Een nieuwe koers A DE TROONREDE. J DERDE-DINSDAG-FESTIJN IN DE RESIDENTIE. DAGBLAD VOOR SCHIEDAM EN OMSTREKEN. 61ste JAARGANG No. 17973 DINSDAG 21 SEPTEMBER 1937 VIER BLADEN. en positief-cliriëtelijk luid HET GROOTE MOMENT OP PRINSJESDAG. BUREAU: KOEMARKT 4, SCHIEDAM; TELEFOON INTERCOMM. No. 68085 de Duizenden juichen de Koningin in de goudent koets toe. I De ABONNEMENTSPRIJS van de NIEUWE SCHIEDAMSCHE COURANT bedraagt franco hj) vooruitbetaling: er Week 20 cent; per maand 85 cent; per "e maanden f 2,55. 'J bezorging franco per post bedraagt de abonnementsprijs per maand ƒ1.10, per drie maanden 3,bij vooruitbetaling. Incasso kosten worden niet berekend. LOSSE exemplaren zijn steeds aan ons bureau Koemarkt 4 verkrijgbaar a 5 cent per stuk. POSTCHEQUE- en GIRODIENST No. 81440 Uitgave van de N.V. de Courant De Maasbode te Rotterdam. NIEUWE SCHIEDAMSCHE COURANT m De ADVERTENTIEPRIJS bedraagt; Voor 1—6 regels 1,55, elke regel meer 25 ct, Bij contract aanzienlijke reductie. Reclames Lusschen den tekst dubbel adv.tarief Liefdadigheidsadvertentiën half tarief. Familieberichten 10 ct. per regel. Kampioen-advertenties van 20 woorden 0.50 per plaatsing. Elke 5 woorden meer kost 10 ct. Kampioen-annonces en familieberichten wor den geplaatst in de gezamenlijke vier dagbladen: Het Nieuwe Dagblad, de Nieuwe Söhiedamsche Courant, de Nieuwe Dordtsche Courant en de Nieuwe Zuid-Hollander. De Gratis-Ongevallenverzekering bedraagt: f 3.000 bij levenslange invaliditeit; 2.000 bij overlijden tengevolge van een spoorwegongeluk; 1.000 bij overlijden tengevolge van een ander ongeval; 250.voor het verlies van een hand, een voet of een oog; 100 voor het Verlies van een duim, bij breuk van de ruggegraat of bij schedelbreuk; 7r voor.hot verlies van een wijsvinger of voor het verlies van de voorste twee leden van alle vingers; 50voor het verlies van een volledig lid van een duim, of voor het verlies van twee leden van een wijsvinger; 25 voor liet verlies van alle leden van een anderen vinger, of v^in een lid van eed wijsvinger, bij breuk van bovenarm, of bovenbeen, onderarm of onderbeen, knieschijf, sleutelbeen of enkel; 10.voor één lid of twee leden van een anderen vinger- Een en ander volgens de geldende voorwaarden gelijk deze eenmaal per maand in dit blad worden afgedrukt- li.M. de Koningin opent het parlementaire jaar. Klassiek gevormden herinneren zich mis schien de regels bij Herodotus (IV, 150), yaarin den koning wordt gevraagd: „roep jongeren om deze dingen te doen". Is het °nredelijk te zeggen, dat een jongere gene ratie haar intrede deed in den kring van Raadgevers der Koningin? Het wil ons voor komen, dat de Troonrede iets merken laat Van den nieuwen zin der nieuwe mannen. De feiten rechtvaardigen den nieuwen koers, maar de nieuwe mannen zien dan ook de nieuwe feiten en spreken nieuwe taal. Nieuw is de krachtige wijze, waarop de Troonrede de Nederlandsche taak ten aanzien van de overzeesche gewesten in het licht stelt. Geen rhetorische frase, maar een inhoudrijke passage is gewijd aan de groote Sebiedsdeelen over de zeeën, waar millioe- hen leven onder de Nederlandsche drie kleur. De belangen van die millioenen, zoo hauw samenhangend met de Nederlandsche Prangen hebben een eerste plaats gekregen in de Troonrede. Het feit is teekenend voor den zoo pas opgetreden minister van Kolo niën, onder wiens verantwoordelijkheid deze Paragraaf moet zijn opgesteld en teekenend is ook de breede greep en het optimisme, daarmee de groote overzeesche vraagstuk ken in het gezichtsveld van ons geheele vplk worden geplaatst. Het is, voor zoover V'ij ons herinneren, de eerste keer dat dit op zulk een forsche en welsprekende wijze ge- a<-biedt. Betere propaganda voor het besef, dat de gebiedsdeelen van het Koninkrijk al ler belangstelling voortdurend moeten heb ben, is niet mogelijk. Hier en overzee zal dit een uitnemenden indruk maken en de hoop doen koesteren, dat het beleid, waarvan zoo ontzaglijk veel afhangt, met de vaste hand en het warme hart van een bij uitstek des kundige gevoerd zal worden. Dat de stof felijke grondslag voor zulk een doelbewust beleid steviger aan het worden is en vooral dat gepoogd zal worden in de toekomst »Echokken, als welke in de laatste jaren yjprden ondervonden", op te vangen, stemt bijzonder verheugend, vooral nu uit een ter- °Psche geste van minister Wel ter op een decente bijeenkomst gebleken is, dat ook eeh geestelijke aangelegenheid, die velen ter bai'te gaat, zijn belangstelling niet ontgaan maar de oplossing nabij is. Nieuw is de reeks maatregelen, die op Clerici terrein wordt aangekondigd Van Minister Goseling was te verwachten, dat hij bet verenigingsrecht „ter bevordering van ean werkdadig repressief toezicht onder £°gen zou zien. „Eerbiediging van de vrij- beid van godsdienst en geweten en han - 'aving van den rechtmatigen volksinvloed, v erlangt de overweldigende meerderheid Vatl ons volk. Maar uitwassen, welke strij den met „openbare orde en goede zeden die °P haar beurt immers de onmisbare voor gaarden zijn voor „de krachtige handhaving Vc,n het gezag" want wat baten wetten dtrdntinedn"? zullen terecht worden on wezenlijke rcChtÖet k™nen' ook zonder dat nerlijke redelijkheid"'angetast worden. „In- woord uit de TroonrLT" °m een teekenend dert dat in het belang Ljf .bezlgen vor" schap, die met gezond fcoud misbruik van rechten v0®h2d£be Die volksgemeenschap staat m de semen van een onrustigen tijd, die haar economisch bestaan en haar zelfstandigheid kunnen be dreigen. Vandaar zijn begrijpelijk de „be langrijke voorstellen" ter versterking Van de weermacht. Voorstellen, <Üe de levende als doode strijdkrachten betreffen en wier kostbaarheid zooals begrijpelijk is, „bijzondere financieele voorzieningen noodiB 1'aken."- Het is hard, dat de noodzaak ons geven /T d6Ze dmgen het gdd J- zoo gaarne eerst en liever b t Ware a&n „vele opzichzelf gewenschte 0j nuttige maatregelen" de Troonrede noemt het onderwijs en velen zullen ook denken aan loonen en salarissen maar niemand zal loochenen, dat, waar heel de Wereld wapent, ons land niet rustig kan blij ven toezien in de blije verwachting, dat men ons wel sparen zal, omdat wij aan alles dachten, behalve aan de noodzaak, dat alles vallen zou, als onze zelfstandigheid eens Viel. Dit neemt niet weg, dat én verlaging Van de leerlingenschaal én herziening der salarissen, waarover naar wij meenen in het kabinet wel een en ander te doen is ge weest, zaken zijn, die zoo snel mogelijk on der het oog verdienen te worden gezien en Waarover wij in de Millioenennota iets hopen aan te treffen. Intusschen, aan versterking van de inner lijke volkskracht heeft de Regeering ge dacht. De paragraaf aan Economische Zaken gewijd, moge in de formuleering dan al eenig compromis verraden, als wij lezen, dat „met handhaving van krachtige medewer king, aan de bevordering van op wederkee- righeid gegrond internationaal ruilverkeer, versterking van onze handelspolitieke weer baarheid noodig is", toch zijn we zoo vrij. den nadruk te leggen op „wederkeerige" en speuren wij de krachtige hand van minister 's-Gravenhage, 21 September 1937. EDENMIDDAG heeft H. M. de Koningin bij de opening van de Staten-Generaal de volgende rede uitgeproken: Leden der Staten-Generaal, IJ wederom in Uw midden bevindend gevoel Ik allereerst behoefte uiting te geven aan Mijne gevoelens van dankbaarheid voor de tot dusver voortschrijdende verbetering in het economische leven hier te lande. Deze verbetering in belangrijke deelen van het bedrijfsleven verlevendigt de hoop, dat de nog steeds omvangrijke werkloosheid geleidelijk verder zal kunnen worden ingeperkt. Alle maatregelen, die de Regeering doelmatig voorkomen om het proces van herstel uit de langdurige depressie te bevorderen, zullen harerzijds worden genomen of aan Uwe goedkeuring onderworpen. De ontwikkeling van den economischen toestand in Nederlandsch-Indië geeft reden tot voldoening. In het gunstig verloop van de opbrengst der landsmiddelen weerspiegelt zich de allerwegen ingetreden opleving in landbouw, handel, nijverheid en scheepvaart, waartoe mede bijdroegen de over 't algemeen bevredigende oogsten van de voedselgewassen der inheemsche bevolking. Het stemt Mij tot verheugenis, dat als gevolg daarvan thans weder een stijging valt waar te nemen van het welvaartspeil der bevolking van Neder landsch-Indië en dat een begin kon worden gemaakt met de verlaging van de op haar rustende lasten. De ruimer vloeiende middelen geven gelegenheid in meerdere mate dan de laatste jaren het geval kon zijn, gelden beschikbaar te stellen voor de bevordering van de geestelijke en stoffelijke belangen der bevolking. Door toepassing van daartoe geëigende middelen zal ernstig worden ge streefd naar verbreeding en versterking van de economische basis, ten einde die voor de toekomst beter bestand te doen zijn tegen schokken, als welke in de laatste jaren werden ondervonden. Hoewel in Suriname een lichte verbetering, zoowel bij den in- en uitvoer als bij de voornaamste cultures viel op te merken, bleef de economische en financieele toestand van dat gewest nog weinig bevredigend, in tegenstelling met dien van Curasao, aan welk gebiedsdeel de wereldcrisis schier ongemerkt is voorbij gegaan. Te midden van de geestelijke verwarring in de wereld, waaraan ook ons volk niet geheel ontkomt, is steeds dringender de eisch, dat in wetgeving en bestuur vóór alles Gods wet tot opperste richtsnoer worde genomen. In zijn algemeen karakter zal het regeeringsbeleid het kenmerk dragen van een doelbewust streven naar beveiliging en versteviging van de positief christelijke grondslagen onzer samenleving. Aldus zal een beleid kunnen worden gevoerd, dat met vermijding van toespitsing van tegenstellingen ook door zijn innerlijke redelijkheid instemming vordert. Het karakter van dit beleid zal tot uiting komen met name in werkdadige zorg voor een gezonde Ontplooiing van het huwelijks- en gezinsleven, bescher ming van de publieke eerbaarheid, onthouding door de overheid van aan moediging van alles wat tot ontheiliging van den wekelijkschen rustdag aan leiding geeft, en krachtige handhaving van het gezag. Eerbiediging van de 'vrijheid van godsdienst en van geweten, en handhaving van den rechtmatigen volksinvloed op het landsbestuur blijven hechte pijlers van ons volksbestaan. De .regeering overweegt een nadere regeling van het vereenigingsrecht, ter bevordering van een meer werkdadig repressief toezicht, naar de reeds thans in de wet neergelegde normen van openbare orde en goede zeden. Hoewel de internationale omstandigheden veelszins aanleiding geven tot bezorgdheid, bleef het vriendschappelijke karakter hetwelk onze verhouding tot andere mogendheden pleegt te dragen, ongerept bewaard. Niettemin zal. gelet op de spanningen in de verhouding tusscben de volken en het daarmee saamliangende gevaar van internationale verwikkelingen, zoowel hier te lande als in Indië, moeten worden voortgegaan met de versterking van onze weer macht. Belangrijke voorstellen daartoe zullen onverwijld aanhangig worden gemaakt. De regeering zal zich beijveren de samenwerking in onderneming en bedrijf ten bate van de geheele volkshuishouding te bevorderen. Met handhaving van krachtige medewerking aan de bevordering van op wederkeerigheid gegrond internationaal ruilverkeer, is noodig versterking van onze handelspolitieke weerbaarheid, ter beveiliging van den buitenlandschcn en binnenlandschen afzet van onze producten, met inachtneming van nauwe samenwerking tusschen Nederland en de deelen van het koninkrijk buiten Europa. De landbouwcrisismaatregelen zullen, met handhaving van den voor den landbouw nog noodzakelijken prijssteun, zooveel mogelijk beëindigd worden. Daarnaast zal bevorderd worden, dat nuttige regelingen door de bedrijfsgenooten zelf zullen worden overgenomen en voortgezet of opgebouwd. Verschillende wettelijke maatregelen tot verhooging van het peil van den landbouw zullen worden voorgesteld. In voorbereiding zijn wettelijke regelingen tot beperking van den arbeid der gehuwde vrouw en tot het rekening houden met gezinslasten bij het arbeidsinkomen. Ten aanzien van de landarbeiders zal de practische uitvoerbaarheid van een wettelijke regeling van den arbeidstijd, voor zoover misstanden niet door onderling overleg van de georganiseerde belanghebbenden uit den weg worden geruimd, worden onderzocht. Het temperen van de gevolgen der werkloosheid voor hen, die daarvan slachtoffer blijven, beschouwt de regeering als een harer voornaamste plichten. Wettelijke regelingen betreffende werkloosheidsverzekering en steunverleening zullen worden voorbereid. Voortgegaan zal worden met de uitvoering van open bare werken als middel tot werkverruiming, met de werkverschaffing en met het cultureele werk voor de werkloozen. Ondanks de ingetreden verbetering in den economischen toestand en de daarmede samenhangende stijging van de opbrengst der middelen, blijven na de diepe depressie der laatste jaren, de openbare financiën nog in bijzondere mate zorg vereischen. Buiten hetgeen op economisch-sociaal terrein en op het gebied der defensie onvermijdelijk is tot behoud en versterking van de Nederlandsche volkskracht, zullen vele op zichzelf gewenschte of nuttige maatregelen, waar onder die op het gebied van het onderwijs, dan ook eerst ter hand genomen kunnen worden, wanneer de inwendige positie van het budget voldoende zal mjn versterkt. De verhooging der defensie-uitgaven zal enkele bijzondere financieele voorzieningen noodig maken. Naast de reeds genoemde voorzieningen stelt de regeering zich voor eeh regeling tot coördinatie van het goederenverkeer te land en te water tot stand te brengen, terwijl een herziening van de woningwet in voorbereiding Is en een wettelij te regeling van de opleiding der onderwijzers zal worden aanhangig gemaakt. De toewijding, waarmee Leger en Vloot, zoomede de ambtenaren in bur gerlijken dienst in het geheele Koninkrijk, hun taak vervullen, stemt Mij tot erkentelijkheid. In het komende zittingjaar zal weer veel arbeid en toewijding in hartelijke samenwerking van Regeering en Staten-Generaal worden gevraagd. Met de innige bede, dat ons allen door den Almacbtigen God de kracht en de wijsheid geschonken worden, die Hij alleen geven kan, verklaar Ik de gewone zitting der Staten-Generaal geopend. Steenberghe, die ons tarief wel niet onge boeid zal laten, om onzen nationalen afzet te beveiligen. Dat steun aan den landbouw £°g niet gemist kan worden, is in de gege- veli °mstan<iigheden duidelijk, en dat zoo hen b1t°selijk de bedrijfsgenooten zelf de ren is jjeffen,de regelingen zullen uitvoe- stuk der Wei1eCkt- De hooP' dat het vra.ag- moge worden Ln1eren Sere®eld zal wor1en' hulp aan de ondfr Jt met de 200 noodlf kleine tuinders. Ware lasten zuchtende Er is minister Romme aard naar aanleiding vann cr ek g<~" spaaru ke d Van zijn laatste circulaire ,rnnrffestelde met natne vanwege bet voorgestelde spaar-stek^ waar. van de practische doorvoerbaarheid niet duidelijk is. Dat echter aan de landarbeiders tegemoet wordt gekomen, dat wettelijke be_ perkTng van den arbeid van gehuwde vrou wen, almede wettelijke J werkloosheidsverzekering en ning worden voorbereid, b®wij c sociaal willen, dat erkentelijkheid - «- kringen niet missen zal, terwijl houden met gezinslasten bij arbeadsinbo- men", inderdaad een nieuw geluid heeten mag. Wat de verkeerscoördinatie, de herzie ning van de woningwet en de wettelijke re geling van de onderwijzersopleiding con creet zullen beteekenen, moet worden af gewacht. Wij beseffen, dat de komende Milioenen- nota nog met geen overschot sluiten zal. On danks de opleving, waarin ons land zich nog slechts het laatste jaar mocht verheugen, heeft de „diepe depressie der laatste jaren" ons inderdaad te zeer geteisterd, dan dat wij reeds „de zee, de zee" kunnen roepen. Dit feit, gevoegd bij de omstandigheid, dat er meeningsverschil bestaat bij de beoordee ling van de naaste conjunctuur, alsmede de eischen, die Defensie plotseling stelt, ver klaart dat bepaalde verbeteringen, op so ciaal- en onderwijsterrein vooral verwacht, niet direct aangekondigd worden, ondanks „de voortschrijdende verbetering in het eco nomisch leven", waarvan de Troonrede dankbaar gewaagt. Moge de verbetering zoo snel en zeker doorzetten, dat ook deze ver beteringen spoedig tot stand zullen komen. Wij hebben gepleit voor de tot standko- ming van een werkelijk christelijk kabinet. Het stemt ons dankbaar, dat het kabinet fier de christelijke vlag ontplooit in de forsche zinsneden, waarin „vóór alles Gods wet tot opperste richtsnoer" wordt genomen, waar in, met een beroep op „innerlijke redelijk heid", als kenmerk van Regeeringsbeleid wordt aangegeven: „een doelbewust streven naar beveiliging en versteviging van de po sitief Christelijke grondslagen onzer samen- ^e-ving" en waarjn wordt beleden, dat wijs- God en klacht alleen komen kunnen van Het is een onwaardeerbaar voorrecht deel uit te maken van een volk, dat te midden van de seiner alom heerschende geestelijke verwarring waarvan de Troonrede terecht gewaagt, zulk een taal verneemt uit konink lijken mond. En wij zijn er zeker van, dat „hartelijke samenwerking van Regeering en Staten-Generaal", alsmede steun van'het volk aan de mannen, van wie der onzen één zoo pas verklaarde: „W ij zullen onzen post niet lichtvaardig verlaten", het kabinet on der Gods goeden zegen mogelijk zal maken na vier jaar met een groot Engelsch staats man te zeggen: „We have not been an idle government". Wederom heeft H. M. de Koningin zich in den gebruikelijken luisterrijken stoet naar de aloude Ridderzaal op het Binnenhof bege ven, ter opening van de gewone zitting van de Staten-Generaal in het nieuwe parlemen taire jaar. Prinsjesdag zonder Prinsje dezen keer. Men mocht daarom verwachten, dat de be langstelling van het publiek voor de plech tige opening der Staten Generaal vandaag niet zoo bijzonder groot zou zijn. Inderdaad was de stroom van belangstel lenden die zich vanmorgen naar de binnen stad begaf om, al was het ook maar een glimpje van den gouden koets en den Konink lijken stoet te zien, minder groot dan het vo rig jaar op den derden Dinsdag' in Septem ber. Maar toen droeg het feest van de ope ning der Staten Generaal ook wel een bij zonder cachet door het eenige weken tevoren bekend worden van de verloving van H. K. H. Prinses Juliana. In de binnenstad. Toch was het in den loop van den morgen reeds druk in de binnenstad. De treinen en trams voerden regelmatig bezoekers en be zoeksters van elders aan en ook al wat in de buitenwijken van de Residentie woont, con centreerde zich op het centrum. Het Binnenhof moest al vroeg afgesloten worden door de Haagsche Stormbrigade van de politie, welke daar de bewaking had. Reeds voor 10 uur vanmorgen was er voor degenen, die niet van een speciale toegangs kaart waren voorzien, geen plaatsje meer vrij. En ook langs den weg, welken de stoet van het Koninklijk Paleis naar het Binnen hof en terug zou volgen, stonden om half 11 de wachtenden reeds meerdere rijen dik. De meeste Hagenaars hebben den Konink lijken stoet al meer gezien en maken zich meestal niet zoo druk meer om een plaatsje laags den weg te bemachtigen. En als ze het nog eens goed willen zien, hebben ze wel een vriend of kennis, die op 'n langs den koninklijken weg gelegen minis terie of kantoor werkzaam is en die beloofd heeft hun bij gelegenheid wel eens een kaart te zullen bezorgen voor een plaatsje aan een der ramen van het kantoor of bureau. Ze wachten dus maar geduldig totdat die belof te eens ooit op een Prinsjesdag wordt inge lost. Intusschen is het feit, dat ze op het oogen- blik niet over zoo'n voor vriend en bekende gereserveerde plaats beschikken, voor hen geen beletsel om reeds in den morgen de binnenstad in te gaan. Integendeel. In het Centrum is het nu juist zoo bijzonder gezel lig. Er heerscht een feestelijke stemming ais op een Koninginnedag, maar toch weer een beetje anders. Er zijn zooveel bezoekers van buiten en dan de voorbereidingen voor de plechtigheden, die komen gaan. Het onder tromgeroffel optrekken van de militaire de tachementen, die voor de afzetting moeten zorgen; de versterkte politiemacht voor de handhaving, der orde, de tramsophoopingen, die bellend en schellend in 'n verkeerskluwen zijn vastgeraakt, de straatmuzikanten en an dere excentrieken, die voor de café-terrassen hun voostellingen geven en bij dat alles de feestelijke stemming onder de menigte. Dat alles schept in de binnenstad een sfeer, die men er slechts enkele dagen in het jaar aan treft, en die de Hagenaar altijd gaarne nog eens in zich opneemt. In het Noordeinde kon men reeds gerui- men tijd voor het vertrek van den Konink lijken stoet de troepen zien aanrukken, be stemd om voor het paleis de eerewacht te vormen of om den stoet te openen en te slui ten. Voor het paleis was een compagnie van het regiment huzaren ter sterkte van 100 man met het regimentsvaandel, onder bevel van den commandant van het regiment ja gers, luitenant-kolonel K. J. Adams, met zijn adjudant. Van deze eerewacht maakte tevens deel uit de Koninklijke militaire kapel, on der leiding van den kapitein-directeur, docts. C. L. Walther Boer. Zij stelden zich, ver sterkt door de beschikbare hoornblazers van het regiment jagers, op, met den rug naar het front van het paleis, terwijl aan de bei de zijvleugels, dicht tegen beide zuilengan gen aan, de secties van de compagnie jagers waren opgesteld. Verschillende troepenafdeelingen zorgden voor de afzetting van den door den stoet te volgen weg en van het Binnenhof. Te 12 uur hadden alle troepen de hun aangewezen plaatsen ingenomen. De Koningin verlaat liet palcis- Omstreeks 1 uur verliet de Koningin het paleis onder het speïen van het „Wilhelmus" door de Koninklijke militaire kapel, terwijl de eerewacht de gebruikelijke honneurs bracht. Op dat moment werd door het op steken van een vaantje, welk sein werd door gegeven door de van afstand tot afstand geposteerde manschappen der le artillerie brigade, het teeken gegeven aan de op het Malieveld opgestelde batterij, bestaande uit vier vuurmonden, om het eerste van de mi- nuutschoten af te geven, welke gelost wer den van het oogenblik af totdat de Koningin in het paleis zou zijn teruggekeerd. De koninklijke stoet. Onder het dreunen van het geschut zette de stoet, die onder algemeene leiding stond van den eersten stalmeester der Koningin jhr. C. E. J. M. Verheyen, zich statig in be weging. Hij werd geopend door een com mando cavalerie, ter sterkte van 100 ruiters van het 2de regiment huzaren, onder bevel van een ritmeester, met den regimentsstan daard. Hierbij bevond zich de regimentscom mandant, kolonel E. A. F. baron Creutz, terwijl het muziekkorps van het regiment den tocht met marschmuziek opluisterde. Hierachter volgden in hun staatsielivreien 'n rijknecht-majoor en twee rijknechts te paard. Nu kwam een aantal rijtuigen, die aan den Koninklijken stoet voorafgingen. In het eer ste rijtuig was de eerste-kamerheer-ceremo- niemeester, jhr. A. Sickinghe, gezeten, ver volgens kwamen twee rijtuigen, waarin acht kamerheeren gezeten waren. In het eerste van deze rijtuigen bevonden zich de kamer heeren in gewonen dienst mr. R. Ridder Pauw van Wieldrecht en Ph. J. Graaf van Zuylen van Nijevelt en de kamerheeren in buitengewonen dienst jhr. mr. J. Th. M. Smits van Oyen en mr. B. Ph. van Harinxma Thoe Slooten. In het derde rijtuig hadden plaatsgeno men de kamerheeren in buitengewonen dienst mr. W. C. baron Snouckaert van Schauburg, C. S. Sixma baron van Heem stra, jhr. J. H. Repelaer van Driel en F. M. L. baron van Geen. Naast elk van de portie ren van deze drie rijtuigen ging een lakei. Nu kwamen twee rijtuigen, waarin de groot-oficieren, volgens rang van benoe ming, gezeten waren. Het eerste van deze rijtuigen bood plaats aan de groot;officieren R. F. C. baron van Hardenbroek van Har- denbroek en mr. W. J. baron van Lynden, terwijl in het tweede rijtuig, het vijfde in den stoet, de groot-officieren jhr. C. L. van Suchtplen van de Haare en G. Ch. baron. Snoeckaert van Schauburg gezeten waren. In het zesde rijtuig zaten de grootmeesteres mevrouw de douairière G. C. gravin van. Lynden van Sandenburg, geb. baronesse van Nagell van Ampsen en de d.d. dame du pa lais, mevr. C. E de Brauw, geb. jkvr. van Reenen. In het zevende rijtuig bevond zich de grootmeester, J. R. F. graaf du Monceau. Naast elk der portieren van al deze rij tuigen gingen twee lakeien. Nadat dit zevental rijtuigen, ieder met twee paarden bespannen, was voorbijgetrokken, kwam het groote moment: de gouden koets,

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1937 | | pagina 1