
met groote godsvrucht ontving de Kardinaal
uit de #handen van dr. Lijdsman de H. Teer
spijze.
NEDERLANDSCHE DAMBOND-
Het bondsbestuur heeft besloten, dat de wed
strijd ter verkrijging van den meestertitel dit
jaar nog krachtens de bepalingen van het thans
geldende reglement zullen gehouden worden en
niet bij wijze van proef op de manier, zoo
als de reorganisatievoorstelen luidfen. De voor
wedstrijden zijn opgedragen aan de districten,
welke deze zoodanig dienen te regelen, dat de
eindstand in elk district 20 October e.k. bekend
is. Het ligt in het voornemen van het bondsbe
stuur om een volledig eindtournooi te houden en
niet eerst in 2 groepen te spelen.
INTERNATIONALE DAMBOND.
Popingen worden door den Zwitserschen Dam
bond aangewend om te komen tot oprichting van
een internationalen dambond. De bondsvoorzit
ter A. v. Broek te Rotterdam heeft althans een
officieele uitnoodiging ontvangen om een afge
vaardigde aan te wijzen, die den Nederlandschen
Dambond te Génève zal vertegenwoordigen. On
getwijfeld heeft de critiek, die het bondsbestuur
indertijd liet hooren, toen blijkbaar in Parijs
een internationale bond werd of zou worden
opgericht en waarbij Nederland niet uitgenoo-
digd was, volkomen gunstig gewerkt. Uit het
bovenstaande zou men althans mogen afleiden,
dat van de oprichting geen sprake is geweest.
Nu Holland en ook België is uitgenoodigd, zal er
meer kans van slagen zijn.
Nederland behaalt twee successen.
BELGRADO, 2 September. (H. N.) Heden be
gonnen de roei wedstrijden om het Europeesche
Kampioenschap. De uitslagen luiden:
Twee met stuurman: le heat: 1 Nederland
7.54.2; 2 Italië 7.55.2; 2e heat: 1 Zwitserland 7.43.8;
2 België 7.48.
Vier zonder stuurman: le heat: 1 Nederland
6.55; 2 Zwitserland 6.44.6; 2e heat: 1 Zuid-Slavië
6.46.6; 2 Hongarije 7.03.6.
Achten:'le heat: 1 Tsjecho Slowakije 6.13.4; 2
Polen 6.17.7; 2e heat: 1 Hongarije 6.13.2; 2 Frank
rijk 6.16.
Vier met stuurman: le heat: 1 Italië 6.31; 2
Zuid-Slavië 6.42; 2e heat: 1 Tsjecho Slowakije
6.44.6; 2 Frankrijk 6.45.6; 3e heat: 1 Denemarken
6.44.6; 2 Hongarije 7.00.6.
Skiff: le heat: 1 Saurin (Frankrijk 7.20.8; 2 Dr.
Kauer (Hongarije) 7.22.6; 2e heat: 1 Piri (Tsj.
Slowakije) 7.25.8; 2 Minge (België) 7.32.8.
Tweede dag.
Morgen worden op het Sparta-terrein te Rot-
terd"'
voo
de
t.
wedstrijden om den Zilveren Bal
G
Vc
A. D
ede ronde brengt eerst Sparta tegen-
uick, dan Feijenoord tegen Willem II,
iiens D. F.C. tegen Heracles en ten slotte
O. tegen Xerxes.
Het lijkt ons vrij waarschijnlijk dat uit de
eerste twee ontmoetingen de Rotterdamsche ma-
tadoren als overwinnaars te voorschijn komen,
zoodat we dan om 3 uur Sparta en Feijenoord
in den eersten halven eindstrijd zien, een kamp
welke de grootste attractie kan vormen van het
heele tornooi.
Het andere dubbel lijkt ons minder gemakke
lijk aan te wijzen. De Dordtenaren maken tegen
de Almeloeërs een behoorlijke kans, maar tegen
over A. D. O—Xerxes staan we in dubio. De
tweede halve eindstrijd tusschen de winnaars
van de laatst genoemde partijen begint om
4-15 uur.
BEKERWEDSTRIJD MAAS—S.V-H. 3-4.
Gisteravond heeft in het Kralingsche zwembad
te Rotterdam de bekerpolo-wedstrijd Maas—
S. V. H. plaats gehad. In de eerste helft was
S. V. H. door beter samenspel sterker dan de
thuisclub, wier doelman moest toezien, dat hij
driemaal werd gepasseerd. Maas kon in deze
periode hier geen enkel doelpunt tegenoverstel
len, doch in de tweede helft kwam zij los en door
twee goede doelpunt was het al spoedig 23
De spanning nam hierna tce en het bleef een
aardige strijd. Kort voor het einde slaagden beide
ploegen er in nog eenmaal te doelpunten, zoo
dat het einde kwam met 43 vooi S. V. H.
Te Nijmegen zong ons volk zijn Maria-liefde
uit. Zoo'n beweging vraagt goed onderlegde
leiders. Dht hebben onze priesters, kloosterlin
gen en seminaristen begrepen vol ijver en ia
grooten getale nemen zij deel aan de Mariale stu
diedagen, die Maandagmiddag onder voorzit
terschap van den Hgw. Heer dr. H. Lamy en Z.
E. H. kan. dr. Biltremieux, hoogleeraar te Leu
ven, werden ingezet.
Ter inleiding gaf de professor Biltremieux
een algemeen overzicht over de voornaamste
Mariale gebeurtenissen, gedurende het jaar
1931'32. Het eeuwfeest van het concilie vau
Ephese lokte niet alleen gelegenheidsstudies uit
b:v. de encycliek „Lux veritatis", maar bracht
de theologen ook tot grondig bestudeeren der
Mariale vraagstukken.
Daarna verklaarde spreker „het beginsel
van Maria's algemeen deelgenootschap met
Christus".
Zooals Eva met Adam medewerkte tot den
zondeval en in de zonde heel het menschdom in
het ongeluk stortte, zoo ook helpt Maria den
nieuwen Adam, Christus, in de zaliging van
alle menschen.
De laatste Pausen leeren formeel en uitdruk
kelijk het bestaan van het princiep van Maria's
deelgenootschap met Christus. Leo XIII in zijne
encyclieken spreekt tot 23 keeren over dat be
ginsel: de volgende Pausen gebruiken het meer.
malen in hun wereldbrleven. Zij hernemen ten
slotte de leer die de Vaders in het Marla-Eva-
parallel uitdrukten. Op Maria pasten zij al de
gezegden toe, waarmede ze Christus' verlossen
de werltdadigheid aanduidden.
Heel de Mariologie moet afgebouwd worden
in het licht van de twee groote princiepen: Ma
ria is Se Moeder van Christus, den Verlosser
en Maria is deelgenoote met Christus den Ver-
losser. Het eerste princiep, zonder dat het
tweede daarom werd uitgesloten, werd reeds
door de traditie uitgediept. De tijd is gekomen
om ook het tweede dieper in te studeeren.
Waar Christus is daar vinden wij ook Maria.
Hare eeuwige voorbeschikking omvatte niet al
leen haar goddelijk Moederschap maar ook haar
consortium met den Verlosser. In Jesus' leven
op aarde treffen wij Maria op de bijzonderste
momenten. Glorierijk ten hemel opgenomen, ze
telt Maria naast haar Goddelijk Kind om de
vruchten van het heerlijk verlossingswerk op
het menschdom toe te passen.
Na de Vespers, door het konvent in de abdij
kerk gezongen kwamen de deelnemers weer
naar de stemmig-versierde kapittelzaal om da
argumenten terloops aangehaald in de rede van
dr. Biltremieux nu ex professo te hooren voor
houden.
Z. E. P. dr. Bagaert O. F. M. kwam het
schrifturistisch argument voor Maria-nieuwe
Eva ontwikkelen „De nieuwe Eva in de H.
Schrift".
St. Paulus noemt Christus den nieuwen]
Adam, maar ln da H. Schrift komt nergens da
■benaming „nieuwe Eva" voor. Hij werd eeTSt
aan Maria gegeven door de H. Vaders. De
meesten steunen op de teksten van de Genesis
III15, of het Proto-Evangelie. „Ipsa conteret
caput tuum". Wie is die „ipsa", die muller
niet Eva Wel Maria Er is hier sprake va»
een persoonlijke overwinning van een vrouw.
In Maria was deze het volmaakst door hara
Onbevlekte Ontvangenis en hare volkomen vrij-
zijn van alle persoonlijke zondesmet. De oor
spronkelijke tekst doet echter veronderstellen,
dat het niet „muiier" maar wel „semen mulie-
ris" ia, wat terugslaat op het menschelijk ge
slacht collectief genomen of op de persoonlijk
heid van den Messias. De oplossing van die
taalkundige vraag brengt dezen uitslagvi
verborum bedoelt de schrijver Eva. De theolo
gant echter neemt ook de verklaring aan van zo«
kere schriftuurplaatsen „ex intentione revelan»
tis" en zocht ook bewijzen in het com pareer e*
van gelijkloopende passages.
De latere teksten belichten het Proto-Evane
geüie.
I,n Isaias VII spreekt de profeet eene straft
rede uit over het koningshuis van David om d<
zonden van Achaz. >.G«d zal U helpen, maa#
zonder reehtstreeksohe medewerking vaa
het huis van David zelf: ge maagd zal ontvan»
gen en een Zoon baren. De redding zal komea
door de alma, de maagdelijke vrouw. Deze teks
ten veronderstellen een vertrouwdheid van d«
joden met de gedachte aan de moeder van den
Redder Israels.
In Miohaeas V 2 voorspelt de profeet, da*
God Zijn volk aan de rampen zal prijsgeven, tot
dat de barenstijd van de vrouw is aangebroken.
Staat deze tekst in verband met Isaias
schijnt eer een vrije interpretatie van de Gen»
sis, die voor het joodsehe volk heel hegrijpeltH
voorkwam.
In de vervulling van die propheten treedt cfi
actieve medewerking van Maria aan de vefe
lossing door Christus duidelijk naar voren. Hdl
„fiat" van Maria was volkomen vrij. Rij deit
dood van Christus stemde Maria t°e in het offer
van haar Zoon: zij als moeder geeft vrij iets,
dat haar door natuurband toebehoort, zooala
Christus volkomen met vrijen wil Zijn leven af
legde voor Zijn broeders.
Staat Maria nergens In de Ij. Schrift ex
pliciet als de nieuwe Eva vernoemd, toch
■treedt ze daar werkelijk oP als nieuwe Eva naast
den nieuwen Adam en we mogen met recht
zeggen dat impliciet die titel haar door de H.H.
Boeken wordt toegekend.
Voldaan over dezen openingsdag leven del
deelnemers in een echte heerlijke stemming van
bewondering en liefde voor de Moeder-maagd en
danken God omdat ze haar deze dagen weer
eens beter leeren kenneh, zij, in wie God groote
dingen heeft gedaan. Hij, de Machtigefecit
ei magna Qui I>°tenK est et Sanctum Nomen
Ejus", en Heilig is Zi3n Naam.
Hoewel de competitie van den N. K. B. eerst
11 September aanvangt, staat voor morgen reeds
de wedstrijd VeloxRegenboog op het program
ma, te spelen op neutraal terrein, waarvoor is
aangewezen het terrein van Het Zuiden te Rot
terdam.
Deze wedstrijd is noodig geworden, doordat
Vitesse, een der oudste en meest bekende korf
balclubs, die groote verdienste heeft gehad voor
de verbetering van het spelpeil, dermate is afge
zakt, dat zij niet meer aan de competitie zal
deelnemen. Daardoor is er een extra plaats vrij
gekomen in de Westelijke le klasse, waarom ge
streden zal worden tusschen nummer twee en
drie van den eindstand der promotie- en degra
datiecompetitie. Hierin eindigde Rozenburg- als
nummer een, waardoor zij promoveerde, ter
wijl Velox en Regenboog een gelijk aantal pun
ten behaalden, zoodat een beslissingswedstrijd
thans noodzakelijk is. Aldus krijgen de Rotter
dammers nog vrij onverwacht een extra kans om
het le klasse-schap te behouden. Of zij hierin
zullen slagen, is een open vraag, waar de samen
stelling van de 12-tallen nog niet bekend is.
Sprekers voor den K. R. O,
Ut bet K. B- °-"Program voor de a^smw®®'iL
Zondag 4 September: 9.50—11.20 Z. Em. Kardi
naal Scbulte, tijdens ae Pontificale Iuit
Essen1.30-1-50 van Sasw°^t
2 102 30 Joe- PanhuysenBoeken en scnrüyersj
7.40^8.10 H. Hermans: „De liefde voor het va
derland". a.
Dinsdag 6 September: 2—2.30 mevr. M. Steyger-
Asperslagh: De gevaren der groote stad; 2.30—,
3 mevr. J. PelskyLeerwerk.
Vrijdag 9 September: 6—6.20 Jac.^!immermanst
,,De beteekenis der gaitenhouderij 7.10—17.30 J4
B. F. Solkes: Iets over huisdieren.
Zaterdag 10 September: 2.304 mevr. 3. Nuwen-
huls—v. d. Rijst, en mevr. C. Marras—-v. d. Vens
Kinderuurtje; 4.304.45 P- Heuker: Esperanto-
nieuws; 6—6.20 Paul de Waart: Journalistiek
weekoverzicht; 7.10—7.30 Pater J. Bouwma*
O.F.M.: „Vulcanisme". 9—9-15 Joan Kat: Mé«
crofoon-vertelael.
f