1 PLECHTIGE BEGRAFENIS VAN Z. EX. MGR. L. SCHIOPPiC] laatste HULDE AAN 'S pausen nobelen VERTEGENWOORDIGER. DAGBLAD VOOR SCHIEDAM EN OMSTREKEN INDRUKWEKKENDE PONTIFICALE H. MIS VAN REQUIEM. 5Sst> J\"AT>n'AVO. VRIJDAG 26 APRIL 1935 No. 17237 BUREAU: KOEMARKT 4, SCHIEDAM' TELEFOON INTERCOMM. No. 68085 OVERWELDIGENDE BELANG- STELLING IN DE KERK EN OP TIET KERKHOF. DE LAV DES. DE PONTIFICALE REQUIEMMIS. DE BEGRAFENIS. DE ABONNEMENTSPRIJS van de NIEUWE SCHIEDAMSCHE COURANT bedraagt, franco bij vooruitbetaling: Per drie maanden 3.25; per maand ƒ1.10; per week 25 cent Bij bezorging franco per post bedraagt de abonnementsprijs per drie maanden ƒ3.75, bij vooruitbetaling. LOSSE EXEMPLAREN zijn steeds aan ons bureau Koemartk 4 verkrijgbaar 4 5 cent per stuk. Postchéque- en Girodienst No. 81440. Uitgave van de N.V. de Courant De Maasbode te Rotterdam. N EUWE SCHIEDAMSCHE COURANT De ADVERTENTIEPRIJS bedraagt: Voor 1—6 regels 1.55, elke regel meer 25 ct Bij contract aanzienlijke reductie. Geen prijsverhooging voor den Zaterdagavond. Reclames tusscben den tekst dubbel adv.tarlef. Liefdadigheids adv. half tarief. Voor Liefdadig' heidsadv. worden geen contracten afgesloten. Kabouter-advertenties: 5 regels 0.50; 10 regels 1.15 regels 1.50, bij vooruit betaling. Porto voor opzending van brieven gelieve men bij te voegen. ■Op buitengewoon indrukwekkende wijze is vandaag het stoffelijk overschot van den Pau selijken Internuntius Mgr. L. Schioppa te 's Gravenhage ten grave gedragen en treffen de eerbewijzen, die een laatste hulde zijn ge weest voor deze, in ons land, zoo algemeen gewaardeerde persoonlijkheid, hebben nog meer nadruk gekregen door de vertegenwoor diging van vele officieele personen, die zoo wel de kerkelijke plechtigheden als het ten grave dragen hebben bijgewoond. Dit vooral wijst erop, hoezeer de overledene tot in de hoogste kringen toe een geziene per soonlijkheid was. Wij hebben op den. dag, waarop het bericht van zijn overlijden, ons bereikte, gewezen op de taak van mgr. Schioppa als Pauselijk gezant hier te lande en op de omstandigheden, die deze taak in den aanvang vooral zoo uiter mate delicaat en moeilijk maakten. De katafalk van Zijne Excellentie Mgr. Schioppa in het priesterkoor van de St. Jacobuskerk. De onderscheidingen en de mijter van den overleden Internuntius zijn er op geplaatst. De buitengewone eer en. de enorme belang stelling, waarmede regeeringspersonen, diplo maten en volk ^an ®derland heden hun col lega en hOOggev> aar eeiden priester ten grave hebben gedragen, waser het beste bewijs, dat deze levenstaak van °r' Schioppa <joor derland begrepen Is cn °ewaardeerd. De grootsche manifestatie, waartoe deze begrafenis is uitgegroeid bewijst tevens, dat de overledene erin geslaagd is de waardeering niet alleen, maar ook de harten van het Ned! ■Volk te winnen. In de Jacobuskerk in de Parkstraat te s-Gra- venhage heeft hedenmorgen de plee i ige uit vaart plaats gevonden van den overleden Pauselijk Internuntius bij het Neder andsche •Hof, Z. Exc. mgr. L. Schioppa. Deze plechtigheid heeft natuurlijk zeer groote belangstelling getrokken. Reeds ang voor den aanvang der kerkelijke plechtigheden was er in dat gedeelte van de kerk, dat niet bestemd was voor de autoriteiten en genoodig- e"' Plaats meer onbezet. r'f,"® negen uur en half tien vulden zich geleidelijk de twee zijbeuken van het pres- iAh !A'aar aatl beide zijde de geestelijk- !.01 tiiHV -etl HaaS Plaats nam voor het ge- zame j v zingen van de Lauden, welke te half tien een aanvang namen. In liet midden van het priesterkoor stond de lijkbaar va mgrSchioppa opgesteld. Op de met het louwk eed behangen kist prijkten de myter, de kelk en hebissch J de kenteekenen van de kerkelijke beteekenis van den overledene, een, die bekleed was met de volle waardigheid van het priesterschap een bisschop der H. Kerk. Tegen het voeteinde van de catafalk waren op een kussen al de ver sierselen gespeld van de wereldlijke orden en onderscheidingen, welke de overledene als Pauselijke diplomaat van de onderscheidene regeeringen ontvangen had. Tegen het ijzeren koorhek, dat het presbyte rium van de kerk der geloovigen afsluit, lagen aan weerszijden de talrijke kransen en bloem stukken, welke namens de hoofden der ver schillende regeeringen bij het stoffelijk over schot van den overleden diplomaat waren neergelegd als een hulde voor zijn verdienst- vollen arbeid. De linten, welke de bloemen doorstrengelden, verrieden al van verre de nationaliteit. Het rood wit rood van Oostenrijk, het groen wit rood van Hongarije, het rood wit blauw van Nederland, het rood wit groen van Italië, het rood wit van Polen om slechts de sprekendste te noemen. Bij nader treden zien wij op de eere-plaats het wit moiree-zijden lint gespreid, waarop de gouden W. bekroond met koningskroon niemand in twijfel laat of dit is een hulde van onzen eigen Landsvrouwe, H. M. Koningin Wilhelmina. Het geheele middenschip van de kerk onder het transept was gereserveerd voor de autori teiten, welke aan den ingang van. de kerk wer den ontvangen door de vertegenwoordigers van het departement van Buitenlandsche Zaken, welke met het protocol zijn belast. De eerste van de hooge autoriteiten, die nog voor den aanvang van de Lauden de kerk bin nentreedt, is de Minister van Staat, Z. Exc. dr. Colijn, die op de eere-plaats van de Regee- ringsvertegenwoordigers plaats neemt. Naast Minister dr. H. Colijn namen plaats de Minister van Justitie mr. J. van Schaik, de Minister van Financiën mr. P. Oud en de Minister van Defensie mr. dr. L. Deckers, ver gezeld van hunne echtgenooten. In de tweede bank waren gezeten de minis ter van Economische Zaken mr. M. P. L. Steen- berghe, vergezeld van mevrouw Steenberghe, de minister van Sociale Zaken, prof. dr. J. R. Slotemaker de Bruine en de commissaris der Koningin in Zuid-Holland, jhr. mr. dr. van Karnebeek. Te half tien namen de Lauden een aanvang. Agens was hierbij de pastoor van de kerk van het Bezuidenhout, mgr. Jos. Postma. Verder assisteerden de pastoor van de kerk aan den Boschkant, de zeereerw. pater C. A. Bulters O.F.M. en de pastoor van de Marthakerk, pastoor J. Th. van Galen. Als cantores fun geerden kapelaan J. Duyves en J. Groen. Toen de vertegenwoordigers van H. M. de Koningin graaf Dumonceau, opper-ceremonie- meester en grootmeester van het civiele huis van Hare Majesteit de Koningin en kapitein Phaff, adjudant van H. M. de Koningin aan het kerkgebouw arriveerden, werden zij aan den ingang ontvangen door den nuntius te Brussel, mgr. Micara cn den auditeur van de Brussclsche nuntiatuur, mgr. Arrigoni. Zij traden door het open koorhek het priesterkoor binnen en namen plaats aan weerszijden van de katafalk. De Brusselsche nuntius, mgr. Micara nam met zijn secretaris plaats aan de Epistelzijde, de vertegenwoordigers van H. M. de Koningin aan de Evangeliezijde. In aansluiting hierop trok de assisteerende geestelijkheid naar den ingang van de kerk om den celebrant van de Pontificale Requiemmis, Z. H. Exc. mgr. J. D. j. Aengenent binnen te halen. De overige bisschoppen betraden hierop via de sacristie het priesterkoor en namen op de voor hen bestemde zetels plaats. In volgorde waren gezeten Z. H. Exc. mgr. J. Biermans, oud-algemeen overste van de congregatie van Mill-Hill, Z. H. Exc. mgr. P. Hopmans, bisschop van Breda, Z. H. Exc. mgr. J. H. G. Lemmens, bisschop van Roermond en Z. H. Exc. mgr. dr. Buckx, oud-apostolisch vicaris van Finland. Hierachter sloten zich aan de aanwezige prela ten en monsignori, mgr. Huurdeman, vicaris- generaal van het Aartsbisdom Utrecht, ver tegenwoordiger van Z. H. Exe. mgr. J. H. G. Jansen, aartsbisschop van Utrecht, mgr. F. Hen- drikx, vicaris-generaal van het bisdom Den Bosch, vertegenwoordiger van Z. H. Exc. mgr. A. F. Diepen, die op het oogenblik met de J. V.-bedevaart in Rome vertoeft, de Hoog- ^eiw. pater F. M. Janssens, generaal-abt der déf !5Ciënsers' mgr- W. van Dinter, generaal van iuisheeren van St. Agatha, Dom. J. de Puniet O.S.B. van de St. Paulus Abdij te Oos terhout, de hoogeerw. paters Esser, provinciaal der Jesuieten, Caminada O.F.M., provinciaal der Minderbroeders, Bouman, vertegenwoordiger van den generaal der Carmelieten, mgr. F. Evers, oud-hoofdaalmoezenier, kolonel J. J. J. Noordman, de tegenwoordige hoofd-aalmoeze- nier mgr. dr. Th. Verhoeven, mgr. C. A. W. de Gruyter, mgr. dr. H. A. Poels en vertegenwoor digers van diverse orden en congregaties. Ook merkten wij nog op. mr. baron van Lijnden, opperkamerheer van H. M. de Koningin met eenige dames du palais. Te 10 uur ving de Pontificale Requiemmis aan, welke werd opgedragen door Z. H. Exc. mgr. J. D. J. Aengenent. Als presbyter-assistens fungeerde de vicaris-generaal van het bisdom Haarlem, mgr. M. P. J. Möllmann, terwijl troon- diakens waren mgr. D. Huurdeman, vicaris- generaal van het Aartsbisdom Utrecht en mgr. F. J. Hendrikx, vicaris-generaal van het bis dom Den Bosch. Als diaken en sub-diaken assisteerden de hoogeerw. heer J. M. v. d. Tuyn. deken van Den Haag en de zeereerw. heer W. van Adrichem, pastoor van de Jacobuskerk aan de Parkstraat. Voor de officieele personen, die de plechtig heden in de kerk bijwoonden, was het voorste gedeelte van het middenschip gereserveerd- Links waren de leden van het corps diploma tique gezeten met in de eerste bank de deken van het corps, baron von Adlercreutz, gezant van Zweden met de gezanten van Zwitserland, België en Duitschland. Daarachter volgden dan de overige leden van het corps diplomatique. Naast dezen waren plaatsen gereserveerd voor de leden van het Permanente Hof van Inter nationale Justitie, van wie er ook verschillen den aanwezig waren. In 't rechter voorgedeelie van het middenschip hadden de Nederlandsche autoriteiten plaats genomen. Daar zaten op de eerste rij de Minister van Staat, Minister-president dr. H. Colijn, Minis ter J. R. H. van Schaik, Minister dr. L. N. Deckers, en Minister mr. P. Oud. Op de twee de rij waren gezeten Minister prof. dr. Slote maker de Bruine en Minister M. p. L. Steen berghe en verder de Minister van staat, jhr. mr. H. A. van Karnebeek, commissaris dei- Koningin in de provincie Zuid-Holland, de waarnemend burgemeester van Den Haag, mr. S. de Vries, jhr. van Tets, directeur van het Kabinet van H. M. de Koningin, p. Zuyderhoff voorzitter van de Aigemeene Rekenkamer, de Minister van Staat Z. Exc. prof. mr. P. Aal- berse, Staatsraad mr. dr. D. A. P. N. Kooien, jhr. L. von Fisenne, lid van Ged. Staten van Zuid-Holland, generaal jhr. Röell, gouverneur van de residentie, W. C. J. J. Baron van Voorst tot Voorst, jhr. mr. F. Beelaerts van Blokland, vice-president van den Raad van State, jhr. mr. Snouck Hurgronje, secretaris-generaal van het departement van Buitenlandsche Zaken. De meesten dezer autoriteiten waren evenals de leden van het corps diplomatique in ambtsge waad, wat den luister van de plechtigheid nog verhoogde. Onder de talrijke geloovigen die het kerk gebouw tot in de uiterste hoeken vulden waren o.a. nog aanwezig een deputatie van de Eerw. Zusters van de St. Anna-stichting en van de Eerw. Zusters van Diert-stichting, de unie- praeses van de R. K. Studentenvereeniging, een afvaardiging van de Nijmeegsche Studenten vereeniging „Carolus Magnus", benevens tal van andere vertegenwoordigers van katholieke corporaties, vereenigingen en instellingen. Aan het einde van de indrukwekkende Re quiemmis volgde, de bij de uitvaart van Prin sen der Kerk gebruikelijke vijfvoudige absoute. Na het zingen van het „Libera me Domine" trad allereerst de bisscfeop van Breda naar voren om de absolutie over het stoffelijk over schot te verrichten. Dan volgde de bisschop van Roermond, mgr. dr. Lemmens, dan mgr. Biermans en mgr. Buckx, waarna de eindab- soute werd verricht door den celebrant van de Requiemmis mgr. J. D. J. Aengenent. Door het zangkoor der Jacobuskerk versterkt met de leden van verschillende kerkkoren, het geheel onder leiding van den heer P. v. d. Oever, werd de driestemmige Requiemmis van Perosi uitgevoerd, terwijl het Gregoriaansche Dies irae werd gezongen met orgelbegeleiding van Dom Desrocquettes en Henri Potizon. Terwijl de plechtigheid een aanvang nam met het zachte orgelspel van de Prelude funèbre van Mailly werden na de absoutes onder het uitdragen van het stoffelijk over schot, treurmarschen van Mendelssohn ge speeld door den organist van de St. Jacobus kerk, den heer J. Kapteyn. Nadat pastoor van Adrighem vanaf den Kansel een korte mededeeling had gedaan om trent de orderegeling in het Kerkgebouw kwa men de lijkdragers naar voren, om toebereid selen te maken, voor het plechtig uitdragen van den doode. Het was inmiddels half 12 geworden eer de rouwdienst ten einde was. Onder zacht orgelspel, schreden de vijf bis schoppen met hun gevolg door het middenpad het Kerkgebouw uit. Inmiddels had zich het militaire escorte dat de eerbewijzen bij de overbrenging van het stoffelijk hulsel zou brengen, onder bevel van den garnizoenscommandant Kol. Sillevis in de Parkstraat en omgeving opgesteld. Op het voorplein der kerk stond de Kon. Militaire Kapel met omfloerste trommels en instrumenten terwijl daar ook een detachement van de Grenadiers met het regimentsvaandel was opgesteld. De detachements cavalerie, infanterie en militaire politie stonden in de Pakstraat met het front naar de kerk: de ar tillerie was in de Alexanderstraat opgesteld. De vijf bisschoppen namen in de voor hen bestemde rijtuigen plaats, ze volgden onmid dellijk achter het eerste gedeelte van het militair escorte. De bisschop van Haarlem nam in het eerste rijtuig plaats, de Bisschop van Breda in. het tweede, de Bisschop van Roermond in het derde, allen vergezeld van hun secretarissen, 'de beide missiebisschoppen in het vierde en de vicarissen-generaal mr. Huurdeman en mgr. K drikx met den deken van 's-Gravenhage en den hoofdaalmoezenier Kolonel Noordman in het vijfde rijtuig. Daarna volgde de eigenlijke lijkstatie. Onder klokgelui en terwijl het orgel het „In Para- disum" deed hooren, schaarde de geestelijk heid zich voor de katafalk en werd de kist, voorafgegaan door de geestelijkheid en door een aantal dragers met bloemstukken door het middenpad naar het voorportaal gedragen. Voor de kist uit werd door den knecht van wijlen mgr. Schioppa het kussen met de wereld lijke ordeteekenen gedragen, terwijl alle bloem stukken een voor een door dragers in optocht naar buiten werden gebracht. Zij stelden zich op het voorplein op en vormden daar een haag van bloemen. Als de vier slippendragers bij het uitdragen van het stoffelijk overschot uit de kerk fungeerden minister-president dr. II. Colijn (de minister van Buitenlandsche Zaken was door een lichte ongesteldheid verhinderd de plechtigheid bij te wonen), de heer Adler creutz, gezant van Zweden, deken van het con sulaire Corps, die beiden voorop gingen, als mede de gezanten van België en Zwitserland, die zich achter de lijkkist voegden. Hierna kwam allereerst de Pauselijke nuntius mgr. Micara, vergezeld van zijn secretaris, daar achter zich aansluitend de vertegenwoordigers der buitenlandsche mogendheden en vervol gens de hooge Nederlandsche autoriteiten. Door het militair eerbetoon op het voorplein van de kerk, droeg het uitdragen van het stoffelijk overschot een zeer imponeerend karakter. De Kon. Militaire Kapel onder leiding van kapitein Walter Cor. Boer, speelde een treur- marsch van Chopin, terwijl de eere-compagnie van de Grenadiers en Jagers het geweer pre senteerde. De kerkklokken luidden op dit plechtig moment, terwijl de overtalrijke menigte, welke zich A de Parkstraat verdrong of vanuit de ramen en zelfs vanaf de daken der omliggende panden de plechtigheid gadesloeg, eerbiedig het hoofd ontblootte. Nadat men de kist in den rouwwagen had geplaatst, waarvan de lantaarns brandden en met paars omfloerst waren, werden de kransen en bloemstukken ter weerszijden van den wagen opgehangen. De kransen van H. M. de Koningin, van de Nederlandsche regeering, van het corps diplo matique en van de Hongaarsche regeering, wer- Het inwendige van de Sint Jacobuskerk gezien van den aan de rouwkoets .gehecht, terwijl de overige kransen en bloemstukken overtalrijk in aantal, op een speciale bloemenkoets wer den geladen, welke dadelijk achter den rouw. wagen volgde. De detachementen der Grenadiers en Jagers en van de vierde Infanterie-brigade uit Amers foort, stelden zich dan aan het hoofd van den rouwstoet op. Hierbij sloot zich aan een batterij velartille- rie en het eerste escorte cavalerie. Dadelijk achter den lijkwagen volgde de koets waarin de Brusselsehe nuntius mgr. Mi- cara met zijn secretaris mgr. Arrigoni waren gezeten. Bij hun vertrek uit de kerk presen teerde het detachement grenadiers het geweer, evenzoo geschiedde het bij het passeeren van de vertegenwoordigers van H. M. de Koningin, van minister Colijn en de buitenlandsche ge zanten en vertegenwoordigers. In een speciaal hof rij tuig, geëscorteerd, door lakeien in livrei, namen d£ vertegenwoordigers van H. M. de Koningin plaats. Dit rijtuig volg de op dat van den nuntius te Brussel, mgr. Micara. Hierna kwam minister Colijn met den secretaris-generaal van buitenlandsche zaken en verder een lange hij van koetsen voor de autoriteiten, die meereden in den stoet. Deze was verder als volgt samengesteld: de gezan ten van Zweden en Zwitserland, de gezant van België en de heer Baert, de gezant van Duitsch land en de heer Boltze, de gezant van Portugal en de heeren de Magalhaes en Do Carmo da Camara, de gezant van Venezuela, de gezant van Polen en de heer Trebicki, de gdzant van Frankrijk en de heeren de Blesson, Katiptein T'ales en Beehet, de gezant van Italië, de gezant van Roemenië en de heer Geblesco, de gezant van China, de gezant van Groot Brittannië en de heeren Bromwell en Laming, de gezant van Japan, de gezant der Vereenigde Staten van Amerika en de heer Shimoda, de gezant van Spanje, de gezant van Brazilië en de heeren Agelet y Carriga en Ri'bira Canto, de gezant van Hongarije, de zaakgelastigde van Turkije en de heer Memman, de zaakgelastigde van Noorwegen, de zaakgelastigde van Peru, de zaakgelastigde van Cuba en de zaakgelastigde van Griekenland. Vervolgens de tijdelijke zaakgelastigden van Finland, van Cliili en die van Denemarken, de Üe aankomst van de autoriteiten voor de II. Mts van Requiem in de St. Jacobuskerk aan de Parkstraat te Den Haag. Va j,. genenI, Z. Exc- proj'5 m/> Aalberse, Z. Exc, minister, van Schaik, Z^.Exn, minister Deckers cn Z. Exc. Exc Mgr. Aen- tijdens de plechtige II Mis van Requiem, het koor af tijdelijke zaakgelastigde van Zuid-Afrika_ van Argentinië en de heei Jordaan de tijdelijke zaakgelastigde van Tsjecho Slowakije, de heer Roestem, de heer Erban en de heer Luzny. Dan kwamen de ministers van justitie en financiën,, de ministers van defensie en van economische zake, de minister van sociale zaken, de com missaris der Koningin in Zuid-Holland Z. Exc. de Gouverneur der residentie en tenslotte de waarnemend burgemeester van Den Haag. Hier na volgde het tweede gedeelte van het militair escorte, leveneens bestaande uit infanterie, ca valerie en artillerie, terwijl vier marechaus sees te paard, zooals ook aan den kop van den stoet reden, den rouwstoet slotien. Het was half een, toen de laatste rijtuigen bezet waren en de stoet zich in beweging zette. Overal langs den weg, welke de prachtvolle rouwstaatsie nam, was de belangstelling zeer groot. Duizenden en duizenden waren uitgeloo- pen om van deze bijzondere gebeurtenis ge tuige te zijn, terwijl ook overal langs den weg opviel de groote eerbied, waarmede de stoet werd ontvangen. Ook de Haagsche bevolking heeft bij het uitdragen van den Pauselijken diplomaat naar zijn laatste rustplaats in Neder- landschen bodem op waardige wijze van zijn eerbied blijk gegeven. Op de slepende tonen van de koraaimuziek van de militaire kapel bewoog de stoet zich langzaam door de Parkstraat, Alexanderstraat, Plein 1813, Alexanderstraat 2e ged., Javastraat, Scheveningscheweg en Kerkhoflaan naar de R.K. begraafplaats. Alle verkeer in deze straten, benevens op de kruisingen was stopgezet, zoo dat o.a. in de Javastraat aan beide zijden een lange file trams stond te wachten. Overal langs den weg waren de belangstel lenden in breede hagen opgesteld. Ook op de Kerkhoflaan en het kerkhof zelf was de belang stelling zeer groot. De politie, onder leiding van wn. hoofdcom missaris Th. Besseling, had voor uitgebreide afzettingsmaatregelen gezorgd. Om 1 uur kwam de stoet op het kerkhof aan. Indrukwekkend was de aankomst van het mili tair escorte op de begraafplaats, terwijl de militaire kapel den treurmarsch van den kapel meester A. C. v. Leeuwen speelde. Het detachement Grenadiers en Jagers stelde zich als eerewacht op ter weerszijden van de laan, die naar de kapel voert. Toen de lijkstoet te ongeveer 1 uur aan het kerkhof arriveerde, stond Z. H. Exc. mgr. Aengenent, met de pastoors W. Goll S.J. en A. Vermeulen S.J. aan den ingang van de kapel den lijkstoet op te wachten. Voorop liepen dragers met een twintigtal kransen en bloem stukken. dan volgde de huisbediende van de internuntiatuur, die een kussen droeg, waarop de onderscheidingsteekens van mgr. Schioppa waren gehecht- De lijkbaar werd door een acht tal dragers gedragen, terwijl wederom minister Colijn en de gezanten baron Adlercreutz, Maskens en de Pury als slippendragers fun geerden. Terwijl het stoffelijk overschot naar de kapel werd gedragen, speelde de Kon. Militaire Kapel de Marche Funèbre van Beethoven. De absoute in de kapel werd door mgr. Aen genent verricht, terwijl de Schola Cantoruni „Subvenite libera" zong en bij het uitdragen In Paradisum". Daarna had de voorloopige bijzetting van het stoffelijk overschot plaat» onder de arcade. Ook deze begrafenisplechtig heid werd door mgr. Aengenent verricht, waar bij wederom alle geestelijke en wereldlijke autoriteiten aanwezig waren. Zoo werd aan mgr. Schioppa als prins va* staat en kerk een waardige en solemneels uit vaart bezorgd.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1935 | | pagina 1