Nederlandsche Handels Höogeschool
viif en twintig jaar.
MAANDAG 7 NOVEMBER 1938
V oordrachten van prof. Bruins
en dr. Hirschfeld.
TENTOONSTELLING
JAN PIETERSZOON COEN.
JACATRA
De inbreker-geveltoerist, die
voor geen klein beetje
bang was. 2
Met gebroken enkels op trottoir
aangetroffen.
vak dat men daarvoor gesteld had. Intus-
schen is het clearingverkeer tusschen Neder
land en Duitschland van veel verder strek
kende beteekenis geworden dan men zich
aanvankelijk kon voorstellen. De toestand is
thans zóó, dat het clearingverkeer in ruimen
zin niet alleen geleid heeft tot het treffen
van regelingen voor den export van Neder-
landsche en koloniale producten, doch ook
voor de Nederlandsche zeescheepvaart, het
transitoverkeer, de Rijnscheepvaart, het
rentetransfer, het reizigersverkeer, enz.
Reactie in Nederland.
De steeds toenemende staatsinterventie in
Duitschland heeft er toe geleid, dat men ook
in Nederland deze zaken steeds meer cen
traal moest bezien en regelen. Gezien de
uitermate belangrijke economische betrek
kingen tusschen Nederland en Duitschland
is een zeer belangrijke sector van dezen bui-
tenlandschen handel afhankelijk geworden
van de ordenende functie van den staat en
van geregeld overleg met buitenlandsche in
stanties. Spreker memoreerde in dit verband
in het bijzonder ook de functie van de in
1933 ingestelde regeeringscommissies. Deze
vinden hun oorsprong in het met den vroe-
geren rijksminister Hugenberg afgesloten
verdrag, waarbij voor het eerst ingesteld
werden gemengde commissies samengesteld
uit ambtenaren en belanghebbenden van
beide landen, die tot taak hadden de prac-
tische uitvoering van bepaalde exportrege
lingen van landbouwproducten te verzorgen.
Bij het eind 1933 afgesloten handelsverdrag
werden ingesteld permanente commissies,
waarin voor ieder land afzonderlijk verte
genwoordigers der betrokken ministerieele
departementen zitting hebben, die door per
soonlijk contact en regelmatige bijeenkom
sten al datgene hebben te verrichten, wat
noodig is om te komen tot een doelmatige
uitvoering der vele verdragen, die na 1933
zijn afgesloten. Spr., die thans sinds vijf
jaren het voorzitterschap der Nederlandsche
commissie bekleedt, wees erop dat dit directe
en regelmatige contact ertoe geleid heeft,
dat oplossingen gevonden werden voor tal
van vraagstukken, die zonder een dergelijke
werkwijze tot groote moeilijkheden hadden
kunnen leiden.
Onder de recente vraagstukken, welke be.
handeld moesten worden, mogen in het bij
zonder gememoreerd worden de maatregelen,
welke getroffen moesten worden voor de in
passing van het handelsverkeer van Neder
land met het voormalige Oostenrijk en met
het dusgenaamde Sudetenland.
Clearing belemmdtring voor
handelsverkeer
Spreker ging voorts nader in op de vraag,
of de clearing een belemmering voor het we-
politieke afspraken van het douane- en cre-
dietverdrag kwam een einde aan de tradi-
tioneele handelspolitieke afspraken. Het
instellen van het Sonderkonto beteekende de
intrede van de internationale betalings
moeilijkheden in de handelspolitieke sfeer.
In 1933 werd gezocht naar een nieuwe basis
voor het wederzijdsche goederenverkeer. Na
moeizame onderhandelingen slaagde men er
in die basis te vinden. Sinds 1933 werden
steeds van jaar tot jaar handelsovereenkom
sten met Duitschland gesloten, waarin gere
geld werden de invoerrechten en contingen
ten der Nederlandsche exportartikelen en
de contingenten der Duitsche artikelen, die
voor de Nederlandsche markt worden gele
verd. Daarnaast werd het noodig zeer gede
tailleerde afspraken te maken over de maat
regelen die noodig waren in verband met de
marktregelingen der agrarische producten
in Duitschland. Naast het traditioneele doel
der handelspolitiek: zooveel mogelijk zeker
heid aan het internationale verkeer te ge
ven, kwam als centraal probleem steeds
meer naar voren de noodzakelijkheid wegen
te vinden om het internationale verkeer in
tact te houden onder snel wisselende omstan
digheden in de economische politiek in
beide landen. Vooral het jaar 1934 was op
dit gebied zeer bewogen. Eenerzijds was een
onverwacht snelle contractie in het inter
nationale handelsverkeer tengevolge van de
wereldcrisis ingetreden en anderzijds leidde
de economische politiek van het Duitsche
rijk, die vooral gericht was op een krach
tige bestrijding van de werkloosheid, tot een
groote vraag naar verschillende producten
door dit land. Het gevolg was een verzwak
king van de Duitsche exportpositie eener
zijds en een abnormaal grooten invoer an
derzijds. De voorafgaande financieele crisis
van 1931 had de positie van de Rijksbank:
dermate verzwakt, dat deze niet meer in
staat was het buitenlandsche betalingsver
keer in evenwicht te houden, zoodat belang
rijke handelsschulden niet meer in vreemde
valuta betaald konden worden. In Duitsch
land leidt deze ontwikkeling tot het door
voeren van het zoogenaamde nieuwe plan
van den eminenten Rijksbankpresident dr.
Schacht. Tusschen Nederland en Duitsch
land komt het tot de instelling van een
clearing. Het doel van de clearing destijds
was eenerzijds het geven van betalingsze
kerheid aan het Nederlandsche bedrijfsle
ven, dat zaken met Duitschland deed, en an
derzijds de afwikkeling der bevroren vor
deringen.
Alhoewel de moeilijkheden aanvankelijk
zeer groot waren en de critiek niet uitbleef,
mag thans wel geconstateerd worden, dat
het doel dat men zich destijds stelde, tenvolle
werd bereikt- De likwidatie der bevroren
handelsvorderingen vond plaats in het tijd-
rER gelegenheid van het vijf-en-
twintig-jarig bestaan van de
Nederlandsche Handels Hoogeschool
te Rotterdam, hebben prof. mr. G.
W. J. Bruins, koninklijk commissaris
van de Nederlandsche Bank en dr.
H. M. Hirschfeld, directeur-generaal
van Handel en Nijverheid van het
Departement van Economische Zaken,
hedenochtend voor de Vereeniging
an Studiebelangen voordrachten ge-
ïouden in de aula der Hoogeschool.
Tot de aanwezigen behoorden verscheidene
hoogleeraren en vele studenten. Verder: mr.
Th. A. Fruin, president-curator en mr. R.
Mees, voorzitter van het algemeen bestuur
der hoogeschool.
Namens de Vereeniging voor studiebelan
gen heeft haar voorzitter, jhr. F. W. P. van
Panhuys, de aanwezigen welkom geheeten,
waarna hij den rector-magnificus verzocht,
beide sprekers in te leiden.
De rector-magnificus, prof. Z. W. Sneller,
richtte een kort woord tot de aanwezigen.
Hij uitte namens de leden van den senaat zijn
voldoening, dat prof. Bruins, de eerste rector-
magnificus van deze hoogeschool, heden voor
„Studiebelangen" zou spreken. Ook dr.
Hirschfeld, oud-student van de Nederlandsche
handelshoogeschool, op wien de hoogeschool
trotsch is, heette hij hartelijk welkom.
EEN zeldzaam stout waagstuk heeft
gistermorgen bij het eerste
krieken van den dag een inbreker
uitgehaald, die zich den avond te
voren had doen insluiten in het
magazijn van de „Bijenkorf". Nadat
hij in het holst van den nacht op
allerlei afdeelingen zijn slag had ge
slagen, maakte hij een langen singel
van een stevige gordijnstof om zich
daarlangs, bepakt en beladen met de
gestolen voorwerpen, van de zesde
verdieping aan de zijde van de Ge
dempte Vest te laten afglijden naar
'de straat. De eerste tien meter werd
met succes afgelegd, doch de laatste
étappe van plusminus twintig meter
werd hem noodlottig. Zijn hand
schoenen waren nat geworden en
nauwelijks was hij over den dakrand
geklommen en had zich vastgegrepen
aan den singel, of met de snelheid
van een bliksem trein schoot hij langs
den singel naar beneden. Met een
smak kwam de inbreker op straat
terecht en brak zijn beide enkels,
zoodat hij niet meer verder kon. Een
voorbijganger trof hem in dien toe
stand aan.