f3* m tij ll!llllll!IIIIIIIIIIIIi m l!!lll!IIIEIIII!!!lllini!lll!l!lllll!l9! llfllll II IIIIUIIIIIIIIIIIIIUUIUIUIII IfllilllllifllllIllS GEORGE CRANE. de nieuwe bisschop van WOENSDAG 10 JULI 1935 MAASSLUIS. 4: N. S. B.'ER MISHANDELD. Twee communisten staan terecht. KETHEL. TEGEN BEIDEN EEN JAAR GEEISCHT. ROTTERDAM. EEN GRAANPAKHU1S INGESTORT. Onder den druk van 1 millioen k g. regeerings-erwten. MINIMUMPRIJZEN VOOR GROENTE. BERKEL EN RODENRIJS. JONGEN OVERREDEN EN GEDOOD. HOUDT DEN GOEDEN KOERS lii:. Y TRAGISCHE BALANS VAN DEN CHACO-OORLOG. Twee landen geruïneerd. ARMOEDE EN WERKLOOSHEID HET EENIG RESULTAAT. ENGELANDS STRIJD TEGEN DF WERKLOOSHEID. GROOTSCH PROGRAM. VAN DE DUITSCHE SPOORWEGEN- Aanschaffing van 2200 nieuwe voertuigen. BERLIJN. NAAR MOEDERS PAPPOT. Om half 11 uur gisteravond is in het hout gewas in het Sterrebosch een 20-jarige jon geman aangetroffen, die voorgaf te heeten J. van O. Bij fouilleering bleek zijn naam J. van M. te zijn, woonachtig te 's-Hertogen- bosch. Hij zei, handel te drijven in galante- riën en reeds met toestemming van zijn va der een driétal maanden zwervende te zijn. DE BURGERWACHT. In de vergadering van de Burgerwacht was een flinke opkomst. Na afhandeling van de huishoudelijke zaken kwam een bespreking over den Nat. Burger wachtsdag, welke op 10 Sept. a.s. te 's-Graj venhage gehouden zal worden; de leden be- Thans logeerde hij in het logement Spelt aan I 3j0ten bijna eenparig dien dag mede te ma de Schie. Aangezien hij minderjarig is, is hij vanmorgen op transport naar Den Bosch ge steld. BURGERLIJKE STAND. Aangiften van 79 Juli. GEBOREN: Hendricus A., zoon van W. van Akkeren en P. C. van Wezenberg, Laan ons Genoegen 7. Geertje, dochter van A. van den Berg en H. van Dommele, F. v. Bour- gondiëstraat 6. Gijsbertus, zoon van W. M. Brokken en B. van den Heuvel, Nieuwe Maas straat 4. OVERLEDEN: J. van Selm, 36 j. echtge- noote van A. van Ruiven, Jan Vermeerstraat 26. M. C. van Oeveren 29 j. Nassaulaan 75. a. M. Geul 86 j. Nic. Beetsstraat 58. ken. Voorts werden door de leden een vier tal sectie-commandanten gekozen; eveneens werd een vaandrig aangewezen. Besloten* werd dat alle leden voorzien zullen worden van een uniformpet, alsmede verdere aan duidingen betreffende den dienst.. SCHEEPVAART. SCHIEDAM, 19 Juli. Vertrokken Grieksch s.s. Hydroussa, ledig naar Dordrecht. SCHIEDAM, 9 Juli. Aangekomen Noorsch s.s. Lese, ledig van Rotterdam om te dokken in de Wilhelminahaven. SCHIEDAM, 10 Juli. Aangekomen Duitsch s.s. Olga Siemers, met papierhout, van Le ningrad; Duitsch s.s. Lasbek met papierhout van Libau in de Wilhelminahaven; Spaanech s.s. Biskaya ledig van Rotterdam; Zweedsch s.s. Arete, ledig van Rotterdam beide om te dokken in de Wiltonhaven; Zweedsch s.s. Flan- dria, met keisteenen voor de Gemeente in de Voorhaven. SCHIETWEDSTRIJD. Bij de op Zaterdag 20 Juli te Delft te hou den schietwedstrijden van Burgerwachten uit de Kring Westland, zal'de Kethelsche Bur gerwacht in de volgende klasse met de vol gende personen deelnemen: Klasse B I: P. Peters, F. v. d. Wildt, Jac. Verspeek, Q. v. Lindt, H. de Lange. Klasse B 2: G. Sauer Sr., J. Korpel, L. Bijl Sr., C. Lansbergen, A. Vlaardingerbroek. Klasse C: S. Bijl Lz., Jac. Poot, Jac. Kool, C. v. d. Drift, A. H. U. de Bruijn. Men meldt ons Uit Amsterdam: De vacantiekamer der rechtbank behan delde gisteren de strafzaak tegen den sui kerbakker J. L en den scheepstimmerman F. H. S. Bij een relletje tusschen N.S.B.'ers en communisten, op 18 Maart j.l. zouden deze verdachten Geert de Jonge ernstig hebbtn mishandeld. Toen de Jonge op zijn fiets den hoek van de Kanaalstraat en de J. P. Heye- straat passeerde zou het tweetal op hem tot zijn gesprongen en hem van de fiets hebban getrokken. Het regende slagen en stompen op zijn hoofd: de omstanders bemoeiden er zich mee en vielen de Jonge eveneens aan Met een drievoudige kaakfractuur moest het slachtoffer naar een ziekenhuis worden ver voerd. Een zwaar gehavend lestoestel van de Nat. Luchtvaartschool, de P.H.F.K.C., nadat het vanmorgen door het afslaan van den motor kort na den start in een greppel van het vliegveld Waalhaven terecht was gekomen. PREDIKATIE VERSTOORD. Het Gerechtshof te 's Hertogenbosch deed in hooger beroep uitspraak in de strafzaak tegen A. J. M. te Oisterwgk, door de recht bank te Breda veroordeeld tot 100 boete of 50 dagen, wegens het verstoren van de gods dienstoefening in de R. K. kerk te Lepel straat, gem. Halsteren, waar verdachte onder de preek, terwijl de kapelaan vermaande tot het niet bezoeken van fascisten-bijeenkom sten, dezen heeft geïnterrumpeerd. Het gerechtshof vernietigde het vonnis en, opnieuw recht doende, veroordeelde 't verdach te tot 25 boete of 10 dagen hechtenis met vrijspraak van wat méér is ten laste gelegd. suikerbakker en de het bankje der ver- Gistermiddag te kwart over 3 is van het pakhuis en kantoorpand Haringvliet no. 9 het bovenste gedeelte ingestort, onder den druk van 10.000 zakken regeeringserwten, die hier xfoor den factor, de Firma Visser Co. eenige dagen geleden waren opgeslagen. Op het oogenblik van de instorting bevon den zich in de benedenverdieping twee leden van het personeel van het Vereenigde Olie- en Teerbedrgf, de heeren Willebrand en Grund, alsmede de directeur van deze firma, de heer P. v. d. Ree. Deze laatste wist zich door een achteruitgang aan de zgde van de Nieuwv Ha ven, in veiligheid te stellen. De twee genoemde employé's konden het pand eerst verlaten, nadat de gevel met het grootste gedeelte van den voorraad voor het neergestort Gisteren zaten de scheepstimmerman in dachten. Ter gelegenheid van deze zitting waren uitgebreide politiemaatregelen genomen. Rjjks- en gemeentepolitie hadden de Prin sengracht en de Lange Leidschedwarsstraat afgezet. Enkele malen moest de politie han delend optreden, om de orde rond het paleis van Justitie te handhaven. Op de publieks tribune had slechts een twintigtal personen plaats genomen. De verdachten werden verdedigd door Mr. S. de Jong en Mr. P. van 't Hoff Stolk. Nadat mr. Van Arkel de dagvaarding had voorgedragen, ondervroeg de president de verdachten: Wat heeft u op deze be schuldiging te zeggen We weten van nietswas alles wat het tweetal te antwoorden had. De arts, die het slachtoffer heeft behar. deld, verklaart, dat er geen levensgevaar bestaan heeft; wel was zwaar lichamelijk letsel toegebracht. Dan verschijnt de de J. voor het hekje. lu de Kanaalstraat, zoo vertelt hij, waren twee personen op hem afgekomen. Na een korte woordenwisseling werd getuige aangevallen; het regende slagen en stompen. Ten slofte vluchtte ik een kaaswinkel binnen en kroop achter de toonbank weg. Mr. van Royen: U herkent verdachte I Getuige: Ja, hem wel. De volgende getuige, J. Berendsen, die het geheele relletje heeft bijgewoond, verklaa: t pertinent, dat de beide verdachten op de Jonge zijn afgekomen en hem hebben gesla gen. Van alle kanten kwamen menschen aanloopen Pres.: Mishandelden die anderen de Jonge ook Getuige: Dat kon ik niet zien. Volgens getuige had de aangevallene toen hij werd besprongen, geroepen: „Ik ben van De minister van Economische Zaken heeft met wijziging van zijn beschikking van 19 Juni j.l. voor andijvie, sla en spinazie, de volgende periode-ophoudprijzen resp. ver- goedingsprijzen vastgesteld: andijvie 0 50 en 0.25 per 100 stuks, andijvie 2 en 1 per 100 kg., sla 0.50 en 0.25 per 100 krop, sla 2 en 1 per 100 kg., spinazie 2 en 1 per 100 kg. pand aan het Haringvliet was Dit geschiedde met een geweldig lawaai en groote stofwolken bij het neervallen van pum.| de politie". Daarbij had hij zijn hand in zijn en het dak. Ook bevond zich nog in het pand een kantoorjuffrouw van de fa. Visser, die ook wonder boven wonder veilig het pand wi3t te verlaten. De oorzaak van de ramp ligt ongetwijfeld in de te zware belasting van het oude pakhuis- pand. Reeds dagen geleden was door het perso neel op het gevaar gewezen, Dagelijks regende het reeds door de zolders en de balken en de z.g. standvinken vertoon den teekenen van doorbuiging en door de bouwpolitie was ook reeds een onderzoek toe gezegd. De ramp is dus niet onverwacht gekomen. Zij is mogelijk veroorzaakt door het niet tijdig ingrijpen van de inspectie, DE BUSVERBINDING MET PERNIS. Van R.T.M. naar R.E.T. Op 15 Juli a.s. zet de R. T. M. in verband, gelijk bekend, met het afloopen der conces sie, de busverbinding Rotterdam-Pemis stop.J Voor het verzorgen van deze door de an nexatie locaal geworden verbinding zal de R. E. T. waarschijnlijk worden aangewezen. Echter het college van B. en W. heeft daar omtrent nog geen definitieve beslissing ge nomen. Krijgt de R. E. T. dezen tak van dienst dan staan we vermoedelijk voor een verlenging van buslijn F, d. w. z. op bepaalde uren. Lijn 2 en bus F zouden dan tevens de nieuwe vei binding vormen. Het onderhoud zou geschieden met de be kende R. E. T. bussen, die nu regelmatig althans een 10-tal van de aangekondigde Kromhout-motoren worden voorzien. Gelijk we onlangs reeds meldden zijn ook, ter vervanging van oud geworden materiaal, nieuwe groote en kleine bussen in de maak. Met de afwerking daarvan zijn echter nog wel enkele maanden gemoeid. binnenzak gestoken. Dit klopt met de ver- klaring van de Jonge; hij had gedaan of hij een revolver had en geroepen: „ga je weg, of ik schiet". Pres.: Droeg hij een revolver Getuige de Jonge komt naar voren «n ontkent in het bezit te zijn geweest van een wapen. Na een vraag van mr. de Jong, geeft ga tuige toe, dat zjjn eerste verklaring anders was: ,,ik wilde er buiten blijven uit angst voor de jongens", voegde hij er aan toe. De officier van justitie mr. C. J. v. Arkcl, gaat uitvoerig de getuigenverklaringen ni. Spr. acht de openlijke geweldpleging, licha melijk letsel tengevolge hebbende, bewezen Subsidiair is zeer zeker de zware mishande ling bewezen. De feiten zijn z.i. hoogst ernstig en spr. requireert tegen beide verdachten een ge vangenisstraf van een jaar. Beide verdedigers drongen met klem op vrijspraak aan, zeer subsidiair clementie der rechtbank inroepend. Voorts verzoekei zij onmiddellijk invrijheidstelling hunner cliënten. Dit verzoek werd door de rechf bank afgewezen. Vonnis 16 Juli. n ter AANRIJDING. ÖRstermorgen reden op den Noordsinsche weg, nabij de Roode Brug twee vrachtauto's, een groentenauto van O. en een melkauto van L., tegen elkaar. Gelukkig kwamen geen persoonlijke onge lukken voor. Beide wagens werden zwaar beschadigd, terwijl een gedeelte van de groen ten verloren ging. De auto's moesten worden weggesleept. DRIE GEBROEDERS Op HET DIEVENPAD. De gemeentepolitie van Helmond is er geslaagd de daders van een 4-tal daar stede den laatsten tijd gepleegde inbraken, te arresteeren. Na nachtelijke bezoeken aan de meubelmakerswerkplaats der fa. Hegeman aan de houtfabriek der fa. Bezemer en bij een particulier aan don Brouwhuizerdijk werden een aantal gereedschappen en andere voor werpen vermist. Vorige week werd ingebro ken bij den smid v. d. B. op het naburige Brouwhuis onder de gemeente Bakel en weer was een partij gereedschap als voornaamste buit meegenomen. Thans zijn de drie gebroe ders v. d. K., wonende op den Oliemolen Helmond, als de vermoedelijke daders gear resteerd, waarvan een in samenwerking met de Kon. marechaussee wegens den diefstal op Brouwhuis. In den tuin van de ouderlijke wo ning hadden de jongens den buit verstopt. Nagenoeg al het ontvreemde werd door politie opgegraven. De daders zijn naar Roer mond overgebracht. DE INDISCHE POSTVLUCHTEN. De „Nachtegaal" is gisterenavond op fechip hol geland. De „Lijster" (heenreis) vloog gisteren van Karachi naar Calcutta. De „Rietvink" (thuisreis) is gisteren uit Jodhpur te Bagdad gearriveerd. Gistermiddag te ongeveer twee uur is de 16-jarige wielrijder M. uit Heerlen, die uit wilde wijken voor een paar stoeiende jongens, in het Molenbergpark door een vrachtauto van de firma S., te Heerlen, aangereden. De knaap was op slag dood.-Het stoffelijk over schot van het slachtoffer is naar het St. Jo sef Ziekenhuis te Heerlen vervoerd. Gistermorgen liep het 5-jarig zoontje van de familie Herk op den weg HedelZalt- bommel achter een bakkerskar. Toen het plotseling achter de kar vandaan liep werd het ventje door een juist passeerende auto gegrepen. Ret hoofdje werd geheel verplet terd, zoodat de dood onmiddellijk moet zijn ingetreden. Het lijkje is naar de ouderlijke woning vervoerd. PLAATST REGKLMAT1G UW KABOUTERTJEII te .George Crane wil met u samenwerken stop met vacantie te Kinnegar stop van uw komst verwittigd stop ga er heen Maguire". Aldus het telegram, dat Scrymgcour bij zjjn thuiskomst gevonden had, „George Crane wil samenwerken!" George Crane was beroemd. Hij was het eerst sinds weinige maanden, maar dat boek Het kind van Dromore" had niet alleen Du blin, maar ook Londen stormenderhand ver overd. Het was het meesterstuk geweest van een beginneling. Scrymgcour zelf was al iets meer dan een beginneling. Maguire Brothers had al twee romans van hem uitgegeven. Voor het eerste had hij dik betaald hg schreef niet voor den broode! van het tweede had hg de helft der kosten gedragen. Het succes was heel groot geweest, maar toch was geen ver lies geleden, en Maquire had de uitgave van een derden roman, waarvan Scrymgcour hem het schema voorgelegd had, geheel voor zijn rekening willen nemen. Het was voor den jongen schrijver geen kwestie van geld, maar van eer. Het was voor de lokale kleur van Donogal en voor het eigenaardig dialekt dier streek, dat de uitgevers hem in verbinding hadden willen stellen met een schrijver, in dat graaf schap geboren en opgegroeid. Scrymgcour was een zoon van Cork, een typische Ier. Maar Do nogal en het volk van Donogal speelden een belangrijke rol in de middenhoofdstukken van zijn roman, en hij voelde, dat hij niet in staat zou zijn de juiste atmosfeer te schetsen. Het aanbod der uitgevers hem met een plaatselijk schrijver in betrekking te brengen, had hij dus dankbaar aanvaard, maar, toen hem be richt werd, dat die schrijver niemand meer of minder was dan de plotseling beroemd ge worden George Crane, was hij zoo opgetogen, dat hij onmiddellijk een handkoffer pakte en den trein nam naar Kinnegar, het kleine ro mantische plaatsje aan de kust van Donogal. Onderweg waren zijn gedachten bijna voortdurend bij den hem onbekenden George Crane. Hij begon zich ervan bewust te wor den, dat hij van dezen auteur eigenlijk niets afwist. De bladen hadden met veel geheimzin nigheid van hem gesproken. Hij was een „mystery writer", die „in afzondering leefde" en dien slechts weinigen persoonlijk kenden. Die geheimzinnigheid had het succes van „Het kind van Dromore" nog meer in de hand ge werkt. Tot drie maal toe hadden kranten por tretten van George Crane afgedrukt, waar van den volgenden dag verklaard werd, dat ze heel iemand anders voorstelden. „Doorgestoken kaart!" had Scrymgcour met veel wijsheid gedacht, en hij had een geweldi gen hekel aan dien George Crane gekregen, tot hij „Het kind van Dromore" gelezen had, en voor zichzelf erkennen moest, dat die schrijver zijn plotselingen roem ten volle verdiende, en hem verre de baas was. Want Scrymgcour was altijd eerlijk tegen over zichzelf. Wat voor man zou die George Crane eigenlijk zijn? Hij stelde zich hem voor als iemand van goed middelbaren leeftijd misschien wel omdat het streelender voor zijn eigenliefde was indien een rijpe man dan een jong begin ner hem in talent en faam zoo ver overtrof. Een man van goed-middelbaren leeftijd dus iemand die ambtenaar, of koopman of advo caat geweest was, en eerst nu hij zich uit het actieve leven teruggetrokken had, den vrijen teugel liet aan zijn litteraire talenten. Eenige stations vóór Kinnegar kreeg hij gezelschap. Een jongevrouw stapte in en nam plaats tegenover hem. Zij was één dier meisjes, wier uiterlijk Scrymgcour steeds bijzonder aantif''-; sportief en toch door-en-door vrou- welijk, en bovendien met die matblonde haren en donkere oogen, welke in Ierland vaker samengaan dan ergens anders ter wereld. Maar wat hem meer dan iets anders in haar aantrok was, dat «ij, zoodra zij gezéten was, een boek opensloeg en er met klaarblijkelijke belang stelling in begon te lezen. Het heette: „De wethouder van Kildore", door Cathal Scrymgcour. Maar na eenige minuten scheen haar belang stelling te verminderen. Zij begon te bladeren steeds 'n bedenkelijk teeken las daarna weer verder, bladerde opnieuw, sloeg het boek dicht, keek eens het raampje uit, deed opnieuw een poging ,Kan het u niet boeien?" vroeg hij eindelijk beleefd, als een reiziger, die om een praatje verlegen is. „O, ik ben er pas in begonnen, en mijn ge dachten waren er niet geheel bij. Ik had den vorigen trein gemist, en ben bang, dat ik nu wat laat te Kinnegar zal aankomen. Kent u dat boek?" vroeg ze, maar zonder blijk te ge ven werkelijk belang te stellen in zijn oordeel. „Ik heb het gelezen", antwoordde hij afwe rend „Ik ga ook naar Kinnegar." „Zoo," zei ze, in 't minst niet gëinteres- seerd. „Ik heb daar een vriend. Misschien kent u hem wel als u daar woont. George Crane, de schrijver.' „O," antwoordde ze, 'n beetje onthutst. Het maakte blijkbaar eenigen indruk op haar, dat de beroemde George Crane zijn vriend was „Ik zelf heb mij ook wel eens op het gebied der fictie gewaagd," glimlachte bij bescheiden. En tot plotselinge vertrouwelijkheid over slaande: „Om de waarheid te zeggen ik ben Cathal Scrymgcour „De schrijver van dat boek?" vroeg ze met 'n verbazing, welke hem ervan overtuigde, dat hij diepen indruk op haar gemaakt had. „Ja," antwoordde hij eenvoudig. „George Crane en ik zullen samenwerken aan een nieuw boek - „En daarvoor zoekt u hem op. Kent u hem goed?" Er was iets in haar toon, dat hem trof. Zou dat meisje George Crane misschien zelf ken nen? Dat was niet onmogelijk in zoo'n klein plaatsje. Zou z(j misschien zijn dochter zijn? „Goed?" zei hij, voorzichtig naar een ant woord zoekend, „goed U begrijpt hij woont te Kinnegar, en ik te Dublin, en 't is (hij sprak de strikte waarheid) de eerste maal, dat ik hem opzoek." En op zijn beurt vroeg hij aar zelend: „Kentu hem goed?" Zij antwoordde niet direct, maar scheen zich te bedenken. „Mr. Scrymgcour", zei ze tenslotte, „ik haat pijnlijke situaties." „Z'n dochter!" dacht hij in groote verlegen heid. „Kortom, mr. Scrymgcour, ik ken George Crane heel goed; ik ken hem intiem." „Z'n vrouw!" dacht hij jammerend. „George Crane is, zooals u weten zult, een nom de plume „Dat is ook zoo!" riep hij in gedachten uit, „maar hoe heet die George dan toch weer in werkelijkheid. „Ik ben Mary O'Doone „Ja, ja, O'Doone", bevestigde hij stamelend, „U bent de vrouw van George Crane, van mr, O'Doone. Een zeer gelukkig toeval 't Is m( bijzonder aangenaam u te leeren kennen." „Neen, neen, mr. Scrymgcour, de vrouw van George Crane ben ik eigenlijk niet „Z'n verloofde!" dacht hij. „Z'n vrouw ben ik eigenlijk niet. Ik ben George Crane zelf." B. i BUENOS AIRES, 9 Juli. (UN. PRESS). Op den 14en Juni 1.1., om twaalf u-ir rles middags, is, zooals men weet, het oorlogs rumoer aan het Chaco-front verstomd. De drie jarige oorlog tusschen Bolivia en Para guay, de eenige, welke sedert het s'uiten van den vrede van Versailles is gevoerd, werd toen door een wapenstilstandsw.rdrag beëindigd. Wie, zoo kan men zich op het ootenbtik de vraag stellen, is nu als overwinnaar uit het strijdperk te voorschijn getreden Het antwoord op deze vraag kan kert en bondig zijn: Niemand. Beide tegenstanders, zoowel Paraguay als Bolivia, zijn geheel uitgeput en hebben alle him ten dienste staande hulpmiddelen aan den oorlog opgeofferd. In beide la .den is bovendien de industrie en de landbouw ver nietigd en aan beide zijden zijn ten plotte duizenden en nog eens duizenden me.,sehen- levens als slachtoffers in den strijd gebleven. Geen van beide landen heeft ook maar eenig practisch succes kunnen boeken. Reeds toen de vijandelijkheden in Juni 1932 een aanvang namen, had het spook van de wereldcrisis de economische positie van Paraguay en Bolivia sterk aangetast. Boven dien had de sterke daling van de tir.prijzen, welk product de voornaamste bron ven in komsten voor Bolivia vormt, voor n t land catastrofale gevolgen gehad. Ook Paraguey, welks staatsinkomsten toch al niet te hoog waren, had zwaar geleden onder 3e ver- bruiksvermindering en de aanzienlijk daling in prijs van zijn vleeschconserven en andere belangrijke uitvoerproducten. Beide destijds reeds economisch verzwakte tegenstanders moesten dus noodzakelijker wijze ter financiering van den oorlog lee ningen sluiten. De aflossing der buitenland- sche leeningen in Bolivia en de rente-beta ling werden bovendien geschorst, zoo dat het mogelijk werd een leger uit te rusten en te onderhouden. Paraguay had bij het uitbreken van den oorlog geen buitenlandsche schulden, doch staat thans tengevolge van de wapen- en munitiecredieten diep in het krijt. De financiering van den strijd z?tte de valuta van beide staten op losse schroeven. Paraguay verbruikte het grootste deel zoo niet de geheele gouddekking van zij.i bank biljetten en Bolivia de reserves van zijn Nationale Bank, om de buitenlandsche cre diteuren te kunnen bevredigen. De bevolking van belde oorlogvoerende staten offerde daaienboven haar ringen, armbanden en andere kostbare goud? 1 vo in werpen, teneinde aan de soldaten g,*anai>n en patronen te kunnen verschaffen. Zelfs klokken en uurwerken werden voor dit doel verzameld en verkocht. In Paraguay werden den boeren de zwaar ste economische lasten opgelegd en ze zijn daaronder vrijwel bezweken. Hun veestapel werd, ten gevolge van het aanhoudend op- eischen van runderen voor de troepen aan het front dusdanig gedecimeerd, dat de ver koop der dieren geen voldoende inkomsten meer bood. Bij het begin van den oorlog namen beide belligerenten hun toevlucht tot het opeischen van allerlei producten, om het leger te kun nen instandhouden, want het geld, verkregen uit binnenlandsche oorlogsleeningen was hiervoor lang niet voldoende. De verliezen zijn dus wel buitengewoon groot, terwijl daartegenover geen enkel resultaat valt te noemen. Paraguay heeft weliswaar de Bolivianen uit den Chaco verdreven, doch het veroverde gebied is slechts van zeer twijfelachtige waarde. Thans staan belde landen voor een reeks van na-oorlogproblemen, die om een spoedige oplossing vragen. De strijd is gevoerd ver buiten de bevol kingscentra van beide landen. De soldaten kregen misschien wel voldoende te eten, doch werden zeer slecht betaald. De manschappen ontvingen maandelijks ongeveer twintig Amerikaansche dollarcenten soldi), de officieren ongeveer eenzelfde be drag als Amerikaansche korporaals en ser geanten verdienen. Veelal moesten de solda ten hun onderhoud gedeeltelijk zelf bekosti- Voor de verdere uitbreiding van den dienst zullen 106 motorwagens en bijwagens met krachtbron van de verschillende modellen wer den gebouwd. De voorraad passagierswagens zal met 268 D-treinenwagens en 142 andere passagiers- wagens, de voorraad goederenwagens met 849 goederenwagens van verschillenden aard wor den aangevuld. Verder zullen 68 bagagewagens voor D- trei- nen en 9 dienstwagens worden gebouwd Ook de voorraad tramwagens zal worden uitgebreid. (Nadruk verboden.) Baldwin over de daden der nationale regeering. LONDEN, 9 Juli. (D.N.B.). De la bout oppositie heeft vandaag in het lagerhuis een motie van wantrouwen ingediend tegen de regeering-Baldwin, welke motie als volgt luidde: „Het lagerhuis betreurt, dat het de regee ring niet gelukt is, een uitgewerkt plan tot bestrijding der werkloosheid in te dienen en het probleem der noodlijdende gebieden met succes aan te pakken". De afgevaardigde Greenwood, die de mo tie van wantrouwen motiveerde, schilderde den toestand van de Engelsche werkloozen in de zwartste kleuren en verklaarde met name, dat het aantal van twee millioen werk loozen in Engeland nog steeds veel te hoog is. Het aantal personen, dat onder de armen wet valt, is zelfs gedurende de zittingsperio de van de nationale regeering van 950.000 tot 1.620.000 gestegen. In antwoord op deze verklaringen van Greenwood zeide minister-president Bald win, dat Greenwood den toestand volkomen eenzijdig had voorgesteld. Onder algemeene hilariteit van de regee- ringspartijen verklaarde hij, dat niet da nationale regeering door een vloedgolf aan de macht gekomen was, doch dat de labour- partij weggespoeld is en dat het vier jaren heeft geduurd, om den door haar achterge laten rommel op te ruimen. Baldwin zeide nooit te hebben beloofd, de werkloosheid „to genezen", doch hg heeft veel gedaan om ze te verzachten. Vervolgens gaf de minister-president een uitvoerig overzicht over de economische eu financieele saneeringsmaatregelen der na tionale regeering sedert haar ambtsaanvaar ding in 1931, waarbij hij in het bijzonder wees op de conversie van leeningen, de douane- politiek en de verdragen van Ottawa. Baldwin wees hierna de labourpartg te recht in verband met haar beweringen over verwaarloozing der Engelsche werkloozen. De werkloosheid is sedert de ambtsaanvaar ding der nationale regeering met 1 millioen verminderd en sinds de indiening van de laatste motie van wantrouwen zgn 308.000 menschen meer tewerkgesteld. De huidige wankele toestand in alle landen is te wijten aan internationale oorzaken, zooals o.a. aan valuta-kwesties, enz. Baldwin bracht vervolgens de kwestie der werkverschaffing ter sprake. De uitvoering van groote openbare werken is in de oogen der Engelsche regeering slechts dan' gerecht vaardigd, indien daardoor de industrie ëen voldoenden stoot wordt gegeven, om het land dienovereenkomstig te ontlasten en indien de werkgelegenheid ook na -de stop zetting der betalingen behouden blijft. De Engelsche regeering is evenwel niet tegen iedere uitgave voor openbare werken en heeft in dit opzicht reeds verscheidene prestaties geleverd, zooals bijvoorbeeld het electrificatieplan voor Londen. Ten slotte besprak Baldwin het probleem, der noodigdende industriegebieden en gaf toe, dat de werkloosheid daar bijzonder hoóge cgfers bereikt. Hg hoopte evenwel door het Londensche electrificatieplan en door de uitbreiding van de Engelsche lucht vloot, ook voor de werkloozen van deze ge bieden werk te vinden. Tot dit doel waren, naar hg mededeelde, speciale uitwisselings- bureaux ingesteld, om werkloozen van hst eene gebied naar het andere over te plaat sen. LONDEN, 9 Juli. (R.O.) Het lagerhuis heeft met 450 tegen 76 stemmen de door de labour-oppositie tegen de regeering inge diende motie van wantrouwen verworpen. gen. Thans kunnen ze naar hun steden en dor pen terugkeeren, arm en niet in staat den kost voor zichzelf en hun gezinnen te ver dienen. De terugkeer van deze duizenden, die er aan gewoon geraakt zgn, dat het onderhoud van hun gezinnen door den staat wordt be kostigd, zal echter ernstige moeilgkheden met zich brengen, omdat hun inschakeling in het verstoorde bedrijfsleven zoo goed als uitgesloten is. Paraguay wil den oud-strijders de gelegen heid bieden den Chaco te koloniseeren, doch hiervoor is eveneens geld, zeer veel geld noodig. Bolivia heeft nog geen plannen te dezen opzichte. De toestand kan dus als uitermate kritiek worden beschouwd. De Chaco-oorlog heeft aan geen van beide partijen eenig voordeel opgeleverd en over beide is momenteel groote ellende gekomen, het noodlot van overwon nen naties. BERLIJN, 9 Juli (A.N.F.) Het door den raad van beheer der Duitsche rgksspoovwegen in de laatste zitting te Saarbrucken goedge keurde program voor het bouwen van voer tuigen voor het eerste half jaar van 1936 voor ziet in het aanschaffen van 2200 voertuigen van allerlei aard. Zes en tachtig locomotieven (stoommachines voor het sneltrein- en zijlijnenverkeer, 27 electrische locomotieven voor het omvangrgk geworden geëlectrificeerde net en 48 kleine locomotieven voor het rangeeren op kleine stations moeten den voorraad locomotieven aanvullen. Van de 53 motor- en bg wagens voor de ge ëlectrificeerde lgnen zgn 48 wagens bestemd als uitbreiding van de Berlgnsche S-baan. In verband met de benoeming van Konrad Graf von Preysing-Lichtenegg-Mooa tot bis schop van Berlijn vallen nog de volgende bij zonderheden te melden: De nieuwe bisschop van Berlijn werd op 30 Augustus 1880 geboren en is het vierde van de elf kinderen van Graf Kaspar von Preysing en Gravin Hedwig von Walterskirchen zu Wolf- stal. Dit oud adellijk geslacht welks stamboom tot het jaar 1100 reikt is verre familie van het vroeger regeerend vorstenhuis van Beieren. Na zijn studies in de rechtswetenschappen voltooid te hebben aan de universiteiten van München en Wurzburg was hg drie jaar als advocaat werkzaam en werd later aan het ministerie van buitenlandsche zaken te werk gesteld. Zoo voerde zgn weg naar Rome, waar hg als attaché aan de Beiersche legatie bg het Quirinaal verbonden was. In Mei 1908 vroeg hij ontslag uit den staats dienst en begaf zich naar Innsbruck om daar godgeleerdheid te studeeren en zich op het priesterschap voor te bereiden. Vier jaar later werd de begaafde student priester gewijd en benoemd tot secretaris van mgr. Bettinger, (de voorganger van kardinaal Faulhaber). Als particulier secretaris van mgr. Bettinger assisteerde hij dezen kerkvorst bg het conclaaf voor de Pauskeuze van Bencdictus XV en hg vergezelde ook zgn bisschop op diens reizen naar het Wéstfront tgdens den oorlog, waar een onderzoek werd ingesteld naar de wgze waarop de geesteigke belangen der sol daten werden behartigd. In 1921 volgde zijn benoeming tot Dornpre- diker aan de Lieve Vrouwekerk in München. Op 20 Juni 1932 werd Graf Konrad von Presy- sing tot bisschop van Eichstatt benoemd. De nieuw-benoemde bisschop is een van de krachtigste figuren van het Duitsche Episco paat. Hg is een man die leiding weet te geven, een echte volksman, die een open oog neeft voor de sociale nooden van zijn onderdanen. Ondanks zijn adellgke afkomst voelt mgr. Preysing zeer democratisch en is hg bg het volk buitengewoon bemind. Van het kleinste bisdom verhuist deze kerk vorst thans in deze moeiigke periode naar het grootste bisdom van het nieuwe Rgk, waar den energieken bisschop een buitengewoon zware taak te wachten staat.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1935 | | pagina 2