VOOR ONZE HUISVROUWEN
SOCIALE KINDERZORG IN ITALIË
Een prijsvraag over de Parijsche
Herfstmode.
ch®entjes ®f klompen
CCRSL
LEERBEWERKING.
M
i.
NAAR TON, LICHT EN LUCHT!
P"»4.Ti ^Kna,ir,Ten rnS
j Nieuw recept J
j voor
aardappelkoeken.
ELEGANTE DAMESTASCH.
DONDERDAG 7 SEPTEMBER 1939
W&-
gga Pèiï)ï2S2ï3a?®i3a^<ssiSv
m
Hoe de Engelsche dames erover
oordeelen.
_dflmi(inii»«(im»,rfnni.iiiiih>irmhwiniii.rtniiuifnin.iTim>.ii!mu<ainh.ri!iiiHi!iii!i
P mer). P
-
<«11:
•V
Een zwembad voor de peutersaan de Casa della Madre e del Bambino bij de.Via Volpato te Rome
ET is enkele weken geleden, dat J frissche strand der Thyrreensche en Adriati-
sche zeeën, daar kracht en gezondheid laden',
die hen zullen sterken en harden tegen het
ruwere klimaat in den vreemde.
Doch zij nemen ook mee naar den vreem
de de onuitwischbare herinnering aan het
lancl, dat, als een paradijs zoo mooi, in on
geëvenaarde gastvrijheid zijn kinderen op
neemt en hun bewijst, dat het woordje „pa-
tria" méér inhoudt dan het abstracte begrip
„vaderland". Dat dit woordje voor hèn ook
beteekent hun „tehuis" in den vollen zin
van het woord. En dat zij dit aan den lijve
ondervinden, wekt méér liefde en grooter
saamhoorigheidsgevoelen dan prachtwoorden
en schoonklinkende frazen.
Merano Bolzano Sondrio Como
het wordt steeds stiller, steeds leeger
in den trein. Aan elk der stations stappen
groepjes kinderen af; gepakt en ge-rugzakt
zie ik ze langzaam de controle passeeren.
Aan den uitgang van het station groeten ze
nog eens de verder-trekkenden, die uit alle
raampjes van den langen trein hangen, met
den frisschen welluidende Romeinschen
groet: „Addio! addio! a rivedere!"
Milaan is het eindpunt en vandaar ver
trekken de laatste groepjes in alle richtin
gen. Ik sta plotseling geheel alleen op het
groote perron, 'n beetje beduusd en nog on
der den indruk van al de lieve, hartelijke
„addio, signorina!" van mijn gezellige reis-
genootjes, met wie ik acht-en-veertig uren
lief en leed heb gedeeld. Leed?heel wei
nig! 'n buikkrampje of wat schele hoofdpijn,
'n hard zitvlak en veel, heel veel warmte;
maar lief, des te meer! En genoten als ik
heb van echte, kinderlijke spontaneïteit en
verd°USiaSmegewoon niet te beschrij-
?oel is nog niet bereikt. Ik moet ver--
Nie'uwp3T+Ümfr het hart van het oude
de trein me opnam en mee
voerde naar het zonnige Zuiden. Als reis-
genooten had ik bij mijn vertrek aan het
station S. S. in Den Haag een 100-tal kin
deren van in Nederland wonende Italianen.
Dit getal groeide, groeide steeds naarmate
de trein vorderde. Eerst te Utrecht en Arn
hem, toen te Emmerik, daarna te Duisburg,
Keulen, Frankfort.overal kwamen er
kinderen bij; kinderen uit het hooge Noor
den, uit de Limburgsche mijnstreek, uit het
Belgische industrie-gebied, uit het Saar-bek-
ken, van het Ruhr-gebied en uit geheel
Duitschland, uit Bohemen en Moravië uit
Polen.
De trein had reeds het kokette station van
achter zich en stoomde nu full
haist ®''<;nrler0 tegemoet, en nog was ik mij
naast met ervan bewust, dat ik me te mid-
den van honderden Italiaantjes bevond. Al-
leen die donkerharige kopjes en bruin-zwar
te oogen moesten me daaraan herinneren.
Rondom me hoorde ik alle talen, als in
Babylonisohe spraakverwarring, Hollandsch
Fransch, Duitsch, Poolsch, Tsjechisch, be
halveItaliaansch! Neen toch, Italiaansch
hoorde ik ook, doch alleen maar zingen
in onafgebroken tempo. „Giovanezzi-iiede-
ren" und kein Ende, van den vroegen mor
gen tot den avond, tot diep in den nacht.
En waren de kinderen bij mij m den coupé
moe van het zingen, werd er gegeten, ge
dronken, geslapen, dan werd het lied, het
zonnige vroolijke Italiaansche lied overgeno
men en voortgezet in den volgenden coupe, i-n
een volgend rijtuig. Aldoor maar zang, steeds
méér luidruchtigheid ajs be| bruisen van
schuimend en zwellend enthousiasme, naar
mate men het doel „ia patria la bella Ita
lia" naderde.
Eindelijk Brennero! Uit vijftienhonderd
jonge kelen bars het spontaan los: „Evivva
Italia! evivva il re. evivva ii duce'"
Nu kenden ze opeens allemaal Italiaansch
en het was, als0f Z6 Z1Cd elkaar schaam
den, dat ze m eigen land een andere 'n
vreemde taal spraken, die toch nooit 'zóó
mooi kon zijn als hun moedertaal.
Thans zagen ze het wondere ian<1
Land wo die Zitronen blüh'n", aan hUa'
voorbijtrekken en ze vonden het nó
mooier, nóg heerlijker dan ze in hUa sto °tS
ste droomen hadden gedroomd
JuliAugustus! Italië ontvangt zijn kinde
ren uit den vreemde en biedt hun gulle gast_
vrijheid - zon - lucht - gezondheid!
Éen scepticus moge erover 0°rdeelen'^o-
als hij wil Hij moge praten over fascistische
ik en weet niet wat. Een feit is en blijft,
dat de duizenden jonge gastjes, aan wie de
Italiaansch^ regeering jaarlijks Sedare de
vijf weken een verblijf biedt in zijn prach
tige kinder-vacantiepalazzi te midden der
bergen aan de blauwe meren, of aan
het
lymf., ii.
Vrouwelijke territorialo in Engeland
meest winkelmeisjes en typisten worden
getraind voor militaire bezigheden. Hier
ivordt haar het bereiden van de soldn-
tenpot geleerd.
onpprT 7'Ital'a' naar Rome. Ik wil met eigen
on Waar°ver ik reeds zooveel gele-
Kerken, pale°izenhm: de sociale kinderzorS'
cr pb "6n Passaut", daarvoor hoop
ik later noS ns te kunnen terugkomen.
Een heerlijk gastvrij verblijf wacht me in
de vacantieko ome te Anzio aan de zee en
vandaar uit ga 1 ochten maken door een-
traal Italië om e rachten een juist beeld
te krijgen van e sociale kinderzorg in de
praktijk in een land, waar een talrijk en ge
zond kroost als he mooiste bezit beschouwd
wordt; een land, waar het groote offensief
tegen het volksvermelende neo-malthusia-
nisme, en de strijd tegen tuberculose en ma-
laria tegelijk met de Era fascista is ingeluid.
Een eerste vereischte om een gezond en
krachtig volk te kweeken is, dat aile aan
dacht geschonken worde aan de hygiëne van
het kind. En wie „kind" zegt, denkt er altijd
.moeder" bij. Dit is het standpunt, waarop
df Italiaansche regeering zich heeft ge
ëtst, toen het haar duidelijk was dat eerst
groot stuk volksellende moest verdwij-
ma J, Y.°°raleer het volk tot een krachtige en
In natie zou kunnen uitgroeien.
der ppv6 +banc^eloosheid en zedenverwildering
het volt jaren na den wereldoorlog dreigde
de eeneryGrt°nder te gaan aan kinderarmoe-
We zullen1 aan kindersterfte anderzijds,
te scheppenen trachten een beeld daarvan
melden, dat' i„ïoeg ziJ het terloops te ver
geboortecijfer ;,na. alle groote steden het
in sommige pa !tZPnwekkend daalde en
1000 inwoners hatm niet eens meer 10 per
waar het geboortecifw En ten Plattelande,
30 schommelde, was dL?°g~tuSSchen 25 en
in hun eerste levensjaar 7- - kinderen
dikwijls 25 en méér PerZ?° foot' dat het
Het geboorte-overschot o n erd bedroeg,
sterfte daalde tot omstreeks het^WR6116
Voegt men daarbij een Zeer uitbreide
emigratie naar bijna alle landen van Europa
doch bijzonder naar de Noordkust van
ka en de staten van Noord- en Z.-Amerika
dan valt licht te begrijpen, dat Italië onge-'
rust werd omtrent zijn toekomst.
Het is een van de eerste groote daden van
de fascistische regeering geweest om het be
volkingsprobleem dapper onder de oogen te
zien en daarvoor de oplossing te zoeken,
welke het meest voor de hand k|Sen was-
n.l. het tegengaan der ongebreidelde emi
gratie en de krachtige bestrijding dei egen-
natuurlijke geboortebeperking. Hierbij blee
het echter niet.
Ook de ontijdige sterfte, die in hoofdzaak
het gevolg was van wantoestanden op so
ciaal-hygiënisch gebied, diende ernstig te
worden bestreden. Na eenigen tijd van gron
dige studie en voorbereiding richtte de
nieuwe regeering op „het Nationale Werk
voor Moederschap- en Kinderzorg.
Dit Werk, waarvan de centrale te Rome
gevestigd is, heeft
thans zijn machtige
vertakkingen over het
geheele land uitge
spreid. We kunnen ge
rust aannemen, dat er
geen plaats meer is
van eenige beteekenis,
welke niet haar eigen
„Casa della Madre e
del Bambino" bezit.
Natuurlijk is daarmee
alleen de geheele
kwestie niet opgelost;
niemand is daarvan
méér overtuigd dan de
Italiaan zelf. Men
heeft niet de preten
tie, dat op sociaal-
hygiënisch gebied
thans alles in het land
volmaakt is en er
wordt hard zeer hard
doorgewerkt en men
zal niet tevreden zijn,
vóór men ook hierin
een eerste plaats in
de rij der besdhaafde
landen heeft ingeno
men.
Het Nationale Werk
voor Moederschap- en
Kinderzorg is tot stand
gekomen door de wet
van 10 December 1925,
No. 77 en werd daarna
herhaalde malen aan
gevuld en gewijzigd.
In zijn huidiigen vorm
is de taak van het
Werk het eenvoudigst
te omschrijven met de
woorden: „bescher
ming en physisehe en
moreele verbetering
van het ras". De werk
wijze is zuiver prophy-
lactisch, gaat dus uit
van het beginsel, dat voorkomen heter is
dan genezen. Vandaar dan ook de geweldige
activiteit om den vrouwen een goed begrip
bij te brengen van practische hygiene en
de onbegrensde hulp om haar moedertaak
met verstand te voltooien.
Overigens gaat het hier niet enkel om
prophylaxe, bescherming en hulp, doch ook
om de welbewuste toepassing eener actieve
geboortepolitiek, waarvan het verstrekken
van huwelijksgiften, geboortepremies, belas
ting-verlaging voor gehuwden en groote ge
zinnen en belastingverhooging voor onge-
huwden, preferentie voor hoofden van kin
derrijke gezinnen in de toewijzing van open
bare en private betrekkingen en ambten een
belangrijk onderdeel vormen.
De organisatie van het Werk berust bij
een officieel centraal comité, waarvan de
zetel te Rome is en verder in federatieve
afdeelingen, gevestigd in elke provincie
hoofdstad. Deze federaties groepeeren alle
werken op het gebied der kinderzorg. Voorts
bestaat er in elke gemeente een afdeeling,
die zich „beschermings-comité" noemt en die
voor de uitvoering zorg draagt van alle be
sluiten en maatregelen, die door het cen
traal comité uitgevaardigd worden. Het ar
beidsveld van deze gemeentelijke comité's
is zeer ruim en omvat o.m.: het organiseeren
en inrichten van alle werken, die noodig
zijn voor moeder en kind, zooals: consultatie-
bureaux voor zwangeren en voor zuigelin
gen, propaganda voor moeder-voeding, moe
dercursussen, eetzalen voor zwangere vrou
wen en zoogende moeders. Zij hebben het
toezicht over de hygiënische en zedelijke op
voeding der kinderen onder de 14 jaar, die
uitbesteed zijn bij particulieren of in in
richtingen zijn ondergebracht. Ook de zorg
voor verlaten kinderen is hun toevertrouwd.
Zij moeten in samenwerking met de bestaan
de charitatieve vereenigingen steun en be
scherming verleenen aan de misdeelde kin
deren en aan de verlaten minderjarigen. Zij
moeten de jeugd beschermen en over haar
waken en zoo noodig aangifte doen bij het
gerecht van feiten, die voor de ontzetting uit
de ouderlijke macht in aanmerking komen.
Eventueele overtredingen van de Arbeids
wet voor kinderen moeten door hen opge
spoord en aangegeven worden. Tenslotte
kunnen zij alle initiatief nemen yoor goede
sociale kinderzorg en voorstellen dienaan
gaande indienen bij het Centraal Comité.
Deze geheele organisatie bracht in haast
iedere gemeente tot stand de „Casa della
Madre e del Bambino". Hiervan bestaan er
alleen te Rome reeds veertien, terwijl er nog
twaalf in aanbouw zijn. Want Rome is ver
deeld in 26 zones voor de sociaal-hygiëni
sche zorg en in de nabije toekomst moet elke
dezer zones zulk een inrichting bezitten.
Het tehuis aan de Via Volpato, dat ik be
zocht, getuigt van gezonde opvatting en
perfecte organisatie. Door zijn drie afzonder
lijke ingangen worden de bezoeksters al ter
stond verdeeld en is de toegang voor velen
gemakkelijker gemaakt. Een eerste ingang is
n-l. bestemd voor de bezoeksters van het
consultatiebureau voor prae-natale zorg en
heeft nog een aparte zijdeur voor diegene, die
bij het bureau der sociale werkster moeten
aankloppen voor materieele of moreele hulp.
Een andere ingang is voor de afdeeling „zui
gelingen-consultaties". De derde ingang is
des morgens en des avonds druk bezocht
door de moeders, die haar kinderen naar de
crèche brengen of aan de kinderbewaarplaats
toevertrouwen. Deze zelfde ingang dient ook
voor zwangere vrouwen en zoogende moe
ders, die hier om twaalf uur een extra krach-
tigen maaltijd gratis kunnen komen nut
tigen.
Het bestek van een courantenartikel laat
niet toe in détails te treden betreffende de
geheele inrichting en werkwijze van deze
„Casa". De geheele inrichting is up-to-date
en dit zegt reeds genoeg. Alleen over den
omvang van het werk der „Casa" nog een
enkel woord. Het feit van de drie ingangen
zeide ons reeds veel omtrent de bezoeksters
en de bezoekertjes. In 1936 werden de zui
gelingen-consultaties door 564.796 kinderen
regelmatig bezocht, terwijl in de crèches en
kinderbewaarplaatsen 21.838 kinderen van 2
weken tot 3 jaren een gezonde en liefdevolle
verpleging genoten. Deze kinderen worden
es morgens door de leidsters in ontvangst
genomen van de moeders. De crèche is ge-
v!Üf, afgescheiden van de rest van het ge-
i-i 7 6 kinderen worden er eerst uitge-
e,e,..fn aad en naar gelang van den
leeftijd in wiegen, bedjes of looprekken
geplaatst. De grooteren spelen in de open
lucht op het groote dakterras of in den
fraaien tuin met de heerlijke piscine.
Italië waakt over en zorgt voor zijn kin
deren, die het volk van morgen zijn.
GABRIëLLE A.—M. HUYDTS.
EN der Engelsche bladen, de „Daily
Express" heeft onder zijn lezeressen een
prijsvraag uitgeschreven om te weten te' ko
men, hoe de dames oordeelen over de mode,
welke Parijs voor den a.s. herfst heeft ge
lanceerd. Meer dan vijfduizend lezeressen
hebben haar meening ten beste gegeven.
Meer dan de helft van de deelneemsters aan
de prijsvraag sprak zich uit voor het model
I, een driedeelig ensemble, gecompleteerd
door een hoog, coquet dopje.
Den eersten prijs
won de dame, die als
volgt haar smaak
motiveerde: Een com
binatie van vroolijk
tweed, zwarte stof en
opossum maakt dit
driedeelig ensemble
chique genoeg voor
n de stad, maar tegelij-
Él 1 JPt kertijd sportief ge-
n0eg, om het buiten
te dragen. Het is
ideaal voor de reis;
de wijde mantel zal
niet gemakkelijk lij
den onder langdurig
zitten in spoorweg
compartimenten of
in andere vervoer
middelen. Tusschen
de felle ruiten en de
lange ,smoking"-lijn
is het evenwicht
prachtig bewaard.
De wijdte van het
ensemble, die sterk
in de mode is, is bij
zonder geschikt, om
fouten in het figuur
te verbergen. Boven
dien is het econo
misch, wijl het niet
spoedig uit de mode
zal raken. De ver
schillende deelen, af
zonderlijk gedragen,
maken het de draagster mogelijk, er twee
of meer costuums van te maken, die gedu
rende den herfst, den winter en ook in het
vroege voorjaar gedragen kunnen worden.
Het opossum, dat voor garneering van
den mantel is ge
bruikt, zal waar
schijnlijk lang in de
mode blijven.
Een tweede prijswin-
nares zond de vol
gende oplossing in:
Mijn keus (model I)
is gemotiveerd, om
dat dit model buiten
gewoon practisch is
voor ons wisselvallig
klimaat. Het driedee
lig ensemble is warm
in den winter, ter
wijl 't costuum goed
zal staan in de lente.
De kleurencombina
tie is vroolijk voor
sombere dagen.
De derde prijswin-
nares: Ik houd van
den warmen, be
haaglijken en lossen
indruk van den man
tel, welke eveneens v
kan worden gedragen
over een eenvoudi-
gen, wollen rok. Het
jasje met de hoog
aangezette knoopen
heeft goede lijnen.
Men kan gemakkelijk
drie costuums van
dit pakje en den
mantel maken.
Het model II kreeg eveneens een groot
aantal stemmen.
Den tweeden prijs de dame, die over dit
model als volgt haar meening ten beste gaf:
Dit zwart en caramel-bruin toilet is geko
zen, omdat het gerolde bont en de heup
zakjes voldoende den indruk wekken van
een „tournure", om menschen, die met de
mode mede willen gaan, te bevredigen. Het
militaire, maar toch vrouwelijke jasje staat
iedereen; het doet lange personen korter
lijken, terwijl het gezette dames slanker
maakt. Dit costuumpje zou tweemaal zoo
lang mee kunnen, indien men er een extra-
zwart rokje bij zou nemen met opstiksels
in bruin. De zwierige hoed geeft een zeer
gracieusen indruk aan het geheel.
Een andere abonnée schreef als volgt: Ik
prefereer het wandelensemble om de volgen
de redenen: het kan het geheele jaar door
gedragen worden. De rok is bijzonder goed;
men behoeft niet bezorgd te zijn voor kreu
ken als men gaat zitten. De kleurencombi
natie kan worden gedragen door blondines,
brunettes of personen met kastanje-bruin
haar.
En een derde abonnée; Model II vermijdt
de mode tot het uiterste te volgen. Het doet
een beroep op het gevoel van eenvoudige
gracie. Het heeft een geraffineerde kleuren
combinatie en prachtig gesneden lijnen.
Iedere figuur zal er op zijn voordeeligst in
uitkomen.
Bij de keuze van een herfst-toilet kan men
van deze toelichtingen van Engelsche krin
gen, welke toelichtingen, zooals gewoonlijk,
niet van gezond verstand ontbloot zijn, z'n
nut doen!
Sk
j P veel manieren kunnen we E
I I van gekookte aardappelen g
H een smakelijk gerecht ma-
ken, b.v. door ze te bakken, maar
afkokers zijn daarvoor niet zoo ge- jy
schikt tenminste, op de gewone
s manier.
J Volgens onderstaand recept gaat
het echter wel, met als resultaat een
nieuw en smakelijk gerecht. Deze s
J aardappelkoeken kunnen met sla
gepresenteerd worden, we hebben er g
ij dan een volledigen maaltijd aan. p
j Het recept luidt (vöor vier g
3 personen)
j Benoodigd 1 kg. gekookte aard-
1 appelen, 1 of 2 eieren, 200 gram
J geraspte belegen kaas, ongeveer h
J liter melk, en zout, nootmuskaat, E
J boter.
BereidingMaak de aardappelen g
fijn (dit gaat het gemakkelijkst als
1 ze warm zijn) en vermeng ze met p
Ij de andere ingrediënten tot niet te p
droge puree. p
J Smelt een lepel boter in de koe- j|
3 kenpan doe hierin de helft van de
g puree en strijk deze glad uit. Bak p
s hiervan een koek, die met behulp p
J van een deksel wordt omgekeerd.
p Bak de rest van de puree op dezelf- W
de wijze. Presenteer de aardappel- p
g koeken warm en geef er sla bij (bijv. s
p van kropsla, tomaten en komkom- g
%ll0t>WS|pti|PlIIPHIpM||UIMl||||l,ll||||!|MUOI|ll||||l"lMllll'i|l||l>,ip»"
Men zal natuurlijk zeggen:
schoentjes. Maar dan is men
mis. Wat 't meisje aanheeft,
wat ze laat zien, t zijn alle
maal klompen, in luxe-uit
voering dan. Deze voort
brengselen van de moderne
klompen-industrie waren af-
geloopen week te zien op
de jaarlijksche klompen-
beurs van St. Oedenrode.
ER werd ons reeds eenige malen
gevraagd, om een elegante en
toch eenvoudige damestasch te behandelen
en het hierbij afgebeelde model komt o.i.
alleszins aan dezen wensch tegemoet.
De tasch is vervaardigd van zeehonden-
leer, terwijl de soufflets en de klep uit
rood scliapenleer bestaan. De kleur van
de tasch is zwart. Het geheel is omgewerkt
met zwart leerband. De klep is versierd
met goudstipjes gestempeldIn plaats
van zeehondenleer, dat tamelijk kostbaar
is (hoewel bijzonder mooikunt u iedere
O'idere leersoort, mits deze maar stevig
genoeg is, gebruiken en natuurlijk kunnen
ook de tasch met soufflets en de klep in
één tint genomen worden.
De benoodigdheden zijn als volgt:
Een stuk leer voor de tasch van ca. 45 X
25 c.M.
Een stuk leer voor de soufflets en de klep
van ca. 35 X 40 c.M.
Ca. 5 meter leerband.
Een stuk voeringleer van ca. 50 X 30 c.M.
Busje speciale leerlijm.
Tweetand of holpijpje of revolvertang.
Een rijgnaald.
Indien u de klep van de tasch met goud
stipjes wilt stempelen, evenals ons voor
beeld, dan hebt u bovendien noodig:
Een klein stukje goudblad.
Een puntig voorwerp om te stempelen, b.v.
een lijnentrekker.
Het goudstempelen, dat voor beginners
echter wat moeilijk is, kan natuurlijk ook
achterwege blijven.
We beginnen met de tasch op maat te knip
pen, volgens werkteekening No. I.
De afstand van A tot A is 41 c.M. De af
stand van B tot B is 21 c.M.
U ziet op de werkteekening, dat de hoe
ken aan den bovenkant eenigszins zijn afge
rond.
Als liet werk gereed is
Met een zeer scherp en puntig mesje gaan
we nu de gleufjes in de tasch kerven, waar
de lus voor de klep doorheen moet.
We beginnen deze gleufjes op 6% c.M.
vanaf den onderkant van de tasch te maken
en snijden ze 214 c.M. lang.
Vervolgens knippen we van het bovenleer
een strookje van 10!4 X 214 c.M. (zie werk
teekening No. II), slaan de beide uiteinden
door de gleufjes en plakken deze aan de
achterzijde zeer stevig vast.
Vervolgens beplakken we de tasch stevig
met het voeringleer. U doet het beste, met
het voeringleer niet van te voren op maat
te snijden, doch eerst na het plakken, als
de lijm goed droog is, de uitstekende randen
netjes gelijk te knippen.
Nu zijn de soufflets aan de beurt. Deze
knippen we uit het hiervoor bestemde leer
op maat volgens werkteekening No. III.
De afstand van C tot C is 16 c.M. De af
stand van D tot D is II c.M.
De soufflets moeten nu aan de tasch be
vestigd worden en dit doen we op de vol
gende wijze. Allereerst wordt de tasch in
model gevouwen, volgens de op werkteeke
ning no 1 aangebrachte vouwlijnen. Na het
vouwen ontstaan, 2 vlakken van resp. 16,
en 9 c-M. lengte. Het vlak, waarin de
lus voor de klep is aangebracht, wordt het
eerst naar binnen geslagen. We plaatsen de
soufflets er tusschen en plakken deze met
een smal laagje lijm aan de tasch vast. De
puntige onderkant van het soufflet komt dus
precies in vouw E (zie werkteekening No. V).
Vervolgens wordt de klep op maat geknipt
(Werkteekening No. IV). De klep bestaat
uit 2 lagen leer en we knippen dus 2 maal
een stuk van 6%, x 1214 c.M.
De hoeken ronden we iets af. We maken over
de geheele breedte een rij gaatjes, precies
5 c.M. vanaf plen bovenrand (F.). We laten
echter aan beide zijkanten ca. 1 c.M. vrij.
Precies dezelfde rij gaatjes maken we in den
bovenkant van de tasch (zie werkteekening
No. I G). We leggen nu de klep met den
binnenkant zoodanig op den bovenkant van
de tasch, dat de beide gaatjesrijen precies
degen elkaar komen. Daarna hechten we met
een draadje dikke naaizijde de klep tegen
de tasch.
Nu nemen we de tweede laag leer voor de
klep (die we al of niet met goud kunnen
stempelen, doch dit komt later) en plakken
de twee deelen stevig op elkaar. Langs den
geheelen omtrek van de klep worden nu
gaatjes geslagen (U moet hierbij zeer goed
oppasseni dat de tasch niet beschadigd wordt;
eventueel worden de gaatjes in de klep ge
slagen, voor deze op de tasch wordt beves
tigd). Daarna wordt de klep met leerband
omgewerkt, volgens werkteekening.
Tot slot worden nu in de tasch ook nog de
gaatjes langs den geheelen omtrek gemaakt
en ook deze met leerband omgewerkt. We
schuiven de klep door de lus en.... o, nee,
we zijn nog niet klaar, tenminste als we
nog willen goudstempelen. Dit gaat op de
volgende wijze.
Van het stukje goudblad worden zeer
smalle reepjes geknipt, b.v. 1 m.M. breeder
dan de punt, die er in gedrukt wordt. We
leggen het goudblad met den goudkant op
het leer en drukken steeds nette kleine stip
jes er in met de punt van de lijnentrekker,
die steeds even in een vlam (b.v. van een
kaars) wordt verwarmd. Het beste is, op een
leerrestje eerst even te probeeren, of het
lukt. De moeilijkheid zit daarin, dat bij te
heete punt het goud uitvloeit en bij te weinig
verwarming geen mooi stipje ontstaat. Eerst
dus maar even geprobeerd.
Aan het hoofdbureau van dit blad Groote
Markt 32, Rotterdam, kunnen aanvag'en wor
den gericht om gratig modelbladen op ware
grootte, terwijl alle vragen om assistentie en
verdere inlichtingen worden beantwoord. De
aanvragen moeten geschieden per gesloten
brief. In den linkerbovenhoek van de enve
loppe vermelde men het motto; Cursus
Leerbe we r k i n g.