De verbetering van
intern, toestand.
UIT HET INDISCHE LEVEN.
Voormobilisatie gaat niet door.
van
Het vredeswerk
Paus Benedictus XV.
Inheemsche plechtigheid.
VRIJDAG 30 SEPTEMBER 1938
Grensbeveiliging voorloopig
gehandhaafd.
Geleidelijke intrekking der militaire
maatregelen.
ÜE regeeringspersdienst
meldt:
In verband met den verbeter
den internationaal politieken
toestand heeft de regeering be
sloten de voormobilisatie nie
te doen plaats hebben.
Regelingen zullen worden ge-
troffen om de voorbereidende
maatregelen, die ten behoeve
van een vlot verloop der voor
mobilisatie zijn genomen, ge-
leidelijkop te heffen.
De genomen maatregelen met
betrekking tot de grensbeveili
ging worden tot nader order
gehandhaafd. Het ligt in de
bedoeling bij voortgaande ont
spanning in de internationale
omstandigheden te zijner tijd
ook deze maatregelen geleide-
lij kin te trekken.
niet te doen doorgaan. De bekendmaking
van den minister van Defensie op dit
punt zal dan ook nog eenigen tijd wor
den gehandhaafd, zoodat noch de dienst
plichtigen, voor deze herhalingsoefe
ningen aangewezen, noch de officieren,
onderofficieren, korporaals en soldaten,
behoorende tot het reserve- en overige
personeel der koninklijke landmacht, op
wie genoemde bekendmaking betrekking
had, voorloopig in werkelijken dienst
zullen worden geroepen.
Dienstplichtigen der her
halingsoefeningen gaan
naar huis.
De minister van defensie maakt
bekend, dat in verband met de verbete
ring van den internationalen politieken
toestand de dienstplichtigen, in werke
lijken dienst voor herhalingsoefeningen,
in het genot van groot verlof zullen
worden gesteld op de data, waarop dit
in norm alesnomitdgeahdeshdrletaoull
in normale omstandigheden zou hebben
plaats gehad.
Uiteraard vallen niet ondere deze
bepaling de dienstplichtigen, die voor
herhalingsoefeningen onder de wapenen
zijn gekomen, doch sedertdien gevolg
hebben moeten geven aan een lastgeving
ingevolge de buitengewone „oproeping
uitwendige veiligheid" (grensbeveili-
gingstroepen..
Nader vernemen wij, dat het boven
staande bericht geen betrekking heeft
op hen, die tot het reservepersoneel
behooren, noch op degenen, die voor
eerste oefening onder de wapenen zijn.
Deze beide groepen gaan voorshands
niet naar huis.
Andere herhalingsoefeningen
blijven opgeschort.
Naar wij vernemen, blijft het de
bedoeling der regeering de herhalings
oefeningen, welke, als a^es normaal
ware geweest, op of na 29 September
eouden zijn aangevangen, voorloopig
De fout van 1917
INGEZONDEN.
Amboneesclie jubileumprauw
te water.
SCHRIKBARENDE CIJFERS.
DE NIEUWE WEG TE HAASTRECHT.
i-JTi.
In een rede, voor zijn Friesche partijge-
nooten te Heerenveen gehouden, sprak ir. J.
W. Albarda over den internationalen toe
stand en de „fout van Versailles". In Hitier,
zeide de sociaal-democratische woordvoer
der, wreekt zich de groote fout van Ver
sailles. Nimmer zou, naar zijn meening,- Hit-
Ier aan de macht zijn gekomen, indien de
vredesvoorwaarden milder waren geweest.
Ongetwijfeld zullen velen dit met den heer
Albarda eens zijn. En het getal dergenen, die
nu nog meenen, dat te Versailles geen groote
fouten werden gemaakt, zal wel tot een mi
nimum zijn versmolten.
Toch lijkt het ons onjuist, bij het opmaken
van de na-oorlogsbalans en het vaststellen
der verantwoordelijkheid voor den huidigen
toestand, allereerst en allermeest aan Ver
sailles te denken. Nadat de oorlog reeds
jarenlang had gewoed en het bloedbad al
dien tijd met razernij was voortgezet, werd
de groote fout om ge,en ander woord te
gebruiken niet gemaakt in het jaar der
vredes-verdragen, maar in 1917.
Laat men dit onweerlegbare feit goed
vasthouden en, ter onderrichting van
het nageslacht, vastleggen voor
alle t ij den.
1917 was het jaar, waarin Paus Benedictus
XV z.g., na reeds herhaaldelijk pogingen te
hebben aangewend, om den oorlog te beëin
digen, zijn vermaarde Nota aan de staats
hoofden der oorlogvoerende landen richtte,
welke een concreet plan bevatte voor het
onmiddellijk stop zetten der vijandelijkheden
en het vaststellen der voorwaarden, waarop
de vrede zou worden gesloten.
Waren die voorwaarden aanvaard, dan
zouden er overwinnaars, noch overwonnenen
zijn geweest; dan zouden de gruwelen van
het laatste moorddadige oorlogsjaar aan de
wereld bespaard zijn gebleven; dan zou niet
de eene revolutie op de andere zijn gevolgd;
dan zou er geen Versailles zijn geweest,
noch een Saint Germain en Trianon; dan zou
de financieele en economische ontreddering,
zooal niet geheel, dan toch grootendeels zijn
voorkomen; en dan zou het ten slotte moge
lijk zijn geworden, dat de waanzinnige en
noodlottige bewapenings-wedloop had plaats
gemaakt voor een geleidelijke en wederkee-
rige vermindering van militaire lasten.
Het was dat verheven en veelzijdig ideaal,
dat Rome s Opperpriester aan de wereld voor
oogen hield.
Want wat behelsden de concrete en gepre
ciseerde voorstellen van Paus Benedictus?
Wanneer men thans, na nog slechts twin
tig jaren, deze vraag aan een ^willekeurig
aantal personen, ook ontwikkelden, zou
voorleggen, dan kan men er wel zeker van
zijn, dat zeer velen het antwoord zouden
schuldig blijven, zelfs wat de voornaamste
punten betreft.
En toch is het een dringende eisch, dat
deze grootsche vredes-poging, die ook voor
de komende tijden een lichtbaken blijft,
ooit worde vergeten.
Zij ging uit van het Recht en stelde zich
tegenover het Geweld.
In de plaats van het materieel geweld der
wapenen moet" aldus de Paus „de zede
lijke kracht van het recht worden gesteld.
t is het eerste en voornaamste punt. Dien
overeenkomstig moet door allen een goede
thd worden getroffen voor een gelijk-
J 'ge en wederzijdsche vermindering van
bewapening op zoodanige wijze, dat de hand
having der openbare orde in eiken staat blijft
verzekerd. Vervolgens moet de krijgsmacht
der legers worden vervangen door de instel
ling van een scheidsgerecht ter bevordering
en handhaving van den vrede, met bij ge
meenschappelijk overleg vast te stellen be
palingen en sancties ten aanzien van den
staat, die zou weigeren de arbitrage te aan
vaarden, of zich aan haar uitspraak te on
derwerpen".
Wanneer de suprematie van het Recht op
die wijze eenmaal is vastgesteld, zal men
ging de Paus voort het verkeer en de vrij
heid ter zee tusschen de volken moeten re
gelen, en daardoor de hinderpalen weg
nemen, welke zoovele geschillen veroorzaken
en de welvaart en vooruitgang in den weg
staan.
Er zouden geen oorlogslasten moeten wor
den opgelegd, noch schadeloosst-Jlingen. De
kosten zouden zooveel mogelijk zijn goed te
maken door de enorme voordeelen en be
sparingen, welke de ontwapening zou op
leveren. De bezette gebieden zouden moeten
worden ontruimd en terug gegeven, evenals
de Duitsche koloniën; terwijl voor bepaalde
territoriale kwesties, als die tusschen Italië
en Oostenrijk, en Duitschland en Frankrijk
benevens voor de problemen van Armenië,
de Balkanstaten, het oude koninkrijk Polen,
volgens de eischen van rechtvaardigheid en
billijkheid een bevredigende oplossing moest
worden nagestreefd.
„Dit zijn", besloot Zijne Heiligheid, „de
voornaamste grondslagen waarop, naar Wij
gelooven, de toekomstige reorganisatie der
volken moet worden opgebouwd. Zij zullen
een herhaling van botsingen, als de tegen
woordige, onmogelijk maken en de oplos
sing voorbereiden van de voor het stoffelijk
welzijn der oorlogvoerende staten zoo ge
wichtige economische problemen".
Aldus Paus Benedictus in Zijn Vredes
nota van 1 Augustus 1917. Een staatsstuk, dat
in alle mogelijkheden voorzag, en voor een
redelijke oplossing van alle aetueele en toe
komstige moeilijkheden den weg wees.
De machthebbers van dien tijd hebben niet
gewild. Zelfs niet president Wilson, die het
jaar te voren nog als pacifistische idealist
aan den horizon was verschenen. De strijd
werd voortgezet tot het bittere einde, met
al zijn ellendige gevolgen.
Herhaaldelijk heeft men er sindsdien van
gesproken, en men doet het thans weer, dat
er nieuwe verhoudingen moeten komen in
Europa vooral, en dat de betrekkingen tus
schen de volken op een andere en betere,
ook breedere basis moeten worden gevestigd.
Inderdaad!
Maar wat men nu vraagt en waarvan de
noodzakelijkheid zich al de jaren na de vre
des-verdragen steeds klemmender heeft doen
gevoelen, werd in 1917 op onverantwoorde
lijke wijze verzuimd, toen men weigerde aan
de pauselijke Nota gevolg te geven; een
verzuim, dat wel zeer overtuigend gebleken
is uit de „fout van Versailles". Geen grooter
slag kon aan den vrede en de vredes-gedach-
te worden toegebracht, dan door hetgeen in
1917 was geschied, of liever was nage
laten. Geen grooter dienst ook werd fa
de moderne tijden aan het vredes-ideaal be
wezen, dan door het onvolprezen document,
dat de onvergetelijke Benedictus XV aan de
belligerenten voorlegde.
Het kan niet genoeg worden herhaald.
Want het is in tegenstelling met zoovele
andere beweringen en voorstellingen uit de
na-oorlogsjaren de waarheid. En
wij hebben ervoor te zorgen, dat deze waar
heid ook historie wordt, en als zóó
danig erkenning vindt.
Dwars door den Wieringermeerpolder loopt de hoofdweg Aarsivouw—Wieringen, dien men op deze foto van een nieuw
wegdek voorziet. Op den achtergrond enkele van de vijf en veertig nieuwe boerderijen welke er in aanbouw zijn.
2' ATERDAGAVOND 10 September
- j-1* werd op plechtige wijze in
de haven van Semarang aan de gol
ven toevertrouwd de prachtige Ambo-
neesche prauw, welke tijdens de
militaire demonstraties in het stadion
ter gelegenheid der jubileumsfeesten
zoo de aandacht heeft getrokken.
Peter Stadiën, de pianist, die vroeger deel
uitmaakte van het Boedapester Trio, geeft
Maandagavond een piano-recital in het
Concertgebouw te Amsterdam.
De overlevering schrijft volgens de „Loc."
dat een dergelijke prauw, slechts mag varen
en nooit over den grond gesleept mag wor
den. Vandaar dat de prauw, welke op het
militaire kampement op Djatingalen was
opgesteld, door de manschappen van de Am-
-boneesche compagnie naar de haven werd
gedragen.
Het was een kleurrijk Schouwspel, dat
men dien Zaterdagmiddag omstreeks half
vijf op Djatingalen te zien kreeg. Het cen
trum van dit kleurenspel, het middelpunt,
dat was weer de prauw.
Overal waar de stoet passeerde, overal
stroomden de menschen uit hun huizen. He
was dan ook een optocht, zooals men iti
Semaran-g en ook elders in Indië slechts ze'
den te zien krijgt. De groote vissehen werden
eveneens in den stoet medegedragen.
Het was reeds tegen half zeven toen de
stoet eindelijk bij den -kleinen boom arri
veerde. Hier hadden verschillende officieren
van het garnizoen, o.w. majoor Halkema en
andere belangstellenden zieh opgesteld.
De boot werd zorgvuldig op den water
kant neergezet, waarop de heeren Komoe en
Naja naar voren traden om enkele woorden
te spreken.
Allereerst de wensch, dat het alle aanwe
zigen gegeven zoude mogen zijn, nog lang
onder de regeering van H. M. de Koningin te
mogen dienen. Vervolgens dankten de beide
sprekers den majoor en de andere officieren
voor hun belangstelling.
Toen was het oogenblik daar, dat d
prauw te water zou worden gelaten. Het was
reeds donker. Overal flitsten op Tjandi en
in de benedenstad de lichtjes aan.' Gezang
klonk op.... en dan.... enkele korte com
mando's. De prauw werd in het water ge
duwd. Een deel der dragers had zich even
eens te water begeven, om de prauw verder
uit den wal te trekken, opdat er niets, maar
dan ook niets meer boven water zou blijven,
ook niet bij den laagsten waterstand. De
adat wil dat.
Nadat de zwemmers weer op den wal
waren geklauterd, werden de gereedstaande
'bussen bestegen en ging het huistoe.
Zuigelingensterfte te Batavia.
Naar aanleiding van een artikel van dr. J.
H. de Haas in het geneeskundig tijdschrift
voor Nederlandsch Indië over de zuigelin
gensterfte te Batavia, in het bijzonder onder
de inheemsche bevolking richtte het Volks
raadlid Prawoto tot de regeering eenfae
vragen.
De op deze vragen gegeven toelichting
luidt:
De schrijver van het bovengenoemde ar
tikel komt aan de hand van de meest nauw
keurige statistische gegevens, o.a. tot de con
clusie, dat de zuigelingensterfte onder de
inheemschen te Batavia in 1935 en 1936
gemiddeld 30 pet. behoort tot de hoogste,
die tegenwoordig in tropensteden worden
waargenomen. Hoewel de zuigelingensterfte
onder andere bevolkingsgroepen op zich zelf
eveneens hoog moet worden genoemd
15 pet. voor de Chineesche en 5,6 pet. voor
de Europeesche bevolking steekt daarbij
die onder de inheemsche groep, naar uit de
cijfers blijkt, schril af. Naar het oordeel van
den schrijver wordt het niveau der zuigelin
gensterfte voor een belangrijk deel bepaa'd
door een complex van sociaal-hygiënische
omstandigheden.
Avontuurlijke autorit.
De Deli courant vertelt van een avontuur
lijken autorit van de heeren Ruytenschild en
Bergen van de onderneming Bah Djambi.
Toen men voor half twee 's naehts Per-
boengan was gepasseerd, zag men aan den
kant van den weg, ter hoogte van de moeras
sen, een groot donker kluwen liggen. Men
reed langzaam, en toen het kluwen was ge
passeerd, zag men het zich ontrollen en over
den weg kruipen. Het bleek een heel groo'e
slang te zijn, die op de loer lag. Het beest
lag schuin over den weg, het was langer
dan de weg breed is. Door den heer Berger
werden, nadat hij uit zijn gesloten wagen
was -gestapt bij het schijnsel van een fl-asligt
twee schoten op het beest gelost, doch ze
schenen geen doel te hebben getroffen. Het
beest richtte zijn kop weer op den weg. De
heer Berger vond het toen het beste maar
weer in de auto te stappen.
Intusschen wilde het beest voor den twee
den keer den weg, thans in tegengestelde
richting dan den eersten keer oversteker-
Tot tweemaal toe reed de auto toen over het
beest heen, maar het scheen, dat de auto
ritjes over zijn lichaam het dier niet deerden
want na de tweede kennismaking met den
wagen gleed de slang in de moerassen weg.
Een kleine 100 meter verder ontmoette de
auto een fietser, die met zijn vrouw op den
bagagedrager naar Perbaoengan reed.
Volgens den heer Berger de inzittenden
in de auto bevestigden dit was de slang
zeker 7 Us meter lang.
H.V.A.-employe's, vooral die op de nieuwe
ontginningen werken, ontmoeten op hun weg
dikwijls slangen.
(Buiten verantwoordelijkheid der redactie)
VRIENDEN, SPAARPOT, DRUKPERS^
Sinds enkele jaren wordt fa Estland, onder
uitgeweken Russen -gewerkt door twee paters
Capucijnen: pater Methodius Houtkamp en
pater Zachaiias Anithonisse.
Hun arbeid is taai, en vraagt naast den noo»
digem tact, een geweldig geduld, uithoudings
vermogen en vertrouwen in de toekomst. Zeer
moeilijk is het om led-en van de Schismatieke
Kerk, van de dwalingen hunner Kerk te over
tuigen. En zelfs, al is dit gelukt, dan blijft een
nog grootere - moeilijkheid bestaan. Het over
gaan n.l. tot de met Rome vereenigde of ge
ünieerde kerk, beteekent voor de betrokkenen,
zich losrukken udt een historisch gegroeiden toe
stand van eeuwen.
Vandaar, dat de „parochie" van bovenge
noemde paters in Narva nog maar enkele tien
tallen geloovigem telt. Deze „parochianen"
wonen nog erg verspreid, wat het werk van
leering, bevestiging en uitbreiding juist nog
moeilijker maakt. Daarbij komt natuurlijk, dat
deze missionarissen, hoewel werkend in be
schaafde omgeving, zelf over weinig of geen
middelen beschikken.
„En wat zouden wij" aldus schrijven ze „veel
kunnen doen en prachtig geholpen zijn, met
een eenvoudig persje, waarmede we geregeld
velen zouden kunnen bereiken, door rondschrij
ven en uitgaven fa eigen taal".
Wie helpt voor dit doel een Hollandsche
Spaarpot vullen? Iedere bijdrage is hartelijk
welkom en wordt dankbaar aanvaard aan on
derstaande adressen.
Verzoeke vermelding der letters:
V(rienden) S(paarpot) D(rukpers).
Mej. C. Houtkamp, Z.B. Spaame 4 Haarlem,
Giro 230455.
De heer E. A. M. Anthomisse, Halfweg, Giro
307623.
Smokkelhandel
kinabast.
in gestolen
DE NIEUWE BEURS TE ROTTERDAM. Een doorkijk onder de geweldige
kapconstructie van de thans in aanbouw zijnde beurszaak De geheel vrij dragen
de overspanning heeft een breedte van 48 meter. De lengte van de zaal bedraagt
84 meter, terwijl het hoogste punt van de kap op UVt meter ligt.
Eenigen tijd geleden is melding gemaakt
van den sensationeelen smokkelhandel in
gestolen kinabast, waaraan dank zij het
actief optreden van de Ban-doen-gsche veld
politie, plotseling een einde kwam.
De veldpolitie, onder leiding van haren
detachementscommandant, hoofdinspecteur
J. E. Voorneman, gaf aldus het A.I.D.
door haar doortastend ingrijpen de, bij dezen
smokkelhandel betrokken personen geen
kans om er tusschen uit te trekken.
Thans verneemt het blad dat de veld
politie niet minder dan 25 arrestaties heef:
verricht.
Behalve de Japansche opkooper N. te
Tjibeber, bij wien, zooals men zich herinnert,
22 zakken kinabast van gemiddeld 50 k.g.
werden aangehaald van diefstal afkomstig,
is in preventieve hechtenis gesteld de heer
B. alhier, die eveneens verdacht wordt van
heling van gestolen kinabast. Beiden kochten
kinabast op, wetende dat deze goederen van
diefstal afkomstig moesten zijn en leverden
deze kinabast af aan een makelaarsfirma te
Batavia. Onder de overige 23 arrestanten
bevinden zich eenige z.g. leiders van de i
heemsche smokkelbenden.
Een hunner, zekere S., had de wijk geno
men naar Batavia, doch kon op aanwijzing
van de veldpolitie door de hoofdstedelijke
politie worden gearresteerd, toen hij een be
zoek bracht aan een familielid.
Een andere leider K. werd niettegenstaan
de hij de voorzorg had genomen om zijn wo
ning in het Soebangsche door zes dubbel
posten te doen bewaken, gearresteerd.
De veldpolitie gaf door snelle actie den
wachtposten geen tijd om K. te alarmeeren
en had het huis reeds omsingeld, voordat K.
er erg in had.
In het bijzonder de administrateurs der
kina-ondernemingen in het Bandoengsche,
die de dupe zijn geworden van dezen geraf-
fineerden smokkelhandel, zullen nu ruimer
adem halen.
Immers niet onbelangrijke hoeveelheden
kinabast werden bij mandenvol uit Goedangs
en van emplacementen gestolen en reeds is
bij onderzoek uit bekentenissen van de die
ven komen vast te staan dat de hoeveelheid
gestolen kinabast varieert tusschen de 5000
en 6000 kg.
Verschillende ouders, die schoolgaande kin
deren hebben, zijn vol aandacht voor de spoe
dige tot standkoming van den nieuwen weg
door de kom van het dorp Haastrecht. Het
verkeer langs de oude hoogsraat is zoo druk,
dat het een onhoudbare, gevaarlijke toestand
is. De nieuwe weg komt evenwel langs de
R. K. school en dat is een groot bezwaar. Er
is echter ééne geruststelling n.l. dat de weg
niet bot langs de school behoeft te komen; een
rijwelpad van vier vijf meter breed is zeer
wel mogelijk. Het spreekt van zelf dat het
schoolbestuur hier wel op zal letten.
Of de Provincie dat ook doet? Dezer dagen
ging het gerucht dat de Provincie wel het erf
en de woning naast die school wil koopen,
doch het huis niet zal afbreken. Het gevolg
hiervan moet dan worden, dat de weg zoo
dicht mogelijk langs de school komt. Juist het
tegenovergeselde van de grootst mogelijke
veiligheid voor de kinderen!
Laat het schoolbestuur zich toch wel er van
bewust zijn dat als eenmaal de weg er ligt geen
wijziging meer mogelijk is. De veiligheid van
onze kinderen moet veel zwaarder wegen dan
al het andere. Geldelijk voordeel mag hier,
waar het een toestand scheppen zal voor jaren,
geen rol spelen. De veiligheid van onze kinde
ren zou daardoor blijvend in grooter gevaar
worden gebracht.
Dat hierop de noodige aandacht wondt ge
vestigd van alle ouders en dat voorkomen mag
worden wat gevreesd wordt, is de bedoeling
van dit opstel.
EEN LID VAN „VEILIG VERKEER",
VL AARDINGEN, September 1938.
Aan „De Residentiebode" ontleen ik het vol
gende stukje, waarvoor ik U beleefd om een
plaatsje verzoek. Wanneer wij dan geen recht
van spreken hebben, dan kunnen we het beier
anderen laten zeggen, die wèl dat recht hebben.
Daar lezen wy
„Pastoor is er tegen! De Paus is er voor!"
Dr. Louis Kat, secretaris van de Ned. Sint
Gregoriusvereeniging, publiceert in het juist
verschenen maandorgaan o.m. het verslag over
1937 van genoemde instelling in het bisdom
Haarlem. Dr. Kat wijst daarbij o.m. op de nog
steeds z.i. bedroevende belangstelling door de
kerkkoren in dit bisdom aan den dag gelegd
ten opzichte van de St. Gregorius-vereeniging
het instituut, dat onmiskenbaar gedurende meer
dan een halve eeuw, zoo ontzettend veel voor
de verheffing van de kerkmuziek heeft gedaan
en dit bij voortduring nog doet. Merkwaardig
inderdaad is de wijze waarop sommige koren
gereageerd hebben op het hun toegezonden
verslag-formulier. Meer dan de helft, zegt dr
Kat, gaf taal noch teekenVooral de groote
steden blonken uit door non-activiteit. Niet
minder merkwaardig echter zijn de opmerkin
gen door sommige kerkkoorbesturen gemaakt
die wèl zoo beleefd waren een antwoord té
sturen.
Het allermerkwaardigst daarbij blijken bo
vendien antwoorden op de vraag of in de des
betreffende kerk de volkszang wordt beoefend.
Naast een 75-tal koren, die in hun antwoord
schreven, dat men den volkszang in de kerk
beoefende, althans er een begin mee had ge
maakt en overal het koor goed meewerkte,
leende deze vraag zich blijkbaar tot velerlei
ontboezemingen. Zoo beantwoordde b v een
koor deze vraag met het aan duidelijkheid
StT m!, wenschen overlatende woord
„heibel
Bevreemdender echter is het op deze vraag
tot antwoord te krijgen„Pastoor is er tegen!"
e? ,van c*r- Kat kunnen wij toch niet zeg
gen, dat hij geen verstand heeft van muziek
N. B.
„Sta maar weer op Jan. Het was de ver-
zekerings-inspecteur niet. Het waren een
paar jongens, die belletje trokken."