H. M. KONINGIN-MOEDER EMMA t IN HET GRAF DER ORANJE'S BIJGEZET. TWEER DAGBLAD VOOR SCHIEDAM EN OMSTREKEN. 57ste JAARGANG. WOENSDAG 28 MAART 1934 No. 16908 BUREAU: KOEMARKT 4, SCHIEDAM TELEFOON INTERCOMM. No. 68085 DE ROUWDIENST IN DE NIEUWE KERK TE DELFT. Plechtigheid waar het zuiver menschelijke domineerde en ontroerde. De stoet nadert. den3 'ang wachten kondigde een stoot van KONINGIN EMMA LEEFT VOORT. DE RADIO-UITZENDING. In Oost- en West-Imlië goed ontvangen. DAG VAN KONINKLIJKE STAATSIE EN DROEVE PLECHTIGHEID. VERTREK DER VORSTELIJKE GASTEN. HET MILITAIR EEREFRONT. HERDENKINGSDIENST TE LONDEN. DE REGELING TE DELFT. DIT NUMMER BESTAAT UIT, DRIE BLADEN HARDLEERSCH. t LEENEN, LEENEN. De ABONNEMENTSPRIJS van de NIEUWE SCHIEDAMSCHE COURANT bedraagt, franco bij vooruitbetaling: Per drie maanden 3.25; per maand 1.10; per week 25 cents. Bij bezorging franco per post bedraagt de abonnementsprijs per drie maanden f 3.75, bij vooruitbetaling. T nqsnr EXEMPLAREN lijn steeds aan ons bureau Koemarkt 4 verkrijgbaar a 5 cents per stuk. POSTCHEQUE- EN GIRODIENST No. 81440. NIEUWE SCHIEDAMSCHE COURANT m De ADVERTENTIEPRIJS bedraagt: Voor 16 regels 1.55, elke regel meer 25 ets. Bij contract aanzienlijke reductie. Geen prijs verhooging voor den Zaterdagavond. Reclames tusschen den tekst dubbel adv.tarief. Liefdadigheidsadv. half tarief. Voor Liefdadig- heidsadv. worden geen contracten afgesloten. Kabouter-advertenties: 5 regels 0.50: 10 regels 1.—, 15 regels 1.50, bij vooruit betaling. Porto voor opzending van brieven gelieve men bij te voegen. bij overlijden door een ongeval 500.- Lij verlies van beide handen, voeten of oogen; ƒ250.- bij verlies van één hand, één voet of één oog; ƒ150- bij verlies van een duim; ƒ75.- b^ verlies van een wijsvinger 50.— bij verlies van Gratis-Ongevallenverzekering f Tedem7ten"dl7viLers^van een handT 25— bij verlies van eiken andere; vinger. - De Verzekering loopt op de voorwaarden als eenmaal per maand in dit blad wordt afgedrukt. Hoewel tienduizenden zoowel in de Residen tie als in de Prinsestad getuige zijn geweest van de indrukwekkende lijkslatie van Hare Majesteit de Koningin-Moeder en langs den -weg hebben kunnen gadeslaan, op welke im posante wijze Haar stoffelijk overschot van he Paleis aan het Lange Voorhout naar de we Kerk in de Prinsestad werd o verge rac toen eenmaal de lijkkist onder rouwportaal van de kerk was binncmg werd het slot van de plechtigheM tenis, die slechts weinigen geoe te maken. Z. H. Exc. Mgr. Jansen, Aartsbisschop van Utrecht, bij zijn aankomst voor de Nieuwe Kerk te Delft- la verband met de restauratie van dit mau soleum van bet Oranjehuis, kon slechts een zeer klein deel van de kerk, de twee zijbeu ken en een deel van den kooromgang, voor dit doel worden gebezigd. in het achterdeel van dezen kooromgang was een gedeelte gereser veerd voor de vertegenwoordigers van de pers, die van hieruit tusschen de kolommen en het groote Willem de Zwijgermonument door de plechtigheden konden volglh. Reeds lang, voordat de stoet in Delft aan kwam, waren de autoriteiten, die niet in den stoet zelf meekwamen, in de Nieuwe Kerk bijeengekomen. De stoelen in de noordelijke zijbeuk, welke waren gereserveerd voor de vorstelijke personen en de hofdignitarissen, bleven zoo het langst onbezet. Aan weerszijden van den ingang tot den grafkelder stond een tien man sterke militaire wacht opgesteld. Rechts de Adelborsten van den Helder onder leiding van luitenant ter zee Steenkamp, links de cadetten vatj Breda onder kapitein Bakker. Beide troepen hadden z geschaard rond heur met rouw omfloerste vaandel. 2ij waren veidtenue gestoken evenals de manschappen die in den lijkstoet mee marcheerden. Tegen een der blanke pilaren van het koor vlamden de purperen mantels van twee Neder- landsche bisschoppen: 2.jj jjxc Mgr. J- H. G. Jansen, Aartsbisschop Van Utrecht en Z.H, Exc. Mgr. J. D. J. Aengenent, Bisschop van Haarlem. Overstra&ld door het veelkleurig licht, dat door 'de gebrandschilderde ramen van den zuidelijken °choorgang naar binnen viel, waren de civiele en militaire autoriteiten gezeten m bun van goud en zilver flonkerende unifor- mem Alles wat aan statie nog m Nedeiland Wor(Jt gedragen, kon men hier bijeen vinden. s^af van een der ceremoniemeesters de °mst aan van H. M. de Koningin, die of de intocht van de lijkstatie binnen de kerk kon worden verwacht. Iedereen zocht nu zijn plaats op en verbeid de in stilte het oogenblik, waarop de groo te deuren in de houten afscheiding tusschen langschip en transept zouden worden geopend en de stoet plechtig zou binnen trekken. Het orgel van de Nieuwe Kerk, bespeeld door den blinden organist van Tienen, zette jj^pa-oviseerend het Waldeck Pyrmontlied in met zijn eenvoudig, frisch motief. Eindelijk om tien voor half drie gingen de deuren open en kreeg men van achter den kooromgang een prachtig overzicht in den langen gang naar buiten. Het gedempte licht der lusters van deze in de kerk uitgebouwde chapelle ardente werd van achter afgesloten door een gordijn van stralend zonlicht, dat van het Marktplein naar binnen viel. Tegen dezen gouden achtergrond van licht zagen wij den stoet de kerk betreden. In het transept gekomen, namen de hof- dignitarissen hun plaatsen in, waarna lang zaam de kist naderde, omgeven door de ka- merheeren en gevolgd door den stoet der vorsten. Zacht ruischen langs de gewelven de orgel tonen. Ieder volgt met stille ontroering deze entree funèbre. Binnen de overkoepeling van het kerkgebouw heerscht een plechtige stilte. Van buiten klinken de beierende klokken van de Delftsche torens op het rhythme van den ouden Bourdon, welke uit de galmgaten van de oude kerk zijn doodenzang zingt. Terwijl de kist op de purperen katefalk wordt opgebaard, gedekt wordt met het flu- weelen koningskleed der Oranje's en daarbo ven voor het laatst de koningskroon, welke Zij eenmaal droeg, komt te rusten, worden de vaandels geheven en de militairen nemen de houding aan. De rouivdienst. Het is half drie als de kerkelijke dienst een aanvang neemt. Na het votum volgt de Evan gelie-lezing van Mathaeus 28 vers 1 tot 7, het verhaal van den Engel, die aan de vrouwen de opstanding van Christus uit den doode me dedeelt. De woorden van den hofprediker klinken dof en met moeite zijn zijne woorden alle te volgen. Toch is het in de kerk doodstil. Na het gezang, volgt de toespraak, waarvan elke zin, elk woord een nadruk krijgt. Men luistert in stille aandacht in deze oogenblikken van wijding, die bijna doen vergeten, dat wij hier aan een lijkbaar staan van een Konings- vrouwe. In den dood geldt voor het aange zicht van God alleen de mensch. Iedere minuut klinkt de doffe slag van een kanonschot en zonder ophouden beieren de klokken der Delftsche torens. Het is hier in deze oogenblikken van stille overpeinzing, van een blik op den mensch omlaag en van een blik naar God omhoog, van gebed en vertrouwen in den Allerhoogste, waarmee de Oranje's hun dooden ten grave dragen of in heel de wereld om ons heen de klokken alsmaar luiden en luiden. Van de lijkrede gaat de hofprediker in ge bed over, waarin hij zoo juist den gevoelstoon van allen weet te treffen, wanneer hij zegt, dat door onze droefheid heen, onze dank op gaat naar God, voor wat Hij in deze Konin gin-Moeder voor Volk en Vorstenhuis heeft gedaan. En ook wanneer hij God bidt, dat Hij het Kon. Huis met Zijne liefde zal blijven omstralen. Tot op het laatste oogenblik, ook in deze stonde van kerkelijke wijding, vindt Neder land zijne eenheid van vast godsvertrouwen, van diepe, eenvoudige, maar °Prechte god vruchtigheid. Een supreem moment, waaraan a es echt was en waar en dat door geen enke en ij delen wanklank werd verstoord. Zoo heeft Nederland dan eindelijk voor goed afscheid genomen van Koningin Emma. 't Heeft lang geduurd; 't was een lang afscheid, omdat het zoo zwaar en moeilijk was. Acht volle dagen verliepen tusschen het vredig verscheiden en de- bijzetting op een stralenden zonnedag. Toch was de tijd nog haast te kort om aan het Nederlandsche volk voldoende gelegenheid te laten om uiting te geven aan die wijde, breede en diepe genegenheid en dankbaarheid voor Haar, met wie het zich zoo innig één gevoelde. Nu is het afgeloopen Neen, er blijft iets, er blijft nog heel veel Er blijft het voorbeeld van Haar, die ging: het voorbeeld van toewijdingsvolle, fijne, moederlijke plichtsvervulling onder alle, vaak niet gemakkelijke omstandigheden. De ongemeen aantrekkelijke figuur van Koningin Emma heeft te diep ingewerkt op ons volk, om er spoorloos aan voorhij te gaan. Onze natie heeft in Haar gevonden de ver persoonlijking van de deugden, die ons kleine volk groot kunnen maken. Het zal ons een eer en een plicht zijn het voorbeeld van hooge deugd, ons op zoo gratievolle, pretentielooze wijze gegeven naar best vermogen in eigen leven tot uitdrukking te brengen. Koningin Enima leeft voort. Naai' wij vernemen is de uitzending van de begrafenisplechtigheid in Oost en West over de rijkszenders te Kootwijk een succes geweest. Blijkens telegrafisch uit Batavia ontvangen bericht is de uitzending van de plechtige bij zetting in Nederlandsch Oost-Indië goed ont vangen, het laatste gedeelte, de plechtigheid in de kerk, zelfs zeer goed. De rijkszenders P. C. K. en P. C. X. werden op drie gouvernementszenders heruitgezonden voor de buitengewesten, verder op vier N. I. R. O. M.-zenders en op een vijftiental zenders van plaatselijke vereenigingen. Curagao meldt de geheele uitzending van P. D. V. en P. C. K. als een schitterend succes, bevestigd door tal van luisteraars. Ook te Paramaribo kon de uitzending uitste kend worden gevolgd. evenwel haar met niet in de voor-kerk verscheen, doch gevolg in een der hiertoe ingerichte vertrekk e> 111 c,-lj komst n ky den voet van den toren- de Te k3,an den lijkstoet bleef afwachten. welkeWait °ver twee kwam men de kransen, komen atllter den lijkwagen waren m< den stoet11 kerk neerieggen. De koP aan "pk 'VVas derhalve - reeds voor de kerk en en het zou niet lang tneer duren Nog klinkt een smeekgezang en wordt de zegenbede uitgesproken, dan nadert de p ech- iigheid haar einde, al zal dit slot nog eenigen Ujd in beslag nemen. He Hofmaarschalk verlaat de kerk met de koningskroon, het purperen koningskleed wordt weggenomen en vijf minuten over drie s aatl de dragers met de kist in hun midden t.ereed voor den laatsten tocht. De laatste tocht. wachten aan beide zijden van de Ko- !;lï^— presenteeren het geweer. Het or- oe ze plotseling het aloud Wilhelmus in, met azuinen ondersteund en op den cadans van eze lymne, welke zoo vele Nederlanders tot groo e c.a en heeft geïnspireerd, daalt het stof- i] oveisc °t van de Koningin-Moeder in den grafke er neer; gevolgd door de in zwarten sluier gehulde Koningin-dochter. Als het orgel na twee coupletten van het Wilhelmus te hebben gespeeld, weer zwijgt, gaan er oogenblikken voorbij van een beklem mende stilte. Daar beneden neemt een dochter afscheid van haar veel beminde moeder. Ook nu is het, ondanks het plechtig cere monieel van verzegeling van de kist door den Minister van Justitie en ondanks al de veel kleurige statie, welke rond den geopenden grafkelder ten toon wordt gespreid, toch het zuiver-menschelijke, wat domineert en ont roert. We wachten in stilte het einde van de plech tigheid af, als plotseling buiten het Wilhelmus wordt aangeheven, 't Is of een gansch volk rond de muren van het Godsgebouw dit nu als een zegezang uitjubelt, ondersteund door het machtig klokkengelui. De deuren worden geopend, het gouden zon nelicht straalt weer in de verte en in dit per spectief verlaat diep onder den indruk de Koningin met haar gevolg het Oranje-mauso leum. Vertrek uit Delft. Eerst vertrokken Z.K.H. Prins Hendrik, de Graaf van Vlaanderen, Prins Eugen van Zweden en de Prins van Luxemburg. Daarna volgden de andere gasten en te tien minuten over half vier verlieten H.M. de Ko ningin en H.K.H. Prinses Juliana, vergezeld van twee vorstelijke familieleden het kerkgebouw. De pijpers en tamboers van de mariniers gaven een signaal, waarna de kapel van de Marine het Wilhelmus inzette. Langzaam reed de auto door de haag van militairen die het geweer presenteerden. Op de Markt wuifde de menigte in stilte Hare Ma jesteit toe. Te kwart voor vier arriveerden Prins Hen drik, Prins Karei van België en Prins Eugen van Zweden aan 't paleis aan 't Voorhout. Prins Felix van Luxemburg, die zich in dezelfde auto be vond, reed door naar het hotel Des Indes. Even 4 uur keerde H. M. de Koningin met de gasten in de verschillende auto's in de re sidentie terug. Inmiddels arriveerde ook Prins Felix van Luxemburg in het Paleis aan het Voorhout Langs den weg, die nog duidelijk de sporen vertoonde van een verblijf van vele uren door een groote menschenmassa, hadden weer dui zenden, zelfs tienduizenden zich opgesteld om den langen stoet van particuliere en hof-auto's thans te zien voorbij snellen in tegenstelling met den plechtstatigen gang van den rouw stoet. Om half 5 waren de auto's gepasseerd en kon de afzetting worden opgeheven. De men- schenmenigte, die zich over de twee zijden van den weg had verdeeld, smolt nu ineen om zich vervolgens in verschillende richtin gen te verspreiden. Eenige minuten later reden trams, auto's en bussen weer in verschillende richtingen, namen passagiers op en zetten passagiers af en het verkeer dat gedurende bijna een dag langs deze afgezette wegen was stopgezet, hervatte zijn gewonen gang. Aanvankelijk heerschte er nog eenige bij zondere drukte, maar geleidelijk zakte deze af tot de normale. De treinen en bussen hadden de bezoekers van elders weer opgenomen en de Hagenaars, nog vol emotie over den plechtigen staatsie stoet, die aan hun oogen was voorbijgetrokken, waren huiswaarts gekeerd. Niet spoedig zal de residentie, zal Neder land den grootschen dag van gisteren ver geten. Gisteravond zijn de vorsten van Wied en van Bentheim en Steinfurt uit 'sGravenhage vertrokken en is lady Mey Abel Smith per Harwichboot naar Engeland teruggekeerd. De plechtigheid van de begrafenis van H. M. de Koningin-Moeder behoort weer tot het verleden. De tienduizenden, die naar de Re sidentie of de Princestad zijn gekomen om door hun tegenwoordigheid hun laatste hulde te betuigen aan de overleden Vorstin, zijn weer vertrokken. In Den Haag blijft nu een plaats ledig, de milde bewoonster van het groote grijze huis aan het Voorhout keert niet terug; De standaard van H. M. de Ko ningin-Moeder is neergehaald voor goed. Wie zal straks dat huis aan de statige lanen van het vorstelijk Voorhout gaan betrekken? Wie zal het zeggen? Zal de jongste Oranje, vorstin er haar hooggeëerde grootmoeder op volgen? Allemaal vragen,idie nu bij den voorbijgan ger opkomen. Maar thans is het toch nog het „paleis van de Koningin-Moeder". Velen kwamen gisterenmiddag na de bijzet ting van haar stoffelijk overschot in het Oranje-Mausoleum nog even naar het beken de hoekje in het Voorhout terug, als wilden zij nog even afscheid nemen van een lieve herinnering. Ook wij, journalisten, hebben een herinne ring aan het paleis aan het Voorhout, een herinnering aan dagen van spanning, waarin wij intens meeleefden met hetgeen er achter die grijze muren en hooge ramen gebeurde. Wij gevoelden, dat in onze belangstelling zich concentreerde de belangstelling van ge. heel het Nederlandsche volk. Wij hebben ook een herinnering aan een tiental dagen van langen en zwaren arbeid om onze lezers zoo goed en zoo vlug mogelijk op de hoogte te houden van hetgeen er in dat groote huis met zijn uitzicht op de breede alleeën van het Voorhout voorviel. De herinnering daaraan zal ons niet spoe dig verlaten. Wanneer de Nederlandsche pers in staat is geweest haar lezers goed en vlug in te lichten omtrent de ziekte en het overlijden van de Koningin-Moeder en over de groote belang stelling en deelneming bij dat heengaan be toond, dan is dat voor een groot deel ook te danken aan de welwillendheid en bereidvaar digheid van de directie van Hotel des Indes, met name van den heer Rey, die ons zoo gast vrij zijn mooiste en best gelegen vertrekken beschikbaar stelde, waar wij een onbelemmerd uitzicht hadden op hetgeen er om en bij de woning van de vorstelijke gebuur voorviel en waar wij onze informaties konden opdoen en onze indrukken verwerken Wij durven gerust te verklaren „dat wij zonder de hoffelijke medewerking van den heer Rey, onze lezers nimmer zoo goed en zoo vlug hadden kunnen inlichten als thans het geval is geweest. Naar wij vernemen, hebben ruim 1000 re serve-officieren uit alle rangen en uit alle streken van het land deelgenomen aan het militair eerefront, dat zich onder commando van reserve-kolonel Verberne tijdens de over brenging van het stoffelijk overschot van H. M. de Koningin-Moeder voor het paleis in het Voorhout had opgesteld. Reuter seint uit Londen dat gisterenavond in de Nederlandsche kerk Austin Friars een herdenkingsdienst plaats had voor Koningin Emma. Talrijke leden van de Nederlandsche kolo nie woonden den dienst bij. Het moet iedereen, die in Delft of in de naaste omgeving der stad de plechtigheden heeft gade geslagen, wel opgevallen zijn, hoe kalm en rustig alles zijn beloop had. Gisteren reeds schreven wij dat het voor een groot dee", aan de prachtige regeling van de politie te danken was, dat het aspect van Delft zelfs op de drukste uren, toen duizenden en nog eens duizenden de stad binnenkwamen, zoo volkomen rustig was. Wij willen dit compliment thans nog eens extra onderstreepen. Een alleszins bevredigen de verkeersregeling voor. een dag als die van gisteren te maken, is lang geen sinecure en wei nigen slechts zullen bevroeden hoeveel werk dag en nacht lang, verricht is om deze verkeers regeling tot stand te brengen. Hulde aan bur gemeester mr. van Baren, commissaris v. d. Zee en het geheele Delftsche politiecorps! Naast deze waardeering staat er een van meer persoonlijken aard voor alles, wat door de Delftsche autoriteiten en den dienst van de P.T.T. met de voortreffelijke assistentie van den heer v. d. Pol, hoofdredacteur van de „Delft sche Courant" voor het leger van verslagge vers, dat te Delft de plechtigheden bijwoonde, is gedaan. De plaats, die voor de redacteuren van de verschillende kranten was gereserveerd, was uitstekend gelegen en stond in onmiddellijke verbinding met een schoollokaal, waar behalve goed geoutilleerde werkkamers, niet minder dan 49 telefooncellen waren ondergebracht. Zelden is ons het uitbrengen van een verslag zoo vergemakkelijkt als gisteren. Wat de drukte betreft kan worden mede. gedeeld, dat vóór 9 uur gisterenmorgen per trein uit de richting Rotterdam ongeveer 20.000 menschen te Delft arriveerden en 10.000 uit de richting den Haag. Na 9 uur kwamen daar nog een 10.000 personen bij. Hoeveel fietsen er gestald zijn, is niet bij benadering te zeggen evenmin als bet aantal auto's, dat geparkeerd was. De G.G.D. van Delft heeft in een honderdtal gevallen handelend moeten optreden. Geluk kig waren hierbij geen ernstige patiënten. Wel bevonden zich onder hen een dertig soldaten van de afzetting van den weg, die van over. vermoeidheid waren flauw gevallen. Verwacht wordt: Meest matige, Noord-Oostelijke tot Ooste lijken wind, licht tot half bewolkt, droog weer, aanvankelijk iets kouder. Wat zijn wij, Nederlanders, van hoog tot laag, op sommige punten toch hardleersch en.... weinig fijngevoelig; zelfs op belang rijke en teere punten. Koning Albert sterft, en de Gouverneur- generaal van Nederlandsch Indië betuigt aan den nieuwen heerscher van het tweetalige land zijn deelnemingin het Fransch. Koningin Emma sterft; de Belgische Prins Karei komt ter begrafenis, en nauwelijks heeft hij één stap gezet in de Nederlandsche hofstad, of hij wordt begroet met,,Vive le Prince" door een paar dames, die zich zelfs niet afvroegen of alle gejuich bij deze gelegenheid niet beter achterwege ware ge bleven. Ja, we zijn, zelfs op dit punt hardleersch. Is het voor onze Vlaamsche broeders niet om dol te worden? Maar zij zijn helaas! zóóveel gewend van t Fransch radbrakende Nederlanders.... DRUKTE IN DEN HAAG 's Gravenhage, 27 Maart. De straten, waar de stoet is langs getrokken, blijven duidelijk herkenbaar: niet alleen aan de betimmeringen voor de winkels, niet alleen aan de soms prachtige rouwétalages, of aan de houten tribunes, die ieder stukje open ruimte tusschen de huizen vullen, maar ook aan den grond: het is één chaos daar van sinaasappel, en bananenschillen, van apennootjes-resten en vetvrij papier, neen van alle soorten papier Op de pleinen, voor sommige winkels, hokken de massa's nog samen, een grillig, zwart men schenkluwen, dat men telkens in het stadsbeeld ziet terugkeeren. Het zijn luisteraars, die niets van de plechtigheden willen missen en tot het einde van den kerkdienst te Delft, daar bij den grooten luidspreker de wacht houden. Tusschen de drukke menschen-massa wan delen de gemoedelijke politieragenten, gezonde vriendelijke gezichten, robust-sterke figuren. Ze hebben vandaag een vermoeiende en een lange, maar niet direct een lastige taak gehad, want het publiek was overal uiterst gewillig, gaf aan de eerste aanmanningen onmiddellijk gehoor en gedroeg zich zoo ordelijk als bij een dergelijke drukte maar mogelijk is. Zij die vreesden, dat zij door de overgroole drukte niets van den begrafenisstoet van Tl. M. de Koningin-Moeder zouden zien. hebben zich op het Rijswijkscheplein opgesteld met zelf gemaakte periscopen. Een der meest pijnlijke leemten in het program der N.S.B- was wel, dat zij ons to taal in het onzekere liet omtrent de finan ciering van hare plannen, waaronder er wa ren, die dergelijke sommen zouden vragen, dat de plannenmakers zelf er vermoedelijk geen flauw idee van hadden. Een positieve financieele paragraaf ont brak in dit staatkundig program. Dit was te erger, omdat een tot heden zeer gebruikelijk middel van financiering, n.L leenen, zoo barsch mogelijk werd afgewezen. Radicaal uit den booze! En wat zien we nu bij de Duitsche Na- tionaal-Socialisten? Leenen, leenen en nog eens leenen! De minister van Financiën heeft het ons onthuld. Hij vertelde er ook bij dat hij dit geenszins licht opnam. Dat moest er nog bij komen: 't gaat over 6 milliard. Maar hij moest een beroep doen op de re serves van de toekomst. Dat is niet onjuist mits het verstandig en met mate geschiedt. Maar dan blijkt de zoo fiere geste van onze N.S.B—mannen een hopeloos leeg gebaar. Een houding zonder gezonde basis. De manier, waarop de politie haar taak vol bracht heeft, heeft daaraan echter niet weinig meegeholpen, alle agenten, die wij ontmoetten, waren even voorkomend en soepel, en hoewel de afbakeningen natuurlijk strikt gehandhaafd werden, gebeurde dat bijna steeds met een tact, die menigeen in de gelegenheid stelde den stoet te zien waar hij anders tegen zwarte men- schenruggen zou hebben aangekeken. In het bijzonder zijn er banden van vriendschap ge groeid tusschen de politie en de jeugd, want menig schuchter schoolkind heeft aan een scher pen blik en een goed woordje van een dikken „Bobby" een uitstekend plaatsje te danken ge had. Het Nederlandsche volk heeft zich in deze overweldigende drukte van een prettige, zeer ordelijke zijde leeren kennen, en al wie geneigd is ons volk van wanordelijkheid en gebrek aan tuchtgevoel te betichten, kan zich eens spiege len aan dezen dag. De spoorwegen. Van het Hollandsche Spoor-station zijn in den loop van den dag 160 extra-treinen ver trokken naar de verschillende richtingen. Ook van het Staatsspoorstation vertrokken in den loop van den avond weder de verschillende extra-treinen, die des ochtends vele duizenden uit het Noorden en Oosten des lands naar de residentie hadden vervoerd, om de droeve plechtigheid bij te wonen. Naar wij vernamen, hebben zich geen bij zondere moeilijkheden met het spoorwegverkeer voorgedaan. Het groote aantal extra-treinen maakte, dat de dienst zoo vlot verliep, dat van roemenswaardig oponthoud geen sprake was. Stagnatie heeft zich dan ook niet voorgedaan. Tegen 8 uur had de stad haar gewone aan zien teruggekregen. De geneeskundige dienst. In verband met de ontzaglijke drukte, welke kon worden verwacht, had de gemeentelijke geneeskundige dienst gisteren posten ingericht op verschillende punten van de stad. De posten hebben gewerkt ongeveer van half negen tot half vier. De dienst heeft in totaal hulp verleend aan zestig tot zeventig men schen. In verhouding tot de enorme menigte, welke op de been was, was dit aantal niet groot. Het waren geen ernstige gevallen, meestal be zwijmingen e.d. en ongelukjes van niet-ernstigen aard. Over de geheele linie bevonden zich tusschen de menigte leden van de Eerste Hulp-brigade, die nuttige diensten hebben verricht en die of konden volstaan met zelve te helpen of, als de gevallen daartoe aanleiding gaven, de menschen, die hulp noodig hadden, naar den naastbijzijn- den post vervoerden.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1934 | | pagina 1