f MTEEH ZAKEN ZATERDAG 3 SEPTEMBER 1932 SPORT EN SPEL. TWEEDE MARIALE DAGEN. radionieuws- OFFICIEELE BIDPRENTJES. DE LAATSTE RUSTPLAATS VAN DEN KARDINAAL. GESPREK MET BROEDER AEGIDIUS. De laatste levensdagen van Zijne Eminentie. OM HET DRAVERSKAMPIOEN SCHAP VAN NEDERLAND. Courses te Groningen. HOCKEYWEDSTRIJD NEDER- LAND—BRITSCH-INDIE. In het Stadion te Amsterdam. HET ELFTAL DER GASTEN. Een uitstekende inschrijving. Requiemmis te Rome. DUREN HET LANGST iili ROEIWEDSTRIJDEN OM HET EUROPEESCH KAMPIOEN SCHAP. ZILVEREN BAL-TORNOOI. DE KORFBAL-COMPETITIE. Bloeiend Missieleven. En al dat werk was niet tevergeefseh Ook in dezen geest past het woord op hem, dat „gratia In eo vacua non fuit de kracht der genade niet IJdel in hem was". De Missie groeide en bloeide als nooit te voren. Zelfs de remmen, die een wereldoorlog aan de kerste ning der heidenen had aangelegd, konden de ikracht niet hinderen of verminderen, waar mee onder zijn hand de gloriewagen van Christus' Koningschap door de wereld werd voortgetrokken. O, dierbare overledene, het schoonste boek, dat over U ooit geschreven zal kunnen wor den, zal de historische vergelijking wezen tusschen den dag, waarop gij Uw eersten voet hebt gezet in het Paleis der Propaganda om daar de leiding over te nemen, en den dag van heden, waarop Uw moede hoofd ter neer gaat liggen in het graf, het laatste rustbed der menschen. Veertien jaren liggen daartus- schen, maar in het oog van den Missie-histo ricus zullen die zeker sommige veertien tien tallen van andere jaren overtreffen. De groote overledeneeen der onzen. En zoo kom ik vanzelf, geliefde toehoorders, tot mijn derde consideratie, tot een uiting van dankbaarheid over het voor ons zoo vreug devolle feit, dat de groote overledene een der onzen was. Wamt, geliefde toehoorders, deze Prefect der Heilige Congregatie de Propaganda Fide, was een Nederlander! Nederland is, geloof ik, geen egoïstisch land en wil dat ook niet wezen. Maar Neder land wil toch een land wezen van piëteit. En als wij hier staan bij het lijk van iemand, die in de laatste eeuwen wellicht geen gelijke had onder zijn landgenooten, wat wereld-invloed betreft, en die wellicht in de eerste eeuwen zulk een gelijke ook niet meer krijgen zal, laat ons, zijn medetijd- en landgenooten, dan God een oogemblik met fierheid danken, ook als Nederlanders! Zoon van Nederland en Nederlander was deze groote zoon der Kerk in merg en been. Ook als hooge burger van Rome en van de Stad van het Vaticaan, bleef hij dat en schreef nog uitdrukkelijk „Aan mijn landgenooten' Hij droeg het edele kenmerk van zijn stam rond als belichaamd in heel zijn wezen en werken. Ook den Paus zelf hoorde ik over hem spreken tot ons, Nederlanders, als over „onzen grooten Kardinaal". Welnu, wij Katholieke Nederlanders, heb ben maar enkele menschen, die door hun per soon en hun daden de wereldgeschiedenis mee schrijven, maar weinig menschen, die in de Kerk Gods heele bladzijden vullen. Daarom is het geen chauvinisme, geen IJdel heid, als Nederland in deze dagen speciaal heeft getreurd, als het Katholieke volk van Nederland vandaag een stil maar innig Te Deum tot God gericht om al het goede, dat de goede God aan de wereld en aan de Kerk heeft laten geschieden door dezen Nederlan der. Ik zeg dit trouwens met opzet, omdat ik dadelijk in dit verband een verzoek aan de Nederlandsche Katholieken meen te mogen richten. Onze missieijver groeie Geliefde toehoorders. Wij hebben Gods naam dus geprezen om de heerlijkheid, welke Hij in dit schoone leven heeft laten uitstralen en de kracht, welke Hij in dezen edelen geest en dit trouwe hart had gelegd. En de groote doode moge ons dankbaar Te Deum mee hebben gejubeld in de hallen des hemels, waar aan dat Te Deum geen einde kan komen. Maar toch! Ook voor deze ziel is het .Mise rere" geschreven. Ook voor dezen mensch deed de Kerk den priester treden in de laatste ure om zijn zintuigen te zalven met den reinigen- den Olie. Ook hem is Zij, toen hij wilde na deren tot de eeuwigheid, tegemoet getreden met de bede der bangheid „Si iniquitates ob- servaveris, Domine, Domine quls sustlnebit Als Gij op al onze ongerechtigheden gaat let ten, Heer, Heer, wie zal dan bestand zijn". Ook bij zijn lijk heeft de menigte, op het voorbeeld van den Bisschop, neergeknield, en gesmeekt „Dimltte nobis peccata nostra Vergeef ons toch onze schulden".. Ook uit zijn stervenden mond heeft de nederige belijdenis der schuld moeten klinken, en ook hij heeft gevraagd om de vrijspraak van den eenvoudi- gen priester. Ook voor hem staat geschreven, dat het heilzaam is „pro defunctis exorare ut a peccatis solvantur, voor de overledenen te hidden, opdat zij toch van hunne schuld be vrijd worden". Zeker, zijn deugd en zijn werk zullen hem ten goede komen bij God, maar waar is toch ook het woord, dat eenmaal een Missie-bis schop tot mij sprak: Zwaar is de dag, als de teekenen mijner waardigheid zullen achterblij ven op de aarde en ik voor God zal komen te staan enkel met den last der verantwoordelijk heid dier waardigheid. En daarom, ook de ziel van Kardinaal van Itossum vertrouwt op de liefde, die wij in de gemeenschap der Heiligen aan de dooden kun nen schenken, de liefde van het offer, de lief de van het helpend en verlossend gebed. Bisschoppen en priesters, hier tegenwoordig, als gij straks staat aan het altaar des Heeren, gedenkt dan hem, „qui nos praecessit cum signo fidei", die ons als een Apostel is door gegaan met het teeken des geloofs. Geloovi- gen, die mij hoort, helpt door uw gebed den overledene voor God zijn zware verantwoorde lijkheid dragen. Bidt en smeekt met de Kerk „Requiem aeternam dona ei, Domine, Heer, geef hem toch de eeuwige rust". Hij, die door zijn werk en gebed aan miliioenen het geloof heeft willen brengen en door het geloof het eeuwige leven, vraagt u thans door den mond der Kerk: Vergeet mij niet en bidt voor mij! Kardinaal van Rossum, dat zuilen wij doen! Maar we willen U nog een anderen troost, een andere belofte geven. Gij waart de groote Apostel der Missie. Uw Apostolische liefde werd de brand, die 't hart der Nederlandsche katholieken in brand zette voor de Missiën. Onder Uw leiding werden tientallen Nederlanders tot Bisschop in de heidensche landen, trokken honderdtallen van Nederlandsche priesters naar de heidensche landen, bloeiden de groote Missiewerken op tot een bloei, gelijk die wellicht nergens ter wereld wordt gevonden. Wij zullen die erfenis bewaren! Het schoonste „In Mem-oriam", het treffendste monument, dat in Nederland voor U zal kunnen worden opgetrokken, zal zijn een offervaardige, altijd groeiende Missie-ac tie. Als gij van uit den hemel al onze kleinen zult zie meetrekken in den kruistocht der H. Kindsheid, als gij van daarboven al onze groo teren lid zult weten van de Voortplanting des Geloofs, als gij de priesters, die door ons in het Sint Petrus' Liefdewerk onderhouden worden, haast niet meer zult kunnen tellen, dan zal Uw vreugde volmaakt zijn, dan zal Uw geest tusschen Uw volk onsterfelijk zijn. Geliefde toehoorders, ik ga eindigen. Moge onze groote doode zijn plaats gevonden hebben of spoedig vinden, naast den troon dier andere Apostelen, die hier eenmaal als Apostel en Bisschop hebben geleefd en gewerkt, naast een H. Servatius, in wiens prachtigen tempel zijn lijk thans voor het laatst heeft mogen rusten. Requiescat in pace. Hij ruste in vrede. Amen. Elders in dit nummer drukken we het bid prentje van Z. Em. Kardinaal Van Rossum af. Behalve den gereproduceerden tekst bevat 't bid prentje, samengesteld door den secretaris van Z. Em., dr. B. Lijdsman, en verkrijgbaar bij de firma Wed. J. R. van Rossum, Korte Minrebroe- derstraat 13, te Utrecht, een levensbeschrij ving van den Kardinaal. In den grafkelder te Wittem. Onze Limburgsche medewerker seint ons: Gisterenmiddag vertoefden wij weder iji het Redemptoristenklooster te Wittem, waar Pater Mosmans ons met zijn bekende welwillendheid te woord stond en zich gaarne bereid verklaar de ons persoonlijk te vergezellen naar den ouden grafkelder van het klooster, waar het stoffelijk overschot van Kardinaal van Rossum heden werd bijgezet. De grafkelder is in 1732, dus juist twee hon derd jaar geleden, tegelijk met het klooster gebouwd door den rijksgraaf Ferdinand von Plettenberg, opperkamerheer en eersten minis ter van den Keurvorst van Keulen. De grafelijke bouwheer had den wensch te kennen gegeven in dit grafgewelf, onder het priesterkoor van de kloosterkerk, te worden begraven. Maar toen hij geheel onverwacht op 47-jarigen leeftijd te Weenen stierf, werd hij aan den verren Donau-oever te ruste gelegd. Zoo bleef zijn grafstede ledig en slechts een Latijnsch opschrift op den wand bewaart de herinnering aan de vrome bedoeling van den stichter van Wittem's convent- En nu is juist deze plek uitgekozen als rustplaats voor den overleden Kerkvorst. Vóór de Fransche revolutie was de grafkel der alleen toegankelijk van uit -het inwendige der kerk. Maar toen in 1836 de Redemptoristen zich in het leegstaande klooster kwamen vesti gen, was het begraven in kerken en kloosters bij de wet verboden. Derhalve wendden de Pa ters zich eenige jaren later tot Willem II, die op 19 Maart 1846 het besluit teekende, waarbij aan de kloosterlingen van Wittem werd toe gestaan hun ordebroeders in den ouden graf kelder te ruste te leggen, mits de toegang werd gewijzigd en sindsdien Is de onderaardsche begraafplaats alleen van den kloostertuin uit te bereiken. Toen wij onder geleide van Pater Mosman's in de diepe krocht warVn afgedaald, zagen wij, dat men nog druk bezig was met de laatste toebereidselen voor de droeve plechtigheid en te midden van de bouwmaterialen, die moesten dienen voor het nieuwe graf, lazen wij met ontroering de opschriften uit vroeger dagen, die de herinnering wekten aan menigen groo ten Ordebroeder van den beminden Kardinaal. Bijzonder werden wij getroffen door den naam van Pater Bernard Hafkenscheidt, den beroem den missieprediker. Kon den overleden Kerkvorst een waardiger rustplaats worden bereid dan aan den voet van het altaar, temidden der vrome priester scharen, die hem zijn voorgegaan met het tee ken des geloofs en thans rusten in heiligen vrede En zullen latere bezoekers zich niet diep geroerd voelen, als zij naast de andere epltaphia er een zullen zien, dat sober wel sprekend getuigt: Qui Christum evangelisavit in gentibus Vir bonus super multa fidelis Hic quiescit Guilhelmus Marinus Card, van Rossum III Sept. MDCCCLIV saeculo natus Denatus XXX Aug. MCMXXX1I. Orate pro eo. Maastricht, 2 September 1932 Op een der rustbanken in het ziekenhuis „Calvariënberg" te Maastricht zat in verlaten heid Broeder Aegidius. De avondlijke stilte sloop de lange witte gan gen binnen, de eenzame tred van een laatsten bezoeker ging in deze tastbare stilte teloor. Even tevoren zagen we den broeder de trap afdalen en de zorgzame zusters, welke hem voor het avondmaal noodigde, een pijnlijk hoofd schuddend antwoord geven. Wel diep is de ver slagenheid van hen, die tot de onmiddellijke omgeving van den gestorven prelaat behoorden. Van de rustbank in de eenzame gang, waar 3 even wachten moesten, zien we de hal, waar gisteren het rouwfloers in plooienval neer viel, waar gemyterde hoofden, priesters en ge- zagsbekleeders en eenvoudigen van hart aan de doodsbaar van den kardinaal den doode een laatste eer kwamen brengen. Als vanzelfsprekend voert in deze omgeving elk gesprek tot den grooten Nederlandschen doode De herleving van al die aangrijpende herinneringen uit het leven van den kardinaal ontnemen den broeder den trek van verdriet, welke om zijn mond lag. De snelle, zoo vermoeiende missiereizen, een tonig in getal, doch fel van gloed tn haar be teekenis komen hem voor den geest. Enthousiast verhaalt Broeder Aegidius ons van het Eucha ristisch Congres in 1912 te Weenen, waarheen de Paus Kardinaal van Rossum als zijn legaat zond. Dat was 8 September. Massa's hemelwater poogden tevergeefs de geestdrift der Weensche bevolking neer te regenen. Met tienduizenden stond de bevolking der hoofdstad van het oude keizerrijk langs de straten geschaard, waar doorheen de pralende stoet van kerkvorsten trok. Het enthousiasme der bevolking richtte zich daar vooral tot den Nederlandschen Kar dinaal, den Pauselijken legaat, die minzaam de spontaan In de watermassa knielende bevolking zegende. Meermalen hield bij gelegenheid van dit Eucharistisch congres, keizer Frans Jozef ook intieme gedachtenwisseltngen met den Kardinaal. Van eenige rust of indeeling der dagtaak kon bij de vele reizen van den kardinaal natuurlijk geen sprake zijn. Dan vergde Z. Em. het uiter ste van zijn krachten. Dan volgden zich de werkzaamheden zonder rustpauze in bonte wis seling op en getuigden de daden van den Kar dinaal van een ongeëvenaarde vitaliteit. Vertelde Broeder Aegidius ons niet, dat de kardinaal te Kopenhagen in een processie drie lange uren in zijn opgeheven handen de mon strans droeg. Een uiterste regelmaat kenmerkte echter de sobere leefwijze van den kardinaal, wanneer hij zich in Rome bevond. Om vier uur ln den vroegen morgen reeds stond de kardinaal op, om zich in meditatie en gebed tot het H. Mis offer voor te bereiden en na het ontbijt verliet hij niet vóór 1 uur zijn werkvertrekken. Na een wandeling verleende de kardinaal vervolgens van half vijf tot half acht audiëntie. Sinds de kardinaal, in 1918 Prefect van de Propaganda was geworden, nam hij zijn intrek in het Pa lels der Propaganda. Hoewel de leefwijze van den kerkvorst uiterst bescheiden was, had Z.Em. een bijzondere voorliefde voor bloemen, een voorliefde, die zich vooral uitte bij het ver sleren van de hulskapel, waarover hij in het paleis der Propaganda de beschikking had ge kregen. Want al was den kardinaal als titel kerk de H. Kruiskerk toegewezen, aan zijn huis kapel, waarin hij zoo vaak zijn geest tot God verhief, wijdde de Kardinaal zijn bijzondere zorg. Van de vermoeienissen zijner zware dagtaak zocht de Kardinaal vaak ontspanning in een auto-tochtje in de omgéving der stad en meestal bezocht Z. Em. dan de Castel Gandolfo, het buitenverblijf van de Propaganda, een wonder mooi gelegen oord, dat grenst aan het Pause, lijk paleis. Merkbare ontroering trilde in de stem van broeder Aegidius, toen hij verhaalde van de vriendelijkheid, de minzaamheid en de voorko mendheid van den thans overleden Kardinaal, voor allen, die tot zijn omgeving behoorden. Zwaar moet inderdaad het verlies zijn door zijn dood voor degenen, die hem kennen, indien men dit afweegt naar het verdriet waarvan broeder Aegidius getuigde. 23 jaar heeft deze den Kar dinaal gediend en hem op al zijn reizen ver gezeld. Eenzaamheid staat nu voor dezen trou wen dienaaT, die echter met zich zal dragen in de toekomst een rijken schat van heerlijke herinneringen aan een nobel prelaat. Z. Em. raakte nu enkele malen buiten be wustzijn, doch hij bleef steeds hoorbaar ant woorden op de aanroepingen van de litanie van Alle Heiligen. Zonder doodstrijd en gelaten bood de Kerk vorst zijn ziel aan God, Die in het lichaam van den hoogenn lijder het groote licht doofde, om het in de Eeuwige Aanschouwing met ongerep- ten gloed te ontsteken. Bezoek van een zuster van den Kardinaal. Gistermorgen heeft een zuster van wijle Z.Em. Kardinaal van Rossum, de Eerw. Moeder Gerulfa van de Zusters van Liefde der Congre gatie van 0. L. Vr. Moeder van Barmhartig heid van Tilburg in gezelschap van de Gene- raal-Overste de Eerw. Moeder Christine, de generaal-assistente Eerw. Zuster Anny en de overste van Gulpen, de Eerw. Moeder Emma- nuela een bezoek gebracht aan de doodenbaar van den Kardinaal. De Eerw. Zusters werden begeleid door den oud-secretaris pater dr. Drehmans. Met oprechte belangstelling ziet de Nederland sche sportwereld de komst van de vermaarde Britsch-Indiërs tegemoet. Reeds een jaar vóór de spelen der IXe Olympiade te Amsterdam werd wereldkundig hoe in Britsch-Indië de hockeysport bloeide en vertelden ooggetuigen hoe er beter gespeeld werd dan in Europa. Dat is in 1928 juist gebleven en sedert dien vormden de Britsch-Indiërs op hockey-gebied een aparte klasse, precies als de Canadeezen op het gebied van ijshockey. Men weet hoe de Britsch-Indiërs in 1923 alles aan hun zegekar bonden, zonder dat er zelfs maar één doelpunt tegen hen gemaakt werd en hoe zij te Los Angeles een spelletje met hun Ja- pansche en Amerikaansche tegenstanders speel den en in 2 wedstrijden met 352 doelpunten overwonnen. Men krijgt den indruk dat de ploeg va» thans nóg weer sterker is dan die van 1928, de berichten uit Los Angeles boden weinig maat staf omdat zij totaal onvoldoendewaren, docb feitelijk spreken de cijfers waarme'de deze phe- nomenale Britsch-Indische hockey-cracks hun tegenstanders overwonnen, een duidelijke taal. Wat zal het Nederlandsch elftal tegen dezp geweldenaars vermogen te presteeren? Onze ■ploeg leed in den eindstrijd van het Olympisch tornooi 1928 een 3—0 nederlaag tegen de tegen standers van heden. In beide ploegen komen nog enkele spelers voor die dien gedenkwaardigen eindstrijd mee maakten. Van de Hollanders zijn dat Tresling en de Waal. Wij gelooven niet dat onze landgenooten er ditmaal zoo „genadig" afkomen. Onze spelers zijn nog tamelijk ongetraind al heeft men zich sedert enkele weken lichamelijk voorbereid en al is er deze week twee malen te Amsterdam series geoefend. We zijn echter overtuigd, dat de Nederlandsche ploeg zich ten volle geven zal en daardoor de Britsch-Indiërs tot volle krachts- ontploooing dwingt. Dan zal men zeker een bij uitstek interessante en fraaie ontmoeting te aan schouwen krijgen. De ploeg der Olympische kampioenen. De gasten van den Ned. Hockey en Bandy Bond komen heden te Amsterdam aan, waar zij hun intrek nemen in het Carlton Hotel. De opstelling van het Britsch-Indisch elftal zal morgen als volgt zijn: Doel: Hind. Achter: Hammond en Tapsell. Midden: Ninhas, Pinniger en Lal. Voor: Sah Kerr, Kulhar Singh, Dhyan, Chand, Koop Singh en Saffar. Hammond, Pinniger en Dhyan Chand maak ten ook deel uit van de ploeg die in 1928 het Olympisch kampioenschap behaalde. Voor de vierdt maal zullen morgen op de baan in het Groningsche Stadspark de beste Neder landsche paarden starten in de heat, waaraan het kampioenschap van Nederland is verbonden. De inschrijving voor den titelstrijd is stellig wel zoodanig, dat men een boeiend en spannend verloop van de heat kan verwachten. Zeker zou de course van nog grooter beteekenis geweest zijn, indien men op de deelnemerslijst ook een Charley Leyburn, een Clyde, en vooral een Se nator Madden had aangetroffen. Vooral het uit komen van den laatsten hengst, die ook het internationale kampioenschap van Duindigt op 17 Juli j.l. won, zou het nummed aan beteekenis hebben doen winnen, zij het ook, dat de course aanzienlijk minder open zou zijn geweest dan nu het geval is. Wij vernamen, dat Ensing er echter de voorkeur aangaf, in België te starten. Intusschen is het 11-tal nu ingeschreven paar den zeer voldoende. De tegenstelling NoordWest in het oog hou dend, kan worden geconstateerd, dat de gasthee- ren after all nog niet zoo slecht voor den dag komen. Veler belangstelling concentreert zich allereerst op de pre,staties van den 6-jarigen Duitschen draver Kotur, die onlangs door stal Bolwijn, Groningen, is aangekocht, doch dit sei zoen nog niet in Nederlandsche draverijen is uit- hengst, die van prima bloed is. startte in Duitschland veelal op de langere af standen en toonde daarbij groote stayer-capaci teiten. et record in Duitschland is 1,23 over 2300 meter. Het paard is op de Groningsche baan geen onbekende. Het nam het vorige jaar deel aan den invitatie-wedstrijd NederlandDuitschland en bleek zich toen uitnemend aan de Nederland schen grasbodem te kunnen aanpassen. Coupee ren van Daria was toen evenwel oorzaak, dat Kotur na 1,26 te hebben getoond, werd uitge schakeld. Wij vernemen, dat deze draver door zijn Duit schen pikeur, den bekenden Hamburger rijder Heitmann, zal worden gereden. Behalve van Kotur verwachten de Noordelin gen veel van Judge Scott en Daria. Vooral Judge Scott, die, na in Amerika weinig te hebben ge presteerd, door stal Schuyl, in Nederland werd ingevoerd en op onze banen, na een zwak begin, schitterende verrichtingen heeft geleverd, geniet nog veel vertrouwen, hoewel de thans 13-jarige hengst dit jaar slechts enkele malen is gestart. Tijdens de jubileumdraverijen te Drachten toonde hij echter nog den snelsten tijd, zoodat met dezen draver, die ook in 1928 en 1929 den titel won, geducht rekening zal moeten worden gehouden. Daria, die zich onlangs in Uithuizen weer bles seerde en pas eenige weken buiten training was, is ter elfder ure nog ingeschreven. Deze merrie bleek op de Groningsche 28 Augustus-draverijen althans op de 800 meter nog uitermate snel te zijn, en zou, was de baan langer geweest, allicht den winnaar Öernunnos duchtig hebben bedreigd. Is deze Duitsch-Amerikaan morgen geheel fit, dan zal zij, bij een droog pad, stellig een ernstige rivale zijn bij haar pogingen om het succes van 1930 te herhalen. Diamant Bleu verdient van de Hollandsche representanten veel attentie. Dit paard speelde in het Duindigt-kampioenschap een groote rol, door een der drie heats te winnen, en, achter Senator Madden, het tweede geld in de wacht te sleepen. En dan noemen wij Flambeau, die onder voor hem gunstige omstandigheden eveneens kan mee tellen, te eerder, aangezien dit uit België afkom stige paard Zondag j.l. nog zeer goede prestaties heeft getoond. (K.M.-tijd 1,25 3/5). Resteeren Glockenblume, Saffien, Quitewell St. L., Parmenid, Bella V en Anlezy, waaronder verschillende dravers, die ons het recht geven van een open nummer te spreken. Vroegere kampioenen. Vorige winnaars waren: 1921 Great Night, eig. J. W. Schuyl in 1,27 9/10. 1922 Kerrigan, eig. Stal Lancier in 1,29 1/5. 1923 Billy Bunker, eig. John Groff in 1,23 2/5. 1924 Henriot, eig. K. G. v. d. Veen in 1,27 3/10. 1925 Emma Harvester, eig. J. W. Schuyl in 1,26 2/5. 1926 Nora Belwin, eig. J. Mensinga in 1,26 2/5. 1927 Nora Belwin, eig. J. Mensinga in 1,27. 1928 Judge Scott, eig. mevr. Oosting in 1,24 4/5. 1929 Judge Scott, eig. Mevr, Oosting in 1,25 1/10 1930 Daria, eig. H. Mensinga in 1,29 3/10. 1931 (Begonia, eig. L. J. Eikhuizen in 1,28 5/10. IN DE ONZE LIEVE VROUW ABDU TE TONGERLOO. Maria's algemeen deelgenootschap met Christus. Van een bijzonderen correspondent Vertaald luidt dit grafschrift: Die Christus predikte aan de heidenen als een goede en veel getrouwe dienstknecht rust hier, Willem Marinus Kardinaal van Rossum, geboren 3 September 1854, overleden 30 Augus tus 1932. Bidt voor hem. Telegrammen. Mgr. Wouters mocht nog het volgend tele gram ontvangen uit Rome: De H. Congregatie van de Voortplanting des Geloofs betreurt het overlijden van haar uitmuntenden prefect en is in den geest tegenwoordig bij de in Nederland te houden plechtige Uitvaart en stort vurige gebeden voor de ziel van den roemvollen Kardinaal. w.g. SALOTTI. Een particulier telegram uit Rome meldt ons d.d. gisteren: Een plechtige Requiem-mis voor de ziele- rust van Z. Em. Kardinaal van Rossum werd heden opgedragen in de kerk van het H. Hart. Het H. Misoffer werd gecelebreerd door den hoogeerwaarden Pater A. Broeken, algemeen overste der Missionarissen van het H.' Hart (van Tilburg.) De overleden Kerkvorst koesterde een groote voorliefde voor de Congregatie der Missionaris sen van het H. Hart en toonde haar een vader lijke welwillendheid en belangstelling. De laatste Kardinaal. uren van den Nu de opwinding van de eerste dagen door den onverwachten dood van kardinaal van Ros sum veroorzaakt, voorbij is, mochten we nog enkele meer geordende bijzonderheden omtrent diens afsterven vernemen. Men had bij de laatste Bisschopswijding in Vught den needs doodvermoeide® kardinaal verzocht de zeer lange prefatie der Bisschops wijding liever niet te zingen. De als steeds van onverzettelijken wil getuigende plichtsbetrach ting van den kardinaal ging echter ook weder om thans zoo ver, dat hij van het toegestane lezen geen gebruik wenschte te maken en met uiterste krachtsinspanning zong de kardinaal de prefatie ten einde. Enkele malen stierf het geluld van den Kardinaal bijna geheel weg en moest de doodzieke Kerkvorst worden gesteund. Tot groote ontroering en stichting der aanwe zigen verhief de kardinaal telkenmale met groote krachtsinspanning opnieuw zijn stem. Men bereidde zich reeds op het ergste voor, toen een merkbare verbetering intrad; men besloot den kardinaal ingevolge zijnwensch naar het klooster te Wittem over te brengen. Ongerustheid scheen niet gerechtvaardigd en niemand had dan ook eenig vermoeden van het tragisch verloop, dat de ziekte-toestand van Z.Em. zou nemen. Immers ©enigen tijd ge leden had Z.Em. te Rome in de kliniek aldaar een dergelijke inzinking doorstaan. Maandagochtend verergerde de toestand in tusschen zoodanig, dat de inmiddels ontboden geneesheer-directeur van het ziekenhuis „Cal variënberg" te Maastricht dr Hentzen, den kar dinaal voorzichtig inlichtte, dat overbrenging en verpleging door de zusters van den H. Ca- rolus wensehelijk, ja eenigszins noodzakelijk zou zijn. De kardinaal gaf na deze mededeeling onmiddellijk zijn toestemming tot de opneming. Voorloopig bleef echter iedere gedachte aan sterven verre, ofschoon men uit voorzichtig heidsoogpunt ln verband met de zwakte van den kardinaal alle bezoek, zelfs dat van de bis schoppen besloot te ontzeggen. Toen omstreeks 11 uur een verslechtering van den toestand merkbaar was, besloot zijn secre taris dr. Lijdsman niet langer 'te talmen en bereidde hij den kardinaal voor, dat het uit voorzichtigheid gewenscht was Z. Em. van de laatste Genademiddelen der Kerk te voorzien. De kardinaal antwoordde daarop met uiterst zwakke stem: „Ja, ja het is goed". De bediening had direct daarop plaats en met groote godsvrucht ontving de Kardinaal uit de #handen van dr. Lijdsman de H. Teer spijze. NEDERLANDSCHE DAMBOND- Het bondsbestuur heeft besloten, dat de wed strijd ter verkrijging van den meestertitel dit jaar nog krachtens de bepalingen van het thans geldende reglement zullen gehouden worden en niet bij wijze van proef op de manier, zoo als de reorganisatievoorstelen luidfen. De voor wedstrijden zijn opgedragen aan de districten, welke deze zoodanig dienen te regelen, dat de eindstand in elk district 20 October e.k. bekend is. Het ligt in het voornemen van het bondsbe stuur om een volledig eindtournooi te houden en niet eerst in 2 groepen te spelen. INTERNATIONALE DAMBOND. Popingen worden door den Zwitserschen Dam bond aangewend om te komen tot oprichting van een internationalen dambond. De bondsvoorzit ter A. v. Broek te Rotterdam heeft althans een officieele uitnoodiging ontvangen om een afge vaardigde aan te wijzen, die den Nederlandschen Dambond te Génève zal vertegenwoordigen. On getwijfeld heeft de critiek, die het bondsbestuur indertijd liet hooren, toen blijkbaar in Parijs een internationale bond werd of zou worden opgericht en waarbij Nederland niet uitgenoo- digd was, volkomen gunstig gewerkt. Uit het bovenstaande zou men althans mogen afleiden, dat van de oprichting geen sprake is geweest. Nu Holland en ook België is uitgenoodigd, zal er meer kans van slagen zijn. Nederland behaalt twee successen. BELGRADO, 2 September. (H. N.) Heden be gonnen de roei wedstrijden om het Europeesche Kampioenschap. De uitslagen luiden: Twee met stuurman: le heat: 1 Nederland 7.54.2; 2 Italië 7.55.2; 2e heat: 1 Zwitserland 7.43.8; 2 België 7.48. Vier zonder stuurman: le heat: 1 Nederland 6.55; 2 Zwitserland 6.44.6; 2e heat: 1 Zuid-Slavië 6.46.6; 2 Hongarije 7.03.6. Achten:'le heat: 1 Tsjecho Slowakije 6.13.4; 2 Polen 6.17.7; 2e heat: 1 Hongarije 6.13.2; 2 Frank rijk 6.16. Vier met stuurman: le heat: 1 Italië 6.31; 2 Zuid-Slavië 6.42; 2e heat: 1 Tsjecho Slowakije 6.44.6; 2 Frankrijk 6.45.6; 3e heat: 1 Denemarken 6.44.6; 2 Hongarije 7.00.6. Skiff: le heat: 1 Saurin (Frankrijk 7.20.8; 2 Dr. Kauer (Hongarije) 7.22.6; 2e heat: 1 Piri (Tsj. Slowakije) 7.25.8; 2 Minge (België) 7.32.8. Tweede dag. Morgen worden op het Sparta-terrein te Rot- terd"' voo de t. wedstrijden om den Zilveren Bal G Vc A. D ede ronde brengt eerst Sparta tegen- uick, dan Feijenoord tegen Willem II, iiens D. F.C. tegen Heracles en ten slotte O. tegen Xerxes. Het lijkt ons vrij waarschijnlijk dat uit de eerste twee ontmoetingen de Rotterdamsche ma- tadoren als overwinnaars te voorschijn komen, zoodat we dan om 3 uur Sparta en Feijenoord in den eersten halven eindstrijd zien, een kamp welke de grootste attractie kan vormen van het heele tornooi. Het andere dubbel lijkt ons minder gemakke lijk aan te wijzen. De Dordtenaren maken tegen de Almeloeërs een behoorlijke kans, maar tegen over A. D. O—Xerxes staan we in dubio. De tweede halve eindstrijd tusschen de winnaars van de laatst genoemde partijen begint om 4-15 uur. BEKERWEDSTRIJD MAAS—S.V-H. 3-4. Gisteravond heeft in het Kralingsche zwembad te Rotterdam de bekerpolo-wedstrijd Maas— S. V. H. plaats gehad. In de eerste helft was S. V. H. door beter samenspel sterker dan de thuisclub, wier doelman moest toezien, dat hij driemaal werd gepasseerd. Maas kon in deze periode hier geen enkel doelpunt tegenoverstel len, doch in de tweede helft kwam zij los en door twee goede doelpunt was het al spoedig 23 De spanning nam hierna tce en het bleef een aardige strijd. Kort voor het einde slaagden beide ploegen er in nog eenmaal te doelpunten, zoo dat het einde kwam met 43 vooi S. V. H. Te Nijmegen zong ons volk zijn Maria-liefde uit. Zoo'n beweging vraagt goed onderlegde leiders. Dht hebben onze priesters, kloosterlin gen en seminaristen begrepen vol ijver en ia grooten getale nemen zij deel aan de Mariale stu diedagen, die Maandagmiddag onder voorzit terschap van den Hgw. Heer dr. H. Lamy en Z. E. H. kan. dr. Biltremieux, hoogleeraar te Leu ven, werden ingezet. Ter inleiding gaf de professor Biltremieux een algemeen overzicht over de voornaamste Mariale gebeurtenissen, gedurende het jaar 1931'32. Het eeuwfeest van het concilie vau Ephese lokte niet alleen gelegenheidsstudies uit b:v. de encycliek „Lux veritatis", maar bracht de theologen ook tot grondig bestudeeren der Mariale vraagstukken. Daarna verklaarde spreker „het beginsel van Maria's algemeen deelgenootschap met Christus". Zooals Eva met Adam medewerkte tot den zondeval en in de zonde heel het menschdom in het ongeluk stortte, zoo ook helpt Maria den nieuwen Adam, Christus, in de zaliging van alle menschen. De laatste Pausen leeren formeel en uitdruk kelijk het bestaan van het princiep van Maria's deelgenootschap met Christus. Leo XIII in zijne encyclieken spreekt tot 23 keeren over dat be ginsel: de volgende Pausen gebruiken het meer. malen in hun wereldbrleven. Zij hernemen ten slotte de leer die de Vaders in het Marla-Eva- parallel uitdrukten. Op Maria pasten zij al de gezegden toe, waarmede ze Christus' verlossen de werltdadigheid aanduidden. Heel de Mariologie moet afgebouwd worden in het licht van de twee groote princiepen: Ma ria is Se Moeder van Christus, den Verlosser en Maria is deelgenoote met Christus den Ver- losser. Het eerste princiep, zonder dat het tweede daarom werd uitgesloten, werd reeds door de traditie uitgediept. De tijd is gekomen om ook het tweede dieper in te studeeren. Waar Christus is daar vinden wij ook Maria. Hare eeuwige voorbeschikking omvatte niet al leen haar goddelijk Moederschap maar ook haar consortium met den Verlosser. In Jesus' leven op aarde treffen wij Maria op de bijzonderste momenten. Glorierijk ten hemel opgenomen, ze telt Maria naast haar Goddelijk Kind om de vruchten van het heerlijk verlossingswerk op het menschdom toe te passen. Na de Vespers, door het konvent in de abdij kerk gezongen kwamen de deelnemers weer naar de stemmig-versierde kapittelzaal om da argumenten terloops aangehaald in de rede van dr. Biltremieux nu ex professo te hooren voor houden. Z. E. P. dr. Bagaert O. F. M. kwam het schrifturistisch argument voor Maria-nieuwe Eva ontwikkelen „De nieuwe Eva in de H. Schrift". St. Paulus noemt Christus den nieuwen] Adam, maar ln da H. Schrift komt nergens da ■benaming „nieuwe Eva" voor. Hij werd eeTSt aan Maria gegeven door de H. Vaders. De meesten steunen op de teksten van de Genesis III15, of het Proto-Evangelie. „Ipsa conteret caput tuum". Wie is die „ipsa", die muller niet Eva Wel Maria Er is hier sprake va» een persoonlijke overwinning van een vrouw. In Maria was deze het volmaakst door hara Onbevlekte Ontvangenis en hare volkomen vrij- zijn van alle persoonlijke zondesmet. De oor spronkelijke tekst doet echter veronderstellen, dat het niet „muiier" maar wel „semen mulie- ris" ia, wat terugslaat op het menschelijk ge slacht collectief genomen of op de persoonlijk heid van den Messias. De oplossing van die taalkundige vraag brengt dezen uitslagvi verborum bedoelt de schrijver Eva. De theolo gant echter neemt ook de verklaring aan van zo« kere schriftuurplaatsen „ex intentione revelan» tis" en zocht ook bewijzen in het com pareer e* van gelijkloopende passages. De latere teksten belichten het Proto-Evane geüie. I,n Isaias VII spreekt de profeet eene straft rede uit over het koningshuis van David om d< zonden van Achaz. >.G«d zal U helpen, maa# zonder reehtstreeksohe medewerking vaa het huis van David zelf: ge maagd zal ontvan» gen en een Zoon baren. De redding zal komea door de alma, de maagdelijke vrouw. Deze teks ten veronderstellen een vertrouwdheid van d« joden met de gedachte aan de moeder van den Redder Israels. In Miohaeas V 2 voorspelt de profeet, da* God Zijn volk aan de rampen zal prijsgeven, tot dat de barenstijd van de vrouw is aangebroken. Staat deze tekst in verband met Isaias schijnt eer een vrije interpretatie van de Gen» sis, die voor het joodsehe volk heel hegrijpeltH voorkwam. In de vervulling van die propheten treedt cfi actieve medewerking van Maria aan de vefe lossing door Christus duidelijk naar voren. Hdl „fiat" van Maria was volkomen vrij. Rij deit dood van Christus stemde Maria t°e in het offer van haar Zoon: zij als moeder geeft vrij iets, dat haar door natuurband toebehoort, zooala Christus volkomen met vrijen wil Zijn leven af legde voor Zijn broeders. Staat Maria nergens In de Ij. Schrift ex pliciet als de nieuwe Eva vernoemd, toch ■treedt ze daar werkelijk oP als nieuwe Eva naast den nieuwen Adam en we mogen met recht zeggen dat impliciet die titel haar door de H.H. Boeken wordt toegekend. Voldaan over dezen openingsdag leven del deelnemers in een echte heerlijke stemming van bewondering en liefde voor de Moeder-maagd en danken God omdat ze haar deze dagen weer eens beter leeren kenneh, zij, in wie God groote dingen heeft gedaan. Hij, de Machtigefecit ei magna Qui I>°tenK est et Sanctum Nomen Ejus", en Heilig is Zi3n Naam. Hoewel de competitie van den N. K. B. eerst 11 September aanvangt, staat voor morgen reeds de wedstrijd VeloxRegenboog op het program ma, te spelen op neutraal terrein, waarvoor is aangewezen het terrein van Het Zuiden te Rot terdam. Deze wedstrijd is noodig geworden, doordat Vitesse, een der oudste en meest bekende korf balclubs, die groote verdienste heeft gehad voor de verbetering van het spelpeil, dermate is afge zakt, dat zij niet meer aan de competitie zal deelnemen. Daardoor is er een extra plaats vrij gekomen in de Westelijke le klasse, waarom ge streden zal worden tusschen nummer twee en drie van den eindstand der promotie- en degra datiecompetitie. Hierin eindigde Rozenburg- als nummer een, waardoor zij promoveerde, ter wijl Velox en Regenboog een gelijk aantal pun ten behaalden, zoodat een beslissingswedstrijd thans noodzakelijk is. Aldus krijgen de Rotter dammers nog vrij onverwacht een extra kans om het le klasse-schap te behouden. Of zij hierin zullen slagen, is een open vraag, waar de samen stelling van de 12-tallen nog niet bekend is. Sprekers voor den K. R. O, Ut bet K. B- °-"Program voor de a^smw®®'iL Zondag 4 September: 9.50—11.20 Z. Em. Kardi naal Scbulte, tijdens ae Pontificale Iuit Essen1.30-1-50 van Sasw°^t 2 102 30 Joe- PanhuysenBoeken en scnrüyersj 7.40^8.10 H. Hermans: „De liefde voor het va derland". a. Dinsdag 6 September: 2—2.30 mevr. M. Steyger- Asperslagh: De gevaren der groote stad; 2.30—, 3 mevr. J. PelskyLeerwerk. Vrijdag 9 September: 6—6.20 Jac.^!immermanst ,,De beteekenis der gaitenhouderij 7.10—17.30 J4 B. F. Solkes: Iets over huisdieren. Zaterdag 10 September: 2.304 mevr. 3. Nuwen- huls—v. d. Rijst, en mevr. C. Marras—-v. d. Vens Kinderuurtje; 4.304.45 P- Heuker: Esperanto- nieuws; 6—6.20 Paul de Waart: Journalistiek weekoverzicht; 7.10—7.30 Pater J. Bouwma* O.F.M.: „Vulcanisme". 9—9-15 Joan Kat: Mé« crofoon-vertelael. f

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1932 | | pagina 6