I
H
m
HAARLEMS BISDOM
IN ROUW.
DAGBLAD VOOR SCHIEDAM EN OMSTREKEN
3Ë
HAARLEM, 3 September. Hedennacht
vijf minuten voor half twee is Z. H. Exc. Mgr.
Joannes Dominicus Joseph Aengenent, Bis
schop van Haarlem, in de Maria - stichting,
waar Hij sinds den vooravond van het feest
van O. L. Vrouw ten Hemelopneming werd
verpleegd, kalm in den Heer ontslapen.
58sfe JAARGANG.
DINSDAG 3 SEPTEMBER 1935
No. 17345
DE LAATSTE OOGEN-
BLIKKEN VAN MGR.
AENGENENT.
BUREAU: KOEMARKT 4, SCHIEDAM'
TELEFOON INTERCOMM. No. 68085
EEN STRIJDER VOOR RECHT-
VAARDIGHEID EN VREDE
HEENGEGAAN.
NIEUWE SCHIEDAMSCHE COURANT
ZIJNE HOOGWAARDIGE EXCEIXÊJNTIÉ MGR. J. D; J. AENGENENT f
Z. H. Exc. Monseigneur Aengenent, door wiens dood het HaaHeinsdg
diocees thans is verweesd, was de achtste bisschop van Haarlem, en de w*
sedert het herstel van de kerkelijke hiërarchie in Nederland. Monseigneur
was Ridder in de Orde van den Nederlandschen Leeuw en Officier in de
Orde van Oranje Nassau, bovendien was Z. H. Exc. eere-kanunnik van het
hoogwaardige kapittel van Gent.
De laatste levensdagen van den zoo juist overleden bisschop zijn vol
stichting geweest voor allen, die het voorrecht hadden een oogenblik te ver
toeven aan diens ziekbed.
Ruim een week voor den sterfdag had men het noodig geoordeeld
monseigneur van den ernst van den toestand op de hoogte te brengen. Dit
was voor den immer optimistischen bisschop, die nog zulke groote plannen
had en die zoo plotseling uit het midden van zijn werk op het ziekbed werd
gewoipen, wel een harde slag.
Toen monseigneur nu enkele weken geleden het bisschoppelijk paleis
verliet, had hij nog een vas^ vertrouwen, dat enkele dagen hein wel
weer in zijn huis zouden terugbrengen. Op de kleinste dingen had hij nog ge
wezen en nu lag hij daar met de wetenschap nimmer te zullen terugkeeren,
nimmer meer te kunnen arbeiden. Doch God's wijze raadsbesluiten heeft
monseigneur aanvaard met den moed en de kracht, welke heel zijn leven heb
ben getypeerd.
Hoewel pijnen en enauwdheden monseigneur kwelden, hij bleef opge
wekt en voor ieder, die bij hem kwam, had hij nog een vaderlijk woord.
De belangrijkste zaken regelde hij nog op zijn ziekbed met zijn secreta
rissen en ofschoon hij dikwerf zuchtte „Ik kan me niet indenken,
dat ik dood ga", was het van nu af een overgave aan den goeden God, Die,
zooals monseigneur zeide, immer en nu zeker wel 't beste met hem zou voor
hebben. Zijn naaste familieleden wist monseigneur zelfs de laatste dagen ""nog
te troosten en ieder, die op bezoek kwam kreeg een opbeurend woord.
Hoewel het lichaam langzaam maar zeker zijn laatste krachten opteer
de, bleef de geest helder ten einde toe. En zoo werd dit sterfbed zooals ook
het leven was geweest een stichtend voorbeeld voor zijn omgeving.
Reeds weken volgt Katholiek Nederland
met bewogen blikken den moeizamen kamp
met den dood van Utrecht's zwaar kranken
aartsbisschop, en nu staan wij ongedacht nog
spoediger voor het bijna niet denkbaar ver
scheiden van Haarlem's beminnelijken Kerk
vorst.
Monseigneur Aengenent dood.
Het kan bijna niet zijn. Monseigneur
leek ons nog altijd zoo'n durend bezit met
zijn forsche verschijning, zijn nog donkere
haren, zijn door gezondheid gebronsd gelaat,
zijn vitale oogen, zijn altijd zonnigen lach
Zelden of nooit door eenige ziekte of onge
steldheid verontrust, deed het bericht ons
zoo onwezenlijk aan, dat Mgr. Aengenent
een pooze verhaal ging zoeken in de Haar-
lemsche stichting. Vermoeidheid kon het
wellicht beteekenen, want deze bisschop
had de laatste jaren veel zorgen en lasten
te dragen gehad, maar toch sterven en dood
leken ons voor hem nog zoo ver.
Wij zijn het, den Hemel zij dank, niet ge
woon, dat onze bisschoppen ons komen te
ontvallen, nog in de volle kracht van hun
jaren. Het „ad muitos" annos" dat hun bij
de bisschopswijding zoo vertrouwvol word'
toegebeden, is bijna nooit een onvervuld
gebleven wensch gebleken.
En nu is Mgr. Aengenppt dood: nauwelijks
de Zestig jaren overschreden; naamper een
septemnaat van zijn Bisschopsambt vervuld
te hebben.
De berichten over zijn ziekte en onge
steldheid deden zoo dreigend aan, dat, als in
Petrus' dagen, heel de gemeente bezorgd
samen kwam om voor Hem te bidden.
Met welk een aandrang en vuur stegen de
gebeden der kerkprovincie ten hemel voor
het behoud en herstel van dezen dierbaren
zieke. Het heeft niet meer mogen baten, God
heeft anders beschikt en Zijn trouwen
dienaar Joannes Dominicus Joseph tot Zich
geroepen.
In kinderlijke blijdschap maakten wij ons
op om binnen enkele maanden het heugelijk
feest van zijn veertig-jarig priesterleven te
herdenken, en nu is Haarlem's diocees ander
maal verweesd, en zitten wij in rouw neer
bij de baar van den bisschop, die bij zijn
uitverkiezing en aantreden met zooveel
jubel, blijdschap en verwachting werd be
groet en welkom geheeten.
Quis non fleret! Wie zou niet weenen en
rouw plegen bij dit zoo ongedacht ontijdig
verscheiden.
En toch bij alle rouw en droefenis, die nu
ons hart komen beklemmen, mengt zich
toch een gevoel van dankbaarheid, eerbied
en trots over het afgesloten bijna veertig
jarig priesterleven van dezen bisschop, die
Joannes Dominicus Joseph Aengenent heette-
Van dezen priester-bisschop toch geldt
zoo juist de schoone tekst uit het Boek
Ecclesiasticus „wie God vreest, zal het goede
doen, en wie zich houdt aan de gerechtig
heid, zal haar verkrijgen; zij zal hem spij
zigen met het brood des levens en des ver
stands, en hem drenken met het water van
heilzame kennis; zij zal hem bij zijn even
naasten verheffen, en in het midden der
vergadering zal zij zijnen mond openen en
hem vervullen met den geest van wijsheid
en verstand, hem met een eeregewaad be-
kleeden; vreugde en blijdschap sal zij hem
rijkelijk doen toekomen, en hem een eeuwi
gen naam doen beërven".
In deze woorden ligt het kostbaar en
verdienstelijk priesterleven van Z. H. Exc.
Mgr. Joannes Dominicus Joseph Aengenent
als het ware besloten en geteekend.
Als jong eenvoudig priester, man naar
Gods hart, die zich in stilte en verborgenheid
van het landelijk parochieel leven aan het
heil der zielen wilde wijden, werd hij al
dadelijk opgeroepen voor het leeraarschap
om in deugd en wijsheid een voorganger en
leidsman te zijn voor hen, die zich tot het
heilig priesterschap geroepen dachten.
Maar de naam Aengenent bleef niet bin
nen de muren van het seminarie besloten.
Hij had zijn geest weten te spijzigen met
het brood des levens en des verstands, dat
hij op zijn beurt voor anderen wilde breken.
Te midden van vergaderingen begon hij
zijn mond te openen en hij gaf voorlichting
en leiding aan hen, die zich voor de nieuwe,
sociale wetenschap begonnen te interes
seeren.
In de dagen, dat men over sociale pries
ters begon te spreken werd de naam
Aengenent al dadelijk met eerbied en gene
genheid genoemd.
Hij, die dertig jaar later als bisschop de
woorden „Justitia et Pax" in zijn wapen
schild zou voeren, predikte toen al in woord
en geschrift het evangelie der sociale recht
vaardigheid en van den socialen vrede.
De Heer bleek zich een man te hebben
gezocht naar zijn hart en gebood hém aan
voerder te zijn over zijn volk.
Zijn licht scheen al spoedig van den kan
delaar, van den Warmondschen groot-semi
narie-katheder, dien hij meer dan een kwart
eeuw met eer en glorie bekleedde. Door
woord en voorbeeld vormde hij meer dan
een kwart eeuw een priesterschap, die op
haar beurt de sociale rechtvaardigheid en
den socialen vrede zou leeren betrachten en
voorstaan.
Aangenaam docent, zooals weinigen, werd
door priester en volk steeds met aandacht
en geestdrift naar hem geluisterd.
Fluit en harp maken een aangenaam ge
luid, zegt de H. Schrift, maar een vriende
lijke tong gaat beide te boven".
Prof. Aengenent wist te boeien, te binden,
bekeeringen te maken, volgelingen te trek
ken.
Met zijn boezemvriend, mr. P. Aalberse,
„Zwei Seelen, ein Gedanke", leidde hij het
„Katholiek Sociaal Weekblad", stichtte hij
(de „Katholiek-Sociale Actie", richtte hij de
zoo onvergetelijke „Sociale Weken" in, werd
hij de graag erkende gezaghebbende alge-
meene Adviseur voor Sociale Zaken.
Niet alleen het katholieke volk, maar
ook de Regeering wist zijn adviezen
en zijn aangeboren zin voor sociale recht
vaardigheid op prijs te stellen en benoemde
hem in tal van Staatscommissies en besturen,
waar zijn beminnelijk priesterlijk woord
een fluit en een harp werd, ook voor zijn
vele andersdenkende vrienden, die hij voor
zijn ideeën te winnen wist.
Vijf en twintig jaar priester-hoogleeraar
te Warmond, sociaal werker voor heel Ne
derland mocht zijn vertrouwde vriend
Deken Dr. van Noort van hem getuigen
met Christus' eigen woorden: „Niet gij hebt
Mij uitverkoren, maar Ik heb u uitverkoren
en aangesteld, opdat gij moogt heengaan en
vrucht dragen, en uwe vrucht duurzaam zij".
De Bisschop van Haarlem, wiens directe
opvolger hij zelf eenmaal zou worden, kwam
hem op dien hoogen dag bekleeden met het
eeregewaad van kanunnik als onderscheiding
en erkenning van zijn duurzaam verdienste
lijk levenswerk.
Maar nog hooger eeregewaad zou hem
wachten.
Een vreugdeschal ging over Haarlem's
diocees, toen zeven jaar geleden Prof.
Aengenent door Rome werd aangewezen als
de graag-geziene opvolger van den grooten
bisschop Mgr. Callier.
De muziek van fluit en harp was niet van
de lucht om zijn beminden naam te prijzen,
te eeren, te vieren.
De sociale priester was de sociale bisschop
geworden, „Justitia et Pax", de deviezen
van zijn priesterlijk leven werden nu ook de
ernstige woorden in zijn bisschopswapen.
De deur van zijn paleis werd voor allen
opengezet, die tot hem wilden komen om zijn
vaderlijk woord en bemoediging van gerech
tigheid en vrede te hooren.
Vreugde en blijdschap zijn hem rijkelijk
toegekomen, die zelf altijd vreugde en blijd
schap om zich wist te verspreiden.
Zeker in zijn zwaar zorgelijk leven als
Opperherder der zielen van zijn groote
diocees zijn hem geen teleurstellingen en
verdrietelijkheden bespaard gebleven, maar
de mond van dezen beminnelijken mensch
en vader bleef lachen, zijn oog den zonne
schijn van liefde en genegenheid bewaren.
Joo zullen wij zijn beminden en geëer-
biedigden naam onvergetelijk en eeuwig be
waren nu op dezen triesten dag de trotsche
torens van Haarlem's kathedraal, die hij
mocht afbouwen, rouw kleppen over zijn
ontijdigen dood en ons bedrukkend beduiden,
dat de hoopvolle verwachting, die wij de
laatste dagen nog omtrent zijn behoud en
herstel koesterden, niet meer in vervulling
is gegaan.
Mgr. Joannes Dominicus Joseph Aengenent
is niet meer.
Moge hij de gerechtigheid en vrede, die
hij zijn leven lang heeft voorgestaan, in
God's zalige eeuwigheid gevonden hebben.
Zoo is dan vannacht toch nog betrekke
lijk onverwacht want de hoop blijft tot
het laatste oogenblik leven de ontstel
lende mare door het land gegaan, dat mon
seigneur Aengenent was overleden.
Maar wij, die in de onmiddellijke nabij
heid van het ziekbed verkeerden, hadden het
einde zien naderen.
Gistermorgen reeds constateerde de behan
delende geneesheer, dr. Hoge, dat de hooge
•lijder hard achteruitging en dat het einde
feitelijk elk oogenblik te verwachten was.
Mgr. was geheel uitgeput. In weinige da
gen had de ziekte zijn laatste krachten ge
sloopt. Zijn geest bleef echter helder.
In de morgenuren verzocht monseigneur
zijn secretarissen voor de laatste maal bij
hem te ontbieden. Dezen, de zeereerw.
heeren Agterof en Bank, begaven zich on
middellijk naar de Mariastichting, waar zij
bij het ziekbed werden toegelaten.
Hoewel het spreken monseigneur toen
reeds groote inspanning kostte, wisselde hij
toch nog verschillende vriendelijke woorden
met zijn secretarissen.
In den namiddag werden de huisgenooten
van monseigneur, het personeel van het bis
schoppelijk paleis, aan het ziekbed ontboden.
Voor elk hunner had mgr. nog enkele har
telijke en troostende woorden en met in
spanning van zijn laatste krachten schonk
hij hun zijn bisschoppelijken zegen.
Later op den dag werden het kapittel en
de familieleden van mgr. gewaarschuwd.
Voor de laatste maal zag de bisschop zijn
meest getrouwe en oprechte vrienden en
medewerkers rond zijn ziekbed verzameld.
Zijn krachten waren echter reeds zoozeer
afgenomen, dat hij slechts luttele woorden
vermocht te uiten. De familieleden alsmede
de hoogeerw. deken van> Haarlem, pastoor
Sondaal en dr. Hoge bleven tot diep in d'en
nacht het ziekbed omringen met ontroeren
de maar helaas vergeefsche zorg.
Schijnbaar was Mgr. Aengenent in de
laatste avonduren buiten kennis, maar wan
neer er aan zijn sponde de gebeden der ster
venden werden gezegd, zagen de ontroerde
getuigen van zijn laatste oogenblikken zijn
lippen medebewegen.
Omstreeks 12 uur trad de doodstrijd in
zijn laatste stadium. Woorden werden niet
meer gewisseld maar voortdurend stegen
gebeden op rond het sterfbed van den
kranke. Mgr. Aengenent werd in het laatste
uur vrij hevig door benauwdheid gekweld.
Tegen half twee nam deze af en gaf Z.H.
Exc. te midden van zijn familieleden den
geest.
Hedenmorgen had het bericht dat de bis
schop ontslapen was, reeds door geheel
Haarlem de ronde gedaan.
Katholiek Haarlem, dat den bisschop da
gelijks in zijn midden had mogen zien, was
diep getroffen en gaf daaraan op sobere
maar indrukwekkende wijze uiting. Overal
zag men hoe de vlaggen halfstok werden
geheschen, vele voorzien van een paarsen
rouwwimpel.
Voor de Mariastichting, waar de vlag
eveneens halfstok hing, groepten voort
durend belangstellenden samen, die het
droeve nieuws met ernstige en gedempte
stemmen bespraken.
In de eerste morgenuren stroomden reeds
uit alle deelen des lands bewijzen van deel
neming het stille bisschoppelijk paleis bin
nen. Vaardige handen waren daar reeds
doende de groote ontvangzaal recht tegen
over den ingang van het paleis in een
chapelle ardente te veranderen. Zwaar
rouwfloers werd langs de hooge wanden
gedrapeerd en tegen den achtermuur werd
een klein altaar opgericht.
Onder hen, die vanmorgen door een per
soonlijk bezoek aan het paleis van hun
deelneming blijk gaven, bevonden zich o.m.
de Commissaris der Koningin in de pro
vincie Noord-Holland, Jhr. mr. dr. A. Röell,
de burgemeester van Haarlem, de heer
Maarschalk en vele parochiegeestelijken
uit Haarlem en omgeving.
Voorts kwamen reeds vele telegrafische
bewijzen van deelneming in, o.m. van Z.H.
Exc. mgr. A. F Diepen, bisschop van 's-Her-
togenbosch, mgr dr. B. Eras, procurator van
het Ned. Episcopaat te Rome, Z.H. Exc.
mgr. Micara, apostolisch nuntius te Brus
sel, den hoogeerw. pater L. Sant, C.ss.R.,
provinciaal der Paters Redemptoristen, van
Z. Exc. den minister van Justitie, mr. van
Schaik, van oud-minister mr. Aalberse, van
den heer Cornelissen, bibliothecaris der R.K.
Universiteit te Nijmegen, van den vicaris
en de secretarissen van het aartsbisdom,
van den weleerw. heer Hendriks, een neef
van mgr. Aengenent alsmede van de Ned.
R.K. journalistenvereeniging en van der.
Kath. Ned. Boeren- en Tuindersbond.