DE SPELLING-MARCHANT
DE BISAMRAT BEDREIGT ONS
MAANDAG 10 DECEMBER 1934
LANDDAG VOOR NEDERL
ECONOMISCH ONDERWIJS.
De positie van het
onderwijs.
handels
MINISTER LOST MOEILTJK
HEDEN OP.'
INVASIE IN ONS LAND NIET
DENKBEELDIG.
Msmtl
Er is geen onmiddellijk gevaar
Het vraagstuk der aardrijk
kundige namen,
FILMFRONT
ZWEEDSCH IJSBREKER UITGERUST
MET VLIEGTUIG.
HET MONUMENT van wijlen Koning Albert
van Belgie als vlieger, dat heden te Evere werd
onthuld.
De bisamrat
later in die streken ook nog een te zien. Den
Bosch beleefde sindsdien bewogen dagen,
toen het gerucht ging, dat er al een complete
familie bisamratten in deze goede stad was
aangekomen.
Er is zónder twijfel reden om bevreesd te zijn
voor een invasie van bisamratten, maar voor-
loopig heeft het er toch veel van weg, dat wij
alleen nog maar de ontsteltenis en niet de
ratten bezitten.
Dit vertelde ons ir. N. van Poeteren, hoofd
van den Plantenziektenkundigen Wienst te Wa-
geningen, dien wij eens' naar den stand van
zaken zijn gaan vragen. De Plantcnziektenkun-
dige Dienst heeft eenige waarschuwingen ge
publiceerd om de bevolking, vooral in het
Oosten des lands op het dreigende gevaar
attent te maken en haar te verzoeken goed uit
te kijken en den Dienst te waarschuwen, als
men ergens bisamratten waarnam.
lederen dag bisamratten.
De Plantenziektcnkundige Dienst heeft daar
plezier van gehad, want iedereen zag bisam
ratten, zoodat .de Dienst de handen vol kreeg
om al die gevallen na te gaan, waarna men tot
de slotsom kwam, dat zoo goed als zeker nie
mand ze gezien heeft, waaruit weer valt af te
leiden, dat er hoogstwaarschijnlijk nog geen
bisamratten in ons land zijn. Slechts enkele
gevallen zijn nog in onderzoek, waarvan het
nog niet geheel is uitgesloten,, dat men met
bisamratten te doen heeft gehad. De over-
groote meerderheid echter heeft spoken gezien
en in alle gevallen is zeker, dat dit in Den
Bosch het geval is geweest. Men beweerde
daar ook de herkomst van de dieren te kun
nen aanwijzen. Zij zouden zijn meegekomen
op een houtschip uit Duitschland. Doch dit is
zonder meer uitgesloten te achten. De bisam
rat schuwt de menschen nog sterker dan de
menschen haar en zij zal er dus niet over den
ken aan boord van een schip te gaan. Als de
bisamrat wil komen dan doet zij het op eigen
gelegenheid, want zij is een fameuse zwemster
De heer van Poeteren heeft er eigenlijk spijt
van, dat zijn Dienst de bevolking zoo veront
rust heeft, maar het is onvermijdelijk, omdat
de Dienst verplicht was te waarschuwen. Zulk
een waarschuwing nu komt uiteraard altijd te
vroeg, omdat het tijdstip, waarop het dier onze
grenzen zal overschrijden van te voren onmo
gelijk is vast te stellen. Het groote nadeel is.
dat het publiek, na eenige malen loos alarm
begint te denken, dat er geen gevaar te duch-
ciëele reportage; het artistiek verantwoorde
journaal kan het nationale element hoogtij
vieren. Hoeveel 'meer karakter en geest zou de
filmreportage niet krijgen, zoo deze geweste
lijk kon geschieden door menschen, die liefde
voor een meer dan oppervlakkige kennis van
hun streek en volk hadden. Hoe zou, zoodoen
de, het saaie confectioneele en»hopeloos banale
bioscoopjournaal kunnen worden tot een boei
ende afwisselende vertelling van het lief en
leed onzer verschillende gewesten.
Zou b.v. een geboren Bosschenaar den jaar-
lijkschen Maria-ommegang niet anders zien dan
de willekeurige meneer uitHaarlem die er
heen gezonden wordt om er gauw even 'n paar
shots te draaien? Zouden de Friezen hun kaats
en ringspelen niet heel wat meer karakter in
een film kunnen geven dan iemand, die tegen
over een diergelijke folklore geheel vreemd
staat? Heusch, een georganiseerde, gewestelijke
(met natuurlijk als conditio sine qua non, tech
nisch goed onderlegde en kunstvaardige) film-
reportage zou een groot goed beteeikenen en
zeer bevruchtend werken op de productie van
de nationale kunstfilm. En ook uit zuiver
documentair oogpunt is er voor dergelijke ge
westelijke „filmposten" veel te zeggen. Welk
een boeiend filmverhaal zou er b.v. niet te
maken zijn van den bouw van de groote ver-
keersbrug over de Waal bij Nijmegen, door
iemand die dezen bouw met alles 'wat er aan
los en vast zit heeft mee-„geleefd". Zoo
iemand zal anecdotische en scherp typeerende
details vinden, waar een buitenstaander het
bestaan niet van vermoedt. Zoo ook wat betreft
de natuur in eigen geboortestreek en de karak
teristiek van eigen stad of dorp.
Ik zag in het filmtheater „De Uitkijk" te
Amsterdam eens de verfilming van een Ber-
lijnsehe markt opgenomen door een Berlijner
en deze doodgewone nuchtere reportage, kreeg
onider de hand van een man, die het geheele
organisme van het simpele gebeuren doorleef
de, een meesleepende en overtuigende kracht,
zooals ik nog zelden in een film, hoe pompeus
van opzet of geraffineerd in de behandeling,
zag. Zóó werd het oog geboeid en werden alle
zintuigen in beslag genomen, dat ik op het
einde van de film pas merkte, dat ze „stom"
was. Ik herinner me nog levendig hoe echt
Preusisch-gedisciplineerd het schoonvegen van
het marktterrein, na afloop van de markt aan
deed. En zoo had, behalve de artificiëele eigen
schappen, deze film vooreerst karakter.
En voor het bereiken van dit schoone resul
taat was toch niets anders gebruikt, dan lut
tel en alleen een camera, maar door een man
met liefde voor zijn vak èn liefde voor zijn
onderwerp. Het moge waar zijn dat liefde onder
sommige omstandigheden blind maakt; bij den
cameraman bepaalt de liefde tot het onder
werp in hooge mate het „zien". En dure stu
dio's, architecten, lichtinstallaties, „sterren",
van welke grootte ook, doen niets af of toe aan
dit camera-oog Deze overtuiging nu, kan ons
moed geven, onder de huidige omstandig
heden."
We lezen voorts in het nummer verschillende
kortere of langere beschouwingen over recen
te films. Er wordt ook aandacht besteed aan
den bioscoopbrand te Hilversum en het onver-
kwikkeleke incident, dat zich daarna voordeed
cn ook even spoedig weer bevredigend werd
opgelost. Fred. Thomas haalt herinneringen op
aan de kinderjaren van de film, die samenvie
len met zijn eigen jongensjaren. J. van Vonde-
ren en L. Hanekroot polemiseeren over schoon
heid in de reclame-film. Veel foto's en saty-
rieke prenten van Boost, verluchten het num
mer.
STOCKHOLM, 8 December. (R.O.) Een der
ijsbrekers van den staat zal Worden uitgerust
met een vliegtuig, ten einde 'het varen door
de bevroren wateren te vergemakkelijken.
Verleden jaar zijn proeven genomen met het
gebruik van vliegtuigen in samenwerking met
ijsbrekers, en deze hebben goede resultaten
Ipgeleverd.
Een der voordeelen van het vliegtuig is, dat
yah daaruit het best kan worden waargeno
men, welken weg de ijsbreker dient te vol
gen om zoo weinig mogelijk last van het ijs
ie ondervinden.
Ook kan het schepen den weg wijzen naar
ijsvrije kanalen, zoodat ze niet de hulp van
een ijsbreker behoeven in te roensa.
HET MONUMENT van de In 1830 cn 1831 tijdens den Belgischen opstann gevallen grenadiers
en jagers, dat Zaterdagmiddag door H. K. H. Prinses Juliana op Waalsdorp werd onthuld.