föf" %<m tijd imï..,.,,
CbTH Y ipACYV J51QJI
v.isle 480 47 83 2352
vr -yg»,
DE STIEFVADER.
DE HELPENDE HAND
MAANDAG 12 DECEMBER 1931
NATIONAAL KAMPIOENSCHAP
FLORET,
Olman (Amsterdam) wint
den titel.
ROTTERDAMSCHE KEGELBOND1.
BILJARTKAMPIOENSCHAP VAN
NEDERLAND.
Eindstand-
h.s.
>1
ipa
Hop 250 18 45 15 02
207 15 ll laiao
VAN BELLE WINT VAN SWEERING.
vWBeïil'4200 64 107 18,46
ZESDAAGSCHE TE DORTMUND.
PROVINCIAAL NAAR DE AAN-
NEMERSBEURS.
DUBBELE BELASTING VAN IN INDIE
GEVESTIGDE VENNOOTSCHAPPEN.
HET TE WEENEN GEVONDEN
RENAISSANCE.ALTAAR.
DOELMATIGE ADVERTENTIÈN
BIEDEN OP GEDEELTELIJKE
MANCHES.
Jt- s
tt—0, T.O.G. 3—Olympia 0—1, Unitas—T.O.G. 4
Res. 4e klas: Santpoort 5—B.S.M. 3 3—0,
K.V.C. 4—Santpoort 6 3—2, R.W.D. 2—N.V.C. 3
2.
Zondag werd in de groote zaal van het Nut
van 't Algemeen te Leiden het nationaal Kam-
pioenschap op floret verschermd,
Winnaar werd de heer Olman, die zich wel
in bijzonderen vorm toonde door reeds m de
eerste helft van het programma Knoek, den
kampioen van het vorig jaar, een 5 2 nederlaag
toe te brengen. Daardoor alleen reeds had hy
een mooiekan? °P den titel, maar Olman won
te vensvan Wpeber (5-3), van Booy (5-2) en
van Fraterman (5-1), zoodat het kampioen-
gehap hem nauwelijks meer kon ontgaan. Hof
steenge, uit Leiden, die overigens een heel ma
tig figuur sloeg, was de eenige, die hem vier
treffers toe kon brengen, terwijl het totaal ont
vangen treffers van Olman slechts 17 bedroeg,
uit acht partijen. Bewijs temeer, dat dezen Am
sterdammer het kampioenschap ten volle toe
kwam.
De eindstand werd:
gew. part. ontv. tr. geg. tr.
1. Olman 8 17 40
2. Knoek 23 38
3. Booy 3 30 33
4. P. Fraterman 5 30 29
5. Weber 8 32 36
6. Evenblij 3 33 29
7. N. Nederpelt 2 36 33
8. Dr- O- L. Hofsteenge 1 37 26
8. Grünbaum 1 39 19
Pe persoonlijke resultaten waren als volgt:
Omen wint alle partijen; Knoek verliest van
Weber en Olman; Booy van Knoek; Hofsteenge
en Olman; Fraterroan van Knoek, Olman en
Booy; Weber van Fraterman, Olman en Booy;
Evenblij won van Hofsteenge, Nederpelt en
Grünbaum; Hofsteenge van Booy en Grünbaum
van Hofsteenge.
jVls hoofdsecondanten fungeerden de neeren
Schoon, Schrurs en Scheffer. Laatstgenoemde
reikte na afloop de prijzen aan de verschillende
winnaars uit.
De nriizen voor den mooisten stijl werden als
volgt toegekend: le pr. Olman 8.75 Pnt.; 2e pr.
Knoek 7.72 pnt.; 3e pr. Weber 7.60 pnt.
Onder flinke belangstelling werden Zaterdag
in „Modern" de jaarlijksche najaars- en Wild»
wedstrijden geopend. Bij het sluiten van de
banen bleek Zaterdagavond mevr. Frima de
leiding te hebben met 4544. Gisteren was de
toeloop van kegelaars overweldigend. In den
consumptie-wedstrijd heeft de heer Goudsmit
de leiding genomen. In den korpswedstrijd
heeft nog niets bijzonders plaats gehad. The
Far West met 283 won de drie-dubbelen korps-
wedstrijd. De wedstrijden duren tot 19 Dec.
Hoogland
Verhulst
Geertsema
Vel
Vel
Koppel
Niessen
Verhulst
Pe Wied
Hoogland
Koppel
Buseh Geertsema
Busch Geertsema
Verhulst
Vel
Hop
Koppel
Niessen 113
Hop
De Wied
Hoogland
Niessen
De eindstand luidt;
R. Vel
I. de Wied
250
17
57
14.70
182
17
39
10.70
239
33
35
7.24
250
33
55
7.57
250
31
41
8.06
188
31
25
6
250
29
62
8.62
186
28
31
6.68
67
9
18
7.44
250
9
81
27.77
213
24
34
8.87
250
25
31
10.-
250
27
36
9.25
147
27
18
5.44
250
25
40
10
233
25
34
9.32
250
17
88
14.70
U3
17
22
6.27
225
24
34
9.37
250
25
44
10.—
250
18
78
13.89
178
17
49
10.47
gew. p.
pnt.
gem.
7
1750
11.82
81
4
1471
7.95
62
4
1499
7.76
56
3
1352
8.25
65
3
1649
8.20
44
3
1428
7.03
46
2
1489
8.75
56
2
1542
8.38
88
ft
Overzicht van de werkzaamheden aan de n bouw voor de nieuwe verkeersbrug over
den Rijn bij Arnhem.
Tweede klasse klein-biljart cadre.
Te Zaandam zijn de wedstrijden gespeeld om
het kampioenschap van Nederland tweede klasse
klein biljart cadre.
De uitslagen luiden:
pnt. brt. h.s. gem.
Hop J07 24 28 4.46
Hoogland 250 24 78 10.42
de Wied 250 28 51 8.93
Vel 204 27 40 7.55
Niessen 250 41 31 6.09
ch Geertsema 235 46 26 5.73
Ifi3 35 26 4.65
250 35 39 7.14
Busch Geertsema 216 21 42 10.28
Hoogland 250 21 41 11.90
Hop 205 28 31 8.20
Niessen 250 28 36 10-
Verhulst 238 23 32 8.93
Vel 169 28 58 6,03
Koppel 216 ?3 48 9.40
De Wied 250 24 65 10.42
Hop 219 32 34 6.84
Verhulst 250 32 44 781
De Wied 153 29 28 S-2?
Busch Geertsema 250 30 36 8.33
Vel 126 18 32 7.—
Hoogland 250 19 42 13.16
Niessen 180 30 -u
Vol 288 31 45 log
De Wied 193 25 45
Verhulst 250 26 45 9'61
Niessen 288 23 47 10.
De Wied 498 24 38 7.92
Hop 258 24 86 10.42
Busch Geertsema 209 24 44 8.70
Koppel 248 88 48 5.59
Hoogland 288 48 42 6.25
Da wedstrijd om 1200 caramboles op groot
biljart le klasse, tussehen onzen nationalen kam
pioen J. H- Eweering en den Belgischen matador
G. van Belle, die in café de Beursbengel in
voormalig Watergraafsmeer te Amsterdam ge
houden werd, is gisteravond voortgezet met de
laatste van de drie séances van 400 punten.
Deze werd door van Belle ingezet met de
voortzetting van zijn afgebroken serie van 73.
Hij maakte er nog 34 punten bij, waardoor hij
met 107 caramboles tevens de hoogste seriie m
dit tornooi maakte, want den eersten avond had
hij een seri e van 106 gemaakt. Pe achterstand
van Sweering, die op 688 geëindigd was, gaf
geen al te hooge verwachtingen. Wel liep hy
in de tweede beurt met een 88 iats .gevolgd
door een 32 in de 5e beurt, waardoor hij op 797
kwam tegen 908 voor v, BelJe, maar daarna
kon hij er niet meer inkomen. Daarentegen
maakte de Belg nog series van 53, 68, 41 en 83
om tenslotte met bijna 200 punten voorsprong
te winnen.
De cijfers der laatste partij waren;
ppt. brt. h.s. gem.
Sweering 443 47 38 8.41
De eindstand werd:
pnt. brt. h.s. gem.
832 65 94 12.80
wordt, zgn thans 3e landers Pijnenburg en
7,00»» T*GSM1,» Schenk.
IJSHOCKEY.
Naar uit Londen wordt gemeld, heeft Canada
gisteren Engeland met 60 verslagen in de
laatste van de serie ijshockey-wedstrijden, welke
Canada, thans met 50 heeft gewonnen.
BELANGRIJKE OPGRAVINGSWERKEN.
Een der bezienswaardigheden van het stadje
Pesenzano, aan het Gardameer is de ruïne van
'n antiek Romeinsch bouwwerk.,Tot nu toe was,
wegens geldgebrek—van een nauwkeurig onder
zoek en eventueel herstel daarvan, geen sprake.
Maar aangespoord door het goede voorbeeld
van Rome en andere Italiaansohe' steden die
zich in den laatsten tijd speciaal bezighouden
met het wederopbouwen van Romeinsche mo
numenten, heeft zich te Desenzano een comité
gevormd, dat de onderzoekingen en herstellin
gen die intusschen reeds een aanvang geno
men hebben zal bekostigen. Er zijn reeds
kostbare mozaïeken gevonden, die volgens Prof.
Ghlslanzofii, leider der opgravingen, tot de
mooiste van Italië behooren, en die In prach
tige kleuren met het allerfijnst glazupr, jaeht-
vischtafreelen en alleraardigste landelijke too-
neeltjes voorstellen. Ook bee£t men een uitste
ken geconstrueerde waterleiding en ondergrond-
sche buizen voor verwarming met heete lucht
gevonden. Men is het er nog niet over een,s.
of dit de resten van een badinrichting of wel
van een der befaamde Romeinsche zomerpa
leizen zijn.
Zooals altijd.
„Jantje, is je moeder niet thuis 7
„Neen, twee uur geleden ging ze even vyt
minuutjes naar Tante Anna".
Neen hoor, het geeft niets. Ik begrijpt hel
best, dag!"
Winnifre'd smeet den hoorn op het toestel. Hoe
durfde Dick! Om haar op het laatste oogenblik
af te bellen! En dan met zoo'n doorzichtig
smoesje: zijn stiefvader stond er beslist op, nat
hij vanavond bij hem kwam eten. Stiefvader.
Dat zal wel!
Nijdig bewerkte Winnifred haar schrijfma
chine. Zij had er zich zoo echt op verheugd
vanavond met Dick in „Royal te g
Eén avond eens niet te eten in haar pension!
En dan met Dick! Dick was zoo geheel ander»
dan de overige jonge mannen die ze tot nu
toe ontmoet had. Dick was heelemaal met met
zich zelf ingenomen en had een sterk ontwiK-
keld gevoel voor humor.
Winnifred was danig uit haar humeur, toen
om zes uur haar dagtaak beëindigd was. Neen,
ze zou niet met de tram gaan. Die lucht van
natte regenmantels maakte haar altijd ziek, ze
zou maar loopen. Bovendien, nu Dick afgebeld
had, behoefde ze zich immers niet te haasten.
De 'frissche lucht bracht Winnifred's zenuwen
langzamerhand tot bedaren. Het vooruitzicht
weer den heelen avond in haar pension, op
haar kamer, te moeten zitten, stemde haar thans
alleen nog maar weemoedig.
Winnifred had een grondigen hekel aan pen
sions. Haar ideaal was een eigen, gezellige
bovenwoning. En eigenlijk zouden Winnifred en
haar moeder het zich best kunnen veroorlooven.
Het bescheiden weduwe-pensioen van haar moe
der en haar eigen behoorlijke salaris-
Mevrouw Sladden zinspeelde er ook wel eens
vaag op: „Zoo'n mooi, grijs tapijt, Winnifred en
rose overgordijnen. En in de slaapkamer..
Doch Winnifred bracht altijd het gesprek zoo
vlug mogelijk op iets anders. Ze wist waar ai
te goed, dat haar moeder niet met geld kon
omgaan! En totaal ongeschikt was voor het
huishouden. Die lieve, goede mams, wier mooie
slanke handen nu eenmaal verkeerd stonden,
zoodat ze zelf geen kous kon stoppen! En die
onmogelijk goedkoope kleeren kon dragen!
Neen, het ging niet anders. Ze zouden wel
altijd aaroen in een pension wonen.
Toen ze zoo ver was met haar gedachten stond
ze al voor de buitendeur. Onwillig trad zé bin
nen.
Alweer gebakken vlsch, constateerde zij,
met afkeer.
Op het oogenblik dat ze de slaapkamer, dte
zij met haar moeder deelde, binnentrad, s'tond
Winnifred, die op dit gebied toch heusch niet
verwend was, even paf! Op een tafeltje prijkte
een enorme bouquet roode rozen. Alle laden
van de kasten stonden wijd open. Op het eene
bed lag het nieuwste avondtoilet van haar moe
der en op bet andere Winnifred s eigen zwart
chiffon toiletje, waar ze altijd zoo pijnlijk zui
nig op was. Kousen, schoenen en andere
artikelen verhoogden den chaos.
Volkomen op haar gemak zat haar moeder
voor de toilettafel. Toen ze Winnifred hoorde
binnenkomen draalde ze z,ch om.
Ik ben blij, hat je eindelijk komt, kind,
Wat ia er in hemelsnaam aan de hand,
mams?
Ik heb nu geen tijd om het je allemaal uit
te leggen. Ga je gauw verkleeden want we gaan
uit. Ik heb je boeltje al Waar gelegd"., zei me
vrouw Madden.
Dat zie ik, moedertje, zei ze wanhopig naar
den chaos kijkend.
Kom kind, ga je nu gauw Wasschen en
schiet op. Direct zal ik alles wel vertellen.
Winnifred, die haar moeder kende, gehoor-
zaamde. Een half uur later waren mevrouw
Madden en haar dochter klaar om uit te gaan.
r- En vertelt u me nu eens waar we naar
toegaan en van wie u die prachtige rozen
hebt, verzocht Winnifred.
Ik weet eigenlijk niet goed, hoe ik beginnen
moet, antwoordde haar moeder. Herinner je je
nog, toen wij verleden jaar bij John en Edith
Mgeerden, dat we toen kennis gemaakt hebben
met meneer Merchant? We hebben hem toen
Rog al dikwijls bij kennissen ontmoet. Je weet
wel, hij ging een groote reis maken?
Zeker, zei Winnifred, dat herinner ik me
heel goed.
Nu, hij helde me vanmorgen op. Hij vroeg,
°f hij me vanmiddag een bezoek mocht komen
hrengen. En vanavond gaan we bij hem dinee-
ren.
Lieve hemel, riep Winnifred, ik wist niet
dat hij zoo op ons gesteld was. Wat bedoelt
hij er eigenlijk mee?
Mevrouw Madden keek haar dochter onzeker
aan.
- Ik heb vanmiddag beloofd zijn vrouw te
wordén, bekende ze, blozend.
-• Moedertje, het is toch niet waar? Waarom
hebt u me daar vroeger nooit over gesproken?
O, moeder wat ben ik blij voor u.
—Ik ben erg blij, dat je er zoo over denkt
hind, zei mevrouw Madden. Ik houd erg veel
van hem. Hij is ook erg rijk en nu krijg jij
dus in het vervolg ook eindelijk eens een ge
makkelijk leventje.
Winnifred dacht aan haar luehtkasteelen. Ten
slotte zou haar ideaal dan toch verwezenlijkt
worden!
Mevrouw Madden en haar dochter reden in
6<m taxi naar het huis van den heer Marchanl
°nderweg dacht Winnifred onophoudelijk aan
Dick Parsons. Zij vroeg zich af, waarom hij zoo
upeensveranderd was. Want, dat hij veranderd
Was, daarvan was ze overtuigd. Anders zou hij
haar vanavond niet met zoo'n kinderachtige uit»
v4Ucht afgescheept hebben.
Hebt u uw tasch wel by u? vroeg Wlnni-
frM; ouder gewoonte toen de taxi stilstond.
De beer Merchant ontving zijn gasten in de
vestibule. Winnifred voelde zich onmiddellijk
töü«lep hoffeüjken, vaderlijken man, aangetrok
ken. Nadat men had plaats genomen, zei Mar-
chaut opeens:
Hij had toch al hier kunnen zijn. Ha, daar
i* hij eindelijk.
Winnifred keek op. Voor haar stond een for-
sche jonge man. Stom verbaasd keken de twee
elkaar aan.
Hoe maakt u het, meneer Parsons, verbrak
eindelijk Winnifred het zwijgen.
Het gesprek, onder het eten, wilde niet goed
vlotten. Althans niet bij twee der gasten. Ook
uit een culinair eogpunt was het diner voor deze
twee geen groot succes.
's Avonds laat, toen de gasten vertrokken
waren, zat Dick nog lang te denken aan een
meisje, met lichtblond haar, violette oogen, ge
kleed in een zwart chiffon toiletje.
Vóór zjj haar oogen sloot, zag mevrouw Mad
den zich ip haar verbeelding als meesteres ln
het groote, schitterend ingerichte huis.
De heer Marchant zou zich, toen hij in zijn
bed stapte, niet weinig verwonderd hebben, als
hij geweten had met welke innige genegenheid
zijn stiefzoon Dick op dat oogenblik aan hem
dacht.
En Winnifred? Gedachten aan haar ideaal,
dat thans zoo dichtbij ieek, hielden haar nog
geruimen tijd uit den slaap. De advertentie-
rubriek „te huur" besloot .ze vanaf morgen, ge
regeld bij te houden.
NADRUK VERBODEN).
Een „buitenman'' bezocht Amsterdam.
Het bezoek van een „buitenman" aan de Am-
stelstad kan zoo nu en dan zijn gevaren mee-
hrengen. Dat owtevo.J op 31 October
Maastrichtenaar, Deze bezocht re.r »to» ta
aannemersbeurs, maakte kennis m
sterdammer en de kemnsmaking bracht
buitenman en hoofdstecleling voor
De Maastrichtenaar speelde de rol n
tuige en hij deed het volgende verhaal.
Op den bewusten dag had hij een bezoek aan
de aannemersbeurs gebracht en
„U bent nogal in veel café's geweest
derbrak de president.
„Ja, dat ie noodig voor de aannemersbeurs
„Dat klopt", meende de officier, „je moet
in die café's „aannemen" roepen!"
Getuige dan had herhaaldelijk „aannemen
geroepen en zijn behoefte aan vriendschap had
zich geconcentreerd op den Amsterdammer, a
thans uit zijn verdachtenbank weinig
blijk gaf, die vriendschappelijke gevoelens te
beantwoorden. Het eene rondje volgde op het
„V was misschien niet dronken maar ik
mag toch wel constateeren, dat U in een zorge-
iooze stemming was", merkte de president op.
„Hij was gek" verduidelijkte de verdachte.
Kort en goed —zorgeloos of gek het twee
tal verliet het café eu wandelde „wat op" in
de richting van het Centraal Station.
Op een donker plaatsje hij de Prins Hendrik
kade zoo vervolgde de Maastrichtenaar
vroeg m'n vriend"
„Ik was j« vriend niet
„Vroieg m'n vriend, hoe laat het was. Ik
haalde m'n horloge uit m'n vestzak en toen
rukte verdachte m'n klokje plotseling uit m'n
handen, 't viel op straat Ik hield m vast
en riep om hulp. Een politieagent verscheen
ten tooneele en hier zijn we nu
De ketting van het horloge bleek nog pre
sent, maar het horloge was tot herstel van
gezondheid naar Zwitserland opgezonden.
Getuige was er van overtuigd, dat z^n ver
haal hier en daar lacunes had, maar: ,,'t ging
als een film, véél te vlug, weet UI"
„U bent niet in Uw eerste leugen gest
merkte de verdachte vriendschappelijk op.
De verdachte deed een heel ander verhaal
waarin drank en krankzinnigheid een belang
rijke rol speelden. „U begrijpt toch wel me
neer de president, „als hij me vast had ge
houden en we geworsteld hadóen, dan zou die
getuige hier immers niet zitten op het oogen
blik".
„Wat zou U dan gedaan hebben", informeer
de de president nieuwsgierig.
Verd,: „Ik zou 'm op m'n kop hebben geno
men en weggeslingerd".
„Hebt U dat meer bij de hand gehad?"
„Och, het was maar bij wijze van spreken".
De Officier was weinig onder den indruk
vau verd.'s betoog. Hij wees op het gevaar
van het bezoek aan de aannemersbeurs op de
wijze van den Maastrichtenaar en daar de Am-
sterdimmer al eens eerder is gestraft geweest,
vorderde hij tien maanden gevangenisstraf we
gens poging tot diefstal.
Over 14 dagen speelt; da elótaote van deze
tragi-comedie.
Het Eerste Kamerlid de heer de Savornin
Lohman heeft den Minister van Kolniën de
volgende vragen gestejd:
X. Is de Minister bereid mede te deelen,
wanneer eindelijk zal worden ingesteld de
commissie, welke Zijn Excellentie op het oog
had in zijn op 29 Mei 1931 en 2 Juli 1932 in
deze (Eerste) Kamer aan ondergeteekende
gegeven antwoorden in zake. dubbele heffing
van in India werkzame vennootschappen?
3. Wil de Minister nu de volle dubbele
belastingheffing, waarvan Zijn Excellentie
reeds op 29 Mei 1931 verklaarde, dat er een
einde aan moest komen, nog bij voortduring
heeft plaats gehad en nog plaats heeft, omdat
van Overheidswege, buiten schuld der belang
hebbenden nog steeds niet tot het nemen van
maatregelen werd overgegaan overwegen
of, en zoo ja in hoeverre, restitutie kan wor
den verleend van belasting, die niet verschul
digd zou zijn geweest, indien tegen de dubbele
belastingheffing tijdig maatregelen waren ge
nomen?
3. Indien de Minister de laatste vraag be
vestigend meent te kunnen beantwoorden, is
Zijn Excellentie dan bereid over deze aange
legenheid overleg te plegen met den Minister
van Financiën, zonder dat dit tot vertraging
van de ta nemen maatregelen leidt?
NAAR DE BRONNEN VAN DE ORINOCO.
Aan het eind van dit jaar zal een Italiaanschj
expeditie vertrekken naar het stroomgebied
van de Orinoco. De leden van de expeditie
zullen op hun tocht gebruik maken van de
geografische gegevens, die verzameld zijn door
vroegere onderzoekers, zooals Dias de la Fuente,
Humboldt en Herbert Spencer Dickey.
De expeditie wordt geleid door kolonel
Giovanni Masturzi, terwijl tot de deelnemers-
behooren een geoloog, een natuur-histoncus,
een dokter, een marconist en een film-operateur.
Masturzi, een oud-militair, is lid van de Aard
rijkskundige Genootschappen van Italië, Cuba en
Mexico. Hy heeft Afrika en China bereisd en
reeds eerder een expeditie in de stroomgebieden
van Amazone en Orinoco ondernomen, maar
heeft toen het doel niet kunnen bereiken, door
dat hij gekweld werd door herhaalde koorts
aanvallen.
Met een enkel woord is in dit blad reeds
melding gemaakt van een Renalssance-altaar,
dat te Weenen gevonden is. Daaromtrent geeft
de „Reichspost" o.m. de volgende bijsonder-
heden.
De Augustinerkirehe te Weenen bezat een
crypte, die niet meer gebruikt werd en waarvan
men den toegang zelfs had dichtgemetseld. On
langs is men deze crypte binnengedrongen.
Men trof er verschillende oude grafsteenen
aan en tevens een zeer fraai en kunsthistorisch
ongewoon belangrijk altaar uit den Renais-
sance-tljd. Het heeft als middenstuk een ge
beeldhouwde Maria te Drieën, met gulrlanden
en musiceerende putti.
Er is sprake van dat de crypte weder toe
gankelijk zal worden gesteld. Het ls echter
niet zeker, dat het altaar daar blijven zal. Mo
gelijk komt het in de Augustinerkirehe of in
het diocesaan museum.
DOOR IJDELHEID TOT DIEFSTAL EN
INBRAAK GEKOMEN
Voor de vierde kamer van het Haagsche Ge
rechtshof is Zaterdag in hooger beroep behan
deld de zaak tegen een drietal Jongelui van
goeden huize, den 17-jarigen leerling der M T.S.
te Rotterdam, J. van der M., den 19-Jarigen
schoenmaker H. A. V. zonder beroep en den
34-jarigen kantoorbediende H. L R-, die door
de Haagsche Rechtbank zijn veroordeeld, de
eerste tot één jaar tuchtschool voorwaardelijk
met bijzondere voorwaarden, de beide anderen,
ieder tot 1 jaar gevangenisstraf, waarvan zes
maanden voorwaardelijk met bijzondere voor
waarden, wegens een serie door hen in veree-
niging gepleegde inbraken en straatroof.
Van dit vonnis was de officier van justitie
die tegen den teersten verdachte 1 Jaar en 6
maanden en tegen de beide andere twee jaar
had geëischt in appel gekomen.
Gelijk men zich herinnert betreffen het de
inbraken aan den Nieuwe Duinweg, den Belve-
dèreweg de Stadhouderslaan en de beroovlng
van een dame in de Groenhovenstraat te
's Gravenhage aan wie een taschje met een be
drag van 1800 werd ontrukt.
De president jhr. mr. von Weiier, liet de
jonge deiinguenten een voor een bij zich aan
de tafel komen en ondervroeg hen naar de oor
zaak van hun diepen val.
In zijn requisitoir wee» de advocaat-generaal
op den ernst der gepleegde feiten en op de
door de drie verdachten toegegeven aanleiden-
de oorzaken, waarvan de voornaamste de
ijdelheid was. Spr. heeft de zaak voor en na
onderzocht en is tot de conclusie gekomen,
dat alhoewel de straffen door de Rechtbank
opgelegd zeer mild zijn in verhouding tot den
ernst van de feiten, doch voldoende preven
tief zou kunnen werken om de jongelui van bun
misdaden te doen terugkomen en een ander
leven te beginnen. Om deze redenen vroeg spr.
bevestiging van .het vonnis.
De verdedigers sloten zich bij dit requisitoir
aan en bepleitten het belang van een voor
waardelijke straf voor V. en R. Gewezen werd
op de schuld, die de ouders van de jongens in
deze zaak dragen. Hoewel de jongens over geen
geld konden beschikken, kleedden zij «ieh chic
en kochten allerlei voorwerpen als gramofoons
etc.
Het Hof zal 21 December a.g, arrest wijzen.
Wanneer de fabricatie, of
de voorreed uwer artikelen,
den omzet, den verkoop
overtreffen, geeft een 'n aerio
dan eens de kana U to
helpen, den aftrek uwer
producten te vargrooteo.
Onder „gedeeltelijke manches^ veistaan^ wij
aantal voor een manche benoodigóe
hoeft te maken.
Het is ons reeds vele malen p g ev a lie n dat
het juist m deze gedeeltelijke manches vaar.
voorkomt, dat een te bieden slem niet ëfb0
wordt, pok al zit het er dubbel en dwars in.
zulks te betreuren is, zal voor liefhebbers v
slembiedingen duidelijk zijn en daarom zu
wij trachten eenig licht in deze aangelegenneiu
te ontsteken.
Werd er vroeger al heel weinig waarde aan
een gedeeltelijke manche gehecht, feitelijk vond
men het alleen een laddertje om gemakkelijker
tot een manche dan wel robber te komen, tegen
woordig is men meer en meer gaan inzien, dat
een gedeeltelijke manche van groot belang is,
een bepaalde waarde heeft. Deze waarde is
slechts theoretisch en wordt gewoonlijk geschat
op de halve waarde van manche of robber. Nu
neemt men als theoretische waarde van de eer
ste manche gewoonlijk 300 punten aan, voor de
gelijkmakende manche 400 punten. Hiermede
wordt bedoeld, dat men om deze manche te win-
nen dat aantal theoretische punten aan ondersla-
gen kan verliezen om de manche te redden. Be
ter is het natuurlijk zulk een vrij hoog punten-
aantal niet te verliezen, maar men moet over
tuigd zijn, dat de manche het waard is, d.w.z.
de zooveel grooter kans, door het winnen van
een manche om de robber te maken, is zulks
waard.
Heeft de tegenpartij reeds een manche en een
noteering in de tweede manche, dan ma£ m®rl
nimmer vergeten, dat al vervult de tegenpartij
haar contract niet, die gedeeltelijke manche-
noteering toch blijft staan en steeds een gevaar
blijft vormen. Teneinde dat gevaar te ontgaan,
moet men wat opofferen en zelf liever ondersla
gen betalen, dan de tegenpartij kans te geven
manche en robber te halen.
(Men ziet, dat wij verleden week gelijk hadden
met te zeggen, dat het bridgen langzamerhand
een uitrekenen wordt hoe men het goedkoopst
uit een verloren partij moet trachten te komen.
Mooi op zichzelf, in den geest van den steeds
"«enterenden koopman, maar minder sportief.
Doch wij zitten nu eenmaal in het schuitje en
moeten doorroeien).
Hebt gij daarentegen zelf een gedeeltelijke
manche-noteering, dan hebt gij zelf die manche
al half gewonnen en kunt gij ook al weer wat
vagen teneinde deze manche werkelijk te wm-
han, waardoor gij hetzij de robber wint, hetzu
Uvv kans op het winnen der robber aanzienlijk
^argroot. Maar tracht vooral niet meer aan on-
derslagen te verliezen dan de theoretische waar-
e van deroanchel
Wanneer men overtuigd is van de groote waar-
dier gedeeltelijke manche-noteeringen, dan
v„ kunnen begrijpen, dat men de biedingen
he, maat, gelijk men maar al te vaak ziet
"„''t, niet moet forceerep. Dat men genoegen
3 in nerr,e'l met b.v. den maat zijn bod van 2 of
zul„ een kleur te laten spelen en winnen, dan
dien auï bot4 ongemotiveerd op te drijven, in-
het „f ans de tegenpartij niét hooger bood, tot
Vvnrhfancbeb°d, indien uw kaarten daartoe geen
riikwnicëÜnoeg hebben. Zulk een gokje kost te
"Na de waardevolle gedeeltelijke manche!
staat Pr-m 4 vo°rdeel van de gedeeltelijke manche
pjBr! er een nadeel en wel, dat men eerder
hnrï en 8 zich dan te beperken tot een manche-
Ïrnmen vf®11 Poging te doen tot een slembod te
,„t -ip '-nr. V3 daarom zaak zoodanig te bieden,
ga4Ükheid van een slembod toch wordt
j v.' a4 £s dit vaak niet gemakkelijk, maar
„noipn zaa4c een zekere manche niet te
tp doen TVt°r de poging een onzeker slembod
if-pliikhp'irt i nu 4iikt moeilijker dan het in wer-
tp makpr, If' aannemende, dat men met spelers
7iin en din wier biedingen te vertrouwen
ais er werkfm,11 s4emsignaal zullen doen hooren,
etiJk geen kans voor slem is.
,,rgte' ?!;Ls4aat 60 in uw tweede manche, het ge-
men zich n?pt ïst de meeste kans bestaat, dat
Rindt t/H a 4 mbberbod zal tevreden stellen.
béteekenen&n 1 dan zal di4 bod nog weinig
maar zoodra uw maat 2 4» heeft
vii dan 1 dan ls het robberbod gedaan en als
fj. T b'edt, moet het voor uw maat duide-
,JoV'at «U een slemsignaal geeft en moet
ue!n d\n m. lnga.a", zoodra h« meer in zijn spel
T verhooging van 1 A aan
gaf. Omgekeerd moet gij, openende met 1 A en
als antwoord van uw maat 3 4» krijgende, dit
eveneens als een slemsignaal opvatten en bij
grooter kracht dan uw 1 4 aangaf, zoo mogelijk
doorbieden.
jyanneer dus met één in kleur of zonder, troef
geopend wordt, raden wij by grooter kracht dan
gewoonlijk niet te letten op de gedeeltelijke
noteering, maar gewoon te bieden als ware er
nqg geen noteering en wei degelijk te trachten
het slembod te doen, indien uw spel aanleiding
geeft tot de veronderstelling, dat er slem in de
combinatie kan zitten.
Nu het geval, dat gij 60 in de tweede manche
staat en twee in een of andere kleur biedt Gij
doet dan dus het robberbod en als gij doordron
gen zijt, dat een gedeeltelijke manche-noteering
van groote waarde is, dan zult gij dat bod ni0t
doen, wanneer gij het, ook zonder hulp van uw
maat, niet maken kunt. Hierop moet die maat
kunnen vertrouwen en heeft hij dan een spel
waarin hij slem-mogelijkheid vermoedt dan moet
hij het slemsignaal geven en óf hooger' bieden in
de genoemde kleur, óf een andere kleur bieden
dan wel zonder troef. Noch het bieden van een
andere kleur, noch van zqndertroef kan en mag
hier de beteekenis hebben van onvoldoenden
steun in de geboden kleur van het openingsbod,
want dat garandeerde een gewonnen spel, het kan
dus niet anders dan een slemsignaal zijn en dat
mag het zijp. want waar de maat zijn 8 slagen
garandeerde, kan het nimmer schaden, wanneer
gij het bod overneemt en hem daardoor wellicht
dwingt 3 te bieden. Immers elke slag in uw hand
js voor hem één slag meer en deze verhooging
schaadt dus niets.
Wat beteekent echter een drie-bod ingeval
een twee-bod voldoende zou geweest zijn?
Dit kan twee beteekenissen hebben: a. de slem
mogelijkheid wordt er door aangegeven; b. het
wordt alleen gedaan om de tegenpartij een an
der bod zoo moeilijk mogelijk te maken, een z.g.
verhinderingsbod dus.
In het geval van a. handelt de maat gewoon als
hij zou handelen bij een blanco stand, doch'hij
moet er rekening mede houden, dat het geval b.
aanwezig was en dus alleen dan hooger bieden
of een slem-signaal geven, wanneer hij werkelijk
zoo krachtig is, dat zelfs ingeval b. geen schade
kan aangericht worden. Heeft hij slechts een
weinig krachtig spel, dan late hij alle kans op
slem varen voor de zekerheid van het manche
bod of voor de, door zijn maat reeds berekende,
kans op een enkelen onderslag.
In het kort dus: een bod, gaande boven het
manche-bod, is in dergelijke gevallen niet altijd
een slem-signaal, men antwoorde er dus alleen
op bij groote kracht.
In dergelijke gevallen zij men uiterst voorzich
tig, men make geen groote sprongen, men bepale
zich slechts tot het aangeven van de mogelijkheid
tot een slembod te komen en ga slechts door,
indien ook de maat zijn willigheid uit om tot een
slembod te komen.
Dat bij een dergelijke wijze van bieden groot
vertrouwen in eikaars biedingen moet bestaan,
zal een ieder duidelijk zijn. Bestaat dit niet, of
kan dit niet bestaan wegens onbekendheid met
den maat, dan ontboude men zich liever van
elke poging tot slemsignalen en bepale zich tot
zekere manchebiedingen.
Het kan natuurlijk ook wezen, dat men slechts
één trek noodig heeft om het manchebod te
doen, in welk geval men als volgt zal moeten
bieden:
Het is begrijpelijk, dat elk speler, die slechts
één trek noodig heeft om de manche te winnen
en daarmede vaak de robber, al het mogelijk
zal doen om dien trek te maken, doch even be
grijpelijk is het, dat de tegenpartij eveneens
al het mogelijke ?al doen om zulks te verhinde
ren. Wordt door dien speler met één geopend,
dan kan men vrij zeker zijn, dat hij het uiterste
minimum in zijn spel heeft om te openen dan
wel, dat hij zulk een sterk spel heeft, dat hij
niet bevreesd is voor overbieden door de tegen
partij, want anders zou hjj hooger dan noodig
is geopend hebben teneinde de tegenpartij zoo
veel mogelijk te verhinderen een bod te doen.
Hiermede zal zijn maat terdege rekening moe
ten houden en wanneer hij, b.v. schoon op de
manche staande, verhoogd zou hebben, zal hij
dit nu ook moeten doen, want niet alleen geeft
bij zijn maat aan, dat behoorlijke steun in zijn
spel aanwezig is, maar hij maakt het tevens
moeilijker voor de tegenpartij om te bieden. In
geen geval zal zijn maat dan in dat overschrijden
yan het noodige aantal trekken een slemsignaal
mogen zien, dit zal men na lezin* van het bo
venstaande begrijpen. Maar heeft de opener
werkelijk een spel, waarin Blem-mogelükheden
zitten, dan kan hij dit gemakkelijk aangeven
door nog een trek hopger te bieden, dit kan dan
niet nieer als verhindering veer de tegenpartij
gelden, want hij had dit later, nadat de tegen
partij eventueel gebeden zou hebben, immers
altijd nog kunnen doen. Het hooger bieden moet
dus dan als een slemsignaal worden opgevat en
daarnaar gehandeld worden.
Twee mogelijkheden zijn er dus met de oening
van één, indien slechts één noodig is en wel: De
opener heeft het uiterste minimum óf hü heeft
een sterk spel, waarmede hij eiken tegenaanval
kan afslaan of middels een dubbel gevoelig kan
afstraffen. Houdt de maat hiermede rekening dan
zijn er voor hem ook maar twee mogelijkheden:
hij geeft een verhooging met één als hij dit in
gewone omstandigheden ook zou doen en hoppt
daarmede de tegenpartij- te verhinderen iets te
bieden, een verhinderingsbod dus; óf hij heeft
een heel sterk spel en wil de slem-mogelijkheid
aangeven en springt naar drie, daarmede doet
hij schetterend het signaal hooren. Toch zal de
maat nu nog voorzichtig moeten zijn in geval het
de lage kleuren betreft, want dan kan het nog
zijn, dat die sprong een verhinderingsbod betee
kent Wordt het ta de hooge kleuren geboden,
vooral ta schoppen, dan ls het als slemsign^,
overtuigender dan in de lage kleuren.
Heeft men slechts één noodig en opent men
met twee, dan mag ook hierin geen slemsignaal
gezien worden. Het kan zulks zijn, maar het kan
eveneens een verhinderingsbod zijn en dezelfde
voorzichtigheid, dezelfde wijze van bieden als
boven omschreven zal gevolgd moeten worden.
Ook hier zal van gewicht zijn of in de lage dan
wel in de hooge kleuren geopend wordt. In de
lage kleuren kan het zeker een verhinderings
bod zijn, in de hooge kleuren is dat veel minder
het geval en riekt het el erg naar een slem
poging, In de lage kleuren moet de maat dus
met een sterk spel niet direct zijn volle kracht
geven, maar zich tevreden stellen met zijn wil
ligheid om naar het slembod te gaan, aan te
geven. In het tweede geval, dus in de hooge
kleuren of ZT, is hij volkomen gerechtigd het
slem-signaal te doen weerklinken, maar lang
zaam aan, want de kans op een verhinderings
bod is nog altijd aanwezig en de manche mag
niet in gevaar gebracht worden.
Wat echter als opener met een drie-bod opent?
Wel, ook dit kan in de lage kleuren een ver
hinderingsbod zijn doch met de positieve verze
kering, dat het ook zonder hulp van den maat
gemaakt zal worden. Het antwoord is dus al heel
gemakkelijk: Ziet men slemmogelijkheid, dan
doet men zulks hooren of men biedt het slem
direct, anders zwijge men.
Heeft men drie of vier trekken noodig voor
het maken van een manche, dan zal men ver
standig doen te bieden als stónd men schoon in
de manche, de stand heeft dan vrijwel geen
invloed.
De bedoeling van dit artikel is geweest onze
lezers er op te wijzen, dat de stand in de
manche wel van invloed kan zijn op het bieden,
doch dit niet altijd behoeft te zijn en dat daarom
mogelijke slemkansen niet mogen worden ver,
zuimd, Een zich goed rekenschap geven van het
geen de maat kan bedoelen en een behoorlijke
beoordeeling van eigen spel zal doorslag moeten
geven, doch vooral zal men niet mogen redenee
ren; zooveel of zooveel is genoeg voor de man
che en daarmede contenteer is mij. Elk spel, dat
een hiedbaar slem bevat, moet zoodanig behan
deld worden dat het slem ook werkelijk geboden
wordt. Hierin zit een der groote verschilpunten
met Bridge Plafond en juist het verschilpunt, dat
in onze oogen het Contract Bridge zooveel mooier
maakt.
Noviteiten.
Onze lezers zullen zich vermoedelijk wel ta-
teresseeren voor noviteiten op bridge-gebied en
daarom zullen wij trachten hen zooveel mogelijk
op de hoogte te houden.
In Weenen heeft men twee nieuwigheden lt
praktijk gebracht en wel: a. Naast de gewone
premies voor onderslagen worden aan de win
nende partij zooveel punten onder ie tijn toege
kend als de verliezende partij ondëralagen
boekte. Dus bij 2 onderslagen in schoppen no
teert de winnende partij boven de lijn 9 onder
slagen en onder de lijn 2 X 30 s 60 punten.
Wij kunnen hierin niet anders zien, dan een
poging tot correctie van de kwade gevolgen van
de kwetsbare zóne, nj. dat ongemotiveerd tegen
houden van de tegenpartij van het winnen van
een manehe niet alleen op de gewone wijze ge
straft wordt, maar bovendien die tegenpartij
nog gelegenheid geeft de manche te winnen. Al
kunnen wij deze nieuwigheid niet bewonderen,
toch begroeten wij met vreugde elk verzet tegen
de kwetsbaarheid.
b. Beter lijkt ons de tweede nieuwigheid, een
variant eigenlijk op de eerste. De partij, die het
contract verliest, noteert onder de lijn zooveel
minus punten als onderslagen gemaakt werden,
bovendien noteert de tegenpartij de gewone
premie voor onderglagen. Dus in het geval onder
a. bedoeld, noteert de verliezende partij onder de
lijn 60 welk getal dus óf afgetrokken wordt
van de reeds onder de lijn genoteerde pupten,
óf eerst ingehaald moet worden alvorens winst-
pupten onder de lijn genoteerd kunnen worden.
Ook hier zal wel hetzelfde ten grondslag lig
gen, n.l. correctie van de nadeelen der kwets
baarheid, waarom wij het alweder toejuichen,
maar bovendien lijkt ons deze correctie lang niet
onverdienstelijk.
In Engeland heeft Hubert Philips „Contract
Whist" gelanceerd en er een boekje over uitge
geven (bij Faber Faber). Evenals bij het ge
wone whistspel wordt hier niet met den Blinde
gespeeld, overigens sehljnt het gewoon contract-
bridge te zijn. Het komt ons voor, dat dit spel
moeilijker zal zijn dan C. B., want geen open
spel geeft eenige houvast.
A. J. E, Lucardie: Bridge, uitgaven van Blank-
waardt Schoonhoven.
Wij ontvingen den derden omgewerkten druk
van „Bridge ta den familiekring", geschreven
door den voorzitter van den Ned. Bridge-Bond,
den heer A. J. E. Lucardie. De titel is thans ge
wijzigd in „Bridge" (Contract), de inhoud is uit
gebreid en aangevuld (wij maken opmerkzaam
op hetgeen over doubleeren gezegd wordt), ter
wijl de nieuwe internationale spelregels ta het
werkje zijn opgenomen. Evenals wfj reeds vroe
ger deden, goo bevelen wij ook nu weder dit
werkje ten zeerste aan. Iedereen, leek en expert,
kan er veel uit leeren. De leek leert door de
lezing bet eigenlijke wezen van bridge, de expert
dingen, die hij vermijden moet. Duidelijk en
eenvoudig wordt gewezen op hetgeen men we
ten moet en alvorens een uitgebreider werk on-
éler handen te nemen, zouden wij een ieder wij
len raden eerst te zorgen den inhoud van dM
boekje grondig te bestudeert»,