LEZERS VAN ONS BLAD
geadverteerde artikelen.
DE ONGEREGELDHEDEN OP DINSDAG
20 SEPTEMBER.
ass rs/jtsajv-
"4
MAX
ZIJN VRIENDEN.
marktberichten.
DINSDAG 4 OCTOBER 1932 "1
RADIO-PROGRAMMA
woensdag 5 october.
behandeling in den
HAAGSCHE RAAD
HET POLITIE-OPTREDEN OP
20 SEPTEMBER.
Interpellatie Vliegen.
DE BURGEMEESTER AAN HET
WOORD
Een drama hoog in de lacht.
Moderne kooplieden geven door hunne advertentiën
in de dagbladen blijk, met hunne aanbiedingen de
concurrentie het hoofd te kunnen bieden.
Zij treden met hunne producten en de prijzen, welke
zij er voor rekenen, openlijk op en leveren hierdoor
het bewijs, aan het publiek de beslissing in daden
van koop te durven overlaten.
De meeat geadverteerde goederen vinden den groot-
sten aftrek. Zij zijn bijna altijd de beste en de goed
koopste. Koopt dus uitsluitend
R'DAMSCHE VOETBALBOND
..VryeW JMI
foU70-r.20, ClimlM1 fS8P7eoLlT
«uLndintf1 i1S?5 M., 160 K. H.) TJital. NCRV-
foonpl.in' Schriftlezing; 8.15—9.30 gramo-
ding- li ^CRV.-dameskoor; 10.30 rnorgenwij-
Meder (n'i„!0ncert- H- v- d- LUn (vioo]) ^leP
■ink (h,,f. 0 en cello); 12.15 zang door W. Hes-
(piano) en mevr. C. Kempers—Koster
harmon'i„Ü! a' Sonate in a-dur, Albinoni12.45
vervol» ®3Pel door Joh. Veenschreuder1.302.-
fflevf p önS en piano; 2.30 gramofoonpl.; 3.-
Hernio-' v' Ravenzwaay Möllenkamp (zang), H.
mevr Sn (viool), H. v. d. Horst Jr. (cello) en
Ned V A. v. d. Horst—Bleekrode (piano), o. a.
6. ie<Jeren uit 15o en 16e eeuw; 5.- kinderuur;
En»framof°np!-6.15 causerie C. N. V.; 6.30
W^he les; 7.- afgestaan; 7.45 Ned. Chr. Pers-
Chr ti' 10.30 propaganda-avond m. m. v. de
en n Warmoniever. .Excelsior" o. I. v. W. Grebel
Ua- C. v. d Zaal en K.' Kruithof (toespraken)
J0- Vaz Dias; 10.30—H-30 gramofoonplaten.
J'Iverium (296 M„ 1013 K. H.) VARA-
dn S10 gramofoonpl.; 10.15 voordracht
Y- 0r Janny van Oogen, VARA.-tooneel o. I. v.
y. Cappellen en ».Pe Notenkrakers" o. 1. v.
Wins; 121.45 ».Pe Notenkrakers" en gra-
°- a. Caprice, Mosekowsky, en Sou-
wf. erj gramofoonpl-» o. a. Chanson trlste, Tschai-
e-a ^y; Ö'15 orgelspel door J. Brookhouse Mac-
irthy; 7.- causerie door Jan Oudegeest; 7.15
van dezen tijd, Joh. Feitkamp (fluit) en
v Tiggers (piano); 7.55 herhaling S. O. S--
ve^chten; 8.- dr- M. Wibaut Verspilling
productieve krachten; 8.20 VARA.-orkest, o.
>2 Scènes alsaciennes, Massenet; 9.- ,,De affaire
yreyfus" (II); N.V. Amsterd. Tooneelver. o. 1.
A. v. Dalsum en A. Defresne en het VARA.-
l0°neel o. 1- v- W. v. Cappellen; algeh. leiding:
v. Dalsum; 10.20 Vaz Dias: 10.30 VARA.-
°fkest, o. a. Ballet „Faust", Gounod; 11.20-12.-
S^amofoonplaten.
Öaventry (1554 M., 193 K. H.) 10.50 tydsein,
^eerbericht; 11.05 lezing; 12.20 orgelspel Quentin
MacLean1.05 Leonardo Kemp's orkest, o. a.
ï>otp. Geisha en Troubadour; 1.50 gramofoonpl.;
2.45 voor de scholen: 3.50 sted. orkest van Bourne
mouth, m. m. v. Horace Fellowes (viool), o. a.
Symphonie in Bes, Chausson en Vioolconcert,
Mendelssohn; 5.05 Schotsch Studio-orkest o. a.
suite Joyous Youth, Coates5.35 kinderuur; 6.20
berichten: 6.50 Debussy's pianomuziek door Elsa
Karen: 7.10. 7.30, 7.50 lezingen; 8.20 dansmuziek
door Roy Fox en zijn band; 9.20 berichten; 9.40
,.The white Blackbird", hoorspel van Lenox Ro
binson; regieCreswell; 10.55 lezing; 11.10—12.20
dansmuziek door Ambrose's Blue Lyres.
^ar«s (Radio-Paris, 1724 M., 174 K. H.) 8.05,
12.05 en 7.40 gramofoonpl.9.05 „L'autre solell",
van Carlos Larronde; 9.50 gramofoonpl., o. a. uit
>,Die Meistersinger", Wagner.
Kalundborg (1153 M-, 260 K. H.) 3.20—4.20
omroeporkest, o. a. ouv. ..Fledermaus", Strausz;
4.204.50 gramofoonpl.7.20 concert, o. a. Kreut-
Zer-sonate, Beethoven; 8.201.20 dansmuziek voor
jeugd door diverse orkesten.
Langenberg- (473 M.. 634 K. H.) 6.257.20
^amofoonpl.11.2012.20 dito; 12.201.50 concert,
°- a. fragm. Hamlet, Thomas; 4.20—5.35 pop.
^Dncert; 7.20 Schubert-Strauss-concert o. 1. v-
■^ühn, m. m. v. Hub. Flohr (piano), o. a. Tanz-
®uite, Schubert, en Noordseebilder, wals, Strauss;
9.5011.20 dansmuziek o. 1. v. Hysoldt.
Rome (441 M., 680 K. H.) 4.50 concert, o. a.
cragm. Svmphonie espagnole, Halo: 8.USitaliaan-
®che operamuziek, ,,La baronesa m tarrai van
Guiseppe Mulé; dir. de componlsL koorleiding
^solari.
Brussel (508 M., 590 K. H.) 12.20 Max Alexys
°rkest; 5 20 dansmuziek (gramofoonpl.); g 20
2angvoordrachtPlaI?°" en cello-sonates; g.20
Vrooljik uurtje9-20 orgelconcert door P. Malein-
srau; 10.30 M»* Alexys en zyn orkest.
(338 M-. 8S7 K. H.) 12.20 zie 508 M.5.20
Engelsche kamermuziek m. m. v. kwartet en
klarinet; 6.20 en 6.50 gramofoonpl.; 8.20 „Yolan-
de". legende in drie deelen van A. Sniedersmu
ziek E. Wambach; na afloop Max Alexys en zjjn
orkest.
en (1635 M„ 1S3.5 K. H.) ö.afr-7.20 con-
ronV l1-20 en 1'20 gram°foonpl.3.50-4.50 Kur-
voncert uit Bad Neundorf, q. n. potp. Bettelstu-
1 "25 Sfj-mphonieeoncert d. h. Berlynseh Phil-
narmonfsch orkest o. 1. v. E. Joehum. o. a. 5e
hymphonie c kl. t.. op. 67, Beethoven; 9.20 berich
ten en hierna tot 11.20 dansmuziek door Arthur
Goronzy en zjjn orkest.
Rotterdam (Gem. radiodistr.) Programma
a: 9.05 Langenberg, 12.20 Londen R.. 3.20 Kalund-
»,4:20 Langenberg. 5.35 Brussel (Vlaamsch),
».25 Konigswusterh&usen.
Programma 4: 10.35 Daventry, 11.05 Paventry,
5.35 Brussel (Fransch), 6.50 Londen R.(
■Kalundborg, 11.10 Daventry.
Waarschijnlijk
gestudeerd.
ln „Lijden"
Gelezen in het avondblad van 24 Sept.:
„Examen S p o r tl ij d e r",
•■Geslaagd de heeren
hun 'k;jte hopen, dat deze lijders spoedig uit
Juen worden verlost".
rjoüCaWA^
Strubbelingen bij den Vrijheids
bond. Ook de heer Vliegen
wensc)it een krachtig gezag. „Zet
je mond zoo wijd open als je wil,
maar hou je handen thuis". Alle
maal theorie. Het publiek moet
vertrouwen hebben in de politie
De politie was paraat. De gemoe
deren niet geprikkeld door groote
politiemachten. De communisti
sche propaganda en foto-explicatie
De strubbelingen in de Haagsche afdeelir.g
van den Vrijheidsbond, ontstaan door de po
gingen van den heer van Beresteijn om prof.
v. d. Bilt als candidaat voor de a s. K-imerver-
kiezingen een beentje te lichten, bleken ook in
den Raad haar invloed te doen gevoelen.
Na de revue kregen we de interpellatie-Vlie
gen over het optreden der politie op 20 Sep
tember.
De heer Vliegen begon met te verdedigen,
dat hij deze interpellatie ging houden. Het was
niet om het gezag omlaag te halen, "ij,
maar om een krachtig en verantwoordelijk ge
zag te bevorderen, dat elke controle kan ver
dragen. Hij meende, dat er op het optreden van
de politie op 20 September, wel een en ander
aan te merken valt.
Het gevaar, dat dreigde van de zijde der
communistische betoogers, was volgens hem
sterk overdreven voorgesteld. Er waren hoog
stens een 4000 demonstranten en die had men
rustig een optocht moeten laten houden, dan
was er niets gebeurd. Demonstraties moeten in
ons land vrij zijn en de overheid moet tegen
de demonstranten zeggen: „zet je mond zoo wijd
open als je wil, maar hou je handen thuis".
„Dat is allemaal theorie", werd er geïnter
rumpeerd.
De heer Vliegen vond de in ons blad veron
derstelde mogelijkheid, dat de demonstranten
wel eens 't Tweede Kamergebouw hadden kun
nen binnendringen, wanneer de politie hen aan
den ingang van het Binnenhof niet had tegen
gehouden, niet minder dan absurd. De voorle
zing van bedoelde passage deed mevrouw de
VriesBruins spottend lachen, waartegenover
er anderen waren, die door het geroep „zeer
juist" er hun instemming mee betuigden.
De heer Vliegen belichaamde zijn interpella
tie in een 8-tal vragen, welke stuk voor stuk
door den burgemeester werden beantwoord.
Eerst echter gaf de burgemeester de redenen
op. die hem hadden doen besluiten op deze in
terpellatie te antwoorden. Dat waren de vol
gende: Allereerst wilde hij de fabels en onjuis
te verhalen, welke over de gebeurtenissen op
20 September waren ontstaan, uit den weg rui
men; vervolgens de politie verdedigen tegen
aanvallen, op haar gericht, en ten slotte vond
hij beantwoording noodzakelijk om het publiek
het vertrouwen te geven, dat het onder alle
omstandigheden op de poliue, maar dan ook
alleen op de politie, kan rekenen.
Voorts vroeg de burgemeester de aandacht op
hetgeen aan ae gebeurtenissen op 20 September
vooraf is gegaan om de mentaliteit van publiek
en politie te kunnen begrijpen. De heer de
Visser had in zijn interpeiiatie over het wei
geren van een commumsuschen optocht reeds
gezinspeeld op de mogelijkheid, dat bij afzon
derlijke vergaderingen de leiders wel eens niet
meer de leicung in handen zouden kunnen hou
den. Bovendien waren de communisten op ver
gaderingen en in „De Hongerzweep" opgeruid
tot agressieve daden op 20 September, o.a.
stond daarin: „elk werkman wordt verzocht
zijn werktuig mee te nemen". Groepen van zoo
gezinde lieden werden naar den Haag gere-
quireerd. Soms met medewerking van de autori
teiten, voegde de burgemeester er eenigs-
zins bitter aan toe.
De politie wilde kostte wat wilde de orde
handhaven. Bovendien is de politie herhaal
delijk geplaagd en gesard. Ook dat moet men
niet onderschatten.
Hierna kwam de burgemeester aan de beant
woording van de vragen van den heer Vliegen.
Of er instructies waren gegeven om iedere
groep, die zich in een bepaalde richting bewoog,
uit elkaar te slaan, vroeg de heer Vliegen aller
eerst.
Een dergelijke opdracht is niet gegeven, zei
de burgemeester. Integendeel. Mede blijkens de
bekendmaking van den Hoofdcommissaris van
19 September 1932 is op het Corps een beroep
gedaan om met groote kalmte en bedaardheid
te handelen. Voor zoover maar eenigszins kan
worden nagegaan is gebleken, dat nooit van
de sabel is gebruikt gemaakt, dan nadat een po
ging of pogingen om op andere wijze, n.l. door
bevelen, verspreiding te verkrijgen, machteloos
bleven.
Ten tweede: Kan de burgemeester meedeelen,
waarom de politie eerst de deelnemers aan de
vergadering in het Gebouw over de Heeren
gracht en door de Korte Poten liet trekken?
Bij het uiteengaan van de vergadering in het
Gebouw is van kwaden wil of opzet voor een
optochtformatie niet gebleken. Zelfs hadden zich
om 3 uur twee personen, die zich als leiders
bekend hadden gemaakt bij den dienstdoenden
Inspecteur gemeld met verzoek om diens mede
werking voor de bij hen behoorende groepen
om na afloop der vergadering zonder stoornis
het Oranjeplein te bereiken. Deze groepen heb
ben het Gebouw na afloop der vergadering
door de Muzenstraat verlaten. Andere groepen
hebben zich bij de Heerebrug in de richting
Bezuidenhout, sommige in de richting Prin-
cessegracht afgescheiden.
In gesloten formatie.
Alles scheen dus goed te gaan, totdat zich op
de Heerengracht en vooral in de Korte Poten
een menigte tot een geregelden optocht vormde,
die zich aaneensloot en met de kreten „naar
het Binnenhof" oprukte. Eerst toen de voorsten
dezer menigte zich bij de poort van het Binnen
hof vertoonden, weigerden te voldoen aan de
bevelen der daar geposteerde agenten en onder
meer dreigden zich met geweld toegang te ver
schaffen, is noodzakelijkerwijze opgetreden
moeten worden.
De derde vraag betrof de charge op kranten-
loopers van het „Vaderland" in de Parkstraat.
In de omgeving ParkstraatKneuterdijk ont
stonden omstreek 5 uur volksoploópen, waarbij
zich elkander vijandig gezinde groepen bevon
den; zonder van de sabel gebruik te maken,
262. Moed is een mooie eigenschap, maar
wat Jaap nu weer uitvoert, is roekeloosheid.
Honderden meters boven de zee klimt hij uit
een der vensters. Denk eens aan! Alleen de ge
weldige luchtstroom, welke door de snelheid van
een vliegmachine ontstaat, is al voldoende den
waaghalzigen aap weg te slingeren.
263. Ongelooflijk! Hij balanceert op één poot,
boven op den vleugel. Petronella ziet het.
„Jaap, Jaap, ben je dwaas!" gilt zij. „Als je je
evenwicht verliest, ben je verloren!"
Maar door het ronken der machines hoort
de aap het niet. Max merkt dat er iets aan de
hand is en komt aanrennen.
264. „Max", hijgt Petronella, wier gelaat
van angst vertrokken is, „waarschuw den com
mandant. Zeg hem dat hij vaart mindert." Maar
nauwelijks heeft zij deze woorden gesproken,
of Max stoot een kreet van schrik uit. Jaap
heeft het evenwicht verloren en tuimelt in
de peillooze diepte-
gelukte het den dienstdoenden Inspecteur met
enkele agenten deze menigte te verspreiden.
Zij verplaatsten zich eerst naar de Parkstraat
en vervolgens naar de Kazernestraat en stuit
ten daar op een groepje menschen, waarbij de
wachtende krantenloopers. Nadat een sommatie,
die op verren afstand is gehoord, geen resul
taat opleverde, heeft men, doch slechts over zeer
korten afstand, de verzamelde groepen met den
sabel verspreid. Het valt te betreuren, doch is
helaas een gevolg van de handelingen van op
roerige elementen, dat personen, die met de
oorspronkelijke relletjes niets te maken hebben-
hiervan last hebben ondervonden. Zoodra er
gens moeilijkheden ontstaan, behooren ook de
burgers, die er niets mede te maken hebben,
in eigen en politiebelang zich zooveel mogelijk
te verspreiden, zeker wanneer dat door de Po
litie wordt bevolen.
Of de burgemeester kennis had genomen
van het feit, dat ook personen buiten het politie
corps staande aan charges hebben deelgenomen,
vroeg de heer Vliegen in zijn vierde vraag:
De burgemeester heeft alleen kennis genomen
van het feit, dat een cadet-sergeant aan het uit
voeren van een charge heeft deelgenomen.
Deze hulp is niet gerequireerd en is naar de
meening van den Burgemeester, zooals elke
ongevraagde hulp van derden, uitermate onge-
wenscht. De daar dienstdoende Inspecteur heeft
den cadet-sergeant dit duidelijk gemaakt, en
hem op de ernstige onaangenaamheden, die
daarvan het gevolg konden zijn, gewezen.
Het Reglement op de Krijgs
tucht.
Intusschen bevat Art. 24 van het Reglement
betreffende de Krijgstucht een bepaling, welke
den militair verplicht ook buiten dienst aan
burgerlijke dienaren van de openbare macht
onder welke omstandigheden ook en zelfs zon
der vordering medewerking te verleenen. De
Burgemeester acht dergelijke ongevraagde me
dewerking, waarvan de gevolgen niet zijn te
overzien, verkeerd.
Hulp van de nationalisten
geweigerd.
De vijfde vraag betrof het voornemen der
fascisten om tegenmanifestaties te houden.
Van het voornemen der fascisten om tegen-
manifestaties te houden, is den Burgemeester
niets gebleken; hij heeft alleen uit de couran
ten vernomen, dat de Nationale Unie een als
door den interpellant bedoelde circulaire, zou
hebben uitgegeven. De Burgemeester is noch
direct, noch indirect met de Nationale Unie in
contact geweest; ook de Hoofdcommissaris heeft
zich daarvan volkomen onthouden.
Op Zaterdag 17 September heeft zich bij den
d.di. waarnemend Hoofdcommissaris iemand
aangemeld met de vraag, hoe en waar Natio
nalisten hulp konden verleenen. Deze Commis
saris heeft die hulp natuurlijk geweigerd en den
vrager er op gewezen, dat hij en de zijnen zich
van elk optreden tot hulp der politie hadden
te onthouden.
°P 20 September is de Hoofdcommissaris op
gebeld uit den Dierentuin met 'n zelfde vraag en
met het verzoek om een Inspecteur van Politie
voor aanwijzing, waar de daar verzamelde per
sonen zich heen moesten begeven. De Hoofd
commissaris heeft verklaard, dat geen hulp
werd gevraagd, heeft geweigerd een Inspecteur
te zenden en tegen het bieden van ongevraag
de hulp gewaarschuwd.
°f aan de fascisten niet was toegestaan, wat
aan de communisten geweigerd was, was het
onderwerp der zesde en zevende vraag.
De communisten, althans een gedeelte hun
ner, hebben zich niet gewillig onderworpen aan
de weigering van verlof om een optocht te
houden, getuige het gezamenlijk optrekken
naar het Binnenhof. Aan de fascisten groepen
is zeer beslist geen gelegenheid gegeven zich
optochtsgewij ze door de stad te begeven. Het
Is voorgekomen, dat een groepje fascisten, dat
tegen een dreigende menigte in bescherming
moest worden genomen, ter voorkoming van
erger, een eindweegs door de Politie moest
worden begeleid. Tegenover elke bevolkings
groep zou in gelijke omstandigheden evenzoo
zijn gehandeld. Het is ook voorgekomen, dat
van een groep fascisten verspreiding werd ge
vorderd, waaraan onmiddellijk werd voldaan.
De Burgemeester is er voorts van overtuigd,
dat de verhouding tusschen de Haagsche P°»-
tie en de fascistische organisaties dezelfde is ais
tusschen die politie en elk ander deel der bu -
gerij, dat haar bevelen opvolgt, de orde w.
bewaren en het gezag wil erkennen.
En ten slotte vroeg de interpellant een in
structie voor de politie om slechts in uiterste
gevallen van de wapens gebruik te maken.
Een instructie als in deze vraag gesteld, "66ft
steeds gegolden en zal ook in de toekomst blij
ven gelden. De politie heeft de uitdrukkelijke
taak alle groepen der burgerij met volledige
onpartijdigheid te behandelen.
Het eerst uit het publiek
geschoten.
Voorts wees de burgemeester er nog op, dat
de politie niet eerder van haar vuurwapens ge
bruik heeft gemaakt dan nadat er uit het pu
bliek geschoten was. Dat er op de politie ge
schoten is blijkt wel uit het feit, dat een agent
een kogelgat in zijn jas had, waarbij de kogel
op zijn metalen handboeien was afgestuit. En
als stuk van overtuiging legde de burgemees
ter den kogel op tafel.
Op den aanslag op agent Baas en de verwon
ding van den communist v. E. op het Spui wilde
de burgemeester thans niet nader ingaan, om
dat deze beide gevallen straks voor de Recht
bank zullen worden behandeld, waarop het
juister is thans niet vooruit te loopen.
De conclusie, waartoe de burgemeester kwam,
was, dat de politie op 20 September paraat was,
op welke gebeurtenis ook. De concentratie van
de politie op de bureaux, en niet op straat, was
om te voorkomen, dat de gemoederen zouden
worden geprikkeld. De politie is pas gewapen
derhand opgetreden, toen van kwaden wil was
gebleken, en niet eerder dan nadat was gesom
meerd en nadat daarop uitingen van verzet wa
ren gevolgd. De politie heeft niet eerder van de
vuurwapens gebruik gemaakt, dan nadat uit de
burgerij was geschoten. Wanneer niet zoo was
opgetreden, zou het aantal slachtoffers veel
grooter zijn geweest en zou ook de avond niet
zoo betrekkelijk rustig zijn verloopen, aldus be
sloot de voorzitter.
De heer Vliegen meende na deze uiteenzet
tingen van den burgemeester, de politie nog
wat vaderlijke raadgevingen te moeten meege
ven en onthield zich wijselijk van het indienen
van een motie.
Hierna kwam de heer de Visser aan 't woord,
wien weliswaar de vergunning voor een inter
pellatie was onthouden, maar die nu, bij deze
interpellatie, toch alle gelegenheid had zijn
communistisch gemoed te luchten. En van die
gelegenheid maakte hij een ruim gebruik om
een communistische propaganda-speech af te
steken en voorts den Raad min of meer aange
naam bezig te houden met de explicatie van een
uitgebreide collectie foto's, op de gebeurtenis
sen van 20 September betrekking hebbend.
De heer de Visser kwam ten slotte wel met
een motie, waarin afkeuring van het optreden
der politie, de noodzakelijkheid van arrestatie
van den rechercheur, die op het Spui op den
communist van E. schoten had gelost en van
schadevergoeding aan van E. werd uitgespro
ken.
Niemand, behalve zijn vriend Schaddelee,
steunde deze motie, zoodat zij niet in behande
ling kon komen.
Er stonden na den heer de Visser nog ette
lijke sprekers ingeschreven, zoodat de burge
meester het om 6 uur maar beter vond nu de
behandeling der interpellatie af te breken en de
rest tot de volgende vergadering te bewaren.
TE SNEL INGEGREPEN
Inderdaad, hiet was Zaterdag nu niet be
paald fraai weer. Zij, die bij den Rotterdam
se hen Voetbalbond de lakens 'hebben uit te
deelen, raakten blijkbaar geheel onder den In
vloed van het slechte weer en van den toe,
stand, waarin de velden op dat oogenblik ver
keerden. Maar.ae hadden zich er geen re
kenschap van gegeven, dat de grond in difi
jaargetijde heel wat water kan verzwelgen ea
dat wilde het ook maar even droog worden,
de wiind er wel voor zou zorgen, dat de speed-
velden wel degelijk 'sZonidags bespeelbaar
zouden zijn. Dies kregen we Zaterdag een te
lefoontje, dat de leiding van den bond beslo,
ten had adile wedstrijden voor Zondag af tel
gelasten en dat, terwijl ze had kunnen weten,
dat 's Zaterdagsmiddags n-og op tal van ter
reinen wedstrijden waren gespeeld.
Door dit te vroegtijdig ingrijpen is nu geen
enkele van de ongeveer 170 vastgestelde wed
strijden kunen doorgaan, wat ongetwijfeld
valt te betreuren nu gebleken is, dat wel do-
"dijk heel wat terreinen in een dusdanugen
toestand waren, dat het bespelen daarvan zeer
wel mogelijk ware geweest- Weliswaar ston
den er op enkele velden voor de doelen plas,
jes doch een riek deed hiler in den zaohteu
grond wonderen en liet het water als hij
Ooo ver slag verdwijnen.
Hoe het ook zij, laat de R- V. B. uit dit te
overhaast besluit leering trekken en niet al to
spoedig tot afgelasten van de wedstrijden*
overgaan-
BERKEL, 3 October. B1 "T50 chrfc!
editli helen 26.65 mr. hoover Q.2-5.50, chnc-
CL.,, ^W'7 t7 ravonanthua 8—16 ct.#
et-, rockday 71—17 ei-, eranfordia
poi'tou 5—11 et, mont blanc 3-10
10 ct. per stuk, fversenivioheren
tonia W23 ct., chrysanthen 6-U ct a P p
primula 9—12 ct. per pot.
RODENRIJS, 3 Oetober. CCoöp., Groen eni^
ling-Vereen. „Berkel en_ Rod f 0 50_a.ro,
kommers le soort JA 2e soort 3-3.30-
bloemkool le soort 4.10 5^ kool
sla f 0.602.20, savoye. kool j 7_13
1.70—2.10, andijvie 60-80 ct, m |gen
per 100 stuks, rentegevers Dui(gfhe boo„
1425, stamprmse 6.30, snijboonen
lo^ostelei n 4-5.,
20-34, spinazie f 5- 3_4.20, C 2-3 per
tomaten A 3,30—J 500 bos, komkom-
ven 13—14 ct. per pond.
Jij o ttt x 2—3 20, groene sav. kool 2.604.10^
i V I'sola 20 alles per 100 stukskroten 1.60
2 70 peeïf 1 005190, radijs 1.20-1.70 «el,
72f f) 50—0 00 prei f 1.50—3.10, knolselder^
ÏÏ--17, alles per 100 bos; tomaten 1.10—2.50,
per 100 pond.
Haar het Engelsch
van
WILLIAM GARRETT
32.)
Ik heb die foto en de papieren met |die
formules in mijn koffer laten zitten, verklaar
de hij. Ik wil ze nog eens nauwkeurig bestu
deeren en ook de notities nog eens nalezen,
die ik gemaakt heb tijdens het verhoor op Old
Farm. Philips en zijn vrouw zijn nu in Lon
den en misschien heo ik ze nog eens noodig.
Terwijl wij de club verlieten, stak hij een van
zijn beroemde sigaren op. Ik moet eens rustig
gaan nadenken en mijn hersens gebruiken.
Montague, zeide hij. Ik heb mij een theorie
°ver deze zaak gevormd, waarin ook Ricardo
betrokken is, maar deze klopt niet heelemaa'.
"iet de ons bekende feiten. Het begint op mijn
Zenuwen te werken, dat ik de waarheid maar
^.'ct kan ontdekken. Er ontbreekt nog iets. Ik
bde kloof wel, maar kan deze nog niet over
igen.
vV(/!ea wij Rockingham Place bereikten, be-
zi^bidde het mij Carruthers voor de deur te
eeb ,,ta.an, gekleed voor een wandeling, met
zor^iffer in zijn hand. Hij zag bleek en be
Vo°rdn hen kiij' dat U er bent, sir, zeide lat»
Er ik tijd had gehad hem iots te vragen
"iet iets niet in orde zijn. Ik kan het hms
in
gaf
wat doe je er buiten? vroeg ik.
15Wam door Uw boodschap, sir. Ik be-
Statlon i' zooals opgegeven, naar Waterloo
Et zong Ut gTeep hem bij den echouder.
Dat boodschap!
1!s' ik nu ook, sir. Het is een
door oen tl Vanmorgen werd ik opgebeld
cw club "ü0 dat hij de portier van
u '"pakken Ilc 8011 terstond een koffer'voor
gen, waar ^ie "aar Waterloo Station bren-
ging er naar °m 1 uur zou ontmoeten. Ik
ik een tijdje °e' slr- U waart er niet en nadat
had mijn ®®Waoht had, kwam ik terug, ik
flaaroni beld«Utels binnen laten liggen en
ikj opdat de keukenmeid, de
deur kon ope"maiten- Ik heb echter ver
schillende koeren gebeld en krijg §eeI1 an'-
woord.
- Wij zullen spoedig weten wat er aan de
hand is, zei ik, terwijl ik met mijn sleutel de
deur opende en naar binnen ging. Vanuit de
richting van de keuken drong een luid gesteun
tot ons door. Wij haastten ons door de gang
er naar toe en vonden mrs. Benson, mijn oude
eerbiedwaardige keukenmeid op een van haar
eigen keukenstoelen vastgebonden, met een
doek over haar mond. Het rook er sterk naar
chloroform.
In een oogwenk hadden wij de brave vrouw
van haar boeien bevrijd en Carruthers en ik
brachten haar naar een leunstoel, waar zij
zenuwachtig snikkend in neerviel. Ik haaide
een beetje cognac voor haar en liet haar
drinken.
Oh hemel! Het was vreeaelijk, sir! riep
zij uit. Niet lang nadat mr, Carruthers was
uitgegaan, werd er gebeld, waarop ik naar do
deur ging. ^en man drong de hall binnen en
voordat ik tijd had om te gillen, had hij een
doek met die vreeselijke chloroform over mijn
gezicht gegooid. Toen ik weer bijkwam, zat
ik op dien stoel vastgebonden op de manie-
zooals U mij gevonden hebt, en hoorde ik de
menschen hier in huis rondscharrelen, zon
der dat Jk iemand gezien heb.
Zoodra wij de keukenmeid bevrijd hadden,
was Drew de keuken uitgesneld en nu hoor
de ik hem vanuit mijn studeerkamer roepen
De goede vrouw aan de zorgen van Carruthers
overlatend, spoedde ik mij naar boven. Met
een ruk van verbazing bleef ik op den drempel
staan. De heele kamer was het onderste
boven gehaald. Op den vloer lag een vreese
lijke verwarring van boeken en papieren, open
laden waren uitgetrokken en geledigd. De al-
gesioten laden waren eenvoudig opengebroken
En toch toonde een haastig Ingesteld onder
zoek, dat er niets van waarde ontbrak.
Dat is verduiveld vreemd, Drew, zei ik.
Ricardo is in actie gekomen, maar wat wint
hij hierbij? Hij heeft niets van eenige betee-
kenig meegenomen.
Drew hield zijn kleine zwarte clty-foag om
hoog. Deze was ook leeggegooid.
Het beteekent, dat hij gevonden heeft
wat hij zocht, antwoordde Drew, en dat i3 de
foto van Fane en Farrell, alsmede mr. Jules
Cortot's notities. Ik heb ze in mijn tasch laten
zitten, en nu zijn ze verdwenen
Dat was nog al zorgeloos, merkte ik on
Ik geloof het niet. Ik heb ze expres zoo
laten liggen. Hij grinnikte bij het zien van
mijn verbazing. Ik dacht, dat ze wel eens ver
bazend belangrijk voor Ricardo konden zijn,
maar ik was er niet zeker van. Nu weet ik,
dat hij bereid was heel wat te riskeeren in dé
hoop ze terug te krijgen. Misschien hoopte hij
ook nog mrs. Cursiter's brieven terug te vin
den, maar hu zal Wei vermoed hebben, dat ik
dm terstond zou vernietigen. Ongelukkiger-
wüs zijn zijn mannetjes er echter ook met ai
m)jn noties betreffende de Farreü-zaak van
door gegaan.
Dat is niet zoo erg als het verlies van
die andere dingen, meende ik. indien zij' dan
al zoo erg belangrijk voor Ricardo bleken te
zijn, waren zij dit minstens even zeer voor jou.
Dat weet ik. Daarom heb ik vanmorgen
ook een nauwkeurige copie van dat papier
gemaakt, welke ik naar Scotland Yard bracht,
waar ze nu bezig zijn gegevens omtrent Jules
Cortot te verzamelen. Wat de foto betreft d~e
kon Ik niet copieeren en ik was bereid' he'
verües daarvan te riskeeren. Ik lieb echter (li-
gewonnen, dat Ricardo zich misschien nu
weer aardig veilig gevoelt, terwij] integen
deel de cirkel om hem heen zich steeds meer
vernauwt.
Hij zocht zijn verschillende bezittingen,
waaronder zijn zak-schaakbord weer bij el'
kaar en pakte alles opnieuw in zyn tas<!h
Daarna greep hij een bioe-note van den grond
en een versche sigaar opstekend wierp hij
zich in een gemakkelijken stoel.
IK ®ella rustig over de heele zaak na
denken als je het goed vindt, zei bij.
Ik begreep den wenk en verliet de kamer
om te zien, of de vandalen ook nog in andere
vertrekken hadden huisgehouden. Behalve
Drew's slaapkamer waren de andere kamers
echter niet aangeroerd. Er waren verschil
lende kerels aan het werk geweest en zij had
den zich blijkbaar moeten haasten, wau"-
schijnlijk uit viees, dat zij gestoord zouden
worden, voordat zij gevonden hadden wat zij
zochten of zich ervan overtuigd hadden, dat
het daar niet meer was. Ricardo waa een niet
te onderschatten vijand. Blijkbaar beschikte
hij ovei hulpklachten en middelen, welke hij
steeds kon aanwenden wanneer zulks in zijn
eigen belang of in het belang van de bende,
waarvan hij de leider was, noodig bleek.
Ik vond mrs. Benson weer bijna geheel her
steld van den schok en na haar zonder resul
laat enkele vragen gesteld te hebben, beloofde
ik de zaak bij de politie aan te geven. Nadat
ik op het inruimen der kamers had toegezien,
ging ik tegenover Drew in de studeerkamer
zitten. Ik vond hem diep in den stoel gezeten,
schrijfblok op zijn knie, terwijl zijn hoofd
omhuld was van een wolk giftgas, veroorzaakt
door zijn sigaar. Hij bewoog zich niet anders
dan om zoo nu en dan de een of andere opmer
king op het papier te schrijven. Ik had hem
nooit zoo absoluut in gepeins verzonken ge
zien. De tijd ging voorbij. Hij stak een nieu
we sigaar op, en nog een, terwijl zijn wenk
brauwen zwaar gefronst waren van het naden
ken. Hij scheurde een velletje papier af en
schreef ook een tweede vol notities. Daarop
bestudeerde hij deze met de uiterste nauwge
zetheid. Hij nam van mij niet meer notitie
dan wanneer ik een stuk steen geweest was en
begrijpend, dat het nutteloos zou zijn hem te
storen, bepaalde ik mij ertoe afwerende siga
retten te ro-'ken en mijn gedachten te verza
melen.
Plotseling zat Drew rechtop in zijn stoei.
Ik heb het! riep hij uit. Jehosaphat! Ik
geloof, dat ik het gevonden heb. Montague!
Als dit waar is dan verlaart het alles
tenzij
Hij stond op en begon op en neer te ioopeu.
Ik had hem nooit zoo opgewonden gezien. Zijn
heldere, grijze oogen schitterden op een wijzo
zooals ik dat meer bij hem gezien had, wan
neer hij een moeilijk vraagstuk had opgelost.
Ik vroeg hem om een verklaring, maar hij
scheen mij niet te hooren, Daarna staakte hij
even plotseling zijn rustelooze wandeling door
mijn kamer als hij er mee begonnen was en
voor mijn stoel blijvende stilstaan zei hij met
jongensachtige vreugde;
Ik ben een verdraaide sufkop, Montague.
Domme Doortje is nog te goed voor mij. Be
grijp je het niet? Die flesch is de sleutel van
het heele raadsel; die flesch met dat donkere
goedje op de plank in de kast jn Old Farm
Toen Brook er weer naar ging kijken, was de
flesch verdwenen. Ricardo had ze meegeno
men. Je herinnert je, dat wij hem vóór de kast
vonden staan, toen wij hem dien ochtend in
Old Farm ontmoetten. Hij kwam daar alleen
om die fiesoh te halen. Die had hij «P de"
avond van den moord achtergelaten cn hij
was bang, dat ze ontdekt zou worden. Het klopt
allemaal precies. Begrijp je liet niet?
Nee, ik begrijp er niets van, antwoordde
ik. Waar heb je het over?
Hij frommelde haastig zijn notities in zijn
zak en naar de deur gaande bleef hij nog
even staan.
Ik ga weg om mijn theorie aan de be
slissende proef te toetsen, zei hij. Indien je er
zeker van wilt zijn, morgen bij haar aankomst
miss Joan te ontmoeten, raad ik je aan dit
huis niet te verlaten, voordat ik terugkom
Wij moeten niet onnoodig het risico loopen
haar bij je begrafenis te moeten inviteeren
inplaats van bij je huwelijk, Montague.
Met welke duistere opmerking hij verdween
hem sprakeloos nastarend achterlatend,
HOOFDSTUK XIV.
IN LIMEHOUSE.
De buitengewone gebeurtenissen van dien
avond en de onverwachte ontknooping zullen
mij tot aan mijn dood toe bij blijven. Om kwart
vóór negen liep ik rusteloos mijn studeerka
mer op en neer. Misschien wel voor den twin-
tigsten keer keek ik op de klok, staarde door
het raam naar buiten, ging weer zitten om
een moment later op te springen en mijn ze
nuwachtige wandeling te hervatten. Ik was
ten proci aan alle mogelijke vage voorgevoe
lens, mijn zenuwen waren zoo van streek als
ik nooit nog had meegemaakt. Hoewel ik nooit
hield van stil zitten en het afwachten van den
loop der dingen, was de non-activiteit mij nu
al bijzonder tot een gruwel,
Waar was Freddie Langdale? Hij had be
loofd thuis te komen dineeren en kwam nooit
later dan half zeven uit de City terug. Maar
vanavond was hij niet verschenen. Ik had zijn
club opgebeld, maar men wist van niets. Onder
normale omstandigheden zou ik mij er niet be.
zorgd over hebben gemaakt, want hij stuur
de wel eens meer zijn afspraken in de war,
maar vanavond was alles anders. Hij was uit
drukkelijk van plan geweest vlug thuis te
komen alvorens naar Monica Fane te gaan.
Zelfs dat zou mij nog niet zoo hebben aange
grepen, indien de heele situatie niet op een
kritiek punt was gekomen.
En Drew? Wat was er van hem geworden?
Wat vreesde hij? Zijn laatste woorden hadden
een niet te miskennen waarschuwing ingehou
den. Ik probeerde mezelf voor te houden, dat
al mijn angst ongegrond was, dat ik rustig een
boek behoorde te lezen en wachten tot de een
of ander mij opbelde, maar ik was te rusteloos.
De telefoon ging over en dit geluid deed mij
schrikken. Ik greep den hoorn.
Hallo, riep ik.
Hallo, antwoordde een meisjesstem. Bent
U daar, sir Richard? U spreekt met Monica
Fane. Is Freddy daar?
Neen. Hij is nog niet thuisgekomen. Ik
verwacht hem leder oogenblik.
-— Oh! Ik hoop, dat hij niet lang meer zal
wegblijven, In haar stem klonk eer vrees dan
teleurstelling. Wilt U hem vragen terstond,
wanneer hij komt, hiernaar toe te komen. Het
is zeer belangrijk.
Zeker. Ik zal hem terstond sturen, verze
kerde ik haar. Kijk eens, Monica, wat is er
aan de hand? Is er iets, dat ik voor je doen
kan?
Ik ik weet het niet, antwoordde zij
met bevende stem. Het gaat over mijn
broer, sir gichard. Ik ben bang
Waar hen je bang voor? drong ik aan.
Ik ga naar. Plotseling zweeg zij. Ik
kan nu niet meer zeggen. Goedendag.
Wacht even, riep ik, maar zij had reed$
afgebeld.
Ik hield den hoorn in mijn hand en stona
in nadenken verzonken, onzeker hoe te han
delen. Die verdraaide Langdale. Ik begon mij
boos te maken. De hoop, die ik inwendig ge
koesterd had, dat hij zonder te dineerea
rechtstreeks naar Monica Fane's flat was ge«
gaan, was wreed verstoord. Het was duide
lijk, dat het meisje zich ergens over opwond.
Was het mogelijk dat de politie haar broer
eindelijk gevonden had? Indien Freddie niet
binnen vijf minuten terugkwam, zou ik haar
zelf gaan opzoeken.
Ik was nauwelijks tot dit besluit gekomen,
toen Langdale zelf de kamer kwam binnensnel
len. Mijn protest ■bestierf op mijn lippen bij het
zien van zijn doodsbleek gelaat.
Allemachtig, wat er aan de hand, Fred
die? riep ik.
Monica Ik ben bang, dat haar ieta
is overkomen, zei hij schor. Je moet direct met
mij mee gaan naar haar flat, Dick.
Zij is in orde, verzekerde ik hem. Zij te
lefoneerde mij nog geen vijf minuten geleden.
Telefoneerde zij? Vanuit haar fiat? God
dank.
Maar er is toch iets niet in orde, Freddy.
Zij vraagt of je terstond bij haar komt. Het
heeft iets te maken met haar broer, maar zij
wilde het mij niet vertellen. Waar ben je ia
•g hemels naam geweest?
Hij ging naar de deur.
Pak je hoed en jas, Dick, en ga mee. Wij
moeten een taxi nemen. Ik zal het je onder
weg wel vertellen.
Heb je al wat gegeten?
Neen, daarvoor is nu geen tijd.
Ik wierp een pels over mijn avondkleeding
en Carruthers zeggend, dat hij Drew zou latea
weten, dat wij naar Knightsbridge gegaan wa
ren, volgde ik Langdale in de taxi, die hij had
opgepikt.
Nu dan? vroeg ik.
Juist toeu ik het kantoor zou verlaten,
ontving ik een telegram, Dick, vertelde hij.
Het kwam van Monica, waarin zij mij ver
zocht met haar naar Pinner to gaan om daar
te dineeren bij een familie Grant, menschen,
die zij kende, om haar daarna weer thuis té
brengen. Zij zei, dat het heel belangrijk waa
en dat ik direct uit kantoor erheen moest
gaan. Ik vond het wel een beetje vreemd, maa^
ik had de Grants ontmoet en dacht geen mo
ment aan een complot. Wel, ik ging naar Pin-