W*-
"^OZ,
JpIfSfft
r &L
VRIJDAG 15 DECEMBER 1933
RADIO-PROGRAMMA
RADIO-BERICHTEN
W miï
-
PROV. STATEN VAN ZUID-HOLLAND
VOETBALSPORT.
BELGISCH ELFTAL—KRAKAU.
ROTTERDAMSCHE VOETBALBOND.
WINTERSPORT.
DE FRIESCHE ELFSTEDENTOCHT.
FAILLISSEMENTEN.
MARKTBERICHTEN.
RIVIERTIJDINGEN.
2
ZATERDAG, 16 DECEMBER.
HUIZEN C1875 M„ 160 K.H.) KRO-uitzen-
ding. 8.00—9.15 en 10.00—11.30 gramofoonplaten;
11.30 godsdienstig halfuurtje; 12.00 politieber.;
12.15—1.30 KRO-sextet en gramofoonplaten, o.a.
Nostalgia, Micheli; 1.30—2.05 heruitzending uit
Bandoeng. Indische muziek en toespraken; 2.05
2.30 voor de rijpere jeugd; 2.304.00 voor de
kinderen; 4.00 pauze; 4.104.30 KRO-orkest,
o.a. Souvenir de Chopin, Fétras; 4.30 cursus
schriftverbeternig5.00 vervolg concert; 5.15 es-
peranto-nieuws; 5.306.20 vervolg concert, o.a.
suite Four ways, Coates; 6.20 journalistiek week
overzicht; 6.35 vervolg concert, o.a. Caravane,
Scassola; 7.00 politieber.; 7.15 drs. P. Julien
over Egypte; 7.35 gramofoonplaten; 7.45 RKF-
kwartiertje; 8.0011.00 gevarieerd Zaterdag
avondprogramma, KRO-boys, voordracht en
gramofoonplaten, ca. 8.30 en 10.30 Vaz Dias;
11.0012.00 gramofoonplaten.
HILVERSUM (296 M., 1013 K.H.) VARA-uit-
zehding; 10.30 Vaz Dias.
DAVENTRY (1554 M., 193 K.H.) 10.50 berich
ten; 11.05—11.20 causerie voor de vrouw; 12.20
Westernstudio-orkest, o.a. potp. Monsieur Beau-
caire, Messager; 1.05 gramofoonplaten; 1-35
Commodore grand orkest, 'o.a. Daphne, Clark;
2.85 gramofoonplaten; 3.20 orgelspel, H. Ram
say; 3.50 Midland studio-orkest, o.a. fant. pasto
rale hongroise, Doppler; 4.50 Vaudeville-pro
gramma; 5.35 kinderuurtje; 6.20 berichten; 6.50
voetbalpraatje; 7.05 Welsh intermezzo; 7.25 cau
serie, The relief of Ladysmith; 8.20 variétépro
gramma; 9.20 berichten en sportnieuws; 9.55
BBC-orkest, o.a. fragm. The jester at the wed
ding, Coates; 10.50 declamatie; 11.55—12.20
dansmuziek.
PARIJS (Radio Paris) Geen uitzending.
KALUNDBORG (1153 M„ 260 K.H.) 12.05—1.20
concert uit het Bellevue Strandhotel; 1.502.20
gramofoonplaten; 2.50—4.50 M. Hansen's orkest;
7.20 Kerstconcert; 8.35 omroeporkest, o.a. Him-
merland, Reesen; 9.35 Pop. concert; 10.20—11.35
dansmuziek.
LANGENBERG (473 M., 634 K.H.) 5.25 en
6.35 gramofoonplaten; 9.20 berichten; 9.30 voor
de kinderen; 9.50 voor de jongeren; 10.25 gra
mofoonplaten; 10.40 voor de scholen; 11.20 gra
mofoonplaten; 12.55 omroeporkest, o.a. fant.
Russische volksliederen, Lindemann; 3.20 om
roeporkest en balalaika, o.a. Suite oriëntale,
Bortkiewicz; 5.55 accordeonmuziek; 6.20 Stun-
de der Nation, Weragkoor, orkest en solisten
„Betehoven in Bonn"; 7.30 gevar. programma;
10.05 gramofoonplaten; 10.20 dansmuziek; 11.20
12.20 concert.
ROME (441 M., 630 K.H.) omroeporkest; 8.00
„Ramuntcho", opera van Donaudy.
BRUSSEL (338 M., 887 K.H.) 12.20 Symphonie-
orkest en zang, o.a. Serenade, Waelput; 1.30
2.20 omroeporkest, o.a. Réveil du printemps,
Scassola; 5.20 omroepkleinorkest, o.a. Clockes du
ciel. Dupuis; 6.20 Kwintetconcert; 6.35 causerie
over wintersport; 6.507.20 vervolg kwintet
concert, o.a. Kwintet no. 2, Meulemans; 7.50 „Die
Walkiire", Wagner.
(508 M., 590 K.H.) 12.20 omroeporkest en
zang, o.a. ouv. Lynstrata, Lincke; 1.302.20 Sym-
phonie-orkest, o.a. „De morgen", v. d. Een
den; 5.206.20 Symphonie-orkest, o.a. fant.
Tsjecho-Slowaaksche liederen, Bournin; 6.35
mofoonplaten; 6.50 omroepkleinorkest, o.a. Miro-
logue, Marsick; 8.20—10.20 omroeporkest en
zahg, o.a. ouv. La gazza ladra, Rossini; 10.30
djismuziek.
|dEUTSCKLANT3SENDER (1635 M. 183.5 K.H.)
5.507.20 concert; 8.05 gramofoonplaten; 1.20
2.20 gramofoonplaten; 3.204.20 Symphonie-
orkest en solisten, o.a. ouv. Das tapfere Schnei-
derlein, Hanel; 4.40—5.20 trio's van Beethoven,
o.a pianotrio c kl. t.; 6.20 zie Langenberg; 7.20
„Tanzstunderzauber". een vroolijke cursus voor
jong en oud; 9.20 berichten; 9.45 sportpraatje;
10.05 weerbericht; 10.20—11.50 pop. concert.
LUXEMBURG (1191 M„ 252 K.H.) 12.20 om
roeporkest, o.a Traume auf dem Ozean, Gungl;
1.20150 gramofoonplaten; 7.2011.50 Fransche
avond; 7.20 Ballet „Le Cid", Massenet (gr.pl.);
7.40 liederen van Botrel door V. Pauké (bari
ton); 8.10 tooneelkroniek; 8.15 concert no. 4
voor piano en orkest. St. Saëns; 8.50 economische
en sociale kroniek; 8.55 Pelleas en Melisande,
Faveré (gr.pl.); 9.20 berichten (Fransch)9.20
muzikaal allerlei; 10.10 berichten (Duitsch); 10.20
gramofoonplaten; 11.0511.50 Jazz-orkest.
ROTTERDAM (Gem. radiodistr.) Programma
1: Huizen.
Programma 2: Hilversum.
Programma 3; 8.05 Deutschlandsender; 9.20
Langenberg; 12.20 Brussel (338 M.)2.20 Ka-
lundborg; 4.40 Deutschlandsender; 5.20 Brussel
(338 M.); 6.20 Deutschlandsender; 7.20 Weenen,
koor, orkest en solisten „Franz Lehar", Struby;
8.50 Londen R-, koorzang; 9.30 Brussel (508
M.); 10.05 Boedapest, Zigeunerkapel; 10.50
Deutschlandsender.
Programma 4: 10.50 .Daventry; 11.20 Deutsch
landsender; 12.20 Daventry; 5.35 North Natio
nal; 6.50 Londen R., kwintetconcert en zang,
o.a. Cradde song, Gibbs;. 7.50 Daventry.
ZATERDAG.
Het Radiosymplhonie-orkest o.l.v. Kumps
speelt voor Brussel II de volgende werken:
1 Ouv. „Die Entführung aus dem Serail",
Mozart; 2 Kleine Suite, Debussy; 3 M. Avaert
(bariton) zingt Schubert-liederen; 4 Intermez
zo, Candael; 5 Serenade, Waelput; 6 Ged.
„Prince Igor", Borodin.
Mozart's werk is zooals men weet de inlei
ding van de gelijknamige opera welke ondanks
haar exotisch onderwerp de persoonllijke ge
aardheid von Mozart's muse niet in gevaar
brengt.
De kleine suite van Debussy is oorspronkelijk
een uit z'n eersten tijd afkomstig pianowerk
dat later brillant werd georkestreerd; de dee-
len zijn: En bateau, Menuet, Cortège, Finale.
De gedeelten uit de „Prince Igor" zijn ont
leend aan de gelijknamige opera, die echter
onvoltooid bleef. Glazounow instrumenteerde
er de ouverture van en de derde acte.
De Proloog toont ons koning Igor die tegen
de barbaren te velde trekt, omringd door zijn
geestdriftig volk.
Het „Koor der Dorpelingen" stelt de koning
in gevangenschap voor en zijn ontsnapping.
Het meest gespeeld zijn wel de dansen
(eigenlijk met koor) deel uitmakend van de
derde acte waar Igor als Poolsche gevangene
ten tooneel verschijnt. Maar ongeacht het
libretto, is de muziek sterk overtuigend.
Solisten voor den K-R.O
Thom Denijs zingt Zondagavond om 10 uur
voor den K.R.O -microfoon een van de werken
waarmede hij een wereldnaam verworven heeft
n.l. de -Kindertotenlieder van Gustav Mahler met
begeleiding van het K.R.O.-orkést o.l.v. Johan
Gerritsen.
Isolde Menges, een van 's werelds vermaardste
violisten, concerteert Dinsdagavond 19 December
om 9.15 uur voor den K.R.O. Van een optreden
van Isolde Menges kan men steeds iets bijzon
ders verwachten; zoo speelt zij thans met bege
leiding van het K.R O.-orkest o.l.v. Johan Ger
ritsen het vioolconcert in D. gr. terts van Joh
Brahms.
Muziek-uit zending door
Bandoeng.
De vereenijde Javasche radiovereenigingen
hebben het plan opgevat, Zaterdag 16 December
een uitzending te organiseeren van karakte
ristieke Indische muziek, welke door middel van
een der gouvernementszenders naar het moe
derland zal worden uitgezonden.
De uitzending vindt plaats van 13.30 tot 14.30
en zal door de beide Nederlandsche omroepzen-
ders worden gerelayeerd.
Het programma is als volgt samengesteld:
13.30 inleidingen door den heer van Baaien,
voorzitter van den bond van radiovereenigingen
en lid van den Volksraad; 13 35 Ambonneesch
fluitorkest uit Bandoeng; 13.45 Gamelangorkest
uit solo; 13.55 toespraak van den heer Spit.
voorzitter van den Volksraad; 14.05 Gamelan
orkest uit Solo; Causerie over Indische muziek,
samengesteld door ar. Jaap Kunst uit Batavia;
14.20 Krontjong-orkest uit Bandoeng. Het pro
gramma wordt besloten met het Wilhelmus.
OoslenrijkschNederlandsch
uitwisselings-programma.
Zondagavond van 7.509.35 uur heeft er een
gecombineerde uitzending plaats van R. A. V. A.
G. en K. R. O.
De eerste helft van het concert bestaat spe
ciaal uit Oostenrijksche muziek, uitgevoerd door
het Weensch Radio Symphonie Orkest o.l.v. Max
Schönherr en Maria Gerhart, sopraan.
In de tweede helft van het concert wordt door
het K.R.O.-orkest o.l.v. Johan Gerritsen met
medew van Thom Dentis, bariton en Piet Hart-
velt, viool, speciaal Nederlandsche muziek uit
gevoerd, o.a. de zeer weinig uitgevoerde „Ballade
voor viool en orkest" van dr. P. van Anrooy
Het eerste gedeelte wordt met het Nederl
volkslied geopend, waarna de Nederlandsche Ge
zant te Weenen, Z.Exc. F. baron Michiels van
Verduynen in het Nederlandse!) een kort woord
tot de Nederlandsche luisteraars zal richten. Het
tweede gedeelte wordt geopend met het Oosten
rijksche volkslied, gevolgd door een toespraak
van den Oostenrijkschen Gezant aan het Nederl.
Hof, Z.Exc. Georg von Alexich.
KARDINAAL BOURNE.
Z.H.Em. Kardinaal Bourne, die lijdende is aan
verkoudheid, maakt goeden voortgang op den
weg naar beterschap.
V
DE ROTTERDAMSCHE POLITIE SPORTVEREENICING had op de ijsbaan Charlois schaatswedstrijden voor leden van het corps
georganiseerd; deelnemers in het felst van den strijd
Wegen in de Alblasserwaard.
In de provinciale staten van Zuid-Holland
zette het lid van Ged. Staten, jhr. mr. von
Fisenne, zijn afgebroken antwoord inzake het
provinciaal wegenplan voort en kwam thans
tot het voorstel van Ged. Staten tot afvoering
van een tweetal wegen in de Alblasserwaard.
Spr. verklaart, dat het voor Ged. Staten een
teleurstelling is geweest, dat in 1930 geen
voldoende bijdragen zijn geleverd voor het
toenmaals bestaande wegenplan voor den Al
blasserwaard. Ook in 1932 is één en ander mis
lukt
Het heeft geen nut, achteraf daarover van
gedachten te wisselen. Ged. Staten achten den
weg langs den Graafstroom niet geschikt om
dien te maken tot een goeden provincialen
weg. De zaak is thans nog moeilijker gewor
den door de veranderde economische omstan
digheden. Die waren in 1930 heel wat beter. In
de Alblasserwaard is men echter thans wak
ker geworden, zóó wakker, dat men in 14 dagen
het geld bijeen bracht, dat men in zes jaren
niet kon verzamelen. Ged. Staten zullen in
dezen werkzaam blijven.
In de eerste plaats zal de weg Schelluinen—
Volkenes moeten gereed komen. Voorts moet
onderhandeld worden over een verbinding van
het centrum van den Alblasserwaard naar den
rijksweg, die Rotterdam met het oosten ver
bindt. Ten slotte is een weg Bergshoeksche Veer
Sliedrecht noodig Het oude plan kost 6 mil-
iioen. Dit bedrag kan niet gehandhaafd wor
den. Spr. dringt aan, het voorstel van Ged.
Staten aan te nemen. Tegen aanhouding heeft
spr. bezwaren.
De heer Jansen Manenschijn (A. R.) repli
ceert én dient een motie irn waarin de Staten
uitspreken dat een belangrijk deel der provin
cie als de Alblasserwaard en de Vijfheeren-
landen niet buiten de verbetering van het we
gennet kan worden gehouden en de Ged.
Staten worden uitgenoodigd tot een nader on
derzoek naar de wijze waarop de afgevoerde
wegen het meest doelmatig kunnen worden
vervangen waarna zij in de zomerzitting van
den uitslag van dit onderzoek mededeeling
kunnen doen zoo r.oodig met overlegging van
een nieuw tracé.
De heer v. Zadelhof! (S. D.) sluit zich aan
bij den heer Jansen Manenschijn maar meent,
dat men beter doet, het voorstel van Ged. Sta
ten aan te houden.
De heer Von Fisenne (Ged. Staten) zegt,
dat, als het voorstel van Ged. Staten wordt
aangenomen, dit college bereid is uitvoering te
geven aan het denkbeeld, in de motie vervat.
Hierna worden voorstel en motie aangeno
men zonder stemming.
Wijziging ambtenarenregle
ment.
Aan de orde is een voorgestelde wijziging van
het ambtenarenreglement. Door die wijziging
wordt verboden: het uitsteken van anders dan
nationale vlaggen uit dienstwoningen, het dra
gen van bepaalde insignes en het lidmaatschap
van vereenigingen, die Gedeput. Staten aan
wijzen en waarvan zij het lidmaatschap in strijd
achten met een goede ambtsvervulling.
De heer Gardenier (S.D.A.P.) vindt de eerste
beide punten overbodig, maar hij zal zich er
niet tegen verzetten. Erger is het met het laatste
punt. Hier wordt zelfs met ontslag gedreigd
Het criterium is: revolutionnaire gezindheid
Maar hoe kunnen Ged. Staten de gezindheid
van den ambtenaar peilen? Dit zal tot allerlei
willekeur leiden. Daarbij hebben Ged. Staten
zich erg gemakkelijk afgemaakt van de ver
dediging van het voorstel. Tegen het ambte
narenreglement is nimmer gezondigd. Waarom
dan deze aanvulling? En hoe staat het met ver-
ëenigingen als „Kerk en Vrede" cf „De Nieuwe
Gedachte"?
Ged. Staten zullen nu gaan uitmaken, van
welke vereenigingen een amotenaar lid moet
zijn. De Prov. Staten mogen zulk een bevoegd
heid aan Ged. Staten niet geven. Spr. geeft toe,
dat de overheid bepaalde maatregelen moet
nemen om haar gezag te handhaven. Maar dan
moet daarvoor een grondige reden zijn en die
is hier niet. De nieuwe bepalingen kweeken
huichelarij, omdat de ambtenaren voor de keuze
kunnen worden gesteld tusschen hun geweten
enhun brood.
De heer De Visser (C.P.) zegt, dat dit voorstel
wortelt in de maatschappelijke verwarring en
dat de noodzaak daarvan allerminst is gebleken,
zelfs geredeneerd van burgerlijk standpunt.
Ged. Staten moeten toegeven, dat zich nog
nimmer in concreto een geval voordeed dat
een dergelijken maatregel kan rechtvaardigen.
Het college steekt zich in een wespennest.
De heer Bergmeijer (S.D.) keurt 't voorstel af.
Men kan door dergelijke maatregelen niemand
tot zwijgen brengen. De zwakken worden er
huichelaars door, de anderen worden martela
ren.
De heer In 't Veld (S.D.) sluit zich aan bij
het standpunt van prof. Kranenburg in het
Nederlandsche Staatsrecht ten aanzien van de
grondrechten van den ambtenaar.
Spr. stelt de vraag of het voorstel niet in
strijd is met art. 5 van de grondwet, volgens
hetwelk ieder Nederlander benoembaar is in
landsbetrekkingen.
Mevr. Cohen Vervaert (Lib.) komt op tegen
de wijze, waarop de voorgaande sprekers de
vrijheid meenden te moeten verdedigen. Zij
hebben daarvan een verdraaid beeld gegeven.
Er wordt hier geen aanslag gepleegd op de
vrijheid van gedachte. De vrijheid wordt al
lereerst gediend door handhaving,van de orde.
De heer Menist (rev. soc.) bestrijdt het voor
stel.
De heer Schouten (A.R.) is het niet eens met
de critiek op dit voorstel. Na de vaststelling
van het provinciaal ambtenarenreglement is de
noodzakelijkheid gebleken van deze aanvulling.
De heer L. de Visser: Noemt U eens één feit.
De heer Schouten doelt niet op een optreden
van ambtenaren dezer provincie. Dit is zonder
beteekenis. In het staatkundig leven van Ne
derland is gebleken, dat er richtlijnen en per
soden zijn, die een eigenaardige opvatting heb
ben van de rechten van den ambtenaar in zijn
verzet tegen het gezag. Spr. noemt de aange
legenheden rondom „de Zeven Provinciën".
De heer L. de Visser: Nu ben je waar ik je
hebben wil.
De heer Schouten meent dat den ambtenaren
dient te worden ingescherpt hoe zij hun positie
hebben te zien. De demogagie is begonnen bij
den heer Cramer en is daarna voortgezet in de
Arbeiderspers. Geen Nederlander mag bij voor
baat van landsbediening worden uitgesloten als
hij voor die bediening geschikt is. Dit is de be
teekenis van art. 5 der Grondwet. Met dit
artikel is dus strijd uitgesloten. Ook is er geen
sprake van aantasting van het verenigings
recht. Kan een ambtenaar niet meer verzeke
ren datgene wat hij in overheidsdienst moet
doen of nalaten, dan is er maar één uitweg:
den overheidsdienst te verlaten.
Hoe durven menschen, die het communisme
verdedigen, zich tegenover deze voorstellen ver
klaren door te zeggen, dat men de vrijheid aan
tast! Waar het communisme heerscht, is immers
iedere zelfstandigheid en staatkundige onaf
hankelijkheid zoek!
De heer Bolsius (R.K.) verdedigt het voor
stel namens Ged. Staten. Hij betoogt, dat de
omstandigheden veranderd zijn sinds de vast
stelling van het ambtenarenreglement. Men be
hoeft daarvoor nog geen feiten te hebben. Het
voorstel beoogt niet om in te gaan tegen een
revolutionaire strooming. Het provinciaal be
stuur wil echter alleen menschen in dienst heb
ben, die volledig voldoen aan door dat bestuur
gestelde eischen. Spr geeft toe, dat Ged. Staten
niets kunnen doen tegen een ambtenaar, wiens
gezindheid niet blijkt. Het is dan niet de taak
van Ged. Staten, die gezindheid te gaan peilen.
Maar als die gezindheid eenmaal gebleken is,
dan kunnen Ged. Staten desnoods optreden. Spr.
hoopt, dat de bepaling niet zal behoeven te
worden toegepast.
Na replieken wordt het voorstel van Ged.
Staten aangenomen met 42 tegen 19 stemmen.
VERDOOVENDE MIDDELEN.
Ten vervolge op een desbetreffend bericht
in de Nederlandsche Staatscourant d.d. 4 Dec.
1933; maakt het Minis'erie van Buitenlandsche
zaken bekend, dat op 20 November 1933 door
Chili de kte van bekrachtig.ng van het pro
tocol van onderteekening var het rerdrag van
13 Juli 1933 tot beperking vn de vervaardiging
en tot regeling van de dis.ributie van ver-
doovende middelen op het Volkenbondssecre
tariaat is nedergelegd.
MUTTERS LEIDT.
De Zondag 17 December te Brussel plaats vin
dende wedstrijd tusschen het Belgisch elftal en
den Poolschen kampioen Krakau zal worden ge
leid door onzen landgenoot, den heer J. Mutters.
De wedstrijden van den Rotterdamschen
Voetbalbond voor Zaterdag en Zondag gaan, in
verband met de gesteldheid van de terreinen,
niet door.
Definitief vastgesteld op Zaterdag.
Het Centraal Bestuur der Elfstedenvereeni-
ging heeft op grond van de ingekomen rappor
ten besloten, den Elfstedentocht, ijs en weder
dienende, definitief vast te stellen op Zaterdag
16 dezer.
De te volgen route zal nog nader worden vast
gesteld.
Ernstig wordt overwogen, in verband met de
poging de vaart Leeuwarden—Harlingen voor
de scheepvaart open te houden in afwijking van
vorige tochten, dezen tocht in omgekeerde rich
ting te houden.
De rijders beginnen dan te rijden in de rich
ting Sneek, inplaats van in de richting Dokkum.
Inschrijvingen zoowel voor den wedstrijd, als
voor den tocht, kunnen tot uiterlijk Vrijdagmid
dag 5 uur worden opgegeven bij den heer Mr.
M. E. Hepkema, Willemskade 12 te Leeuwarden.
Het lnleggeld bedraagt 2.—.
Ieder, die den tocht volbrengt, krijgt een
herinneringskruis, terwijl voor de vijf eerst-
aankomenden gouden en zilveren medailles be
schikbaar worden gesteld.
Opgegeven door Van der Graaf Co.
(Afd. Handelsinformaties.)
UITGESPROKEN:
BLEISWIJK, 13 December. G. Bontenbal, tuin
der, No. 14. R.c. mr. dr. G. L. van Oosten Slin-
geland. Cur. mr. J. A- Fruin.
DORDRECHT, 13 December. P. C. Groenen
dijk, caféhouder, Prinsenstraat 43. R.c. mr. J.
Bentfort van Valkenburg. Cur. mr. J. Jonker
P.Hzn.
OUDE TONGE, 13 December. W. Huijsmans.
koopman. R.c. mr. dr. G. L. van Oosten Slinge-
land. Cur. mr. A. Zaayer, te Dirksland.
ROTTERDAM, 13 December. Andreas Wilhel
mus van de Riet, winkelier in melk, boter en
kaas, Maashaven 17. R.c. mr. dr. G. L. van
Oosten Slingeland. Cur. mr. J. ter Horst.
G. J. Veldhuis, winkelier in gereedschappen,
van der Werffstraat 67. R.c. alsvoren. Cur. .mr.
J. Buskop.
OPGEHEVEN:
(wegens gebrek aan actief)
OVERSCHIE, 13 December. H. N. de Haan,
caféhouder en automobiel- en rijwielhersteller.
ROTTERDAM, 13 December- F. Neuroth, vroe
ger wonende te Rotterdam, thans zonder be
kende woonplaats.
M. A. J. van Heijst, kapper.
D. Troost, zonder beroep.
SCHIEDAM, 13 December. G. van der Burg,
koopman.
GEëINDIGD:
AMMERSTOL, 13 December. G. van de Wer
ken, winkelier.
KRIMPEN a/d LEK, 13 December. J. L. Ro
denburg, aannemer.
ROTTERDAM, 13 December. H. Edelman/aan
nemer.
N.V. John Quality handel in fijne vleeschwa-
ren.
N.V. H. Behle's Bakkerij.
SCHIEDAM, 13 December. J. C. K. Kemps,
manufacturier-
DELFT: 14 Dee. Aangevoerd 2 paarden: 76
runderen; 51 nuchtere kalveren; 132 magere var
kens.; 207 biggen5 schapen of lammeren2 gei
ten of bokken. Paarden 50—100; Kalfkoeien
150—250; Varekoeien 75—150; Nuchtere Kal
veren 412Magere Varkens 12—30Biggen
614; Rundvleesch 0.60—0.500.40 p. kg.
slachtge wicht.
DELFT, 14 December. Boter 1.601.77(4 per
kg. Aanvoer 8/8, 4/16, wegende samen 200 kg.
Handel gewoon.
ROTTERDAM, 14 December. Heden werden
aan de vlschmarkt alhier van IJmuiden, Nieuwe-
diep, Denemarken en Ieders 490 manden en kis
ten versche viscb aangevoerd.
De prijzen waren: middel tong 4048, middel
tarbot 12—20. kleine tarbot 6—10, griet f 8—10,
middel schol 1215. kleine schol 48, kabel
jauw 814, middel schelvisch 1015, kleine
schelvisch 3—6, wijting 45, groote gul 56,
kleine gul 34 per mand.
HANSWEERT, 14 December.
Gepasseerd voor 's middags 4 uur en bestemd
voor
ROTTERDAM: st. Telegraaf 5; Helena, Larooy
Wilcor, van Meel; Trio. Hooglander; Morgenster,
v. d. Meer; 's-HAGE: Cornelia, Vendeville; AM
STERDAM: st. Amstel 9; SCHIEDAM: Goede
Gunst, den Boef;
DUITSCHLAND: Borda., Michiels;
BELGIë: st. Telegraaf 5; Unilever 5, Rooding.
RIJNVRACHTEN
van 3 tot en met 9 December,
De aanvoeren van zeezijde waren in de afge-
loopen week ongewijzigd.
Naar den boven-Rijn was de stemming zeer
vast en werd alleen in daghuur aangenomen.
Naar de Ruhrhavens was de stemming tenge
volge van den ingetreden winter eveneens zeer
vast.
Voor erts werd genoteerd naar;
Ruhrhavens: in het begin der week. 70—80 ct.
per last met resp. 34 en 68 «sdagen; vanaf
midden tot einde der week 11.10 per last met
resp. 34 en 6—8 losdagen.
Rijn-Hernekanaal: vanaf midden der week
1.101.20 per last met resp. 34 en 68 los
dagen; tot aan het einde der week 1401.50
per last met resp. 34 en 68 losdagen.
Voor ruwe producten naar den boven-Rijn
werd betaald: naar Mannheim, Strassbourg enz.
daghuur ad 3 ct. per ton en per dag op basis van
2 meter afladen en met vrije teruglevering te
Ruhrhavens met doortellende huur.
Het sleeploon naar de Ruhrhavens was even
eens zeer vast en werd genoteerd volgens het 30
tot 40 ct. tarief. Op Zaterdag 9 December werd
geen sleeploon meer genoteerd, daar dien dag
wegens den ijstoestand niet meer werd aange
maakt.
De algemeene toestand in de Ruhrhavens bleef
onveranderd. Scheepsruimte was voldoende be
schikbaar. Tengevolge van het vallende water
en den Ingetreden winter liep de vracht voor
exportkolen naar Rotterdam als volgt op;
4/12 met 10 pfg. tot Mk. 1.20 p. ton, afl. op 2.10 M.
6/12 met 10 pfg. tot Mk. 1.30 p. ton, afl. op 2.— M.
9/12 met 10 pfg. tot Mk. 1.40 p. ton, afl. op 2.— M.
inclusief sleeploon.
NAAR HET ENGELSCH
van
CECIL FREEMAN GREGG.
29.)
Een beetje gedeprimeerd kwam Higgins weer
thuis, maar zijn humeur verbeterde terstond,
toen hij bij zijn komst op Scotland Yard een
brief uit New York vond, in antwoord op zijn
schrijven waarbij hij een foto van Mapell's
duimafdruk had ingesloten.
De afdruk was niet alleen herkend, maar de
Amerikaansche politie kon hem zelfs een foto
van den man zenden. De vreugde van den in
specteur werd echter heel wat getemperd, toen
hij ontdekte dat de foto minstens twintig jaar
oud was. Toch was het betér dan niets.
De „stem" had nu niet slechts een naam, maar
ook een oude gelijkenis.
De New Yorksche politie kon hem echter
niet veel nieuws over Mapeil verschaffen,
want gedurende de twintig jaar na het maken
van de foto hadden zij niets meer van hem
gezien en het nieuws dat zij konden geven,
wös meer dan verouderd. Maar ook toen was
Mapeil reeds gemoeid geweest met een stel af
persers. De schoenmaker bleef dus wel bij zijn
leest!
Gewapend met de foto begaf inspecteur Hig
gins zich naar Jill Crawford, die, hoewel zij er
zich in het minst niet bewust van was, onder
eoherp politietoezicht geplaatst was.
Lijkt er heelemaal niet op, sir. Hij is veel
ouder.
Dat weet ik wel, dat weet ik wel, hield
Higgins geduldig aan. Maar zoo was hij twin
tig jaar geleden.
Het spijt me sir, maar.... als U het wilt
Zal ik zeggen dat hij het is.
Dank je vriendelijk! Maar nu betreffende
den jongen Hamper. Heb je nog wat van hem
gehoord?
Neen.
Je schijnt er je niet zooveel van aan te
trekken als de vorige maal. Weet je soms waar
Ktf is?
Neen.
H'm. Nu Ik ga zijn kamers eens onderzoe
ken. Je kunt meegaan als je wilt en.... eh....
tien dat alles correct gebeurt en zo%
Goed. Ik "ga mee.
Fetter Street, Camberwell was reeds eerder
bezocht door agent Summers, toen hij den jon
gen Hamper het nieuws van het overlijden
van zijn vader moest gaan brengen. Daarna was
het huis sedert de verdwijning van Hamper
door de politie in het oog gehouden, in ds
hoop dat de jongen nog wei eens zou terug
komen, doch tot dusverre zonder succes. De
kamers van den jongen zelf waren echter nog
niet aangeraakt, maar Higgins had eindelijk
besloten dat het noodig was dat zij een nader
onderzoek naar de handelingen van dien jon
gen heer instelden. Hamper kon wel betrokken
zij bij den dood van Raymond, en daarom had
de plicht zijn weerzin, om in de zaken van
den jongen te gaan wroeten, overwonnen.
Higgins* uitnoodiging aan Jill Crawford om
hem te vergezellen kwam voort uit egoïstische
overwegingen. Op de eerste plaats was het
bijna zeker dat Hamper's hospita Jill al eerder
gezien had, in welk geval die goede dame den
inspecteur mogelijk een handje bij zijn onder
zoek zou helpen in de meening, dat hij in
vriendschappelijke verhouding ten opzichte van
Jill Crawford verkeerde. Op de tweede plaats
was Higgins er thans van overtuigd, dat Jill op
de hoogte was van Hamper's verblijfplaats en
hij hoopte haar bij verrassing, een dergelijke
bekentenis te ontlokken.
De hospita begroette JiH 'allerhartelijkst, en
de inspecteur wenschte zich zeli om zijn idee
geluk. Dan begon een allernauwkeurigst on
derzoek van de kamer van den 'jongen.
Higgins wist zelf niet wat hij verwachtte te
vinden. Hij hoopte slechts op hét een of an
dere spoor met betrekking.tot Hamper's schuil
plaats. Hij verwachtte half en half dat Jill
Crawford den jongen met- een onwillekeurigen
uitroep of iets dergelijks zou verraden, maai
toch was hij niet voorbereid op den gil, welken
zij slaakte toen hij van achter een lade een
brief met een poststempel van zeer recenten
datum te voorschijn haalde.
Geef die hier! kwam zij driftig.
Mijn waarde jongedame!
Met rustige nauwkeurigheid bestudeerde
Higgins het handschrift op de enveloppe, welke
geadresseerd was aan Mr. Tommy Hamper en
welke van verschillende adressen was door
gezonden, tot hij eindelijk in Fetter Street,
Camberwel was terecht gekomen.
Plotseling hoorde hij een haastigen, voetstap
en het volgende oogenblik was hem de brief
uit de hand gerukt. De volgende worsteling
(Indien het zoo genoemd kan worden) was al
heel ongelijk, en toch duurde het nog vijf se
conden voor de inspecteur den brief weer in
de hand had.
Dat was niet erg ladylike, Miss Crawford!
.merkte b£ ernstig op.
Geef Kier dien brief! Geef mij 'm! Hij
is van mij, zeg ik U. Van mij! Jill Crawford
stond op Ket punt van in tranen uit te bar
sten, en haar stem sloeg over van opwinding.
Wat bedoel je daarmee? Is het een brief
van jou aan Tommy?
Het meisje gaf geen antwoord, maar knikte
slechts bevestigend.
In dat gevalHiggins boog, terwijl hij
den brief tusschen duim en wijsvinger van zijn
rechterhand voor zich uit hield. Het meisje
zei niets, maar kwam langzaam op hem toe,
tot zij den brief bijna raakte Zij keek den in
specteur in de oogen en den brief negeerend
liet zij zich daarop in een stoel neervallen,
waarop zij in tranen uitbarstte.
Dat dacht ik wel, mompe.de Higgins bij
zich zelf, terwijl hij den brief in zijn zak stak.
Hij ging naar het meisje toe en legde vaderlijk
zijn hand op haar bevenden schouder.
Trek het je niet aan, beste. Je hebt je
best gedaan.
Dan liep hij naar de deur en riep de hospita
die even later hijgend binnen kwam stoomen.
Onder begeleiding van allerlei troostende en
medelijdende geluiden uit de richting van den
stoel, trok inspecteur Higgins den brief uit de
enveloppe. Terstond voelde hij een schok van
verrassing, want boven aan den brief stond
„Bulstroade's Buildings" en de aanspraak luidde
,;Mijn zoon".
Bulstroade's Buildings,
Londen, E 1
October 19.
Mijn Zoon,
Sinds onze laatste ontmoeting, toen wij
elkaar even gesproken hebben, is het tot me
doorgedrongen, dat ik nu niet bepaald een
goede vader voor je geweest ben, hoewel ik
toch, daar ik verantwoordelijk ben voor je
komst op de wereld, ook verantwoordelijk
ben voor je opvoeding enz. En daarin heb ik
gefaald. Ik heb je maar aan jezelf overgela
ten en geen vinger uitgestoken om je daarin
bij te staan. Maar aan den anderen kant be
twijfel ik of jij, die zoo'n uiterst eerlijke
kerel bent, wel eenige geldelijke hulp van
mij zoudt hebben aangpnomen daar je wist,
waar mijn geld vandaan kwam. Andere dan
geldelijke hulp zou geen zin gehad hebben,
mijn voorbeeld zou nog erger geweest zijn
dan heelemaal geen voorbeeld. Je kent mij
zooals ik beneen misdadiger. Toch weet
ik dat je zult zorgen dat de politie dezen brief
niet in handen krijgtalthans niet vóór
mijn dood. Dan zal het geen kwaad meer
kunnen doen. Dat is de reden waarom Ik
dezen brief schrijf. Ik heb zoo'n voorgevoel,
dat mijn dood niet vér meer is. Je zult waar
schijnlijk zeggen dat ik, toen wij het hier
boven gememoreerde gesprek hadden, in de I
beste conditie scheen te verkeeren, en je
zoudt de waarheid zeggen.
Wanneer ik zeg dat ik mijn einde voel na
deren, dan bedoel ik niet, dat ik mij ziek
voel. Neen, ik voel dat een gewelddadige
dood mij langzaam maar zeker bedreigt.
De reden is eenvoudig genoeg. Sedert onze
ontmoeting heb ik een afkeer in me voelen
ontwaken voor het leven, dat ik geleid had
en sedert dien dag heb ik geprobeerd den
rechten weg te bewandelen. Ik zei je, dat ik
het zou probeeren en ik houd mijn belofte.
Ongelukkig voor de bende, waaraan ik ver
bonden was, weet ik te veel. Zij kunnen
zich niet veroorloven mij eerlijk te laten
worden. Om de een of andere onnaspeurlijke
reden schijnen zij te denken, dat een eerlijk
man absoluut een verklikker moet zijn. Van
het weinige wat je van me weet zal het je
wel duidelijk zijn, dat sprookjes verzinnen
nooit een sterke zijde van mij was. In ieder
geval kan ik van de anderen niets zeggen,
zonder mezelf mede te beschuldigen, en zelf
behoud.. je weet de rest.
Ik probeer mij door alcohol moed in te
drinken. Dat is echter geen succes. Ik ben
reeds door mijn hospita hier gewaarschuwd,
dat een herhaling van die onmatigheid mijn
verbanning tengevolge zal hebben. Zij woont
hier nog maar kort. In vroeger tijden placht
de bende op dit adres samen te komen, en
toen ik besloot mij uit de voeten te maken,
dacht ik aan Bulstroade's Buildings. Ik be
twijfel, of Mapeil met al zijn slimmigheid er
aan zal denken hier naar me te zoeken maar
je kunt nooit weten. Ik heb hem tot dusverre
ontloopen, maar ik voel dat zij mij tenslotte
zullen krijgen. Ik zou wel naar de politie
kunnen gaan om bescherming, maar wat heeft
het voor zin? Mijn verleden is slecht, en ik
ben geen verklikker. Indien ik ooit een ge-
welddadigen dood mocht sterven, kun je wel
raden wie de schuldige is. Die Raymond is
een beest, maar ik geloof dat Mapeil nog
erger is. Ik ben doodsbang voor hen beiden.
Ik denk niet dat je een van beiden kent. Je
zult je Sanderson echter nog wel herinneren.
Ik weet niet welken naam hij voerde, toen
jullie elkaar een paar jaar geleden hebt ont
moet, maar hij is een reusachtig gebouwd
man. Met alle ontzag voor zijn lichamelijke
kracht, geloof ik dat hij in zijn hart een laf
aard is.
De Gladde is van heel ander kaliber. Hij
is niet dapper, en weet het. Ik geloof dat hij
als hij den noodigen moed kon verzamelen,
er het liefste van door ging, net zooals ik
probeer te doen.
Wij hebben een groot huis in Medhurst, en
ik geef je den plechtigen raad er zoo ver
mogelijk vamafTi te blijven. Ik zal je geen
verdere details betreffende den naam en de
ligging van dat huis vertellen, maar als je
ooit in een dorp van dien naam mocht be
landen maak dan dat je er weg komt. Je lijkt
nog al sterk op mij, Tommy, en ze mochteri
je eens ontdekken.
Het is heel vreemd, maar ik geloof dat dit
de eenige brief is dien ik ooit aan je geschre
ven heb. Verontschuldig daarom de lengte
en den ernstigen toon van mijn vermaningen.
Ik probeer je er alleen maar van te overtui
gen, dat ik werkelijk aan 'n nieuwe bladzijde
in mijn levensboek ben begonnen. Mocht je
vinden, dat je mij mijn verleden kunt verge
ven, dan zal het me hoogst aangenaam zijn je
aan bovenstaand adres te mogen ontvangen.
Het is wel geen schitterende buurt, maar ik
heb geen geld.
Misschien kunnen wij tezamen wel opnieuw
beginnen in een ander land. Vertel alsjeblieft
geen sterveling, dat je me gezien hebt, want
je kunt nooit weten.
Je vader,
HENRY HAMPER
P.S. Na het bovenstaande geschreven te
hebben schiet het me plotseling te binnen,
dat ik je niet gevraagd heb of je nog steeds
op je oude adres woont. Ik weet niet, of ik
den brief nu wel zal verzenden.
PP.S. Ik waag het erop. Ik hoop maar.
dat je hem veilig krijgt.
Inspecteur Higgins las den brief, waarvan hij
de belangrijkheid terdege voelde, nog eens
nauwkeurig na. De ouwe Hamper was wel een
fraai heer geweest, maar blijkbaar had hij toch
geprobeerd zijn leven te beteren! Toen Higgins
den brief nog eens had doorgelezen, stak hij
hem weer in de enveloppe en wendde zich tot
de hospita, die er inmiddels in geslaagd was
Jill Crawford weer tot kalmte te brengen.
Nu, madam. Een paar vragen. Herinnert U
zich nog wanneer deze brief hier is aangeko
men.
Alvorens te antwoorden, keek de hospita Jill
Crawford vragend aan. Deze knikte hulpeloos.
Zeker sir. Het was den avond dat Tommy
Hamper hier met een verbonden arm thuis
kwam.
De jonge Hamper was den nacht daarvoor
niet thuis gekomen, niet waar? terloops.
Neen sir. Hij had zooiets nog nooit tevo
ren gedaan. Hij is den heelen nacht uitgeble
ven en die brief kwam den volgenden avond.
Toen Tommy thuis kwam, las hij hem, waarna
hij spoedig weer vertrok.
Waarom nam hij hem niet mee?
Dat mag Joost weten. In zijn haast om
weg te komen, heeft hij dien misschien maat
ergens neergelegd en later kon hij niet wach
ten om er naar te zoeken, denk ik.
Juist. En kon Miss Crawford hem ook niet
vinden?
Neen. We hebben er samen naar gezocht.
Waarom?
Dat had Tommy haar gevraagd, ziet U.
WijDe vrouw zweeg, plotseling er aan
denkend dat zij te veel kon zeggen. Higgins
wendde zich naar het meisje en keek haar
enkel maar eens aan.
TTommy schreef me of ik den brief
wilde zenden.
Dan weet je dus zijn adres?
N.neen.
Waar moest je den brief dan naar toe
sturen?
Een diep zwijgen volgde. De inspecteur ging
naar het meisje en zei heel ernstig.
Kijk nu eens hier, beste kind. Al die
moeite voor Tommy van je is tot op zekere
hoogte heel bewonderenswaardig, maar toch
weet je heel goed, dat de politie hem wil spre
ken. Ik ga eens wat wagen. Tommy houdt
zich zonder twijfel verborgen, doodsbang zijn
neus buiten de deur te steken en gearresteerd
te worden. Wij zullen hem op den duur krij
gen, daaraan behoeft niet getwijfeld te worden.
Nu is mijn aanbod het volgende. Je weet waar
Tommy is. Zeg hem dat hij vrijwillig naar
me toe komt, en als ruil daarvoor zal ik belo
ven mijn best voor hem te doen. Er is natuur
lijk nog een alternatief, maar ik heb eral tij a
een hekel aan gebruik te maken van geweld.
Ik.... zal er over nadenken, Mr. Higgins.
U.... U bent erg vriendelijk.
Dat is in orde, beste kind.
HOOFDSTUK XXXI
WAARIN TOMMY EEN GOEDEN RAAD
ONTVANGT
Gezeten achter zijn bureau op Scotland Yard,
las inspecteur Higgins voor de derde maal dien
langen brief van Henry Hamper aan zijn zoon.
Indien deze brief geloofd kon worden, had
Hamper dus in levensgevaar verkeerd. Hij
was zoowel voor Raymond als voor Mapeil be
vreesd, en Raymond was dood, was kort daarna
vermoord geworden. Tommy had zijn vader
schijnbaar vlak vóór het schrijven van dezen
brief gesproken, en toch had hij, blijkens het
proces verbaal van de schouwing, ontkend zijn
vader den laatsten tijd gezien te hebben. Hig
gins belde en vroeg den bode, die daarop bin
nenkwam of déze hem het rapport van agent
Summers over de zelfmoordzaak Hamper wilde
brengen, alsmede den origineelen brief, door
Henry Hamper via het Bureel van Onbestel
bare Brieven aan Scotland Yard gezonden.
(Wordt vervolgd.)